NL8600336A

NL8600336A - Inrichting voor het met elkaar verbinden van twee, elk van een voorraadrol komende materiaalbanen.

Info

Publication number: NL8600336A
Application number: NL8600336A
Authority: NL
Original assignee: Stork Brabant Bv
Priority date: 1986-02-11
Filing date: 1986-02-11
Publication date: 1987-09-01
Also published as: JPS6322453A; US4792103A; EP0234638A1; DE3769671D1; JP2540835B2; EP0234638B1; ATE63098T1

Description

• * *_Λ.

855154/Iem/cd

Korte aanduiding: Inrichting voor het met elkaar verbinden van twee, elk van een voorraadrol komende materiaalbanen.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het tijdens stilstand met elkaar verbinden van het achterlopende (stroomafwaartse) einde van een vanaf een eerste voorraadrol komende eerste materiaalbaan (de aflopende baan) en het 5 voorlopende (stroomopwaartse) einde van een vanaf een tweede voorraadrol komende tweede materiaalbaan (de oplopende baan), omvattende een gestel waarin tenminste zijn opgenomen een lussenaccumulator, een baanverbindingseenheid en twee voor-raadrolhouders met horizontale aslijnen.

10 Dergelijke inrichtingen zijn algemeen bekend en worden bijvoorbeeld toegepast bij drukmachines. Het tijdens stilstand verbinden van de twee materiaalbanan heeft o.a. het voordeel dat een zeer goede verbinding gemaakt kan worden. Bij een dergelijke inrichting wordt voor het opnemen van een voorraadrol 15 in een voorraadrolhouder gebruik gemaakt van een uitneembare spanas die in de centrale cilindrische koker van de voorraadrol wordt gestoken en gespannen, waarna de rol met de spanas door middel van een hijswerktuig in de voorraadrolhouder wordt gehesen.-De spanas is voorzien van een koppelmechanisme om de 20 as te koppelen met een reminrichting die wordt gebruikt om de aflopende rol af te remmen en tot stilstand te brengen, wanneer het achterlopende einde van de aflopende baan moet worden verbonden met het voorlopende einde van de nieuwe baan. Nadat de verbinding handmatig of automatisch tot stand is ge-25 bracht, wordt de nieuwe rol op snelheid gebracht doordat de materiaalbaan een rotatiekoppel op de nieuwe rol uitoefent, waarbij de trekkracht correspondeert met de spanning in de materiaalbaan. In bepaalde gevallen wordt deze baanspanning tijdelijk verhoogd door middel van een met rubber beklede wals 30 die voortdurend in aanraking is met de materiaalbaan en alleen motorisch wordt aangedreven tijdens het versnellen van de nieuwe rol. Ook is het mogelijk om tijdens het versnellen van de nieuwe rol via de spanas een extra koppel op de rol uit te oefenen.

35 De bekende inrichting heeft echter een aantal bezwaren.

De toegepaste spanas is betrekkelijk zwaar en moeilijk te hanteren. Bovendien is de spanas een duur en kwetsbaar onder- ·.'.. ; ) o 3 3 l .

-2- deel. Verder is het op een nieuwe voorraadrol uit te oefenen versnellingskoppel gelimiteerd door de toelaatbare baanspan-ning in de materiaalbaan. De minimale aanlooptijd van een nieuwe voorraadrol wordt dus bepaald door de toelaatbare 5 baanspanning. Dit betekent dat bij een gegeven capaciteit van de lussen-accumulator er minder tijd beschikbaar zal zijn .voor het aanbrengen van de verbinding tussen de aflopende en oplopende materiaalbaan naarmate de toelaatbare baanspanning geringer is. Dit speelt in het bijzonder een rol als het baan-10 materiaal uit papier bestaat met een geringe dikte en sterkte. Een eventueel via de spanas op de rol uit te oefenen koppel is eveneens gelimiteerd, aangezien een dergelijk koppel aan de omtrek van de spanas, die een relatief kleine diameter heeft, op de rol moet worden overgebracht. Om een bepaald koppel 15 over te brengen is dus een naar verhouding grote omtreks-kracht nodig, die echter moeilijk is te realiseren.

De uitvinding beoogt nu .een inrichting voor het tijdens stilstand met elkaar verbinden van twee, elk van een voorraadrol komende materiaalbanen te verschaffen die de bovengenoemde 2Q bezwaren niet heeft en die tevens de mogelijkheid biedt om zowel voor het plaatsen als voor het afnemen van de voorraad-rollen gebruik te maken van een eenvoudig transportmiddel.

Dit oogmerk wordt volgens de uitvinding bereikt door een inrichting van het bovengenoemde type, die tot kenmerk heeft 25 dat elke voorraadrolhouder twee roteerbare spankoppen omvat voor het opnemen van een voorraadrol, welke spankoppen coaxiaal tegenover elkaar zijn gelegen en in horizontale richting verplaatsbaar zijn en dat bij elke voorraadrolhouder tussen de beide spankoppen tenminste een vertikaal opgestelde aan-30 drijfriemeenheid is aangebracht die voorzien is van middelen om een gedeelte van de aandrijfriem tegen een gedeelte van de omtrek van een tussen de spankoppen opgenomen voorraadrol aan te drukken.

Door toepassing van spankoppen kunnen de spanassen voor 35 de voorraadrollen achterwege blijven, terwijl met de aandrijf-riemeenheid een relatief groot koppel op een voorraadrol kan worden uitgeoefend. Dit laatste geldt in het bijzonder bij het aanlopen van een nieuwe voorraadrol, nadat de verbinding tussen de aflopende en oplopende baan tot stand is gebracht, ^ '~*r τψ r* V v/ 'J 0 -) 3 -fc.....- .....-.

-3- aangezien de door de aandrijfriem op de rol uitgeoefende ver-snellingskracht aangrijpt aan de omtrek van de rol, die bij het aaiopen een grote diameter heeft. De aandrijfriemeenheid wordt tevens gebruikt voor het afremmen en tot stilstand 5 brengen van de aflopende voorraadrol.

Bij voorkeur zijn de spankoppen van elke voorraadrol-houder draaibaar gemonteerd in de uiteinden van twee om een horizontale as kantelbare en in horizontale richting verplaatsbare armen. Hierdoor kunnen de spankoppen op de gewenste IQ hoogte boven de grond worden gebracht teneinde een op bijvoorbeeld een steekwagen aangevoerde voorraadrol te kunnen opnemen. Door het naar elkaar toe bewegen van de draagarmen worden de spankoppen in de einden van de centrale cilindrische koker van de voorraadrol gebracht en daarna door uitzetten 15 daarin vastgeklemd.

Doelmatig zijn de amen in asrichting verschuifbaar en niet-verdraaibaar aangebracht op een horizontaal in het gestel gelegerde scharnieras die gekoppeld is met een verdraai-ingsmechanisme, dat kan bestaan uit een vast met de scharnier-20 as verbonden hefboom en een tussen het uiteinde van de hefboom en het gestel aangebrachte, bij voorkeur motorisch aandrijf-bare spindelconstructie.

De verschuiving van de armen over de scharnieras kan plaatsvinden via een in de lengterichting op de scharnieras 25 aangebrachte tandheugel.

De aandrijfriemeenheid bestaat bij voorkeur uit een juk dat gevormd is uit twee in hoofdzaak evenwijdige, op enige afstand van elkaar liggende en vast met elkaar verbonden in hoofdzaak C-vormige plaatdelen, een aandrijfrol en meerdere 30 omlooprollen die evenwijdig aan elkaar tussen de C-vormige plaatdelen zijn aangebracht en een om de rollen liggende aandrijf riem, waarbij het geheel wordt vastgehouden door de scharnieras en een daarboven evenwijdig aan de scharnieras verlopende, in het gestel opgenomen geleidingsstang die beide door in 35 de C-vormige plaatdelen aangebrachte passende uitsparingen steken, waarbij doelmatig een in het onderste been van het C-vormige 'juk aangebrachte omlooprol is uitgevoerd als spanrol die verschuifbaar in het onderste been van het C-vormige juk is aangebracht.en de aandrijfrol van de aandrijfriemeenheid 40 is bevestigd op een evenwijdig aan de scharnieras verlopende, in het gestel gelegerde aandrijfas die gekoppeld is met een s \ ft -4- ορ het gestel aangebrachte elektrische motor-generatoreenheid.

De uitvinding zal nu in de· hiernavolgende beschrijving van een uitvoeringsvoorbeeld worden toegelicht aan de hand van de tekening, Waarin: 5 fig. 1 een aanzicht in perspektief is van een inrichting volgens de uitvinding, en fig. 2 een aanzicht in perspektief is van de inrichting van fig. 1 vanaf een andere zijde.

De in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm van een IQ inrichting volgens de uitvinding omvat een gestel, dat in het algemeen met 1 is aangegeven, en waarin onder meer zijn opgenomen een lussen-accumulator, bestaande u'it een vast rollen-samenstel 2 en een beweegbaar danserrollen-samenstel 3, een baanverbindingseenheid 4 en twee voorraadrolhouders 5, 6.

15 Elke voorraadrolhouder 5, 6 omvat twee roteerbare en coaxiaal tegenover elkaar gelegen spankoppen 7, 8 voor het opnemen van een voorraadrol 9 resp. 10 van een materiaalbaan, De spankoppen 7, 8 zijn draaibaar gemonteerd in de uiteinden van twee om een horizontale as kantelbare en in horizontale 2Q richting verschuifbare armen 11, 12 resp. 13, 14, waarbij de armen 11, 12; 13,14 van elke van de beide voorraadrolhouders 5,6 in asrichting verschuifbaar en niet-verdraaibaar zijn aangebracht op horizontaal een in het gestel gelegerde scharnier-as 15, 16. De armen 11, 12; 13,14 zijn over de scharnieras 15; 25 16 verschuifbaar via in lengterichting óp de scharnieras 15;16 . en aangebrachte tandheugels 17, waarbij de electromotor 18 en 19 op de armen voor de aandrijving zorgen. Een elektromotor 20 dient om de voorraadrolhouder 5;6 in zijn geheel zijdelings te verplaatsen ten behoeve van zijdelingse correcties.

3Q Voor het opnemen van de voorraadrol in bijvoorbeeld de voorraadrolhouder 5 worden de armen 11, 12 uit elkaar bewogen met behulp van de motoren 18, 19 en wordt een met een eenvoudig transportmiddel, zoals een steekwagen, aangevoerde voorraadrol tussen de armen geplaatst, waarbij gezorgd 35 wordt dat de spankoppen 7,8 tegenover de centrale cilindrische koker van de voorraadrol 9 komen te liggen. De armen 11, 12 worden dan naar elkaar toe bewogen en de spankoppen 7,8 worden in de einden van de cilindrische koker van de voorraadrol gebracht en daarna door uitzetten daarin vastgeklemd.

4Q Om de armen 11,12; 13,14 van de beide voorraadrolhouders 5,6 te kunnen kantelen, zijn de scharni-erassen 15,16 elk verbonden y '7 ; \) 0 3

at .A

-5- met een verdraaiïngsmechanisme dat in de weergegeven uitvoe-ringsvorm bestaat uit een vast met de scharnieras 15;16 verbonden hefboom 21 en een tussen het uiteinde 22 en het gestel 1 aangebrachte spindelconstructie 23, die kan worden aan-5 gedreven door een electromotor 24. Aangezien de armen 11,12? 13,14 onverdraaibaar zijn verbonden met de bijbehorende scharnieras 15;16 zullen door bediening van de spindelconstructie 23, waardoor de hefboom.. 21 gaat kantelen, de armen van de betreffende voorraadrolhouder 5;6 gaan kantelen om de hartlijn IQ van de scharnieras 15;16. Op deze wijze kan een in de voorraadrolhouder opgenomen voorraadrol in vertikale richting op en neer worden bewogen.

Bij elke voorraadrolhouder is tussen de beide armen 11,12 resp. 13,14 een aandrijfriemeenheid 25 resp. 26 aange-15 bracht voor het aandrijven van een in de voorraadrolhouder opgenomen rol 9 resp. 10. Elke aandrijfriemeenheid 25;26 bestaat uit een juk dat gevormd is uit twee in hoofdzaak evenwijdige, op enige afstand van elkaar liggende en vast met elkaar verbonden in hoofdzaak C-vormige plaatdelen 27, 28.

20 Tussen deze C-vormige plaatdelen zijn een aandrijfrol en meerdere omlooprollen aangebracht die evenwijdig aan elkaar zijn.

Om deze rollen ligt een aandrijfriem 29/ 30 voor het aandrijven van de voorraadrol 9; 10, welke aandrijfriem gedeeltelijk tegen een gedeelte van de omtrek van de voorraadrol 9;10 ge-25 drukt kan worden.

Elke aandrijfriemeenheid 25; 26 wordt in het gestel 1 vastgehouden door de scharnieras 15;16 van de bijbehorende voorraadrolhouder 5; 6 en een daarboven evenwijdig aan de scharnieras verlopende, in het gestel 1 opgenomen geleidings-30 stang 31; 32. De scharnierassen 15,16 en de geleidingsstangen 31,32 steken daarbij door in de C-vormige plaatdelen 27,28 aangebrachte passende uitsparingen.

De aandrijfrol van elke aandrijfriemeenheid 25;26 is bevestigd op een evenwijdig aan de scharnieras 15;16 verlo-35 pende, in het gestel 1 gelegerde aandrijfas 33;34, die gekoppeld is met een op het gestel aangebrachte elektrische motor-generatoreenheid 35;36. De aandrijfriemeenheid kan daardoor ook worden gebruikt voor het afremmen van een aflopende voorraadrol. De motor-generator-eenheden 35,36 dienen verder 4Q voor het handhaven van de danser-funktie van de lussen-accu- . .:333 -6-

O

i 1 mulator. Een in het onderste been van het C-vormige juk van elke aandrijfriemeenheid aangebrachte omlooprol 37 is uitgevoerd als spanrol. Deze omlooprol 37 is daartoe verschuifbaar in het onderste been van het juk aangebracht. De aandrijfriem-5 eenheden zijn daardoor geschikt om voorraadrollen met verschillende diameter aan te drijven.

De uitvinding is niet beperkt tot de bovenbeschreven uitvoeringsvorm van de inrichting. Zo zijn binnen het kader van de uitvinding andere constructies van de voorraadrolhouder lQen de aandrijfriemeenheid mogelijk. Wezenlijk bij de uitvinding is dat de voorraadrollen worden opgenomen door twee horizontaal verplaatsbare spankoppen en de aandrijfriemen aangrijpen aan de omtrek van de voorraadrollen. Dit heeft het voordeel dat de dure en kwetsbare en bovendien zware spanassen die 15bij de bekende inrichtingen worden toegepast, achterwege kunnen blijven en dat het op de voorraadrollen uitgeoefende koppel tijdens het aanlopen en ook bij het afremmen relatief groot kan zijn, zonder dat dit tot hoge baanbelasting leidt.

- Conclusies - <*t, » -¾ ar» iïrr "% v j v j -J Ό ·->

Claims

2. Inrichting volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat de spankoppen (7, 8) van elke voorraadrolhouder (5, 6) draaibaar zijn gemonteerd in de uiteinden (22) van twee om een horizontale as kantel-25 bare en in horizontale richting verplaatsbare armen (11, 12; 13, 14).
3. Inrichting volgens conclusie 2, m e t het kenmerk, dat de armen (11, 12; 13, 14) in asrichting verschuifbaar en niet-verdraaibaar zijn 30 aangebracht op een horizontaal in het gestel gelegerde scharnieras (15, 16) die gekoppeld is met een verdraaiingsmechanisme. ' 7 ; -Jr 0 - 8 -
4. Inrichting volgens conclusie 3, m e t het kenmerk, dat het verdraaiingsmechanisme bestaat uit een vast met de scharnieras (15, 16) verbonden hefboom (21) en een tussen het uiteinde van de hefboom 5 (21) en het gestel (1) aangebrachte, bij voorkeur motorisch aandrijfbare spindelconstructie (23).
5. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat de armen (11, 12; 13, 14) over de scharnieras (15, 16) verschuifbaar zijn via 10 tenminste een in de lengterichting op de scharnieras aangebrachte tandheugel (17).
6. Inrichting volgens een der conclusies 1-5, met het kenmerk, dat de aandrijfriem- eenheid (25, 26) bestaat ui.t een juk dat gevormd is uit 15 twee in hoofdzaak evenwijdige, op enige afstand van elkaar liggende en vast met elkaar verbonden in hoofdzaak C-vormige plaatdelen (27, 28), een aandrijfrol en meerdere omlooprollen die evenwijdige aan elkaar tussen de C-vormige plaatdelen zijn aangebracht en een om de rollen liggende 20 aandrijfriem (29, 30) , waarbij het geheel wordt vastgehouden door de scharnieras (15, 16) en een daarboven evenwijdig aan de scharnieras verlopende, in het gestel opgenomen geleidingsstang (31, 32) die beide door in de C-vormige plaatdelen (27, 28) aangebrachte passende 25 uitsparingen steken'.
7. Inrichting volgens conclusie 6, m e t het kenmerk, dat een in het onderste been van het C-vormige juk aangebrachte omlooprol (37) is uitgevoerd als spanrol die verschuifbaar in het onderste 30 been van het C-vormige juk is aangebracht. - *ip. - -ai? - 9 -
8. Inrichting volgens conclusie 6 of 7, met het kenmerk» dat de aandrijfrol van elke aandrijfriemeenheid (25, 26) is bevestigd op een evenwijdig aan de scharnieras (15, 16) verlopende, 5 in het gestel (1) gelegerde aandrijfas (33, 34) die gekoppeld is met een op het gestel aangebrachte elektrische motor-generatoreenheid (35, 36). - ' . J J O 0