NL8600125A

NL8600125A - Schakelinrichting voor een naaf met meerdere versnellingen voor rijwielen of dergelijke.

Info

Publication number: NL8600125A
Application number: NL8600125A
Authority: NL
Original assignee: Fichtel & Sachs Ag
Priority date: 1985-01-22
Filing date: 1986-01-21
Publication date: 1986-08-18
Also published as: ATA14786A; AT394695B; GB2169973B; GB2169973A; GB8601154D0; SE466493B; DE3501951C2; US4658667A; NL192098C; NL192098B; DE3501951A1; SE8600234L; SE8600234D0

Description

H.0. 33642 1

Schakel inrichting voor een naaf met meerdere versnellingen voor rijwie-len of dergelijke._

De uitvinding heeft betrekking op een schakel inrichti ng voor een 5 naaf met meerdere versnellingen voor rijwielen of dergelijke, die geschakeld kan worden via een kabel voor het schakelen, bestaand uit een kabelomhulsel 4 en een trekdraad 5 die in het kabel omhulsel 4 kan bewegen, en die een terugstel veerkracht uitoefent op de trekdraad 5, en welke omvat 10 a) een basislichaam 1 b) een zwaaibaar aan het basislichaam 1 gelagerde schakel hefboom 2, die op een afstand van zijn zwaaias een bevestigingsorgaan voor de trekdraad 5 bezit, c) een met een as parallel aan de schakel hefboom 2 op een afstand van 15 het kabelomhulsel 4 en de zwaaias van de schakel hefboom 2 zwaaibaar aan het basislichaam 1 gelagerde grendelhefboom 3, d) een grendel inrichting met ten opzichte van elkaar complementaire grendel organen 2c, 3c op de schakel hefboom 2 en de grendelhefboom 3 voor het vergrendelen van de schakel hefboom 2 in verschillende zwaai- 20 standen.

Reeds lang is bekend om naven met meerdere versnellingen van rijwielen door middel van een schakel inrichting te bedienen, welke een schakel inrichting met stappen bezit (DE-C-1.033.Q63). Deze schakel inrichting voldoet aan alle eisen voor het bedrijf en vertoont een even-25 eens betrouwbare werking, doch bezit een verhoudingsgewijze groot aantal bouwdelen. Hoewel deze weliswaar vervaardigd zijn.uit plaatmetaal, zijn de totale kosten voor dergelijke schakel inrichtingen niet geheel onbelangrijk. Het doel van de uitvinding is onder andere, ten minste.de bouwkosten voor een schakel inrichting voor een naaf met meerdere ver-30 snellingen te verminderen, zonder het aantal versnellingen dat daarmee geschakeld kan worden te verminderen.

Dit wordt bereikt doordat de grendelhefboom 3 tot aan het kabel omhulsel 4 reikt en een steunorgaan 3a voor de ten opzichte van het basislichaam 1 beweegbare ondersteuning van hét kabelomhulsel 4 bezit.

35 Met deze uitvoering wordt een schakelinrichting verkregen, die, terwijl hij een bevredigende werking vertoont, slechts zeer weinig delen bezit en goedkoop vervaardigd kan worden, en aan de andere kant een schakel -gebied met een groter aantal versnellingstrappen mogelijk maakt.

Verdere voordelige details van de uitvinding zijn in de afhanke-40 lijke conclusies gegeven.

.· ·· .· ! £ Ö 2

De uitvinding wordt in het nuvolgende aan de hand van een in de figuur afgebeeld uitvoeringsvoorbeeld verder toegelicht. De figuur toont, enigszins schematisch, een schakel inrichting volgens de uitvinding voor naven met meerdere versnellingen voor rijwielen of dergelijke 5 in bovenaanzicht. Daarbij is de schakel inrichting in de schakelstand van de vierde trap getoond, waarbij verdere instellingen voor de schakel trap van de schakel hefboom gestreept aangeduid zijn.

In de figuur is met 1 een huisdeel aangeduid, waaraan een hier niet getoond deksel gedeelte toegevoegd is. Op het vlak van het huisdeel 10 1 is een loodrecht staande tap la aangebracht, die voor de zwaaibare lagering van een schakel hefboom 2 dient. Verder is met de as parallel aan tap la een verdere tap lc voorzien, die voor de zwaaibare lagering van een palgedeelte 3 uitgevoerd is. Bij voorkeur zijn de hiervoor genoemde bouwdelen, namelijk het huisgedeelte 1, de schakel hefboom 2 en 15 de pal 3 vervaardigd als een gespoten kunststofdeel, waarbij in het huisgedeelte 1 de lagertappen la en lc alsmede een nog te beschrijven aanslag ld tegelijkertijd meegevormd zijn.

De schakel hefboom 2 bezit een middengedeelte 2a in de vorm van een cirkel vormige schijf, dat als wikkellichaam dient voor een schakeldraad 20 en daartoe met een over een bepaald gebied omlopende richel 2b voor de draad uitgerust is. In dit middengedeelte 2a is een boogvormige sleuf 2d aangebracht, waarin een in het huisgedeelte la bevestigde, lood-rechtstaande tap 1b opgenomen is, die er voor dient om het zwaai gebied van de schakel hefboom 2 te begrenzen.

25 Verder is het middengedeelte 2a van de schakel hefboom zo uitge- voerd dat hij een draadnippel 6 kan opnemen aan het uiteinde van een trekdraad 5 voor het schakelen, die, zoals in de figuur te zien is, het middengedeelte 2a van de schakel hefboom in de in een bepaald gebied rondlopende draadrichel 2b omgeeft.

30 De trekdraad voor het schakelen zelf is langs zijn vrije lengte geleid in een draadomhulsel 4, waarvan het uiteinde op het palgedeelte 3 steunt, dat daartoe voorzien is van een ondersteun!ngsvlak 3a. Zoals in de figuur verder te zien is, is het palgedeelte 3 aan zijn bovenste uiteinde voorzien van een sleuf 3b de het ongeveer tangentiaal in de 35 richel voor de draad 2b lopende trekdraad 5 voor het schakelen opgenomen is.

Het middengedeelte 2a van de schakel hefboom 2 bezit aan de omtrek, toegekeerd naar het palgedeelte 3 dat aan de tap lc gekoppeld is, pal -aanslagen 2c, die ongeveer de vorm van een gebogen tand bezitten, met 40 telkens een korte steile flank in trekrichting van de trekdraad voor Λ r ", jrt 4 S gi U V V S id 3 het schakelen en een boogvormig Tang overgangsvlak met een kleiner wordende straal naar de volgende steile flank.

Tegenover deze pal aanslagen 2 c ligt het pal gedeelte 3 met een grendel neus 3c, dat, zoals reeds vermeld, zwaaibaar gekoppeld is aan 5 een tap 1c van het hoofdgedeelte 1 van het huis, onder invloed van de terugstel kracht van het omhulsel 4 van de trekdraad 5 voor het schakelen, waarbij hij telkens gereed is om in telkens een van de pal aanslagen 2c te grijpen. Op het paTgedeeTte 3 is, zoals duidelijk is uit de figuur, een veertong 3d aangebracht, die daarmee bij voorkeur een ge-10 heel vormt, die, wanneer de pal radiaal naar buiten bewogen wordt tengevolge van het schakelen met de schakel hefboom 2, verend tegen een vaste aanslagribbe ld op het basisgedeelte 1 v.an het huis komt aan te liggen. Bij het naar binnen veren van de veertong 3d, tengevolge van het aanliggen tegen de tap ld en de gelijktijdige verdere beweging van 15 een van de palaanslagen 2c onder de grendelneus 3c, komt het uiteinde van de veertong 3d tegen de pal aan te liggen. Doelmatig is de veertong 3d aan zijn vrije uiteinde afgebogen, bijvoorbeeld in de vorm van een naar binnen gebogen uiteinde 3e. Dit uiteinde van de veertong kan ook over een hoek afgebogen zijn. In ieder geval dient de speciale uitvoe-20 ring van het vrije uiteinde van de veertong 3d ervoor, om bij het uit zwaaien van het pal gedeelte 3 het naar binnen veren van de veertong 3d te bepalen.

Het reeds genoemde - doch hier niet getoonde - deksel voor het basisgedeelte 1 van de schakel inrichting kan aan deze vastgeschroefd, 25 zijn opgeklikt of vastgelast zijn. Doelmatig bestaat ook het deksel uit een kunststof die gespoten kan worden. Het onderste deel 1 van het huis kan door middel van een hier niet afgebeelde klemband in het gebied van de hand van de gebruiker van het rijwiel, bij voorkeur aan het stuurt worden aangebracht.

30 Zoals reeds vermeld is de schakel inrichting zeer eenvoudig opge bouwd en bezit slechts twee bewegende onderdelen. De terugstelkracht van het omhulsel voor de trekdraad voor het schakelen wordt gebruikt voor het aandrukken van het palgedeelte tegen de pal aanslagen 2c. Daardoor wordt de aandrukkracht voor de grendel steeds in overeenstemming 35 gebracht met de in de trekdraad voor het schakelen aangebrachte span-ni ng.

Wanneer bij het schakelen over een grendel trap 2c (naar buiten bewegen van de grendel) in de richting van de veerkracht de trekdraad 5 voor het schakelen eventueel verhinderd zou worden om te bewegen, bij-40 voorbeeld doordat de aandrijvingselementen in de naaf geblokkeerd zijn, ' . , .} 1 2 5

'o X

4 blijft tot het opheffen van deze blokkering het palgedeelte 3 zonder aandrukkracht, en de schakel hefboom 2 kan gemakkelijk over een of ook meerdere schakel trappen ?c van de grendel springen. Dit is ontoelaatbaar en wordt door de aan het palgedeelte 3 aangebrachte veertong 3d 5 met een speciale uitvoering van het uiteinde 3e van de tong verhinderd. De veertong 3d wordt bij het overschakelen van het palgedeelte 3, doordat hij tegen de ribbe ld aanslaat, aangedrukt en komt met zijn eindge-deelte 3e tegen het pallichaam aan te liggen. Wanneer het in radiale richting hoogste punt van een van elke grendel trap 2c voorbij de gren-10 del neus 3c van het palgedeelte 3 beweegt, wordt de met de neus 3e aanliggende veertong verder doorgebogen. Het op deze manier opgewekte drukpunt verhindert het onopzettelijk overschakelen schakel trappen 2c van de grendel. De hiervoorgenoemde vorm van elke schakel grendel 2c is zo uitgevoerd, dat na het overwinnen van het drukpunt van de veertong 15 3d/3e deze zich weer ontspant en de schakel hefboom 2 met de schakel-trappen 2c van de grendel niet in het hiervoor genoemde drukpunt kan blijven staan. Het gehele zwaaibereik van de schakel hefboom 2 wordt bepaald door de boogvormig uitgevoerde sleuf 2d in de hefboom 2, die de tap lb omsluit.

20 Met betrekking tot de hiervoor beschreven schakel inrichtingen zijn andere uitvoeringsvormen mogelijk, zo is het denkbaar om het palgedeelte 3 niet zwaaibaar, maar verschuifbaar uit te voeren en aan te brengen. De op de schakel hefboom 2/2a aangebrachte schakelaanslagtrappen 2c kunnen een concave of ook een convexe vorm resp. een kogel vorm bezit-25 ten. Het vergrendelen kan ook door middel van een vergrendelingskogel of een vergrendelingsrol uitgevoerd zijn. Tenslotte is ook een omkering van het systeem mogelijk, zodanig dat de schakelaanslagtrappen van de grendel nu aan de radiaal verzwaaibare pal aangebracht zijn, terwijl de grendelneus aan het middelste gedeelte van de schakel hefboom in de vorm 30 van een schijf aangebracht is.

Het is daarbij mogelijk om de schakelaanslagtrappen van de grendel, zoals getoond, onderling hetzelfde uit te voeren. Het is echter ook mogelijk om de schakelaanslagtrappen van de grendel onderling met een ongelijke steilte uit te voeren, om het vergrendelen resp. de ver-35 dere schakelbeweging te laten uitvoeren met verschillende krachten.

Oh U V’ ** *

Claims

1. Schakel inrichting voor een aandrijfnaaf met meerdere versnellingen voor rijwiel, die via een schakelkafael, bestaand uit een kabel- 5 omhulsel (4) en een in het kabel omhulsel (4) beweegbare trekdraad (5) geschakeld kan worden en die een terugstel veerkracht op de trekdraad (5) uitoefent, welke omvat, a) een basis!ichaam (1) b) een zwaaibaar aan het basislichaam (1) gelagerde schakel hefboom (2), 10 die op een afstand van zijn zwaaias een bevestigingsorgaan voor de trekdraad (5) bezit, c) een met een as parallel ten opzichte van de schakel hefboom (2) op een afstand van het kabelomhulsel (4) en de zwaaias van de schakelhefboom (2) zwaaibaar aan het basislichaam (1) gelagerde grendel hefboom 15 (3), d) een grendel inrichting met ten opzichte van elkaar complementaire grendel organen (2c, 3c) op de schakel hefboom (2) en de grendel hefboom 3 voor het vergrendelen van de schakel hefboom (2) in meerdere zwaaistan-den, met het kenmerk, dat de grendel hefboom (3) tot aan het kabelomhul- 20 sel (4) reikt en een steunorgaan (3a) voor de ten opzichte van het basislichaam (1) beweegbare ondersteuning van het kabelomhulsel (4) bezit.

2. Schakel inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de schakel hefboom (2) een boogvormig om zijn zwaaias gekromd wikkel vlak 25 (2b) voor de trekdraad (5) vormt, dat het steunorgaan (3a) van de gren- delhefboom (3) het kabelomhulsel (4) in wezen in de richting van een tangent aan het wikkel vlak (2b) geleid houdt en dat de complementaire grendel organen (2c, 3c) zo uitgevoerd zijn, dat de vergrendeling in beide draairichtingen van de schakel hefboom (2) met de hand overwonnen 30 kan worden.

3. Schakel inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de grendel hefboom als pal (3) uitgevoerd is en dat het wikkel vlak (2b) gevormd wordt door een naafdeel (2a) dat in wezen de vorm heeft van een cirkelvormige schijf van de schakel hefboom (2), die op zijn omtrek 35 meerdere op een hoekafstand ten opzichte van elkaar aangebrachte tand-vormige inkepingen bezit met schuin ten opzichte van de radiale richting verlopende flanken voor het^aangrijpen van de pal (3).

4. Schakel inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de tandvormige inkepingen gevormd worden door in emitreksrichting op elkaar 40 volgende boogvormige tanden (2c), waarvan de tegen de trekrichting van r: ·': } o *-* x * - ; *} ύ V 6 de trekdraad (5) inwijzende flanken boogvormig zijn gekromd.

5. Schakel inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de boogvormige flanken convex gekromd zijn en in omtreksrichting van het naafgedeelte (2a) langer zijn dan de in trekrichting van de trekdraad 5 (5) wijzende flanken.

6. Schakel inrichting volgens een van de conclusies 1 t/m 5, met het kenmerk, dat grendel hefboom (3) een veertong (3d) bezit en het basislichaam (1) op de zijde van de veertong (3d), die afgekeerd is van de zwaaias van de schakel hefboom (2), een met de veertong (3d) samen- 10 werkende aanslag (ld) draagt.

7. Schakel inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de aanslag (ld) op een afstand van het vrije uiteinde van de veertong (3d) op deze aangrijpt en dat de veertong (3d) op zijn vrije uiteinde een in de onbelaste toestand van de veertong (3d) op afstand van een aanslag- 15 vlak van de grendel hefboom (3) verlopend eindgedeelte (3e) bezit, dat in de onbelaste toestand van de veertong (3d) tegen het aanslagvlak aan!igt.

8. Schakel inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat in de stand van de grendel hefboom (3) waarin de grendel organen (2c, 3c) in 20 aangrijping met elkaar worden gehouden, de veertong (3d) op een afstand van de aanslag (ld) van het basislichaam (1) verloopt.

9. Schakel inrichting volgens een van de conclusies 1 t/m 8, met het kenmerk, dat de schakel hefboom (2) voor het begrenzen van zijn zwaaihoek een rond de zwaaias cirkel vormig gekromde boogvormige sleuf 25 (2d) bezit, waarin een ten opzichte van het basislichaam (1) uitsteken de tap (lb) grijpt.

10. Schakel inrichting volgens een van de conclusies 1 t/m 9, met het kenmerk, dat het basislichaam (1), de grendel hefboom (3) en de schakel hefboom (2) uitgevoerd zijn al s uit kunststof gespoten delen. ++++++++++ 83 3C12 5