NL8502721A - Zitcombinatie. - Google Patents

Description

* · - :-,- - « .

* 85.5126/Rey/sme 1 Korte aanduiding: Zitcombinatie.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een zitcombinatie, omvattende twee of meer op elkaar aansluitende zitelementen. Bij dergelijke zitcombinaties zijn de zit-elementen in het algemeen los tegen elkaar aangeschoven, 5 waarbij een rechte, doorgaande bank of een haakse bank wordt gevormd.

De onderhavige uitvinding beoogt een zitcombinatie te verschaffen, die meer mogelijkheden verschaft tot het wijzigen van de configuratie en gemakkelijk kan worden aan-10 gepast aan de ruimte of aan de gebruiksomstandigheid.

Dit oogmerk wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat tenminste één van de zitelementen van de zitcombinatie door middel van een scharnierverbinding draaibaar is verbonden met een aangrenzend zitelement. Op deze wijze kunnen de 15 zitelementen ten opzichte van elkaar worden verdraaid, zodat een boogvormig geheel ontstaat. De zitcombinatie kan zodoende gemakkelijk worden aangepast aan de ruimte, terwijl de afzonderlijke zitelementen toch met elkaar zijn verbonden en niet ongewenst ten opzichte van elkaar kunnen verschuiven.

20 Het in een boog plaatsen van een dergelijk zitelement heeft tevens het voordeel, dat naast elkaar gezeten personen gemakkelijker met elkaar kunnen converseren.

Volgens een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de uitvinding is tussen twee draaibaar met elkaar ver-25 bonden zitelementen een horizontaal plateau aangebracht, dat met tenminste één van beide zitelementen in verbinding staat en in hoofdzaak de vorm heeft van een cirkelsector, welk plateau zich in de ruimte onder tenminste één van de zitelementen kan uitstrekken.

30 Deze constructie heeft het voordeel, dat de open ruimte die ontstaat als twee aan elkaar grenzende zitelementen ten opzichte van elkaar worden verdraaid, door het plateau wordt overbrugd. Tussen de ten opzichte van elkaar verdraaide zitelementen ontstaat zodoende een oppervlak, dat enerzijds 35 in esthetisch opzicht een doorlopende verbinding tussen de zitelementen vormt, maar bovendien voor de gebruikers van i5C27 21 - 2 - de zitcombinatie als tafel kan dienen.

Volgens de uitvinding rust het plateau door middel van steunorganen op de grond en zijn beide aangrenzende zitelementen scharnierend met het plateau verbonden.

5 Een zitcombinatie die tenminste drie zitelementen bevat, heeft volgens de uitvinding een uit één geheel bestaand plateau, waarbij de beide buitenste zitelementen scharnierend aan het plateau zijn bevestigd, terwijl de hiertussen gelegen zitelementen door het plateau worden 10 gedragen.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin: fig. 1 een perspektivisch aanzicht toont van een zitcombinatie volgens de uitvinding in ingeklapte toestand; 15 fig. 2 een perspektivisch aanzicht toont van de zitcombinatie uit fig. 1 in uitgeklapte toestand; fig. 3 in perspektief een tussen de zitelementen uit de fig. 1 en 2 aangebracht plateau met de bevestiging van één van de zitelementen hieraan; 20 fig. 4 een vooraanzicht van het plateau uit fig. 3 met een gedeelte van de hiermee verbonden zitelementen; fig. 5 een bovenaanzicht toont van een zitcombinatie volgens een andere uitvoeringsvorm in ingeklapte toestand; fig. 6 een bovenaanzicht toont van de zitcombinatie 25 uit fig. 5 in uitgeklapte toestand.

Zoals blijkt uit de tekening, bestaat de zitcombinatie 1 uit een drietal zitelementen 2, 3 en 4. Deze zitelementen zijn door tussenkomst van een plateau 5 scharnierend met elkaar verbonden. Zoals blijkt uit fig. 3, bestaat elk 30 plateau 5 uit een horizontaal blad 6, dat in bovenaanzicht de vorm heeft van een cirkelsector met een cirkelboogvormige zijde 7 en twee rechtlijnige zijden 8 resp. 9. In de hoekpunten is het plateau 5 voorzien van poten 10, waarmee het plateau op de grond rust.

35 Aan beide uiteinden van de rechte zijde 8 zijn gaten 11 aangebracht, die pennen 12 kunnen opnemen van het middelste zitelement 3. Op deze wijze rust het middelste zitelement 3 85 0 2 72 1 * «% - 3 - aan weerszijden op een plateau 5.

In het gebied waar de rechte zijden 8 en 9 elkaar raken, is tevens een gat 13 aangebracht, waarin een pen 14 steekt van het zitelement 2 (zie fig. 4). De pen 14 vormt met het 5 gat 13 een scharnier waarom het zitelement 2 kan draaien.

Het zitelement rust zodoende met één hoekpunt op het plateau 5 en is in de drie resterende hoekpunten voorzien van poten 15, waarmee het op de grond rust. In de in de tekening weergegeven uitvoeringsvorm zijn de poten 15 voorzien van zwenk-10 wielen 16. Het zitelement 4 is aan de andere kant van het zitelement 3 op overeenkomstige wijze aan het daar aanwezige plateau 5 bevestigd.

In de in fig. 1 weergegeven ingeklapte toestand van de zitcombinatie 1 liggen de beide plateaus 5 in de ruimte 15 onder de zitelementen 2 en 4. Als de beide zitelementen 2 en 4 om de scharnierpen 14 worden verdraaid naar de stand in fig. 2, overbruggen de beide plateaus de ruimte tussen de zitelementen en vormen een tafeloppervlak voor de gebruiker.

20 In fig. 5 is een andere uitvoeringsvorm van de uit vinding weergegeven, waarbij de overeenkomstige onderdelen met dezelfde verwijzingscijfers zijn aangegeven. In deze uitvoeringsvorm is één enkel plateau 17 aangebracht, dat door middel van steunorganen 18 op de grond rust, welke 25 steunorganen bestaan uit een drietal balken. Het plateau 17 bestaat uit een langwerpig vlak, dat aan beide uiteinden is voorzien van een cirkelsector. Het middelste zitelement 3 is vast in het midden op het plateau bevestigd en de beide cirkelsectoren steken aan weerszijden buiten het zit-30 element 3 uit. De buitenste zitelementen zijn door middel van de scharnierpen 14 met het plateau 17 verbonden en rusten met hun resterende drie poten 15 op de grond.

Het plateau is voorzien van een tweetal aanslagelementen 19, die elk samenwerken met een op elk der buitenste zit-35 elementen 2 en 4 aangebrachte aanslag 20 voor het begrenzen van de draaibeweging van de zitelementen 2 en 4 als deze in de richting van de pijlen A worden verdraaid. Teneinde 850 2 72 ί V ">' - 4 - het ongewenst verdraaien van de zitelementen te voorkomen, zijn slechts twee van de drie poten 15 voorzien van zwenkwielen.

Het zal duidelijk zijn, dat binnen het kader van de 5 uitvinding een groot aantal varianten mogelijk is. Zo kan het plateau bijvoorbeeld vast zijn verbonden aan de zijkant van een der zitelementen en verschuifbaar zijn geleid onder het aangrenzende zitelement. Bovendien behoeft de scharnierende verbinding met het aangrenzende zitelement niet op 10 het plateau te zijn aangebracht, maar kunnen de zitelementen direct onderling scharnierend zijn verbonden.

8302 72 1

Claims (7)

1. Zitcombinatie omvattende twee of meer op elkaar aansluitende zitelementen, met het kenmerk, dat tenminste één van de zitelementen van de zitcombinatie door middel van een scharnierverbinding draaibaar is verbonden met een aangrenzend zitelement.

2. Zitcombinatie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat tussen twee draaibaar met elkaar verbonden zitelementen een horizontaal plateau is aangebracht, dat met tenminste één van beide zitelementen in verbinding staat en in hoofdzaak de vorm heeft van een cirkelsector, welk plateau zich in de ruimte onder tenminste één van de zitelementen kan uitstrekken.

3. Zitcombinatie volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het plateau door middel van steunorganen op de grond rust en beide aangrenzende zitelementen scharnierend met het plateau zijn verbonden.

4. Zitcombinatie volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het plateau door middel van steunorganen op de grond rust en tenminste één der zittingen draagt.

5. Zitcombinatie volgens conclusie 4, welke combinatie tenminste drie zitelementen bevat, met het kenmerk, dat een uit één geheel bestaand plateau is aangebracht, de beide buitenste zitelementen scharnierend aan het plateau zijn bevestigd, terwijl de hiertussen gelegen zitelementen door het plateau worden gedragen.

6. Zitcombinatie volgens één der voorafgaande conclusies 1-5, met het kenmerk, dat op het plateau aan-slagelementen zijn aangebracht voor het begrenzen van de onderlinge verdraaiing tussen twee aan elkaar grenzende zitelementen. 8502 7?! ^ - 6 -

7. Zitcombinatie volgens één der voorafgaande conclusies 1-6, met het kenmerk, dat elk draaibaar zit-element tenminste is voorzien van twee zwenkwielen. 8502 72 !