NL8502467A - Werkwijze voor het oprichten van een geluidwerende wand gebaseerd op al dan niet wortels bezittende takken alsmede onder toepassing van deze werkwijze verkregen wand. - Google Patents
Werkwijze voor het oprichten van een geluidwerende wand gebaseerd op al dan niet wortels bezittende takken alsmede onder toepassing van deze werkwijze verkregen wand. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8502467A NL8502467A NL8502467A NL8502467A NL8502467A NL 8502467 A NL8502467 A NL 8502467A NL 8502467 A NL8502467 A NL 8502467A NL 8502467 A NL8502467 A NL 8502467A NL 8502467 A NL8502467 A NL 8502467A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- willow
- soil
- sound
- wall
- branches
- Prior art date
Links
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E01—CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
- E01F—ADDITIONAL WORK, SUCH AS EQUIPPING ROADS OR THE CONSTRUCTION OF PLATFORMS, HELICOPTER LANDING STAGES, SIGNS, SNOW FENCES, OR THE LIKE
- E01F8/00—Arrangements for absorbing or reflecting air-transmitted noise from road or railway traffic
- E01F8/02—Arrangements for absorbing or reflecting air-transmitted noise from road or railway traffic specially adapted for sustaining vegetation or for accommodating plants ; Embankment-type or crib-type noise barriers; Retaining walls specially adapted to absorb or reflect noise
- E01F8/021—Arrangements for absorbing or reflecting air-transmitted noise from road or railway traffic specially adapted for sustaining vegetation or for accommodating plants ; Embankment-type or crib-type noise barriers; Retaining walls specially adapted to absorb or reflect noise with integral support structure
- E01F8/026—Live wall, e.g. interlaced twines
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Architecture (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Building Environments (AREA)
- Woven Fabrics (AREA)
- Connection Or Junction Boxes (AREA)
- Devices Affording Protection Of Roads Or Walls For Sound Insulation (AREA)
- Pit Excavations, Shoring, Fill Or Stabilisation Of Slopes (AREA)
- Placing Or Removing Of Piles Or Sheet Piles, Or Accessories Thereof (AREA)
Description
- V. \
Adviesbureau Riede 3oskoop
Werkwijze voor het oprichten van een geluidwerende wand gebaseerd op al dan niet wortels bezittende takken alsmede onder toepassing van deze werkwijze verkregen wand.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het oprichten van een geluidwerende wand door al dan niet reeds wortels bezittende takken naast elkaar in de bodem te planten en tot groei te brengen zodanig dat zij ten minste gedeeltelijk in elkaar en tegen elkaar aan 5 kunnen groeien. Een dergelijke geluidwerende wand is bekend uit de Nederlandse octrooiaanvrage 8202277 waarbij de takken dicht naast elkaar in de bodem worden geplant en met de takken middelen, zoals onder meer een golfplaat, worden verbonden om ook direkt na het planten van de takken een nagenoeg gesloten wand te verkrijgen. Om het dicht bij elkaar 10 planten van de takken te vereenvoudigen kunnen onder meer de takken door dwars op de lengterichting van de takken lopende en op enige afstand van elkaar aangebrachte draden, touwen en dergelijke worden verbonden, die zich om de opeenvolgende takken zodanig heenslingeren dat een soort weefsel wordt verkregen. Deze konstruktie berust op wandvor-15 ming door de na verloop van tijd toegenomen dikte vein de dicht tegen elkaar staande wilgenpalen. Door de natuurlijke eigenschappen van de geplante wilgenpalen zullen echter na verloop van tijd ook gaten vallen. Voorts is er het bezwaar dat gebruik wordt gemaakt van golfplaten en andere materialen, terwijl tevens de opbouw van betrekkelijk hoge 20 wanden op moeilijkheden stuit doordat rechte wilgenpalen met lengtes groter dan 2 meter moeilijk leverbaar zijn en uiteraard moeilijk hanteerbaar zijn.
De werkwijze van de uitvinding beoogt deze bezwaren te ondervangen en de mogelijkheid te bieden de geluidwerende wand in stappen tot een 25 gewenste hoogte op te bouwen.
Aldus is de in de aanhef aangeduide werkwijze volgens de uitvinding daardoor gekenmerkt dat aan de onderzijde gepunte wilgenpalen op ruime afstand van elkaar in de grond worden gestoken en tussen deze vertikale wilgenpalen in langsrichting wilgentenen worden gevlochten, deze wan-30 den door verstevigingen aangebracht in de nabijheid van de toppen van de takken met elkaar worden verbonden en tussen de gevormde wanden een S502 4S7 - 2 - grondmengsel wordt aangebracht. Hoewel deze werkwijze in principe niet is gebonden aan een bepaalde afmeting van de takken zal men in de praktijk uitgaan van gemakkelijk beschikbare materialen waarmede een geluidwerende wand van ten minste 1 meter lengte kan worden opgericht.
5 Aldus gaat men bij voorkeur uit van aan de onderzijde gepunte wilgenpalen die op een onderlinge afstand van 30-70 cm en bij voorkeur ca.
50 cm in de grond worden gestoken, waarbij een tweede rij op een afstand van ten minste 120 cm en bij voorkeur ca. 160 cm wordt aangebracht. Men gaat bij voorkeur uit van palen die een zodanige lengte 10 hebben dat zij ca. 1 meter boven de grond uitsteken. Zeer geschikt zijn palen van afmetingen van 1½ tot 2 meter die een voldoende afstand in de grond worden gestoken om een stevig geheel te vormen. Een zeer geschikte . afmeting is ca. 175 cm. Tussen de vertikale in de grond gestoken wilgenpalen worden in langsrichting wilgentenen gevlochten voor het opbouwen 15 van de wand. Hiertoe zijn 2-3 jarige wilgentenen zeer geschikt in verband met hun· veerkracht en elasticiteit. De verkregen wand wordt nu afgewerkt door tussen de twee opgerichte rijen gevlochten takken een goed vochthoudend grondmengsel aan te brengen. Teneinde uitzakken van de randen als gevolg van de zijwaartse gronddruk tegen te gaan worden 20 in de nabijheid van de kop van de palen verstevigingsmaterialen, zoals in het bijzonder spandraden, tussen beide' rijen palen aangebracht. Bijzonder geschikte materialen zijn bij voorbeeld inerte kunststofdra-den zoals nylondraden, welke draden bij voorbeeld ca. 10 cm onder de kop van de palen worden doorgeregen, alsmede geprefabriceerde spandra-25 den van bij voorbeeld gegalvaniseerd ijzer. Uiteraard zijn andere soorten inerte sterke draadmaterialen mogelijk.
De in de grond gestoken wilgenpalen zullen gedurende het groeiseizoen gaan wortelen en in dikte toenemen, zodat zowel boven- als ondergronds de stevigheid toeneemt. De horizontaal gevlochten wilgentenen 30 zullen door kontakt met de aangebrachte grond en door het vooraf aan de grondzijde plaatselijk verwijderen van de schors ook gaan wortelen, waardoor een hecht geheel ontstaat. De genoemde opbouw biedt het voordeel dat na het voltooien van het vlechtwerk van de wilgentenen, het verbinden met behulp van nylondraad en het aanvullen met grond de ge-35 luidswand vervolgens weer met dezelfde orde van grootte kan worden verhoogd door aan de binnenzijde van het vlechtwerk in de aangebrachte grond opnieuw wilgenpalen te steken en de reeds genoemde handelingen te 8502467 ' - 3 - herhalen. In de praktijk kan men op deze wijze een geluidwerende wand met een hoogte van ca. 3 meter in drie etappen opbouwen.
31j de opbouw van deze geluidwerende wand wordt in het bijzonder van wilgenmateriaal gebruik gemaakt omdat dit zeer snel groeit. Afhan-5 kelijk van de bodemgesteldheid, de beplanting ter plaatse en andere omstandigheden kan men echter ook andere soorten takkenmateriaal naast elkaar of gemengd toepassen.
Wat betreft de vulling van de geluidwerende wand zal men bij voorkeur gebruik maken van grondsoorten die voldoende vochthoudend vermogen 10 hebben om de groei van de wilgentenen te bevorderen. In principe kan men elk mengsel gebruiken dat aan deze voorwaarden voldoet. Geschikte grondmengsels zijn bij voorbeeld zavelgrond, veengrond of kleigrond al of niet met andere materialen vermengd. Op zeer slappe en weinig draagkrachtige gronden kan men gebruik maken van lichtere grondmeng-15 seis, bij voorbeeld door de genoemde grond te vermengen met geëxpandeerde kleikorrels, bij voorbeeld in hoeveelheden van 1-3% of meer.
De watervoorziening van de grond tussen de wanden in een droge periode geschiedt door middel van een druppelsysteem dat zich boven in de wal bevindt. Ter voorkoming van onnodige verdamping en ter aanvulling 20 van de eventueel geklonken grond kan het versnipperde snoeihout van de uitgelopen wilgen als toplaag op de aangebrachte grond worden verwerkt. Het maaien van de wilgen nadat deze zijn uitgelopen dient maximaal eenmaal per jaar en minimaal ëénmaal per drie jaar plaats te vinden.
25 Door ruimtegebrek zullen niet alle horizontaal gevlochten wilgen aanslaan (bewortelen). Een deel van het vlechtwerk heeft reële levenskansen. Dit deel zal de afgestorven wilgentenen geleidelijk vervangen zodat een stevig geheel blijft bestaan. De niet aangeslagen wilgentenen behouden 4-5 jaar hun stevigheid.
30 Het opbouwen van de geluidwerende wand in etappen met behulp van re latief korte wilgenpalen met een diameter van 4-5 cm heeft als voordeel dat de paallengte op zichzelf niet bindend is, en er verder een groot aanbod van goed hanteerbare wilgenpalen onder 2 meter is. Bij palen langer dan 2 meter wordt het vlechten daarvan tevens moeilijker.
35 De kortere wilgenpalen kunnen jonger zijn en zullen daardoor beter bewortelen. Doordat de vertikale palen een ruime afstand hebben, in de orde van 50 cm, welke afstand nodig is om een te grote wortelconcurren- jd — I—l'· 3502 4 6 7 - 4 - tie in de bodem te voorkomen, kan bij het uitblijven van beworteling op eenvoudige wijze een dunnere paal direkt naast de afgestorven paal in het vlechtwerk worden geslagen. De dikkere maar afgestorven paal zorgt dan in de eerste jaren tevens voor de stevigheid. Bij grotere 5 lengten van de palen zou men spanmiddelen moeten gebruiken die de paal halverwege insnoeren waardoor de kans op afsterving wordt vergroot.
Bij de onderhavige werkwijze worden door de noodzakelijke spandraden de wilgenpalen alleen aan de top ingesnoerd. Opgemerkt wordt dat indien de géluidwerende wand door de goede ontwikkeling een grote stabiliteit 10 heeft verkregen men eventueel nog een vierde etage kan opbouwen.
Het is duidelijk dat het voorkeur verdient de te gebruiken wilgenpalen en wilgentenen direkt na het snijden te verwerken. Dit snijden dient in de periode tussen november en april te geschieden.
De uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de tekening 15 waarin: figuur 1 een doorsnede van de geluidwerende wand is waarin drie etages worden aangegeven waaruit de wand is opgebouwd; figuur 2 in vogelvlucht een palenkonstruktie volgens de uitvinding weergeeft; en 20 figuur 3 een variant is van figuur 2.
In figuur 1 worden met 1 de wilgenpalen aangegeven die in de drie etappes worden gebruikt. Bij wijze van voorbeeld kan de wilgenpaal in de eerste etappe een lengte hebben van 175 cm, in de tweede etappe een lengte van 150 cm en in de derde etappe een lengte van 150 cm, waarbij 25 de diameter in het algemeen 4-5 cm is. De punten 3 van de palen zijn in de grond gestoken, waarbij de bodem met 2 wordt aangegeven. De gevlochten tenen worden met 4 aangegeven, terwijl verder de spandraden met 5 zijn aangegeven. De vochthoudende grond in de verschillende etappen ismet verschillende zwartingen aangegeven. Aan de top van de wand 30 is door het gearceerde gedeelte 6 de strooisellaag van versnipperd snoeimateriaal aangegeven, waardoor men het inklinken van de grond na verloop van tijd kan ondervangen.
In figuur 2, waarin dezelfde verwijzingscijfers dezelfde betekenissen hebben, wordt een deel van het vlechtwerk met 2-3 jarige wilgente-35 nen getoond, terwijl tevens de spandraden 5, die van onder naar boven worden aangebracht, telkens voor het aanvullen met grond van een etage duidelijk zijn weergegeven.
85 0 2 4 6 7 - 5 -
In figuur 3 wordt een zelfde konstruktie getoond met echter als verschil dat geprefabriceerde spandraden van gegalvaniseerd ijzer 5' worden toegepast, die tussen 2 tegenoverstaande palen zijn bevestigd.
Zoals uit de figuren blijkt heeft de geluidwerende wand tevens een 5 hellend verloop hetgeen gunstig is om terugkaatsing van geluid bij voorbeeld over een verkeersweg te voorkomen. In de getoonde geluids-wand is aan de bovenkant een scherpe begrenzing aanwezig, waardoor verstrooiing van geluid wordt voorkomen. Aldus voorziet de uitvinding in een milieuvriendelijke geluidwerende wand, erfafscheiding of windke-10 ring.
--M
8 3 0 2 4 o 7
Claims (6)
1. Werkwijze voor het oprichten van een geluidwerende of voor andere doeleinden dienende wand door al dan niet reeds wortel bezittende takken naast elkaar in de bodem te planten en tot groei te brengen zodat zij ten minste gedeeltelijk in elkaar en tegen elkaar aan kunnen 5 groeien, met het kenmerk, dat aan de onderzijde gepunte wilgenpalen op afstand van elkaar in de grond worden gestoken en tussen deze vertikale wilgènpalen in langsrichting wilgentenen worden gevlochten, en tussen de gevormde wanden een grondmengsel wordt aangebracht nadat de wanden door spandraden aangebracht in de nabijheid van de toppen van de tak-10 ken met elkaar zijn verbonden.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de aangebrachte geluidwerende wand wordt verhoogd door de werkwijze volgens conclusie 1 te herhalen.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat een geluids-15 wand in drie etappes wordt opgebouwd.
4. Werkwijze volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de takken op een zodanige afstand van elkaar in de grond worden gebracht, dat voldoende ruimte is om het hoofd te bieden aan de grote wortelconcur-rentie in de bodem.
5. Werkwijze volgens conclusies 1-4, met het kenmerk, dat wilgen palen worden toegepast met een lengte die niet groter is dan 2 meter.
6. Al of niet in etappen opgebouwde geluidwerende of voor andere doeleinden dienende wand verkregen volgens een werkwijze van één of meer van de voorafgaande conclusies. 850 2 4 6 7
Priority Applications (6)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8502467A NL8502467A (nl) | 1985-09-10 | 1985-09-10 | Werkwijze voor het oprichten van een geluidwerende wand gebaseerd op al dan niet wortels bezittende takken alsmede onder toepassing van deze werkwijze verkregen wand. |
DE198686201553T DE216422T1 (de) | 1985-09-10 | 1986-09-10 | Schallschutzmauer. |
EP86201553A EP0216422B1 (en) | 1985-09-10 | 1986-09-10 | Soundproof wall |
AT86201553T ATE55435T1 (de) | 1985-09-10 | 1986-09-10 | Schallschutzmauer. |
DE8686201553T DE3673299D1 (de) | 1985-09-10 | 1986-09-10 | Schallschutzmauer. |
DK431386A DK161981C (da) | 1985-09-10 | 1986-09-10 | Fremgangsmaade til bygning af en lydmur |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8502467A NL8502467A (nl) | 1985-09-10 | 1985-09-10 | Werkwijze voor het oprichten van een geluidwerende wand gebaseerd op al dan niet wortels bezittende takken alsmede onder toepassing van deze werkwijze verkregen wand. |
NL8502467 | 1985-09-10 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8502467A true NL8502467A (nl) | 1987-04-01 |
Family
ID=19846527
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8502467A NL8502467A (nl) | 1985-09-10 | 1985-09-10 | Werkwijze voor het oprichten van een geluidwerende wand gebaseerd op al dan niet wortels bezittende takken alsmede onder toepassing van deze werkwijze verkregen wand. |
Country Status (5)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP0216422B1 (nl) |
AT (1) | ATE55435T1 (nl) |
DE (2) | DE216422T1 (nl) |
DK (1) | DK161981C (nl) |
NL (1) | NL8502467A (nl) |
Families Citing this family (10)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE4126657C1 (en) * | 1991-08-13 | 1992-08-27 | Karl-Heinz 8050 Freising De Freitag | Vegetative sound barrier with longitudinal walls - has each wall of longitudinal elements with vertical, tightly packed willow braches |
DE4424212A1 (de) * | 1994-07-09 | 1996-01-18 | Juergen Prof Dipl Ing Hoffmann | Verfahren zur Befestigung von Hängen |
US5724331A (en) * | 1994-08-25 | 1998-03-03 | Discovision Associates | Disk drive system having improved cartridge-loading apparatus including direct drive gear train and methods for making and operating same |
DE9420626U1 (de) * | 1994-12-23 | 1995-02-16 | Eichinger, Hartmut, 97285 Röttingen | Spielhaus |
DE19502051C2 (de) * | 1995-01-13 | 1999-11-18 | Josef Dinkler | Schutz- und Begrenzungswand für den Landschaftsbau |
DE19723816A1 (de) * | 1997-06-06 | 1998-12-10 | Inken Liere | Verfahren zur Herstellung von Zäunen oder von Objekten für die Gestaltung von Spielplätzen und Parkanlagen |
WO1999022075A1 (en) * | 1997-10-28 | 1999-05-06 | Rockwool International A/S | A noisescreen |
CA2324406A1 (en) * | 1999-01-19 | 2000-07-27 | Marc Braendli | Wall, preferably a protective wall |
DK200000379U3 (da) * | 2000-12-15 | 2001-02-09 | Pilebyg Aps | Støjskærm |
WO2006133475A1 (de) * | 2005-06-16 | 2006-12-21 | Guenther Koszik | Begrüntes schutzsystem |
Family Cites Families (11)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE287847C (nl) * | ||||
DE459870C (de) * | 1928-05-14 | Arthur Wiechula | Anlage zur Erzeugung von durchbrochenen oder geschlossenen Waenden aus Iebendem Holz | |
DE386940C (de) * | 1922-04-01 | 1923-12-21 | Arthur Wiechula | Schneeschutzzaun aus verflochtenen Pflanzen |
DE2361577A1 (de) * | 1973-12-11 | 1975-06-19 | Bryan Edmund Mackelden | Holzzaun |
DE2458544A1 (de) * | 1974-12-11 | 1976-06-16 | Johannes Roetterink | Vorgefertigte laermschutzwand |
DE3027442A1 (de) * | 1980-07-19 | 1982-02-11 | Wayss & Freytag Ag, 6000 Frankfurt | Schallschutzwand |
DE8024232U1 (de) * | 1980-09-11 | 1981-05-14 | Lüft GmbH, 6501 Budenheim | Pflanzerdgeruest, insbesondere vegetative laermschutzwand |
NL8105242A (nl) * | 1981-11-19 | 1983-06-16 | Plaatwerkerij En Verzinkerij V | Muur. |
DE3225066A1 (de) * | 1982-07-05 | 1984-01-05 | Stromeyer Ingenieurbau GmbH, 7750 Konstanz | Schutzwall |
EP0128245B1 (en) * | 1983-06-13 | 1987-03-25 | Op de Kaai Beheermaatschappij B.V. | Process for establishing a sound-proofing wall along a traffic road or the like |
DE3402531C2 (de) * | 1984-01-26 | 1986-03-27 | Wolfgang 2833 Groß Ippener Behrens | Trockenrasenbauwerk |
-
1985
- 1985-09-10 NL NL8502467A patent/NL8502467A/nl not_active Application Discontinuation
-
1986
- 1986-09-10 DE DE198686201553T patent/DE216422T1/de active Pending
- 1986-09-10 AT AT86201553T patent/ATE55435T1/de not_active IP Right Cessation
- 1986-09-10 DE DE8686201553T patent/DE3673299D1/de not_active Expired - Fee Related
- 1986-09-10 DK DK431386A patent/DK161981C/da not_active IP Right Cessation
- 1986-09-10 EP EP86201553A patent/EP0216422B1/en not_active Expired - Lifetime
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP0216422B1 (en) | 1990-08-08 |
DK431386D0 (da) | 1986-09-10 |
DK161981B (da) | 1991-09-02 |
EP0216422A1 (en) | 1987-04-01 |
DE3673299D1 (de) | 1990-09-13 |
ATE55435T1 (de) | 1990-08-15 |
DE216422T1 (de) | 1989-01-05 |
DK431386A (da) | 1987-03-11 |
DK161981C (da) | 1992-02-17 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
Donat | Bioengineering techniques for streambank restoration | |
NL8502467A (nl) | Werkwijze voor het oprichten van een geluidwerende wand gebaseerd op al dan niet wortels bezittende takken alsmede onder toepassing van deze werkwijze verkregen wand. | |
JPS61137922A (ja) | 法面土留工法 | |
DE2160576A1 (de) | Verfahren zur herstellung von stabilisierten rasenflaechen | |
JPH11100849A (ja) | 擁壁および法面の構築方法 | |
Martin | Fences, gates and bridges: a practical manual | |
Schiechtl | FAO watershed management field manual: vegetative and soil treatment measures | |
JPS60188532A (ja) | 法面土留装置 | |
EP0529024A1 (de) | Samenträger für die begrünung und armierung von geneigten flächen. | |
DE2724308A1 (de) | Behaelter zur pflanzenzucht | |
Sabonadière | The Coffee-Planter of Ceylon | |
Carter | Illinois trees: selection, planting, and care | |
CN214940237U (zh) | 一种山区公路施工用斜坡加固结构 | |
KR101164920B1 (ko) | 생나무 가지를 이용한 기슭막이 시공방법 | |
KR100306392B1 (ko) | 토사경사면의녹화공법 | |
Davis | Methods for the improvement of streams | |
JPH0351371Y2 (nl) | ||
Tishler | Building Wisconsin’s Barns | |
JPS62182316A (ja) | 法面緑化保護工における丸太伏せ工法 | |
Toht | 40 Projects for Building Your Backyard Homestead: A Hands-on, Step-by-Step Sustainable-Living Guide | |
JP2003313873A (ja) | 法面被覆用植込みマットと、それによる法面被覆方法 | |
JPH01158113A (ja) | 法面緑化保護工における丸太伏せ工法 | |
Gowthami et al. | Chapter-7 Soil and Water Conservation in Non-Arable Lands | |
JPS6088727A (ja) | 土止工法 | |
JPH0352818Y2 (nl) |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
BV | The patent application has lapsed |