NL8402328A - Volgens een curve bewegende plaatbandtransporteur. - Google Patents

Description

» *· - * » \ » VO 6463

Volgens een curve bewegende plaatbandtransporteur.

De uitvinding heeft betrekking op een plaatbandtransporteur uit elastische, aan hun naburige zijkanten met schamierogen in elkaar grijpende-en door schamierpennen onderling verbonden plaatschalmen, welke evenwijdig aan de langsas van de transporteur verlopende, met 5 vaste geleidingsrails van de plaatbandtransporteur samenwerkende ge-leidingsvlakken hebben.

Bij een uit het Merikaanse octrooischrift 3.513.964 bekende volgens een curve bewegende plaatbandtransporteur van dit type nemen onder de afzonderlijke plaatschalmen gelaste, gescheiden geleidings-10 schoenen het zeker geleiden van de bandtransporteur over zijn gekromde baantraject over. De geleidingsschoenen komen daarbij met hellende zijvlakken tegen de eveneens hellende, vaste geleidingsrails van de plaatbandtransporteur aan te liggen. De hellingshoek is daarbij zodanig gekozen, dat de plaatschalmen niet naar boven opgelicht kunnen worden.

15 Voorts is het uit het Duitse octrooischrift 2.829.108 bekend, aan de schamierogen van de plaatschalmen geleidingslippen te lassen, welke de plaatschalmen op de voorgeschreven baan moeten houden, alle bekende oplossingen zijn hetzij duur of/en slechts moeilijk te vervaardigen.

20 Daarvan af gezien, dat de schamierpennen zo ook de schamier ogen voor het verbinden van de afzonderlijke plaatschalmen in elk geval noodzakelijk zijn, ligt aan de uitvinding het probleem ten grondslag, de kosten voor fabricage en materiaal voor de geleidingselementen aanzienlijk te verlagen en zonder een bijzonder constructiedeel het 25 leiden door de plaatschalmband zelf te laten ovememen.

Dit probleem wordt volgens de uitvinding door aan de kopzijde aanwezige geleidingsvlakken van de schamierpennen opgelost, welke een eenzijdig aangevormde kop kunnen hebben. De schamierpennen kunnen volgens de koude stuikmethode in een tweetrapspers vervaardigd worden, 30 waarbij dit een ondergeschikte arbeidsfase is, een eenzijdig aan de schamierpen geslagen kop te vormen. De aldus gevormde pen kan hetzij afwisselend of eenzijdig in de plaatbandtransporteur gemonteerd worden? de totnogtoe afzonderlijk vervaardigde geleidingselementen vervallen.

8402328 f ‘ -2-

Bij een scharnierpen met een blinde boring aan zijn kopzijde of met aan beide zijden blinde boringen kunnen in de boringen gelei-dingslippen uit kunststof of staal gezet worden. De in de boringen bevestigde, bijvoorbeeld ingesnapte geleidingsdelen kunnen verschillend 5 gevormd zijn en/of uit verschillende materiaalsoorten bestaan, alsmede hetzij een- of weerskanten aangebracht zijn. Bij de geleidings-lippen kan het om uit kunststof gespoten of uit staal geslagen delen gaan.

De geleidingsvlakken kunnen in het bijzonder rechthoekig of 10 trapeziumvormig zijn.

Het aan de uitvinding ten grondslag liggende probleem kan ook door aan de buitenliggende schamierogen gevormde buitenste geleidings-vlakken worden opgelost. Ook in dit geval vervallen de totnogtoe afzonderlijk vervaardigde geleidingselementen en de plaatschalmband loopt 15 zonder aanvullend constructiedeel zelf over de door de rails gevormde baan.

Opdat de geleidingsvlakken aan de ogen zonder extra fabricage verkregen kunnen worden, worden de buitenlangskanten van de naast elkaar aangebrachte tongen van een op zichzelf bekend ruw voorstuk van 20 een plaatschalm met een centrale tong aan de ene en twee op afstand naast elkaar aangebrachte tongen aan de overliggende zijde dakvormig uitgevoerd. De rails voor volgens een curve bewegende plaatbandtrans-porteur hebben vanwege de daardoor verbeterde geleidingseigenschappen bij voorkeur hellende geleidingsvlakken, zodat de corresponderende 25 geleidingsvlakken hetzij van de scharnierpennen of van schamierogen dienovereenkomstig hellend moeten zijn. De dakvormige buitenlangskanten van de tongen van de uitgestansde ruwe vormstukken maken automatisch hellende geleidingsvlakken mogelijk, wanneer de tongen voor het maken van de ogen zoals gebruikelijk gerold, resp. gewikkeld worden.

30 De dakvorm van de tongen kan vervallen, wanneer de scharnier pennen met de geleidingsschoenen in de schamierogen geperst worden.

Bij deze uitvoeringsvorm kan een pen van kleinere lengte worden gebruikt. De uitvinding wordt hierna aan de hand van een in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld nader toegelicht. In de tekening 35 tonen; 8402328 -3- fig. 1 een bovenaanzicht op een plaatbandtransporteur met geleidingsdelen volgens de uitvinding; fig. 2 een zijaanzicht van een schamierpen met aangevonnd geleidings vlak ; 5 fig. 3 een gedeelte van het onderwerp van fig. 2 in door snede; 'fig. 4 een schamierpen volgens de uitvinding in langsrich-ting gezien; fig. 5 een rechthoekig geleidingsvlak van een schamierpen; 10 fig. 6 een tweede uitvoeringsvorm van een schamierpen met aan weerskanten ingezette geleidingsdelen/ in doorsnede; fig. 7 een tweede uitvoeringsvorm van een geleiding van een plaatbandtransporteur met volgens de uitvinding uitgevoerde schuine geleidingen van de schamierogen; 15 fig. 8 een bovenaanzicht van een uitgestansd ruw vormstuk voor het maken van een plaatschalm met hellende geleidingsvlakken van de schar-nierogen; en fig. 9 een verdere uitvoeringsvorm van een geleiding van een plaatbandtransporteur met geleidingsschoenen aan de schamierogen.

20 Een volgens een curve bewegende plaatbandtransporteur 1 dient doorgaans voor het transporteren van flessen en houders van verschillend type in industrieinstallaties en voor het hanteren van voedingsmiddelen en vloeistoffen in verpakkingsinstallaties. De plaatbandtransporteur 1 bestaat uit achter elkaar aangebrachte plaatschalmen 2, 25 welke een plat draagvlak 3 voor het transportmateriaal vormen. Zij bestaan uit een vlak middendeel, waarvan de ene kant een in het midden en de overliggende kant twaeq? afstand van elkaar aangebrachte schamierogen 4 heeft. Het middelste schamieroog 4 grijpt in de ruimte tussen de schamierogen 4 van naburige plaatschalmen en is daarmee door een 30 schamierpen 5 draaibaar verbonden. De schamierogen 4 tussen de plaatschalmen 2 zijn zodanig uitgevoerd, dat zij een zijdelingszwenken van de afzonderlijke plaatschalmen 2 mogelijk maken.

Bij dergelijke volgens een curve bewegende plaatbandtranspor-teurs 1 wordt plaatschalmband in een vaste geleidingsbaan geleid, 35 welke uit twee tegenover elkaar gelegen geleidingsrails 6 bestaat (fig.

6). De rails 6 hebben hellende geleidingsvlakken 7, welke de schalm-band in een horizontaal vlak houden en in bochten leiden.

8402328 * <c -4-

De met de geleidingsrails 6 corresponderende geleidingsvlakken 8 zijn eveneens hellend en bevinden zich direct op de schamierpennen 5, waartoe deze een eenzijdig aangevormde kop hebben. Af gezien van speciale toepassingsgevallen, welke slechts aan één zijde van de 5 plaattransporteur 1 geleidingsvlakken mogelijk maken, moeten bij het samenvoegen van de afzonderlijke plaatschalmen 2 de schamierpennen 5 afwisselend gemonteerd worden, zodat een tweezijdige geleiding door middel van de afwisselend links en rechts zich bevindende geleidingsvlakken, resp. -koppen 8 kan worden bereikt.

10 De in fig. 4 weergegeven schamierpennen 5 laten de licht hellende geleidingsvlakken 8 zien, welke hetzij trapeziumvormig (fig. 2) of rechthoekig (fig. 5) uitgevoerd kunnen zijn. Het tegenover het ge-leidingsvlak 8 gelegen einde van de scharaierpen 5 loopt conisch uit, waardoor een gemakkelijke montage ontstaat, omdat de pen hierdoor bij 15 het voegen in de scharnierogen 4 zichzelf centreert en gemakkelijker kan worden doorgestoken.

Bij de uitvoeringsvorm van de scharaierpen 5 volgens fig. 6 zijn in de aan weerskanten aanwezige blinde boringen 9 hellende gelei-dingslippen 10 door middel van in de blinde boringen grijpende tappen 20 gezet. Een dergelijke pen maakt het mogelijk, verschillend gevormde en uit verschillende materialen vervaardigde geleidingslippen 10 aan weerskanten aan te brengen en bijvoorbeeld op de wijze van een snap-verbinding in de blinde boringen 9 af te zetten.

Bij plaatbandtransporteurs volgens fig. 7 zijn de buitenlig-25 gende scharnierogen 4 van de met een centraal oog tussen twee andere ogen gevoegde en door middel van de scharaierpen 5 geborgde plaatschalmen 2 van met de schuine vlakken 7 van de geleidingsrails 6 corresponderende, hellende buitengeleidingsvlakken 12 voorzien.

Elke plaatschalm 2 wordt uit een ruw vormstuk 13 (fig. 8) ver-30 vaardigd en gewoonlijk uit staalplaat of roestvrij staal gestansd.

Het ruwe vormstuk 13 heeft het in het algemeen rechthoekige deel van het latere draagvlak 3 van de uiteindelijke plaatschalm 2. Een paar op enige afstand van elkaar aangebrachte tongen 14 strekken zich vanaf de voorkant uit en een centrale tong 15 vanaf de overliggende kant van 35 het ruwe vormstuk 13. Oit de tongen 14, 15 worden door wikkelen, resp. rollen de scharnierogen 4 gevormd.- Opdat de geleidingsvlakken 12 met 8402328 -5- Λ de gewenste schuinte zonder extra fabricagestap gemaakt kunnen worden, bevatten de beide naast elkaar aangebrachte tongen 14 dakvormige bui-tenlangskanten 16.

De in fig. 9 weergegeven plaatbandtransporteur heeft scharnier-5 ogen 4 zonder buitenste schuine vlakken. Het leiden wordt hierbij overgenomen door van buitenaf door middel van een tap 17 in de schamier-ogen 4 geperste geleidingsschoenen 16 met afschuiningen. De bij deze uitvoeringsvorm zeer korte schamierpen wordt tussen de tappen 17 van de aan weerskanten aangebrachte geleidingsschoen in de juiste stand 10 gespannen.

t 8402328

Claims (12)

1. Plaatbandtransporteur uit elastische, aan hun naburige zijkanten met schamierogen in elkaar grijpende en. door schamierpennen met elkaar verbonden plaatschalmen, welke evenwijdig aan de langsas van de transporteur verlopende, met vaste geleidingsrails samenwerken- 5 de geleidingsvlakken hebben, met het kenmerk, dat de scharnierpen (5) aan zijn kopzijde geleidingsvlakken (8, 10) heeft.

2. Plaatbandtransporteur uit elastische, aan hun naburige zijkanten met schamierogen in elkaar grijpende en door schamierpennen met elkaar verbonden plaatschalmen welke evenwijdig aan de langsas 10 van de transporteur verlopende, met vaste geleidingsrails samenwerkende geleidingsvlakken hebben, met het kenmerk, dat van de in elkaar grijpende schamierogen de buitenliggende, buitenste geleidingsvlakken hebben.

3. Plaatbandtransporteur volgens conclusie 2, gekenmerkt 15 door een ruwe plaatschalm (13) met een centrale tong (15) aan de ene en twee op afstand naast elkaar aangebrachte tongen (14) aan de overliggende zijde, waarbij de buitenlangskanten (16) van de naast elkaar aangebrachte tongen (14) dakvormig verlopen.

4. Plaatbandtransporteur volgens conclusie 2, met het kenmerk, 20 dat in de schamierogen (4) ingeperste geleidingsschoenen (16) de schamierpennen (5) opsluiten.

5. Plaatbandtransporteur volgens conclusie 1, gekenmerkt door een eenzijdig aangevormde kop (8) van de scharnierpen (5).

6. Plaatbandtransporteur volgens conclusie 1, gekenmerkt door een 25 scharnierpen (5) met een aan de kopzijde aanwezige blinde boring (9).

7. Plaatbandtransporteur volgens conclusie 1, gekenmerkt door een scharnierpen (5) met aan beide zijden blinde boringen (9).

8. Plaatbandtransporteur volgens conclusie 6 of 7, gekenmerkt door in de blinde boringen (9) zich bevindende geleidingslippen (10) uit 30 kunststof.

9. Plaatbandtransporteur volgens conclusie 7 of 8, gekenmerkt door in de blinde boringen zich bevindende geleidingslippen (10) uit staal.

10. Plaatbandtransporteur volgens één of meer van de conclusies 1 en 5-9, gekenmerkt door rechthoekige geleidingsvlakken (8, 10). 8402328 * ^ X -7-

11. Plaatbandtransporteur volgens één of meer van de conclusies 1 en 5-9, gekenmerkt door trapeziumvormige geleidingsvlakken (8, 10).

12. Plaatbandtransporteur volgens één of meer van de conclusies 1 en 8 of 9, gekenmerkt door een snapverbinding van de in de blinde 5 boringen (9) zich bevindende geleidingslippen (10). ê 8402328