NL8401080A - Naad en werkwijze en gereedschap voor het vormen van de naad. - Google Patents

Naad en werkwijze en gereedschap voor het vormen van de naad. Download PDF

Info

Publication number
NL8401080A
NL8401080A NL8401080A NL8401080A NL8401080A NL 8401080 A NL8401080 A NL 8401080A NL 8401080 A NL8401080 A NL 8401080A NL 8401080 A NL8401080 A NL 8401080A NL 8401080 A NL8401080 A NL 8401080A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
loops
seam
fabric
windings
tool
Prior art date
Application number
NL8401080A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Albany Int Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Albany Int Corp filed Critical Albany Int Corp
Publication of NL8401080A publication Critical patent/NL8401080A/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16GBELTS, CABLES, OR ROPES, PREDOMINANTLY USED FOR DRIVING PURPOSES; CHAINS; FITTINGS PREDOMINANTLY USED THEREFOR
    • F16G3/00Belt fastenings, e.g. for conveyor belts
    • F16G3/02Belt fastenings, e.g. for conveyor belts with series of eyes or the like, interposed and linked by a pin to form a hinge
    • DTEXTILES; PAPER
    • D21PAPER-MAKING; PRODUCTION OF CELLULOSE
    • D21FPAPER-MAKING MACHINES; METHODS OF PRODUCING PAPER THEREON
    • D21F1/00Wet end of machines for making continuous webs of paper
    • D21F1/0027Screen-cloths
    • D21F1/0054Seams thereof
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T24/00Buckles, buttons, clasps, etc.
    • Y10T24/16Belt fasteners
    • Y10T24/1608Hinged
    • Y10T24/1632Sheet metal knuckles, common pintle
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T24/00Buckles, buttons, clasps, etc.
    • Y10T24/25Zipper or required component thereof
    • Y10T24/2561Slider having specific configuration, construction, adaptation, or material
    • Y10T24/2566Slider having specific configuration, construction, adaptation, or material including position locking-means attached thereto
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T24/00Buckles, buttons, clasps, etc.
    • Y10T24/25Zipper or required component thereof
    • Y10T24/2561Slider having specific configuration, construction, adaptation, or material
    • Y10T24/2566Slider having specific configuration, construction, adaptation, or material including position locking-means attached thereto
    • Y10T24/2568Protrusion on pull tab directly engaging interlocking surfaces

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Paper (AREA)
  • Treatment Of Fiber Materials (AREA)
  • Decoration Of Textiles (AREA)
  • Slide Fasteners (AREA)
  • Sewing Machines And Sewing (AREA)

Description

z NL/31.848-tM/f. f ^ + y
Naad en werkwijze en gereedschap voor het vormen van de naad.
De uitvinding heeft betrekking op een naad/ een werkwijze en een gereedschap voor het vormen van de naad en meer in het bijzonder op een zelfsluitende naad, die kan worden toegepast om de twee einden van een stuk weefsel met 5 elkaar te verbinden voor het vormen van een eindloze band.
Eindloze banden, die zijn gemaakt uit weefsels worden toegepast op een aantal gebieden. Hun toepassing is speciaal belangrijk in de papierindustrie, waar deze banden worden toegepast bij het vormen, persen en drogen van 10 continue papierbanen. Om te verzekeren, dat de banen in deze industrie een lange nuttige levensduur hebben, moeten de naden sterk zijn. Anderzijds mogen de naden geen aanmerkelijke oppervlaktevariaties vertonen of ze zullen het papier markeren.
15 Een type naad, dat nogal betrouwbaar is ge bleken in de papierindustrie , is de z.g. pennaad, zoals beschreven is in het Amerikaanse octrooischrift 4.123.022.
Deze naad omvat in elkaar grijpende naast elkaar geplaatste lussen, die zijn gevormd op elk eind van het weefsel. Er 20 zijn verschillende methoden, die kunnen worden toegepast om de lussen te bevestigen aan het bandweefsel. Bijvoorbeeld kunnen de lussen worden genaaid op een strook, die kan worden bevestigd op het bandweefsel. Een andere methode is het omvouwen van de einden van het weefsel en het insteken van 25 een uit met elkaar verbonden lussen gevormde spiraalwinding tussen de weefseldraden. Een derde methode omvat het terugweven van de machinerichtinggarens in het weefsel, nadat ze tot lussen zijn gevormd. Al deze naadlussen hebben een bepaald nadeel doordat het zeer veel tijd kost om ze in ingrij-30 ping met elkaar te brengen. Bijvoorbeeld, nadat de lussen zijn bevestigd op de weefseleinden volgens een van de bovengenoemde methoden, afhankelijk van de breedte en fijnheid van het weefsel, vereist het tussen een half en acht uur om de einden met elkaar te verbinden om de band te vormen.
35 Verder zijn ten minste twee personen nodig om de lussen in ingrijping met elkaar te brengen en de pen door de lussen te duwen en verschillende andere personen zijn nodig om de rest van het weefsel omlaag te houden. Dit wordt nog erger als de plaats van in elkaargrijping niet een geschikte 8401080 4* -2- plaats is, bijvoorbeeld als er ondersteboven gewerkt wordt.
In verband met de bovenbeschreven nadelen van de bekende naden, beoogt de onderhavige uitvinding een naad te verschaffen, die kan worden toegepast om de einden 5 van een weefsel in een korte tijd met elkaar te verbinden.
Een verder doel is het verschaffen van een naad, waarmee twee einden van een breed' weefsel door een of twee personen kunnen worden verbonden.
Een verder doel is het verschaffen van 10 een gereedschap voor het snel en doelmatig verbinden van de naadlussen met elkaar. Andere doelen en voordelen worden beschreven bij de beschrijving van de voorkeursuitvoering.
De bovengenoemde doelen worden bereikt met een naad, die twee windingen omvat, die respectievelijk 15 zijn bevestigd aan de einden van een weefsel, waarbij ten -minste een van de windingen vooraf is gevormd om in ingrij-ping te worden gebracht met de andere, zodat als de windingen in elkaar grijpen, daartussen een vaste passing heerst.
' De in elkaar grijpende lussen vormen een buisvormige koker 20 over de breedte van het weefsel waardoorheen een pen kan worden gestoken om de naad te versterken en een positieve vergrendeling te verkrijgen.
Daar de lussen van het ene eind de lussen van het andere eind feitelijk grijpen inplaats van 25slechts daartussen te worden geschoven, is een kracht nodig om de elasticiteit van de lussen te overwinnen en deze samen te brengen. Deze kracht wordt opgewekt door een gereedschap, dat eerst de twee einden van het weefsel boven elkaar brengt, zodat de einden zijn verplaatst langs een vlak, dat althans 30nagenoeg loodrecht op de weefseleind* bestaat en dan de windingen samendrukt als het gereedschap langs de einden glijdt om de naad te vormen.
De uitvinding zal hierna worden toege- van de licht aan de hand-tekening, waarin de uitvoeringsvormen van 35de uitvinding zijn afgeheeld.
Fig. 1 toont een zijaanzicht van de weefde seleinden en^naadwindingen.
Fig., 2 is een eindaanzicht van de naad-windingen van fig. 1.
40 Fig. 3 is een bovenaanzicht van de naad- 8401080 -3- windingen van fig« 1.
Fig. 4 is een bovenaanzicht van de voltooide naad.
Fig. 5 is een zijaanzicht van de naad van fig.
5 4.
Fig. 6 is een zijaanzicht van het gereedschap, dat wordt gebruikt .om de naad te voltooien.
Fig. 7 is een gedeeltelijk bovenaanzicht van het gereedschap van fig. 6.
10 Fig. 8 is een gedeeltelijk onderaanzicht van de bovenste drukplaat en fig. 9 toont een naad, die is voltooid met het gereedschap van fig. 6.
Het verbinden van weefselranden met zogenaam-15 de ritssluitingen is wel bekend, speciaal in de kledingindustrie. Deze ritssluitingen omvatten traditioneel twee stroken, die elk zijn bevestigd op een weefseleind langs een rand, waarbij een rij kunststof of metaaltanden is aangebracht langs de tegenovergestelde randen van de strook, 20 waarbij de tanden met elkaar worden verbonden wanneer ze tot ingrijping met elkaar worden gebracht door een schuif met een vaste passing tussen de tanden van de ene strook en de overeenkomstige tegenoverliggende tanden van de andere. De tanden zijn geklemd of op andere wijze permanent beves-25 tigd op de stroken.
Een recente ontwikkeling daarbij is de toepassing van een continue rij van met elkaar verbonden lus-sen voor elke strook inplaats van afzonderlijke tanden, welke lussen worden genaaid op de tegenovergestelde randen 30 van de stroken. Volgens de uitvinding is gebleken, dat deze continue lussen, die van nu af aan windingen zullen worden genoemd, ook kunnen worden toegepast om een naad te vormen voor continue weefselbanden, zelfs als de weefsels zeer stijf zijn en zijn geweven uit betrekkelijk dikke stijve 35 kunststofdraden, zoals die welke normaal worden toegepast voor het vormen van weefsels en drogerweefseis.
Een typisch drogerweefsel van het bovenbeschreven type is afgebeeld in fig. 1. Het bestaat uit twee rijen inslaggarens 10, 20, waartussen de scheringgarens 30, 40 40 zijn geweven op de gebruikelijke manier. Na de laatste 8401080 -4- rij inslaggarens wordt elk scheringgaren teruggevouwen tot een lus 50/ waarna dit wordt teruggeweven in het weefsel met toepassing van een handweefinrichting. Deze methode is vollediger beschreven in de Amerikaanse octrooiaanvrage 5 085.902 ingediend op 18 oktober 1979. De draden zijn bij voorkeur betrekkelijk stijve kunststofmonofilamenten, die aan het weefsel de vereiste stijfheid geven.
Een continue winding 80 wordt bevestigd op de’·, door de lussen 50 gevormde weefsellijn 70, bij voorkeur 10 door deze te steken door de lussen 70 voordat de schering-garens worden teruggeweven in het weefsel zoals boven beschreven is. De winding is gevormd uit een aantal lussen 80, waarbij elke lus is verbonden met de aangrenzende lussen. Elke lus heeft de vorm van een betrekkelijk platte 15 ellips. De vlakken van alle lussen van een winding zijn althans nagenoeg evenwijdig, liggen loodrecht op het vlak van het weefsel en strekken zich uit vanaf het betreffende weefseleind.
De winding bestaat bij voorkeur uit een 20 nylon- of polyestermonofilament. Het eind van elke lus 80 tegenover het weefseleind is vervormd om een kop 90 te vormen, die de breedte T' heeft in de richting loodrecht op het vlak van de ellips, welke breedte groter is dan de normale dikte T van de monofilament.
25 Zoals te zien is in fig. 2 en 3 ligt elke opvolgende lus op een afstand D van de voorgaande lus.
Omdat de koppen 90 dikker zijn dan de rest van de lussen, is de afstand D' tussen de koppen kleiner dan de dikte T.
Het andere eind 100 van het weefsel wordt 30 afgewerkt op dezelfde manier als het eind 70 met een winding 110, die gelijk is aan de winding 60. De lussen 12 van de winding 110 zijn evenwijdig aan de lussen 80 van de winding 60.
De windingen 60 resp. 110 worden verder 35 bevestigd op de einden 70 en 100 door vasthoudpennen 85 en 115, 'die afwisselend worden ingeschoven tussen de weef-seleinden en de windinglussen.
De naad wordt voltooid door de twee einden 70 en 100 met elkaar te verbinden, waarbij de lussen 80 40 en 112 gedwongen tot ingrijping met elkaar worden gebracht.. Deze werking brengt de kop van elke lus van een eind ge- 8 4 0 1 ö 5 0 < i -5- dwongen tussen twee overeenkomstige lussen van het andere eind tot ingrijping daarmee, zoals is afgeheeld in fig. 4 en 5 om een vaste passing daartussen te vormen. Voor de beste resultaten is de afstand D tussen de aangrenzende lussen van 5 een winding althans nagenoeg gelijk aan de filamentdikte T, zodat wanneer de betreffende lussen in elkaar grijpen elke lus in contact is met de lussen van de tegenovergestelde winding. De kop van de lus bevindt zich binnen de aangrenzende lussen, zoals is afgeheeld in fig. 4. Duidelijkheidshalve 10 zijn de lussen in fig. 4 iets uit elkaar gespreid afgeheeld, zodat D groter is dan T. Een drogerweefsel. werd op deze manier verbonden en het bleek, dat de naad een treksterkte had van meer dan 350 N per cm lengte.
Het is belangrijk, dat de betreffende lus-15 sen van tegenovergestelde windingen elkaar voldoende overlappen in de gesloten stand, zoals is afgeheeld in fig. 4 en 5, zodat het binnenvlak 120 van de winding 80 en het binnenvlak 130 van de winding 112, die beide althans nagenoeg half-cilindrisch zijn van opzij gezien, elkaar aanvullen en een 20 althans nagenoeg cilindrische koker vormen door de naad over de breedte van het weefsel. Een * pen 140 wordt gestoken door de koker om de windingen aan elkaar te bevestigen en daardoor de naad te versterken. De pen kan een stijve metalen pen zijn of een ' kunststofmonofilament. Het is gebleken, 25 dat de treksterkte van het drogerweefsel sterk wordt vergroot door de pen van 350 tot meer dan 875 N per cm lengte.
ds
De kracht, die nodig is om afzonderlijke lussen tot ingrijping met elkaar te brengen is betrekkelijk klein, zodat de bovenbeschreven naad met de hand kan worden 30 gesloten, bij voorkeur door aan êên zijde te beginnen en zorgvuldig de twee einden samen te duwen. Deze methode is echter tamelijk lastig en voor banden van meer dan 90-120 cm breed is meer dan een persoon nodig om deze te voltooien. Daarom is een gereedschap ontworpen om de naad op een snelle manier 35 te sluiten.
Het gereedschap 190, dat is geïllustreerd in fig. 6-8 omvat een bovenste en een onderste drukplaat 200, 210, die tegenover elkaar worden gebracht, zoals afgebeeld in fig. 6 door de twee scharende armen 220 resp. 230. De plaat 40 200 is verbonden met de arm 220 door een vertikaal stuk 240, 8401080 * ,'*l -β- terwijl de plaat 210 is verbonden met de arm 230 door schroef-middelen 250. De armen zijn draaibaar verbonden door een scharnierschroef 260. Elke arm heeft een handgat 270 en 280 om het gereedschap':te kunnen vasthouden en bedienen, zoals 5 een gewone schaar. Als de handgreepeinden uit elkaar worden bewogen worden de platen ook uit elkaar bewogen en omgekeerd.
De bovenplaat 200 is meer in detail afge-beeld in fig. 8. Het ondervlak van de plaat omvat een eerste althans nagenoeg platte zone 290, een tweede althans nage- 10 noeg platte zone 300, die in wezen in hetzelfde vlak ligt als de eerste zone 290, en een derde althans nagenoeg platte zone 310.
Wanneer het gereedschap wordt gebruikt om een naad te sluiten wordt het bewogen in de richting, die 15 is aangegeven.door de pijl 400, zodat de eerste en derde zone naast elkaar liggen, waar de tweede zone "stroomafwaarts" ligt ten opzichte van deze beide. De eerste en derde zones zijn verbonden door een althans nagenoeg vertikale wand 330, die zoals later zal blijken, het vlak vormt, waarin de windingen 20 met elkaar worden verbonden. Zoals is afgebeeld in fig. 8, is de derde zone 310 vertikaal versprongen ten opzichte van de eerste en tweede zones 290 en 300 en verder boven deze zone geplaatst. De vertikale afstand daartussen is ongeveer 12 mm. Een schuine zone 340 verbindt de tweede zone 300 met de derde 25 zone 310. Gaten 350, 360 en 370 zijn gevormd in elk van de platen om drukrollen op te nemen. De functie van deze druk-rollen zal hierna worden beschreven.
De onderste plaat 210 heeft een bovenvlak, dat complementair is aan het ondervlak van de bovenste plaat, 30 zodat de twee platen op elkaar passen zoals is afgebeeld in fig. 6.
. De bovengenoemde drukrollen zijn affcpebeeld in fig. 7. Een drukrol 375 is aangebracht in het gat 370, zodat zijn rotatieas dwars ligt op de bewegingsrichting van 35 het gereedschap 190, die is aangegeven door de pijl. De rollen 355 en 365 zijn respectievelijk symmetrisch in de gaten 350 en 360 aangebracht. Hun rotatieassen X-X en Y-Y vormen een hoek A met deze bewegingsrichting, die zoals afgebeeld in fig. 7, kleiner is dan 90°. Bijvoorbeeld kan de hoek A 40 60° zijn. De onderste plaat is voorzien van soortgelijke 840103ο -7- / *0- * rollen, die onder de bovenste rol liggen, zodat wanneer een weefsel daartussen wordt ingebracht, drukknepen tussen de respectievelijke rollen worden gevormd.
Het gereedschap werkt als volgt. Als de 5 twee platen dicht bij elkaar zijn geplaatst worden twee kanalen daartussen gevormd. Het onderste kanaal is in wezen hori-zontaal en wordt gevormd door de onderste zone 290, de tweede zone 300 en de overeenkomstige zonesvan de bovenplaat. Het hogere kanaal begint evenwijdig met het onderste 10 kanaal en wordt gevormd door de derde zone 310, de vertikale wand 330 en de overeenkomstige zones van de onderplaat. Het bovenste kanaal loopt dan schuin naar en komt samen met het onderste kanaal als het het schuine vlak 340 volgt. De twee kanalen vormen dus een Y.
15 Om het gereedschap toe te passen worden de hoeken 75 en 105 van de respectievelijke weefseleinden 70 en 100 ingeschoven tussen de platen 200,. 210 van het gereedschap 190, de handgrepen worden gegrepen om een druk uit te oefenen op het weefsel en het gereedschap wordt bewogen in 20 de richting van de pijl 400 van fig. 9. Zoals is afgebeeld in fig. 6, passeert het eind 100 door het hogere kanaal, ter- · wijl het eind 70 passeert door het onderste kanaal. Als de einden door het gereedschap passeren, worden ze naar een gemeenschappelijk vertikaal vlak geperst, dat wordt gedefi-25 nieerd door de wand 310. Op deze manier verzekert het gereedschap, dat juist voordat de windingen 80 en 100 tot ingrij-ping met elkaar worden gebracht, ze naast elkaar worden geplaatst volgens een althans nagenoeg vertikaal vlak, evenwijdig aan de vertikale wand 330. De feitelijke ingrijping 30 van de windingen vindt plaats als de lussen van de winding 110 van het bovenste eind 100 worden geduwd in de lussen van de winding 80 van het ondereind 100, als het boveneind beweegt langs het schuine vlak 340. Deze werking wordt bevorderd door de rol 375, die drukt tegen de lussen. Tegen 35 de tijd, dat de twee einden de tweede zone 300 bereiken, worden de windingen verbonden, zodat de einden in hetzelfde vlak liggen en met elkaar zijn verenigd tot een naad, zoals is afgebeeld in fig. 4 en 5.
Een althans nagenoeg horizontale geleider 40 390 is bevestigd aan de bovenste plaat om het eind 100 te 8401080 ί· -8- > geleiden tussen'de twee platen.
De totale, breedte van het gereedschap ligt in het gebied van 7,5 - 12,5 cm, zodat het niet te groot is om met één. hand te worden gemanipuleerd. Als de armen van het 5 gereedschap worden samengedrukt, worden de platen geperst-.tegen de weefseleinden en de rollen. Bij voorkeur is de afstand vanaf de handgreepgaten 270 en 280 naar het scharnier 260 groter dan de afstand vanaf het scharnierpunt naar de platen, zodat een mechanisch voordeel wordt verkregen.
10 Volgens de uitvinding is gebleken, dat door toepassing van het bovengenoemde gereedschap en de naad zelfs een 6 meter brede band kan worden gevormd door verbinding van de respectievelijke weefseleinden in minder dan een minuut.
Daar de windingen worden verbonden door de vaste passing en 15 feitelijk zelfsluitend zijn, zijn slechts twee mensen nodig om het weefseleind te verbinden; de ene om de weefseleinden vast te houden, terwijl de andere de windingen tot ingrijping met elkaar drukt. Zodra de windingen in ingrijping met elkaar zijn gebracht wordt een geringe trek daarop uitgeoefend om 20 ze recht te houden. In deze stand grijpen de koppen van de lussen in elkaar om de koker te vormen, zoals is afgeheeld in fig. 5, zodat de pen 140 daartussen kan worden geschoven.
Een enkele persoon kan de pen over de hele breedte van het weefsel duwen.
25 Een belangrijk kenmerk van het gereedschap is dat, zoals boven beschreven is, het de twee einden overlapt, maar ze daarbij versprongen houdt, zodat ze niet in hetzelfde vlak liggen. Dit kenmerk is speciaal belangrijk, wanneer het weefsel een stijf vormweefsel is. Normaal ver-30 tonen deze weefsels een tweedimensionale stabiliteit. Met andere woorden bieden ze weerstand tegen krachten, die in hetzelfde vlak liggen als het weefsel. Als een kracht, die in hetzelfde vlak ligt als het weefsel wordt uitgeoefend op de weefselrand, zal het weefsel weerstand bieden tegen 35 deze kracht en zich vervormen in een richting, loodrecht op zijn vlak. Normaal worden twee randen van twee weefsels aan elkaar geritst door de randen zij aan zij te plaatsen in hetzelfde vlak als de twee weefsels. Terwijl de randen met elkaar worden verbonden, vormen de naad en de overige 40 delen van de randen een Y in het vlak van de weefsels.
,84 0 1 0 8 0 & -if -9-
Drogerweefsels zouden echter op deze manier niet kunnen worden geritst om de boven uiteengezette redenen. Het hierboven voorgestelde gereedschap lost dit probleem op door twee weefsels te ritsen, zodat de naad en de twee randdelen een 5 Y vormen (zoals afgeheeld in fig. 6), die loodrecht staat op de vlakken van de weefsels.
De uitvinding is niet beperkt tot de beschreven uitvoeringsvormen, die binnen het kader van de uitvinding gewijzigd kunnen worden.
8401080

Claims (14)

1. Naad voor het verbinden van de einden van een bij het maken van papier toegepast weefsel voor het verkrijgen van een eindloze band, gekenmerkt door een eerste winding, die is bevestigd op een eind van het 5 weefsel en een tweede winding, die is bevestigd op hét andere eind, waarbij deze windingen lussen omvatten, die zich uitstrekken vanaf deze einden, waarbij de lussen vooraf zijn gevormd, teneinde een vaste passing tussen de lussen te verkrijgen, wanneer deze windingen in ingrijping met elkaar zijn 10 gebracht.
2. Naad volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat de met elkaar in ingrijping gebrachte windingen een althans nagenoeg cilindrische koker daartussen vormen over de breedte van de naad, waarbij de 15 naad verder een in deze koker gestoken pen omvat.
3. Naad volgens conclusie 2 , m e t het kenmerk, dat de pen bestaat uit een kunststof-monofilament.
4. Naad volgens conclusie 1, me t 20 het kenmerk, dat de windingen ritssluitingwindingen omvatten.
5. Werkwijze voor het verbinden van de einden van een weefsel voor het vormen van een band, met het kenmerk, dat windingen worden bevestigd 25 aan de einden, welke windingen lussen hebben, die zich vanaf de einden uitstrekken en vooraf zijn gevormd, ten einde een vaste passing te verkrijgen, wanneer de windingen in ingrijping met elkaar worden, gebracht, zodat elke lus van een winding tussen twee lussen van de andere winding ligt, waarna 30 deze lussen in ingrijping met elkaar worden gebracht.
6. Werkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het weefsel is geweven uit inslagdraden en scheringdraden, waarbij de windingen worden bevestigd op de einden doordat sommige scheringdraden uit- 35 steken voorbij de betreffende einden, deze scheringdraden naar het betreffende weefsel worden teruggevouwen om draad-lussen te vormen en aan de draadlussen van elk eind een win- 8401080 4 «F -11- ding wordt bevestigd.
7. Werkwijze volgens, conclusie 5/ m e t het kenmerk, dat een pen wordt gestoken in een althans nagenoeg cilindrische koker, die is gevormd over de 5 lengte van de naad door deze lussen.
8. Gereedschap voor het tot ingrijping met elkaar brengen van de lussen van windingen, die zijn bevestigd op de einden van een weefsel teneinde een continue band te vormen, gekenmerkt door twee platen, die 10 wanneer ze op elkaar passend zijn geplaatst, een eerste kanaal vormen, dat is verbonden met een tweede kanaal, waarbij het eerste en tweede kanaal ten opzichte van elkaar zijn verplaatst langs een vlak, dat althans nagenoeg loodrecht op het weefsel staat, waardoor de lussen in ingrijping met el- 15 kaar worden gebracht als elk van de windingen wordt gevoerd door een van de kanalen, terwijl het gereedschap wordt gevoerd langs deze einden.
9. Gereedschap volgens conclusie 8, gekenmerkt door middelen, die de einden naar dit 20 vlak duwen, wanneer het gereedschap wordt gevoerd langs deze einden.
10. Gereedschap volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat deze middelen een eerste en tweede drukrol omvatten, die zijn aangebracht in de pla- 25 ten, waarbij de eerste en tweede rol zijn aangebracht aan tegenovergestelde zijden van de naad en de rotatieas ervan met de naad een hoek maakt, die kleiner is dan 90°.
11. Gereedschap volgens conclusie 10, gekenmerkt door een derde drukrol, die is aange- 30 bracht om een druk op de windingen uit te oefenen, zodat deze in ingrijping met elkaar komen.
12. Gereedschap volgens conclusie 11, gekenmerkt door twee handgrepen, die elk met een van de platen zijn verbonden om één plaat te verplaatsen 35 ten opzichte van de andere.
13. Gereedschap volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de handgrepen geschikt zijn om een kracht tussen deze platen uit te oefenen.
14. Gereedschap volgens conclusie 14, 40 met het kenmerk, dat de handgrepen armen vormen, 8401080 -12- die met elkaar zijn verbonden door een scharnier. 8401080
NL8401080A 1983-08-22 1984-04-05 Naad en werkwijze en gereedschap voor het vormen van de naad. NL8401080A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US06/525,563 US4539730A (en) 1983-08-22 1983-08-22 Seaming means and a tool for forming the seam
US52556383 1983-08-22

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8401080A true NL8401080A (nl) 1985-03-18

Family

ID=24093753

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8401080A NL8401080A (nl) 1983-08-22 1984-04-05 Naad en werkwijze en gereedschap voor het vormen van de naad.

Country Status (19)

Country Link
US (1) US4539730A (nl)
JP (1) JPS6048702A (nl)
AT (1) AT387046B (nl)
AU (1) AU564120B2 (nl)
BE (1) BE900395A (nl)
BR (1) BR8401447A (nl)
CA (1) CA1231574A (nl)
DE (1) DE3420547C2 (nl)
ES (1) ES8605066A1 (nl)
FI (1) FI89084B (nl)
FR (1) FR2551105B1 (nl)
GB (1) GB2145367B (nl)
IT (1) IT1208668B (nl)
MX (2) MX168991B (nl)
NL (1) NL8401080A (nl)
NO (1) NO164553C (nl)
NZ (1) NZ206885A (nl)
SE (1) SE463107B (nl)
ZA (1) ZA84319B (nl)

Families Citing this family (18)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CA1248799A (en) * 1984-02-23 1989-01-17 Asten, Inc. Abrasion and hydrolysis resistant joining wire and coil material for fabric seams
GB8519706D0 (en) * 1985-08-06 1985-09-11 Scapa Porritt Ltd Papermachine &c clothing
GB8629847D0 (en) * 1986-12-13 1987-01-21 Scapa Porritt Ltd Jointing of fabric ends
US4939025A (en) * 1989-02-01 1990-07-03 The Orr Felt Company Papermaker's felt with flex joint seam for pin
US4938269A (en) * 1989-02-01 1990-07-03 The Orr Felt Company Papermaker's felt seam with different loops
US4913947A (en) * 1989-02-01 1990-04-03 The Orr Felt Company Seam for papermaker's felt
FR2667881B1 (fr) * 1990-10-10 1992-12-31 Depland Feutres Dispositif de liaison de deux bandes.
US6643899B2 (en) 2000-06-16 2003-11-11 André Corriveau Spiral for interconnecting ends of endless belt segments
CA2311845C (en) * 2000-06-16 2008-10-07 Lippert Pintlepin Mfg. Inc. Spiral for interconnecting ends of endless belt segments
JP4766768B2 (ja) * 2001-04-12 2011-09-07 ダイワボウホールディングス株式会社 コレクタースクリーンベルト
WO2003054416A1 (en) 2001-12-10 2003-07-03 Lippert Pintlepin Mfg. Inc. Spiral for interconnecting ends of endless belt segments
US7141144B2 (en) * 2002-12-04 2006-11-28 Albany International Corp. Multi-layer woven seam baseweave having different sized seam attachments
JP4827649B2 (ja) * 2005-08-12 2011-11-30 ダイワボウホールディングス株式会社 基布の継手形成方法および継手形成用スライダー
JP5095154B2 (ja) * 2006-08-18 2012-12-12 シキボウ株式会社 工業用織物ベルトの継手用スライダー
EP2496858A1 (en) * 2009-11-04 2012-09-12 Lippert Pintlepin MFG Inc. Conveyor fastening tool
US10689796B2 (en) 2013-03-14 2020-06-23 Albany International Corp. Infinity shape coil for spiral seams
US10689807B2 (en) 2013-03-14 2020-06-23 Albany International Corp. Industrial fabrics comprising infinity shape coils
EP3759277B1 (en) * 2018-10-10 2023-01-25 Astenjohnson International, Inc. Pintle insertion tool

Family Cites Families (28)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US831050A (en) * 1905-04-25 1906-09-18 John J Flanagan Belt-fastener.
US923546A (en) * 1908-05-06 1909-06-01 Robert Maxwell Belt-fastener.
US1218227A (en) * 1916-07-27 1917-03-06 Mancel W Talcott Belt-fastener.
US1286574A (en) * 1917-08-14 1918-12-03 Black Diamond Mfg Co Hinge belt-fastener.
US2907093A (en) * 1956-06-08 1959-10-06 Draper Brothers Company Method of making paper-maker's wet felt
BE672465A (nl) * 1964-11-23
AT288143B (de) 1967-05-26 1971-02-25 Marx Gmbh J J Nahtverbindung von endlosen Gewebebändern, insbesondere Trockenfilze und Siebe für die Papier- und Zellstoffindustrie
US3478404A (en) * 1967-07-17 1969-11-18 Walter A Plummer Power-driven seam closing device
US3449803A (en) * 1967-12-14 1969-06-17 Talon Inc Flange lock slider for filament slide fasteners
GB1301467A (nl) * 1970-08-14 1972-12-29
DE2059021C3 (de) * 1970-12-01 1982-01-07 Opti Patent-, Forschungs- und Fabrikations-AG, 8750 Glarus Vorrichtung zur Verbindung von Fördergurten
FR2145365A1 (en) * 1971-07-09 1973-02-23 Cofpa Lockable sliding clasp fastener - for joining together sections of a conveyor belt
DE2151001C3 (de) * 1971-10-13 1975-08-28 Opti-Holding Ag, Glarus (Schweiz) Reißverschluß
BE788996A (fr) 1972-03-29 1973-01-15 Scapa Porritt Ltd Assemblage de structures en nappes
JPS5010885U (nl) * 1973-05-31 1975-02-04
FR2263425B1 (nl) * 1974-03-04 1976-06-25 Cofpa
GB1488815A (en) 1974-09-27 1977-10-12 Scapa Porritt Ltd Providing loops at a fabric end
DE2449792B1 (de) * 1974-10-19 1976-02-12 Heimbach Gmbh Thomas Josef Wendelnaht zum endlosmachen von gewebebaendern
GB1580250A (en) * 1976-12-28 1980-11-26 Textron Inc Folded tape slide fastener stringer with securing stitches
US4141388A (en) * 1977-03-23 1979-02-27 Albany International Corporation Paper machine dryer fabric
GB1575123A (en) * 1977-08-31 1980-09-17 Scapa Porritt Ltd Jointing of fabric ends
US4123022A (en) * 1977-09-12 1978-10-31 Albany International Corp. Seam for forming wires and dryer felts
DE2810644A1 (de) * 1978-03-11 1979-09-13 Basf Ag Verfahren zur hydroformylierung von olefinen
US4344209A (en) * 1979-10-22 1982-08-17 Scapa Dryers, Inc. In-line clipper seam
DE3017378C2 (de) * 1980-05-07 1983-11-17 Kerber, geb. Poth, Hella, 6731 Weidenthal Verfahren und Vorrichtung zum Herstellen von Flächengebilde darstellenden Drahtgliederbändern aus Metalldraht- bzw. Kunststoffdrahtwendeln
DE3020690A1 (de) * 1980-05-30 1981-12-10 Siteg Siebtechnik GmbH, 4422 Ahaus Verfahren zum endlosmachen eines bandes und schieber zur verwendung dabei
JPS5715883A (en) * 1980-06-30 1982-01-27 Meidensha Electric Mfg Co Ltd Water treating device
DE3144395A1 (de) * 1981-11-07 1983-05-19 J.J. Marx Gmbh, 6734 Lambrecht Vorrichtung zum verbinden eines spiralverschlusses bei sieben

Also Published As

Publication number Publication date
NO843280L (no) 1985-02-25
IT1208668B (it) 1989-07-10
AT387046B (de) 1988-11-25
FR2551105A1 (fr) 1985-03-01
DE3420547C2 (de) 1997-06-19
CA1254725C (nl) 1989-05-30
SE463107B (sv) 1990-10-08
US4539730A (en) 1985-09-10
DE3420547A1 (de) 1985-03-07
SE8404097L (sv) 1985-02-23
IT8447579A0 (it) 1984-01-23
FR2551105B1 (fr) 1986-10-31
GB2145367B (en) 1986-07-30
NO164553B (no) 1990-07-09
ATA183084A (de) 1988-04-15
BR8401447A (pt) 1985-06-11
FI843253A0 (fi) 1984-08-17
NZ206885A (en) 1986-09-10
MX157467A (es) 1988-11-18
BE900395A (fr) 1984-12-17
ZA84319B (en) 1984-08-29
FI843253A (fi) 1985-02-23
MX168991B (es) 1993-06-16
AU2353684A (en) 1985-02-28
GB2145367A (en) 1985-03-27
GB8421118D0 (en) 1984-09-26
AU564120B2 (en) 1987-07-30
NO164553C (no) 1990-10-17
CA1231574A (en) 1988-01-19
JPS6048702A (ja) 1985-03-16
SE8404097D0 (sv) 1984-08-15
ES535319A0 (es) 1986-03-01
FI89084B (fi) 1993-04-30
ES8605066A1 (es) 1986-03-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8401080A (nl) Naad en werkwijze en gereedschap voor het vormen van de naad.
NL8105487A (nl) Naadconstructie voor de verbinding van de einden van een materiaalbaan ter vorming van een eindloze band, in het bijzonder voor een golfkartonmachine of dergelijke.
AU703689B2 (en) Laminated clothing, as well as method and blank for manufacturing the same
CA1339441C (en) Slide fastener with thermoplastic end stops
US4827579A (en) Jointing of fabric ends
TW426764B (en) Fabric and seam construction
EP0312350A2 (en) Improved method of seaming a seamed felt on a papermaking machine
NL7908768A (nl) Draadweefselband.
US4649619A (en) Method of forming a locked seam
US5913339A (en) Papermaker&#39;s fabric seam with improved loop alignment
CA2211292C (en) Method and apparatus for sewing fabric pieces to fastener stringers
MXPA97005704A (en) Method and apparatus for sewing pieces of cloth to the rods of the cremall
EP0441412B1 (en) Dryer fabric seaming
NL8103482A (nl) Ritssluitingdraagband.
CA1254725A (en) Tool for forming a seam
NL7908009A (nl) Inrichting voor het in samenwerking brengen van tegenover elkaar gelegen reeksen van sluitelementen van een ritssluiting.
JP2678611B2 (ja) 抄紙用ニードルフェルト
US4857391A (en) Non-woven paper machine dryer fabric without slack edges
US5738151A (en) Seam loop formation device and method of operation
CA1314195C (en) Temple
FI107394B (fi) Työkalu kankaan päihin kiinnitettyjen kierukkasilmukoiden limittämiseksi jatkuvan viiran muodostamiseksi
GB2102730A (en) Improvements relating to pin seams
CA2061435A1 (en) Flat woven papermakers wet press felt base fabric which is joined endless
KR20190139888A (ko) 핀 심의 프레스 펠트 및 그 제조 방법.
DE3448581C2 (de) Verfahren zum Anbringen einer Wendel an einem Ende eines aus Längs- und Quergarnen bestehenden Gewebebandes für eine Papiermaschine

Legal Events

Date Code Title Description
A1A A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed