NL8301791A - Door een vacuum geisoleerde transportleiding voor fluida; werkwijze voor het vervaardigen daarvan. - Google Patents

Door een vacuum geisoleerde transportleiding voor fluida; werkwijze voor het vervaardigen daarvan. Download PDF

Info

Publication number
NL8301791A
NL8301791A NL8301791A NL8301791A NL8301791A NL 8301791 A NL8301791 A NL 8301791A NL 8301791 A NL8301791 A NL 8301791A NL 8301791 A NL8301791 A NL 8301791A NL 8301791 A NL8301791 A NL 8301791A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
metal tube
metal
cylindrical
pipeline section
vacuum
Prior art date
Application number
NL8301791A
Other languages
English (en)
Other versions
NL192129C (nl
NL192129B (nl
Original Assignee
Getters Spa
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Getters Spa filed Critical Getters Spa
Publication of NL8301791A publication Critical patent/NL8301791A/nl
Publication of NL192129B publication Critical patent/NL192129B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL192129C publication Critical patent/NL192129C/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L59/00Thermal insulation in general
    • F16L59/06Arrangements using an air layer or vacuum
    • F16L59/065Arrangements using an air layer or vacuum using vacuum
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L59/00Thermal insulation in general
    • F16L59/14Arrangements for the insulation of pipes or pipe systems
    • F16L59/16Arrangements specially adapted to local requirements at flanges, junctions, valves or the like
    • F16L59/18Arrangements specially adapted to local requirements at flanges, junctions, valves or the like adapted for joints
    • F16L59/184Flanged joints
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10STECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10S138/00Pipes and tubular conduits
    • Y10S138/06Corrosion
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10STECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10S505/00Superconductor technology: apparatus, material, process
    • Y10S505/825Apparatus per se, device per se, or process of making or operating same
    • Y10S505/876Electrical generator or motor structure
    • Y10S505/877Rotary dynamoelectric type

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Thermal Insulation (AREA)

Description

* « VO UQii-0 fk
Door een vacuum geïsoleerde transportleiding voor fluxda; werkwijze voor het vervaardigen daarvan.
Het is zeer vaak gewenst, dat een fluïdum waarvan de temperatuur verschilt van die van de omgeving, van de ene plaats wordt over-getracht naar een andere plaats terwijl een minimale mate van warmte-uitwisseling tussen het fluïdum en de omgeving plaatsvindt.
5 Het kan b.v. nodig zijn dat warm aardoliegas en/of vloeistof door pijpen wordt gepompt die in arctische omstandigheden: zijn gesitueerd. Een overmatige daling van de temperatuur van de fluxda veroorzaakt een stijging van zijn viskositeit in een zodanige mate, dat het lastig of ónmogelijk wordt om op economische wijze te pompen. Er belt) staat tevens het gevaar dat wanneer de pijp door permafrost-zones loopt, deze zones kunnen worden gesmolten met een daarmee gepaard gaand verlies van hun mechanische steunfunctie.
Districtvervarming maakt gebruik van het transport van verwarmd water vanaf een centrale bron, b.v. een krachtcentrale of geothermisch 15 gebied, naar een hele gemeenschap van gebruikers die op enige afstand van de bron kan zijn gesitueerd.
Chemische processen vereisen vaak het transport van fluxda met zeer hoge temperaturen in de loop van hun omzetting in een eindprodukt.
De economie van deze processen hangt onder andere af van de · 20 mate waarin warmteverliezen kunnen worden verhinderd of op zijn minst tot een nnn-iirntm worden beperkt.
Een ander geval waarin een warmteuitwisseling tussen een getransporteerd fluïdum in een pijpleiding en de omgeving zoveel mogelijk moet worden teruggebracht, doet zich voorbij transport van cryogene of 25 vloeibaar gemaakte gassen. Dergelijke cryogene vloeistoffen kunnen b.v. in gebruik zijn voor. het koelen van supergeleidende elektrische strocm-leidingen of magneten of kunnen zelfs als brandstof in de aandrijving van raketten dienst doen.
Ongeacht de aard of het doel van het fluïdum, moet enige vorm 8301791 - 2 - t « van thermische isolatie rondom de pijp, waardoor het fluïdum wordt getransporteerd, worden aangebracht.
Lagen van thermisch isolerend materiaal zoals kunststofschuim, asbest- of glasvezels, zijn voorgesteld, maar deze kunnen gemakkelijk 5 met vocht worden geïmpregneerd en daardoor hun isolerende eigenschappen verliezen. Hun mechanische weerstand is zeer slecht, en zij kunnen zeer gemakkelijk tijdens transport of een ruwe behandeling worden beschadigd.
Er is voorgesteld om als isolerend medium een vacuum te gebrui-10 ken. Dit kan worden gerealiseerd door het gebruik van twee concentrische buizen waarin de binnenste bids gebruikt wordt voor het transporteren van het fluïdum en de mantelruimte tussen de binnenste en buitenste buizen wordt geëvacueerd. Zie b.v. het Amerikaanse octrooischrift 1. 1U0.633. Hoewel het gebruik van een vacuumisolatie zeer doelmatig is 15 gebleken voor het aanzienlijk verminderen van de warmteuitwisseling tussen het getransporteerde fluïdum en de buitenomgeving, is het lastig gebleken om het vacuum op een voldoende lage druk te houden teneinde de integriteit van de isolatie voor een voldoende lange tijdsduur in stand te houden. Wanneer het geëvacueerde volume een resterende gas- —14. . _2 . -3 20 druk van meer dan ongeveer 10 Torr (1,3 x 10 Pa) tot 10 Tcrr (1,3 x 10"1 Pa) heeft, wordt de thermische uitwisseling tussen de binnenste en buitenste wanden als gevolg van geleiding en convectie significant . Een continu uitgassen vanaf de oppervlakken die in contact staan met het vacuum leidt ertoe dat de druk stijgt en uiteindelijk dat de 25 isolerende eigenschappen van de structuur verloren gaan. In theorie zou het mogelijk zijn om de ruimte met tussenpozen opnieuw te evacueren, maar dit brengt extra arbeidskosten met zich mee en zeer vaak bevinden de pijpleidingen zich in afgelegen en ontoegankelijke lokaties, zoals een arctische toendra, of zijn ze onder de grond begraven.
30 Het is voorgesteld om in de vacuumruimte zeolieten aan te bren gen, b.v. in het Amerikaanse octrooischrift 3.309.826, in een poging om de vereiste vacuumgraad in stand te houden, omdat het bekend is dat zeolieten in staat zijn om gas te sorberen. Ongelukkigerwijze moeten zeolieten tot cryogene temperaturen worden gekoeld opdat ze een aanmer-35 kelijke gas sorberende werking hebben. Bovendien wordt door zeolieten 8301791
• A
- 3 - preferentieel waterdamp gesorteerd, waardoor prematuur wordt verhinderd dat de andere gassen sorteren. Wanneer van:a£ de cryogene temperaturen wordt verwarmd, komen de gesorteerde gassen vrij.
Ook zijn houtskool en PdO gesuggereerd in het Amerikaanse oc-5 trooischrift 3.992.169, maar PdO is alleen in staat om H2 te sorteren. Verder is palladium kostbaar.
Het is derhalve nodig te voorzien in enig middel om continu een vacuum in stand te houden tinnen de ruimte tussen de pijpen gedurende lange tijdsperioden zonder dat de noodzaak testaat tot menselijk in-10 grijpen of het gebruik van automatische en kostbare extra apparatuur.
Ook moet erop worden toegezien, dsfcdoar eventuele verwarming van de pijpen geen metallurgische faseveranderingen worden veroorzaakt die . hun fysische of mechanische eigenschappen zouden wijzigen.
Doel van de onderhavige uitvinding is derhalve om een. meer effi-15 ciënte en betrouwbare pijpleidingsectie voor het overbrengen van fluxda alsmede een werkwijze voor het vervaardigen daarvan te verschaffen, die vrij zijn van een of meer van de nadelen van eerder tekende pijp-leidingsecties voor overbrenging van fluida.
Een ander doel van de onderhavige uitvinding is cm een door va-20 cuum geïsoleerde pijpleidingsectie voor fluïdumoverbrenging te verschaffen waarin een bevredigende vacuumgraad gedurende aanzienlijke tijdsperioden wordt gehandhaafd door het gebruik van een getter-materiaal dat in staat is tot een permanente sorptie van actieve gassen en een reversibele sorptie van waterstof.
25 Weer een ander doel van de onderhavige uitvinding is om een pijpleidingsectie voor fluïdumoverbrenging en een werkwijze voor het vervaardigen daarvan te verschaffen, waardoor geen metallurgische fase-veranderingen van de in zijn constructie toegepaste metalen worden veroorzaakt.
30 Deze en andere doeleinden en voordelen van de onderhavige uit vinding zullen kenbaar worden uit de volgende beschrijving en tekeningen, waarin
Fig.1 een aanzicht in doorsnede is van een deel van drie door vacuum geïsoleerde pijpleidingsecties voor het overbrengen van fluida 35 volgens de onderhavige uitvinding; 8301791 * - k -
Pig.2 een "bovenaanzicht is van een getter-inrichting die in de onderhavige uitvinding "bruikbaar is;
Fig.3 een vergroot aanzicht in doorsnede is, langs de lijn III-III van fig.2; 5 Fig.lj· een bovenaanzicht van een andere getter-inrichting is die bruikbaar is in de onderhavige uitvinding;
Fig.5 een aanzicht in doorsnede is langs lijn V-V van fig.U;
Fig.6 een eindaanzicht van een door vacuum geïsoleerde pijplijnsectie voor het overbrengen van fluïdum tijdens de vervaardiging daar-10 van is;
Fig.7 een uitvergroot-'.deel van fig.6 is, waarin een detail van een deel van een in de onderhavige uitvinding toegepaste, niet verdamp-bare getter-inrichting wordt getoond; en
Fig.8, een eindaanzicht van een andere door vacuum geïsoleerde 15 pijpleiding voor fluïdumoverbrenging gedurende zijn vervaardiging is.
Thans verwijzend naar de tekening en in het bijzonder naar fig.
1, wordt daarin een constructie 100 getoond die een deel van een eerste fluïdumpijplijnsectie 102 omvat waarvan de uiteinden verbonden zijn met soortgelijke secties 10U, 106. In de getoonde uitvoeringsvorm, om-20 vat de pijplijnsectie 102 een binnenste metaalbuis 108 in de vorm van een cilinder .en een vrijwel coaxiale buitenste metaalbuis 110 opnieuw in de vorm van een cilinder. Een eerste verbindingsmiddel in de vorm van een metaalflens 112 is op een vacuumdichte wijze gelast aan eerste naburige uiteinden 11k, 116 van resp. de binnenste en buitenste buizen 25 108, 1101 Een tweede verbindingsmiddel in de vorm van een metaalflens 118 is op een vacuumdichte wijze gelast aan tweede naburige uiteinden 120, 122 van resp. de binnenste en buitenste cilindrische buizen 108, 110.
Deze structuur definieert een omsloten volume 12U of mantel die 30 door een (niet getoonde) klep of door andere later te beschrijven middelen kan worden geëvacueerd. Eerste en tweede flensverbindingsmiddelen 112, 118 kunnen op een fluïdumdichte wijze met behulp van bouten zijn verbonden met soortgelijke flenzen op additionele pijplijnsecties 10U resp. 106. In de getoonde uitvoeringsvorm verzekeren de pak-35 kingen 126, 126', 126”, 126'" de fluïdumdichte aard van de verbindin- 8301791 -5-.
'4» gen tussen de secties. De flenzen 112, 118 zijn resp. voorzien van centrale gaten 128, 130 met een diameter die ongeveer gelijk is aan de inwendige diameter van de "binnenste buis 108. Hierdoor is een continue fluxdumstroom door de binnenste metaalbuis mogelijk. Een getter-5 inrichting 132, die een niet verbrandbaar getter-materiaal 134 bevat dat permanent actieve gassen kan sorberen en waterstof reversibel kan sorberen, staat in thermisch contact met een wand binnen de mantel 124, in dit geval met de binnenwand 138 van de buitenste metaalbuis 110.
De getter-inrichting kan in elke geschikte vorm zijn om thermisch 10 contact met een wand binnen de mantel in stand te houden, b.v. als individuele bolletjes of als een poeder, met behulp van bindmiddelen direct aan de wand gebonden. Ook kan een continue strook metaal worden gebruikt waarbij het getterpoeder door compressie aan een of beide oppervlakken van de strook is gebonden.
15 Sen voorkeursuitvoeringsvorm van getter-inrichting 200 wordt ge toond in fig.2 en 3, welke een continu lopende lengte van een dunne metalen strook 202 omvat. Met regelmatige tussenpozen zijn in de strook indrukkingen 204, 204' enz. aangebracht, die gevuld zijn met niet ver-dampbaar getter-materiaal 206, waardoor aldus voorzien wordt in getter-20 materiaaldragerzones 208, 2081, enz. De gebieden 210 van de metaalstrodc tussen naastgelegen dragerzones kunnen desgewenst worden voorzien van sleuven 212 teneinde te voorzien in afwisselende buigingszones 214. Hierdoor wordt een gemakkelijk in contour brengen van de strook mogelijk zodat deze kan worden aangepast aan het gekromde oppervlak van de 25 mantelwanden terwijl toch een adequaat thermisch contact in stand wordt gehouden.
De fig.4 en 5 tonen een andere voorkeursuitvoeringsvorm 400 van een getter-inrichting voor gebruik in de onderhavige uitvinding. In een continu lopende lengte van een dunne metaalstrook 402 maken de 30 getter-materiaaldragerzones 4o4 gebruik van het strookmateriaal van de buigingszones 4o6 om de wanden 408 van elke dragerzone 4o4 te vormen.
Tijdens gebruik wordt de vereiste strooklengte afgesneden en geplaatst in contact met een wand binnen de mantel zoals getoond in de fig.6, T en 8, waarin dezelfde verwijzingscijfers als in de fig.1 - 3 35 zijn gebruikt, gelijke delen voorstellen.
8301791 - 6 -
Het toegepaste getter-mat er iaal kan elk niet verdampbaar getter-materiaal zijn dat in staat is tot permanente sorptie van actieve gassen en reversibele sorptie van waterstof. Bij voorkeur wordt het niet verdampbare getter-materiaal gekozen uit de groep, welke omvat: 5 a) een legering van zirkoon met aluminium waarin het gewichtsper- centage aluminium 5 - 30% bedraagt; b) een partieel gesinterd mengsel van koolstofpoeder met tenminste één metaalpoeder, gekozen uit de groep Zr, Ta, Hf, Nb, Ti, Th en U; waarbij chet koolstofpoeder aanwezig is in een hoeveelheid tot 30 gew.#; 10 c) een partieel gesinterd mengsel van i) een deeltjesvormige Zr-Al-legering die 5-30 gew.# Al en voor de rest Zr omvat, en ii) tenminste een deeltjesvormig metaalpoeder, gekozen uit de groep Zr, Ta, Hf, Nb, Ti, Th en U; 15 d) een verpoe.derde legering van Zr-V-Fe, waarvan de samenstel ling in gewichtsprocenten bij grafische weergave in een -ternair samen-stellingsdiagram in gewichtsprocenten Zr, gewichtsprocenten V en gewichtsprocenten Fe ligt in een veelhoek waarvan de hoekpunten liggen op de punten gedefinieerd door 20 i) 15% Zr - 20# V - 5% Fe ii) 1*5# Zr - 20% V - 35# Fe iii) k5% Zr - 50# V - 5# Fe; e) een partieel gesinterd mengsel van i) tenminste een deeltjesvormig metaal gekozen uit de groep 25 Ti en Zr, en ii) een verpoederde legering van Zr-V-Fe waarvan de samenstelling in gewichtsprocenten, indien grafisch weergegeven in een ternair samenstellingsdiagram in gewichtsprocenten Zr, gewichtsprocenten V en gewichtsprocenten Fe, ligt binnen een veelhoek waarvan de hoek- 30 punten liggen op de punten-gedefinieerd door i) 75# Zr - 20% V - 5# Fe ii) 1*5# Zr - 20# V - 35# Fe iii) 1*5# Zr - 50* V - 5# Fe.
Men zal beseffen dat het pijpleidingsegment bij voorkeur voor-35 zien wordt van expansiemiddelen om ruimte te bieden voor verschillen 8301791 9 - 7 - in thermische uitzetting of krimping tussen de binnenste en buitenste pijpen en dat de flenzen of segmentverbindingsmiddelen zodanig kunnen zijn ontworpen dat thermische geleiding tussen het fluïdum en de uitwendige omgeving tot een minimum wordt beperkt, maar deze aspecten vormen 5 geen deel van de onderhavige '.uitvinding,
In de vervaardiging van een pijpleidingsectie voor het overbrengen van f luida volgens de onderhavige uitvinding, worden een eerste uiteinde van een binnenste metaalbuis en een daarnaast gelegen eerste uiteinde van een vrijwel coaxiale buitenste metaalbuis door lassen op een 10 vacuumdichte wijze verbonden met een eerste verbindingsmiddel. De buizen zijn bij voorkeur cilindervormig, en het verbindingsmiddel is bij voorkeur een flens die geschikt is om op een vloeistofdichte wijze te verbinden met een volgende pijpleidingsectie op zodanige wiïjze, dat door de binnenste buis een continue stroming van fluïdum mogelijk is.
15 In de ruimte tussen de binnenste en buitenste metaalbuizen wordt een niet verdampbare getter-inrichting ingebracht die bij voorkeur in de vorm is van een dunne metaalstrook die het getter-materiaal draagt, zoals hierboven eerder is beschreven.
Indien de pijpleiding bestemd is voor het transporteren van 20 warmte of hete flulda, heeft het de voorkeur dat de strook in thermisch contact met de binnenste metaalbuis wordt aangebracht zodat het getter-materiaal gedurende het fluldumtransport op een geschikte temperatuur wordt gehouden, De temperatuur van het fluïdum kan zelfs voldoende hoog zijn om bepaalde getter-materialen te activeren. Dit zou het ge-25 val zijn wanneer het fluïdum hogedrukstoom is met een temperatuur van ongeveer 300 - U50°C, waardoor de niet verdampbare getter op ongeveer dezelfde temperatuur wordt verhit. Wanneer het getransporteerde fluïdum een cryogeenfluldum is, wordt de strook bij voorkeur in thermisch contact met de buitenste metaalwand geplaatst zodat het getter-materiaal 30 gedurende het stromen van het fluïdum op omgevingstemperaturen wordt gehouden.
Nadat de getter-inrichting in de ruimte tussen de binnenste en buitenste pijpen is ingebracht, worden het tweede uiteinde van de binnenste metaalbuis en het tweede uiteinde van de buitenste metaalbuis 35 op een vacuumdichte wijze met een verbindingsmiddel verbonden dat op- _____* 8301791 - 8 - nieuw bij voorkeur een flens is. De ruimte tussen de binnenste en bui- „2 tenste buizen wordt daarna geëvacueerd tot een druk van minder dan 10 Torr (1,3 Pa) en bij voorkeur minder dan 10 Torr (1,3 x 10 Pa). Terwijl bet pompen van de mantelruimte wordt voortgezet, wordt de-pijp-5 leidingsectie verhit op een temperatuur boven 150°C en bij voorkeur ongeveer 250°C. Deze temperatuur wordt bij voorkeur gedurende een paar uren aangehouden om de manteloppervlakken te ontgassen* De mantel wordt daarna af gedicht en van het pampsysteem verwijderd. Wanneer het getter-materiaal zodanig is dat het bij lage temperaturen wordt geactiveerd, 10 is het ontgassin'gsproces ook voldoende om het te activeren. Wanneer deze temperatuur niet hoog genoeg is om het getter-materiaal in voldoende mate te activeren, kan het gebied van de pijp waar zich de getter-inrichting bevindt, vanaf de buitenkant van de mantel worden verhit. Dit kan met behulp van elk geschikt middel worden uitgevoerd, 15 b.v. door een vlam over het oppervlak te laten spelen of door inductie-verhitting in de geschikte zones. Indien de oppervlakken van de pijpen binnen de mantel met een metaal zoals zink zijn bekleed; om sterker reflecterende oppervlakken te verkrijgen en daardoor de thermische isola-tie-eigenschappen van de mantel te verbeteren, worden de zones waar 20 het getter-materiaal wordt gedragen bij voorkeur niet bekleed.
Een voorkeursmethode voor de vervaardiging van de pijpleiding-sectie houdt in dat het merendeel van de bewerkingen in een vacuumoven wordt uitgevoerd. Een eerste uiteinde van een binnenste metaalbuis en een daarnaast gelegen eerste uiteinde van een vrijwel coaxiale buiten-25 ste metaalbuis worden door lassen op een vacuumdichte wijze met een eerste verbindingsmiddel verbonden. De buizen zijn bij voorkeur cilindervormig, en het verbindingsmiddel is bij voorkeur een flens die geschikt is voor het op een fluldumdichte wijze verbinden met een volgende pijpleidingsectie op zodanige wijze, dat door de binnenste buis een 30 continue stroming van fluïdum mogelijk is. De met het eerste verbindingsmiddel verbonden buizen worden daarna in een vacuumoven geplaatst, samen met een tweede verbindingsmiddel. Wanneer het gettermateriaal voldoende geactiveerd kan worden onder de voor het ontgassen van de buizen in de vacuumoven gebruikte temperatuur-tijd-condities, heeft het 35 de voorkeur dat de getter in de ruimte tussen de binnenste en buitenste 8301791 - 9 - huizen wordt geplaatst voordat het geheel in de vacuumoven wordt getracht. In dit geval zou de getter-inriehting nabij het eerste verbindingsmiddel kunnen worden aangebracht zodat tijdens de ontgassing ontwikkelde gassen niet over de getter stromen en zijn sorptievermogen 5 niet aanzienlijk verkleinen· Wanneer het getter-materiaal een betrekkelijk hoge activeringstemperatuur vereist om tot de sorptie van gas in staat te zijn, kan de getter-inriehting los van de buizen en het tweede verbindingsmiddel in de vacuumoven worden geplaatst. Na evacuatie van de oven en verhitting van de daarin aanwezige componenten tot op de 10 ontgassingstenrperatuur, wordt de getter-inriehting apart verhit op zijn activeringstemperatuur met behulp van een geschikt middel, b.v. door induetieverhitting, en daarna in de ruimte tussen de binnenste en buitenste buizen geplaatst· Aan het einde vaa.de ontgassingsbehandeling, worden het tweede uiteinde van de binnenste metaalbuis en het tweede 15 uiteinde van de buitenste metaalbuis op een vacuumdichte wijze, b.v.
door elektronenbundellassen, verbonden met een tweede verbindingsmiddel dat opnieuw bij voorkeur een flens is. Na verbinding met de tweede flens teneinde een vacuummantel te scheppen, wordt de pijpleidingsectie de gelegenheid gegeven om af te koelen en wordt hij uit de vacuumoven 20 verwijderd.
Hoewel de uitvinding in groot detail beschreven is onder verwijzing naar bepaalde voorkeursuitvoeringsvormen die de deskundigen leren ' hoe de uitvinding het best in'de praktijk kan worden gebracht, zal duidelijk zijn dat andere modificaties kunnen worden gebruikt zonder dat 25 daarmede de uitvindingsidee en beschenningsomvang wordt verlaten.
8301791

Claims (18)

1. Pijpleidingsectie voor het overhrengen van fluïda, omvattende een binnenste metaalbuis, een vrijwel coaxiale buitenste metaalbuis, een eerste middel om eerste naast elkaar gelegen uiteinden van de binnenste en buitenste buizen op een vacuumdichte wijze te verbinden, een 5 tweede middel om tweede naast elkaar gelegen uiteinden van binnenste en buitenste buizen op een vacuumdichte wijze te verbinden waardoor een geëvacueerde mantel wordt bepaald, eerste en tweede verbindingsmiddelen waarmee de pijpleidingsectie op een fluidumdichte wijze kan worden verbonden met verdere pijpleidingsecties en die een continue stro-10 ming van fluïdum door de binnenste metaalbuis mogelijk maken, waarin een niet verdampbaar getter-materiaal dat in staat is tot permanente sorptie van actieve gassen en tot reversibele sorptie van waterstof, in thermisch contact staat met een wand binnen genoemde mantel.
2. Pijpleidingsectie voor het overbrengen van fluïda volgens con-15 clusie 1, met het kenmerk, dat het niet verdampbare getter-materiaal wordt gedragen 'door een metaalstrook.
3. Pijpleidingsectie voor het overbrengen van fluida, omvattende een binnenste cilindrische metaalbuis, een vrijwel coaxiale buitenste cilindrische metaalbuis, een eerste metaalflens die eerste naast el- 20 kaar gelegen uiteinden van de binnenste en buitenste cilindrische buizen op een vacuumdichte wijze verbindt, een tweede metaalflens die tweede naast elkaar gelegen uiteinden van de binnenste en buitenste cilindrische buizen op een vacuumdichte wijze verbindt waardoor een ge-evacueerde mantel wordt bepaald, eerste en tweede flenzen die de pijp-25 leidingsectie op een fluidumdichte wijze kunnen verbinden met verdere pijpleidingsecties en een continue stroming van fluïdum door de binnenste cilindrische metaalbuis mogelijk maken, waarin een getter-inrichting in thermisch contact staat met de binnenwand van de buitenste cilindrische buis, welke getter-inrichting een dunne metaalstrook 30 omvat die voorzien is van afwisselende buigingszones en getter-materiaal dragerzones, welk getter-materiaal een niet verdampbaar getter-materiaal is dat in staat is tot permanente sorptie van actieve gassen en 8301791 - 11 - reversibele sorptie van waterstof. U. Pijpleidingsectie voor het overbrengen van fluids, omvattende een binnenste cilindrische metaalbuis, een vrijwel coaxiale buitenste cilindrische metaalbuis, een eerste metaalflens die eerste naast el-5 kaar gelegen uiteinden van de binnenste en buitenste cilindrische buizen op een vacuumdichte wijze verbindt, een tweede metaalflens die tweede naast elkaar gelegen uiteinden van de binnenste en buitenste cilindrische buizen op een vacuumdichte wijze verbindt, waardoor een geëvacueerde mantel wordt bepaald, eerste en tweede flenzen die de pijpleiding-10 sectie op een flmdnmdichte wijze kunnen verbinden met verdere pijplei-dingsecties en een continue stroming van fluïdum door de binnenste cilindrische metaalbuis mogelijk maken, waarin een getterinrichting in thermisch contact staat met de buitenwand van de binnenste cilindrische buis, welke getter-inriehting een dunne metaalstrook omvat die afwisse-15 lend voorzien is van buigingszones en getter-materiaaldragerzones, welk getter-materiaal een niet verdampbaar getter-materiaal is dat in staat is tot permanente sorptie van actieve gassen en reversibele sorptie van waterstof.
5. Pijpleidingsectie voor het overbrengen van fluïda volgens conclu-20 sie 1, met het kenmerk, dat het getter-materiaal gekozen is uit de groep, bestaande uit: a) een legering van zirkoon met aluminium waarin het gewichts-percentage aluminium 5 - 30% bedraagt; b) een partieel gesinterd mengsel van koolstofpoeder met tenmin-25 ste êên metaalpoeder, gekozen uit de groep Zr, Ta, Hf, Nb, Ti, Th en U, waarbij het koolstofpoeder aanwezig is in een hoeveelheid tot 30 gew $ i c) een partieel gesinterd mengsel van i) een deeltjesvormige Zr-Al-legering die 5-30 gev.% Al 30 en de rest Zr omvat, ii) tenminste ëën deeltjesvormig metaalpoeder gekozen uit de groep Zr, Ta, Hf, Nb, Ti, Th en U; d) een verpoederde legering van Zr-V-Fe waarvan de samenstelling in gev.%, indien grafisch weergegeven in een ternair samenstel- 35 lingsdiagram in gev.% Zr, gev.% V en gev.% Fe, in een veelhoek ligt 8301791 - 12 - waarvan de hoekpunten liggen op de punten gedefinieerd door i) 75$ Zr - 20$ V - 5% Fe ii) Zr - 20$ V - 35$ Fe iii) \5% Zr - 50$ V - 5$ Fe; 5 e) een partieel gesinterd mengsel van i) tenminste één deeltjesvormig metaal gekozen uit de groep Ti en Zr, en ii) een verpoederde legering van Zr-V-Fe waarvan de samenstelling in gew.$, indien grafisch weergegeven in een ternair samen- 10 stellingsdiagram in gew.$ Zr, gew.$ V en gew.$ Fe, "binnen een veelhoek ligt waarvan de hoekpunten liggen op de punten gedefinieerd door i) 75$ Zr - 20$ V - 5$ Fe ii) \5% Zr - 20$ V - 35$ Fe iii) ^5$ Zr - 50$ V - 5$ Fe.
6. Werkwijze voor het vervaardigen van een pijpleidingsectie voor het overbrengen van fluïda, omvattende de volgende stappen; A) het bevestigen op een vacuumdichte wijze van een eerste uiteinde van een binnenste metaalbuis en een daarnaast gelegen eerste uiteinde van een vrijwel coaxiale buitenste metaalbuis aan een eerste 20 verbindingsmiddel; B) het in de ruimte tussen de binnenste en buitenste metaalbui-zen brengen van een niet verdampbaar getter-materiaal dat in staat is tot permanente sorptie van actieve gassen en reversibele sorptie van waterstof;
25 C) het evacueren van de ruimte tussen de binnenste en buitenste metaalbuizen; D) het verhitten van de buizen tot op een temperatuur boven 150°C; E) het op een vacuumdichte wijze verbinden van het tweede uit-30 einde van de binnenste metaalbuis en het tweede uiteinde van de buitenste metaalbuis met een tweede verbindingsmiddel waardoor een mantel wordt bepaald.
7. Werkwijze volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de volgorde van de stappen A, B, E, C, D is.
8. Werkwijze volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de volgende 8301791 - 13 - extra stap wordt uitgevoerd: F) het verhitten van het getter-materiaal tot op een temperatuur beneden de temperatuur waarbij faseveranderingen plaatsvinden in het metaal van de huizen teneinde het getter-materiaal het vermogen tot 5 gassorptie te geven*
9. Werkwijze volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de volgorde van de stappen A, B, E, C, D, F is.
10. Werkwijze voor het vervaardigen van een pijpleidingsectie voor het overbrengen van flulda, omvattende de volgende stappen:
10 A) het op een vacuumdichte wijze lassen van een eerste uiteinde van cilindrische binnenste metaalbuis en een eerste uiteinde van een cilindrische buitenste metaalbuis aan een eerste flens, die de pijpleidingsectie op een fluldumdichte wijze kan verbinden met een verdere pijpleidingsectie waardoor een continue stroming van fluïdum door de 15 cilindrische binnenste metaalbuis mogelijk is; B) het in de ruimte tussen de binnenste en buitenste metaalbui-zen en in thermisch contact met de buitenwand van de binnenste metaalbuis inbrengen van een niet verdampbare getter-inrichting welke een dunne metaalstrook omvat die voorzien is van buigingszones en getter-20 materiaaldragerzones, welk getter-materiaal in staat is tot permanente sorptie van actieve gassen en een reversibele sorptie van waterstof, en gekozen is uit de groep: a) een legering van zirkoon met aluminium waarin het gewichts-percentage aluminium 5 - 30% is; 25 b) een partieel gesinterd mengsel van koolstofpoeder met ten minste een metaalpoeder, gekozen uit de groep Zr, Ta, Hf, Nb, Ti, Th en IJ, waarbij het koolstofpoeder aanwezig is in een hoeveelheid tot 30 gew.£; c) een partieel gesinterd mengsel van 30 i) een deeltjes vormige Zr-Al-legering die 5-30 gew.55 Al en de rest Zr omvat; en ii) tenminste een deeltjesvormig metaalpoeder gekozen uit de groep Zr, Ta, Hf, Nb, Ti, Th en U; d) een verpoederde legering van Zr-V-Fe waarvan de samenstelling 35 in gewichtsprocenten, indien grafisch weergegeven in een ter- 8301791 -lunair samenstellingsdiagram in gewichtsprocenten Zr, gewichts-procenten V en gewichtsprocenten Fe, binnen een veelhoek ligt waarvan de hoekpunten liggen op punten gedefinieerd door i) 75% Zr - 20% V - 5% Fe 5 ii) k5% Zr - 20$ V - 35% Fe iii) k5% Zr - 50$ V - 5$ Fe; e) een partieel gesinterd mengsel van i) tenminste een deeltjesvormig metaal gekozen uit de groep Ti3en Zr, en 10 ii) een verpoederde legering van Zr - V - Fe waarvan de sa menstelling in gewichtsprocenten, indien grafisch weergegeven, in een ternair samenstellingsdiagram in gewichtsprocenten Zr, gewichtsprocenten V en gewichtsprocenten Fe, ligt binnen een veelhoek waarvan de hoekpunten liggen op de punten gedefini-15 eerd door i) -75$ Zr - 20$ V - 5$ Fe ii) U5$ Zr - 20$ V - 35$ Fe iii) k5% Zr - 50$ V - 5% Fe; C) het evacueren van de ruimte tussen de binnenste en buitenste 20 metaalbuizen tot een druk beneden 10 Torr (1,3 Pa); D) het verhitten van de buizen op een temperatuur van meer dan 150°C; en E) het op een vacuumdichte wijze lassen van het tweede uiteinde van de cilindrische binnenste metaalbuis en het tweede uiteinde van de 25 cilindrische buitenste metaalbuis aan een tweede flens, die op een fluï-dumdichte wijze kan verbinden met een verdere pijpleidingsectie waardoor een continue stroming van fluïdum door de cilindrische binnenste metaalbuis mogelijk is.
11. Werkwijze volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de volgorde 30 van de stappen A, B, E, C, D is.
12. Werkwijze volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de volgende extra stap wordt uitgevoerd: F) het verhitten van het getter-materiaal tot een temperatuur beneden de temperatuur waarbij faseveranderingen plaatsvinden in het 35 metaal van de cilindrische binnenste metaalbuis teneinde het materiaal 8301791 - 15 - 9 het vermogen tot gassorptie te geven.
13. Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de volgorde van de stappen A, B, E, C, D, F is. ik. Werkwijze volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de getter-5 inrichting in thermisch contact is verbonden met de binnenwand van de buitenste metaalbuis.
15. Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het binnenoppervlak van de buitenste metaalbuis en/of het buitenoppervlak van de cilindrische binnenste metaalbuis is voorzien van een metaalbekleding 10 met een reflectief oppervlak, behalve in de getter-materiaaldragerzones.
16. Werkwijze voor het vervaardigen van een pijpleidingsectie voor het overbrengen van flulda, omvattende de volgende stappen: A) het op een vacuumdichte wijze lassen van een eerste uiteinde van een cilindrische binnenste metaalbuis en een eerste uiteinde van 15 een cilindrische buitenste metaalbuis aan een eerste flens die de pijpleidingsectie op een fluidumdichte wijze kan verbinden met een verdere pijpleidingsectie waardoor een continue stroming van fluïdum door de cilindrische binnenste metaalbuis mogelijk wordt; B) het in de ruimte tussen de binnenste en buitenste metaalbuis 20 zen en in thermisch contact met de buitenwand van de binnenste metaalbuis inbrengen van een niet verdampbare getter-inrichting welke een dunne metaalstrook omvat die voorzien is van buigings zones en getter-materiaaldragerzones, welk getter-materiaal in staat is tot permanente sorptie van actieve gassen en reversibele sorptie van waterstof en ge- 25 kozen is uit de groep: a) een legering van zirkoon met aluminium waarin het gewichts-percentage aluminium 5 - 30% is; b) een partieel gesinterd mengsel van koolstofpoeder met tenminste een metaalpoeder gekozen uit de groep Zr, Ta, Hf, Kb, Ti,
30 Th en U, waarin het koolstofpoeder aanwezig is in een hoeveel heid van 30 gew.iS; c) een partieel gesinterd mengsel van i) een deeltjesvormige Zr-Al-legering die 5-30 gew.iS Al en de rest Zr omvat; en 35 ii) tenminste êéir deeltjesvormig metaalpoeder, gekozen uit de 8301791 - 16 - groep Zr, Ta, Hf, Fb, Ti, Th en U; d) een verpoederde legering van Zr-V-Fë, waarvan de samenstelling in gevichtsproeenten, indien grafisch weergegeven in een ter-nair samenstellingsdiagram in gewichtsprocenten Zr, gevichts-5 procenten V en gewichtsprocenten Fe, ligt "binnen een veelhoek waarvan de hoekpunten liggen op de punten gedefinieerd door i) 75# Zr - 20# V - 5# Fe ii) 1*5# Zr - 20# V - 35# Fe iii) l*5# Zr - 50# V - 5# Fe; 10. e) een partieel gesinterd mengsel van i) tenminste êên deeltjesvormig metaal gekozen uit de groep Ti en Zr; en ii) een verpoederde legering van Zr-V-Fe waarvan de samenstelling in gevichtsproeenten, indien grafisch weergegeven 15 in een ternair samenstellingsdiagram, in gevichtsproeenten Zr, gevichtsproeenten V en gevichtsproeenten Fe, ligt binnen een veelhoek waarvan de hoekpunten liggen op de punten gedefinieerd door i) 75# Zr - 20# V - 5# Fe 20 ii) 1*5# Zr - 20# V - 35# Fe iii) 1*5# Zr - 50# V - 5# Fe; C) het evacueren van de ruimte tussen de binnenste en buitenste metaalbuizen tot een druk beneden 10 Torr (1,3 Pa); D) het verhitten van de buizen tot een temperatuur van meer dan 25 150°C; en E) het op een vacuumdichte wijze lassen van het tweede uiteinde van de cilindrische binnenste metaalbuis en het tweede uiteinde van de cilindrische buitenste metaalbuis aan een tweede flens die op een fluï-dumdichte wijze kan verbinden met een verdere pijpleidingsectie waardoor 30 een continue stroming van fluïdum door de cilindrische binnenste metaalbuis mogelijk wordt.
17. Werkwijze volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat verder de volgende stap wordt uitgevoerd: F) het doorleiden van stoom onder superatmosferische druk met 35 een temperatuur van ongeveer 300 - '1*50°C door de binnenste buis tenein- S301791 c 9 - 17 - de de niet verdampbare getter-inrichting te verhitten op ongeveer de temperatuur vaardoor hij vordt geactiveerd. 8301791
NL8301791A 1982-05-20 1983-05-19 Door vacuum geisoleerde pijpleidingsectie voor een transportleiding voor fluida. NL192129C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
IT2139582 1982-05-20
IT21395/82A IT1201945B (it) 1982-05-20 1982-05-20 Tubazione per il trasporto di fluidi isolata a vuoto e metodo per la sua produzione

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8301791A true NL8301791A (nl) 1983-12-16
NL192129B NL192129B (nl) 1996-10-01
NL192129C NL192129C (nl) 1997-02-04

Family

ID=11181116

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8301791A NL192129C (nl) 1982-05-20 1983-05-19 Door vacuum geisoleerde pijpleidingsectie voor een transportleiding voor fluida.

Country Status (7)

Country Link
US (1) US4546798A (nl)
JP (1) JPS5937395A (nl)
DE (1) DE3318524A1 (nl)
FR (1) FR2527302B1 (nl)
GB (1) GB2121505B (nl)
IT (1) IT1201945B (nl)
NL (1) NL192129C (nl)

Families Citing this family (30)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3316454A1 (de) * 1983-05-05 1984-11-22 kabelmetal electro GmbH, 3000 Hannover Aus zwei oder mehreren konzentrischen rohren bestehendes rohrsystem
DE3416089C2 (de) * 1983-05-05 1997-03-06 Kabelmetal Electro Gmbh Aus zwei oder mehreren konzentrischen Rohren bestehendes Rohrsystem
DE3426641A1 (de) * 1984-07-19 1986-01-23 kabelmetal electro GmbH, 3000 Hannover Verfahren zum nachevakuieren von vakuumisolierten konzentrischen rohrleitungen
GB2194015A (en) * 1986-07-10 1988-02-24 Martin Roy Thomas Page Vacuum insulated pipe
IT1222062B (it) * 1987-07-17 1990-08-31 Getters Spa Finestra oblo' per forni domestici a ridotta trasmissione di calore verso l' esterno
IT1228148B (it) * 1988-09-30 1991-05-31 Getters Spa Metodo per la produzione di una struttura con isolamento a vuoto e struttura isolata cosi' prodotta
IT1228392B (it) * 1989-01-24 1991-06-14 Getters Spa Materiali getter per l'isolamento a vuoto di recipienti di immagazzinamento o linee di trasporto di idrogeno liquido.
DE4016048C1 (nl) * 1990-05-18 1991-10-24 Messerschmitt-Boelkow-Blohm Gmbh, 8012 Ottobrunn, De
DE4040400A1 (de) * 1990-12-17 1992-08-13 Aei Ges Fuer Automatik Elektro Waermegedaemmtes kunststoffrohr
JP2992107B2 (ja) * 1991-02-21 1999-12-20 象印マホービン株式会社 真空断熱構造体及びその製造方法
DE4216411A1 (de) * 1992-05-18 1993-11-25 Lothar Schilf Verfahren zur Herstellung von Elementen zur Wärmeisolation und nach dem Verfahren hergestellte Elemente
IT1264692B1 (it) * 1993-07-08 1996-10-04 Getters Spa Combinazione di getter adatta per camicie isolanti sotto vuoto reversibile
DE4443079C2 (de) * 1994-12-03 1996-10-31 Messer Griesheim Gmbh Verfahren zum Verdampfen von tiefkalt verflüssigten Gasen
US5610438A (en) * 1995-03-08 1997-03-11 Texas Instruments Incorporated Micro-mechanical device with non-evaporable getter
US5624598A (en) * 1995-04-18 1997-04-29 Shepodd; Timothy J. Materials for the scavanging of hydrogen at high temperatures
US6094922A (en) * 1998-09-09 2000-08-01 Ziegler; Alex R. Vacuum-insulated refrigerant line for allowing a vaccum chamber system with water-vapor cryocoil compressor to be locatable outside cleanroom
GB2358055B (en) * 2000-01-07 2004-04-07 Corus Uk Ltd Improved insulated pipework system
AU2002349738A1 (en) * 2001-11-20 2003-06-10 Jianzheng Tang A getter packaging member used in a vacuum device, a method making the member, and the vacuum device
DE10221534A1 (de) * 2002-05-15 2003-11-27 Nexans Leitungsrohr für den Transport von tiefgekühlten Medien
DE102005022183B3 (de) * 2005-05-09 2006-08-03 Schott Ag Absorberrohr
US20080169037A1 (en) * 2007-01-17 2008-07-17 Cryotech International, Inc. Cryogenic bayonet connection
KR101597554B1 (ko) * 2009-08-07 2016-02-25 엘지전자 주식회사 진공단열재 및 진공단열재를 구비한 냉장고
US8650875B2 (en) * 2010-12-08 2014-02-18 Dwpna, Llc Direct exchange geothermal refrigerant power advanced generating system
CN102418823A (zh) * 2011-10-28 2012-04-18 杭州杭氧环保成套设备有限公司 快速对接器
US9327207B2 (en) * 2013-07-01 2016-05-03 King Fahd University Of Petroleum And Minerals Spherical desalination device
WO2016125711A1 (ja) * 2015-02-06 2016-08-11 古河電気工業株式会社 加熱冷却システム
DE102015219983A1 (de) * 2015-10-14 2017-04-20 Bayerische Motoren Werke Aktiengesellschaft Kryogenes Druckbehältersystem
CN105645344B (zh) * 2016-03-16 2018-07-24 成都安迪生测量有限公司 一种真空防冻加注枪
CN110612577B (zh) * 2017-05-31 2021-04-20 杰富意钢铁株式会社 超导输电用绝热多重管
CN115435182B (zh) * 2022-10-24 2023-01-06 四川空分设备(集团)有限责任公司 一种真空管道及其制备工艺

Family Cites Families (25)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US291655A (en) * 1884-01-08 walsh
DE7100381U (de) * 1971-04-22 The British Oxygen Co Ltd Vakuumisoherte Leitungsanordnung
US3068026A (en) * 1958-06-13 1962-12-11 Gen Motors Corp Cryogenic fluid transfer line coupling
US3369826A (en) * 1961-08-22 1968-02-20 Union Carbide Corp Cryogenic fluid transfer conduit
LU43011A1 (nl) * 1962-01-23 1963-03-14
FR1399258A (fr) * 1964-06-19 1965-05-14 Worthington Corp Raccord pour canalisation de transport de fluide
US3360001A (en) * 1965-03-17 1967-12-26 James H Anderson Vacuum jacketed pipe line and joint construction therefor
US3371946A (en) * 1965-10-02 1968-03-05 Gustave A. Bleyle Jr. Cryogenic coupling
NL153369B (nl) * 1966-01-08 1977-05-16 Philips Nv Werkwijze voor het vervaardigen van een, van een niet-verdampende gasbinder voorziene elektrische ontladingsbuis, en elektrische ontladingsbuis, vervaardigd volgens deze werkwijze.
DE1775073A1 (de) * 1968-07-03 1971-06-03 Bp Benzin Und Petroleum Ag Verfahren zum Schutz von Fernwaermeversorgungs-Rohrleitungen vor Waermeverlusten und Innenkorrosion einer Mantelrohrkonstruktion
IT963874B (it) * 1972-08-10 1974-01-21 Getters Spa Dispositivo getter perfezionato contenente materiale non evapora bile
US4146497A (en) * 1972-12-14 1979-03-27 S.A.E.S. Getters S.P.A. Supported getter
IT1006761B (it) * 1974-01-07 1976-10-20 Getters Spa Impianto e procedimento per l otte nimento di alti vuoti
US3988029A (en) * 1974-08-28 1976-10-26 Kaiser Aerospace And Electronics Corporation Cryogenic fluid coupling device
US4000246A (en) * 1975-01-31 1976-12-28 The Dow Chemical Company Removal of gases from an enclosed space using metal hydrocarbyl oxides
US3992169A (en) * 1975-04-18 1976-11-16 Cryogenic Technology, Inc. Refrigerated cryogenic envelope
DE2657904A1 (de) * 1975-12-30 1977-07-14 Osaka Oxygen Ind Thermosbehaelter fuer verfluessigte gase und getterlegierung dafuer
JPS5334593U (nl) * 1976-08-31 1978-03-27
JPS53113391U (nl) * 1977-02-17 1978-09-09
GB1567373A (en) * 1977-03-25 1980-05-14 Boc Ltd Vacuum-insulated conduit joints
US4108476A (en) * 1977-04-11 1978-08-22 Krupp Walter H Precompressed piping system for handling cryogenic fluid
JPS543246A (en) * 1977-06-10 1979-01-11 Hitachi Ltd Relay inspection
SU637588A2 (ru) * 1977-07-25 1978-12-15 Предприятие П/Я А-3605 Криогенный трубопровод
DE2917844A1 (de) * 1979-05-03 1980-11-06 Kabel Metallwerke Ghh Aus zwei oder mehreren konzentrischen rohren bestehendes rohrsystem mit thermischer isolierung
JPS5715192A (en) * 1980-07-02 1982-01-26 Nippon Oxygen Co Ltd Heat insulation pipings for high temperature and high pressure

Also Published As

Publication number Publication date
JPH031559B2 (nl) 1991-01-10
GB2121505A (en) 1983-12-21
GB2121505B (en) 1985-08-29
US4546798A (en) 1985-10-15
GB8313840D0 (en) 1983-06-22
DE3318524A1 (de) 1983-11-24
IT8221395A0 (it) 1982-05-20
JPS5937395A (ja) 1984-02-29
FR2527302A1 (fr) 1983-11-25
NL192129C (nl) 1997-02-04
IT1201945B (it) 1989-02-02
DE3318524C2 (nl) 1993-04-29
FR2527302B1 (fr) 1987-01-23
NL192129B (nl) 1996-10-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8301791A (nl) Door een vacuum geisoleerde transportleiding voor fluida; werkwijze voor het vervaardigen daarvan.
US6257282B1 (en) Vacuum insulated pipe
US6216745B1 (en) Vacuum insulated pipe
KR910000568B1 (ko) 고온 유체 공급 튜브 장치 및 진공 유지 방법
US4417382A (en) Method of thermally insulating vessels
WO2003072684A1 (en) Microsphere insulation systems
NL8201382A (nl) Tegen hoge temperatuur bestendige geisoleerde verbuizing.
US20080169037A1 (en) Cryogenic bayonet connection
JPS6116837B2 (nl)
EP2583016B1 (en) An insulated fluid duct
JPH04228996A (ja) 真空−熱絶縁要素の接合方法
US4673002A (en) Flexible fluid for transferring fluids
JP2007162942A (ja) 冷凍媒体の輸送に使用するラインパイプ
JPS59501592A (ja) 熱的に絶縁された物体を製造する方法
SE8405228L (sv) Vermeisolerat ledningsror
US3039275A (en) Piping system for the transport of liquified gases
JP2023084455A (ja) 管と容器の断熱装置と断熱方法
Birmingham et al. Vessels for the storage and transport of liquid hydrogen
Asselman Thermal energy storage unit based on lithium fluoride
RU2807139C1 (ru) Криогенный трубопровод
CN204787357U (zh) 可维护的低能耗热能传输管网
CN220582015U (zh) 一种真空套管
CN106322794A (zh) 可维护的低能耗热能传输管网及其安装方法
SU1488659A1 (ru) Трубопровод с внутренней теплоизоляцией
KR20230123824A (ko) 극저온 유체 이송용 진공단열배관

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V4 Discontinued because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20030519