NL8220477A - Stelsel voor wisselwerking met telefoonabonnees. - Google Patents

Stelsel voor wisselwerking met telefoonabonnees. Download PDF

Info

Publication number
NL8220477A
NL8220477A NL8220477A NL8220477A NL8220477A NL 8220477 A NL8220477 A NL 8220477A NL 8220477 A NL8220477 A NL 8220477A NL 8220477 A NL8220477 A NL 8220477A NL 8220477 A NL8220477 A NL 8220477A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
signals
subscriber
central location
telephone
house
Prior art date
Application number
NL8220477A
Other languages
English (en)
Other versions
NL192418C (nl
NL192418B (nl
Original Assignee
Rolland T James
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Rolland T James filed Critical Rolland T James
Publication of NL8220477A publication Critical patent/NL8220477A/nl
Publication of NL192418B publication Critical patent/NL192418B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL192418C publication Critical patent/NL192418C/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04MTELEPHONIC COMMUNICATION
    • H04M11/00Telephonic communication systems specially adapted for combination with other electrical systems
    • H04M11/04Telephonic communication systems specially adapted for combination with other electrical systems with alarm systems, e.g. fire, police or burglar alarm systems
    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04MTELEPHONIC COMMUNICATION
    • H04M11/00Telephonic communication systems specially adapted for combination with other electrical systems
    • H04M11/002Telephonic communication systems specially adapted for combination with other electrical systems with telemetering systems

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Signal Processing (AREA)
  • Alarm Systems (AREA)
  • Telephonic Communication Services (AREA)
  • Selective Calling Equipment (AREA)

Description

f , 8 2 ? < 7 1 ......
NO 31977 1
Korte aanduiding: Stelsel voor wisselwerking met telefoonabonnees.
De uitvinding heeft betrekking op een stelsel voor 5 het gebruiken van een telefoonnetwerk om extra functies te verschaffen buiten die van de gebruikelijke telefoondienst voor gesprekken tussen abonnees. Meer in het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op een stelsel, waarin het netwerk aanvullend gebruikt wordt om de toestand van één of meer in het huis van de abonnee 10 geplaatste instrumenten te bewaken.
De betreffende instrumenten kunnen van verschillend type zijn. Een type is een inrichting om een elektrisch alarmsignaal te verschaffen wanneer er een abnormale toestand in het huis van de abonnee gedetecteerd wordt. Een dergelijke abnormale 15 toestand kan brand zijn, niet-geautoriseerd binnentreden, een foutieve werking van enige onder bewaking staande machine, enz. Een ander type kan een inrichting zijn, die een elektrisch signaal afgeeft dat de toestand van enige apparatuur in het huis van de abonnee aangeeft zelfs ofschoon er geen abnormale toestand heerst.
20 Dit kunnen gebruiksmeteraflezingen, meteorologische metingen, operationele gegevens van procesapparatuur, enz., zijn. Ook andere typen instrumenten kunnen toegepast worden.
De uitvinding is weliswaar niet de eerste die met dit type stelsels te maken heeft. Er zijn reeds eerder dergelijke 25 stelsels voorgesteld. Al deze eerder voorgestelde stelsels hebben echter eigenschappen die de toepasbaarheid of de wenselijkheid van die stelsels op de één of andere manier doen afnemen.
Sommige bekende voorgestelde stelsels gebruiken bijvoorbeeld hulpsignalen die voor de abonnee hoorbaar zijn wanneer 30 deze de telefoon voor gewone gespreksdoeleinden gebruikt. Dit is niet alleen storend voor de abonnee maar druist eveneens in tegen de technische beperkingen die door sommige telefoonmaatschappijen of regeringsbureaus opgelegd worden.
Bij andere van deze bekende voorgestelde stelsels 35 worden hulpsignalen gebruikt die boven het gebied van hoorbare frequentie liggen. Dit bracht echter elektrische filtereisen binnen het stelsel met zich mee, en mogelijkerwijs eveneens binnen het gebruikelijke telefoonnetwerk, die moeilijk in te voeren en eveneens kostbaar waren tot het punt dat de economisch aanvaardbaarheid van 40 het stelsel nadelig beïnvloed werd.
8220477 2
Bij weer andere stelsels werden in een poging om nadelen, zoals bovengenoemd, te ondervangen bepaalde wenselijke functies in het stelsel eenvoudig weggelaten, zoals een betrouwbare bewaking van de apparatuur in het huis van de abonnee, of dergelijke.
5 De uitvinding beoogt derhalve een stelsel te verschaffen dat met een gebruikelijk telefoonnetwerk samenwerkt teneinde extra functies aan te brengen maar op een verbeterde manier in vergelijking met de eerder voorgestelde en voor het zelfde algemene doel beoogde stelsels.
10 De uitvinding beoogt eveneens een dergelijk stelsel te verschaffen waarin geen van de nadelen van de eerder voorgestelde stelsels voorkomen.
De uitvinding beoogt eveneens een dergelijk stelsel te verschaffen dat geen hulpsignalen toepast die voor de 15 gebruiker tijdens normaal telefoongebruik hoorbaar zijn.
De uitvinding beoogt eveneens een stelsel te verschaffen dat niet op signalen boven het hoorbare frequentiegebied gebaseerd is.
De uitvinding beoogt eveneens een stelsel te 20 verschaffen dat geen speciale elektrische filtering binnen het gebruikelijke telefoonnetwerk nodig heeft.
De uitvinding beoogt eveneens een stelsel te verschaffen dat een hoge mate van betrouwbare bewaking van apparatuur in het huis van de abonnee verschaft.
25 Aan deze en andere doeleinden wordt volgens de uitvinding op de volgende wijze tegemoet gekomen.
In een punt waarin een groep van door een stelsel te bedienen abonneelussen gemakkelijk toegankelijk is, is een centrale stuureenheid (waarnaar hierna verwezen wordt met "aftaster") 30 over al deze abonneelussen aangesloten. Bij elk abonneehuis of pand is een afzonderlijke elektronische aansluiteenheid (waarnaar hierna verwezen wordt met "abonnee-eindeenheid" of "AEE") over die bepaalde abonneelus aangesloten.
Op elke abonnee-eindeenheid zijn de verschillende 35 instrumenten aangesloten die door het stelsel bewaakt moeten worden zodat de uitgangssignalen daarvan in elektrische vorm binnen de abonnee-eindeenheid beschikbaar zijn.
Door middel van geschikte signalen in het hoorbare gebied ondervraagt de aftaster op geschikte tijden de 40 abonnee-eindeenheden. De abonnee-eindeenheden antwoorden door middel 8220477 3 van overeenkomstige signalen om de toestand van de instrumenten in de respektievelijke abonneehuizen aan te geven.
Dit normale patroon van ondervraging en beantwoording wordt beperkt tot perioden gedurende welke de telefoon 5 van de abonnee op de haak ligt, dat wil zeggen wanneer de abonnee niet de telefoon voor gebruikelijke doeleinden toepast, en het patroon houdt op wanneer de abonnee de telefoon opneemt (dat wil zeggen een van-de-haak toestand teweegbrengt).
Een speciaal signaal op een frequentie duidelijk 10 onder het hoorbare gebied wordt eveneens in de abonnee-eindeenheid opgewekt, en wordt over de telefoonlus aan de aftaster overgedragen, welke lus natuurlijk ook de andere gebruikelijke telefoonsignalen: spraak, draaitoon, bellen, bezettoon, enz., voert. Dit speciale signaal (dat hierna "lage toon" wordt genoemd) is bij voorkeur 15 continu aanwezig tijdens zowel tijdens op-de-haak als tijdens van-de-haak toestanden, maar alleen wanneer alle instrumenten in het bepaalde abonneehuis binnen hun voorafbepaal de normale of veilige gebied van toestanden zijn.
Wanneer een willekeurige of meer van deze 20 instrumenten vanuit dat gebied weglopen, bijvoorbeeld een toestand van gevaar of alarm aannemen, wordt het opwekken van de lage toon in de abonnee-eindeenheid niet voortgezet. Een dergelijke onderbreking van de lage toon wordt door de aftaster gedetecteerd en veroorzaakt een onmiddelijke ondervraging van de bepaalde abonnee-eindeenheid, 25 die de bron van dit verschijnsel vormt zelfs ofschoon de bijbehorende telefoon van de haak ligt, zodat deze abonnee-eindeenheid normaal op dit moment niet ondervraagd (of antwoord) zal worden. Het antwoord op een dergelijke ondervraging, dat dan door de abonnee-eindeenheid gegeven wordt, verschaft informatie over de reden van het waargenomen 30 verschijnsel, dat wil zeggen wat de bron van het gevaar of alarm is.
Zoals eerder vermeld vinden de ondervraging en beantwoording plaats in het hoorbare frequentiegebied en zij zijn daarom op elk ander gebruik van de telefoon tijdens de van-de-haak toestand gesuperponeerd, dat wil zeggen op abonneegesprekken. Dit 35 gebeurt echter alleen in antwoord op een gevaar of alarm aanduiding. Daarom wordt dit niet als bezwaarlijk beschouwd noch wordt dit door telefoonvoorschriften verboden. Het heeft in feite inderdaad het gewenste gevolg dat gelijktijdig de telefoongebruiker voor de situatie gewaarschuwd wordt.
40 Bij afwezigheid van een verschijnsel, zoals boven 8220477 4 beschreven, ondervraagt de aftaster normaal de afzonderlijke abonnee-eindeenheden in een voorafbepaal de cyclische opvolging.
Andere afwijkingen echter van die opvolging worden, wanneer gewenst, eveneens verschaft. Wanneer bijvoorbeeld een bepaalde 5 abonnee-eindeenheid als deel van het stelsel eerst geactiveerd wordt, wordt hij bij voorkeur direkt ondervraagd, zelfs ofschoon dit buiten de normale opvolging kan liggen, om de toestand van de bijbehorende instrumenten daarvan zonder vertraging te bepalen. Eveneens wordt, steeds wanneer een abonnee ophangt, de abonnee-eindeenheid op die 10 plaats bij voorkeur direkt ondervraagd zelfs ofschoon de lage toon geen gevaar of alarmtoestand had aangegeven.
De uitvinding zal nader toegelicht worden met verwijzing naar de bijbehorende tekeningen, waarin:
Figuur 1 een totaal blokschema van het stelsel 15 volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding geeft;
Figuur 2 een blokschema geeft van een aftaster die deel uitmaakt van de uitvoeringsvorm van figuur 1;
Figuur 3 een blokschema geeft van een abonnee-eindeenheid (of AEE) die deel uitmaakt van de uitvoeringsvorm 20 van figuur 1.
In alle figuren geven zelfde verwijzingscijfers gelijke elementen aan.
In figuur 1 is een telefoonnetwerk 10 aangegeven, dat op zich in alle aspekten geheel gebruikelijk is. Het is inderdaad 25 één van de eigenschappen van de uitvinding dat hij onder toepassing van een gebruikelijk telefoonnetwerk in de praktijk gebracht kan worden zonder dat er in de werking daarvan op enige manier wordt ingegrepen.
Het netwerk 10, dat in zeer vereenvoudigde vorm in 30 figuur 1 is aangegeven, bevat een aantal abonneetelefoonhand-toestellen zoals respektievelijk is aangeduid door de verwijzings-cijfers 11, 12 en 13. Elk toestel is met zijn eigen lokale telefoonleiding of lus verbonden. Deze lussen zijn respektievelijk aangeduid door de verwijzingscijfers 14, 15 en 16. Deze lokale 35 leidingen leiden alle op hun beurt naar een schakelinrichting 17 die normaal in de telefooncentrale geplaatst is. Al deze elementen van het stelsel kunnen in wezen elke gebruikelijke vorm aannemen. De abonneetoestellen 11, 12, 13 kunnen van het draai of drukknop type zijn. De centrale schakelaar 17 kan van het draaibare of kruisstaaf 40 of zelfs van geheel elektronisch type zijn. De lokale leidingen 14, 8220477 5 15, 16 kunnen eveneens van elk gebruikelijke soort zijn die herhalers, vereffenaars, enz., zoals gewenst bevatten op voorwaarde alleen dat deze in staat zijn om de lage-toonsignalen te voeren.
Volgens de uitvinding bevat het stelsel van figuur 5 1 verder een aftaster 18. Deze aftaster is bij voorkeur fysiek in enig punt geplaatst waarin hij gemakkelijk met de verschillende afzonderlijke abonneelei dingen verbonden kan worden. Dit kan in de centrale zijn, waarin de schakelinrichting 17 ook is geplaatst. In figuur 1 zijn verbindingen 19, 20 en 21 aangegeven tussen de aftaster 10 18 en de respektievelijke leidingen 14, 15 en 16. Verder is in overeenstemming met de uitvinding bij elke afzonderlijke abonneeplaats een afzonderlijke abonnee-eind- of aansluiteenheid aangebracht, afgekort als AEE, die respektievelijk door de verwijzingscijfers 22, 23 en 24 aangeduid worden.
15 De aandacht wordt gevestigd op het feit dat er in figuur 1 apparatuur voor slechts drie abonnees is aangegeven. Het dient echter duidelijk te zijn dat dit alleen ten behoeve van een vereenvoudigde weergave is gedaan. De uitvinding is bestemd om met grote aantallen abonnees toegepast te worden, in welk geval de 20 telefoontoestellen, de verbindingen en de abonnee-eindeenheden alle overeenkomstig in aantal verhoogd worden. Dit is in figuur 1 symbolisch aangegeven door brede ruimten die door de gebroken lijnen overbrugd zijn tussen alle eerdere elementen van het gehele stelsel.
In figuur 2, waarin het "inwendige" van de 25 aftaster 18 is aangegeven, zijn eerste, tweede en derde multiplexers 25, 26 en 27 getoond. Deze zijn alle tijd-verdeelmultiplexers die op gebruikelijke wijze op verschillende tijden de signalen van verschillende van de verbindingen 19, 20 en 21 kiezen en de zo gekozen signalen aan hun respektievelijke uitgangen afgeven.
30 Daarenboven is de multiplexer 25 een twee-richtingsinrichting, die eveneens in staat is om op verschillende tijden over de verschillende verbindingen 19, 20 en 21 signalen te verdelen die aan het andere "einde" van deze multiplexer 25 toegevoerd worden. Derhalve kan elk einde van de multiplexer 25 naar wens als invoer en als uitvoer 35 dienen. De multiplexer 25 is verbonden met een zend- ontvangschakelaar 28 (eveneens afgekort tot Z/0 schakelaar). Het deel van de Z/0 schakelaar 28 dat in de ontvangmode werkt, voert op zijn beurt signalen vanaf de multiplexer 25 toe aan de demodulator 29 ten behoeve van frequentie-schuif gesleutelde (FSK) signalen. Het deel 40 van de Z/0 schakelaar 28 dat in de zendmode werkt, ontvangt zijn 8220477 6 (over te dragen) ingangssignaal vanaf een modulator 30 voor FSK signalen.
Op zijn beurt geeft de demodulator 29 zijn uitgangsssignalen af aan de stelselstuureenheid 31, en de modulator 5 30 ontvangt zijn ingangssignalen vanaf dezelfde stuureenheid 31.
Voor wat betreft de multiplexers 26 en 27, deze geven hun respektievelijk uitgangssignalen af aan verschillende filters 32, 33. Op zijn beurt geeft het filter 32 zijn uitgangssignalen af aan de detector 34, terwijl het filter 33 zijn 10 uitgangssignalen afgeeft aan de detector 35. Beide detectoren geven uiteindelijk hun uitgangssignalen af aan dezelfde stelselstuureenheid 31 die eerder reeds is genoemd.
Als gevolg van de in elkaar grijpende verhouding tussen de werking van de verschillende elementen van de aftaster 10, 15 die in figuur 2 zijn aangegeven, en de elementen van elke abonnee-eindeenheid 22, 23 en 24 (zie figuur 1), wordt gemeend dat het nodig is om deze laatste in meer detail te beschrijven voordat meer volledig op de werkkarakteristieken van beide wordt ingegaan. Daartoe wordt nu verwezen naar figuur 3, die het "inwendige" van de 20 abonnee-eindeenheid 22 toont. Het zal duidelijk zijn dat alle abonnee-eindeenheden in wezen identiek in opbouw kunnen zijn zodat de hier gegeven beschrijving van de abonnee-eindeenheid 22 even goed van toepassing is op de abonnee-eindeenheden 23 en 24 en op willekeurige extra abonnee-eindeenheden die door de gestreepte lijnen tussen de 25 abonnee-eindeenheid 23 en de abonnee-eindeenheid 24 in figuur 1 worden gesymboliseerd.
Deze abonnee-eindeenheid 22 (figuur 3) is verbonden met de leiding 14, die eveneens het abonneetelefoontoestel 11 verbindt met de netwerkschakelaar 17 en met de aftaster 18.
30 Signalen op de leiding 14 worden in de abonnee-eindeenheid 22 toegevoerd aan een filter 36, waarbij het uitgangssignaal van dat filter toegevoerd wordt aan een demodulator 37 voor frequentie-schuif gesleutelde signalen.
Vanaf een modulator 38 worden signalen aan de 35 leiding 14 toegevoerd voor frequentie-schuif gesleutelde signalen.
Eveneens worden vanaf een signaal generator 39 signalen aan de leiding 14 toegevoerd.
Op hun beurt worden de uitgangssignalen van de demodulator 37 toegevoerd aan de signaalverwerkingsschakeling 40.
40 De signaal bronnen 41, 42 en 43 in figuur 3 stellen 8220477 7 elektrische-signaaluitgangen voor van overeenkomstige (niet-aangegeven) instrumenten die in hetzelfde huis zijn geplaatst als de abonnee-eindeenheid 22 en het telefoontoestel 11, welke instrumenten geacht worden onder bewaking te zijn van het stelsel dat 5 de uitvinding vormt.
De signaalbron 41 kan bijvoorbeeld een relais zijn, dat sluit en hierdoor een elektrische signaalweg vormt steeds wanneer een brandalarminrichting in het huis van de abonnee een alarmtoestand detecteert. Verder kan de signaalbron 42 een relais 10 zijn dat op gelijke wijze werkt wanneer een inbrekeralarm geaktiveerd wordt. De signaalbron 43 kan eveneens op gelijke wijze functioneren in het geval van onderbreking in een temperatuurregelstelsel.
Bij de verdere beschrijving van de werkkarakteristieken van de bovengenoemde elementen wordt nu eerst 15 verwezen naar wat een "gesloten-lusverhouding" genoemd kan worden tussen de aftaster 18 en elke abonnee-eindeenheid 22, 23 en 24. Dat wil zeggen, dat de aftaster signalen opwekt die aan de abonnee-eindeenheid worden afgegeven, die daarop reageert door signalen terug aan de aftaster te zenden enzovoort in een heen en 20 weer of gesloten-lussituatie.
Eerst wordt nu bezien de gesloten lus aan die uitgang van de stelselstuureenheid 31 die met de FSK modulator 30 (figuur 2) verbonden is. Deze stelselstuureenheid is opgebouwd om in een voorafbepaald patroon aan die uitgang herhalend FSK 25 modulatiesignalen op te wekken. Dit patroon is zodanig dat de abonnee-eindeenheden 22, 23, 24, die deel uitmaken van het gehele stelsel, hierop reageren en op hun beurt bepaalde uitgangssignalen, zoals hierna beschreven, verschaffen. De FSK modulator 30 wekt in reaktie een FSK-gemoduleerd equivalent op van de signalen van de 30 stuureenheid 31. De twee toegepaste draaggolffrequenties liggen bij voorkeur in de nabijheid van 2700 en 2900 Hz, dat wil zeggen nabij het boveneinde van de band van door een kenmerkende lokale telefoonleiding gevoerde frequenties.
Deze FSK-gemoduleerde signalen van de modulator 30 35 worden vervolgens via de zend/ontvangschakelaar 28 aan de multiplexer 25 gevoerd. Daar worden deze stuursignalen eveneens aan de stelselstuureenheid 31 gevoerd in een zodanige tijdsamenhang met de signalen van de FSK modulator 30 dat de laatste naar de ene of andere van de verbindingen 19, 20 en 21 worden gerouteerd afhankelijk van 40 welke van de abonnee-eindeenheden 22, 23 of 24 de beoogde bestemming 8220477 8 van deze signalen van de FSK modulator 30 op dat moment is.
Aannemende dat de beoogde bestemming voor een bepaalde signaaltrein de abonnee-eenheid 22 is, voert de multiplexer 25 dan die trein toe aan de verbinding 19, vanwaar hij de 5 abonnee-eenheid 22 via de telefoonleiding 14 bereikt. Opgemerkt wordt dat dezelfde signaaltrein eveneen het telefoontoestel 11 via de leiding 14 bereikt. Hierover zal later meer verteld worden.
Wanneer de signaaltrein de abonnee-eenheid 22 bereikt, waarbij verwezen wordt nu naar figuur 3, wordt deze 10 signaaltrein in de FSK demodulator 37 gedemoduleerd na doorgang door het filter 36, dat bij voorkeur een banddoorlaatfilter is voor het selectief doorgeven van de door de twee FSK draaggolffrequenties (bijvoorbeeld de 2700 tot 2900 Hz band) ingenomen band van frequenties. Aan de uitgang van de demodulator 37 worden daarom 15 de modulatiesignalen opnieuw gevormd die oorspronkelijk door de stuureenheid 31 (figuur 3) verschaft zijn. Deze opnieuw gevormde signalen worden aan de signaalprocessor 40 in de abonnee-eindeenheid 22 toegevoerd.
Deze processor 40 is zodanig opgebouwd dat hij in 20 reaktie op de bovengenoemde signalen een trein van modulatiesignalen opwekt die op hun beurt aan de FSK modulator 38 worden toegevoerd. Hierin wekken zij een overeenkomstige trein van FSK-gemoduleerde signalen op bij voorkeur op dezelfde draaggolffrequenties als die van de aftaster 18 ontvangen. Deze trein van FSK-gemoduleerde signalen 25 wordt via de leiding 14 en de verbinding 19 teruggevoerd naar de aftaster. Opgemerkt wordt dat deze antwoordsignaaltrein natuurlijk eveneens het telefoontoestel 11 bereikt.
In de aftaster wordt de multiplexer 25 geactiveerd door de stuureenheid 31 in tijdsamenhang met de verwachte aankomst . 30 van deze antwoordsignaaltrein van de abonnee-eindeenheid 22 teneinde signalen op de verbinding 19 via het ontvangdeel van de zend/ontvangschakelaar 28 door te laten naar de FSK demodulator 29.
De demodulator 29 herwint de signalen, die gebruikt zijn om de FSK signalen te moduleren in de abonnee-eindeenheid 22 en voert dezelfde 35 signalen toe aan de stelselstuureenheid 31.
Bij de abonnee-eindeenheid 22 (figuur 3) verschaffen de door de signaalprocessor 40 opgewekte modulatiesignalen informatie over de toestand van de signaal bronnen 41, 42 en 43. Wanneer er bijvoorbeeld in de abonnee-eindeenheid 22 40 geen relaissluitingen zijn, die alarmtoestanden van de verschillende 8220477 9 onder bewaking staande instrumenten aangeven, wordt vervolgens een voorafbepaald patroon van modulatiesignalen door de processor 40 opgewekt. Wanneer er één of meer relaissluitingen optreden, worden er overeenkomstig verschillende patronen opgewekt, en de 5 (gedemoduleerde) signalen, die uiteindelijk de stuureenheid 31 vanaf de abonnee-eindeenheid 22 bereiken, zijn eveneens verschillend. De stelselstuureenheid 31 reageert op het bepaalde patroon van op een bepaalde manier ontvangen signalen. Wanneer bijvoorbeeld een patroon van signalen ontvangen wordt dat aangeeft dat er in de signaalbron 41 10 van de abonnee-eindeenheid 22 (figuur 3) een alarmtoestand heerst, verschaft de stelselstuureenheid 31 een overeenkomstig alarmsignaal aan elke gewenste indicator. Dit kan bijvoorbeeld een indicator bij de brandweer zijn onder de hoede waarvan het abonneehuis valt waarin de abonnee-eindeenheid 22 is geplaatst. Deze toepassingen van het 15 signaal patroon ontvangen van elke abonnee-eindeenheid zijn op zich gebruikelijk en kunnen elke van vele vormen aannemen zonder die aspekten van het gehele stelsel dat de uitvinding vormt te beïnvloeden. De middelen om deze toepassingen te realiseren zijn daarom niet verder beschreven.
20 Opnieuw wordt de aandacht gevestigd op het eerder genoemde feit dat de FSK signalen, die heen en weer tussen de aftaster 18 en elke gegeven abonnee-eenheid lopen, eveneens het telefoonhandtoestel bereiken waarbij die abonnee-eindeenheid behoort. Dit is geen probleem zolang de telefoon op de haak ligt daar deze FSK 25 signalen tijdens deze op-de-haak toestand niet door de abonnee bemerkt worden. Dit is niet het geval tijdens een van-de-haak toestand. De FSK signalen liggen binnen het hoorbare frequentiegebied. Zij worden daarom door de abonnee gehoord wanneer deze de telefoon voor normale gespreksdoeleinden gebruikt. Dit is 30 storend in het bijzonder daar deze FSK signalen opzettelijk in frequente intervallen herhalend worden teweeggebracht teneinde aanduidingen te geven van de toestand van de onder bewaking staande instrumenten welke aanduidingen betrekkelijk tot heden bijgewerkt zijn. Zelfs wanneer de hoorbare invloed van deze FSK signalen door de 35 abonnee als aanvaardbaarkeschouwd wordt, zullen zij daarenboven nog in vele gevallen indruisen tegen de voorschriften van de telefoonmaatschappij en/of de regering, die de invoer van deze uitwendig hoorbare signalen in het netwerk tijdens van-de-haak toestanden verbieden.
40 Volgens de uitvinding wordt deze zaak als volgt 8220477 10 afgehandeld.
De generator 39, die bij elke abonnee-eindeenheid (figuur 3) aangebracht is, is opgebouwd om een signaal op te wekken op een frequentie aanzienlijk onder het hoorbare frequentiegebied.
5 Deze generator 39 kan bijvoorbeeld een signaal opwekken met een frequentie van bij benadering 25 Hz. Het is als gevolg van deze werking op een dergelijke lage frequentie dat naar de generator 39 met een "lage-toongenerator" verwezen wordt.
De generator 39 werkt niet continu. Hij wordt 10 veeleer door de signaalprocessor 40 gestuurd teneinde in de ene of andere van twee toestanden te zijn. Zolang de signaalbronnen 41, 42 en 43 alle in hun niet-alarmtoestand zijn, bewerkstelligt de signaalprocessor 40 dat de lage-toongenerator 39 zijn uitgangssignaal op lage frequentie opwekt, dat hierop de aftaster 18 via de 15 telefoonleiding 14 en de verbinding 19 bereikt. Wanneer daarentegen een willekeurige of meer van de signaalbronnen 41, 42 of 43 zich in alarmtoestand bevinden, veroorzaakt vervolgens de signaalprocessor 40 dat de lage-toongenerator 39 het opwekken van zijn uitgangssignaal op lage frequentie beëindigt. Dit lage-frequentiesignaal bereikt daarop 20 niet meer de aftaster 18. Zoals eerder vermeld is elke abonnee-eindeenheid op dezelfde manier uitgerust als de abonnee-eindeenheid 22, die meer specifiek in figuur 3 is aangegeven, en werkt elke abonnee-eindeenheid in wezen op dezelfde wijze.
Bij de aftaster 18 worden de multiplexers 26 en 27 25 door de stelselstuureenheid 31 bekrachtigd teneinde opvolgend de op de verbindingen 19, 20 en 21 respektievelijk verschijnende signalen te bemonsteren.
Vanaf de multiplexer 26 wordt een signaal, dat in herhalende opvolging de haaktoestand van de verschillende toestellen 30 11, 12 en 13 weergeeft, via het filter 32 en de haakdetector 34 afgeleid en aan de stelselstuureenheid 31 toegevoerd.
Vanaf de multiplexer 27 wordt een signaal, dat eveneens in herhalende opvolging de aanwezigheid of afwezigheid van de lage-frequentiesignalen van de verschillende lage-toongeneratoren 35 van de abonnee-eindeenheden 22, 23 en 24 weergeeft, via het filter 33 afgeleid en aan de stelselstuureenheid 31 toegevoerd.
Gewezen wordt nu op hetgeen gebeurt tijdens elke van de vier mogelijke situaties optredend bij elke gegeven abonnee-eindeenheid, bijvoorbeeld de abonnee-eindeenheid 22 van 40 figuur 3.
8220477 11
Een mogelijke situatie is die dat de hoorn van het bij de abonnee-eindeenheid 22 behorende telefoontoestel 11 op de haak ligt, en er geen alarmtoestand in de abonnee-eindeenheid 22 heerst. Deze op-de-haak toestand wordt in de aftaster 18 gedetecteerd en het 5 uitgangssignaal van de FSK modulator 30 wordt periodiek aan die abonnee-eindeenheid 22 toegevoerd, die daarop met een niet-alarmuitgangssignaal van zijn FSK modulator 38 reageert. Dit wordt door de FSK demodulator 29 gedetecteerd en de stelselstuureenheid 31 neemt geen alarmactie maar gaat eenvoudigweg 10 voort met de periodieke bemonstering van de verbinding naar deze abonnee-eindeenheid zowel voor een voortgezet op-de-haak signaal als voor voortgezette niet-alarm FSK signalen.
Een tweede mogelijke situatie is die dat de hoorn van het telefoontoestel 11 zich nog op de haak bevindt, maar dat een 15 alarmtoestand in de abonnee-eindeenheid 22 heerst. Deze op-de-haak toestand wordt nog in de aftaster 18 gedetecteerd en het uitgangssignaal van de FSK modulator 30 wordt nog periodiek aan die abonnnee-eindeenheid 22 toegevoerd. Nu reageert de abonnee-eindeenheid echter met een alarmsignaal van zijn FSK 20 modulator 38. Dit wordt door de FSK demodulator 29 gedetecteerd en de stelselstuureenheid 31 neemt zoals eerder beschreven de juiste alarmactie.
Een derde situatie is die dat de hoorn van het telefoontoestel 11 zich van de haak bevindt, en dat er in de 25 abonnee-eindeenheid 22 geen alarmtoestand heerst. Deze van-de-haak toestand wordt nu in de aftaster 18 gedetecteerd die daarop gedurende de duur van deze derde situatie geen uitgangssignalen van de FSK modulator 30 aan de abonnee-eindeenheid 22 afgeeft op voorwaarde dat de aftaster 18 eveneens een van dezelfde abonnee-eindeenheid 30 ontvangen lage-toonsignaal detecteert. Er wordt aan herinnerd dat een lage toon van de generator 39 alleen wordt opgewekt wanneer er geen alarmtoestand heerst.
De vierde situatie is die dat de hoorn van het telefoontoestel 11 zich opnieuw van de haak bevindt, maar dat er 35 tenminste één alarmtoestand in de abonnee-eindeenheid 22 heerst. De van-de-haak toestand in de abonnee-eindeenheid 22 wordt opnieuw in de aftaster 18 gedetecteerd, maar eveneens wordt de afwezigheid van het lage-toonsignaal van diezelfde abonnee-eindeenheid gedetecteerd.
Onder deze omstandigheden geeft de aftaster 18 geen uitgangssignalen 40 van de FSK modulator 30 af aan de abonnee-eindeenheid 22 van het 8220477 12 zelfde type als de aftaster anders zou hebben afgegeven indien de hoorn van het toestel 11 in plaats van van de haak op de haak had gelegen. Dit zal natuurlijk een antwoord vanaf de abonnee-eindeenheid 22 teweegbrengen in de vorm van FSK gemoduleerde signalen vanaf de 5 modulator 38 daarvan, die op hun beurt in de aftaster 18 gedetecteerd en gebruikt zullen worden om het gewenste alarmantwoord op te wekken.
Het zal nu duidelijk zijn dat zolang er geen alarmtoestand in de abonnee-eindeenheid heerst, er geen signaal in 10 het hoorbare gebied zal optreden als gevolg van de werking van de uitvinding terwijl het bijbehorende toestel door de abonnee gebruikt wordt. Dit komt tegemoet aan de wensen van de abonnee en is in overeenstemming met de voorschriften. Aan de andere kant, wanneer er een alarmtoestand zich voordoet zullen deze hoorbare signalen er 15 zijn, zelfs wanneer het toestel in gebruik is, in de vorm van de FSK gemoduleerde signalen die heen en weer tussen de aftasterplaats en het abonneehuis lopen. Tijdens de alarmtoestanden wordt de aanwezigheid van deze hoorbare signalen niet door de voorschriften toegestaan, maar is wel zeer wenselijk uit het oogpunt van de abonnee 20 daar deze een direkte waarschuwing aan de abonnee verschaft dat er een alarmtoestand is ingetreden.
Het zal eveneens duidelijk zijn dat door middel van de multiplexer 26, 27 en 28 in de aftaster 18 (figuur 2) dezelfde behandeling, die aan de abonnee-eindeenheid 22 gegeven wordt, in 25 herhalende opvolging eveneens aan de abonnee-eindeenheden 23 en 24 gegeven wordt. Dat wil zeggen dat eerst de aftaster 18 zodanig is verbonden dat hij in wisselwerking treedt met de abonnee-eenheid 22 op de boven aangegeven manier, en dat hij vervolgens voor hetzelfde doel verbonden wordt met de abonnee-eindeenheid 23, vervolgens met de 30 abonnee-eindeenheid 24 enz. in herhalende opvolging.
Wanneer er echter meer dan drie abonnee-eindeenheden zijn, dat in elke praktische toepassing normaal het geval zal zijn, worden deze abonnee-eindeenheden op de manier zoals boven voor de enkele abonnee-eindeenheid 22 beschreven, alle in 35 herhalende opvolging behandeld.
Een aantal extra opmerkingen ten aanzien van de uitvinding wordt nog gemaakt.
Een bijzonder "gelukkige" combinatie van onderlinge wisselwerking wordt verkregen door dat men zich voor 40 op-de-haak alarmrapporteerdoeleinden hoofdzakelijk baseert op het 8220477 13 hoogfrequente einde van het hoorbare gebied, terwijl men zich voor van-de-haak startalarmrapporteerdoeleinden baseert op een signaal onder het hoorbare gebied.
Het gebruik van het hoogfrequente einde maakt een 5 betrekkelijk hoge gegevenssnelheid mogelijk, hetgeen betekent dat betrekkelijk gedetailleerde informatie over de instrumenten onder bewaking verkregen kan worden, en eveneens dat dit frequent herhaald kan worden en dat er betrekkelijk veel abonnee-eindeenheden door het stelsel geaccommodeerd kunnen worden. De toepassing van het 10 sub-audio einde maakt het mogelijk om zonder storing tijdens het (vermoedelijk overstelpend) grootste deel van de tijd, wanneer er geen alarm aanwezig is, te kunnen spreken. Door vanaf het sub-audio naar het hoogfrequente deel te wisselen kan toch de gewenste gedetailleerde informatie wanneer nodig verkregen worden, dat wil 15 zeggen wanneer er een alarmtoestand intreedt zelfs gedurende van-de-haak perioden.
Opgemerkt wordt eveneens dat de lage toon voor de al armfunctie van het stelsel tijdens op-de-haak toestanden redundantie verschaft. Gedurende die toestand wordt de afgifte van de 20 lage toon vanaf elke abonnee-eindeenheid naar de taster voortgezet zolang er geen alarm in de abonnee-eindeenheid aanwezig is. Elke lage-toononderbreking tijdens op-de-haak toestanden wordt eveneens door de aftaster gedetecteerd en verschaft hetgeen een "ruwe" steunalarmaanduiding genoemd kan worden voor de meer gedetailleerde 25 aanduiding die normaal door het FSK-gemoduleerde antwoord van de abonnee-eindeenheid gegeven wordt.
Daarenboven is de alarmaanduiding tijdens van-de-haak perioden faal-veilig daar het de verdwijning van het lage-toonsignaal is dat een alarmtoestand aanduidt. Dat wil zeggen 30 dat een gebrek aan de apparatuur in de abonnee-eindeenheid een pseudo-alarmaanduiding zal geven die tot onmiddellijke correctie leidt.
Bij een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding kan een andere situatie zich voordoen in aanvulling op die boven 35 beschreven, wanneer aan een bepaalde abonnee-eindeenheid de FSK
gemoduleerde signaaltrein vanaf de aftaster 18 toegevoerd wordt zelfs ofschoon het in herhalende opvolging niet de regelmatige beurt van die abonnee-eindeenheid is.
Die situatie is de terugkeer vanaf de van-de-haak 40 toestand naar de op-de-haak toestand van het bijbehorende 8220477 , Λ ♦ 14 telefoontoestel.
Er wordt aan herinnerd dat de haaktoestand voor elke abonnee-eindeenheid in de aftaster 18 gedetecteerd wordt.
Wanneer er derhalve een verandering van van-de-haak naar op-de-haak 5 toestand wordt gedetecteerd, wordt de abonnee-eindeenheid in dat abonneehuis bij voorkeur als de eerstvolgende aangewezen om het FSK-gemoduleerde signaal van de aftaster te ontvangen waardoor hij eveneens de eerstvolgende is om zijn FSK gemoduleerd antwoord af te geven. De reden hiervoor is dat tijdens de voorafgaande van-de-haak 10 periode alleen niet-gedetailieerde informatie over de toestand van de instrumenten op die plaats beschikbaar was, en dat het gewenst wordt geacht om deze informatie zonder vertraging tot heden bij te werken wanneer eenmaal de van-de-haak toestand niet langer overheerst.
Een andere zeer gewenste eigenschap van de 15 uitvinding is dat de afzonderlijke componenten van het gehele stelsel een willekeurige van een aantal bekende vormen kunnen aannemen.
Derhalve kunnen alle elementen van de aftaster 18 (figuur 2) van bekende vorm zijn, en eveneens kunnen alle elementen van de abonnee-eindeenheid 22 (figuur 3) dat zijn.
20 Wanneer eerst de aftaster 18 wordt beschouwd, zal het duidelijk zijn dat de multiplexers 26, 27 en 28 van bekende constructie kunnen zijn. De filters 32 en 33 kunnen van bekende vorm zijn geschikt om de bepaalde gewenste frequenties te kiezen die naar de haakdetector 34 en de lage-toondetector 35 respektievelijk gevoerd 25 moeten worden. Deze detectoren kunnen zelf eveneens van bekende vorm zijn waarbij de haakdetector 34 een gebruikelijk deel van telefoonstelsels is en de lage-toondetector 35 een detector is voor de aanwezigheid of afwezigheid van het lage-toonsignaal van 25 Hz. De Z/0 schakelaar 28 kan van bekende vorm zijn, en de 30 stelselstuureenheid 31 kan willekeurig bekende schakelingen bevatten die in staat zijn om de rechtstreekse detectie en responsiestuurfuncties te verschaffen die beschreven zijn. De stelselstuureenheid 31 kan op deze wijze een gebruikelijke bron van tijdstuursignalen hebben, van waaruit de opvolgende werksignalen voor 35 de multiplexers 25, 26 en 27 worden afgeleid. Eveneens kunnen er door van de tijdstuursignalen afgeleide signalen aangedreven bronnen, zoals schuifregisters, aanwezig zijn voor de modulatie signaaltreinen ten behoeve van de FSK modulator 30. En poortschakelingen kunnen gebruikt worden om de gelijktijdige aanwezigheid van van-de-haak 40 detectiesignalen en lage-toondetectiesignalen te detecteren. Deze 8220477 % 15 detectie kan gebruikt worden door gebruikelijke schakelingen om signalen aan de FSK modulator 30 te onderdrukken. Omgekeerd veroorzaakt de niet-detectie van deze gelijktijdige signalen de afgifte van deze signalen aan de FSK modulator.
5 Vervolgens wordt de abonnee-eindeenheid 22 beschouwd. De FSK demodulator en modulator 37 en 38 kunnen opnieuw van elke bekende vorm zijn, en eveneens het filter 36 dat aan de demodulator 37 voorafgaat. Oe lage-toongenerator kan eveneens elke bekende vorm hebben die in staat is om, wanneer bekrachtigd, de 10 gewenste signalen van 25 Hz op te wekken. De signaal bronnen kunnen eenvoudige relaisschakelingen zijn die door de respektievelijke alarmeringen bediend worden en de signaalprocessor kan elke bekende vorm van een digitale logische schakeling of van een microprocessorschakeling zijn die op gebruikelijke wijze 15 geprogrammeerd is om zoals eerder beschreven de juiste tijdstuursignaalantwoorden af te leiden.
Het telefoonsysteem wordt door de uitvinding op geen enkele wijze beïnvloed. Er is in het telefoonsysteem geen extra filtering nodig; in het bijzonder is er geen lek van 20 lage-toonsignalen vanaf de ene kant van de netwerkschakelaar 17 naar de andere kant daar de netwerkschakelaar voldoende filtering voor andere doelen heeft, namelijk om verschillende niveau's van gelijkstroom aan tegengestelde kanten van de schakelaar van elkaar te isoleren.
25 Wanneer het stelsel volgens de uitvinding gebruikt wordt niet om een alarm als zodanig te signaleren maar eerder om andere toestanden van apparatuur in een huis van de telefoonabonnee te signaleren zoals meteraflezingen, meteorologische metingen, enz., dan kan een lage toon gebruikt worden om aan te geven dat alle 30 meetinstrumenten voortgaan te werken zelfs terwijl het telefoontoestel van de haak is. Tijdens op-de-haak perioden kunnen dan signalen van elke gegeven abonnee-eindeenheid de meer gedetailleerde wenselijke gegevens met betrekking tot de apparatuur verschaffen.
35 Het zal duidelijk zijn dat verschillende wijzigingen voor deskundigen mogelijk zijn zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.
8220477

Claims (11)

1. Stelsel om een verbinding te verschaffen tussen een centrale plaats en instrumenten anders dan een gebruikelijke 5 telefoon geplaatst in de huizen van telefoonnetwerkabonnees, welk stelsel voorzien is van middelen om signalen vanaf de centrale plaats op selectieve wijze uit te zenden naar de telefoons in verschillende van de abonneehuizen; 10 middelen in de huizen verbonden met de telefoons die, in antwoord op de uitgezonden signalen, vanaf het respektievelijke abonneehuis signalen terugzenden naar de centrale plaats in het hoorbare telefoonfrequentiegebied en met karakteristieken die de toestand van de instrumenten aanduiden; 15 middelen in de centrale plaats om de van-de-haak toestand van de gebruikelijke telefoon in een geven abonneehuis te detecteren en om in antwoord daarop de uitzending van de signalen vanaf de centrale plaats naar datzelfde huis te onderdrukken; middelen om vanaf elk van de huizen naar de 20 centrale plaats een signaal uit te zenden op een frequentie onder het hoorbare gebied, wanneer de instrumenten in het gegeven abonneehuis zich in een voorafbepaalde toestand bevinden; en middelen die, in antwoord op de situatie dat tenminste een instrument zich in een andere voorafbepaal de toestand 25 bevindt, de uitzending van het signaal onder het hoorbare gebied onderbreken.
2. Stelsel volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, waarin het signaal onder het hoorbare gebied vanaf een willekeurig gegeven huis uitgezonden wordt tenminste gedurende 30 van-de-haak toestanden van de telefoon in hetzelfde huis.
3. Stelsel volgens conclusie 1, m e t het k e n m e r k, dat het signaal onder het hoorbare gebied vanaf een willekeurig gegeven huis uitgezonden wordt zowel tijdens op-de-haak als van-de-haak toestanden in hetzelfde huis.
4. Stelsel volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat middelen zijn aangebracht om in de centrale plaats een alarm-antwoordactie te nemen in antwoord op een onderbreking van het signaal onder het hoorbare gebied.
5. Stelsel volgens conclusie 1, m e t het 40 k e n m e r k, dat de vanaf de centrale plaats uitgezonden signalen 8220477 « \ . f FSK gemoduleerde signalen in het bovendeel van het hoorbare gebied zijn.
6. Stelsel volgens conclusie 5, m e t het k e n m e r k, dat de vanaf het abonneehuis terug uitgezonden 5 signalen eveneens FSK gemoduleerde signalen in het bovendeel van het hoorbare gebied zijn.
7. Stelsel volgens conclusie 6, m e t het k e n m e r k, dat de FSK draaggolffrequent!es in de nabijheid van 2700 en 2900 Hz liggen.
8. Stelsel volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat het signaal onder het hoorbare gebied een frequentie heeft van bij benadering 25 Hz.
9. Stelsel volgens conclusie 1, m e t het k e n m e r k, dat afzonderlijke draadverbindingen in de centrale 15 plaats naar elke lokale abonneelus zijn aangebracht, en dat multiplexmiddelen zijn aangebracht om de uitgezonden signalen op selectieve wijze naar verschillende van de afzonderlijke verbindingen in voorafbepaal de opvolging toe te voeren en om de signalen van dezelfde afzonderlijke verbindingen in dezelfde voorafbepaal de 20 opvolging op selectieve wijze te ontvangen.
10. Stelsel volgens conclusie 9, gekenmerkt verder door middelen om de onderbreking van het signaal onder het hoorbare gebied tijdens voortgezette detectie van de van-de-haak toestand in een gekozen abonneehuis te detecteren, en middelen die in antwoord 25 daarop de signalen vanaf de centrale plaats naar hetzelfde gekozen abonneehuis uitzenden.
11. Stelsel volgens conclusie 9, gekenmerkt verder door middelen om de onderbreking van de van-de-haak toestand van een willekeurig gekozen abonneetelefoon te detecteren, en middelen die in 30 antwoord daarop de signalen vanaf de centrale plaats naar hetzelfde gekozen huis uitzenden. ****** 8220477
NL8220477A 1981-12-04 1982-12-02 Stelsel voor het verschaffen van signaaloverdracht tussen een telefooncentrale en instrumenten die zijn geplaatst in de percelen van telefoonabonnees. NL192418C (nl)

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US06/327,486 US4442320A (en) 1981-12-04 1981-12-04 Remote subscriber interaction system
US32748681 1981-12-04
US8201676 1982-12-02
PCT/US1982/001676 WO1983002046A1 (en) 1981-12-04 1982-12-02 Remote subscriber interaction system

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8220477A true NL8220477A (nl) 1983-11-01
NL192418B NL192418B (nl) 1997-03-03
NL192418C NL192418C (nl) 1997-07-04

Family

ID=23276734

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8220477A NL192418C (nl) 1981-12-04 1982-12-02 Stelsel voor het verschaffen van signaaloverdracht tussen een telefooncentrale en instrumenten die zijn geplaatst in de percelen van telefoonabonnees.

Country Status (13)

Country Link
US (1) US4442320A (nl)
EP (1) EP0095491B1 (nl)
JP (1) JPS58502080A (nl)
AT (1) AT395499B (nl)
AU (1) AU545102B2 (nl)
BR (1) BR8208042A (nl)
CA (1) CA1285669C (nl)
CH (1) CH667956A5 (nl)
DE (1) DE3244455A1 (nl)
GB (1) GB2115651B (nl)
NL (1) NL192418C (nl)
SE (1) SE437100B (nl)
WO (1) WO1983002046A1 (nl)

Families Citing this family (58)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4528423A (en) * 1981-12-04 1985-07-09 Base Ten Systems, Inc. Remote subscriber terminal unit
CA1191642A (en) * 1982-03-11 1985-08-06 Victor Shkawrytko Personal alarm apparatus
CA1270345A (en) * 1983-01-10 1990-06-12 Claude Robert Dupuis Apparatus for transmitting information via telephone lines
DE3324517A1 (de) * 1983-07-07 1985-01-17 ANT Nachrichtentechnik GmbH, 7150 Backnang Notrufsystem
US4710919A (en) * 1983-10-21 1987-12-01 International Teldata Corporation Multiplex system for automatic meter reading
AT394920B (de) * 1984-03-16 1992-07-27 James Rolland T System zur kommunikation zwischen entfernten telefonanschluessen
BR8505861A (pt) * 1984-03-16 1986-03-25 Rolland T James Sistema de interacao de assinantes remoto
JPS60253387A (ja) * 1984-05-30 1985-12-14 株式会社東芝 ケ−ブルテレビジヨンシステムのリバ−ス信号伝送装置
JPS6165555A (ja) * 1984-09-05 1986-04-04 Mitsubishi Electric Corp ホームコントロールシステムおよびインターホンシステム
US4672602A (en) * 1984-11-02 1987-06-09 Itt Corporation Control and routing system
US4651339A (en) * 1985-06-21 1987-03-17 Gibbs William L Multi-subscriber warning system
US4720851A (en) * 1985-07-25 1988-01-19 Lectrolarm Custom Systems, Inc. Meter reader
US4856054A (en) * 1985-07-25 1989-08-08 Lectrolarm Custom Systems, Inc. Meter reader
GB8529848D0 (en) * 1985-12-04 1986-01-15 Pan Universe Surveillance systems
US4763317A (en) * 1985-12-13 1988-08-09 American Telephone And Telegraph Company, At&T Bell Laboratories Digital communication network architecture for providing universal information services
US4741022A (en) * 1985-12-13 1988-04-26 Base 10 Telecom, Inc. Remote subscriber interaction system
US4776006A (en) * 1987-04-23 1988-10-04 At&T Bell Laboratories Multiplexed data channel controlled telephone system
US5027383A (en) * 1987-06-12 1991-06-25 Versus Technology, Inc. Supervised, interactive alarm reporting system
US4868859A (en) * 1987-06-12 1989-09-19 Bt Telecom, Inc. Supervised, interactive alarm reporting system
US4916432A (en) * 1987-10-21 1990-04-10 Pittway Corporation Smoke and fire detection system communication
KR900701114A (ko) * 1987-12-07 1990-08-17 원본미기재 경보통보용 장치를 세포상 라디오 송수신기에 결부시키는 시스탬
US4864598A (en) * 1988-07-20 1989-09-05 Keptel, Inc. Loop status verification system
US4937851A (en) * 1988-07-20 1990-06-26 Keptel, Inc. Loop status verification system
US4903292A (en) * 1988-11-01 1990-02-20 Reliance Comm/Tec Corporation System for transmitting low frequency tones through a digital loop carrier system
US5010399A (en) * 1989-07-14 1991-04-23 Inline Connection Corporation Video transmission and control system utilizing internal telephone lines
US6243446B1 (en) * 1997-03-11 2001-06-05 Inline Connections Corporation Distributed splitter for data transmission over twisted wire pairs
JPH07500701A (ja) * 1991-01-03 1995-01-19 サスクテル データ収集ネットワーク装置及び方法
US5815295A (en) * 1993-03-11 1998-09-29 Lucent Technologies Inc. Optical communication system with improved maintenance capabilities
FI103928B1 (fi) * 1995-03-13 1999-10-15 Toni Seppo Kuusisto Televalvontajärjestelmä
US5822423A (en) * 1996-03-20 1998-10-13 Numerex Investment Corporation Apparatus and method for supervising derived channel communications
US5956388A (en) * 1997-04-22 1999-09-21 Digital Security Controls Ltd. Security system with two signal reporting
US5901201A (en) * 1997-05-14 1999-05-04 Bellsouth Corporation Switch-based line continuity verification method and system
US6483897B1 (en) 1997-12-29 2002-11-19 David Millrod Method and apparatus for answering a telephone with speech
US6480510B1 (en) 1998-07-28 2002-11-12 Serconet Ltd. Local area network of serial intelligent cells
WO2000010317A1 (en) * 1998-08-14 2000-02-24 Numerex Investment Corporation Apparatus and method for communicating data using a supervised, derived channel system
US6532279B1 (en) * 1999-06-11 2003-03-11 David D. Goodman High-speed data communication over a residential telephone wiring network
US6690677B1 (en) 1999-07-20 2004-02-10 Serconet Ltd. Network for telephony and data communication
US20040230710A1 (en) * 1999-07-27 2004-11-18 Inline Connection Corporation System and method of automatic installation of computer peripherals
US6704824B1 (en) * 1999-07-27 2004-03-09 Inline Connection Corporation Universal serial bus adapter with automatic installation
US6549616B1 (en) 2000-03-20 2003-04-15 Serconet Ltd. Telephone outlet for implementing a local area network over telephone lines and a local area network using such outlets
IL135744A (en) 2000-04-18 2008-08-07 Mosaid Technologies Inc Telephone communication system through a single line
US6842459B1 (en) 2000-04-19 2005-01-11 Serconet Ltd. Network combining wired and non-wired segments
EP1168802A1 (en) * 2000-06-20 2002-01-02 BRITISH TELECOMMUNICATIONS public limited company Terminal interface device
IL144158A (en) 2001-07-05 2011-06-30 Mosaid Technologies Inc Socket for connecting an analog telephone to a digital communications network that carries digital voice signals
US7436842B2 (en) * 2001-10-11 2008-10-14 Serconet Ltd. Outlet with analog signal adapter, a method for use thereof and a network using said outlet
WO2004012434A1 (en) 2002-07-29 2004-02-05 Uhs Systems Pty Ltd A telemetry system
IL154234A (en) 2003-01-30 2010-12-30 Mosaid Technologies Inc Method and system for providing dc power on local telephone lines
IL154921A (en) 2003-03-13 2011-02-28 Mosaid Technologies Inc A telephone system that includes many separate sources and accessories for it
IL157787A (en) 2003-09-07 2010-12-30 Mosaid Technologies Inc Modular outlet for data communications network
IL159838A0 (en) 2004-01-13 2004-06-20 Yehuda Binder Information device
IL161869A (en) 2004-05-06 2014-05-28 Serconet Ltd A system and method for carrying a signal originating is wired using wires
US7873058B2 (en) 2004-11-08 2011-01-18 Mosaid Technologies Incorporated Outlet with analog signal adapter, a method for use thereof and a network using said outlet
US7813451B2 (en) 2006-01-11 2010-10-12 Mobileaccess Networks Ltd. Apparatus and method for frequency shifting of a wireless signal and systems using frequency shifting
WO2009053910A2 (en) 2007-10-22 2009-04-30 Mobileaccess Networks Ltd. Communication system using low bandwidth wires
US8175649B2 (en) * 2008-06-20 2012-05-08 Corning Mobileaccess Ltd Method and system for real time control of an active antenna over a distributed antenna system
JP5649588B2 (ja) * 2009-02-08 2015-01-07 コーニング モバイルアクセス エルティディ. イーサネット信号を搬送するケーブルを用いる通信システム
WO2013142662A2 (en) 2012-03-23 2013-09-26 Corning Mobile Access Ltd. Radio-frequency integrated circuit (rfic) chip(s) for providing distributed antenna system functionalities, and related components, systems, and methods
US9184960B1 (en) 2014-09-25 2015-11-10 Corning Optical Communications Wireless Ltd Frequency shifting a communications signal(s) in a multi-frequency distributed antenna system (DAS) to avoid or reduce frequency interference

Family Cites Families (27)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1402986A (en) * 1971-05-13 1975-08-13 Kent Meters Ltd Interrogation of remote stations
JPS547163B2 (nl) * 1972-04-17 1979-04-04
BE790425A (fr) * 1972-10-23 1973-04-24 Telkon P V B A Multiplex alarmtransmissiesysteem, (uitv.: ir. w.k. bakker),
US3899639A (en) * 1973-05-11 1975-08-12 Edmonton City System and method for reading remotely located meters
US3922490A (en) * 1973-06-18 1975-11-25 Charles D Pettis Alarm and utility meter reading system employing telephone lines
DE2360943C3 (de) * 1973-12-06 1978-10-19 Siemens Ag, 1000 Berlin Und 8000 Muenchen Zeitmultiplexsystem zum Übertragen binärer Nachrichten
DE2404074A1 (de) * 1974-01-29 1975-08-07 Inst Angewandte Sozialwissensc Verfahren zum erfassen, uebertragen und verarbeiten technischer informationen ueber das fernseheinschaltverhalten von fernsehteilnehmern
US3975686A (en) * 1975-03-20 1976-08-17 International Business Machines Corporation Loss signal generation for delta-modulated signals
US4002837A (en) * 1975-09-17 1977-01-11 Houston Natural Gas Corporation Transceiver
US4126762A (en) * 1976-05-04 1978-11-21 Martin John R Method and system for accumulating data over nondedicated telephone lines
US4072825A (en) * 1976-06-30 1978-02-07 Mi-Tronics, Inc. Hotel/motel automatic control system
US4141006A (en) * 1976-07-14 1979-02-20 Braxton Kenneth J Security system for centralized monitoring and selective reporting of remote alarm conditions
FR2359554A1 (fr) * 1976-07-20 1978-02-17 Matra Procede et installation de transmission d'alarmes sur lignes telephoniques
JPS5365692A (en) * 1976-11-25 1978-06-12 Sogo Keibi Hoshiyou Kk Guarding system
GB1601941A (en) * 1977-03-04 1981-11-04 Post Office System for transmitting alarm information over telephone lines
US4162488A (en) * 1977-03-11 1979-07-24 Emergency Products Corporation Alarm system
US4180709A (en) * 1978-02-13 1979-12-25 International Tel Data Corporation Data collection system using telephone lines
DE2810875C2 (de) * 1978-03-13 1982-11-18 Berliner Bank Ag, 1000 Berlin Fernalarmanlage
DE2817090B2 (de) * 1978-04-19 1980-10-30 Siemens Ag, 1000 Berlin Und 8000 Muenchen Gefahrenmeldeanlage
US4219698A (en) * 1978-05-22 1980-08-26 Boreas Electronics, Inc. Remotely actuated telephone alarm system
CA1121893A (en) * 1978-06-01 1982-04-13 James R. Lumsden High speed central office scanner
US4258357A (en) * 1978-06-24 1981-03-24 Plessey Handel Und Investments Ag Alarm signalling systems
JPS5553767A (en) * 1978-10-14 1980-04-19 Keihin Kiyuukou Dentetsu Kk Computer system for motor school
US4241237A (en) * 1979-01-26 1980-12-23 Metretek Incorporated Apparatus and method for remote sensor monitoring, metering and control
US4250352A (en) * 1979-05-10 1981-02-10 Workman William S Sr Remote station monitoring system
US4342986A (en) * 1980-05-07 1982-08-03 Honeywell Inc. Central station alarm reporting system
US4332980A (en) * 1980-05-30 1982-06-01 Harris Corporation Multiple services system using telephone local loop

Also Published As

Publication number Publication date
EP0095491A4 (en) 1986-08-21
CH667956A5 (de) 1988-11-15
BR8208042A (pt) 1983-11-22
SE8304202D0 (sv) 1983-07-29
SE437100B (sv) 1985-02-04
NL192418C (nl) 1997-07-04
AU1045683A (en) 1983-06-17
DE3244455A1 (de) 1983-06-09
GB2115651A (en) 1983-09-07
AU545102B2 (en) 1985-06-27
DE3244455C2 (nl) 1992-01-09
SE8304202L (sv) 1983-07-29
ATA906182A (de) 1992-05-15
WO1983002046A1 (en) 1983-06-09
EP0095491B1 (en) 1989-10-11
US4442320A (en) 1984-04-10
AT395499B (de) 1993-01-25
JPS58502080A (ja) 1983-12-01
NL192418B (nl) 1997-03-03
GB2115651B (en) 1985-07-10
CA1285669C (en) 1991-07-02
EP0095491A1 (en) 1983-12-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8220477A (nl) Stelsel voor wisselwerking met telefoonabonnees.
CA1270345A (en) Apparatus for transmitting information via telephone lines
KR890001009A (ko) 감시 및 상호작용 경보보고 시스템
US4741022A (en) Remote subscriber interaction system
GB2298760A (en) Monitoring the integrity of a telephone line
US4528423A (en) Remote subscriber terminal unit
NL192419C (nl) Stelsel voor het verschaffen van signaaloverdracht tussen een telefooncentrale en instrumenten die zijn geplaatst in de percelen van telefoonabonees.
US5956388A (en) Security system with two signal reporting
JPS582997A (ja) 警報装置
FI62437B (fi) Telekommunikationssystem
JPS61284158A (ja) 保守管理機能付フアクシミリ
KR900007703B1 (ko) 계기접속시스템을 기동하기 위한 신호음 응답회로
RU2226002C1 (ru) Устройство объектовое
JPS60186996A (ja) 警報送出装置
JPH03137795A (ja) 警備監視装置
JPH0727799A (ja) 絶縁監視装置の信号伝達方式
JPH03224000A (ja) 警備端末装置
JPS62248099A (ja) 警備情報の送信装置
KR930010659A (ko) 가입자의 이상상태 감시 시스템
JPH10134281A (ja) 非常通報システム

Legal Events

Date Code Title Description
V4 Discontinued because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20021202