NL8204896A - SOIL TILLER. - Google Patents

SOIL TILLER. Download PDF

Info

Publication number
NL8204896A
NL8204896A NL8204896A NL8204896A NL8204896A NL 8204896 A NL8204896 A NL 8204896A NL 8204896 A NL8204896 A NL 8204896A NL 8204896 A NL8204896 A NL 8204896A NL 8204896 A NL8204896 A NL 8204896A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
holder
machine according
soil cultivation
cultivation machine
carrier
Prior art date
Application number
NL8204896A
Other languages
Dutch (nl)
Other versions
NL192496B (en
NL192496C (en
Original Assignee
Texas Industries Inc
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Texas Industries Inc filed Critical Texas Industries Inc
Priority to NL8204896A priority Critical patent/NL192496C/en
Priority to GB08333093A priority patent/GB2132062B/en
Priority to DE19833345774 priority patent/DE3345774A1/en
Priority to FR8320290A priority patent/FR2542563B1/en
Priority to IT24244/83A priority patent/IT1170013B/en
Priority to JP58239024A priority patent/JPS59118003A/en
Publication of NL8204896A publication Critical patent/NL8204896A/en
Priority to NL9300061A priority patent/NL9300061A/en
Publication of NL192496B publication Critical patent/NL192496B/en
Application granted granted Critical
Publication of NL192496C publication Critical patent/NL192496C/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01BSOIL WORKING IN AGRICULTURE OR FORESTRY; PARTS, DETAILS, OR ACCESSORIES OF AGRICULTURAL MACHINES OR IMPLEMENTS, IN GENERAL
    • A01B33/00Tilling implements with rotary driven tools, e.g. in combination with fertiliser distributors or seeders, with grubbing chains, with sloping axles, with driven discs
    • A01B33/06Tilling implements with rotary driven tools, e.g. in combination with fertiliser distributors or seeders, with grubbing chains, with sloping axles, with driven discs with tools on vertical or steeply-inclined shaft
    • A01B33/065Tilling implements with rotary driven tools, e.g. in combination with fertiliser distributors or seeders, with grubbing chains, with sloping axles, with driven discs with tools on vertical or steeply-inclined shaft comprising a plurality of rotors carried by an elongate, substantially closed transmission casing, transversely connectable to a tractor
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01BSOIL WORKING IN AGRICULTURE OR FORESTRY; PARTS, DETAILS, OR ACCESSORIES OF AGRICULTURAL MACHINES OR IMPLEMENTS, IN GENERAL
    • A01B33/00Tilling implements with rotary driven tools, e.g. in combination with fertiliser distributors or seeders, with grubbing chains, with sloping axles, with driven discs
    • A01B33/08Tools; Details, e.g. adaptations of transmissions or gearings
    • A01B33/14Attaching the tools to the rotating shaft, e.g. resiliently or flexibly-attached tools
    • A01B33/146Attaching the tools to the rotating shaft, e.g. resiliently or flexibly-attached tools the rotating shaft being oriented vertically or steeply inclined

Description

• tW .A ' >'e lexas Industries Ine., Willemstad, Cura9ao.• tW .A '>' lexas Industries Ine., Willemstad, Cura9ao.

"Grond bewerkingsmachine ""Soil cultivation machine"

De uitvinding heeft betrekking op een grondbewer-kingsmachine voorzien van een aantal om opwaarts gerichte assen aandrijfbare bewerkingsorganen die een drager omvatten, waaraan ten minste één bewerkingselement is aangebracht.The invention relates to a soil tillage machine provided with a number of working members, which can be driven upwardly axes, and which comprise a carrier, to which at least one working element is arranged.

5 Bij grondbewerkingsmachines van deze soort kan in verband met optredende slijtage of een speciale uit te voeren bewerking de behoefte bestaan de mogelijkheid.te hebben het bewerkingsorgaan snel en op eenvoudige wijze van een nieuw resp. een ander bewerkings element te voorzien.In the case of tillage machines of this kind, there may be a need, in view of the wear that occurs or a special cultivation to be carried out, to have the cultivating member quickly and easily replaced with a new resp. provide another edit element.

10 Volgens de uitvinding kan dit nu worden bereikt door dat het bewerkingselement in een losneembare houder aan de drager is bevestigd. Door toepassing van de losneembare houder kan het bewerkingselement met zijn bevestiging als een unit aan een drager van het bewerkingsorgaan worden aan- 15 gebracht, zodat een betrouwbare bevestiging van het bewer-kingselement is verzekerd, terwijl men verder bij de fabricage naar keuze de bewerkingsorganen van de machines bij het gebruik van een zelfde drager met verschillende bewerkings element en kan uitrusten.According to the invention this can now be achieved by the fact that the processing element is attached to the carrier in a detachable holder. By using the detachable holder, the processing element with its attachment can be arranged as a unit on a support of the processing element, so that a reliable attachment of the processing element is ensured, while the processing elements of the processing element are further optionally manufactured. the machines when using the same carrier with different machining element and can equip.

20 Aan de hand van enkele uitvoeringsvoorbeelden zal de uitvinding hieronder nader uiteen worden gezet.The invention will be explained in more detail below with reference to a few exemplary embodiments.

Figuur 1 geeft in bovenaanzicht een grondbewerkings-machine weer voorzien van een constructie volgens de uitvinding.Figure 1 is a top view of a soil cultivation machine provided with a construction according to the invention.

25 Figuur 2 geeft op grotere schaal een aanzicht weer volgens de lijn II - II in figuur 1.Figure 2 shows a larger-scale view along the line II - II in figure 1.

Figuur 3 geeft een aanzicht weer volgens de lijn III - III in fig. 2, terwijlFigure 3 shows a view along the line III-III in Figure 2, while

Figuur 4 een aanzicht weergeeft volgens de pijl IV 30 in fig. 3*Figure 4 represents a view according to arrow IV 30 in figure 3 *

Figuur 5 geeft een tweede uitvoeringsvoorbeeld weer van een constructie volgens de uitvinding, terwijlFigure 5 shows a second exemplary embodiment of a construction according to the invention, while

Figuur 6 een aanzicht weergeeft volgens de pijl VI in fig. 5* 35 Figuur 7 geeft een derde uitvoeringsvoorbeeld weer van een constructie volgens de uitvinding, terwijlFigure 6 shows a view according to the arrow VI in figure 5 * 35 Figure 7 shows a third exemplary embodiment of a construction according to the invention, while

Figuur 8 een aanzicht weergeeft volgens de lijn 8204896 ¥' * - 2 - VIII - VIII in figuur 7.Figure 8 shows a view along the line 8204896 ¥ '* - 2 - VIII - VIII in Figure 7.

De in de figuren weergegeven inrichting betreft een grondbewerkingsmachine die is voorzien van een zich dwars op de voortbewegingsrichting A uitstrekkend kokervormig gestel-5 deel 1, dat tijdens het bedrijf van de machine althans nagenoeg horizontaal is gelegen. In het gesteldeel 1 zijn op onderling gelijke afstand van bijvoorkeur 25 cm, zich in opwaartse, bijvoorkeur verticale richting uitstrekkende assen 2 gelegerd van bewerkingsorganen 3· Elk van de bewerkings-10 organen 3 heeft een drager 4» die op het onder uit het gesteldeel 1 stekende einde van de as 2 is aangebracht. De drager 4 heeft diametraal tegenover elkaar gelegen delen 5 die op een naaf 6 aansluiten en tijdens het bedrijf althans nagenoeg horizontaal zijn gelegen. Elk deel is aan de onder-15 zijde vlak, terwijl de bovenzijde nabij zijn midden is voorzien van een zich in de langsrichting van de drager uitstrekkende rib 7» die vanaf de naaf 6 tot het einde van de drager reikt en hierbij in bovenaanzicht gezien taps verloopt (fig.The device shown in the figures relates to a soil tillage machine which is provided with a tubular frame part 1 extending transversely to the direction of travel A. It is located substantially horizontally during operation of the machine. In the frame part 1, mutually equidistant from preferably 25 cm, shafts 2 extending in upward, preferably vertical direction are supported from working members 3 · Each of the working members 3 has a support 4 which is mounted on the bottom of the frame part 1 protruding end of shaft 2 is provided. The carrier 4 has diametrically opposite parts 5 which connect to a hub 6 and are at least substantially horizontal during operation. Each part is flat on the bottom side, while the top side is provided near its center with a rib 7 extending in the longitudinal direction of the carrier, which extends from the hub 6 to the end of the carrier and is tapered in top view. expires (fig.

3).3).

20 Zoals uit fig. 2 blijkt neemt de hoogte van de rib 7 naar het einde van elke drager af en is de bovenzijde van de rib nabij het einde afgerond. Aan weerszijden van de rib 7 is elk deel 5 voorzien van een gat waardoor een bout 8 is gestoken met behulp wsaivan eai bevestigingsdeel 9 van een houder 25 10 aan de onderzijde van elk deel 5 van de drager 4 is be vestigd. Het bevestigingsdeel 9 ligt over zijn gehele lengte tegen de onderzijde van een deel 5 en rust met zijn vrije, rechtverlopende einde tegen een vlak deel van de naaf 6.As can be seen from Fig. 2, the height of the rib 7 decreases towards the end of each carrier and the top of the rib is rounded near the end. On either side of the rib 7, each part 5 is provided with a hole through which a bolt 8 is inserted by means of the fastening part 9 of a holder 25 being secured to the underside of each part 5 of the carrier 4. The fastening part 9 rests along its entire length against the underside of part 5 and rests with its free, straight-running end against a flat part of the hub 6.

Het vlakke deel van de naaf 6 dat een aanligvlak vormt, 30 strekt zich althans nagenoeg evenwijdig uit aan een tangen-tiaal vlak. Het bevestigingsdeel 9 heeft aan de onderzijde nabij zijn midden een tussen de bouten 8 gelegen rib 11 en sluit aan de van de naaf 6 afgekeerde zijde aan op de houder 10. Het bevestigingsdeel 9 bevindt zich althans na-35 genoeg nabij het midden van de houder 10, die vanaf dit midden tot zijn ondereinde conisch verloopt. Vanaf het midden tot de bovenzijde verloopt de houder eveneens conisch, zij het over een geringere afstand en volgens een kegelmantel l 8204896 * > - 3 - met een grotere tophoek (fig. 2 en 4).The flat part of the hub 6, which forms a contact surface, extends at least substantially parallel to a tangential plane. The fastening part 9 has a rib 11 located between the bolts 8 at the bottom near its center and connects to the holder 10 on the side remote from the hub 6. The fastening part 9 is at least sufficiently close to the center of the holder 10, which runs conically from this center to its lower end. The holder also runs conically from the center to the top, albeit over a shorter distance and in accordance with a conical casing with a larger top angle (fig. 2 and 4).

De houder 10 omvat een opening waarin het bewer-kingselement in de vorm van een tand 12 is gebracht. Het rechte werkzame deel van de tand 12 strekt zich naar bene-5 den uit en staat ten opzichte van de draairichting die het bewerkingsorgaan tijdens het bedrijf krijgt, slepend opgesteld. Aan de bovenzijde is het bevestigingsdeel van de tand 12 door middel van een moer 13 die met schroefdraad op het einde van het bevestigingsdeel kan samenwerken, vastge-10 zet.The holder 10 comprises an opening into which the machining element is inserted in the form of a tooth 12. The straight active part of the tooth 12 extends downwards and is dragged in relation to the direction of rotation that the processing member receives during operation. At the top the fastening part of the tooth 12 is fastened by means of a nut 13 which can cooperate with screw thread on the end of the fastening part.

Aan de - ten opzichte van de rotatierichting B -voorste zijde is de houder 10 nabij de onderzijde van het naar boven conisch verlopend deel voorzien van een plaatvormig uitsteeksel 14, dat zich vanaf zijn bevestiging schuin 15 naar voren en naar boven uitstrekt en daarbij de moer 13 afdekt. Het uitsteeksel 14 verloopt volgens de ronding van de houder 10, waarbij de buitenzijde vanaf de bovenzijde enigszins afgeschuind verloopt en aan de onderzijde tot nabij de langshartlijn van de drager reikt (fig. 2). De 20 delen 5 van de drager 4 zijn aan de ten opzichte van de rotatierichting B van een bewerkingsorgaan voorste zijde elk voorzien van een zich schuin naar boven en naar voren uitstrekkend deel 16, dat aansluit op het uitsteeksel 14-(zie fig. 2).On the front side, relative to the direction of rotation B, the holder 10 is provided near the underside of the upwardly conical part with a plate-shaped projection 14, which extends obliquely forward and upward from its fastening and thereby the nut 13 covers. The protrusion 14 runs according to the curvature of the holder 10, the outside of which extends slightly beveled from the top and at the bottom extends to near the longitudinal axis of the carrier (Fig. 2). On the front side relative to the direction of rotation B of a processing member, the parts 5 of the carrier 4 are each provided with a part 16 extending obliquely upwards and forwards, which connects to the projection 14- (see fig. 2) .

25 Het deel 16 heeft een hoogte die + 3/4 van de hoogte van het uitsteeksel 14 bedraagt en heeft vanaf zijn aansluiting op het uitsteeksel 14 een althans nagenoeg evenwijdig aan de drager 4 verlopende bovenzijde, die via een afronding overgaat in de zijde die op het uitsteeksel 14 aan-30 sluit. Ter hoogte van het midden van elk deel 5 gaat de bovenzijde van het deel 16 over in een schuin naar beneden verlopende zijde die tot de naaf 6 van de drager 4 reikt.The part 16 has a height which is + 3/4 of the height of the protrusion 14 and has a top running at least substantially parallel to the carrier 4 from its connection to the protrusion 14, which transitions through a rounding into the side which connect the projection 14-30. At the height of the center of each part 5, the top side of the part 16 merges into an obliquely downwardly extending side which extends to the hub 6 of the carrier 4.

Het uitsteeksel 14 en het deel 16 vormen afschermingen voor de tandbevestiging resp. voor de houderbevestiging.The protrusion 14 and the part 16 form shields for the tooth attachment respectively. for the holder mounting.

35 De einden van het kokervormig gesteldeel 1 zijn door middel van zich in de voortbewegingsrichting A uitstrekkende, althans nagenoeg verticale platen 17 afgesloten. Aan de voorzijde zijn de platen 17 voorzien van een bout 18 waarom zich langs de platen naar achteren uitstrekkende armen 19 8204896 - 4 - verzwenkbaar zijn. De armen 19 zijn tussen de einden voorzien van een vrij draaibare, langselementen omvattende rol 20, die zich achter de rij bewerkingsorganen 3 bevindt, Elk van de armen 19 is ten opzichte van de platen 17 door middel 5 van een bout 21 en daarvoor aanwezige openingen in meerdere standen brengbaar en vastzetbaar, een en ander zodanig dat met behulp van de rol 20 de werkdiepte van de bewerkingsorganen instelbaar is.The ends of the tubular frame part 1 are closed by means of at least substantially vertical plates 17 extending in the direction of travel A. At the front, the plates 17 are provided with a bolt 18, so that arms 19 extending backwards along the plates are pivotable. The arms 19 are provided between the ends with a freely rotatable, longitudinal elements comprising roller 20, which is located behind the row of working members 3. Each of the arms 19 is with respect to the plates 17 by means of a bolt 21 and openings present therefor can be brought and secured in several positions, all this in such a way that the working depth of the working members can be adjusted with the aid of the roller 20.

Binnen het gesteldeel 1 is op elk van de assen 2 10 van de bewerkingsorganen 3 een tandwiel 22 met rechte vertan-ding aangebracht, een en ander zodanig dat de tandwielen op de assen van naast elkaar gelegen bewerkingsorganen met elkaar in aandrijvende verbinding staan, Nabij het midden van het gesteldeel 1 is de as van een bewerkingsorgaan 3 naar 15 boven verlengd en reikt tot in een tandwielkast 23 waarbinnen de as via een toerenvariator 24 aan de achterzijde van de tandwielkast in aandrijvende verbinding staat met een zich in de voortbewegingsrichting A van de machine uitstrekkende as 25 die aan de voorzijde buiten de tandwielkast 23 20 uitsteekt. De betreffende as is via een tussenas 26 met de aftakas van een trekker koppelbaar.Within the frame part 1, a spur gear 22 with straight teeth is arranged on each of the shafts 2 of the working members 3, such that the gears on the shafts of adjacent working members are in driving connection with each other. In the middle of the frame part 1, the shaft of a working member 3 is extended upwards and extends into a gearbox 23 within which the shaft is in driving connection via a speed variator 24 at the rear of the gearbox with a direction in the direction of travel A of the machine extending shaft 25 which protrudes beyond the gearbox 23 at the front. The shaft in question can be coupled to the PTO shaft of a tractor via an intermediate shaft 26.

Nabij de voorzijde is het gesteldeel 1 voorzien van een bok 27 met behulp waarvan de machine met de driepunts-hefinrichting van een trekker koppelbaar is, 25 Bij het in de figuren 5 en 6 weergegeven uitvoerings- voorbeeld zijn de bewerkingsorganen 3A voorzien van een drager 4, die identiek is met de drager volgens het voorgaande uitvoeringsvoorbeeld. Echter zijn bij dit uitvoeringsvoor-beeld een andere houder en een ander bewerkingselement aan-30 wezig. De houder 28 is door middel van een bevestigingsdeel 29 op de zelfde wijze als het bevestigingsdeel 9 bij het voorgaande uitvoeringsvoorbeeld, aan de onderzijde van de drager 4- door middel van de bouten 8 bevestigd. Bij dit uitvoeringsvoorbeeld sluit het bevestigingsdeel 29, dat een 35 rib 11A omvat aan op de bovenzijde van de houder 28. De houder 28 heeft een hoekige uitvoering waarbij een schuin ten opzichte van de draairichting B naar onderen en achteren verlopende voor- en achterzijde aan de buitenzijde aansluiten op een eveneens hoekig uitgevoerd zijvlak (fig. 6). De boven- 8204896 τ - 5 - zijde van de houder 28 verloopt vanaf zijn overgang in het bevestigingsdeel 29 schuin naar beneden en naar buiten (zie de figuren 5 en 6). De houder 28 is voorzien van een opening voor het opnemen van het bevestigingsdeel van een 5 als tand uitgevoerd bewerkingselement 30. De opening heeft bijvoorkeur een lengte van 8 mm. De tand is uit staafmate-riaal vervaardigd, waarbij het materiaal is voorzien van twee diametraal tegenover elkaar gelegen ribben, die bij het bevestigingsdeel dat in het verlengde van het werkzaam 10 deel is gelegen, tevens voor de fixatie dienst doen en bij aangebrachte tand ten opzichte van de draairichting B achter elkaar zijn gelegen. De einden van de staafvormige tand zijn recht afgesneden. Het materiaal heeft een diameter van 22 mm. De fixatie van het bewerkingsdeel wordt 15 verkregen door middel van een borgstift 31» die door een opening aan de voorzijde van de houder 28 is gevoerd en met een overeenkomstige uitsparing aan de voorzijde van een rib kan samenwerken. De rib aan de achterzijde van het werkzaam deel van elke tand 30 is op enige afstand boven het 20 vrije ondereinde voorzien van een uitsparing 32, een en ander zodanig dat met behulp van deze uitsparing het ondereinde van een werkzaam deel in de opening in de houder 28 brengbaar is, waarbij dit gedeelte dan dienst doet als bevestigingsdeel. Op deze wijze kan een uit rond staaf-25 materiaal vervaardigde tand twee maal worden gebruikt, indien de lengte van het werkzaam deel door slijtage te zeer is ingekort. Om deze reden is de uitsparing 32 aan de achterzijde op een grotere afstand van het einde gelegen dan de uitsparing bij het deel dat in de figuren 5 en 6 als be-30 vestigingsdeel van de tand dienst doet. De opening in de houder 28 verloopt praktisch evenwijdig aan de voor- en achterzijde, een en ander zodanig dat het werkzaam deel van de tand tijdens het bedrijf ten opzichte van de draairichting B een slepende stand inneemt. De voorzijde van de 35 houder bevat meer materiaal dan de achterzijde. De hoek die door de langshartlijn van het werkzaam deel met een verticaal vlak wordt ingesloten bedraagt 8 - 10°.Near the front, the frame part 1 is provided with a trestle 27 with the aid of which the machine can be coupled to the three-point lifting device of a tractor. In the exemplary embodiment shown in Figures 5 and 6, the working members 3A are provided with a carrier 4 which is identical to the carrier according to the previous embodiment. However, in this exemplary embodiment, a different holder and a different processing element are present. The holder 28 is fastened to the underside of the carrier 4 by means of the bolts 8 by means of a fastening part 29 in the same manner as the fastening part 9 in the previous embodiment. In this exemplary embodiment, the fastening part 29, which comprises a rib 11A, connects to the top of the holder 28. The holder 28 has an angular design, with a front and rear running at an angle to the direction of rotation B downwards and backwards. connect the outside to an angled side surface (fig. 6). The top side of the holder 28 extends obliquely downwards and outwards from its transition in the fixing part 29 (see Figures 5 and 6). The holder 28 is provided with an opening for receiving the fastening part of a machining element 30 constructed as a tooth. The opening preferably has a length of 8 mm. The tooth is made of rod material, the material being provided with two diametrically opposed ribs, which also serve for the fixation part which is an extension of the active part, and when the tooth is fitted relative to the of the direction of rotation B are located one behind the other. The ends of the rod-shaped tooth are cut straight. The material has a diameter of 22 mm. The fixation of the machining part is obtained by means of a locking pin 31 which is passed through an opening at the front of the holder 28 and which can cooperate with a corresponding recess at the front of a rib. The rib on the back of the active part of each tooth 30 is provided with a recess 32 at some distance above the free lower end, such that with the aid of this recess the lower end of an active part in the opening in the holder 28, this part then serving as a fixing part. In this way, a tooth made of round rod material can be used twice if the length of the active part has been reduced too much due to wear. For this reason, the recess 32 at the rear is located at a greater distance from the end than the recess at the part which serves as an attachment part of the tooth in Figures 5 and 6. The opening in the holder 28 extends practically parallel to the front and rear, all this in such a way that the active part of the tooth takes up a dragging position relative to the direction of rotation B during operation. The front of the 35 holder contains more material than the back. The angle enclosed with a vertical plane by the longitudinal axis of the working part is 8 - 10 °.

De werking van de in het voorgaande beschreven machine is als volgt.The operation of the machine described above is as follows.

3204896 - 6 -3204896 - 6 -

Tijdens het bedrijf is de machine met behulp van de bok 27 met de driepuntshefinrichting van een trekker gekoppeld en kan de machine met behulp van deze trekker worden voortbewogen in een richting volgens pijl A, waarbij door 5 middel van de in het voorgaande beschreven overbrenging via de tussenas 26 vanaf de aftakas van de trekker de naast elkaar gelegen bewerkingsorganen 3 in een richting kunnen worden aangedreven zoals met pijlen B in figuur 1 is weergegeven. Hierbij bewerken de als tanden 12 resp. 30 uitge-10 voerde bewerkingselementen van naast elkaar gelegen bewerkingsorganen ten minste aan elkaar grenzende en bijvoorkeur zich enigszins overlappende stroken grond. Met behulp van de achter de bewerkingsorganen 3 gelegen rol 20 kan de werk-diepte van de bewerkingsorganen worden ingesteld.During operation, the machine is coupled to the three-point linkage of a tractor by means of the headstock 27 and the machine can be moved in this direction in the direction of arrow A by means of this tractor, the transmission being described via the above-described transmission. between the PTO shaft of the tractor, the adjacent working members 3 can be driven in a direction as shown with arrows B in figure 1. Here, the teeth as 12 resp. Working elements of adjacent working members, which are arranged next to each other, have at least adjoining and preferably slightly overlapping strips of soil. The working depth of the processing members can be adjusted with the aid of the roller 20 located behind the working members 3.

15 Boor middel van de specifieke uitvoering van elk van de bewerkingsorganen 3 kan met behoud van een zelfde drager 4 op eenvoudige wijze het bewerkingsorgaan worden voorzien van andere bewerkingselementen. Zo kan bijvoorbeeld bij de fabricage in plaats van de houder 10 volgens het eerste 20 uitvoeringsvoorbeeld, de afneembare houder 28 volgens het tweede uitvoeringsvoorbeeld worden aangebracht. Ook kan in plaats van de houders 10 en 28 door middel van de bouten 8 een bewerkingselement 33 aan de drager 4 worden aangebracht, dat is uitgevoerd als een mesvormige tand en dat in de fig.By means of the specific design of each of the working members 3, the working member can be provided in a simple manner with other working elements while retaining the same carrier 4. For example, during manufacture, instead of the holder 10 according to the first exemplary embodiment, the detachable holder 28 according to the second exemplary embodiment can be arranged. Instead of the holders 10 and 28, a processing element 33 can also be applied to the carrier 4 by means of the bolts 8, which is designed as a knife-shaped tooth and shown in FIG.

25 7 en 8 nader is weergegeven. Het bewerkingselement 33 omvat een bevestigingsdeel dat aan de onderzijde van de drager 4 door middel van de bouten 8 aanbrengbaar is en daarbij met zijn vrije einde tegen de*voor de bevestigingsdelen van de houders aanwezige afvlakking van de naaf 6 kan komen te rusten. 30 Hst bevestigingsdeaL gaat vla een min of meer haakse kromming over in een naar beneden gericht werkzaam deel dat ten opzichte van zijn langsas is verdraaid, een en ander zodanig dat ten opzichte van de draairichting B van het bewerkingsorgaan de voorzijde van het bewerkingselement verder van de draai-35 ingsas van het bewerkingsorgaan is gelegen dan de achterzijde.25 7 and 8 are shown in more detail. The processing element 33 comprises a fastening part which can be mounted on the underside of the carrier 4 by means of the bolts 8 and can thereby rest with its free end against the flattening of the hub 6 present in front of the fastening parts of the holders. Hst fastening part transitions into a more or less perpendicular curvature into a downwardly directed working part which is rotated with respect to its longitudinal axis, such that with respect to the direction of rotation B of the working member the front of the working element is further away from the the axis of rotation of the processing member is then located at the rear.

De in het voorgaande beschreven uitvoering van de bewerkingsorganen maakt het mogelijk om op eenvoudige wijze naar keuze de machine met verschillende bewerkingselementen 8204896 - 7 - uit te rusten, waarbij men voor de bewegingselementen steeds van eenzelfde drager gebruik kan maken. Ook in geval van slijtage kan men de houders en/of de bewerkingselementen snel en gemakkelijk vervangen.The embodiment of the machining members described above makes it possible in a simple manner to optionally equip the machine with different machining elements 8204896-7, whereby the same elements can always be used for the moving elements. Also in case of wear, the holders and / or the processing elements can be replaced quickly and easily.

De tussen de gaten voor de bouten 8 gelegen rib 7 dient voor versteviging en kan tevens nog een beschermende functie hebben. Hetzelfde geldt voor de rib 11 resp. 11A aan de onderzijde van het bevestigingsdeel 5 resp. 29 van de houder. Indien aan de drager 4 de houders 10 of 28 worden aangebracht, werken het uitsteeksel 14 en het deel 16 samen bij het opvangen en naar beneden brengen van harde voorwerpen. Het uitsteeksel 14 reikt hierbij tot nabij de onderzijde van het gesteldeel 1. Indien de mesvormige tanden 33 worden aangebracht, doet slechts het deel 16 dienst bij de bovengenoemde opvang en geleiding.The rib 7 located between the holes for the bolts 8 serves for reinforcement and can also have a protective function. The same goes for the rib 11 resp. 11A at the bottom of the mounting part 5 resp. 29 of the holder. When the holders 10 or 28 are mounted on the carrier 4, the projection 14 and the part 16 cooperate in collecting and lowering hard objects. The projection 14 hereby extends close to the underside of the frame part 1. If the knife-shaped teeth 33 are fitted, only the part 16 serves the above-mentioned collection and guiding.

De uitvinding is niet beperkt tot het vorenstaande doch betreft tevens alle details van de figuren al of niet beschreven.The invention is not limited to the above, but also concerns all details of the figures, whether or not described.

- Conclusies - % 8204896- Conclusions -% 8204896

Claims (22)

1. Grondbewerkingsmachine voorzien van een aantal om opwaarts gerichte assen aandrijfbare bewerkingsorganen, die een drager omvatten waaraan ten minste één bewegingselement is aangebracht, met het kenmerk, dat het bewerkings- 5 element in een losneembare houder aan de drager is bevestigd,1. Soil cultivation machine provided with a number of cultivating members drivable upwardly directed axes, comprising a carrier on which at least one movement element is arranged, characterized in that the cultivation element is attached to the carrier in a detachable holder, 2. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de houder is voorzien van een bevestigings-deel met behulp waarvan de houder aan de drager is aangebracht . 10 3, Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het bevestigingsdeel van de houder aan de onderzijde van de drager bevestigbaar is,Soil cultivation machine according to claim 1, characterized in that the holder is provided with a fixing part by means of which the holder is arranged on the carrier. 3, Soil cultivation machine according to claim 1 or 2, characterized in that the fixing part of the holder can be attached to the underside of the carrier, 4. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat schuin naar boven en naar 15 voren gerichte afschermmiddelen aanwezig zijn voor het opvangen en neerwaarts geleiden van harde voorwerpen,4. Soil cultivation machine according to any one of the preceding claims, characterized in that obliquely upwardly and forwardly directed shielding means are present for receiving and guiding down hard objects, 5. Grondbewerkingsmachine voorzien van een aantal om opwaarts gerichte assen aandrijfbare bewerkingsorganen, die een drager omvatten waaraan ten minste één bewerkings- 20 element is aangebracht, met het kenmerk, dat de drager aan de onderzijde is voorzien van een bevestiging voor het be-werkingselement en tevens ten minste één ten opzichte van de draairichting van een bewerkingsorgaan naar voren en omhoog gericht uitsteeksel omvat.5. Tillage machine provided with a number of working members drivable upwardly directed axes, comprising a carrier on which at least one working element is arranged, characterized in that the carrier is provided on the underside with a mounting for the working element and also includes at least one projection directed forward and upward relative to the direction of rotation of a processing member. 6. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 2-5, met het kenmerk, dat een bevestigingsdeel van een houder voor een bewerkingselement door middel van twee op afstand van elkaar gelegen bouten met de onderzijde van de drager is verbonden. 30 7, Grondbewerkingsmachine volgens conclusie o, met het kenmerk, dat het vrije einde van het bevestigingsdeel van de houder kan samenwerken met een zich op een naaf van de drager bevindend aanligvlak,Soil cultivation machine according to any one of claims 2-5, characterized in that a fastening part of a holder for a working element is connected to the underside of the carrier by means of two spaced apart bolts. Soil cultivation machine according to claim 0, characterized in that the free end of the fixing part of the holder can cooperate with a contact surface situated on a hub of the carrier, 8. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 35 2-7, met het kenmerk, dat het bevestigingsdeel van een houder aan de onderzijde is voorzien van een rib die zich nabij het midden van het bevestigingsdeel bevindt. 8204896 - 9 - g, Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 2-8, met het kenmerk, dat openingen voor de bevestiging van het bevestigingsdeel aan weerszijden van de rib zijn gelegen.Soil cultivation machine according to any one of claims 35 2-7, characterized in that the mounting part of a holder is provided at the bottom with a rib located near the center of the mounting part. 8204896-9 g Soil cultivation machine according to any one of claims 2-8, characterized in that openings for fastening the fastening part are located on either side of the rib. 10. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 2-9, met het kenmerk, dat het bevestigingsdeel nabij het midden op een houder aansluit.Soil cultivation machine according to any one of claims 2-9, characterized in that the fastening part connects to a holder near the center. 11. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 2 - 9i met het kenmerk, dat het bevestigingsdeel nabij de 10 bovenzijde op een houder aansluit.11. Soil cultivation machine according to one of claims 2 - 9i, characterized in that the fastening part connects to a holder near the top. 12. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 2 - 11, met het kenmerk, dat een houder vanaf zijn aansluiting op het bevestigingsdeel zowel naar boven als naar beneden conisch verloopt. 15 13. ' Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 2-11, met het kenmerk, dat de houder tenminste aan de voorzijde is voorzien van een ten opzichte van de draairichting naar voren hellend vlak.Soil cultivation machine according to one of Claims 2 to 11, characterized in that a holder is conical upwards and downwards from its connection to the fastening part. 13. Soil cultivation machine according to any one of claims 2-11, characterized in that the holder is provided at least at the front with a surface inclined towards the direction of rotation. 14. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclu-20 sies 2-13, met het kenmerk, dat de voor- en achterzijde van een houder althans nagenoeg evenwijdig aan elkaar verlopen.Soil cultivation machine according to any one of claims 2-13, characterized in that the front and rear of a container run at least substantially parallel to each other. 15. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de houder is voorzien van 25 een opening waarin het bevestigingsdeel van een bewegingselement aanbrengbaar is.15. Soil cultivation machine according to any one of the preceding claims, characterized in that the holder is provided with an opening in which the fastening part of a moving element can be arranged. 16. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat de opening in de houder ten opzichte van de draairichting van het bewerkingsorgaan naar voren helt. 30 17. Grondbewerkingsmachine volgens een der voor gaande conclusies, met het kenmerk, dat een bewegingselement wordt gevormd door een tand die uit staafmateriaal is vervaardigd.Soil cultivation machine according to claim 15, characterized in that the opening in the holder is inclined forward with respect to the direction of rotation of the cultivating member. Soil cultivation machine according to any one of the preceding claims, characterized in that a movement element is formed by a tooth made of rod material. 18. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 17, 35 met het kenmerk, dat het bevestigingsdeel van de tand tenminste twee diametraal tegenover elkaar gelegen ribben heeft, die dienst doen bij de fixatie van het bevestigingsdeel.Soil cultivation machine according to claim 17, 35, characterized in that the fixing part of the tine has at least two diametrically opposite ribs, which serve to fix the fixing part. 19. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaan- 8204896 V - 10 - de conclusies, met het kenmerk, dat het bevestigingsdeel en het werkzaam deel van de tand in eikaars verlengde zijn gelegen en de ribben zich tot het einde van het bevestigingsdeel uitstrekken. 5 20, Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 18 of 19, met het kenmerk, dat het bevestigingsdeel in de houder vastzetbaar is door middel van een stift die door een opening aan de voorzijde van de houder en een overeenkomstige uitsparing in het bevestigingsdeel is gevoerd.Soil tillage implement according to any one of the preceding claims, characterized in that the fixing part and the working part of the tine are in line and the ribs extend to the end of the fixing part. 20. Soil cultivation machine according to claim 18 or 19, characterized in that the fastening part can be secured in the holder by means of a pin which is passed through an opening at the front of the holder and a corresponding recess in the fastening part. 21. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 20, 10 met het kenmerk, dat de uitsparing zich bevindt in een rib.Soil cultivation machine according to claim 20, 10, characterized in that the recess is located in a rib. 22. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 20 of 21, met het kenmerk, dat op enige afstand van het ondereinde van de tand een uitsparing is aangebracht, een en ander zodanig dat deze met de borgstift kan samenwerken voor de 15 bevestiging van dit deel van de tand in de houder.22. Soil cultivation machine according to claim 20 or 21, characterized in that a recess is provided at some distance from the lower end of the tine, such that it can cooperate with the locking pin for fastening this part of the tine in the holder. 23. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 1-14, met het kenmerk, dat het bewerkingselement wordt gevormd door een mesvormige tand, die een bevestigingsdeel omvat dat ten opzichte van het werkzaam deel althans nage- 20 noeg haaks is omgezet en het bevestigingsdeel aan de onderzijde van de drager bevestigbaar is.Soil cultivation machine according to any one of claims 1-14, characterized in that the working element is formed by a blade-shaped tooth, which comprises a fastening part which is at least substantially perpendicular to the working part and the fastening part at the bottom. of the carrier. 24. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 23, met het kenmerk, dat het bewerkingselement stripvormig is en een werkzaam deel omvat dat om zijn langsas is getordeerd, 25 een en ander zodanig dat. de ten opzichte van de draairichting van een bewerkingsorgaan voorste zijde van het bewer-kingselement verder van de draaiingsas is gelegen dan de achterzijde.24. Soil cultivation machine according to claim 23, characterized in that the cultivating element is strip-shaped and comprises an active part which is twisted about its longitudinal axis, such that. the front side of the working element with respect to the direction of rotation of a processing member is further away from the axis of rotation than the rear side. 25. Grondbewerkingsmachine zoals beschreven in het 30 voorgaande en weergegeven in de figuren.25. Soil cultivation machine as described in the foregoing and shown in the figures. 26. Grondbewerkingselement bestemd om te worden toegepast bij een grondbewerkingsmachine voorzien van om opwaartse assen aangedreven bewerkingsorganen met het kenmerk, dat het bewerkingselement nabij de beide einden is voorzien 35 van middelen met behulp waarvan het bewerkingselement met beide einden kan worden bevestigd.26. Soil tillage element intended for use in a tillage machine provided with working members driven on upward axes, characterized in that the tillage element is provided near the two ends with means by means of which the tillage element can be attached with both ends. 27. Houder bestemd om te worden teogepast bij een 8204896 *· - 11 - grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmeric, dat de houder is voorzien van een bevestiging voor een bewerkingselement alsmede van een bevesti— gingsdeel om aan een draaibare drager te worden bevestigd.27. Holder intended for use with an 8204896 * - - 11 soil cultivating machine according to any one of the preceding claims, characterized in that the holder is provided with a mounting for a working element and with a mounting part for attaching to a rotatable carrier be confirmed. 28. Houder voor een bewerkingselement van een grond- bewerkingsmachine, met het kenmeik, dat de houder is voorzien van bevestigingsmiddelen voor het bewerkingselement en tevens van een bevestigingsdeel met behulp waarvan de houder aan een draaibare drager bevestigbaar is. -o-o-o-o-o- » 820489628. Holder for a working element of a soil tillage implement, characterized in that the holder is provided with fasteners for the working element and also with a fixing part by means of which the holder can be attached to a rotatable support. -o-o-o-o-o- »8204896
NL8204896A 1982-12-20 1982-12-20 Soil cultivation machine. NL192496C (en)

Priority Applications (7)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8204896A NL192496C (en) 1982-12-20 1982-12-20 Soil cultivation machine.
GB08333093A GB2132062B (en) 1982-12-20 1983-12-12 Soil cultivating implements
DE19833345774 DE3345774A1 (en) 1982-12-20 1983-12-17 TILLAGE MACHINE
FR8320290A FR2542563B1 (en) 1982-12-20 1983-12-19 ROTATIVE HARROW
IT24244/83A IT1170013B (en) 1982-12-20 1983-12-19 SOIL GROWING TOOLS WITH GROUND SUPPORTING TOOLS
JP58239024A JPS59118003A (en) 1982-12-20 1983-12-20 Cultivating tool
NL9300061A NL9300061A (en) 1982-12-20 1993-01-13 Ground-working device

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8204896 1982-12-20
NL8204896A NL192496C (en) 1982-12-20 1982-12-20 Soil cultivation machine.

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8204896A true NL8204896A (en) 1984-07-16
NL192496B NL192496B (en) 1997-05-01
NL192496C NL192496C (en) 1997-09-02

Family

ID=19840770

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8204896A NL192496C (en) 1982-12-20 1982-12-20 Soil cultivation machine.

Country Status (6)

Country Link
JP (1) JPS59118003A (en)
DE (1) DE3345774A1 (en)
FR (1) FR2542563B1 (en)
GB (1) GB2132062B (en)
IT (1) IT1170013B (en)
NL (1) NL192496C (en)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB8626626D0 (en) * 1986-11-07 1986-12-10 Dowdeswell Eng Co Ltd Cultivator blade mounting
FR2789543B1 (en) * 1999-02-11 2001-06-01 Tiverton Ltd DOUBLE-TOOTH ROTARY GROWING EQUIPMENT
DE19929080B4 (en) * 1999-06-25 2009-01-02 Hans Hofmann Soil cultivation machine, in particular rotary harrow or cultivator

Family Cites Families (21)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE8213540U1 (en) * 1982-05-11 1982-08-19 Rabewerk Heinrich Clausing, 4515 Bad Essen Rotary harrow with several tool rotors
FR1381569A (en) * 1963-10-31 1964-12-14 Gard Pere & Fils Rotary hoe with elastic blades
FR1417207A (en) * 1964-09-22 1965-11-12 Gard Pere & Fils Rotary agricultural device, especially for working vineyard soils
NL6706635A (en) * 1967-05-12 1968-11-13
DE2265407B1 (en) * 1970-08-18 1980-06-04 Lely Nv C Van Der Attachment for harrow tines
US3841411A (en) * 1971-08-17 1974-10-15 Lely Ary Van Der Cultivator and tines
NL7409104A (en) * 1974-07-05 1976-01-07 Lely Nv C Van Der SOIL WORKING MACHINE.
NL7413312A (en) * 1974-10-10 1976-04-13 Lely Nv C Van Der SOIL WORKING MACHINE.
NL7509992A (en) * 1975-08-25 1977-03-01 Lely Nv C Van Der SOIL WORKING MACHINE.
NL7511052A (en) * 1975-09-19 1977-03-22 Lely Nv C Van Der SOIL WORKING MACHINE.
IT1065728B (en) * 1976-06-23 1985-03-04 Novarino Augusto FIRE AND RESCUE EQUIPMENT FOR HIGH-HEIGHT BUILDINGS
DE2639272A1 (en) * 1976-09-01 1978-03-09 Amazonen Werke Dreyer H SOIL TILLING MACHINE
NL7610045A (en) * 1976-09-10 1978-03-14 Lely Nv C Van Der SOIL WORKING MACHINE.
NL7613259A (en) * 1976-11-29 1978-05-31 Lely Nv C Van Der SOIL WORKING MACHINE.
NL7613261A (en) * 1976-11-29 1978-05-31 Lely Nv C Van Der SOIL WORKING MACHINE.
NL7702015A (en) * 1977-02-25 1978-08-29 Lely Nv C Van Der SOIL WORKING MACHINE.
FR2382838A1 (en) * 1977-03-07 1978-10-06 Texas Industries Inc MACHINE FOR WORKING THE SOIL
NL7711983A (en) * 1977-11-01 1979-05-03 Patent Concern Nv SOIL WORKING MACHINE.
DE7736797U1 (en) * 1977-12-02 1978-03-30 Rabewerk Heinrich Clausing, 4515 Bad Essen Rotary harrow
NL7810716A (en) * 1978-10-27 1980-04-29 Patent Concern Nv SOIL TILLER.
DE2849868C3 (en) * 1978-11-17 1981-12-03 Amazonen-Werke H. Dreyer Gmbh & Co Kg, 4507 Hasbergen Tillage machine

Also Published As

Publication number Publication date
JPS59118003A (en) 1984-07-07
IT8324244A0 (en) 1983-12-19
FR2542563A1 (en) 1984-09-21
GB8333093D0 (en) 1984-01-18
NL192496B (en) 1997-05-01
IT1170013B (en) 1987-06-03
GB2132062B (en) 1986-04-03
NL192496C (en) 1997-09-02
FR2542563B1 (en) 1989-07-21
DE3345774C2 (en) 1989-10-19
DE3345774A1 (en) 1984-06-20
GB2132062A (en) 1984-07-04

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8004448A (en) Vertical axis rotary harrow - has side-by-side tine-bearing members with guards around shafts
NL8204896A (en) SOIL TILLER.
NL7906631A (en) SOIL TILLER.
NL8400269A (en) ROLL CONSTRUCTION FOR A TILLAGE MACHINE.
NL8203748A (en) PLOW.
NL8601048A (en) SOIL TILLER.
NL9300061A (en) Ground-working device
NL8300154A (en) SOIL TILLER.
NL8300709A (en) Ground working implement - has outwardly extending prongs covering the whole working width of the machine
NL8304356A (en) SOIL TILLER.
NL7810716A (en) SOIL TILLER.
NL8204259A (en) SOIL TILLER.
NL7810717A (en) SOIL TILLER.
NL8403369A (en) SOIL TILLER.
NL8300076A (en) SOIL TILLER.
NL8402020A (en) SOIL TILLER, ESPECIALLY SUITABLE FOR THE PREPARATION OF A SEEDBED.
NL8801489A (en) SOIL TILLER.
NL8701878A (en) SOIL TILLER.
NL7806897A (en) ROWING GROOVE WITH RIDER.
NL8204088A (en) SOIL TILLER.
NL8401042A (en) MACHINE WITH AT LEAST A DRIVABLE RAKEWAY.
NL7807270A (en) SOIL TILLER.
NL8602430A (en) SOIL TILLER.
NL8203749A (en) GROUND TILLING DEVICE.
NL8803046A (en) SOIL TILLER.

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20020701