NL8204812A

NL8204812A - FOAMER.

Info

Publication number: NL8204812A
Application number: NL8204812A
Authority: NL
Original assignee: Wright Hershel Earl
Priority date: 1981-12-14
Filing date: 1982-12-13
Publication date: 1983-07-01
Also published as: NL192079B; AU565378B2; SE8207071L; FR2517991B1; GB2116636A; ES518146A0; DE3246284A1; NL192079C; SE8207071D0; IN158673B; DE3246284C2; CH650394A5; ES8400859A1; FR2517991A1; MX158942A; AU9137282A; JPS6213060B2; SE447962B; JPS58128165A; ZA829129B

Description

♦ -¾ "Schuimapparaat"♦ -¾ "Foamer"

De onderhavige uitvinding heeft algemeen betrekking op een schuimapparaat voor het maken en leveren van schuim en in het bijzonder op een schuimapparaat met een buitenrecipiënt en een betrekkelijk kleine binnenrecipiënt als hulprecipiënt, die wordt 5 gevuld vanuit de buitenrecipiënt en voor zijn werking een betrekkelijk geringe luchttoevoer vergt.The present invention relates generally to a foaming device for making and supplying foam and in particular to a foaming device with an outer container and a relatively small inner container as an auxiliary container, which is filled from the outer container and requires a relatively small air supply for its operation. .

Diverse schuimapparaten voor het produceren van schuim volgens het niet-aërosolprincipe werden in de jongste tijd op de markt gebracht. Dit zijn uiteraard flesvormige handtoestellen 10 met vrij geringe inhoud, die met de hand worden samengedrukt. Dergelijke schuimapparaten in de vorm van knijpflessen, beschreven, onder andere in de US-oktrooien nr 3.709.437 en nr 3.937.364 werken uitstekend bij het gebruik waarvoor ze bedoeld zijn, maar lenen zich niet goed voor het gebruik met gro-15 te recipiënten, waarvan het gebruik veel ekonomischer is. De reden daarvan ligt in de moeilijke regeling van de druk en de toevoer van de schuimvloeistof wegens de vrij kleine optimale grootte van de schuimvormende delen, vereist voor het maken van schuim van onberispelijke kwaliteit.Various foaming devices for producing foam according to the non-aerosol principle have been introduced to the market in recent times. These are, of course, bottle-shaped handheld devices 10 of relatively small volume, which are compressed by hand. Such squeeze bottle foams, described, inter alia, in U.S. Patents Nos. 3,709,437 and 3,937,364, work excellently in the use for which they are intended, but do not lend themselves well to use with large containers. , the use of which is much more economical. The reason for this lies in the difficult control of the pressure and the supply of the foam liquid because of the rather small optimum size of the foam-forming parts required for making foam of impeccable quality.

20 Het schuimapparaat volgens de uitvinding leent zich voor het gebruik van schuimsysternen, waarvan de toepassing tot nu toe beperkt was tot kleine recipiënten, ook bij recipiënten met aanmerkelijk grotere inhoud.The foaming device according to the invention lends itself to the use of foaming systems, the use of which has hitherto been limited to small containers, also in containers with considerably larger contents.

Aldus leent het schuimapparaat volgens de uitvinding zich 25 voor uitrusting met een grote recipiënt voor het produceren van schuim van uitstekende kwaliteit dank zij de aanwezigheid van een binnenrecipiënt als hulprecipiënt, gevuld en bijgevuld met een schuimvloeistof, afkomstig uit de grote recipiënt.Thus, the foaming device of the invention lends itself to equipment with a large container for producing excellent quality foam due to the presence of an inner container as an auxiliary container, filled and replenished with a foam liquid from the large container.

Het bedoelde schuimapparaat bestaat uit een buitenrecipiënt, 30 gevuld met een schuimvloeistof en voorzien van een uitlaatope-ning, en een eigenlijke schuimvormer, die gemonteerd is op de 8204812 2 grote recipiënt tussen deze uitlaatopening en het binnenste van de recipiënt. Deze schuimvormer bestaat uit een in de buitenrecipiënt gemonteerde binnenrecipiënt, die via een opening in verbinding staat met de buitenrecipiënt; een sluiting voor de bin-5 nenrecipiënt met een drukluchtinlaat- en een schuimuitlaatope- ning; een inrichting voor het maken van schuim in verbinding met de voornoemde schuimuitlaatopening en via een opening met het binnenste van de binnenrecipiënt; en een ventiel op de opening van de binnenrecipiënt, dienend voor het selektief sluiten van 10 deze opening als de luchtdruk in de binnenrecipiënt wordt verhoogd voor de toevoer van schuimvloeistof uit de binnenrecipiënt naar de leiding van de schuimvormer en voor het selektief openen ervan als de luchtdruk in de binnenrecipiënt wordt verlaagd met het oog op het uitstromen van schuimvloeistof uit de buiten-15 recipiënt naar de binnenrecipiënt.The intended foaming apparatus consists of an outer receptacle, filled with a foam liquid and provided with an outlet opening, and an actual foaming agent, which is mounted on the large container 8204812 2 between this outlet opening and the interior of the receptacle. This foam former consists of an inner receptacle mounted in the outer receptacle, which communicates with the outer receptacle through an opening; an inner receptacle closure with a compressed air inlet and a foam outlet opening; a device for making foam in communication with said foam outlet opening and through an opening with the interior of the inner receptacle; and a valve on the opening of the inner receptacle for selectively closing this opening when the air pressure in the inner receptacle is increased for the supply of foam liquid from the inner receptacle to the line of the foam former and for selectively opening it as the air pressure in the inner receptacle is lowered with a view to the outflow of foam liquid from the outer receptacle to the inner receptacle.

Volgens een kenmerk van de uitvinding is het betrokken schuimapparaat voorzien van een ventiel met een elastisch element voor het selektief openen en sluiten van de opening van de binnenrecipiënt.According to an inventive feature, the foaming device in question is provided with a valve with an elastic element for selectively opening and closing the opening of the inner receptacle.

20 Volgens een ander kenmerk van de uitvinding is het betrok ken schuimapparaat uitgerust met een drukluchtpomp voor de toevoer van druklucht via de betrokken inlaatopening.According to another feature of the invention, the foam device in question is equipped with a compressed air pump for supplying compressed air via the relevant inlet opening.

Volgens een verder kenmerk van de uitvinding is het betrokken schuimapparaat voorzien van een sluiting met een dop, voor-25 zien van een doorgang als luchtinlaatopening, en uitgerust met een buisvormige binnenrecipiënt, die een geheel vormt met de sluitdop.According to a further feature of the invention, the foaming device in question is provided with a closure with a cap, provided with a passage as an air inlet opening, and equipped with a tubular inner receptacle which is integral with the closure cap.

Eveneens volgens een kenmerk van de uitvinding zit het uit de binnenrecipiënt en de sluitdop bestaande geheel op de uit-30 laat van de buitenrecipiënt.Also according to an inventive feature, it consists entirely of the inner receptacle and the sealing cap on the outlet of the outer receptacle.

De uitvinding wordt thans nader toegelicht door de hier volgende beschrijving met verwijzing naar de bijgaande tekening, waar figuur 1 een apparaat volgens de uitvinding in overlangse 35 doorsnede weergeeft; figuur 2 een volgens de lijn 2-2 van figuur 1 gemaakt dwars- 8204812 0 > ' 3 doorsnede van het. betrokken apparaat weergeeft; figuur 3 een volgens de lijn 3-3 van figuur 1 gemaakte dwarsdoorsnede van het betrokken apparaat weergeeft; en figuur 4 de werking van het ventiel van het betrokken 5 schuimapparaat op grotere schaal dan die van de voorgaande figuren toelicht.The invention will now be further elucidated by the following description with reference to the accompanying drawing, where Figure 1 shows an apparatus according to the invention in longitudinal section; figure 2 shows a cross-section of the cross-section taken along the line 2-2 of figure 1. displays affected device; figure 3 represents a cross-section of the relevant device made along the line 3-3 of figure 1; and Figure 4 illustrates the operation of the valve of the respective foaming device on a larger scale than that of the previous figures.

Zoals blijkt uit figuur 1 bestaat hetaldaar weergegeven en van referentiecij fers voorziene schuimapparaat volgens de uitvinding, algemeen aangewezen door het cijfer 10, uit een 10 buitenrecipiënt 12, voorzien van een als uitlaatopening 14 dienende hals 14, alsook uit een eigenlijke schuimvormer 16, gemonteerd op de hals van de recipiënt 12 en de zich naast de voornoemde uitlaat liggende zone scheidt van het binnenste van de recipiënt.As is apparent from Figure 1, the foaming device according to the invention shown and provided with reference numerals, generally indicated by the number 10, consists of an outer container 12, provided with a neck 14 serving as outlet opening 14, as well as of an actual foam former 16, mounted on separates the neck of the receptacle 12 and the zone adjacent to the aforementioned outlet from the interior of the receptacle.

115 De voornoemde recipiënt 12 dient als reservoir voor een ' schuimvloeistof L en bestaat uit een geschikt stijf of buigzaam materiaal, zoals een geschikt metaal of een geschikte kunststof.The aforesaid receptacle 12 serves as a reservoir for a foam liquid L and consists of a suitable rigid or flexible material, such as a suitable metal or a suitable plastic.

De voornoemde schuimvormer 16 bestaat uit een buisvormig element 18 uit een stijve kunststof of een ander geschikt ma-20 teriaal en een in de grote recipiënt 12 gemonteerde kleine binnenrecipiënt en een sluitdop 20.The aforementioned foam former 16 consists of a tubular element 18 of a rigid plastic or other suitable material and a small inner receptacle mounted in the large container 12 and a closure cap 20.

Deze sluitdop 20 bestaat uit een basis 22, een ringvormig deel 24 onderaan en een naar buiten gericht bovenste deel 26 en vertoont een dwars erdoorheen gaande opening 28 als inlaatope-25 ning voor de toevoer van druklucht in het buisvormig element 18, alsook een tweede dwars erdoorheen gaande opening 30 als uitlaatopening voor de afvoer van het schuim uit dit buisvormige element 18.This closure cap 20 consists of a base 22, an annular portion 24 at the bottom and an outwardly directed upper portion 26 and has a transverse through-hole 28 as an inlet opening for the supply of compressed air in the tubular element 18, as well as a second transverse opening 30 passing through it as an outlet opening for the discharge of the foam from this tubular element 18.

Bij de hier beschreven en door de figuren toegelichte uit-30 voeringswijze van het schuimapparaat volgens de uitvinding vindt de drukluchttoevoer naar de inlaatopening 28 plaats door middel van een knijppeer 32, die verbonden is met de opening 28 door een buis 34. Zoals blijkt uit figuur 1, is deze knijppeer 32 voorzien van een eenwegsventiel in de vorm van membraan 32 35 op de luchtinlaatopening 38 van de peer. Het spreekt vanzelf dat ook andere drukluchtbronnen, zoals een voetpomp, en andere, 8204812 4 * in plaats van een knijppeer kunnen worden gebruikt.In the embodiment of the foaming device according to the invention described here and illustrated by the figures, the compressed air is supplied to the inlet opening 28 by means of a pinch pin 32, which is connected to the opening 28 by a tube 34. As can be seen from figure 1, this pinch pin 32 is provided with a one-way valve in the form of diaphragm 32 on the air inlet opening 38 of the pear. It goes without saying that other compressed air sources, such as a foot pump, and others, 8204812 4 * can also be used instead of a pinch.

Aan het bovenste uiteinde van de als schuimuitlaat fungerende doorgang 30 is een buis 40 als verlengstuk van de doorgang aangesloten. Zoals blijkt uit de figuur is op de doorgang 30 5 een schuimvormer 42 gemonteerd, die in verbinding staat met deze buis 40.At the upper end of the passage 30, which functions as a foam outlet, a tube 40 is connected as an extension of the passage. As can be seen from the figure, a foam former 42 is mounted on the passage 30 and communicates with this tube 40.

De schuimvormer 42 van het schuimapparaat volgens de onderhavige uitvoeringswijze van de uitvinding is een schuimvormer van de in het voornoemde US oktrooi nr 3.709.437 beschreven 10 aard, voorzien onderaan van een hol element 44, dat rondom een aantal luchtopeningen vertoont en fungeert als mengkamer voor het maken van schuim. Een in het element 18 gemonteerd buisvormig kanaal 48 is bovenaan aangesloten aan het voornoemde holle element 44 en is onderaan voorzien van een opening 50.The foaming device 42 of the foaming device according to the present embodiment of the invention is a foaming device of the nature described in the aforementioned US patent no. 3,709,437, provided at the bottom with a hollow element 44, which has a number of air openings around it and which functions as a mixing chamber for making foam. A tubular channel 48 mounted in the element 18 is connected at the top to the aforementioned hollow element 44 and has an opening 50 at the bottom.

15 Lucht wordt via de doorgang 46 ingeblazen in het voornoemde, als mengkamer fungerende holle element 44, terwijl meteen schuimvloeistof wordt toegevoerd via de buis 48. De dwarsdoor-sende van de luchtinlaatopeningen 46 is zo gekozen dat het vrije binnenstromen van de lucht erdoor beperkt is, met het gevolg 20 dat de schuimvloeistof omhoog gestuwd wordt via de buis 48 naar de mengkamer 44 door de op haar opppervlak inwerkende luchtdruk. Door de gelijktijdige toevoer van lucht en schuimvloeistof wordt de lucht gedispergeerd in de vloeistof met schuimvorming als gevolg. Bij het hier beschreven uitvoeringsvoorbeeld van het 25 schuimapparaat volgens de uitvinding is de voornoemde mengkamer 44 voorzien van een regelventiel in de vorm van een kogelklep 52, waarvan de zitting zich bevindt in een versmald deel van het holle element 44 met het doel terugkeer van schuim in de buis 48 te vermijden. De vorm van de opening 30 is zo bedacht 30 dat ze een zitting vormt voor een schuimhomogenisator 54, die op zijn plaats wordt gehouden door middel van een borgring 56.Air is blown in via the passage 46 into the above-mentioned hollow element 44, which functions as a mixing chamber, while foam liquid is immediately supplied via the tube 48. The cross-section of the air inlet openings 46 is chosen in such a way that the free flow of air through it is limited. , with the result that the foam liquid is pushed upwards through the tube 48 to the mixing chamber 44 by the air pressure acting on its surface. Due to the simultaneous supply of air and foam liquid, the air is dispersed in the liquid, resulting in foam formation. In the exemplary embodiment of the foaming device according to the invention described here, the aforementioned mixing chamber 44 is provided with a control valve in the form of a ball valve 52, the seat of which is located in a narrowed part of the hollow element 44 with the aim of returning foam into avoid the tube 48. The shape of the opening 30 is designed 30 to form a seat for a foam homogenizer 54, which is held in place by a locking ring 56.

Het behoeft geen betoog dat eventueel ook andere schuimvor-mers dan die volgens het voornoemde US oktrooi nr 3.937.364 kunnen worden gebruikt.It goes without saying that it is also possible, if appropriate, to use foams other than those according to the aforementioned U.S. Patent No. 3,937,364.

35 Bij de hier beschreven uitvoeringswijze zijn de buis 18 en de sluitdop 20 gemaakt uit één stuk. Een binnendop 62, die een 3204812 5 binnenste eindwand vormt, is voorzien van een eindopening 64 in verbinding met de buitenrecipiënt 12. Op deze opening bevindt zich een éénwegsventiel in de vorm van een elastisch element, zoals een rubbermembraan of een membraan van een ander 5 geschikt elastisch materiaal, bevestigd door middel van de voornoemde dop 62. Dit ventiel is selektief gesloten (zie figuur 1) als de luchtdruk in de binnenrecipiënt wordt verhoogd door samenknijpen van de peer 32, met het gevolg dat het elastisch element 66 tegen de opening 64 wordt gedrukt en de 10 schuimvloeistof L via de buis 18 wordt omhoog gestuwd naar de schuimvormer 42. Bij dalende luchtdruk opent het ventiel zich selektief (zie figuur 4) door verwijdering van het elastisch element 66 van de opening 64, met het gevolg dat schuimvloeistof uit de buitenrecipiënt 12 in de binnenrecipiënt 60 kan stromen. 15 Het is zonder meer duidelijk dat het elastisch element 66 desgewenst door een kogelventiel of een ander geschikt éénwegsventiel kan worden vervangen.In the embodiment described here, the tube 18 and the closure cap 20 are made in one piece. An inner cap 62, which forms a 3204812 5 inner end wall, is provided with an end opening 64 in communication with the outer receptacle 12. On this opening there is a one-way valve in the form of an elastic element, such as a rubber membrane or a membrane of another 5 suitable elastic material attached by means of the aforementioned cap 62. This valve is selectively closed (see figure 1) when the air pressure in the inner receptacle is increased by squeezing the pear 32, with the result that the elastic element 66 against the opening 64 is pressed and the foam liquid L is pushed upwards via the tube 18 to the foam former 42. With decreasing air pressure, the valve opens selectively (see figure 4) by removing the elastic element 66 from the opening 64, with the result that foam liquid comes out the outer receptacle 12 can flow into the inner receptacle 60. It is readily apparent that the elastic element 66 may be replaced by a ball valve or other suitable one-way valve if desired.

Bij het monteren van de schuimvormer 16 op de met schuimvloeistof gevulde buitenrecipiënt 12, opent zich de uit het 20 elastisch element 16 bestaande ventiel, waardoor de vloeistof in de binnenrecipiënt stroomt ten gevolge van het drukverschil in verband met het vloeistofpeilverschil tussen de binnen- en de buitenrecipiënt. Als de schuimvormer 16 gemonteerd is, de twee vloeistofpeilen gelijk zijn en schuim wordt gevormd door 25 het aanbrengen van druk op het oppervlak van de vloeistof L in de binnenrecipiënt, daalt het vloeistofpeil in de binnenrecipiënt tot het peil L’ (figuur 1). Bij de daarop volgende drukontspanning dringt opnieuw vloeistof binnen in de binnenrecipiënt, wat wordt bevorderd door de lichte, in de binnenre-30 cipiënt heersende onderdruk ten gevolge van het loslaten van de peer 32.When mounting the foam former 16 on the outer container 12 filled with foam liquid, the valve consisting of the elastic element 16 opens, through which the liquid flows into the inner container due to the pressure difference in connection with the liquid level difference between the inner and the outer receptacle. When the foaming device 16 is mounted, the two liquid levels are equal and foam is formed by applying pressure to the surface of the liquid L in the inner receptacle, the liquid level in the inner receptacle drops to the level L '(Figure 1). At the subsequent pressure release, liquid again penetrates the inner receptacle, which is enhanced by the slight underpressure prevailing in the inner receptacle due to the release of the pear 32.

Het gebruik van een binnenrecipiënt met ventiel en met een inhoud die aanmerkelijk kleiner is dan die van de buitenrecipiënt biedt het voordeel dat schuim op efficiënte wijze kan 35 worden gemaakt door middel van een grote recipiënt door toevoer van luchtdruk naar een kleinere hulprecipiënt, waardoor minder 8204812 6 lucht vereist is voor het uitoefenen van de vereiste druk voor het maken van schuim met alle daaruit voortspruitende voordelen van een snellere schuimvorming en een aanmerkelijk kleinere inrichting voor het leveren van druklucht. Uitstekende resulta-5 ten werden verkregen met een buitenrecipiënt en een binnenreci-piënt met een diameterverhouding van 50/1 k 100/1, gebaseerd op een binnenrecipiëntdiameter van 2,5 cm.The use of an inner container with valve and with a volume that is considerably smaller than that of the outer container offers the advantage that foam can be efficiently made by means of a large container by supplying air pressure to a smaller auxiliary container, resulting in less 8204812 6 requires air to apply the required foam-making pressure with all the resulting advantages of faster foaming and a significantly smaller compressed air delivery device. Excellent results were obtained with an outer receptacle and an inner receptacle with a diameter ratio of 50/1 k 100/1, based on an inner receptacle diameter of 2.5 cm.

82048128204812

Claims

3. Foaming device according to claim 1, characterized in that it is provided with a pump for supplying compressed air to the inlet opening.

4. A foaming device as claimed in claim 1, characterized in that the said closure consists of a closure cap with a transverse opening as an air inlet opening.

Foaming device according to claim 4, characterized in that a tubular element is mounted in the inner receptacle, which is made in one piece with the aforesaid sealing cap.

6. Foam device according to claim 4, characterized in that the inner receptacle is provided with an inner 8204812 * end wall with an opening.

7. A foaming device as claimed in claim 4, characterized in that the aforementioned piece consisting of the tube of the inner receptacle and the sealing cap is directly connected to the outlet of the outer receptacle.

Foaming device according to claim 1, characterized in that the said foaming former is mounted on the closure and is provided with a tubular element projecting inwardly into the inner receptacle. m 8204812