NL8204811A - Inrichting voor het afremmen van een ski. - Google Patents
Inrichting voor het afremmen van een ski. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8204811A NL8204811A NL8204811A NL8204811A NL8204811A NL 8204811 A NL8204811 A NL 8204811A NL 8204811 A NL8204811 A NL 8204811A NL 8204811 A NL8204811 A NL 8204811A NL 8204811 A NL8204811 A NL 8204811A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- ski
- plate
- plates
- mounting plate
- spring
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A63—SPORTS; GAMES; AMUSEMENTS
- A63C—SKATES; SKIS; ROLLER SKATES; DESIGN OR LAYOUT OF COURTS, RINKS OR THE LIKE
- A63C7/00—Devices preventing skis from slipping back; Ski-stoppers or ski-brakes
- A63C7/08—Stoppage blades attachable to the skis in such manner that these blades are permanently in the operative position
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A63—SPORTS; GAMES; AMUSEMENTS
- A63C—SKATES; SKIS; ROLLER SKATES; DESIGN OR LAYOUT OF COURTS, RINKS OR THE LIKE
- A63C7/00—Devices preventing skis from slipping back; Ski-stoppers or ski-brakes
- A63C7/10—Hinged stoppage blades attachable to the skis in such manner that these blades can be moved out of the operative position
- A63C7/1006—Ski-stoppers
- A63C7/1013—Ski-stoppers actuated by the boot
- A63C7/102—Ski-stoppers actuated by the boot articulated about one transverse axis
Landscapes
- Fittings On The Vehicle Exterior For Carrying Loads, And Devices For Holding Or Mounting Articles (AREA)
Description
- 1 - * ..- ·. ♦
Inrichting voor het afremmen van een eki.
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het afremmen van een ski. Dergelijke inrichtingen worden wel aangebracht aan ski's om te voorkomen dat een ski teveel vaart krijgt en gevaar voor zijn omgeving oplevert, wanneer de ski van de 5 schoen van een gebruiker is losgeraakt, bijvoorbeeld wanneer de gebruiker een val maakt. Ook bestaan er inrichtingen die ten doel hebben om het wegglijden van de ski en langlauf gebruiker te belemmeren.
De uitvinding beoogt nu echter één inrichting van beide % 10 bovenomschreven typen te verschaffen, die er voor bestemd is het skiën en in het bijzonder het langlaufen te vergemakkelijken, in het bijzonder voor minder geoefende en/of oudere personen.
In het bijzonder bij het langlaufen, zowel over vlakke grond als over een iets omhoog lopend traject, doet zich de 15 moeilijkheid voor, dat de ene ski van de gebruiker terugglijdt, wanneer hij de andere naar voren wil verplaatsen.
Om dit nu te voorkomen verschaft de uitvinding een inrichting, die daardoor is gekenmerkt, dat deze tenminste één plaat omvat, die in een verticaal vlak evenwijdig aan de lengterichting van de ski 20 verzwenkbaar daaraan is aangebracht en die een zodanige vorm heeft, dat een deel ervan onder het ondervlak van de ski uit kan steken en daarbij nauwelijks weerstand oplevert bij de voorwaartse beweging van de ski, maar een achterwaartse beweging van de ski % tracht tegen te gaan, evenals een zijwaartse.
25 Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding heeft de plaat een zodanige vorm, dat de onderrand zich in de gebruiksstand van de inrichting uit kan strekken langs de zijkant van de ski van een voorste, boven het ondervlak van de ski gelegen, punt naar achteren en naar beneden toe tot een onder het 30 ondervlak van de ski liggend punt, terwijl vanaf dit laagste punt de plaat schuin naar boven toe en naar voren toe loopt.
Op deze wijze wordt een soort weerhaak of pal verkregen, die werkt wanneer de ski zich anders dan in voorwaartse richting beweegt, maar nauwelijks invloed heeft wanneer de ski voorwaarts 35 beweegt, daar dan de plaat door de schuine onderrand ook iets naar boven toe zal worden gedrukt door het vlak waar de ski 8204811 - 2 -
* J
overheen beweegt.
Hoewel het in principe mogelijk is de zwaartekracht te benutten voor het in werkzame stand brengen van de plaat, zal bij de voorkeursuitvoeringsvorm de plaat door middel van een veer worden 5 belast, zodat zwaartekracht, ijs of sneeuw nauwelijks invloed kunnen uitoefenen op de stand van de plaat.
Daar het in bepaalde gevallen gewenst kan zijn de invloed van de reminrichting geheel uit te schakelen, kunnen middelen zijn aangebracht om de plaat in de omhooggezwenkte stand te blokkeren, 10 zodat de plaat in het geheel niet onder het ondervlak van de ski uitsteekt.
Het blokkeren kan daarbij b.v. plaatsvinden door middel van een pen, die wordt gestoken door een opening in de plaat en rust op de bevestigingsplaat waarmee de inrichting op de ski wordt 15 bevestigd of op de ski zelf.
Het vasthouden van de plaat of platen in de blokkeerstand kan bijvoorbeeld ook plaatsvinden door middel van een lichaam dat aan of tussen de verticale plaat of platen bevestigd is, waarbij de vorm van dat lichaam mede bepalend is voor de positie van de platen 20 ten opzichte van de ski. Daarbij kan het lichaam bijvoorbeeld in de blokkeerstand gehouden worden door twee pennen die parallel aan elkaar in het lichaam zijn bevestigd en die langs een daartoe in de bevestigingsplaat aangebrachte pen van bepaalde vorm kunnen worden gedwongen. De vorm van de pen kan zodanig zijn uitgevoerd 25 dat de onbelemmerde teruggang van het lichaam kan worden voorkomen. Door het aanwenden van druk op het lichaam in tegengestelde richting, kan vervolgens de weerstand die nodig is om het lichaam uit de blokkeerstand te brengen, worden overwonnen.
Om het uitoefenen van de hiervoor genoemde druk in beide 30 richtingen te vergemakkelijken kunnen in het lichaam twee vlakken zijn aangebracht.
De vorm van de vlakken is zodanig dat deze druk zowel met de hand als bijvoorbeeld met de skistok kan worden uitgeoefend.
Het kan gewenst zijn om de uitslag van de verticale platen 35 te wijzigen. Daarom kan in het lichaam of op de bevestigingsplaat een stelpen worden aangebracht.
Hierdoor kan worden bereikt, dat de onderste punt van de verticale plaat niet meer dan een zekere afstand uitsteekt onder het onder- 8204 8 1 1 6 -3-: ♦' *φ vlak van de ski.
Voor zware personen zal deze afstand maximaal worden gemaakt om voldoende afremming te verkrijgen, terwijl voor lichtere personen de afstand kleiner kan worden ingesteld, waardoor in het laatste 5 geval ook de weerstand die de plaat nog oplevert bij het voorwaarts glijden van de ski zo gering mogelijk kan zijn. Het is duidelijk dat ook de terreingesteldheid en het gebruikte ski-type de uiteindelijk gewenste stand mede bepalen.
Bij voorkeur zal aan beide zijden van een ski een plaat 10 worden aangebracht, welke platen met elkaar zijn gekoppeld, zodat de afremkracht over beide zijden van de ski wordt verdeeld en een zo gering mogelijk zwenkmoment op de ski wordt uitgeoefend·
De koppeling van de platen en de bevestigingsplaat kan daarbij bijvoorbeeld plaatsvinden door middel van een lichaam en 15 een scharnieras, maar er kunnen ook verdere bevestigingspennen of profielen worden toegepast.
Het lichaam kan een vormgeving bezitten die gestroomlijnd is. De vormgeving van het lichaam kan een zodanige zijn dat zo weinig mogelijk sneeuw, ijs of andere vreemde βη/of ongewenste 20 objecten in de inrichting kunnen binnendringen, verzamelen of aanhangen. Om deze doelen te bereiken kan ook de bevestigingsplaat van een beschermende kap worden -voorzien.
Het kan gewenst zijn om de druk waarmee de platen over het glijvlak slepen te wijzigen. Daartoe kan de veerdruk bijvoorbeeld 25 door middel van een stelschroef worden bijgesteld, hetgeen zal resulteren in meer of minder wrijving van de platen met het glijvlak.
De verticale platen kunnen verwisselbaar bevestigd zijn, teneinde in geval van slijtage en/of beschadiging, of om tegemoet te 30 komen aan eisen die gesteld kunnen worden m.b.t. de terreingesteldheid, de vormgeving van de platen of de materiaaleigen- Λ . schappen, uitwisseling te vereenvoudigen.
De holle vorm van de platen heeft ten doel om, in geval van beweging in de skirichting, het contactoppervlak van de plaat 35 met het vlak waarover de ski beweegt, zo veel mogelijk te beperken.
De spiraalveer welke het contact tussen platen en grondvlak tot stand moet brengen kan bijvoorbeeld om de scharnieras gewikkeld zijn, waarbij het ene einde van de veer tegen de 8204811
0 V
- 4 - bevestigingsplaat drukt en het andere einde tegen het lichaam dat de platen met elkaar verbindt.
In de bevestigingsplaat kan een holte gemaakt zijn om de veer vrij te laten bewegen, hoewel het ook mogelijk kan zijn om de 5 scharnierasdiameter ter plaatse te verminderen.
De as kan bijvoorbeeld op de bevestigingsplaat worden gepunt-last, maar ook kan, om de optredende krachten het hoofd te bieden, in de bevestigingsplaat tenminste één holte geponst worden, waarin de scharnieras kan worden geplaatst, waarna de positie van de as 10 ten opzichte van de bevestigingsplaat kan worden geborgd door plaatselijke vervorming van as en/of plaat.
De uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld, weergegeven in de tekening, waarin:
Fig. 1 een bovenaanzicht toont op een inrichting volgens 15 de onderhavige uitvinding; en
Fig. 2 een langsdoorsnede toont volgens de lijn A - A van fig. 1·
Fig. 3 een zijaanzicht toont.
Fig. 4 een vooraanzicht toont.
20 Fig. 5 een detail toont van de bevestiging van de scharnier as op de bevestigingsplaat.
Fig. 6 details van diverse typen verticale platen.
Fig. 7 details van stelinrichtingen voor veerdruk en uitslag^ in exploded view.
25 Op het bovenoppervlak 1 van de ski 2 is een bevestigingsplaat 3 aangebracht voor het ondersteunen van de scharnieras 4, die de platen 5 zwenkbaar met elkaar verbindt.
De platen 5 zijn verder nog met elkaar verbonden door middel van het lichaam 6. Door middel van een veer 7? die om de scharnieras 30 4 gewikkeld is, en welke inwerkt op het lichaam 6 worden de platen 5 naar een zodanige stand gedrukt, dat de punten 8 van de platen 5 de laagst mogelijke stand innemen.
Het lichaam 6 staat daarbij onder invloed van een pen 9» die op de bevestigingsplaat 3 is bevestigd. De pen 9 is voorzien 35 van een inkerving, waarin pennen 10 kunnen rusten die in het lichaam 6 zijn aangebracht. Deze peninrichting maakt het mogelijk om, nadat op het lichaam 6 benedenwaarts gerichte druk is uitge- 8204811 ; ' % ί ·4· - 5 - oefend, de platen 5 boven het ondervlak van de ski te blokkeren, omdat de pennen 10 over de kop van pen 9 worden gedrukt en daarbij in de inkerving van de pen 9 komen te rusten· De druk op het lichaam 6 kan met de hand of met de skistok worden uitgeoefend op 5 één van de twee vlakken 11 in dit geval het voorste vlak 11.
De blokkeerstand kan geborgd worden door in de gaten 12 die in de platen 3 zijn aangebracht een pen 13 aan te brengen, die dan op het bovenvlak van de bevestigingsplaat 3 komt te liggen. De pen kan bijvoorbeeld zijn voorzien van een knop, haak of oog en van een 10 plaatselijke omtreksgroef, waarin de rand van de opening 12 in de plaat 3 kont te vallen, zodat de ingebrachte pen 13 niet meer kan verschuiven·
In de bevestigingsplaat 3 ie een gat aangebracht waar de veer 7 vrij in kan bewegen. De scharnieras k kan op de bevestigings-13 plaat 3 gepuntlast zijn, maar kan ook met tenminste één uit de bevestigingsplaat 3 uitgebogen klem 14- bevestigd zijn.
De bevestigingsplaat 3 kan met schroeven op de ski zijn aangebracht, door middel van de gaten 13· Het voorste deel van de bevestigingsplaat 3 is omhoog gebogen om de toegang van ongewenste 20 objecten of sneeuw of ijs tegen te gaan en om de stroomlijn te bevorderen, 66k wanneer de punten 8 onder het ondervlak van de ski 2 bewegen.
De platen 5 zijn voorzien van gaten 16 waardoor de platen 5 en lichaam 6 aan elkaar kunnen zijn bevestigd. De plaat 3 is ook voor-23 zien van een asgat 17· Voorts kunnen in de platen 3 kartels 18 worden aangebracht welke dienen om de greep op het vlak waarover de ski beweegt, te vergroten. De platen 3 kunnen snel en gemakkelijk worden uitgewisseld door het wegnemen en herplaatsen van de schroeven in de gaten 16.
30 Het zal duidelijk zijn dat slechts een mogelijke uitvoerings vorm in de tekening is weergegeven en beschreven.en dat vele wijzigingen kunnen worden aangebracht zonder buiten de uitvindings-gedachte te vallen.
8204 81 1
Claims (18)
1. Inrichting voor het afremmen van een ski, met het kenmerk, dat de inrichting tenminste één plaat (5) omvat, die in een verticaal vlak evenwijdig aan de lengterichting van de ski (2) verzwenkbaar daaraan is aangebracht en die een zodanige vorm heeft, 5 dat een deel (8) ervan onder het oppervlak van de ski (2) uit kan steken, en daarbij nauwelijks weerstand oplevert bij de voorwaartse beweging van de ski, maar een achterwaartse en/of zijdelingse beweging van de ski tracht tegen te gaan.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de 10 plaat (5) een zodanige vorm heeft, dat de onderrand zich in de gebruiksstand van de inrichting uit kan strekken langs de zijkant van de ski (2) vanaf een voorste, boven het ondervlak van de ski gelegen punt naar achteren en naar beneden toe tot een onder het ondervlak van de ski liggend punt, terwijl vanaf dit laagste punt 15 de plaat schuin naar boven toe en naar voren toe loopt.
3· Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de plaat (5) wordt belast door middel van een veer (7) voor het in werkzame stand brengen ervan. *f. Inrichting volgens conclusie 1, 2 of 3 met het kenmerk, 20 dat de druk van de veer (7) door middel van een stelinrichting (21) kan worden bijgesteld.
5. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de middelen (9» 10) zijn aangebracht om de plaat (5) in de omhoog gezwenkte stand te blokkeren, zodat de plaat 25 (5) in het geheel niet onder het ondervlak van de ski (2) uitsteekt.
6. Inrichting volgens conclusie 5» met het kenmerk, dat het borgen van de plaat kan geschieden door middel van een pen (13), die wordt gestoken door een opening (12) in de plaat (5) en rust 30 op het bovenvlak van de bevestigingsplaat (3)·
7. Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat aan beide zijden van een ski (2) een plaat (5) is aangebracht, welke platen (5) met elkaar zijn gekoppeld.
8. Inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de koppeling van de platen (5) plaatsvindt door middel van de 8204811 II 9 > - 7 - scharnieras (4).
9· Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met als kenmerk, dat de platen (5) verwisselbaar en uitwisselbaar zijn.
10. Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met als kenmerk, dat de uitslag van de platen (5) kan worden bijgesteld door middel van een stelinrichting (19).
11. Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met als kenmerk, dat de bevestigingsplaat (3) aan de 10 voorste kant omhoog staat, om de toegang van sneeuw, ijs en andere ongewenste objecten tegen te gaan.
12. Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met als kenmerk dat de scharnieras (4) op de bevestigingsplaat (3) is gepuntlast en/of middels klemmen (14), die al of 15 niet deel uitmaken van de bevestigingsplaat (3) wordt vastgehouden·
13· Inrichting volgens conclusies 11 of 12, met als kenmerk, dat de scharnieras plaatselijk vervormd (20) is om zijdelingse en roterend gerichte krachten op te vangen.
14. Inrichting volgens één of meer van de voorgaande 20 conclusies, met als kenmerk, dat de ski-afreminrichting is gestroomlijnd om de toegankelijkheid en aanhechting van vreemde lichamen te beperken.
15· Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met als kenmerk, dat de platen (5), door met de hand 25 of met de skistok druk uit te oefenen op de vlakken (11), in en uit de blokkeerstand kunnen worden gebracht.
15· Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met als kenmerk, dat op de platen (5) tenminste één karteling aangebracht kan zijn om de greep op het vlak waarin de 30 skirem zijn werk moet doen te vergroten.
17· Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met als kenmerk, dat de bevestigingsplaat (3) voorzien is van een gat waarin de veer (7) vrij kan bewegen.
18. Inrichting volgens één of meer van de voorgaande 35 conclusies, met als kenmerk, dat de platen (5) van de onderrand een gebogen vorm kunnen hebben om de weerstand met het vlak waarover de ski zich voortbeweegt, te beperken. 8204811 - 8 -
19. Inrichting als beschreven en/of weergegeven in de tekening. 8204811
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8204811A NL8204811A (nl) | 1982-08-31 | 1982-12-13 | Inrichting voor het afremmen van een ski. |
Applications Claiming Priority (4)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8203400 | 1982-08-31 | ||
NL8203400A NL8203400A (nl) | 1982-08-31 | 1982-08-31 | Inrichting voor het afremmen van een ski. |
NL8204811A NL8204811A (nl) | 1982-08-31 | 1982-12-13 | Inrichting voor het afremmen van een ski. |
NL8204811 | 1982-12-13 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8204811A true NL8204811A (nl) | 1984-03-16 |
Family
ID=26645800
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8204811A NL8204811A (nl) | 1982-08-31 | 1982-12-13 | Inrichting voor het afremmen van een ski. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL8204811A (nl) |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO2007003014A1 (en) * | 2005-07-06 | 2007-01-11 | Vince Talese | Traction device for a snow ski |
-
1982
- 1982-12-13 NL NL8204811A patent/NL8204811A/nl not_active Application Discontinuation
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO2007003014A1 (en) * | 2005-07-06 | 2007-01-11 | Vince Talese | Traction device for a snow ski |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US5143387A (en) | Roller skate brake assembly having toe actuator within the boot | |
US5299815A (en) | Roller skate braking device | |
US20040135326A1 (en) | Device for facilitating driving a rollable walker and a rollable walker provided with such a device | |
US5669622A (en) | Ski binding | |
FR2610208A1 (fr) | Patin a roulettes comportant des systemes de suspension | |
NL7906847A (nl) | Remblokeenheid voor schijfremmen. | |
IL274908B1 (en) | A trolley and a mechanical braking system for it | |
US3900208A (en) | Sleds | |
US5551711A (en) | Braking mechanism for in-line skate | |
NL8204811A (nl) | Inrichting voor het afremmen van een ski. | |
US5468004A (en) | Anti-lock brake for in-line skate | |
BE1020467A5 (nl) | Draaginrichting voor bevestiging op een trekhaak. | |
US20010054803A1 (en) | In-line roller skates with braking device | |
US6478312B1 (en) | Brake system for a wheeled article | |
CN104470596A (zh) | 用于休闲滑行板的制动系统 | |
CH652039A5 (de) | Sohlenauflageplatte einer sicherheits-skibindung. | |
US6390491B1 (en) | Downhill ski with integrated binding/traction device | |
NL8203400A (nl) | Inrichting voor het afremmen van een ski. | |
NL1008552C2 (nl) | Zwenkmechanisme en een inrichting voorzien van een dergelijk zwenkmechanisme ter vorming van een schaats, een langlaufski, een rolski, een skeeler of in-line rolschaats. | |
NL1034382C2 (nl) | Hulpmiddel voor atletische sportbeoefening. | |
US4484764A (en) | Front bindings for safety ski bindings | |
AU2018100689B4 (en) | A grind block for use with roller skates | |
NL2005860C2 (nl) | Skeeler, frame voor het dragen van de wielen van een dergelijke skeeler en werkwijze voor het remmen van de wielen van een skeeler. | |
US4268061A (en) | Ski brake | |
NL2012448B1 (nl) | Klapschaats. |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
BV | The patent application has lapsed |