NL8201269A - Werkwijze voor het vervaardigen van staal in een converter uitgaande van ruwijzer en schrot. - Google Patents

Werkwijze voor het vervaardigen van staal in een converter uitgaande van ruwijzer en schrot. Download PDF

Info

Publication number
NL8201269A
NL8201269A NL8201269A NL8201269A NL8201269A NL 8201269 A NL8201269 A NL 8201269A NL 8201269 A NL8201269 A NL 8201269A NL 8201269 A NL8201269 A NL 8201269A NL 8201269 A NL8201269 A NL 8201269A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
converter
inert gas
blowing
bath
steel
Prior art date
Application number
NL8201269A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Hoogovens Groep Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Hoogovens Groep Bv filed Critical Hoogovens Groep Bv
Priority to NL8201269A priority Critical patent/NL8201269A/nl
Priority to ZA831771A priority patent/ZA831771B/xx
Priority to US06/475,973 priority patent/US4443252A/en
Priority to DE8383200368T priority patent/DE3373678D1/de
Priority to EP19830200368 priority patent/EP0090452B1/en
Priority to CA000423919A priority patent/CA1205289A/en
Priority to IN339/CAL/83A priority patent/IN156492B/en
Priority to ES520935A priority patent/ES520935A0/es
Priority to JP58049060A priority patent/JPS58221214A/ja
Priority to CS832101A priority patent/CS262411B2/cs
Priority to KR1019830001224A priority patent/KR890002218B1/ko
Priority to BR8301571A priority patent/BR8301571A/pt
Publication of NL8201269A publication Critical patent/NL8201269A/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C21METALLURGY OF IRON
    • C21CPROCESSING OF PIG-IRON, e.g. REFINING, MANUFACTURE OF WROUGHT-IRON OR STEEL; TREATMENT IN MOLTEN STATE OF FERROUS ALLOYS
    • C21C5/00Manufacture of carbon-steel, e.g. plain mild steel, medium carbon steel or cast steel or stainless steel
    • C21C5/28Manufacture of steel in the converter
    • C21C5/30Regulating or controlling the blowing
    • C21C5/35Blowing from above and through the bath
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C21METALLURGY OF IRON
    • C21CPROCESSING OF PIG-IRON, e.g. REFINING, MANUFACTURE OF WROUGHT-IRON OR STEEL; TREATMENT IN MOLTEN STATE OF FERROUS ALLOYS
    • C21C5/00Manufacture of carbon-steel, e.g. plain mild steel, medium carbon steel or cast steel or stainless steel
    • C21C5/28Manufacture of steel in the converter
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C21METALLURGY OF IRON
    • C21CPROCESSING OF PIG-IRON, e.g. REFINING, MANUFACTURE OF WROUGHT-IRON OR STEEL; TREATMENT IN MOLTEN STATE OF FERROUS ALLOYS
    • C21C5/00Manufacture of carbon-steel, e.g. plain mild steel, medium carbon steel or cast steel or stainless steel
    • C21C5/28Manufacture of steel in the converter
    • C21C5/42Constructional features of converters
    • C21C5/46Details or accessories
    • C21C5/4606Lances or injectors
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C21METALLURGY OF IRON
    • C21CPROCESSING OF PIG-IRON, e.g. REFINING, MANUFACTURE OF WROUGHT-IRON OR STEEL; TREATMENT IN MOLTEN STATE OF FERROUS ALLOYS
    • C21C7/00Treating molten ferrous alloys, e.g. steel, not covered by groups C21C1/00 - C21C5/00
    • C21C7/0025Adding carbon material
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C21METALLURGY OF IRON
    • C21CPROCESSING OF PIG-IRON, e.g. REFINING, MANUFACTURE OF WROUGHT-IRON OR STEEL; TREATMENT IN MOLTEN STATE OF FERROUS ALLOYS
    • C21C5/00Manufacture of carbon-steel, e.g. plain mild steel, medium carbon steel or cast steel or stainless steel
    • C21C5/28Manufacture of steel in the converter
    • C21C5/30Regulating or controlling the blowing
    • C21C5/305Afterburning
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02PCLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES IN THE PRODUCTION OR PROCESSING OF GOODS
    • Y02P10/00Technologies related to metal processing
    • Y02P10/20Recycling

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Materials Engineering (AREA)
  • Metallurgy (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Manufacturing & Machinery (AREA)
  • Carbon Steel Or Casting Steel Manufacturing (AREA)

Description

* -·* r , HO 483 i ? i ; } ; WERKWIJZE VOOR HET VERVAARDIGEN VAN STAAL IN EU CONVERTER UI TG AAN-! ' DE VAN RUWIJZER EN SCHROT.
Door aanvraagster wordt als uitvinder genoemd: t P.J. Kreijger te Castricum G.P. Bührmann te Velsen Zuid
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van staal in een converter uitgaande van ruwijzer en schrot, waarbij zuurstof wordt geblazen op de te raffineren badin-houd van de converter.
Zoals bekend, wordt het zgn. converter-staalbereidingsproces beheerst door een aantal chemische reacties, zoals de verbranding van koolstof, deels tot CO en deels tot CO 25 de verbranding van fosfor, silicium en mangaan, en voor een deel de verbranding van ijzer. Door het toevoegen van kalkhoudend slakmateriaal aan de converter kunnen de gevormde oxydes en ook zwavel uit het staalbad afgescheiden, en in de slaklaag opgenomen worden.
Op basis van de warmtebalans van de diverse optredende reacties, en de gewenste taptemperatuur, wordt de hoeveelheid schrot bepaald welke aan de converterinhoud kan worden toegevoerd.
Opgemerkt wordt dat als regel schrot aanmerkelijk goedkoper is dan vloeibaar ruwijzer, en dat het dus onder veel omstandigheden, voor het bereiken van een lage kostprijs, wenselijk is het schrot-verbruik te optimaliseren.
Hoewel de verbranding van fosfor, silicium, mangaan en ijzer een bijdrage leveren tot de warmtebalans, en de aanwezigheid van de gevormde oxyden in de slak ook zekere voordelen met zich mee kan brengen, verdient het om economische redenen aanbeveling de afbrand van mangaan en ijzer te beperken. Daarbij wordt opgemerkt, dat, o.a. door het snel verlopen van het converterproces, het zich instellende _ zgn» dynamische evenwicht van de verschillende elementen welke in Ά
V A
8201269 2 HO 483 i het staalhad en in de slak aanwezig zijn, aanmerkelijk ongunstiger is dab het theoretische thermodynamische evenwicht. Gezocht wordt daarom naar een methode om de oxydatie van mangaan en ijzer te beperken, en de inzet van schrot te verhogen.
5 Door het doorborrelen van het bad met door de bodem toegevoer- ' de inerte gassen kan een verbeterde homogenisatie van het staalbad. worden verkregen, welke blijkt te leiden tot een verminderde opname van ijzer in de slak, en een verminderde afbrand van mangaan. Spe-' ciaal bij laag-fosforhoudend ruwijzer is echter gebleken dat deze 10 borrelpraktijk weliswaar kan leiden tot een vermindering van de afbrand van ijzer en mangaan, dat daarentegen in veel gevallen genoegen moet worden genomen met een verminderde schrotinzet teneinde nog de gewenste taptemperatuur te bereiken.
In de Nederlandse octrooiaanvrage Nr. 8105221 is een construe-15 tie beschreven welke het mogelijk maakt om inert gas door een poreuze bodemsteen te leiden.
' In de Nederlandse octrooiaanvrage Nr. 8104474 is een construc tie beschreven van een zuurstofblaaslans welke boven de blaaskop is voorzien van uitstroomopeningen voor secundaire zuurstof boven 20 het staalbad. Het is bekend dat met behulp van deze secundaire zuurstof meer uit het bad gevormde CO tot CO^ kan worden omgezet, waardoor een extra bijdrage tot de warmtebalans wordt geleverd, met een mogelijke verhoging van de schrotinzet als gevolg.
Eerder is oek voorgesteld om tijdens het blazen een hoeveel-25 heid koolstofhoudend materiaal aan de reactie toe te voeren, teneinde als brandstof te dienen, welke bij verbranding leidt tot een verhoogde badtemperatuur. Over hot is echter gebleken dat zodanig te·’gevoerds koolstof houdende brandstof tot een vrij slecht thermisch rendement voor deze verbranding leidt.
30 Verrassenderwijs is nu echter gebleken dat een extra goed effect kan worden verkregen indien bij de bekend gestelde werkwijze de volgende op, zichzelf bekende maatregelen in combinatie worden toegepast: A. Tenminste tijdens een deel van het blaasproces wordt een ^ ^ner^ ^aS ^00r ^°^em van de converter in de badvloeistof geleid; \β2 0 1 2 6 9 * 3 HO 483 t B. Tijdens het blazen van primaire zuurstof op' het bad wordt • tevens secundaire zuurstof in de atmosfeer boven het bad 'geblazen; C. Tijdens een deel van het blaasproces wordt koolstof van boven af aan het proces toegevoerd.
5 Zoals hierna zal worden toegelicht leidt het in combinatie toepassen van deze maatregelen tot een mogelijke verhoging van de schrotinzet welke verrassend hoger is dan wat zou kunnen worden verwacht van het gelijktijdig toepassen van de genoemde maatregelen.
Tevens is gebleken dat door het toepassen van deze combinatie 10 van maatregelen een aanmerkelijk hoger thermisch rendement wordt verkregen voor de verbranding van de aan de reactie toegevoerde koolstof. Verrassenderwijs heeft het gecombineerd toepassen van de genoemde drie maatregelen geen nadelige invloed op de besparing op mangaan en ijzer welke op zichzelf reeds kan worden gerealiseerd 15 door het toepassen van het borrelproces alleen.
In het bijzonder is gebleken dat de genoemde voordelen optreden indien uitgegaan wordt van een inzet van laag-fosforhoudend ruw-ijzer als component aan de reactie in de converter. Verrassenderwijs is gebleken dat met behoud van de besparingen op ijzer en mangaan, 20 een aanmerkelijke verbetering in de mogelijke schrotinzet mogelijk is door volgens de uitvinding de toevoer van inert gas gedurende het begin van het blaasproces op een minimaal niveau te houden , teneinde dit naar het einde van het proces op te voeren tot een niveau van ή a 8 Nin / per uur en per ton. Indien met stikstof als inert gas 25 wordt gewerkt blijkt de opname van stikstof in het staal in het bijzonder aanmerkelijk te zijn indien nog kort voor het beëindigen van het proces met stikstof wordt geblazen. Daarom gaat de voorkeur uit naar een werkwijze waarbij als inert gas eerst stikstof wordt geblazen welke stikstof gedurende de laatste 20 a 30$ van de blaas-30 periode door Argon wordt vervangen. Dit is dus gedurende de periode waarin de opname van stikstof in het staal aanzienlijk versneld plaatsvindt. Teneinde een goede homogenisering van het bad als gevolg van het doorborrelen roet inerte gassen te verkrijgen, dient het volgens de uitvinding de voorkeur te hebben dat het inerte gas door V J 35 de bodem van de converter wordt geleid op een of meerdere plaatsen, % welke zich op 0,35 a 0,45 x de straal van de inwendige nieuwberaetselde ' 8201269 • ’ ,' 4 HO 483 vatwand "bevinden.
In de hierboven genoemde octrooiaanvrage Nr, 8104474 is beschreven hoe de beste resultaten met het gebruik van secundaire zuurstof kunnen worden bereikt. In de combinatie met de andere maatregelen is 5 echter gebleken dat de beste resultaten worden verkregen indien de secundaire zuurstof vanaf 500 a 1000 mm boven de lanskop onder een hoek van 30 a 45° en bij voorkeur 30 a 38° met de lansrichting wordt geblazen.
Bij het toevoeren van een koolstof leverancier aan het bad is 10 gezöcht naar een goedkope doch doeltreffende werkwijze. Deze is daarin gevonden dat de koolstof in de vorm van antraciet wordt gedoseerd, en wel in stukken van 7 a 50 mm,
De uitvinding zal vervolgens worden toegelicht aan de hand van de resultaten van een aantal proeven, welke deels in de hierna-15 volgende figuren worden geïllustreerd.
Fig. 1 toont een staalconverter te gebruiken bij de nieuwe werkwijze. ;
Fig. 2a en 2b illustreren twee verschillende wijzen van borrelen door de bodem van de converter.
20 Fig. 3 toont de invloed op het mangaan gehalte iri de smelt.
Fig. 4 toont de invloed van de nieuwe werkwijze op het ijzer-gehalte in de slak.
Fig. 5 illustreert de opname van stikstof in het staal.
Fig. 6 illustreert de invloed van verschillende procesfactoren 25 op de mogelijke schrotinzet in het proces.
In fig. 1 is met verwijzingscijfer 1 de staalconstructie van een staalconverter aangegeven met een tapgatconstructie 2 en een vuurvaste bekledingslaag 3. Dé afgeboeide converter is slechts bij wijze van voorbeeld getoond, in de praktijk blijken veel variaties 30 in de vormgeving op te treden. Van boven wordt in de converter een blaaslans 4 gestoken, terwijl in de bodem poreuze stenen 5 zijn aangebracht die zijn aangesloten op gastoevoeren 6. Een typisch voorbeeld voor de constructie van zo’n poreuze steen is beschreven in aanvraagsters Nederlandse octrooiaanvrage Nr. 81005221.
35 Blaaslans 4 is voorzien van openingen waardoor stralen primaire zuurstof 7 op het bad kunnen worden geblazen, en met hoger gelegen ^\i2 0 1 2 6 9 ' ' ‘ ‘ 5 HO 483 openingen waarmee stralen secundaire zuurstof 8 boven het niveau 9 van het staalbad kunnen worden geblazen. Schematisch is in de fig. het hoogste niveau 10 aangegeven tot waar de opschuimende slak in vat kan komen. De constructie van de gebruikte blaaslans 4 is van 5 een type zoals nader is toegelicht in aanvraagsters Nederlandse octrooiaanvrage Nr. 8104474· In het beschreven geval bedraagt de hoeveelheid secundaire zuurstof circa 15% van de hoeveelheid primaire zuurstof en wordt de secundaire zuurstof onder een hoek van ongeveer 38° met de lansrichting boven het niveau van het staalbad geblazen.
Bij het doorborrelen van inert gas door de poreuze stenen 5 ontstaan gasbellen welke door de badinhoud van boven steigen, en een roereffect , ten gevolg hebben. Optimale resultaten zijn verkregen indien deze stenen 5 op ongeveer 40% van de straal uit het midden van de bodem zijn geplaatst. Met een dergelijke converter met een ladingsgewicht van 15 100 ton werden proeven gedaan om de uitvinding te illustreren. Daar
toe werd telkens de converter beladen met ruwijzer en met schrot volgens onderstaande tabel I
Tabel I Inzetgegevens ;
Ruwijzer 20 gewicht : 80 90 t.
v samenstelling . C 4j5 % .Mn : 0,6 - 0,8 % . P cs'0»0? - 0,13 % . s ^0,015 - 0,030 i 25 . Si ~0,4 - o, % . T. ~°>07 -- 0» 11 %
Schrot gewicht : 16 - 30 t.
toeslagst offen 30 tijdens het zuurstofblazen worden toegevoegd: . kalk : 3500 - 4500 kg.
. erts : 0 - 1500 kg.
. koelslak : 500 - 2000 kg.
. vloeispaat : 0 - 200 kg.
Θ35 . zuurstof : 333 Nra^/min.
. » : 44ΟΟ - 5000 Nm'5 ^ /6 8201269 ·* 1 ’ ' 6 HO 483
Met deze belading werd allereerst een vergelijkingsproef uitgevoerd bij gebruik van een zuurstoflans zonder secundaire zuurstoftoevoer, zonder borrelen van inert gas door de bodem, en zonder extra toevoer van koolstof door de converterwand. Daarna werden een viertal proeven-5 series gemaakt volgens verschillende methoden, waarbij een of meer van de procesfactoren: secundaire zuurstof; borrelen door de bodem, en kooltoevoer door de convertermond werden gewijzigd. Met'name werd bij een proevenserie aangeduid met Methode 1 slechts inert gas door de bodem geborreld in een vrij grote hoeveelheid. Bij de proevense-10 rie "Methode 2" werd deze hoeveelheid inert gas drastisch verminderd.
In proevenserie "Methode 3” werd vervolgens gebruik gemaakt van een zuurstoflans met secundaire zuurstoftoevoer, terwijl tenslotte in proevenserie "Methode 4” bovendien anthraciet aan het proces werd toegevoerd. Deze verschillende proevenseries zijn in hun uitvoering 15 samengevat in onderstaande tabel II.
Tabel II Nieuwe methoden voor het blaasproces Methode Omschrijving 1 bodemborrelen, waarbij: . inert gas door bodem: : 8,5 Hm^/min.
20 . totaal volume inert gas: : 140 Shipper lading 2 bodemborrelen, waarbij: • inert gas door bodem verlaag debiet van 0-10’ : 2 Mm^/min.
. en verhoogd debiet van 25 10’ - einde blaasproces : 8,5 Hm^/min.
• totaal volume inert gas : 70 Kamper lading /7 8201269 ’ 7 7 HO 483 ι
Het verschil tussen Methode 1 en 2 is nader toegelicht in de figuren 2a en 2b. In deze figuren is verticaal de hoeveelheid toegevoerd inert gas tegen de tijd uitgezet. Ter plaatse van A en B zijn tussenstoppen in het proces toegepast. Pig. 2a illustreert hierbij de toe-5 voer van inert gas bij Methode 1, waarbij dus gedurende de gehele blaasperiode op een hoog niveau inert gas wordt doorgeborreld.
Pig 2b toont een situatie volgens Methode 2 waarbij gedurende de eerste 10 minuten van het blaasproces op een laag niveau wordt geborreld, en daarna de hoeveelheid inert gas wordt opgevoerd. Hier-10 door wordt tijdens de eindfase van het blaasproces intensief geroerd, terwijl een toch een veel geringere koelende werking van het inert gas op de bad. vloeistof wordt uit geoefend.
In tabel Illzijn de proefresultaten^.van de proevenserie Methode 1 en van de vergelijkingsproef naast elkaar opgevoerd. Daarbij is nog 15 weer onderscheid gemaakt tussen proeven welke zijn uitgevoerd tot een laag eindkoolpercentage (C^0,1$) en tot een midden C gehalte (C tussen 0,1 en 0,5$)· *
Tabel III
. II I I I .i. ...........................n ·Γ >·ιΊ.ηιιΐι η».ι r nnw— wirmr rr. -ttin—nr rr-7—
kwaliteit laag C midden C
blaasmethode . Methodel ^ Methode 1 aantal ladingen 45 22 32 50 ^ 14.5 13,0 " 10,0 |
Mn~gehalte Vim het 0,18 0,22 0,30 0,45 bij_tappen __________I _______________ ________r^-^-—...
% vloeibare inset 73,3 78,3 73,7 79,3 j erts, kg. 1221 708 j 8p5 | h vloeibare inzcu 71 o 77 Q 7λ O 79,4 ί genormeerd on 500 kg. erts > ... _____,,...1___________ ___!
COp, i 12 8 12 8 I
Bij deze tabel moet worden opgemerkt dat het percentage vloeibare ,οX inzet bij deze proeven is gedefinieerd als de procentuele verhouding tussen het gewicht ingezet ruwijzer en de som van de gewichten van 35 het ingezette ruwijzer, het schrot, 68$ van het ingezette erts en ï /8 8201269 , . 8 HO 483 ! 8θ,Jjo van het gewicht van de pantoeslagen.
Het opgevoerde percentage CO^ is berekend uit de warmte- en stof-balansen van de ladingen.
Uit deze tabel III is duidelijk het effect te zien van intensief 5 borrelen van inert gas door de bodem. Met name is een aanzienlijke verbetering van het metaalrendement voor mangaan te constateren, ter-wijl verder blijkt dat aanzienlijk minder ijzer in de staalslak verloren gaat. Daarentegen blijkt echter ook dat de vloeibare inzet sterk verhoogd moest worden teneinde de gewenste taptemperatuur te bereiken.
10 Gezien het verschil in kostprijs van schrot en van vloeibaar ruwijzer betekent dit een ernstige kostenverhoging van het staal.
Vervolgens werd een tweede proevenserie uitgevoerd waarbij Methode 2 werd vergeleken tegen een vergelijkingsproef zonder bodemborrelen.
13 ' 'Tabel IV
kwaliteit _ laag C midden C J
' blaasmethode ___ Vprroeef °k* Methode 2 vepr/0®1f1^k· Methode 2 aantal ladingen 88 41 147 39
Fe-gehalte van Ge „„ I " „ \ 20 iviaelslek, ........................... 17 13 13 _ 10
Μη-gehalte van het Λ „ \ ~ ,A
staal bij tappen <Ja__^>20 0,25 0,30 . 0,38 1° vloeibare inzet 73,3 75,7 74,2 77,8 erts, kg. 833 642 | 626 467 25 $ vloeibare inset 'genormeerd op 500 kg. erts) ' * ' 75»4 74»0 77»8 co2, i | 12 12 12 12 j
Bij deze Methode 2 is de hoeveel heid dooi’goborreld inert gas drastisch verlaagd. Blijkens tabel IV heeft deze gewijzigde borrelmethode vrijwel 30 geen invloed op het rendement voor ijzer en mangaan ten opzichte van Methode 1. Wel echter blijkt dat een verbetering in het percentage vloeibare inzet kan worden verkregen, hoewel dit percentage nog steeds hoger ligt dan bij de vergelijkingsproef.
In de hiernavolgende tabel V is vervolgens Methode 3 vergeleken 35 met een vergeli jkingsproef, waardoor de additionele invloed van toe-\ passing van secundaire zuurstof kan worden nagegaan. Het blijkt daar- V /? 8201269 , . /. 9 HO 483 "bij dat weer vrijviel hetzelfde gunstige rendement voor ijzer en mangaan kon worden gevonden, doch dat bovendien het percentage vloeibare inzet en de hoeveelheid erts weer aanmerkelijk gunstiger zijn komen te liggen.
5 Tabel V
.........................—·«
lcwaliteit laag C midden C
......
aantal ladingen $8 5 147 11
Pe-gehalte van de ~~ T
lo staal slak, ^_________~ ^_________
Mn~gehalte van het staal bij tappen f0 + °,05 + 0,θ8 nnmii III III II Ii III.· «urn éiIiT» fi Ai « ii i n i i---* i ΓΓι~·ιιι.ΐιηΙ">ιΠ~Μ~ ifir Ml m iTIm ·~π— ι»Ιί»Ιι·(ι«1 Γ|τιΓ·ι-|·ι·ιτ«——ι|ι·«·»»·1 fl ~ln>l Μ·<ΊΙ|| » II IMIIII lilli . . . _ T ' ' ^ vloeibare inzet 73,3 74,Q 74,2 _74,5 erts, kg. Q33 1000 626 774 15 'jo vloeibare inzet .
genormeerd op 500 kg. erts 12,2 ___73,0 14 ,0 73,9 > ;co2, % 12 15 12 15 |
Tenslotte is bij een proevenserie volgens Methode 4 bij gebruik van het bodemborrelen en van een zuurstoflans met secundaire zuurstof-20 toevoer bovendien.anthraciet in stukvorm aan de converter toegevoerd in de 4e minuut van het blaasproces.
Opgemerkt wordt dat het toevoegen van anthraciet aan een converterlading op zichzelf bekend is en een afname van de ruwijzerinzet van circa 2/> oplevert. Daarbij blijkt dan echter dat het thermisch 25 rendement van deze anthraciet circa 50/ is. -
In combinatie met bodemborrelen en de toevoer van secundaire zuurstof bleek echter verrassenderwijs dat het rendement waarmede de verbrandingswarmte van anthraciet het staalbad ten goede komt van circa 50% steigt naar praktisch 100;$. Dit heeft tot gevolg dat 30 het perdentage vloeibare inzet nog weer met circa jfo daalt. Daarbij bleken de eerder gevonden verhogingen van het rendement van ijzer en mangaan niet te worden aangetast door tiet toevoegen van de anthraciet.
8201269 /10 / < , ‘ 10 HO 403 i
' Tabel VI
kwaliteit laag C midden C
blaasmethode Veproe¥k* Kethode Methode 4 aantal ladingen 88 7 147 14 5 % P© in slak en ” ,.,,,, . κ % Mn in staal_ als an tabellen 4 en 5 _ % vloeibare inzet 73,3 68,0 74,2 67r2 erts, kg. 833 1195 676 1056 % vloeibaar genoteerd ~ ^ ~ ~ ' ' 10 jop 500 kg. erts I_
Duidelijk blijkt uit vergelijking van de tabel VI met de vorige tabellen dat bij toepassing van Methode 4» d.w.z. met een praktijk van beperkt bodemborrelen, inblazen van secundaire zuurstof en toevoer van anthraciet gelijktijdig een aanzienlijke verhoging van wijzer en het 15 mangaan rendement konden worden verkregen alsmede een aanmerkelijke . verhoging van de mogelijke schrotinzet.
Daar de schrotinzet voor de economie van het staalmaken een belangrijke grootheid is, is in fig. 6 nogmaals de invloed van diverse procesfactoren op het schrotverbruik schematisch aangegeven. Deels zijn 20 deze resultaten uit nog weer extra proevenseries verkregen, zodat deze figuur niet tot in details vergelijkbaar is met de hierboven gegeven tabellen. Voor verschillende procesomstandigheden is de toename, resp. afname van de hoeveelheid ingezet schrot in kg, per ton van het lading-gewicht uitgezet.
25 Voor omstandigheden A t/m P zijn de instellingen van de inerte gastoevoer· (stikstof of argon); secundaire zuurstof; en anthraciet schematisch aangegeven, en daarboven in een paalt jesdiagram de invloed op het schrotverbruik. Bovendien is bovenin de fig. nog het CO^gehalte in de afgevoerde gassen aangegeven, welk percentage een indicatie geeft 30 voor de volledigheid van de verbranding van de koolstof uit het proces.
Ook hieruit blijkt duidelijk dat de combinatie van beperkt bodemborrelen, secundaire zuurstoftoevoer en toevoer van anthraciet tot de sterkste verhoging van de schrotinzet leidt, in combinatie met de meest volledige verbranding van koolstof uit het proces. Opmerkelijk is daarbij dat q 35 de bereikte verhoging van de schrotinzet gur/-:tiger is dan verwacht ï 820 1 26 9 /11 ‘ , , . 11 HO 483 e · zou kunren worden door combinatie van proevenseries D en E. Duidelijk is hier, dus sprake van een onverwacht synergetisch effect.
In de figuren 3 en 4 is verder nog weer afzonderlijk de invloed van het bodemborrelen op de metaalrendementen van mangaan resp. ijzer 5 aangegeven. Horizontaal is in fig. 3 het percentage mangaan langs dezelfde as als het percentage koolstof uitgezet zonder dat door de "bodem geborreld wordt. Verticaal is het overeenkomstige mangaanpercentage in de smelt uitgezet hetwelk werd gemeten indien wel door de bodem geborreld wordt. Dit resultaat is met lijn B in de fig. aangegeven. Het hoogtever-10 schil tussen de lijnen A en B illustreert daarbij de verbetering in mangaan rendement bij verschillende koolstofgehaltes. Evenzo is in fig. 4 langs de horizontale as het ijzergehalte in procenten in de slak aangegeven zonder dat door de bodem geborreld werd. Langs de verticale as is ditzelfde percentage aangegeven maar dan met borrelen. Het meetresul-15 taat hiervan is met lijn B aangegeven. Het verschil tussen lijnen B en A illustreert daarbij de vermindering van de hoeveelheid ijzer die in de slak verloren gaat.
In fig. 5 is verder geïllustreerd hoe tijdens het blazen van stikstof door de bodem stikstof wordt opgenomen in het staal. Horizontaal 20 is daartoe het aantal minuten voor eindeblazen uitgezet, en verticaal de hoeveelheid door het staal opgenomen stikstof. Hieruit blijkt dat een serieuze stikstofopname pas vanaf circa 5 minuten voor eindeblazen optreedt, zodat het aanbeveling verdient om dan de stikstoftoevoer te vervangen door Argon.
/12 I 8201269

Claims (7)

12 HO 4Ö3 »
1. Werkwijze voor het vervaardigen van staal in een converter, uitgaande van ruwijzer en schrot, waarbij zuurstof wordt geblazen op de te raffineren badinhoud van de converter, met het kenmerk, dat in combi- 5 natie tevens de volgende op zichzelf gekende maatregelen worden toegepast: a - tenminste tijdens een deel van het blaasproces wordt een inert gas door de bodem van de converter in de badvloeistof geleid; b - tijdens het blazen van primaire zuurstof op het bad wordt tevens 10 secundaire zuurstof in de atmospheer boven het bad geblazen; c - tijdens een deel van het blaasproces wordt koolstof van bovenaf aan het proces toegevoerd.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat laag-fosforhou-dend ruwijzer wordt ingezet. 15
3· Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de toevoer van inert gas gedurende het begin van het blaasproces op een minimaal niveau werdt gehouden, om naar het einde van het proces -©pgevoerd te worden tot een niveau van 4 a 8 Nm^/per uur per ton staal.
4. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat als inert gas 20 eerst stikstof wordt geblazen, welke gedurende de laatste '20 a 30^ van de blaasperiode door Argon wordt vervangen.
5· Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het inerte gas door de bodem van de converter wordt geleid op een of meerder plaatsen welke zich op 0,35 & o,45 maal de staal van 25 de inwendige nieuw-bemetselde vatwand bevinden.
6. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de secundaire zuurstof vanaf 500 a 1000 mm boven de lanskop onder een hoek van 30 a 45°, en bij voorkeur 30 a 38° met de lans-richting wordt geblazen. 82 0 1 2 6 9 7,3
13 HO 483
7. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de koolstof in de vorm van anthraciet in stukken van 7 a 50 ram wordt gedoseerd. Ü ij 8201269
NL8201269A 1982-03-26 1982-03-26 Werkwijze voor het vervaardigen van staal in een converter uitgaande van ruwijzer en schrot. NL8201269A (nl)

Priority Applications (12)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8201269A NL8201269A (nl) 1982-03-26 1982-03-26 Werkwijze voor het vervaardigen van staal in een converter uitgaande van ruwijzer en schrot.
ZA831771A ZA831771B (en) 1982-03-26 1983-03-15 Process for producing steel in a converter from pig iron and ferrous scrap
US06/475,973 US4443252A (en) 1982-03-26 1983-03-16 Process for producing steel in a converter from pig iron and ferrous scrap
DE8383200368T DE3373678D1 (en) 1982-03-26 1983-03-17 Process for producing steel in a converter from pig iron and ferrous scrap
EP19830200368 EP0090452B1 (en) 1982-03-26 1983-03-17 Process for producing steel in a converter from pig iron and ferrous scrap
CA000423919A CA1205289A (en) 1982-03-26 1983-03-18 Process for producing steel in a converter from pig iron and ferrous scrap
IN339/CAL/83A IN156492B (nl) 1982-03-26 1983-03-21
ES520935A ES520935A0 (es) 1982-03-26 1983-03-24 Procedimiento para obtener acero en un convertidor.
JP58049060A JPS58221214A (ja) 1982-03-26 1983-03-25 銑鉄及び鉄含有スクラツプから転炉において鋼を製造する方法
CS832101A CS262411B2 (en) 1982-03-26 1983-03-25 Process for the production of steel in converter
KR1019830001224A KR890002218B1 (ko) 1982-03-26 1983-03-25 스틸 제조 방법
BR8301571A BR8301571A (pt) 1982-03-26 1983-03-25 Processo para a producao de aco em um conversor

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8201269A NL8201269A (nl) 1982-03-26 1982-03-26 Werkwijze voor het vervaardigen van staal in een converter uitgaande van ruwijzer en schrot.
NL8201269 1982-03-26

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8201269A true NL8201269A (nl) 1983-10-17

Family

ID=19839484

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8201269A NL8201269A (nl) 1982-03-26 1982-03-26 Werkwijze voor het vervaardigen van staal in een converter uitgaande van ruwijzer en schrot.

Country Status (12)

Country Link
US (1) US4443252A (nl)
EP (1) EP0090452B1 (nl)
JP (1) JPS58221214A (nl)
KR (1) KR890002218B1 (nl)
BR (1) BR8301571A (nl)
CA (1) CA1205289A (nl)
CS (1) CS262411B2 (nl)
DE (1) DE3373678D1 (nl)
ES (1) ES520935A0 (nl)
IN (1) IN156492B (nl)
NL (1) NL8201269A (nl)
ZA (1) ZA831771B (nl)

Families Citing this family (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3340472A1 (de) * 1983-11-09 1985-05-15 Axel Friedrich 6670 St Ingbert Gonschorek Ld-konverter mit nachverbrennung
US4599107A (en) * 1985-05-20 1986-07-08 Union Carbide Corporation Method for controlling secondary top-blown oxygen in subsurface pneumatic steel refining
WO1991009143A1 (en) * 1989-12-08 1991-06-27 Donetsky Politekhnichesky Institut Method for smelting general-purpose steel
US5865876A (en) * 1995-06-07 1999-02-02 Ltv Steel Company, Inc. Multipurpose lance
US5830259A (en) * 1996-06-25 1998-11-03 Ltv Steel Company, Inc. Preventing skull accumulation on a steelmaking lance
US5858059A (en) * 1997-03-24 1999-01-12 Molten Metal Technology, Inc. Method for injecting feed streams into a molten bath
US5885323A (en) * 1997-04-25 1999-03-23 Ltv Steel Company, Inc. Foamy slag process using multi-circuit lance

Family Cites Families (17)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3488044A (en) * 1967-05-01 1970-01-06 Nat Steel Corp Apparatus for refining metal
DE1583240A1 (de) * 1967-09-30 1970-08-06 Demag Ag Verfahren und Vorrichtung zum Erzeugen von Stahl im Konverter
US3730505A (en) * 1970-07-01 1973-05-01 Centro Speriment Metallurg Double delivery lance for refining the steel in the converter processes
NL7116140A (nl) * 1970-12-05 1972-06-07
US3854932A (en) * 1973-06-18 1974-12-17 Allegheny Ludlum Ind Inc Process for production of stainless steel
GB1586762A (en) * 1976-05-28 1981-03-25 British Steel Corp Metal refining method and apparatus
LU81207A1 (fr) * 1979-04-30 1980-12-16 Arbed Procede d'affinage d'un bain de metal contenant des matieres refroidissantes solides
AU2829080A (en) * 1979-05-24 1980-11-27 Sumitomo Metal Ind Carbon steel and low alloy steel with bottom blowing b.o.f.
LU81859A1 (fr) * 1979-11-07 1981-06-04 Arbed Procede de conditionnement de la scorie au cours de l'affinage d'un bain de metal
JPS6023182B2 (ja) * 1979-12-01 1985-06-06 新日本製鐵株式会社 中炭素高クロム溶湯の溶製方法
DE2951156A1 (de) * 1979-12-11 1981-06-25 Eisenwerk-Gesellschaft Maximilianshütte mbH, 8458 Sulzbach-Rosenberg Verfahren zur waermezufuhr bei der stahlerzeugung im konverter
US4302244A (en) * 1980-07-18 1981-11-24 Pennsylvania Engineering Corporation Steel conversion method
US4358314A (en) * 1980-09-03 1982-11-09 British Steel Corporation Metal refining process
US4304598A (en) * 1980-09-19 1981-12-08 Klockner-Werke Ag Method for producing steel from solid, iron containing pieces
US4329171A (en) * 1981-01-08 1982-05-11 Pennsylvania Engineering Corporation Steel making method
AU8474782A (en) * 1981-06-19 1982-12-23 British Steel Corp. Refining of steel from pig iron
LU83954A1 (de) * 1982-02-17 1983-09-02 Arbed Verfahren zum erhoehen der kuehlstoffsaetze beim herstellen von stahl durch sauerstoffaufblasen

Also Published As

Publication number Publication date
CS210183A2 (en) 1988-08-16
BR8301571A (pt) 1983-12-06
JPS58221214A (ja) 1983-12-22
CA1205289A (en) 1986-06-03
ES8402355A1 (es) 1984-01-16
KR840004170A (ko) 1984-10-10
EP0090452A1 (en) 1983-10-05
DE3373678D1 (en) 1987-10-22
CS262411B2 (en) 1989-03-14
ES520935A0 (es) 1984-01-16
IN156492B (nl) 1985-08-17
JPH0380844B2 (nl) 1991-12-26
ZA831771B (en) 1983-11-30
US4443252A (en) 1984-04-17
KR890002218B1 (ko) 1989-06-23
EP0090452B1 (en) 1987-09-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
KR101648652B1 (ko) 용선의 예비 처리 방법
US5873924A (en) Desulfurizing mix and method for desulfurizing molten iron
NL8201269A (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van staal in een converter uitgaande van ruwijzer en schrot.
JPS6397332A (ja) 製鋼法
UA104595C2 (uk) Спосіб виробництва низьковуглецевої низькосірчистої низькоазотистої сталі з використанням звичайного сталеплавильного обладнання
JP2013189714A (ja) 溶銑の予備処理方法
JP2006009146A (ja) 溶銑の精錬方法
KR100349161B1 (ko) 종점탄소 상향을 위한 전로정련방법
RU2416650C2 (ru) Способ производства ванадиевого шлака и легированной ванадием стали
RU2105072C1 (ru) Способ производства природно-легированной ванадием стали при переделе ванадиевого чугуна в кислородных конвертерах монопроцессом с расходом металлолома до 30%
EP0033780A1 (en) Method for preventing slopping during subsurface pneumatic refining of steel
CN105886939A (zh) 一种挖掘机回转支承用钢及其生产工艺
US1357780A (en) Cupola treatment of metals
KR20090059355A (ko) 극저탄소 극저인 페로망간의 제조방법 및 그로 제조된극저탄소 극저인 페로망간
WO2020004501A1 (ja) 鋼の製造方法
RU2118376C1 (ru) Способ производства ванадиевого шлака и природнолегированной ванадием стали
SU1068526A1 (ru) Сплав дл легировани и раскислени стали
RU2205230C2 (ru) Способ выплавки стали в подовом сталеплавильном агрегате
TWI823400B (zh) 鐵水的脫磷方法
RU2341563C2 (ru) Способ производства стали в конвертере
RU2784899C1 (ru) Способ выплавки стали в кислородном конвертере
JPH0770630A (ja) 電気炉溶鋼を用いた低窒素鋼の溶製法
RU2786105C1 (ru) Способ выплавки стали в конвертере на жидком чугуне
Bilgiç Effect of bottom stirring on basic oxygen steelmaking
RU2729692C1 (ru) Способ выплавки стали в конвертере с комбинированной продувкой

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed