NL8103788A - Inrichting voor het uit de transportstroom verwijderen van door middel van een transporteur getransporteerde, buigzame, vlakke voortbrengselen, in het bijzonder drukprodukten. - Google Patents

Inrichting voor het uit de transportstroom verwijderen van door middel van een transporteur getransporteerde, buigzame, vlakke voortbrengselen, in het bijzonder drukprodukten. Download PDF

Info

Publication number
NL8103788A
NL8103788A NL8103788A NL8103788A NL8103788A NL 8103788 A NL8103788 A NL 8103788A NL 8103788 A NL8103788 A NL 8103788A NL 8103788 A NL8103788 A NL 8103788A NL 8103788 A NL8103788 A NL 8103788A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
stop
products
printing products
grippers
removal mechanism
Prior art date
Application number
NL8103788A
Other languages
English (en)
Other versions
NL190839B (nl
NL190839C (nl
Original Assignee
Ferag Ag
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from CH6923/80A external-priority patent/CH648261A5/de
Priority claimed from CH2388/81A external-priority patent/CH654275A5/de
Application filed by Ferag Ag filed Critical Ferag Ag
Publication of NL8103788A publication Critical patent/NL8103788A/nl
Priority to NL9202129A priority Critical patent/NL191410C/nl
Publication of NL190839B publication Critical patent/NL190839B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL190839C publication Critical patent/NL190839C/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H31/00Pile receivers
    • B65H31/24Pile receivers multiple or compartmented, e.d. for alternate, programmed, or selective filling
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H29/00Delivering or advancing articles from machines; Advancing articles to or into piles
    • B65H29/003Delivering or advancing articles from machines; Advancing articles to or into piles by grippers
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H29/00Delivering or advancing articles from machines; Advancing articles to or into piles
    • B65H29/70Article bending or stiffening arrangements
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H2301/00Handling processes for sheets or webs
    • B65H2301/50Auxiliary process performed during handling process
    • B65H2301/51Modifying a characteristic of handled material
    • B65H2301/512Changing form of handled material
    • B65H2301/5121Bending, buckling, curling, bringing a curvature
    • B65H2301/51214Bending, buckling, curling, bringing a curvature parallel to direction of displacement of handled material

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Discharge By Other Means (AREA)
  • Separation, Sorting, Adjustment, Or Bending Of Sheets To Be Conveyed (AREA)
  • Feeding Of Articles By Means Other Than Belts Or Rollers (AREA)
  • Specific Conveyance Elements (AREA)
  • Printing Methods (AREA)
  • Auxiliary Devices For And Details Of Packaging Control (AREA)

Description

VÖ~2228 " 'Y
Inrichting voor het uit de transport at room verwijderen van door middel van een transporteur getransporteerde, buigzame, vlakke voortbrengselen, in het bijzonder drukprodukten.
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting volgens de aanhef van de conclusie 1 voor het uit de transport stroom verwijderen - . van buigzame, vlakke voortbrengselen, in het bijzonder drukprodukt en, die worden vastgehouden door op onderlinge afstanden aan een trekorgaan 5 bevestigde grijpers van een transporteur.
Het is voor het uit de transportstroom verwijderen van drukprodukt en bekend om onder de transporteur een aangedreven ovemeem-transportband zonder einde aan te brengen, die dezelfde transportrichting heeft als de transporteur en ten opzichte daarvan een iets lagere trans-10 port snelheid (Duits Offenlegungs schrift 2.752.513. of het overeenkomstige Britse oetrooischrift 1.568.752). De in het gebied van hun achterste., randen op de overneemtransportband liggende drukprodukten kunnen als gevolg van de lagere snelheid van de overneemtransportband loskomen van de geopende grijpers. Ha bet vrijgeven komen de drukprodukten te liggen 15 op de ovemeemtransporteur, en worden door deze verder getransporteerd.
Da bet bijzonder bij hoge transport snelheden van de transporteur moet deze overneemtransportband voor het volledig verwijderen van de drukprodukten een betrekkelijk lang ovemeempart hebben, hetgeen een dienovereenkomstige ruimtebehoefte tot gevolg heeft.
20 Aan de uitvinding ligt nu de opgave ten grondslag om een inrichting van de in de aanhef vermelde soort te verschaffen, die een eenvoudiger constructie heeft en goedkoper kan worden vervaardigd, en waarmee ook hij hoge transport snelheden van de transporteur zelfs dunne voortbrengselen foutloos binnen, een zeer korte baan uit de trans-25 portstroom kunnen worden verwijderd.
Deze opgave wordt volgens de uitvinding opgelost door de maatregelen van het onderscheiden kenmerk van de conclusie 1.
De door de grijpers vrijgegeven voortbrengselen stoten met hun voorste randen tegen de aanslag, die in synchronisatie met het 30 inschakelen van het mechanisme voor het verwijderen, in de transport-weg van de voortbrengselen wordt bewogen. Door deze aanslag warden de door de grijpers, vrijgegeven voortbrengselen belemmert in een door hun traagheid veroorzaakte verdere beweging in de transportrichting. De voortbrengselen vallen vervolgens door hun eigen gewicht respectievelijk 8103788 ; .2 $ # onder inwerking van een aanvullende kracht, naar beneden. Het verwijderen van de voortbrengselen kan zoedoende plaats vinden over een korte baan, dat wil zeggen praktisch op de plaats van het aanfilagelement en nabij het verwi j denaechanisme .- 5 . Bij voorkeur heeft elke aanslag een in zijn ingetrokken stand in de richting vanaf de grijpers, in het bijzonder naar beneden beweegbaar aanslagvlak, waardoor een nog beter verwijderen van de vrijgegeven voortbrengselen wordt verzekerd, in bet bijzonder bij hoge transportsnelheden van de transporteur.
1Q Om een storingsvrij meenemen van de tegen het bewegende aanslagvlak aanstotende voortbrengselen te verzekeren, is het-van voordeel wanneer het aanslagvlak is voorzien van meeneemelementen, die bijvoorbeeld kunnen ."zijn gevormd door de vertanding van een tandriem.
Bij een in het bijzonder de voorkeur verdienende uit-15 voeringsvorm zijn middelen aanwezig voor het knikken van de voortbreng- · selen in het voor de aanslag zich bevindende gebied van. de transport-weg.
Door het knikken krijgen de op de aanslag toelopende voortbrengselen een verstijving, hetgeen tot gevolg heeft, dat de door 20 de grijpers vrijgegeven voortbrengselen na het aanstoten, tegen de naar binnen bewogen aanslag onder de werking van de zwaartekracht direkt en in beginsel volgens een reehte weg naar beneden bewegen. Zodoende is een storingsvrij verwijderen van de voortbrengselen uit de transport-stroom praktisch op de plaats van de aanslag mogelijk,, dat wil zeggen 25 over een zeer korte baan.. Hiervoor behoeven geen aanvullende krachten worden opgebracht voor het naar beneden bewegen van de voortbrengselen.
Dit verwijderen van ook dunne voortbrengselen is in het bijzonder verzekerd, wanneer de voortbrengselen tot een zadelzakvormige gedaante worden gebogen met een in de transportrichting lopende 30« noklijn. Om een dergelijke zadeldakvom te verkrijgen wordt bij voorkeur een, gezien in de transportrichting van de voortbrengselen voor de aanslag en onder de transporteur aangebrachte, zadeldakvormig uitgevoerde oplegging voorzien, waarop de bij hun voorste randen door de grijpers vastgehouden voortbrengselen in althans het gebied van de achterste ran-35 den tot oplegging komen.
Verder voordelige uitvoeringen van het onderwerp van 8103788 t * 3 ’ uitvinding zijn onderwerp van de overige afhankelijke conclusies.
De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekeninga waarin:
Figuur 1 een eerste uitvoeringsvorm toont van de in-5 _ richting voor het uit de transport stroom verwijderen van volgens een dakpansgewijze ligging getransporteerde drukprodukten» met uitgeschakeld verwijdermechanisme en naar tuiten bewogen aanslagen; figuur 2 de inrichting volgens figuur 1 toont met ingeschakeld vervijdermechanisme en naar binnen bewogen aanslagen; 10 figuur 3 een zijaanzicht is van een tweede uitvoerings vorm van de inrichting met uitgeschakeld verwijdermechanisme en naar buiten bewogen aanslagen; figuur k de inrichting volgens figuur 3 toont met ingeschakeld verwijdermechanisme en naar binnen bewogen aanslagen, en 15 figuur 5 een doorsnede is volgens de lijn V - V in de figuren 3 en
De in de figuren 1 en 2 weergegeven transporteur is aangeduid met het verwijzingscijfer 1, en komt zowel voor wat betreft de constructie als de werking overeen met de transporteur, die uitvoerig is 20 beschreven in het Duitse Offenlegungssehrift 2.519*561 of het daarmee overeenkomende -Amerikaanse oetrooischrift 3*955*667* Op grond hiervan wordt hierna afgezien van een uitvoerige verduidelijking van de constructie en de werking van de transporteur 1. Zoals de figuren 1 en 2 tonen, heeft de transporteur 1 een aantal grijpers 2, waarvan elke grijper een 25 vaste klemtong 3 bezit en een beweegbare klemtong h. Bij gesloten grijpers 2 houden de twee klemt on gen 3 en de drukpr odukt en 5 vast in het gebied van hen voorste randen 5a (vouwrand), zoals figuur 1 dit toont. De beweegbare klemtongen U worden door middel van een grendelelement 6 in hun sluitstand gehouden. De grijpers 2 zijn op onderlinge afstanden bevestigd 30 aan een aangedreven, niet weergegeven trekorgaan zonder einde, dat wordt geleid in een kanaal 7· Het openen van de grijpers 2 vindt plaats door middel van een verwi jdermechanisme 8, dat een elektro-pneumatische richtingsklep 9 heeft, die is verbonden met een besturing 10. Door middel van de richtingsklep 9 wordt een niet nader weergegeven stuurrol om-35 hoog en omlaag bewogen. Da zijn onderste eindstand is deze stuurrol buiten inwerking op de grendelelementen 6, zodat de voorbij «Lopende grijpers 8103788 $ % • k 2 niet worden geopend. Wanneer deze stuurrol zich in zijn bovenste eind-* stand bevindt, werkt hij in op de grendelelementen 6 van de voorbijlopende grijpers 2, waardóór de beweegbare klemtongen ^ worden ontgrendeld en in hun open stand worden gezwenkt. De drukprodukten 5 worden 5 hierbij vrijgegeven, zoals dat is getoond in figuur 2.
Onder de transporteur 1 en in zijn transportrichting A . vóór het verwijdermechanisme 8 is een opleglijst 11 voorzien, waarop een draaibaar gelegerde wals 12 aansluit. De drukprodukten 5 komen met hun achterste randen 5b op de opleglijst 11 en de wals 12 te liggen, 10 zoals de figuren dit duidelijk tonen. Op het voor de opleglijst' 11 en de wals 12 gevormde steunmechanisme sluit een. stapelschacht 13 aan, die is bepaald, door geleidingen 1^·, 15 an 16. De geleiding 16 heeft een in de transportrichting A zich uit strekkend oplegdeel 16a voor de drukprodik— ten 5. De stapelschacht 13 is aan de onderkant afgesloten door een op-· 15 en neerbeweegbare oplegtafel 17·
Boven de stapelschacht 13 en in het gebied van het verwijdermechanisme 8 zijn twee aanslagen 18 aanwezig, die ten opzichte van het ka.na-al J tegenover elkaar liggen en waarvan in de.figuren slechts de ene aanslag zichtbaar is. Elke aanslag 18 heeft een twee-armxge hefboom 20 19, die zwenkbaar rond een vaste zwenkas 20 is gelegerd.. Aan de einden van de langere arm van de hefboom 19 zijn twee omkeerrollen 21, 22 voorzien. De ene cmkeerrol 21 is gelegerd: aan de zwenkas 20, waarbij de andere omkeerrol 22 is aangebracht aan het vrije einde van de langere arm van de hefboom 19. Op de kortere arm van de hefboom 19 grijpt de zui-25 gerstang 23 van een pneumatische cilinder-zuigereenheid 2k aan, welke eenheid is verbonden met het kanaal 7- Deze cilinder-zuigereenheid 2b wordt door middel van een elektro-pneumatische 5/2-richtingsklep 25 gestuurd, welke klep is verbonden met de besturing 10. Om de twee omkeerrollen 21, 22 van elke hefboom 19 is een tandriem 26 geslagen, ‘Waarvan de vertanding 30 27 is aangebracht aan de aan de buitenkant liggende zijde, zoals dat slechts schematisch in de figuren is weergegeven. De tandriem 26 is verder om een vaste omkeerrol 28 en een aandrijfwiel 29 geslagen. De aan-drijfwielen 29 voor de aan weerszijden van het kanaal 7 liggende tand-riemen 26 steunen op een gemeenschappelijke as 30, die via een Y-riem 31 35 in aandri jfverbinding staat met een aandrijfwiel 32. Het aandrijf wiel 32 wordt door· middel van een aan het kanaal 7 bevestigde aandrijfmotor 33 8103788 ψ a . 5 aangedreven» Verder loopt elke tandriem 26 over een. niet weergegeven spanmechanisms, dat van een tekende constructie is en de tandriem 26 gespannen houdt.
Door de aandrijfmotor 33 worden de tandriemen 26 aan-5 gedreven in de richting van. de pijl B. Het tussen de omkeerroliën 21 en 22 liggende part 26a van elke tandriem 26 vomt hierbij op een nog te beschrijven wijze een aanslagvlak voor de drukprodukten 5·
Aan de onderzijde van het kanaal T is een nabijhei ds-schakelaar 3^· van een bekende constructie aangebracht * die aanspreekt op 10 de grijpers 2 en bij het voorbijlopen van elke grijper 2 een maatim-puls opwekt» die wordt toegevoerd aan de besturing 10. Door deze door de nabijheids schakelaar 3¾ opgewekte maat impuls en wordt het stuurritme vastgelegd.
Verder is aan het kanaal 7 een teller 35 bevestigd, 15 die eveneens van een bekende constructie is. Deze teller 35 heeft een in de transportveg van de drukprodukten 5 naar binnen reikende vinger 36, die door de voorste randen 5a van de voorbijbewegende drukprodukten 5 wordt bediend, en bij elke bediening een telimpuls opwekt» die eveneens wordt toegevoerd aan de besturing 10.
20 De werking van de hiervoor beschreven inrichting is als volgt.
In figuur 1 is het verwijdermechanisme 8 in zijn uitgeschakelde toestand weergegeven. Dit betekent» dat de stuurrol van het verwijdermechanisme 8 zich in zijn onderste, niet werkzame stand bevindt.
25 Tevens is de zuiger stang 23 van elke cilinder-zuigereenheid 2h volledig ingetrokken, waardoor de hefbomen 19 zich in hun bovenste eindstand bevinden, waarin zij uit de transportweg van de drukprodukten 5 naar buiten zijn gezwenkt. De tandriemen 26 worden aangedreven. Bij uitgeschakeld verwijdermechanisme 8 en naar boven gezwenkte hefbomen 19 lopen de druk-30 produkten 5 langs het verwijdermechanisme 8. en de aanslagen 18 voorbij, zoals dit in figuur 1 is te zien.
Wanneer nu de drukprodukten 5 uit de dakpansgewijze ligging S moeten worden verwijderd en gestapeld in de schacht 13» wordt het verwijdermechanisme 8 ingeschakeld en worden synchroon daarmee de 35 aanslagen 18 in de transportweg naar binnen bewogen. Bij een opdracht "verwijderen1' wekt de besturing 10 op grond van de door de nabijheids- 8103788 ί» * ; € schakelaar . 17 opgewekte maat impulsen,, gesynchroniseerde stuuropdrachten op voor de riehtingskleppen 9 en 25* Omdat de hefbomen 19 op het tijdstip van een dergelijke maat impuls naar tinnen moeten zijn gezwenkt, wordt de stuur opdracht' vo.or de· richtingsklep' 2 5 met een met de tijd 5 ; voor het naar tinnen zwenken van deze hefboom 19 overeenkomende spanne tijds. voor deze maatimpuls opgewekt* De stuuropdracht voor de richtingsklep 9 wordt een'bepaalde spanne tijds na dezë maatimpuls opgewekt om . rekening te houden met het'feit, dat het' verwi jdermechanisme 8, gezien in de transportrichting A, op een afstand achter de hefbomen 19 is aan-10 getracht* Door deze door de besturing. IQ opgewekte stuuropdrachten worden de riehtingskleppen 9 en 25 overgeschakeld. Dit . heeft tot gevolg dat de stuurrol van het verwijdermechanisme 8 in de bovenste eindstand wordt getracht, en de zuiger stangen 23 van de cilinder-zuiger eenheden 2k worden uit gedrukt. Door dit uitdrukken van de zuigerstangen 23 wor-15 den de hefbomen 19 vanuit hun bovenste eindstand naar beneden in hun werkstand gezwenkt , waarin zij in de transports®g van de drukprodukten 5 reiken, zoals figuur 2 dit toont* Door de besturing 10 wordt op de hiervoor beschreven wijze verzekerd, dat het inschakelen van het verwijdermechanisme 8 en het naar binnen, zwenken van de aanslagen 18 in de trans-20 portstroom, onderling synchroon plaatsvinden.
Door het verwijdermechanisme 8 worden dan op de reeds vermelde wijze de voorbijlopende grijpers 2 geopend. De daardoor vrijgegeven drukprodukten. 5 lopen met hun voorste randen 5a op tegen het aanslagvlak 26a, dat, zoals reeds vermeld, wordt gevormd door het tussen 25 de omkeerrollen 21 en 22 liggende part van de tandriem 26. Omdat de tand-riemen in de richting van de pijl B worden aangedreven, beweegt dit aanslagvlak 26a zich. naar beneden, zoals dat. in figuur 2 is weergegeven.
Door deze neerwaartse beweging worden de drukprodukten 5 in het gebied van hun voorste randen 5a naar beneden bewogen naar de stapelschacht 30 13* Door de naar de aankomende drukprodtikten 5 gekeerde vertanding 27 wordt een storingsvrij meenemen verzekerd van de drukprodukten 5*
Zoals figuur 2 verder toont, is de afstand tussen het aanslagvlak 26a bij naar binnen gezwenkte hefboom 19 en het einde van het door de opleglijst 11 en de wals 12 gevormde steunmechanisme kleiner 35 dan de afstand tussen de voorste randen 5a en de achterste randen 5b van de drukprodukten 5·. Dit betekent, dat de drukprodukten 5 op het moment 8103788 * 4 V * ~ ~~ • — wrt m --I · I Γ-Ι- _ -, Γ . . —w — — - —' - - - ------ ·- — — T .¾ van oplopen tegen het aanslagvlak 26a met hun achterste randen 5b nog altijd liggen op de vals 12. Deze achterste randen 5b worden pas vrijgegeven wanneer de voorste randen 5a door de bewegende tandriemen 26 reeds een versnelling naar beneden hebben gekregen. Op deze wijze 5 wordt verzekerd, dat de drukprodukten in een in hoofdzaak horizontale . stand in de stapelschacht 13 vallen, waarin zij op bekende wijze worden gestapeld op de oplegtafel 1T*
Het gewenste aantal drukprodukten in een stapel wordt ingevoerd in een telmechanisme van de besturing 10. De teller 35 regi- -10 streert, zoals reeds vermeld, bij elk voorbijlopend drukprodukt 5 een telimpuls, die wordt toegevoerd aan dit telmechanisme. Deze telimpulsen brengen een terugwaarts tellen tot stand van het telmechanisme. Wanneer dit telmechanisme de stand 0 heeft bereikt, worden in de besturing 10 stunropdrachten opgewekt, waardoor de richtingskleppen 9 en 25 worden 15 overgeschakeld. Het verwijdermechanisme 8 wordt uit ges chakeld en de hefbomen 19 worden door het intrekken van de zuigerstangen 23 weer uit de transport stroom naar boven gezwenkt. De grijpers 2 worden, zoals verduidelijkt aan de band van figuur 1, niet langer geopend. De gerede stapel wordt op bekende wijze verwijderd uit de stapelschacht 13 en 20 toegevoerd aan een station voor een verdere verwerking.
Door de in de transport weg van de drukprodükten 5 naar binnen te zwenken en daaruit weer naar buiten te zwenken aanslagen 18 is het mogelijk om over een korte baan drukprodukten te· verwijderen uit de dakpansgewijze ligging. Door de bewegende tandriemen 26 worden 25 bij naar binnen gezwenkte aanslagen 18 de door de grijpers 2 vrijgegeven drukprodukten 5 naar beneden versneld, zodat dit verwijderen over een korte baan ook is verzekerd wanneer de transporteur 1 een aanzienlijke transportsnelheid en een aanzienlijk transportvermogen heeft.
De hiervoor verduidelijkte inrichting kan in verschil-30 lende delen ook anders dan weergegeven zijn uitgevoerd. Hierna worden thans enkele mogelijke uitvoeringsvarianten verduidelijkt.
Onder omstandigheden is het denkbaar om slechts een enkele aanslag 18 aan te brengen. Verder kunnen de tandriemen 26 ook anders dan weergegeven worden geleid en aangedreven. In plaats van tand-35 riemen 26 kunnen ook andere geschikte banden warden toegepast, die in plaats van de vertanding 27 anders uitgevoérde meeneemelementen hebben.
8103788 k' \ f"""""". „ 111 " " ’** ' *" ..........
i 8
In plaats van uitstekende meeneemelementen kan de "hand ook -worden voorzien van een hechtende "bekleding. Het of elk aanslagelement 18 kan ook rechtlijnig in de transportstroom naar "binnen schuifbaar worden uitgevoerd.
5_, Hoewel, de beweging van het aanslagvlak 26a naar hene- . den voor een storingsvrij verwijderen van drukprodukten. 5 van belang is, is het bij bepaalde uitvoeringen, van de inrichting denkbaar om dit aan-. slagvlak 26a stilstaand uit te voeren. Bij een dergelijk stilstaand aanslagvlak bestaat echter het gevaar, dat de daartegen aanstotende 10 drukprodukten niet zonder meer naar beneden vallen. Op grond hiervan moeten onder omstandigheden nog middelen worden voorzien, bijvoorbeeld een aanblazen door middel van een luchtstroom, om de drukprodukten een versnelling naar beneden te geven.
Het verwijdermechanisme 8 en de aanslagen 18 kunnen 15 in plaats van pneumatisch ook hydraulisch of op een andere geschikte wijze worden bediend.
Ook kunnen andere transporteurs met een geschikte constructie worden toegepast, Bijvoorbeeld een transportinrichting, zoals beschreven in het Duitse Offenlegungsschrift 3.102.2^2 of de.overeen-20 komstige Amerikaanse octrooiaanvrage 06/225.^20 van 15 januari 1981.
In het laatstgenoemde geval is het voordelig de wals 12 aan te drijven. De beschreven inrichting kan ook worden toegepast, wanneer elke grijper 2 twee of meer drukprodukten vasthoudt.
Ook kan een aantal afgeefplaatsen worden voorzien voor 25' de drukprodukten 5, welke plaatsen in de transportrichting A achter elkaar zijn aangebracht, zoals dit bekend is uit het reeds genoemde Duitse Offenlegungsschrift 2.752.513 en het daarmee overeenkomende Britse oc-trooischrift 1.568.752. Op elk dezer afgeefplaatsen moet een verwijder-* mechanisme 8 en althans een aanslag 18 worden aangebracht, zoals dat is 30 beschreven aan de hand van figuren 1 en 2.
Het is duidelijk, dat de uit de dakpansgewijze ligging S verwijderde drukprodukten 5 niet beslist gestapeld moeten worden.
Zo is het bijvoorbeeld denkbaar de verwijderde drukprodukten 5 te plaatsen op een transportband en volgens een dakpansgewijze ligging weg te 35 voeren voor een verdere verwerking. De drukprodukten 5 kunnen ook in een andere ligging dan in een dakpansgewijze stroom S worden getransporteerd.
8103788 v -i
9 S
Omdat de drukprodukten 5 "bij iet botsen tegen iet aanslagvlak 26a zijn onderworpen aan een kracht inwerking, kan de beschreven inrichting niet zonder meer worden toegepast voor dunne afzonderlijke vellen, omdat bij. dergelijke afzonderlijke vellen iet ge-5 vaar bestaat van beseiadiging. Derhalve wordt deze inrichting bij voorkeur toegepast voor uit een aantal vellen bestaande drukprodukten, en in iet bijzonder voor gevouwen, gebonden of ingenaaide produkten, die met de randen, waar de vellen met elkaar zijn verbonden, naar voren worden getransporteerd. Drukprodukten 5 met 1 vouw en met 2 vouwen zijn 10 in. iet bijzonder geschikt om op de hiervoor beschreven wijze te worden verwijderd uit de transport stroom.
Thans wordt hierna de tweede uitvoeringsvorm van iet onderwerp van uitvinding volgens de figuren 3 - 5 beschreven.
De in deze figuren 3-5 weergegeven en met het verwij-15 zingscijfer 101 aangeduxde transporteur karnt eveneens zowel voor wat betreft de constructie als de werking overeen met de transporteur, die uitvoerig is beschreven in het Duitse Offenlegungsschrift 2.519*561 of het overeenkomstige Amerikaanse octrooischrift 3-955·667. Op grond hiervan worden hierna de constructie en de werking van deze transporteur 20 slechts in het kort verduidelijkt. De transporteur 101 heeft een in een kanaal 102 geleide ketting 103, waaraan op onderlinge afstanden grijpers 10¼ zijn bevestigd. De ketting 103 is in het Zwitserse octrooischrift 588,6^7 of het overeenkomstige Britse octrooischrift 1.5^9*283 uitvoerig beschreven. Elke grijper 10¼ heeft een vaste klemtong 105 en een daar-25 mee samenwerkende beweegbare klemtong 106. Bij gesloten grijpers 10¼ houden de twee klemt ongen 105, 106 de drukprodukten 107 vast in het gebied van hun voorste randen 107a (vouwrand). De beweegbare klemtong 106 wordt door middel van een grendelelement 8 in zijn sluitstand gehouden.
Het openen van de grijper 10¼ vindt plaats door middel van een verwij-30 dermechanisme 109 (figuur 5), dat is aangebracht aan een aan het kanaal 102 bevestigde montering 110. Dit verwijdermeclxanisme 1Q9 heeft een stuurelement 111, dat door middel van een pneumatische zuiger-cilinder-eenheid 112 op en neer kan worden bewogen. De zuiger-cilindereenheld 112 wordt doormiddel van een elektro-pneumatische richtingsklep 113, die 35 is verbonden met de niet weergegeven perslucht aansluiting, bediend. Deze richtingsklep 113 is verbonden met een besturing 11¼. In zijn onderste, 8103788 ί * i \ ’ ' * - " ' "" " ” " '* -- - 10 in figuur 5 weergegeven eindstand» is het stuurelement 1 Tl "buiten inwerking op de grendeleleaenten 108, zodat de voorbijlopende grijpers lOi»- niet worden geopend, (figuur· 3). Wanneer dit stuurelement 111 zich daarentegen in zijn bovenste eindstand bevindt, werkt bij in op de gren-5 delelementen 108 van de grijpers 104, waardoor de beweegbare klembongen 106 worden ontgrendeld en in hun open stand worden gezwenkt. De drukprodukten tOT worden hierbij vrijgegeven, zoals dit in figuur 4 is getoond.
In het gebied van het verwijdermechanisme 109 zijn 10 twee staafvormige aanslagen 115 en 116 aangebracht.., die met betrekking tot-de grijpers 104 tegenover elkaar liggen. Elke aanslag 115» 116 is ..... aandrijfbaar verbonden met een pneumatische zuiger-cilindereenheid 11T» respectievelijk 118. Door de bijbehorende zuiger-cilindereenheid 117» worden de aanslagstaven 115» 1l6 in de richting van hm lengtehartlijn» 15 d.w.z. in de richting van de pijl C verschoven. De zuiger-cilindereenhe-. den 11T, 118 zijn via een in de figuren 3 - 5 niet weergegeven verbindiqgs-leiding verbonden met een. elektro-pneumatische richtingsklep 119» die eveneens in verbinding staat met de besturing en is bevestigd aan het kanaal 102. Verder is deze richtingsklep 119’ aangesloten op een niet · 20 weergegeven perslucht bron. Ih de figuren 3 en 5 zijn de aanslagen 115, 116 getoond in hun - naar buiten bewogen stand, waarin zij zich buiten de transportweg van de drukprodukten 1Q7 bevinden. Figuur 4 toont de aanslagen 115, 116 in hun naar binnen bewogen stand, waarin zij in de genoemde transportweg naar binnen reiken. Deze naar binnen bewogen 25 stand is met onderbroken lijnen weergegeven in figuur 5.
Aan de onderzijde van het kanaal 102 is een nabijheids-schakelaar 120 van een bekende constructie aangebracht, die bij het voorbijlopen van elke grijper 104 een maatinrpuls opwekt, die wordt toegevoerd aan de besturing 114. Door deze door de nabijheidsschakelaar 120 30 opgewekte- impulsen wordt het stuurritme vastgelegd.
Verder is aan dit kanaal 102 een teller-121 aangebracht, die eveneens van bekende constructie is. Deze teller 121 heeft een in de transportweg van de drukprodukten 107 naar binnen reikende vinger 122, die door de voorste randen 107a wan de voorbijbewegende drukprodukten 35 107 wordt bediend, en bij elke bediening een telimpuls opwekt, die even eens wordt toegevoerd aan de besturing 114.
8103788 .
13.
Gezien, in de. transportriehting A van de transporteur 3Q1 is voor elke aanslag 135, 136 een lei-element 123, respectievelijk 12^ aangehracht, dat de bijbehorende aanslag 1-15, 116 in zijn naar buiten bewogen stand afdekt en verzekert» dat geen der drukprodukten 1QT stoot 5 tegen de zich. in de naar buiten' bewogen, stand -bevindende, aanslagen 115, 116,
Onder de lagen 3 35 en 336. is. een stapelschacht 332 aangehracht, die wordt bepaald door schachtwanden' 126, 127, 328 en 329. Teneinde beschadiging, van de drukprodukten 107 te vermijden, zijn de 30 «ohftefrfrganflpn 327, 128 en 129 in bet gebied van hun bovenste hoeken 127a» 128a, en 129a omgebogen. De stapelschacht 125 ia aan de onderkant afgesloten door een op en neer b.ewèegbare .oplegtafel 130.
Gezien in de transport richting A is voor. deze stapelschacht 125 een zadeldakvormig uitgevoerd oplegorgaan 131 aangebracht 15 voor de drukprodukten 107» De noklijn 131a van dit oplegorgaan- 131 loopt in'beginsel evenwijdig aan de transport richting A. Het oplegorgaan 131 ia voorzien van ia verticale richting zich uitstrékkende zijdelen 132. Het oplegorgaan 131 eindigt op afstand van de zich in de naar binnen bewogen stand bevindende aanslagen 135 en 336» en heeft aan dit naar de , 20 aanslagen 315 en 116 gekeerde einde, schuin naar beneden lopende randen 333- Yor bet zadeldakvormige oplegorgaan 131 is een staafvormig opleg-element 13¾ aangebracht», dat in beginsel in lijn ligt met de noklijn 131a van bet oplegorgaan 131.
Gezien in de transportricbting A sluit op de stapel-25 schacht 125 een oplegdeel 135 aan voor de langs de stapelschacht 125 voorbijlopende drukprodukten 107· Dit oplegdeel 135 kan op zichzelf willekeurig zijn uitgevoerd, en bijvoorbeeld bestaan uit twee onderling evenwijdige staven. Het is echter ook mogelijk slechts een staaf aan te brengen.
30 De werking van de hiervoor beschreven inrichting is als volgt.
Zoals de figuren 3-5 tonen, worden de drukprodukten 1QT aan bun voorste randen 107a door de grijpers 10¾ in hoofdzaak in het midden vastgenouden. Zodra de drukprodukten 107 in het gebied van hun 35 achterste randen 107b komen te liggen op het staafvormige oplegelement 13^ worden zij om een knik- of buiglijn 136, die in beginsel in de trams- 8103788 r' ' »·« : t - 12 ; portrichting A loopt,, geknikt of getogen. De drukprodukten 107 krijgen zodoende een zadeldakachtige vorm., zoals duidelijk is te zien in de fi-- guren. Aansluitend komen de drukproddkten 107 öp bet zadeldakvormige oplegorgaaa T31 te liggen,, waardoor een duidelijke zadeldakvorm. wordt 5 gegeven aan de drukprodukten . Door dit. knikken om de lijn 136 wordt een • verstijving tot stand getracht van de drukprodukten 107. Dit verstijven is van groot belang, voor bet hierna nog te beschrijven verwijderen.
In de figuren 3 en 5 is het vervijdermechanisme 109 • in. zijn uitgeschakelde toestand weergegeven. Dit betekent, dat het stuur-10 element 111 zich in zijn onderste, niet werkzame stand bevindt, waarin hij, zoals vermeld, buiten inwerking is op de grendelelementen 108 van de grijpers TOU. Tevens zijn de aanslagen 115 en, 116 volledig naar binnen bewogen, zodat zij. zich buiten de transportweg van- de drukprodukten 107 bevinden. De grijpers 10k lopen zonder te worden geopend langs het 15 verwijdermechanisme 107 voorbij en transporteren de drukprodukten 107 onder de aanslagen 115, 116 door over de stapèlschacht 125 weg, zoals figuur 3 dat toont.
Wanneer de drukprodukten 107 au uit de dakpansgewijze ligging moeten worden verwijderd en. moeten worden' gestapeld in de 20 schahht 125, moet het verwijdermechanisme 109 worden ingeschakeld en moeten de aanslagen 115» 1l6 in de transportweg worden bewogen. Door een opdracht 'Verwijderen” wekt de besturing 1lU op grond van de door de nabij heids schakelaar 120 opgewekte maatimpulsen, gesynchroniseerde stuur-opdrachten op voor de richtingskleppen 113 en 119» waarbij rekening 25 wordt gehouden met het feit, dat het verwijdermechanisme 108, gezien in de transportrichting A, op een bepaalde afstand achter de aanslagen 115, 116 is aangebracht. Door de door de besturing opgewekte'stuuropdrachten worden de richtingskleppen 113 en 119 overgeschakeld. Dit heeft tot gevolg, dat het stuurelement: 111 van het vervijdermechanisme 109 in de 30 bovenste eindstand wordt gebracht, en de aanslagen 115 en 116 in de richting van de pijl C naar beneden worden bewogen in hun werkstand, waarin ' zij in. de transportweg naar binnen reiken, zoals dit in figuur k is getoond. Door de besturing 114 wordt verzekerd, dat het inschakelen van het verwijdermechanisme 109 en het naar binnen bewegen van de aanslagen 115 35 en 116 in de transportstroom, onderling synchroon plaatsvinden.
Door het vervijdermechanisme 109 worden dan op de reeds 8103788 13 vermelde wijze de voorbijlopende grijpers: 1CA geopend- Hierdoor worden de drukprodukten 107 vrijgegeven, die dan met hun voorste randen 107a tegen de aanslagen 115 en 116 aanliggen.. Op het moment van oplopen liggen de drukprodukten 107 niet langer op het oplegorgaan 131* maar hébben 5 zij nog altijd hun zadeldakachtige vorm. Zoals figuur k toont wordt het terugspringen van de tegen de aanslagen 115» 116 oplopende drukprodukten 1Q7 verhinderd, doordat de drukprodukten met hun achterste randen 107b tegen de schuin lopende randen 133 van het oplegorgaan 131 aanstoten. De vrijgegeven drukprodukten 107 vallen, door. hun eigen gewicht naar be— 10 neden in de stapelschacht 125-en komen te liggen op de oplegtafel 130 of op de reeds daarop liggende drukprodukten.· De zadeldakachtige vorm van de drukprodukten 107 heeft een stabilisering tot gevolg van de beweging van de drukprodukten WJ tijdens hun- vrije val in de stapelschacht. Dit is in het bijzonder voordelig bij dunne produkten, die de neiging 15 hebben om tijdens het vrije vallen een schommelbeweging uit te voeren.
Door deze stabilisering van de zweefheweging- van de drukprodukten 107 wordt bereikt, dat de drukprodukten in beginsel rechtlijnig naar beneden vallen. Hierdoor wordt het mogelijk gemaakt, dat de drukprodukten 107 op elkaar gericht kunnen worden gestapeld. Bijzondere maatregelen voor 20 het richten van de stapel kunnen als gevolg hiervan tot een minimum worden beperkt of geheel worden weggelaten.
De dakachtige vorm van de drukprodukten 107 brengt nog verdere voordelen mee. In een plattegrond-projectie nemen de drukprodukten 107 in hun zadeldakachtige vorm een kleiner vlak in. dan in de in het 25 plattegrondvlak uitgebreide toestand. Hierdoor' kunnen de door de grijpers 1 Oh vrijgegeven produkten zonder moeilijkheden tussen de schacht-wanden 126, 127, 128 en 129 naar binnen worden geleid. Tijdens de val-beweging worden de twee langs de lijn 136 gebogen en oorspronkelijk onderling een hoek vormende helften van de drukprodukten 107 weer in een 30 gemeenschappelijk vlak naar hoven gezwenkt. Hierbij komen de drukprodukten 107 net hum zijranden in aanraking met de schachtwanden 126, 127, 128 en 129, waardoor een geleiding en het richten van de drukprodukten 1Q7 tot stand wordt gebracht. Onafhankelijk van de dikte van de drukprodukten 1Q7 vindt zodoende een storingsvrije stapelvoiming plaats.
35 Zoals reeds vermeld wekt de teller 121 bij elk voorbij lopend drukprodukt 107 een telimpuls op, die wordt toegevoerd aan. een tel- 8103788 i' ί I 1 : ' r 1 · ! ; iiv , s • r • mechanisme van. de besturing 1.1 Het gewenste aantal drukprodukten per stapel wordt ingevoerd in dit‘telmechanisme. De telimpulsen brengen een . neerwaarts tellen tot gevolg van dit telmechanisme. Wanneer dit de stand r ! nul heeft "bereikt, worden in de "besturing 114 stuur op dracht en opgewekt, i 5 waardoor de richtingskleppen 113 en 119 -worden overgeschakeld. Het ver-wijdermechanisme 108 wordt overgeschakeld, en de aanslagen 115 en 116 : worden weer uit de transport stroom naar "boven "bewogen. De grijpers 10¼ ' lopen samen met de door hun vast gehouden drukprodukten 107 langs de sta-pelschacht 125 voorbij, die dan op bekende wijze kan worden geleegd.
10 De door het buigen, van de drukprodukten om een in be ginsel in de transportrichting A lopende lijn 136 voor het oplopen tegen de aanslagen 115 en 116 tot stand gebrachte verstijving, en de op deze . wijze verkregen zadeldakvorm hebben tot gevolg,, dat na het vrijgeven de drukprodukten door hun eigen gewicht in beginsel volgens een rechte » 15 lijn naar beneden vallen in. de stapelschacht 125. De. drukprodukten 107 kunnen dientengevolge op de plaats van het .vrijgeven daarvan door de' grijpers -10¼ uit hun. ligging worden verwijderd, en weggevoerd.
De hiervoor verduidelijkte inrichting kan natuurlijk in verschillende delen ook anders dan weergegeven zijn uitgevoerd. Hierna 20 worden slechts enkele van de mogelijke uitvoeringsvarianten verduidelijkt.
Op de aan de hand van de figuren 3-5 beschreven wijze is een eenvoudig en betrouwbaar knikken mogelijk van de drukprodukten.
Het is echter denkbaar de drukprodukten met andere middelen of op ande-25 re wijze te knikken of te buigen. De voor het zadeldakvormige oplegor-gaan 131 aangebrachte oplegstaaf 13^, die een voorknikken tot stand brengt van de drukprodukten,. kan onder omstandigheden ook vervallen.
. Verder kan bij bepaalde toepassingen het zadeldakvormig'uitgevoerde op-legorgaan 131 worden.vervangen door een oplegstaaf, die overeenkomt met 30 het oplegelement 13^.
Het verwijdermechanisme 109 en de aanslagen 115 en Π6 kunnen in plaats van pneumatisch ook hydraulisch of op een andere geschikte wijze worden bediend. Ook kunnen andere transporteurs met een passende constructie worden toegepast, bijvoorbeeld een transportinrichting zoals 35 beschreven in het Duitse Offerdegungsschrift 3.102.2^2 of de daarmee overeenkomende .Amerikaanse octrooiaanvrage 06/225.^20 van 15 januari 1981.
8103788 > * 15
Elke grijper 10k ook twee of meer drukpr odukt en 107 vaat houden..
Ook kan een aantal af ge efplaat sen voor de drukproduk-ten 107 worden voorzien, welke plaatsen in de transportrichting A achter elkaar zijn aangebracht, zoals dit bekend is uit het reeds genoemde . 5 Duitse Offenlegungsschrift 2.752.513 en het daarmee'overeenkomende
Britse octrooischriffc 1*568.752. Bij elk dezer afgeefplaatsen moeten een verwijdermechanisme 109 en aanslagen 115» 116 worden voorzien. Omdat, zoals reeds vermeld, de drukprodukten 107 over een zeer korte baan uit de transport stroom kannen worden verwijderd, kunnen deze af geef plaat sen 10. dicht achter elkaar worden aangebracht.
Het is duidelijk, dat de uit de dakpansgewijze ligging verwijderde drukprodukten 1QT niet beslist moeten worden gestapeld.
Het is bijvoorbeeld denkbaar de verwijderde drukprodukten 107 in plaats van op de oplegtafel 130 op een transportband te plaatsen, die zich onder 15 de door de wanden 126, 127» 128, 129 gevormde schacht bevindt.
Omdat, zoals reeds vermeld, de drukprodukten door het knikken een verstijving krijgen, kunnen met de beschreven inrichting ook dunne produkten en afzonderlijke vellen worden verwerkt, omdat als gevolg van deze verstijving dergelijke dunne produkten bij het botsen 20 tegen· de aanslagen 115» 116 niet worden beschadigd.
Tenslotte wordt nog opgemerkt, dat met beide beschreven uitvoeringsvormen ook andere buigzame, vlakke voortbrengselen dan drukprodukten uit de transport stroom kunnen worden verwijderd.
8103788

Claims (25)

  1. 4 COICLÜSIÏS * ; /
  2. 1. Inrichting voor het uit de transport stroom verwijderen van buigzame, vlakke voortbrengselen, in het bijzonder drukprodukten, ‘ i ; die worden vastgehouden door op onderlinge ’afstanden, aan een trekorgaan . bevestigde grijpers van een transporteur, welke inrichting is voorzien \ 5 van althans een in- en uit schakelbaar verwi jdermechanisme, dat in inge- i » · ; schakelde toestand de voorbijlopende grijpers opent, gekenmerkt door althans een in het gebied van het verwi jdermechanisme (8, 108) aange-braehte aanslag (18, 115» 116) die bij het in- en uitschakelen van het ; verwi jdermechanisme in de transportweg van de voortbrengselen (5, 107) 10- kan worden bewogen, respectievelijk daaruit kan worden bewogen.
  3. 2. Inrichting volgens conclusie 1,. met het kenmerk, dat de aanslag (18, 115* 116) synchroon met het in- en uitschakelen van het verwi jdermechanisme (8, 109) naar binnen en naar buiten kan worden bewogen. 15 3. . Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat elke aanslag een vast aanslagvlak heeft voor de drukprodukten (5). Inrichting volgens conclusie 1 of2, met het kenmerk, dat elke aanslag (18) een in de naar binnen, bewogen stand daarvan in de ....... richting van de grijpers (2) weg en bij voorkeur naar beneden beweegbaar 20 aanslagvlak ('26a) heeft.
  4. 5. Inrichting-volgens conclusie k, met het kenmerk, dat het aanslagvlak wordt gevormd door een gedeelte (26a) van een aangedreven band (26) zonder einde.
  5. 6. Inrichting volgens conclusie k of 5» met het kenmerk, ' 25 dat het aanslagvlak (26a) is voorzien van mèeneemelementen (27). J. Inrichting volgens conclusies 5 en 6, met, het kenmerk, dat de band (26) een tandriem is, waarvan, de vertanding (27) is gekeerd naar de aankomende drukprodukten (5). .
  6. 8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met 30 het kenmerk., dat de aanslag (18) zwenkbaar is.
  7. 9. Inrichting volgens conclusie 5 en 8, met het kenmerk, dat het aanslagvlak (26a) wordt gevormd door het tussen twee omkeerroliën (21, 22) liggende part van de band (26), waarbij de ene omkeerrol 8103788 (22) is gelegerd in het gebied Tan het -vrije einde van een zwenkbare hefboom (19)-
  8. 10. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat gezien in de transporfcrichting (A) voor de aanslag 5 ¢18) en onder de in gebinsel in horizontale richting lopende transporteur (1) een steunmechanisme (11, 12) is aangebracht, vaarop de door de grijpers (2) aan de voorste randen (5a) vastgehouden drukprodukten (5) met hun achterste randen (5b) komen te liggen.
  9. 11. Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat 10 het steunmechanisme (11, 12) eindigt op een afstand vanaf de in naar binnen bewogen stand zich bevindende aanslag (18}, welke afstand kleiner is dan de afstand tussen de voorste en de achterste randen (5a, 5¾) van de drukprodukten (5)*
  10. 12. Inrichting volgens conclusie lö of .11, met het kenmerk, 15 dat het steunmechanisme een vlakke oplegging (11) heeft en een daarop aansluitende, draaibaar gelegerde wals (12).
  11. 13· Inrichting volgens conelusie 12, met het kenmerk, dat de wals (12) kan worden aangedreven.
  12. 14. Inrichting volgens elh der conclusies 10 - 13, met het 20 kenmerk, dat op het gme (11, 12) een onder de aanslag (18) aangebraehte schacht (13) aansluit voor het opnemen van' de vrijgegeven drukprodukten (5)·
  13. 15· Inrichting volgens conclusie 1k, met het kenmerk, dat de schacht is uit gevoerd als een. aan de onderkant door een oplegt af el 25 (17) afgesloten stapelschacht (13).
  14. 16. Inrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt door midde len (131) voor het knikken van de voortbrengselen (107) in het voor de aanslag (115, 1 ΐβ) liggende gebied'van de transportweg.
  15. 17· Inrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat 30 de middelen (131) voor het knikken, de voortbrengselen (107) om een in beginsel in hun transporfcrichting (A) lopende lijn (136) buigen tot een zadeldakachtige vorm. 18. inrichting volgens conclusie 17» gekenmerkt door een gezien in de transportrichting(A) van de voortbrengselen (107) voor de 35 aanslag (115, 116) en onder de transporteur (101) aangebrachte oplegging (133), waarop de aan hun voorste randen (107a) door de grijpers (10¼.) 8103788 * ! 18 rast gehouden voortbrengselen (107) althans in het gebied van de achterste randen (107b) komen te. liggen.
  16. 19· Inrichting volgens conclusie 18,.met. het kenmerk, dat de opligging (131) eindigt op afstand voor de zich in de naar binnen be-5 wogen stand bevindende aanslag (115* 116).
  17. 20. Inrichting volgens conclusie 18 of 19, met het kenmerk, :.dat de oplegging (131) zadeldakvormig is uitgevoerd.
  18. 21. Inrichting volgens conclusie 18 of 19, met het kenmerk, dat de oplegging staafvormig is uitgevoerd.
  19. 22. Inrichting volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de oplegging (13't) aan zijn naar de aanslag (115, 116) gekeerde einde, een in de transportrichting (A) van de transporteur (101) weg lopende afschuining (133) heeft.
  20. 23. Inrichting volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat 15 gezien in de transportrichting (A) voor de zadeldakvormige oplegging (131) een staafvormig steunelement (13¾) is aangebracht, dat in lijn ligt met de noklijn (131a) van de oplegging. 2¼. Inrichting volgens een der conclusies 16 - 23, met het kenmerk, dat gezien in de transportrichting (A) voor de aanslag (115, 20 116) een deze in zijn naar buiten bewogen stand afdekkend lei-orgaan (123, 12¼) is aangebracht voor de voortbrengselen (107)·
  21. 25. Inrichting volgens een der conclusies 18 - 2k, met het kenmerk, dat op de oplegging (131) een onder de aanslag (115, 116) aangebrachte schacht (125) aansluit voor het opnemen van de. vrijgegeven 25 voortbrengselen (107)·
  22. 26. Inrichting volgens conclusie 25, met het kenmerk, dat de schacht is uitgevoerd als een aan de onderkant door een bij voorkeur op en neer beweegbare oplegtafel (130) afgesloten stapelschacht (125).
  23. 27. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met 30 het kenmerk, dat het verwijdermechanisme (8, 109) is uit gerust met twee ten opzichte van de grijpers (2, 10¼) tegenover elkaar liggende aanslagen (115, 116).
  24. 28. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat elke aanslag (18, 115, 116) naar binnen, en naar buiten
  25. 35 Van worden bewogen door middel van een hydraulische of pneumatische aandrijving (2ij·, 117, US). 8103788 - 5>- -¾ 29» Inrichting volgens conclusie 28, voorzien van een hydraulisch, of pneumatisch bediehbaar verwijdermechanisme, met het kenmerk, dat de stuurkleppen (9, 25, 117, 119) voor het verwi jdermechani sme (8, 109) en voor de aandrijving (2¼, 117, 118) voor de of elke aanslag 5 (18, 115, 116) zij11 verbonden met een gemeenschappelijke besturing (10, 11¼). 8103788
NL8103788A 1980-09-16 1981-08-12 Samenstel van een grijpertransporteur voor buigzame vlakke voorwerpen, zoals drukprodukten en van een losinrichting hiervoor. NL190839C (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9202129A NL191410C (nl) 1980-09-16 1992-12-09 Samenstel van een grijpertransporteur voor buigzame vlakke voorwerpen, zoals drukprodukten en van een losinrichting hiervoor.

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
CH6923/80A CH648261A5 (de) 1980-09-16 1980-09-16 Vorrichtung zum herausloesen von mittels eines foerderers gefoerderten druckprodukten aus dem foerderstrom.
CH692380 1980-09-16
CH2388/81A CH654275A5 (de) 1981-04-09 1981-04-09 Vorrichtung zum herausloesen von mittels eines foerderers gefoerderten biegsamen, flaechigen erzeugnissen, insbesondere druckprodukten, aus dem foerderstrom.
CH238881 1981-04-09

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8103788A true NL8103788A (nl) 1982-04-16
NL190839B NL190839B (nl) 1994-04-18
NL190839C NL190839C (nl) 1994-09-16

Family

ID=25690328

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8103788A NL190839C (nl) 1980-09-16 1981-08-12 Samenstel van een grijpertransporteur voor buigzame vlakke voorwerpen, zoals drukprodukten en van een losinrichting hiervoor.

Country Status (24)

Country Link
US (1) US4445681A (nl)
AU (1) AU546102B2 (nl)
BR (1) BR8105903A (nl)
CA (1) CA1185627A (nl)
CS (1) CS224623B2 (nl)
DD (1) DD201577A5 (nl)
DE (2) DE3130945A1 (nl)
DK (1) DK151073C (nl)
ES (1) ES8205705A1 (nl)
FI (1) FI70396C (nl)
FR (1) FR2490202B1 (nl)
GB (1) GB2083799B (nl)
HK (1) HK95584A (nl)
HU (1) HU185309B (nl)
IL (1) IL63605A0 (nl)
IT (1) IT1138610B (nl)
MX (1) MX151152A (nl)
NL (1) NL190839C (nl)
NO (1) NO151890C (nl)
PL (1) PL129901B1 (nl)
SE (1) SE451709B (nl)
SG (1) SG73184G (nl)
SU (1) SU1311613A3 (nl)
YU (1) YU43036B (nl)

Families Citing this family (21)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CH648261A5 (de) * 1980-09-16 1985-03-15 Ferag Ag Vorrichtung zum herausloesen von mittels eines foerderers gefoerderten druckprodukten aus dem foerderstrom.
CH660579A5 (de) * 1983-06-09 1987-05-15 Ferag Ag Verfahren und vorrichtung zum zwischenspeichern von in schuppenformation anfallenden druckprodukten.
DE3515328A1 (de) * 1985-04-27 1986-10-30 Albert-Frankenthal Ag, 6710 Frankenthal Auslegevorrichtung
AU614599B2 (en) * 1988-05-25 1991-09-05 Ferag Ag Insertion system for printed products
EP0368009B1 (de) * 1988-11-11 1993-06-16 Ferag AG Verfahren und Vorrichtung zum Fördern von Druckereiprodukten
IT1228029B (it) * 1988-12-15 1991-05-27 Salvagnini Transferica S P A S Manipolatore di fogli piani, in particolare di lamiera
FR2655959B1 (fr) * 1989-12-18 1995-06-30 Wolf Jacques Peigne pour transporteur en continu.
DE59304271D1 (de) * 1992-07-22 1996-11-28 Ferag Ag Vorrichtung zum Bilden von Stapeln aus gefalteten Druckereiprodukten
DE19642118C2 (de) * 1996-10-12 1999-12-09 Koenig & Bauer Ag Vorrichtung zum Transportieren gefalzter Signaturen
DE59809524D1 (de) 1997-04-07 2003-10-16 Ferag Ag Verfahren und Vorrichtung zum Ausschleusen von Druckprodukten aus einem Förderstrom und zum Bilden von Stapeln aus den ausgeschleusten Druckprodukten
US5970833A (en) * 1997-07-17 1999-10-26 Elsner Engineering Works, Inc. Stacking machine and method
US6612563B1 (en) * 2000-03-31 2003-09-02 Graphic Management Associates, Inc. Stacking and counting device for planar products
WO2002008101A1 (de) 2000-07-24 2002-01-31 Ferag Ag Verfahren und vorrichtung zum stapeln von flachen gegenständen
EP1371590B1 (de) * 2002-06-12 2010-02-17 Kurt Gerhard Vorrichtung zum Bilden von Stapeln
US7527261B2 (en) 2006-07-13 2009-05-05 Lockheed Martin Corporation Mailpiece container for stacking mixed mail and method for stacking mail therein
EP3271275B1 (de) 2015-06-29 2018-10-17 Koenig & Bauer AG Verfahren zum betreiben einer auslagevorrichtung und auslagevorrichtung für eine bogenverarbeitende maschine
EP3271277B1 (de) 2015-06-29 2019-06-12 Koenig & Bauer AG Auslagevorrichtung und verfahren zum betreiben einer auslagevorrichtung
DE102015212068A1 (de) * 2015-06-29 2016-12-29 Koenig & Bauer Ag Bogenleitvorrichtung für eine bogenverarbeitende Maschine
US10150644B2 (en) 2015-06-29 2018-12-11 Koenig & Bauer Ag Delivery systems and methods for setting the delivery systems
DE102016211623A1 (de) 2015-06-29 2016-12-29 Koenig & Bauer Ag Auslageeinrichtung und Verfahren zum Betreiben einer Auslageeinrichtung
CN114524249B (zh) * 2022-03-04 2023-11-21 江苏创源电子有限公司 一种输送装置

Family Cites Families (13)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR525679A (fr) * 1920-10-07 1921-09-26 Gaut Blancan & Cie Appareil pour le séchage rapide d'enveloppes dites "vitrail"
GB711888A (en) * 1951-10-26 1954-07-14 Johnson & Johnson Delivering and stacking sheets
FR1270000A (fr) * 1960-10-08 1961-08-18 Goebel Gmbh Maschf Dispositif de sortie pour machines imprimeuses rotatives
DE1202289B (de) * 1961-01-31 1965-10-07 Time Inc Vorrichtung zum Ablegen gefalzter Papierbogen, insbesondere in Form von Signaturen, auf einen Tisch
US3284081A (en) * 1964-07-24 1966-11-08 William F Huck Sheet conveying apparatus
DE1280651B (de) * 1967-07-05 1968-10-17 Windmoeller & Hoelscher Stapelbildeeinrichtung fuer Papier- oder Kunststoffolienverarbeitungsmaschinen, insbesondere Sackherstellungsmaschinen
US3672265A (en) * 1970-03-04 1972-06-27 Windmoeller & Hoelscher Apparatus for stacking flattened bags of thermoplastic material which are made in a bag-making machine
DE2104440C3 (de) * 1971-01-30 1974-07-11 Windmoeller & Hoelscher, 4540 Lengerich Vorrichtung zum Ablegen von ohne Überlappung hintereinander voranbewegten, flachen, schmiegsamen Werkstücken, z.B. Schlauchstücken
CH592562A5 (nl) 1974-05-28 1977-10-31 Ferag Ag
DE2552998C2 (de) * 1975-11-26 1983-11-10 Heidelberger Druckmaschinen Ag, 6900 Heidelberg Bogenausleger für Rotationsdruckmaschinen
CH617906A5 (nl) * 1977-06-01 1980-06-30 Grapha Holding Ag
CH623286A5 (nl) * 1977-10-24 1981-05-29 Ferag Ag
CH644816A5 (de) 1980-02-08 1984-08-31 Ferag Ag Foerdereinrichtung, inbesondere fuer druckprodukte, mit an einem umlaufenden zugorgan verankerten greifzangen.

Also Published As

Publication number Publication date
SG73184G (en) 1985-04-04
FI70396C (fi) 1986-09-19
DE3130945A1 (de) 1982-04-29
AU546102B2 (en) 1985-08-15
ES505012A0 (es) 1982-06-16
FI70396B (fi) 1986-03-27
NL190839B (nl) 1994-04-18
HK95584A (en) 1984-12-14
IL63605A0 (en) 1981-11-30
BR8105903A (pt) 1982-06-08
NO813137L (no) 1982-03-17
DK409681A (da) 1982-03-17
NO151890C (no) 1985-06-26
HU185309B (en) 1985-01-28
DK151073B (da) 1987-10-26
GB2083799A (en) 1982-03-31
FR2490202B1 (fr) 1986-02-28
FI812799L (fi) 1982-03-17
IT8123996A0 (it) 1981-09-16
YU43036B (en) 1989-02-28
MX151152A (es) 1984-10-04
FR2490202A1 (fr) 1982-03-19
DE3130945C2 (nl) 1991-01-24
IT1138610B (it) 1986-09-17
SE451709B (sv) 1987-10-26
NO151890B (no) 1985-03-18
PL129901B1 (en) 1984-06-30
US4445681A (en) 1984-05-01
NL190839C (nl) 1994-09-16
AU7487081A (en) 1982-03-25
CA1185627A (en) 1985-04-16
PL232977A1 (nl) 1982-03-29
CS224623B2 (en) 1984-01-16
DD201577A5 (de) 1983-07-27
SE8104716L (sv) 1982-03-17
SU1311613A3 (ru) 1987-05-15
DE3153613C2 (nl) 1992-06-17
DK151073C (da) 1988-05-16
GB2083799B (en) 1984-06-27
ES8205705A1 (es) 1982-06-16
YU210181A (en) 1984-02-29

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8103788A (nl) Inrichting voor het uit de transportstroom verwijderen van door middel van een transporteur getransporteerde, buigzame, vlakke voortbrengselen, in het bijzonder drukprodukten.
US4424966A (en) Mechanism for conveying articles selectively into different paths
NL7904441A (nl) Inrichting voor het wegtransporteren van dakpansgewijs liggende, platte voortbrengselen, in het bijzonder drukprodukten.
US6322315B1 (en) Web stacker and separator apparatus and method
DE2029276C3 (de) Vorrichtung zum Fördern eines Stapels hochkantstehender flachiger Gegenstande
US4406449A (en) Apparatus for depositing sheets in a stack
US4673381A (en) Cartoning machine having auxiliary flap sealer
JP3385051B2 (ja) グリッパコンベヤ上の自閉式グリッパを開く方法及び装置
US3982382A (en) Article bucket with circular clamp
JP2700287B2 (ja) 折り畳まれた印刷物を開く方法及び装置
JPS58160225A (ja) 折畳み箱を起立させるための装置
JPS6327251B2 (nl)
NL1003415C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het bufferen van papiervellen.
RU2397134C2 (ru) Обработка на транспортере
US3926423A (en) High speed in-line paper inserting apparatus and method
US5503386A (en) Device for transferring a scale-shaped flow consisting of printed products
US5308056A (en) Apparatus for stacking flat workpieces on a stacking table
US3477710A (en) Sheet delivery mechanism for sheet-processing machines,particularly printing presses
CN1420835A (zh) 输送平面幅材段的装置
US6017027A (en) Method and apparatus for opening flexible, sheet products
US5961431A (en) Device for turning the front panel of a plate-like workpiece within a folder-gluer
CA2307513C (en) Apparatus for feeding sheet-like articles to a processing arrangement
US4498664A (en) Apparatus for removing from a product stream conveyed by means of a conveyor device flexible, flat products, especially printed products
JP5380129B2 (ja) 印刷製品の次処理をするための丁合い区間内の搬送装置
JPH0489736A (ja) 原稿自動給送装置

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20010301