NL8102747A - Werkwijze en inrichting voor het reinigen van oppervlakken. - Google Patents

Description

* * - % m VO 1993

Betr.: Werkwijze en inrichting voor het reinigen van oppervlakken.

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het behandelen, bij voorkeur een oppe rvlakt er ei ni gi ng van vervormbare holle lichamen, alsmede een inrichting voor het toepassen van die werkwijze.

. 5 Reeds sedert jaren betekent het terugwinnen in. het bijzonder van in afval aanwezige materialen een aan betekenis steeds toenemende, economische factor, zodat een grote behoefte bestaat aan een eenvoudige en doelmatige werkwijze en inrichting voor de behandeling daarvan.

Wiet alleen daarom doch ook met het oog op de belasting van het milieu IQ kunnen voor producenten van bepaalde produkten van staatswege voorschriften voor het weer toepassen van betreffende afvaldelen gelden.

Zo geldt b.v. in de Bondsrepubliek, voor producenten van blikverpakking de verplichting, in het bijzonder in afval aanwezige.schroot.van blikverpakking, bij dé staalproduktie opnieuw te gebruiken.. Dit ge-15 schiedt weliswaar in bepaalde gevallen, doch vanwege niet te overwinnen moeilijkheden is op brede basis een werkwijze voor het verwerken van grote hoeveelheden blikschroot niet toepasbaar gebleken.

Voor het terugwinnen van blikschr.oot uit afval bestaan in de pr act ijk in beginsel twee mogelijkheden: 20· Volgens de eerste methode wordt schroot in een vuilverbrandings installatie na de verbranding door magnetische scheiding uit de slak verwijderd. Het aldus gewonnen blikschroot heeft zeer slechte kwaliteiten en kan in grote hoeveelheden nauwelijks verwezenlijkt worden.

De aanbieding van dit soort schroot stijgt bij elke nieuwbouw van een 25 vuilverbrandingsinstallatie met afscheiding van metaal. Reeds nu al zijn voor dit schroot de produktiekosten vaak niet haalbaar.

De oorzaken voor de slechte schrootkwaliteit moeten in het bijzonder daarin gezien worden, dat het schroot met de slak door een waterbad achter de oven wordt getransporteerd, zodat na een bepaalde 30 verblijfstijd tot aan het persen en naar gelang de aard van de gebruikte machines, asresten aan en in de blikverpakking blijven hechten. Behalve de uitwendige verontreiniging is echter ook,een chemische verontreiniging van het schroot reeds in de oven ingetreden., immers het Fe-schroot neemt, op zijn weg door de oven een reeks van voor de 35 staalbereiding schadelijke stoffen op, o.a. zwavel tot ca. 0,2$.

S'1 0 2 7 4 7 * l .

-2-

Het tin verbrandt grotendeeld, een deel wordt evenals koper door het Fe-schroot opge nomen. In het bijzonder deze chemische verontreinigingen, welke slechts ten dele door het blik zelf worden veroorzaakt, maken dit soort schroot practisch onbruikbaar omdat de graad 5 , van de verontreiniging, niet vooraf kan worden bepaald, zodat pas bij een chemische analyse van de smelt in de staalfabriek de samenstelling van het schroot, welke niet reproduceerbaar is, kan worden vastgesteld*

Volgens een tweede methode wordt het schroot voor het verbranden of composteren aan het af val. onttrokken. Daarmede wordt weliswaar het 10 probleem van niet representatieve chemische verontreiningen ondervangen, . doch dit schroot heeft niet. gewenste, aan de buitenkant hechtende verontreinigingen, hierin lak en tin begrepen.

Wanneer het reinigen van dit schroot op eenvoudige en doelmatige-wijze verwezenlijkt zou kunnen worden, dan zou dit op voordelige wijze 15- weer bij de staalbereiding kunnen worden gebruikt en .tin in bepaalde hoeveelheden aan het ruwe ijzer toegevoegd kunnen worden, omdat de voor de staalbereiding belangrijke gegevens voor de samenstelling vooraf bekend en constant zijn.

Overeenkomstige overwegingen en problemen gelden ook voor andere 20 weer te gebruiken afvalbestanddelen.

Aan de uitvinding ligt het probleem ten grondslag, een werkwijze en een inrichting voor het behandelen, in het bijzonder een oppervlakte -reiniging voor vervormbare holle lichamen te verschaffen, waarmede het mogelijk is, bedoelde uitwendig, verontreinigde delen voor hergebruik 25 optimaal toepasbaar te maken.

Dit probleem wordt volgens de uitvinding op verrassend eenvoudige wijze opgelost, doordat de holle lichamen na elkaar een botsfase, een scheurfase en een verdichtingsfase doorlopen, waarbij de aldus behandelde holle lichamen in een bestuurbare deelstroom teruggevoerd en bij de 30 onbehandelde holle lichamen gevoegd worden, waarbij de bestuurbaarheid de mogelijkheid van een eenvoudige verandering en beïnvloeding van de deelstroom omvat en daarbij beoogde invloeden van de richting, snelheid, hoeveelheid, korrelgrootte en/of gewicht van de deelstroom niet uitsluit. De gedachte voor het onderhavige probleem een zich door een val-35 resp. stoottraject en herhaald samenvoegen onderscheidende behandelings- 8102747 * ^ -3- methode toe te passen en deze te -wijzigen, doordat een deelstroom van het reeds behandelde, d.w.z. gereinigde en geccmpacteerde materiaal teruggevoerd en hij het toevoermateriaal wordt, gevoegd, zodat dit als slaglichamen van grote dichte op de holle lichamen werkt, met als 5 gevolg dat dit wordt gereinigd en de verdichting wordt ondersteund, leidt niet alleen tot een verrassend goed reinigingsrendement doch · resulteert in een ander aanzienlijk voordeel .van het verminderen van het stortgewicht. van het materiaal, waardoor aan transportruimte kan worden bespaard, de laadtijd, bij de toevoer naar de smelt, verkort. · 10 en dus tijd en energie bespaard.kan .worden alsmede, tenslotte het laden als zodanig vanwege de aanzienlijk kleinere behoefte aan plaats van het in samenstelling constante, wederom te gebruiken.materiaal, vereenvoudigd kan worden»

De door.de uitvinding voorgestelde maatregel kan op bijzonder 15 doelmatige wijze worden toegepast bij het behandelen van gelakt en eventueel verontreinigd, uit afval gesorteerd en/of uit de produkten af ge schèiden. blikverpakking,, waarbij wordt voorgesteld, de teruggevoerde, behandelde, resp. kleingemaakte, en verdichte blikverpakking aan de onbehandelde blikjes tijdens de botsfase te. voegen.

20 Daardoor is het niet alleen mogelijk de werkwijze in een zeer kleine ruimte toe te passen, doch er ontstaat een aanzienlijke verhoging van het behandelingsrendement, omdat een gedeelte van de materiaalstroom als gevolg van het grotere soortelijke gewicht als een geschut op de delen van het toegevoerde materiaal kan inwerken en derhalve de 25 reinigende werking aanvangt. Deze voordelige effecten treden in het . bijzonder dan op de voorgrond, wanneer de deelstroom en het toegevoerde materiaal in vrije val met verschillende snelheden onderling in contact gebracht worden, d.w.z. een toevoer wordt gekozen, waarbij de deelstroom met grote snelheid in de baan van de eveneens versnelde 30 delen van het toegevoerde materiaal wordt geleid, resp. daarmee gepaard gaande de versnelde delen van de deelstroom de baan van het toevoermateriaal op het tijdstip van die toevoer kruisen.

Voor het onttrekken van de volgens de uitvinding op verrassend eenvoudige wijze door de bedoelde behandeling van toegevoerd materiaal, 35 in het bijzonder blikverpakking afgeslagen, uitwendige verontreinigingen 8102747

* V

J

-U- - wanneer hiervan uitwendige verontreiningen wordt gesproken, dan zijn . daarmee de zowel aan. het tinnen- als aan het "buitenoppervlak van een hól lichaam hechtende "bedoeld - zijn verschillende mogelijkheden.

Zo zou een afscheiding, door een cycloon, zeven of een magnetische 5 scheiding toegepast kunnen worden en wel nadat, het materiaal de be-; ; handelingsmachine heeft verlaten. Wanneer de verontreiniging en/of het stof "bij-een volgende scheidingshehandeling wordt afgezogen, dan bestaan daarvoor ook verschillende tijdstippen, n.1., hetzij tijdens de botsfase,. en/of direct in aansluiting op de verdichtingsfase, 10 waarbij de laatste dan. in het bijzonder aan te bevelen is, wanneer het materiaal de verdichtingszone in de. vrije, val verlaat.

In de af gezogen uitwendige verontreiningen bevindt zich dan afgeslagen zink, dat later op bekende wijze afzonderlijk afgescheiden en teruggewonnen kan worden.

15 De werkwijze volgens de uitvinding stelt in 'ieder':, geval een optimale maatregel ter beschikking, omdat niet alleen ruimte en tijdbesparend wordt gewerkt, doch. ook een tot nog toe niet bereikt rei-nigingsresultaat verkregen kan worden,, hetgeen, een doelbewuste terugvoer van het afval, bij voorkeur schroot uit blikverpakking in het 20 staalbereidingsproces mogelijk maakt. Daarbij wordt in een werkfase van de behandeling een reiniging, openen en compacteren van het materiaal voor het verkrijgen van zo eenvoudig mogelijk te laden deeltjes, aangezien deze nagenoeg kogelvormig zijn, verkregen.

Voor het toepassen van de bij het reinigen volgens de uitvinding 25 voorgestelde maatregelen zijn bekende machines in het bijzonder brekers of Shredders geschikt met in een huis op een horizontale as bij voorkeur snel draaiende aan zijn ontrek met slagwerktuigea bezette rotor, welke in het onderste bereik door een uitlaatrooster omgeven is en in het overige deel t.o.v. het inwendige van het huis vrijligt alsmede met 30 een inloop aan de naar omhoog draaiende rotorzijde in de bovenste huishelft en eventueel een afvoer voor grove delen tegenover de invoer in de bovenste huishelft - deze is voor het geval aanwezig, dat tegenover de te behandelen holle lichamen, in het bijzonder blikken doosjes relatief zware deeltjes mee in de Shredder komen, welke dan door deze 35 opening naar buiten worden afgevoerd zonder in het bereik van het rooster 81 02 74 7 .# ή _ -5- te komen, zoals dit "beschreven is in het Duitse octrooischrift 1,299.50U. Voor deze inrichting wordt in het kader van.de uitvinding een tweede • inloop onder de eerste, doch hoven het door de rotoras lopende horizontale vlak voor gesteld. Door deze tweede invoer wordt de teruggevoerde 5 deelstroom volgens de uitvinding naar het toegevoerde materiaal gebracht .

Daarbij is het bijzonder doelmatig gebleken, wanneer een bij schuin in het huis reikende glijgoot uitgevoerde, voor de toevoer van het te behandelen materiaal bedienende eerste inloop de bovenste af-10 dekking van een eveneens schuin in het huis gevoerde, als kanaal uit gevoerde, door de toevoer van de teruglopende deelstroom dienende tweede inloop vormt. Daarmede wordt niet alleen een met betrekking tot de opbouw van het huis materiaalbesparende uitvoeringsvorm bereikt, doch ook een voor het reinigingsresultaat optimale af gif temogelijkheid 15 verkregen, omdat binnen het buis boven de rotor werveling van beide materiaalstromen plaatsvindt. Daarbij wordt het onder de toevoer ingebrachte, reeds behandelde materiaal allereerst, door de rotor gegrepen, naar omhoog geslingerd en daarbij onder een hoek t.o.v. de toevoerstrocm bewogen, waarbij een intensief botsenvan de afzonderlijke 20 deeltjes op de onbehandelde holle lichamen plaatsvindt. Op. dit tijdstip treedt een reinigend uitkloppen in de val plaats, alvorens de aankomende holle lichamen de huiswand treffen, waardoor het reinigen nog intensiever zal plaatsvinden. Pas daarna komen de holle lichamen in het bereik van de scheurfase, d.w.z. voor de eerste maal met de rotor in contact.

25 Voor bepaalde materiaalsoorten komen voor een verder opvoeren van de doelmatigheid van de werkwijze volgens de uitvinding maatregelen in aanmerking, welke verhinderen, dat de teruggevoerde, gecompacteerde schrootdeeltjes de holle lichamen, in het bijzonder de doosjes niet wezenlijk doorbuigen of knikken, waardoor het aangrijpingsgebied van de 3Q vlakken van de doosjes kleiner zou worden en bovendien krontrekken en vouwen onder bepaalde omstandigheden zouden kunnen optreden, d.w.z. op een tijdstip, waarop nog niet alle oppervlakteverontreining verwijderd is. Een noodzakelijkheid van dergelijke maatregelen hangt duidelijk primair van de aard en de omvang van de verontreiniging alsmede de 35 wanddikte van de holle lichamen af.

........ 8102747 -6-

Daartoe kan het doelmatig zijn de volgens de uitvinding behandelde schrootdeeltjes voor de terugvoer naar grootte en/of gewicht te klassificeren. om de betreffende optimale resultaten beogende fractie weer te kunnen toevoeren.

5 Een dergelijke scheiding· kan tot op zékere hoogte ook reeds door een bewust onttrekken van de uit het verdichtings- d.w.z. rooster-bereik uittredende deeltjes plaatsvinden, omdat aan de inloopzijde deeltjes het rooster verlaten met een andere grootte dan. aan de tegenoverliggende zijde.

10 Binnen het kader van de uitvinding wordt voor de op het rooster plaatsvindende verdichting een scheurfase geschakeld; dit. wordt door een aantal in het huis reikende, nokvormige, over de gehele rotor lengte gelijkmatig verdeeld aangebrachte uitsteeksels aan de neerwaarts draaiende. rotorzijde direct boven het uitlaatrooster bereikt, welke een 15 soort kam vormen.

Volgens een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding reikt de onderkant van de tweede inloop dichter bij de slagcirkel, van de rotor dan de onderkant van de bovenste, eerste inloop. Door deze maatregel wordt behalve een bescherming van de onderkant van de bovenste inloop 20 bereikt, dat de straal van de door de rotor versnelde, teruggevoerde deeltjes met het oog op hun werking op het toe te voeren materiaal, volledig benut kan worden, omdat dit vanwege de terugspringende onderkant van de bovenste inloop onafgedekt, tangentiaal door de rotor weggeslingerd in hoofdzaak onder een rechte hoek op de stroom inkomend 25 materiaal terecht komt.

Aan de hand van de' bijgevoegde tekeningen, waarin een voorkeur suitvoeringsvorm is weergegeven, wordt de uitvinding in het hiernavolgende nader toegelicht. In de tekening tonen: fig. 1 een behandelingsinstallatie volgens de uitvinding 30 schematisch in zijaanzicht; fig. 2 de installatie volgens fig. 1, doch in vooraanzicht; fig. 3 een bovenaanzicht van de in fig. l.en 2 weergegeven installatie; en fig. t een t.o.v. de installatie volgens fig. 1 met betrekking 35 tot de terugvoer en reiniging van de uitvoeringsvorm van de uitvinding, in zijaanzicht.

81 02 74 7

*· V

-τ-

Het hoofdbestanddeel van de behandelingsinstallatie volgens de uitvinding is een in zijn geheel door 1 aangeduide Shredder, -welke in beginsel uit het Duitse octrooischrift 1.299.50k bekend is. De Shredder 1 is voorzien van een in de zin van de wijzers van de'klok 5 draaiende rotor 2, welke in een meerdelig huis 3 is ondergebracht, dat verhoogd op een steiger U bevestigd is. De rotor is aan zijn ontrek } van niet weergegeven slagwerktuigen voorzien en in het onderste bereik op enige afstand van de slagcirkel van de slagwerktuigen, door een afvoerrooster 5 cmgeven. Op gebruikelijke wijze bevindt zich aan de 10 aan de neerwaarts draaiende zijde van de rotor 2 grenzende huiszijde een hellend naar omlaag verlopende inloop 6 met, een daaraan opgehangen sluitklep 7. De inloop 6 is met zijn onderkant zover binnen de Shredder . gevoerd, dat het deze verlatende materiaal de rotor kort voor het bereiken van. het bovenste punt, waarbij de raaklijn horizontaal ver-15 loopt, treft.

De onderkant 8 aan de inloop 6 vormt gelijktijdig de bovenste afdekking van. een tweede inloop 9 met in het weergegeven voorbeeld dezelfde helling als de eerste inloop 6, waarbij echter een de onderkant van de tweede inloop 9 vormend wanddeel 11 met de vrije kant dichter 20 tegen de slagcirkel van de rotor gevoerd is dan de. onderkant 8. Het wanddeel 11 is overigens, tot aan het afvoerrooster 5 naar onderen, de rotor in de vorm van een cirkelsegment omgevend, verlengd.

Op ongeveer dezelfde hoogte als het vrije einde van het de tweede inloop aan de onderzijde begrenzende wanddeel bevinden zich aan de 25 tegenoverliggende zijde van het huis 3 nokvormige, de rotor eveneens ten dele cirkelsegmentvormig amgevende uitsteeksels 12, waar het dè ' van hier af naar omlaag draaiende rotor 2 meegenomen goed op zijn laatst de scheurfase bereikt, ingeval dit niet daarvoor reeds met de rotor-verktuigen in contact is gekomen. Op deze fase sluit dan op het afvoer-30 rooster 5 de verdichtingsfase aan. Boven de uitsteeksels 12 bevindt zich aan de naar omlaag draaiende zijde van de rotor toegekeerde huiswand een afvoeropening 13, welke in het weergegeven geval met een naar onderen afhangende, naar buiten zwenkbare klep lk is afgedekt. Een naar binnen in de ruimte boven de rotor 2 reikende wigvormige afdekking 10 vormt 35 op deze plaats een soort uitwerpkanaal, dat voor de afvoeropening 13 8102747 / v I ! -8- gelegen is en ervoor zorgt, dat eventueel door met naar verhouding grote kinetische energie aankomende grove deelt jes de gewenste weg door ' de afvoerqpening zullen volgen, waarbij de betrekkelijk licht uitgevoerde kleppen door de van de doorloop door het rooster op afstand gehouden 5 deeltjes geopend worden. De daartoe noodzakelijke maatregelen kunnen worden afgeleid uit het Duitse octrooischrift 1..299-50^-.

Bij de eerste inloop wordt in het in fig. 1 weergegeven uit-voeringsvoorbeeld een schuin naar boven transporterende hoofdtransport-• band 15, welke het materiaal, in het onderhavige geval uit afval voor 10 het verbranden of composteren gesorteerde blikke doosjes naar de eerste inloop 6 gevoerd, via de schuine goot waarvan dit onder invloed van de zwaartekracht in het bereik van het inwendige, van het huis boven de . rotor 2 kcmt. Aldaar komt dit, zoals reeds besproken, met teruggevoerd,. reeds gereinigd en compact gemaakte, doosdeeltjes tezamen, waarvan de.

15 transportbaan nog nader besproken zal worden en welke vooraf door de rotor versneld zijn en nu botsend op het toegevoerde materiaal werken, ' waarmee de reiniging wordt ingeleid.

Na de scheurfase op het uitsteeksel 12 en de daaropvolgende ver-dichtingsfase in het bereik van het afvoerrooster 5 valt. het .op de 20 gewenste wijze- gereinigde en samengepakte materiaal naar onderen op een de gehele afvoerstroom opnemende goot l6,vaar. de afloopbaan voor het aftakken van een deelstroom, een dwars verstelbare scheidingsschuif 17 is aangebracht. In het in fig. 1 en 3 weergegeven geval bevindt de scheidingsschuif zich links van het midden van de goot l6, zodat de 25 totale stroom van de het afvoerrooster verlatende deeltjes in twee naar hoeveelheid verschillend grote deelstromen wordt onderverdeeld.

De naar hoeveelheid grotere deelstroom komt vrijvallend in een opneemvat 18, waarmede dit weggetransporteerd kan worden.

De in hoeveelheid kleinere deelstroom, welke in het geval volgens 30 fig. 1 en 3 links van de scheidingsschuif 17 in de goot l6 wordt geleid, wordt naar de Shredder teruggevoerd en wel via een transportbandcombinatie 19a, b, c en d. Van de goot 16 komt de teruglopende deelstroom allereerst op de band 19a en dan via de onder een rechte hoek op elkaar staande banden 19b, 19c en 19d (zie in het bijzonder fig. 3) ter hoogte van de 35 tweede inloop 9, welke als een bij voorkeur onder dezelfde hoek als de 81 0 2 7 4 7

ΤΓ V

-9- eerste inloop in het' inwendige van liet huis leidend kanaal gevormd is.

Na het verlaten van de door het vanddeel 11 gevormde helling worden de teruggevoerde deeltjes door de rotor 2 gevat en dan op de de eerste inlaat 6 verlatende materiaalstroom hotsend in het bovenste bereik 5 Chet botsbereik) van het huis geslingerd (botsfase).

Het afvoeren van het behandelde materiaal, in het bijzonder van teruggevoerde deeltjes, kan binnen het kader van de.uitvinding ook .doelbewust in de gewenste deelbereiken van het het verdichtingsbereik vormende rooster 5 plaatsvinden, hetgeen tot een deelstroom met.een 10 verschillende karakteristiek leidt.

Ofschoon bij de tot nog toe bekende methodes voor het. afzonderen van te behandelen holle lichamen, in het bijzonder blikken doosjes, uit te verbranden en/of te composteren afval relatief zeker mogelijk is.» wordt voor het verwijderen van overtollige lichte vreemde stoffen, .

15 in het bijzonder plastic en textielafval, zo ook stof, bij voorkeur een af zuiging ook in het bovendeel van het Shredderhuis 3 toegepast om in elk geval te vermijden, dat.deze stoffen tot verstopping van het afvoerrooster 5 leiden of bij het compacteren in de verdichtingsfase door deeltjes van dozen cmsloten worden. Een dergelijk afzuigen kan 20 op voordelige wijze bovendien worden benut cm door het regelen van de luchtstrocm de verblijfstijd van holle lichamen, in het bijzonder blikken doosjes in de boven de draaiende rotor 2 liggende, in hoofdzaak het stoot bereik vormende turbulentiezone op gewenste wijze te verlengen.

De voor deze af zuiging noodzakelijke aggregaten kunnen evenals de bij 25 de rotor 2 behorende motor 21 op een bij de steiger U behorend . platform 22 zijdelings naast de Shredder (zie fig. 2) ondergebracht worden.

Tenslotte kan voor een verdere verhoging van de kwaliteit van het behandelde schroot voor het afzuigen onder het afvoerrooster 5 30 een magnetisch scheidingsstation aanwezig zijn, om niet metalen delen .en niet ijzer-metalen niet in de smelt te laten komen.

In fig. !+ is een andere uitvoeringsvorm voor een voor het toepassén van de uitvinding dienende installatie weergegeven, welke, zich door de wijze van zeven van de verdichte holle lichamen, de 35 wijze van terugvoer van grotere deeltjes alsmede het reinigen voor een 81 0 2 7 4 7 »

* V

Γ----- . .................

; : -10- ι verder-proces voldoende verdicht materiaal - door een hoven de hand geplaatste magneet - van de hierboven beschreven installatie onderscheidt. Opgemerkt zij, dat de terugvoer van z.g. bovenmaatse korrels in het bijzonder de. volgende voordelen t.o.v. het gebruik van kleinere materiaal-5 stukjes, als terug te voeren deelstroom bezit: a) het opnemen van een grotere energie bij het botsen tegen de slag-werktuigen; b) een beter reinigingseffect bij het treffen van de holle lichamen; en 10 c) naverdichten van z.g. bovenmaatse korrels.

Door een geschikte uitvoeringsvorm van het rooster 5, in het bijzonder door de keuze van de roosteropeningen, kan het produceren van de hoeveelheid- bovenmaatse korrels beïnvloed worden.

Uit fig., U blijkt het verdere verloop: 15 De door de roosteropeningen uittredende delen, resp. deeltjes wor den door een goot 16 naar een schcmmelzeef 23 gevoerd. In overeenstemming met de grootte van de zeefopeningen van de schcmmelzeef 23 valt het kleine verdichte materiaalgedeelte op een onder de schcmmelzeef 23 lopende transportband 2k, welke onder een bandmagneet 25 eindigt. Aan 20 de afvoerzijde van de transportband 2b worden de magnetische deeltjes door de bandmagneet aangetrokken en naar een goot 26 gevoerd, welke dit materiaal dan in een schrootvat 27 leidt. De'niet magnetische verontreiniging valt van de transportband. 2b in een afvalvat 28.

De bovenmaatse korrels, welke de openingen van de schcmmelzeef 23 25 niet kunnen passeren, kernen voor wat betreft de functie reeds in samenhang met het eerste uitvoeringsvoorbeèld besprokene, uitsluitend in afmetingen en hoekstand op de daaraan aangepaste band 19a en vandaar op met de wijze van werken van de installatie volgens het eerste uit-voerimgsvoorbeeld identieke wijze in de. hiervoor beschreven kringloop.

30 In samenhang met fig. U niet beschreven'details van de instal latie stemmen overeen met die volgens fig. 1-3.

8102747

Claims (11)

1. Werkwijze voor het "behandelen, in het bijzonder een oppervlakte-reiniging van vervormbare holle lichamen, met het kenmerkr dat de holle lichamen na elkaar een botsfase, een scheurfase. en een verdichtings-fase doorlopen, waarbij de aldus behandelde holle lichamen in een . 5. stuurbare deelstroom, teruggevoerd en bij onbehandelde holle, lichamen (toevoermateriaal) gevoegd worden.

2. Werkwijze volgens conclusie 1» in het bijzonder voor het behandelen van gelakte en eventueel verontreinigde , uit afval gesorteerde en/of uit de productie afgescheiden blikken doosjes, met het kenmerk, dat 10- de teruggevoerde, behandelde, resp. kleingemaakte en verdichte blikdoosjes tijdens de botsfase bij onbehandelde blikdoosjes gevoegd worden.‘

3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de deelstroom bij onbehandeld, materiaal, onder, een hoek,, bij voorkeur een rechte 1? hoek gevoegd wordt. U. Werkwijze volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de deelstroom en het toevoermateriaal in de. val met verschillende snelheden met elkaar in contact, gebracht worden.

5. Werkwijze volgens conclusies 1-t, met het kenmerk, dat de uit 20 de materiaalstroom verwijderde verontreinigingen uit de totaalstroom van de behandelde deeltjes gezogen worden. "

6. Werkwijze volgens conclusies 1-5, met het kenmerk, dat het behandelde materiaal voor de terugvoer naar grootte en/of gewicht ge-klassificeerd wordt.

7. Werkwijze volgens conclusies 1-6, met het kenmerk, dat het plastificeren door een doelbewust onttrekken uit het bereik plaatsvindt, waarin de verdichtingsfase plaatsvindt (verdichtingsbereik).

8. Inrichting voor het toepassen van de werkwijze volgens conclusies 1-7, bestaande uit een breker of Shredder met in een huis 30 op een horizontale as bij voorkeur snel draaibare aan zijn cmtrek met slagwerktuigen bezette rotor, welke in zijn onderste bereik door een afvoerrooster omgeven is en in het overige bereik vrij in het inwendige van het huis ligt, alsmede met een inloop aan de naar omhoog draaiende rotorzijde in de bovenste huishelft en eventueel 35 een afvoer voor grove deeltjes tegenover de inloop in de bovenste 8102747 -12- • * ** m huishelft, gekenmerkt door een tweede inloop (9) onder de eerste inloop (6) door boven het door de rot oases lopende, horizontale vlak.

9·. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk.,., ddt de ..als schuin in het huis reikende goot uitgevoerde, als toevoer voor te behan-5 , delen materiaal, dienende eerste inloop (6) de bovenafdekking van. een eveneens schuin in het huis gevoerd, als kanaal uitgevoerde, als toevoer van teruglopende deelstroom, dienende tweede inloop ¢9) vormt.

10. Inrichting volgens conclusies 8-9, met het kenmerk, dat een aantal in het huis reikende , nokvormig zich over de. gehele lengte van 10 de rotor uitstrekkende uitsteeksels (12) aan.de. neerwaarts draaiende • rotorzijde direct boven het afvoerrooster (5) aanwezig zijn.

11. Inrichting volgens conclusies 8-10, gekenmerkt door tenminste een afzuiging boven en/of onder het afvoerrooster (5).

12. Inrichting volgens conclusies 8-11, met het kenmerk, dat de onder-1? kant van de tweede inloop (9) dichter bij de slagcirkel van de rotor (12) reikt dan de onderkant (8) van de bovenste, eerste inloop (6). 8102747