NL8004228A - Dakrek voor motorvoertuigen. - Google Patents

Description

- 1 -

Dakrek voor motorvoertuigen

De uitvinding heeft betrekking op een dakrek voor motorvoertuigen, in het bijzonder personenauto's, met een inrichting voor het houden en bevestigen van zware lasten, bij voorbeeld boten, jollen, fietsen, rolstoelen, campingkasten of 5 bakken, veel ruimte innemende voorwerpen of dergelijke artikelen, bestaand uit een d raagframe, dat hoofdzakelijk afneembaar aan de randlijsten van het voertuigdak is bevestigd en is voorzien van spanmiddelen.

Dergelijke algemeen bekende dakrekken hebben rechtopstaan-10 de steunen met kleminrichtingen, die in het algemeen om de randlijsten van het voertuigdak grijpen, die ook zijnbestemd voor het afvoeren van water. Dergelijke dakrekken worden ook vaak met additionele inrichtingen uitgerust, die zijn aangepast aan de vorm van de te transporteren zaak, bij voorbeeld 15 in de vorm van klemstukken voor ski's of in de vorm van sledevormige delen voor boten en dergelijke voorwerpen.

Bij deze bekende dakrekken is het echter altijd noodzakelijk de te transporteren last op het rek te heffen, wat in het bijzonder grote moeite veroorzaakt, wanneer veel ruim-20 te innemende en zware voorwerpen, zoals bij voorbeeld boten, jollen en dergelijke voorwerpen met een motorvoertuig moeten worden getransporteerd. .

Aan de uitvinding ligt daarom het probleem ten grondslag een dakrek voor het houden en bevestigen van zware lasten, 25 bij voorbeeld boten, jollen of dergelijke voorwerpen te ontwikkelen, dat het heffen van deze lasten op het dakrek aanzienlijk vergemakkelijkt en desnoods de aanwezigheid van slechts êén bedienende persoon vereist.

Dit probleem wordt volgens de uitvinding opgelost, door-30 dat aan het draagframe een zwenkbaar gelegerd kantelframe is aangebracht en het kantelframe is voorzien van een telescopisch uittrekbare of aanzetbare console en dat langs het kantelframe en de console een slede of dergelijk orgaan, dat de last opneemt, beweegbaar is geleid.

35 Met deze constructie is het mogelijk het kantelframe in een schuine stand ten opzichte van het draagframe te brengen en het kantelframe door het aanzettenof uitschuiven van de console zo ver te verlengen, dat de vrije rand van de console 800 42 28 - 2 - ** contact met de grond krijgt. Het kost nu geen moeite de te transporteren last in de nabijheid van de bodem met de slede te verbinden, die aan de console beweegbaar is geleid. Voor zover het gaat om een boot of om een jol, kan deze op 5 de slede met de boordranden naar omlaag liggend worden geplaatst en op geschikte wijze met de slede worden gespannen, bij voorbeeld door riemen, gordels en dergelijke vastmaakmid-delen.

In een eenvoudigste uitvoeringsvorm kan men nu de con-10 sole met het kantelframe oplichten en de slede met de daarop aanwezige last op het kantelraam schuiven, zodat nu het zwaartepunt van de last in het gebied boven het draagframe wordt verplaatst, wat het verschuiven van de slede in de transportstand aanzienlijk vergemakkelijkt. Men behoeft dan 15 slechts het kantelframe ten opzichte van het draagframe vast te zetten en de slede aan het kantelframe onbeweegbaar vast te spannen of op andere geschikte wijze vast te houden, waarna men de console kan verwijderen of bij telescopische aanbrenging in het kantelframe kan terugschuiven.

20 -De zwenkas van het kantelframe kan al naar de grootte en het gewicht van het te transporteren voorwerp willekeurig aan het draagframe worden gekozen. Het is echter gunstig gebleken de zwenkas van het kantelframe evenwijdig aan de langs-as van het voertuig aan te brengen, in het bijzonder in het 25 gebied boven de bevestiging van het draagframe aan het voertuig. Op deze wijze is het mogelijk de te transporteren voorwerpen zijdelings van het voertuig op te slaan en op deze plaats met de slede te verbinden.

Wanneer het echter om voorwerpen gaat, die bijzonder 30 langwerpig zijn, kan de zwenkas ook zodanig zijn aangebracht, dat men de voorwerpen langs de langsas van het voertuig op de slede plaatst. Omdat in dit geval de radiator en het achtergedeelte van het voertuig hinderlijk zouden kunnen zijn, is het aan te bevelen aan de console aanzetbare of wegklap-35 bare steunvoeten aan te brengen, opdat de console bij het zwenken niet de uitspringende voertuigvlakken kan beschadigen.

Een bijzonder voordeel wordt met de uitvinding bereikt, wanneer aan het draagframe een op de slede inwerkend instel-drijfwerk is aangebracht. Voor de uitvoering van dergelijke 40 insteldrijfwerken bestaan talrijke mogelijkheden.

800 42 28 η - 3 - Λ

In een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding kan in het gebied van de zwenkas van het kantelframe omleidschij-ven voor trekorganen, bij voorbeeld trekbanden, zijn gelegerd, die de slede met het insteldrijfwerk verbinden, dat bediend 5 kan worden door een palwerk, lier, takel of dergelijk orgaan en als bandwikkeltrommel is uitgevoerd.

Natuurlijk kan men ookmotorische aandrijvingen of drijfwerken met tandstangen en dergelijke organen gebruiken, wanneer de nieuwe wijze van laden van een voertuig de kosten v-an der-10 gelijke constructies rechtvaardigt.

In het kader van de uitvinding kan de console en het kantelframe in beide eindstanden ten opzichte van elkaar ver-grendelbaar, bij voorbeeld met pennen, zijn geborgd. Ook de slede is ten opzichte van het kantelframe in de transportstand 15 onbeweegbaar verbonden.

Het is bovendien aan te bevelen tussen het kantelframe en het draagframe dempingsmiddelen, bij voorbeeld veer-lichamen, aan te brengen voor het opvangen van de zwenkbewe-ging van het kantelframe in zijn eindstanden. Bij eenvoudige 20 uitvoeringsvormen van de uitvinding laat men het omkantelen van het kantelframe in de transportstand door verlegging van het zwaartepunt van de omhooggetrokken last plaats vinden.

De dempingsmiddelen dienen om de kantelbeweging te dempen en schokken te vermijden.

25 Wanneer i n de geest van de uitvinding aan de zijde, die tegenover de zwenkas ligt, het kantelframe met het draagframe via een kabel, die de zwenkbeweging van het kantelframe begrenst, is verbonden wordt het gevaar voorkomen, dat door ondeskundige bediening beschadigingen aan het voertuig kun-30 nen ontstaan. Dit is bij voorbeeld het geval, wanneer men vergeet de console aan te zetten of uit het kantelframe te trekken. Dit gevaar zou bij voorbeeld bij het ontladen van het voertuig aanwezig kunnen zijn.

Bij een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding heeft het 35 kantelframe als hol profiel uitgevoerde balken, waarin rails, die de console vormen, beweegbaar en vastzetbaar zijn geleid.

Deze rails zijn bij voorkeur voorzien van op de bodem steunende voetdelen, die hetzij stijf aangebracht, afneembaar of wegzwenkbaar kunnen zijn uitgevoerd.

40 Het blijkt echter ook doelmatig, wanneer het kantelframe 800 42 28 *- I» - 4 - of een tussenframe ten opzichte van het draagframe om een vertikale as in de draairichting verstelbaar zijn aangebracht. Met eendergelijke iets kostbaardere constructie is het mogelijk het kantelframe in de stand te draaien, die telkens het 5 gunstigst is voor het laden van verschillende voorwerpen, voordat het kantelframe voor het opnemen of afgeven van de last wordt gezwenkt.

Het blijkt dus, dat de grondgedachte volgens de uitvinding in talrijke varianten kan worden uitgevoerd en daarom 10 is de uitvinding niet beperkt tot het weergegeven uitvoerings-voorbeeld van de uitvinding.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van de tekening, waarin bij wijze van voorbeeld een uitvoeringsvorm van het dakrek volgens de uitvinding -15 schematisch is weergegeven. In de tekening toont: fig. 1 in perspectief een aanzicht van een dakrek in een stand voor het opnemen van een last, bij voorbeeld van een boot en fig. 2 in perspectief een aanzicht van dakrek volgens 20 fig, l in de transportstand.

In het uitvoeringsvoorbeeld van fig. 1 is een voertuij 2, bij voorbeeld een personen^-auto, schematisch met streeppunt-lijnen weergegeven. Op het dak van het voertuig 2 bevindt zich een draagframe 1, dat op gebruikelijke wijze zoals een nor-25 maal dakrek met de dakrandlijsten van het voertuig 2 is vastgeklemd. De uitvinding maakt echter ook andere bij voorbeeld stationaire verbindingen van het draagframe 1 aan het voertuig 2 mogelijk, in het bijzonder wanneer het om vrachtauto's gaat.

30 Met het draagframe 1 is een kantelframe 3 langs de zwenk- as 4 zwenkbaar verbonden. In de rijstand steunt het kantelframe 3 op het draagframe 1 zoals dit schematisch in fig. 2 is aangeduid.

Bij het uitvoeringsvoorbeeld zijn de zijdelingse balken 35 van het kantelframe 3 als holle profielen uitgevoerd. In deze -balken zijn telescopisch rails van een console 5 beweegbaar geleid. Deze rails dragen aan hun vrije einden steunvoeten 9, die zijn bestemd voor het steunen op de bodem volgens fig. 1.

In plaats van een telescopische geleiding van de console 5 40 kunnen ook afzonderlijke of als een frame met elkaar verbonden 8 00 4 2 28 - 5 - Η rails als console met het kantelframe 3 als verlenging daarvan aangezet of daarmede zwenkbaar worden verbonden. Essentieel is, dat deze console 5 een verlenging van het kantelframe 3 vormt en in de aangezette stand draaivast daarmede 5 is verbonden.

Een slede 6 is zowel langs het kantelframe 3 als langs de console 5 beweegbaar geleid. Deze slede 6 dient voor het opnemen van de last 7, die in fig. 1 met streeppuntlijnen is weergegeven en de romp van een boot of van een jol moet voor-10 stellen. Het is aan te bevelen de slede 6 via looprollen 8 en corresponderende tegenrollen, die niet zijn weergegeven, te leiden waarbij in fig. 2 is aangegeven dat de tegenrollen aan aanzetstukken 18 van de slede 6 kunnen zijn gelegerd. De uitvinding laat ook talrijke andere geleidings-15 mogelijkheden voor de slede 6 langs het kantelframe 3 en langs de console 5 toe. De looprollen 8 hebben een zodanige afstand, dat de trap tussen het kantelframe 3 en de console 5 zonder moeite kan worden overwonnen.

Met deze inrichting is het op zeer eenvoudige wijze mo-20 gelijk een last 7 in de nabijheid van de· bodem met de slede 6 te verbinden en deze last op het kantelframe 3 en daarmede op het draagframe 1 te schuiven. Bij het uitvoeringsvoorbeeld wordt een boot naast het voertuig 2 eerst in zijn drijfstand geplaatst. Men zwenkt het kantelframe 3 om de zwenkas 4 en 25 trekt de console 5 uit het kantelframe 3 bij telescopische aanbrenging of zet de console 5 aan het kantelframe 3. Op deze wijze wordt een schuin vlak gevormd, dat met behulp van de steunvoeten 9 op de bodem steunt. Nu kan men de last 7 zijdelings omkantelen tot de boordranden v an de boot 7, die 30 als last is weergegeven, op de slede 6 komen te liggen.

Daarom is de slede 6 voorzien van zijdelingse sledevormige stukken 19, die aan de boot 7 een geleiding en een zijdelings houvast verschaffen. Men kan nu de'boot 7 met de slede 6 op geschikte wijze verbinden bij voorbeeld met behulp van 35 riemen of gordels, die om de boot 7 en onder de dwarsbalken 10 van de slede 6 zijn geleid. Zodra de boot 7 onbeweegbaar met de slede 6 is verbonden, behoeft men slechts de slede 6 met de boot 7 naar boven te schuiven tot het zwaartepunt van deze inrichting zich in de nabijheid van de zwenkas 4 bevindt. 40 In deze stand begint het kantelframe 3 om de zwenkas 4 in de 800 42 23 - β - richting naar het draagframe 1 te kantelen, zodat het nu zeer gemakkelijk is de slede 6 in de stand boven het draagframe 1 te schuiven. Nu kunnen de consoles 5 worden afgenomen of in het kantelframe 3 teruggeschoven en men behoeft slechts nog 5 het kantelframe 3 ten opzichte van het draagframe 1 en de slede 6 ten opzichte van het kantelframe 3 te verbinden, zodat de delen bij het rijden niet ten opzichte van elkaar kunnen bewegen ,

Het uitvoeringsvoorbeeld van fig. 1 toont echter boven-10 dien nog een mechanische hulp, die het mogelijk maakt de last 7 met aanzienlijk geringere moeite in de transportstand te bewegen. Tedieneinde is aan de ene dwarsbalk 10 van de slede 6 een trekinrichting in de vorm van trekorganen 11, bij voorbeeld banden of riemen, bevestigd, die via omleidrollen 15 of schijven 12 zijn geleid, die op de as 4 zijn aangebracht. Deze as 4 kan hetzij als as met vast daarop verbonden omleidrollen 12 of als vast deel met daarop gelegerde omleidrollen 12 zijn uitgevoerd.De trekorganen 11 worden tot wikkel-trommels 13 verder geleid, die op een as 14 zijn aangebracht. . 20 Deze as 14 kan met behulp van het insteldrijfwerk 15 worden gedraaid, waarbij het is aan te bevelen het insteldrijfwerk als lier, palwerk, takel of dergelijk orgaan uit te voeren. Door het draaien van de as 14 wordt het trekorgaan 11 op de wikkel-trommelsl3 gespoeld en de slede 6 langs de console 5 en langs 25 het kantelframe 3 voorwaarts bewogen.

Ook in dit geval vindt het terugzwenken v an het kantelframe 3 naar de in fig. 1 weergegeven normale stand plaats, doordat het zwaartepunt van de slede 6 met de last 7 over het gebied van de zwenkas 4 heen wordt verplaatst. Om te vermij-30 den dat de zwenkbeweging van het kantelframe 3 schokkend werkt, is het aan te bevelen in het gebied van de zwenkas 4 veerlichamen 17, in het bijzonder een spiraalveer, als een soort schokdemper aan te brengen, die bij de pulsachtige zwenkbeweging energie verbruiken en daarmede een zacht plaat- 35 sen van het kantelframe 3 op het draagframe 1 veroorzaken. .......

Omgekeerd is bij het uitvoeringsvoorbeeld tussen het draagframe 1 en het kantelframe 3 een kabel 16 aangebracht, die de zwenkbeweging van het kantelframe 3 van de ruststand volgens fig, 2 naar de laadstand volgens fig. 1 begrenst. Daar-40 mede wordt een te ver zwenken van het kantelframe 3 verhin- 800 42 28 - 7 - derd, wat bij voorbeeld plaats kan vinden, wanneer het staan-vlak voor de steunvoeten 9 van de console 5 lager ligt dan het staanvlak van de wielen van het voertuig 2, Door d eze aanbrenging is ook een waarborg gegeven dat het zwenken van 5 het kantelframe 3 wordt begrensd, wanneer ondeskundig wordt vergeten de console 5 uit het kantelframe 3 te trekken of daaraan te plaatsen.

De uitvinding kan nu in talrijke varianten worden uitgevoerd om bijzondere laadproblemen op te lossen. Het is 10 bij voorbeeld mogelijk het kantelframe 3 op een tussenframe (niet weergegeven) te legeren en dit tussenframe om een ver-tikale as met het draagframe 1 draaibaar te verbinden. Daardoor ontstaat de mogelijkheid de voertuigzijde uit te kiezen, waaraan het ontladen of laden zal plaats vinden. Men 15 kan ook de zwenkas 4 dwars op de langsas van het voertuig aanbrengen en daardoor het laden over de voor- of achterzijde van het voertuig doen plaats vinden. Aangezien in dit geval de radiator- en achtergedeelten van het voertuig hinderlijk in de weg zouden kunnen staan, is het aan te bevelen 20 de consoles te voorzien van aanzetbare of zwenkbare steunvoeten om voldoende bodemvrijheid te verkrijgen. Op deze wijze is het bij voorbeeld mogelijk bouwhout, stangen of andere uitgestrekte lasten op het dakrek te bewegen zonder dat bij het laden het zwaartepunt van het voertuig op bedenkelijke 25 wijze wordt verplaatst.

Het insteldrijfwerk 15 volgens hst uitvoeringsvoorbeeld volgens de uitvinding werkt slechts eenzijdig, doordat het bij het opzetten van de last de trekorganen 11 onder trek-spanning plaatst. Eij het ontladen wordt het zwaartepunt 30 van de last gebruikt, zodat het insteldrijfwerk 15 slechts als rem voor het ontladen werkt. Men kan echter ook het insteldrijfwerk 15 in beide zijden krachtoverbrengend laten werken, waartoe men weliswaar in plaats van de trekorganen 11 op trek en druk belastbare drijfwerkelementen, bij voorbeeld 35 tandstangen of dergelijke organen nodig heeft.

De uitvinding is daarom niet beperkt tot het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld, maar strekt zich uit tot alle varianten, die voor de vakman ontstaan na kennisneming van de uitvinding.

-Conclusies- 800 42 28

Claims (11)

1. Dakrek voor voertuigen, in het bijzonder personen auto's, met een inrichting voor het houden en bevestigen van zware lasten, bij voorbeeld boten, jollen, fietsen, rolstoelen, campingkisten of bakken, veel ruimte innemende voorwerpen 5 of dergelijke voorwerpen, bestaand uit een draagframe, dat hoofdzakelijk afneembaar is bevestigd aan de randlijsten van het voertuigdak en is voorzien van spanmiddelen, met het kenmerk , dat aan het draagframe (1) een zwenkbaar gelegerd kantelframe (3) is aangebracht en het kantelframe 10 (3) is voorzien van een telescopisch uittrekbare of aanzet-bare console (5) en dat langs het kantelframe (3) en langs de console (5) een slede (6) of dergelijk orgaan, dat de last (7) opneemt, beweegbaar is geleid.

2. Dakrek volgens conclusie l,me t het kenmerk, 15 dat de zwenkas (4) van het kantelframe (3) zich evenwijdig aan de langsas van het voertuig uitstrekt.

3. Dakrek volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de zwenkas (4) in het gebied boven de bevestiging van het draagframe (1) aan het voertuig (2) is aangebracht.

4. Dakrek volgens een 'der voorgaande conclusies, met het kenmerk , dat aan het draagframe (1) een insteldrijf-werk (15) is aangebracht, dat inwerkt op de slede (6).

5. Dakrek volgens conclusie 4,met het kenmerk , dat in het gebied van de zwenkas (4) van het kantelframe (3) 25 omleidschijven (12) voor trekorganen, bij voorbeeld trekban-den (11) zijn gelegerd, die de slede met het insteldrijf-werk (15) verbinden, dat bedienbaar is door een palwerk, lier, takel of dergelijk orgaan en is uitgevoerd als band-wikkeltrommel (13).

6. Dakrek volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de console (5) en het kantelframe (3) in de beide eindstanden ten opzichte van elkaar ver-grendelbaar, bij voorbeeld met pennen, zijn geborgd.

7. Dakrek volgens een der voorgaande conclusies, met 35hetkenmerk , dat tussen het kantel- en het draagframe (3,1) dempingsmiddelen (17), bij voorbeeld veerlichamen, 800 4 2 28 - 9 - zijn aangebracht voor het opvangen van de zwenkbeweging van het kantelframe (3) in zijn eindstanden.

8. Dakrek volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat aan de zijde, die ligt tegenover 5 de zwenkas (4), het kantelframe (3) is verbonden met het draagframe (1) via een kabel (16) , die de zwenkbeweging van het kantelframe (3) begrenst.

9. Dakrek volgens een der voorgaande conclusies, met he t kenmerk, dat de console (5) voetdelen (9) 10 heeft, die op de grond steunen.

10. Dakrek volgens een der voorgaande conclusies, met h et kenmerk, dat het kantelframe (3) als hol profiel uitgevoerde balken heeft, waarin rails, die de console (5) vormen, beweegbaar en vastzetbaarzijn geleid.

11. Dakrek volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het kantelframe (3) of een tus-senframe ten opzichte van het draagframe (1) om een verticale as in de draairichting verstelbaar zijn aangebracht. 800 4 2 28