NL8001367A - Zuigdraineerslang voor medische doeleinden. - Google Patents

Description

-1- * VO 0171

Zuigdraineerslang voor medische doeleinden.

De uitvinding heeft betrekking op een zuigdraineerslang voor medisache doeleinden, "bestaande uit een slang en een aantal in het bereik van het slangeinde aangebrachte perforaties.

Zuigdraineerslangen bestaan gewoonlijk uit een polyvinyl-5 chlorideslang met een buitendiameter van ongeveer 2,5-5 mm en een lengte van ongeveer 1 m, waarbij het slangeinde. is voorzien van dwarsboringen met een diameter van ongeveer 2 mm. Deze zuigdraineerslangen worden met het geperforeerde einde, nadat deze tot op een passende lengte is afgekort, in holten in het lichaam en weefsel 10 geïmplanteerd, uit welke holte weefselvloeistof moet worden afge zogen. De afzuigonderdruk bedraagt ongeveer 60-90 mm kwikdruk, dusr ongeveer 8-10 kPa. Als gevolg van deze onderdruk legt zich het weefsel van de lichaamsholte tegen de wand van de zuigdraineerleiding aan. De hoeveelheid afgegeven weefselvloeistof schommelt na de Im-15 plantatie aanzienlijk en er treden tijdsperioden op met nagenoeg geen afgifte van weefselvloeistof. Tijdens dergelije perioden coa-guleert de weefselvloeistof versterkt en verstopt niet alleen een rij perforaties, doch ook het inwendige van de slang. Wanneer tijdens latere perioden dan weer sterker weefselvloeistof wordt afge-20 geven, kan dit niet op de juiste wijze worden afgezogen.

De uitvinding beoogt een zuigdrainageleiding te verschaffen, waarbij het verstoppingsgevaar kleiner is en optredende verstoppingen gemakkelijk kunnen worden opgeheven.

Hiertoe vertoont de zuigdrainageslang het kenmerk, dat de per-25 foraties zijn gevormd tussen schroefvormige ruggen van de slang- wand en de zuigdraineerslang.

In een uitvoeringsvorm van de uitvinding is een enkele schroefvormige rug aangebracht, tussen de afzonderlijke schroef-windingen waarvan een schroefvormige groef als perforatie is ge-30 vormd. Wanneer de geïmplanteerde zuigdraineerslang van bulten het geïmplanteerde stuk enigszins wordt gedraaid, dan wordt de slangwand geheel meegedraaid, doch de schroefwïnding slechts gedeeltelijk. Afhankelijk van de draairichting komt het tot verwijdingen of vernauwingen van de schroeflijnvormige groef, in elk. geval echter tot 35 relatieve verschuivingen van de randen van de schroeflijnvormige 800 1 3 67 Μ -2- groef ten opzichte van elkaar. Coagulaties worden daardoor gebroken. De schroefvormige groef heeft bovendien heb voordeel, dat het inwendige van de slang in het bereik van een slangeinde niet alleen een ronde dwarsdoorsnede heeft, doch eerder een sleutelgatvormige.

5 Bij deze dwarsdoorsnede kunnen de optredende adhesiekrachten zich niet zo uitwerken als bij een geheel ronde dwarsdoorsnede. Er treden bijgevolg vanaf het begin minder verklevingen op.

Volgens een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn twee elkaar kruisende slangvormige ruggen aangebracht, waartussen 10 ruitvormige perforaties zijn gevormd. Bij deze uitvoeringsvorm kun nen de perforaties ongeveer 50% van het wandoppervlak van de slang uitmaken. Het aandeel van de zijdelingse openingen is bij deze uitvoeringsvorm bijzonder groot, zodat het verstoppingsgevaar klein is. Door trekken en draaien kunnen de randen van de perfora-15 ties ten opzichte van elkaar worden bewogen, zij het niet in die mate als bij de eerste uitvoeringsvorm.

Ter verduidelijking van de uitvinding zullen thans, onder verwijzing naar de tekening, twee uitvoeringsvoorbeelden van de zuigdraineerslang worden beschreven.

20 Figuur 1 toont vergroot een eerste uitvoeringsvorm van een slangeinde van een zuigdraineerslang en figuur 2 toont een overeenkomstig aanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van een zuigdraineerslang.

Volgens figuur 1 bestaat een zuigdraineerslang uit een 25 ongeveer 1 m lange slang van polyvinylchloride of een andere geschik te kunststof en heeft een buitendiameter van ongeveer 2,5-5 mm. Het slangeinde is ongeveer 15-20 cm lang en is voorzien van een spi-raalgroef 2 met ongeveer 8-10 schroefwindingen, waarvan er een is afgebeeld. Door de schroefvormige groef 2 is de wand van de slang 30 in de zin van een enkele schroefvormige rug 1 onderbroken, waarvan de zichtbare zijvlakken bij 3 gearceerd zijn. Het inwendige k van de slang is op zich cylindrisch, doch zet zich in de groef 2 naar buiten toe voort, zodat bij een dwarsdoorsnede een ongeveer sleutelvormige vorm ontstaat, waarvan de "baardlengte" enigszins verkort 35 is. De groef 2 neemt ongeveer 25% van het wandvlak van het slang einde in.

800 1 3 67 -3- *»

Wanneer de slang van buitenaf wordt gedraaid, treedt in de rug 1 een afschuifkracht op, die in het hereik van de groef 2 niet kan worden overgedragen. Bijgevolg bewegen zich de randen 2a, 2b van de groef naar elkaar toe of van elkaar af, afhankelijk, van de 5 op de slang uitgevoerde draairichting. Een tijdens de implantatie optredende verstopping wordt daardoor losgescheurd, zodat de doorstroming door het inwendige van de slang 4 weer is gewaarborgd.'

Figuur 2 toont een tweede uitvoeringsvorm van een zuigdrai-neerslang, waarvan weer een deel ter plaatse van de overgang tussen 10 het van perforaties voorziene einde en het overige deel van de slang is afgebeeld. Er zijn ruitvormige perforaties 12 aangebracht, die zich langs schroeflijnen uitstrekken, doch ruggen IQ en 11 vrijlaten, die zijn opgesteld volgens twee elkaar kruisende schroeflijnen. Omdat een dergelijk geperforeerd slangeinde relatief labiel 15 is, kan door trekken of draaien van de slang van buitenai, de vorm van de perforaties 12 worden gewijzigd, zodat verklevingen worden afgescheurd. Als gevolg van de grote doorbrekingen van de slang-wand is bovendien het gevaar van het optreden van verstoppingen vanaf het begin kleiner. Van belang is ook, dat bij het verwijderen van 20 de zuigdraineerslang de diameter van het geperforeerde einde enigs.- zins kleiner wordt, zodat dit slangeinde gemakkelijk uit de wond kan worden getrokken.

80 0 1 3 67

Claims (3)

1. Zuigdraineerslang voor medische doeleinden, bestaande uit een slang in het bereik van het einde waarvan een aantal perforaties zi«jn aangebracht, met het kenmerk, dat de perforaties 5 (2, 12) zijn gevormd tussen schroeflijnvormige ruggen (1; 10, 11) in de wand van de slang.

2. Zuigdraineerslang volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een enkele schroefvormige rug (1) is aangebracht, tussen de afzonderlijke schroefwindingen waarvan een schroefvonaige groef (2). 10 is gevormd als perforatie.

3. Zuigdraineerslang volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de schroefvormige rug (1) ongeveer 8-10 mm en de schroefvormige groef ongeveer 0,8-2,5 mm breed zijn. k. Zuigdraineerslang volgens conclusie 1, met het kenmerk, 15 dat twee elkaar kruisende schroefvormige ruggen (10, 11} zijn aangebracht, waartussen ruitvormige perforaties (12) zijn gevormd. 800 1 3 67