NL7906796A - Kondensafvoer. - Google Patents

Description

GESTEA-KSB Vertriebsgesellschaft mbH & Co Kommanditgesellschaft, te Bremen, Bondsrepubliek Duitsland

Kondensafvoer.

De uitvinding heeft betrekking op een kondensafvoer van de in de kop van de hoofdconclusie aangegeven soort.

Bij kondensafvoeren van deze soort, welke in de regel als bedieningsinrichting voor het stuurafsluitdeel voorzien zijn 5 van een drijver of een thermostatisch stuurorgaan, bijvoorbeeld een membraankap, is het bijvoorbeeld gebruikelijk om onder de zitting in het lichaam van het afvoerbuis in een speciale uitsparing de drukkamer op te stellen, waarbij in de drukkamer het door druk bediende stelorgaan, voornamelijk een zuiger, opgesteld is. Dit dwingt tot constructief 10 ingewikkelde constructies van het huis. Dit laatste geldt in het bijzonder echter ook dan wanneer de uitlaatpijp van het huis coaxiaal aan het hoofdafsluitorgaan en het stelorgaan verloopt, omdat in dit geval de drukkamer midden in het stroomkanaal opgesteld dient.te worden.

De uitvinding beoogt een kondensafvoer van de 15 bovengenoemde soort te verschaffen waarbij de stuurorganen en de afsluit-organen in staat zijn om in allerlei soorten huizen opgesteld te worden zonder dat hierbij bijzondere eisen gesteld dienen te worden aan de inwendige vorm van het omgevende huis. Bijzonder eenvoudige en gemakkelijk te vervaardigen huizen kunnen hierdoor toepasbaar zijn.

20 Het doel van de uitvinding wordt door de in het kenmerk van de hoofdconclusie aangegeven kenmerken bereikt.

De gehele stuurinrichting van de afvoer, dat wil zeggen de zitting, het hoofdafsluitorgaan, de drukkamer met het stelorgaan alsmede het stuurafsluitdeel en de bedieningsinrichting vormen een 25 enkelvoudige complete inbouwgarnituur die zoals een gebruikelijke klep-zitring uitsluitend aan de scheidingswand tussen de voordrukzijde en de 7906796

V

/*> · 2 lage drukzijde aan het huis aanligt en bevestigd wordt. Daardoor zijn voor het tot stand brengen van de drukkamer geen speciale uitsparingen respectievelijk uitstekende delen aan het afvoerhuis meer noodzakelijk. Bijzonder eenvoudige buisvormige huizen zijn daardoor zonder moeilijkheden 5 toepasbaar en bij gebruikelijke huisvormen komen kamerruimten in de bodem van het huis te vervallen. Het inbouvgarnituur kan bovendien in het algemeen ook zonder afvoerhuis toegepast worden. Het inbouwgarrituur kan bijvoorbeeld onmiddellijk op de uitloopopening van een condensaat verzamelhouder verplaatst worden, Het drukkamerhuis kan daarbij door de 10 uitloopopening heen vrij in de afvoerleiding van de houder steken.

De volgconclusies geven bijzondere uitvoeringsvormen van de uitvinding.

Door de kenmerken volgens conclusie 2 wordt op eenvoudige wijze een demping van de hefbeweging van het hoofdafsluit-15 orgaan bereikt» hetgeen dient ter vermijding van geluid bij sluiten en drukstoten.

De conclusies 3 en ^ geven bijzonder bruikbare uitvoeringsmogelijkheden voor het geleiden van het hoofdafsluit or gaan.

In het bijzonder bij het door een drijver bedienen 20 van het s tuur afs luit deel zijn de kenmerken van de conclusies 5 en 6 bijzonder gunstig. Met een kleine drijver en bij geringe behoefte aan ruimte voor het overdraagmechaniek kunnen betrekkelijk grote openings-krachten op het in dit geval als glij—schuif of rolschuif uit te voeren stuurafsluitdeel uitgeoefend worden, De conclusies 7 en 8 geven bijzonder 25 gunstige uitvoeringsvormen hiervan aan.

Conclusie 9 verschaft tenslotte met zeer eenvoudige middelen een betrouwbare beveiliging tegen draaien voor het hoofdafsluit-deel met de daarmede verbonden delen.

In de tekening zijn twee uitvoeringsvoorbeelden van 30 de uitvinding aangegeven.

Figuur 1 is een langsdoorsnede van een kondensafvoer met een buisvormig huis.

Figuur 2 is een doorsnede van een kondensafvoer zonder eigen huis.

35 Aan de tussen de voordrukruimte 1 en de lage druk 7906796 Λ, • Ίι 3 ruimte 2 van een tweedelig afvoerhuis 3 aanwezige scheidingswand k is een zitlichaam 5 volgens figuur 1 aangebracht. Dit zitlichaam is voorzien van een zitting 6 voor de hoofdklep voor een aan de voordrukzijde opgesteld hoofdafsluitdeel 7· Met een halsdeel 9 welke voorzien is van zijwaartse 5 uitstroomopeningen 8 steekt het zitlichaam 5 in de lage drukruimte 2 en draagt daar vrijhangend opgesteld een drukkamerhuis 10. Dit drukkamer-huis bevat een als stelorgaan dienende zuiger 11 welke via een schacht 12 met het hoofdafsluitdeel 7 verbonden is. De schacht 12 steekt hierbij in heffende richting beweegbaar door de naar het halsdeel 9 toegekeerde kop-10 wand 13 van het drukkamerhuis 10. Door de schacht 12 als ook door het hoofdafsluitdeel 7 en de zuiger 11 reikt een stuurkanaal 1^ welke de drukkamer 15 onder de zuiger 11 met de voordrukruimte 1 verbindt.

Het hoofdafsluitdeel 7 bezit aan de ingangsopening van het stuurkanaal 1¼ een stuurklepzitting 16 voor een als rolschuif uit-15 gevoerd stuurafsluitdeel 17. Verder draagt het hoofdafsluitdeel J aan de kopzijde een dwars ten opzichte van de hefrichting van het afsluitdeel verlopende U-vormige rail 1θ. Aan de zijwanden 19 van de rail is, radiaal naast het hoofdafsluitdeel gelegen, de zwenkas 20 van een zwenkhefboom 21 gelagerd. Deze zwenkhefboom reikt bij de sluitstand van de klep eveneens 20 dwars over het hoofdafsluitdeel 7 heen en grijpt aan zijn vrije einde een drijver 22 aan. Op afstand naast de zwenkas 20 is een overlangs in de ü-vormige rails 18 zich uitstrekkende het stuurklepdeel 17 sturende sleephefboom 23 aan de zwenkhefboom 21 zwenkbaar bevestigd.

Overigens steekt een zijwaarts ten opzichte van het 25 hoofdafsluitdeel 5 opgestelde veiligheidspen 2k als veiligheid tegen roteren door een uitsparing 25 in het basis-deel van de U-vormige rails 18 heen en tenslotte is nog aan de naast het hoofdafsluitdeel J uitstekende arm 26 van het zittinglichaam 5 een ring 27 opgesteld waarbij de ring het hoofdafsluitdeel 7 als geleidend orgaan omgeeft.

30 De gehele stuurinrichting van de kondensafvoer welke het zitlichaam 5» het hoofdafsluitdeel 7» de middelen 2k t/m 27 voor het geleiden en tegen rotatie zekeren van het hoofdafsluitdeel, het drukkamerhuis 10 met de zuiger 11 alsmede het stuurafsluitdeel 17 met zijn bedieningsinrichting 18, 21-23 omvat, vormt een enkelvoudige, compleet 35 7906795 k inbouwgarnituur welke slechts op een plaats, namelijk bij de scheidingswand H, tegen het afvoerhuis 3 aanligt ën daar tegelijkertijd hieraan bevestigd is. Het drukkamerhuis 10 reikt, zoals eerder is aangegeven vrij in de lage drukruimte 2. Dit heeft het voordeel dat het afvoerhuis 5 3, in het bijzonder de lage-drukruimte 2 van dit huis, als eenvoudig buisvormig kanaal zonder enige inwendige bestanddelen voor het vormen van de drukkamer 15, 28 uitgevoerd kan worden.

Indien het hoofdafsluitdeel 7 en het stuurafsluitdeel 17 zich in de gesloten stand bevinden, dan heerst op grond van de tussen 10 de zuigeromtrek en het drukkamerhuis 10 alsmede tussen de schacht 12 en de kopwand 13 aanwezige smoorringspleten 29, 30 in het drukkamerhuis 10 boven en beneden de zuiger 11 de druk van de lage-drukruimte 2, Indien de drijver 22 ten gevolge van voldoende aanvoer van kondensaat in de voordrukruimte 1 uit zijn ruststand geheven wordt, dan bedient de 15 drijver via de zwenkhefboom 21 en de sleephefboom 23 het stuurafsluitdeel 17 dat zijwaarts van de stuurklepzitting 16 getrokken wordt, daarna komt de voordruk via het stuurkanaal 1U in de onderste drukkamer 15 en wekt een door de zuiger 11 op het hoofdafsluitdeel 7 uitgeoefende openende kracht waardoor het hoofdafsluitdeel van zijn zitting 6 wordt getild. Het 20 in de voordrukruimte 1 aanwezige kondensaat kan zodoende wegvloeien. Is daarna de drijver 22 weer zo ver gedaald dat deze drijver het aluiten van de stuurafsluitphats 16, 17 tot stand brengt, dan daalt de druk in de drukkamer 15 via de smoorringspleten 29, 30 en het hoofdafsluitdeel 7 neemt zijn sluitstand in.

25 De boven de zuiger 11 gevormde tussen drukkamer 28 bewerkt het dempen van de hefbeweging van de zuiger 11 waardoor slagachtig openen en sluiten van het hoofdafsluitdeel 7, hetgeen bij afvoeren met grote breedte en daardoor groot debiet onder omstandigheden nadelig kan werken, vermeden worden.

30 Dankzij de uitvoering van de gehele stuurinrichting van de kondensafvoer tot een enkelvoudige inbouwgarnituur is het in het algemeen mogelijk om zonodig af te zien van een eigen afvoerhuis zoals figuur 2 toont. Daar is het complete inbouwgarnituur onmiddellijk in een houder 31 voor verzamelen van kondensaat geïnstalleerd. Het zitlichaam 5 35 79 0 6 7 9 δ κ 5 * is daarbij op de bodem 32 van de houder bevestigd en het halsdeel 9 met het drukkamerhuis 10 steekt door de uitlaatopening 33 van de houder vrij in de aangesloten afvoerleiding 3U, 7906796

Claims (8)

1. Kondensafvoer met een aan de voordrukzijde opgesteld hoofdafsluitdeel welke met een hoofdklepzitting samenwerkt een aan de lage-drukzijde opgestelde drukkamer, 5 een in de drukkamer aangebrachte» op druk reagerend stelorgaan welke via een schacht met het hoofdafsluitdeel verbonden is» een door de schacht reikend stuurkanaal welke de voordrukzijde met de drukkamer verbindt, een aan het hoofdafsluitdeel bij de ingangsopening van het stuurkanaal 10 aanwezige stuurklepzitting, een met de stuurklepzitting samenwerkend stuurafsluitdeel en een door het af te voeren kondensaat gestuurde bedieningsinrichting voor het stuurklepdeel, gekenmerkt doordat het zitlichaam (5) van de hoofdklepzitting (6) aan 15 een met uitstroomopeningen (8) voor het kondensaat uitgerust hals-gedeelte (9) het huis (10) van de drukkamer (15, 28) draagt-en het drukkamerhuis (11) in de lage-drukruimte (2) vrij hangend opgesteld is,

2. Kondensafvoer volgens conclusie 1, gekenmerkt 20 doordat het drukkamerhuis (10) aan zijn naar het halsdeel (9) toegekeerde einde voorzien is van een kopwand (13) waardoorheen de schacht (12) van het stelorgaan (11) voor een optillende beweging steekt.

3. Kondensafvoer volgens conclusie 1 of 2, 25 gekenmerkt, doordat het zitlichaam (5) een het hoofdafsluitdeel (7) concentrisch omgevend lei-orgaan (27) bezit. If. Kondensafvoer volgens conclusie 3, gekenmerkt doordat het lei-orgaan uit een axiaal op afstand ten opzichte van de hoofdklepzitting (6) opgestelde ring (27) bestaat, waarbij de 30 ring vastgehouden wordt door naast het hoofdafsluitdeel (7) omhoogreikende armen (26) van het zitlichaam (5)*

5. Kondensafvoer volgens êén der voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat het stuurafsluitdeel (17) aan een door 7906796 * de bedieningsinrichting (22) bediende, zich in hoofdzaak dvars ten opzichte van de optilrichting van het hoofdafsluitdeel (7) uitstrekkende sleephefboom (23) aangebracht is en als schuif uitgevoerd is.

6. Kondensafvoer volgens conclusie 5, gekenmerkt 5 door een zich in de klepsluitstand dvars over het hoofdafsluitdeel (7) uitstrekkende zvenkhefboom (21) vaaraan op afstand naast de zwenkas (20) de sleephefboom (23) zwenkbaar bevestigd is, terwijl aan het andere einde van de zvenkhefboom (21) de bedieningsinrichting (22) aangrijpt.

7. Kondensafvoer volgens conclusie 6, gekenmerkt, 10 doordat het hoofdafsluitdeel (7) een zijwaarts uitstekende lagerarm (18) draagt, waaraan de zvenkhefboom (21) scharnierend bevestigd is.

8. Kondensafvoer volgens condusie 7» gekenmerkt doordat de lagerarm uit een aan het kopeinde aan het hoofdafsluitdeel (7) aangebrachte U-vormige rails (18) bestaat, waarin overlangs de 15 sleephefboom (23) grijpt en waarbij in de zijwanden (19) van de rails de zwenkas (20) van de sleephefboom (23) gelagerd is.

9. Kondensafvoer volgens conclusie 8, gekenmerkt doordat de U-vormige rails (18) naast het hoofdafsluitdeel (7) een uitsparing (25) bezit en aan het zitlichaam (5) een door de uitsparing 20 (25) heen reikendaveiligheidspen (2b) aanwezig is. 7906796