NL7906613A - Matras of kussen van schuimkunststof. - Google Patents

Description

. A

k

Poly-Saks Api, te Tj&Itfse, Denemarken.

Matras of kussen van schuimfcunststof.

Be uLtvinding heeft betrekking pp een matras van schuim- kunststof.

Eet is bekend om kussens of matrassen te gebruiken van geschuimde kunststof, die uit een homogene schuimlaag bestaat. Een dergelijk 5 matras is of te hard of te zacht afhangende van de verkozen schuimkunst- stof en de massadichtheid daarvan. Wanneer een persoon op een dergeiijk matras ligt, schuift het materiaalgsmakkelijk opzij hetgeen zodoende een vrij onsolide bed met zich meebrengt. Daarbij zijn voorts kussens bekend, die uitsparingen hebben, waarbi j de uitsparingen zich vanaf het cpper-]q vlak naar het midden uitstrekken. Dergelijke kussens hebben echter een nog sterkere neiging om onsolide te zijn»

Het oogmerk van de uitvinding is om een matras of kussen van schuinkunststof te verschaffen, die door een veereffect het lichaam pp doelmatige wijze ondersteunt terwijl het zich tegelijk aanpast aan de 15 vorm van het lichaam en de ledematen.

Het matras volgens de uitvinding is gekenmerkt door een binnen-kera van geschuimde kunststof met een betrekkelijk hoge massadichtheid _ en een hui tendek van geschuimde kunststof met een bet rekke lijk lage massadichtheid vergeleken met het materiaal van de kern. Als ge volg hiervan 20 wordt een betrouwbaarder en de rs te unings oppervlak dan de eerder bekende matrassen van geschuimde kunststof verkregen, daar het dek, dat de lagere massadichtheid en bijgevolg een relatief hoger elastisch vermogen heeft, zich aan de vorm van het lichaam en de ledematen aanpast, terwijl de zware kern het lichaam ondersteunt en tot de verstijving van het matras 25 samenwe ik t en zodoende de verschuiving vermindert.

Door het verschaffen van de binnenkem met een massadichtheid in de orde van 50 tot 80 kg/m , bijjvoorkeur ongeveer 60 kg/m , en door het verschaffen van het buitendek met een massadichtheid in de orde van 7906613 'J' .

2 25 tot 1*5 kg/m^, bij voorkeur ongeveer 35 kg/rn^, wordt verzekerd dat de kern op doelmatige wijze het lichaam ondersteunt terwijl hetcfek zich gemakkelijk aan de vorm van het lichaam en de ledematen aanpast daar het elastisch is als gevolg van de lagere massadichtheid. j Het verdient te voorkeur dat de kern een bovenste en een onder ste kem^helft heeft die spiegelsymmetrisch ten opachte van elkaar zijn gelegen en uitsparingen hebben, die kanalen vormen en zich tegenover elkaar bevinden, en dat een in hoofdzaak vlak en onrekbaar materiaalblad is gelijmd tussen en aan de topoppervlakken van de twee kernhelften die tegen <10 elkaar liggen. Op deze wijze worden adlvormige en of langsgerichte of dwars gerichte uitsteeksels gevormd, die op een overeenkomstige wijze functioneren als de eerder bekende ingezette stalen veren. Deze uitsteeksels zijn door middel van dit vlakke onrekbare materiaalblad verstijfd op een zodanige wijze dat de afzonderlijke zuilvormige uitsteeksels verstijfd ^ zijn ten opzichte van elkaar en daardoor het verschuivingseffect verder verminderd is. In weerwil van het feit dat een dergelijk matras of kussen op doelmatige wijze zijn ondersteuningsfunctie vervult, kan het pp een arbeid-besparende wijze gefabriceerd worden, daar er geen noodzaak is voor het inzetten van bijvoorbeêLd speciale spiraal vezen. Daarbij verschaffen 20 de kanalen een betere beluchting dan geheel van schuimkunststof vervaardig de matrassen en zodoende een gezonder matras»

Ofschoon het materiaalblad gefabriceerd zou kunnen worden van een willekeurig gekozen onrekbaar materiaal,verdient het de voorkeur dat het materiaalblad uit een flexibele, niet-geweven stoflaag bestaat, 25 daar een dergelijk materiaal, dat een hoger scheurvermogen bezit, gemak- kelijk aan de schuimkunststof gehecht en zo gefabriceerd kan worden dat het onrekbaar is.

Volgens de uitvinding kan het buitendek twee dekhelften omvatten, waarbij elke de helft bestaat uit een schuimkunststof-^plaat met een 30 iets grotere breedte en lengte dan de kernhelften, en waarvan de randge bieden zijn gebogen om de zijoppervlakken van hun respectieve kerahelft op een zodanige wijze dat hun omtreksoppervlakken in hoofdzaak gelijk liggen met het vlak van symmetrie van de kernhelften, zodat de dekken op een gemakkelijke wijze gefabriceerd kunnen worden zonder enig verlies aan materi-35 aal.

Bovendien kunnen de dekhelften volgens de uitvinding aan de 7906613 3

V

s oppervlakken van de kemhelften worden gelijmd onder het naar buiten draaien en naar de zij- en eindoppervlakken daarvan en ook naar elkaar lange de omfcreksoppervlakken van de dekken die naar elkaar toegekeerd zijn. Op deze wijze kunnen de afzonderlijke delen van het matras op een 5 gemakkelijke en arbeid-besparende wijze worden verenigd.

Wanneer de hoogte van de uitsteeksels, die zich tussen de uitsparingen bevinden, in hoofdzaak correspondeert met of groter is dan ongeveer 0,1 maal de dikte van de kern, is verzekerd dat elk zuilvormig uitsteeksel over een voldoende hoogte kan functioneren als doelmatige 10 veren. Door het bewaren van een constante breedte van de uitsteeksels is bovendien een eenvoudige fabricage zonder aanzienlijk verlies aan materiaal verzekerd, daar de twee kemhelften gefabriceerd kunnen worden door het snijden van een schuimplaat langs een kanteelvormige lijn.

Door het vormen van de uitsteeksels met een variërende breedte 15 en door het situeren van de grootste breedte in het gebied met de zwaarste belasting, wordt het op een eenvoudige en betrekkelijk goedkope wijze mogelijk gemaakt om de ondersteuningsfunctie of de hardheid van het matras te variëren. Deze variërende mogelijkheid kan ook worden verkregen door het vormen van secundaire uitsparingen die loodrecht op of schuin 20 hellend ten opzichte van de uitsparingen van de kernhelften zijn gelegen, en deze secundaire uitsparingen zijn op een zodanige wijze gevormd dat de afzonderlijke uitsteeksels vierkante zuilen van gelijke of variërende lengte vormen.

Ofschoon verscheidenen kunststof'schuimsoorten zoals bijv. poly-25 ether— of polyesterschuim kunnen worden gébruikt, is het in de practijk — het meest geschikt gebleken om polyurethaanschuim te gébruiken als gevolg van de zachtere aard en betere duurzaamheid daarvan. In dit verband verdient het de voorkeur dat het schuimmateriaal vuur-vertragend is, zodat de gebruikelijke eisen met betrekking tot brandbeveiliging ver-3Q vuld zijn. Bijgevolg kan het matras ook gebruikt worden in instituten.

Dergelijke eisen blijken bijv. uit Bulletin 117, deel A gepubliceerd door Bureau of Home Furnishings, staat Califomië, dat onder andere wordt gebruikt door een onderzoek van schuim voor meubilair gefabriceerd door Dansk Textielinstituut (Deens instituut voor textielvaar).

35 Indien het voor het materiaalblad gébruikte materiaal voor vloei- 7906613 if **v . ί stof ondoordringbaar is, -verdient bet de voorkeur om deze laag te voorzien van een aantal kleine perforaties met het oog op de beluchting van het matras.

Het kussen of het matras volgens de uitvinding kan natuurlijk 5 worden gebruikt door het bekleden daarvan met een losneembaar blad, maar het verdient gewoonli jk de voorkeur om het gehele matras of kussen volgens de uitvinding met een overtrek van tijk te bekleden. In ziekenhuizen kan de overtrek van tijk naar verkiezing worden voorzien van een ritssluiting, «ader het zodoende veroorloven van een afzonderlijke desinfectie van de 10 afzonderlijke delen.

Het niet - geweven materiaalblad kan bijv. uit "Hbertex” 100 g/m bestaan. In de practijk voorkomt dit materiaal naar gebleken is een gewóonlijk '’zwemmend" of "zeilend" ondersteuningsoppervlak.

Een voorkeursuitvoering van het matras volgens de uitvinding 15 wordt in het volgende bij wijze van voorbeeld aan de hand van de tekening beschreven,

Fig. 1 is een bovenaanzicht van een hoekgedeelte van een kussen of matras volgens de uitvinding, waarbij sommige delen zijn weggelaten, fig, 2 is een doorsnede wer het matras van fig. 1 volgens a-a, 2) en fig. 3 toont de twee kernhelften van het matras vlak na het snijden langs een kanteelvormige lijn.

Het matras volgens de uitvinding, dat in de tekening is voorgesteld, heeft een kern 1, die geheel omgeven is door een dek 2. Zowel de 5 kern als het dek zijn van schuimkunststof vervaardigd, waarbij de kern van een schuimkunststof met een betrekkelijk hoge massadichtheid is vervaardigd terwijl het dek is vervaardigd van een schuimkunststof met een relatief lage massadichtheid vergeleken met het materiaal van de kern.

Het verdient derhalve de voorkeur dat het materiaal van de binnenkem een 30 massadichtheid in de orde van 50 tot 80 kg/m en bij voorkeur ongeveer

O

60 kg/m bezit, en het materiaal van het buitendek een massadichtheid in van 3 3 de orde/25 tot 45 kg/m , bij voorkeur ongeveer 35 kg/m , bezit onder het zodoende verschaffen van een matras van een redelijke hardheid en met een redelijk ondersteuningsvermogen.

35 Volgens een zeer eenvoudige uitvoering kan de kern uit een homo- 7906613 5 gene schuimkunstst of-massa bestaan, maar dit is niet een geheel bevredigende uitvoering. Volgens de voorkeursuitvoering heeft de kern een bovenste en een onderste kernhelft 3 resp. U, die identiek en spiegelsymme-trisch ten opzichte van elkaar zijn gelegen. Deze kernhelften hebben of 5 langs gerichte of dwars gerichte kanaal-vormende uitsparingen 5. Tussen de uitsparingen 5 zijn langwerpige uitsteeksels 6 gevormd, waarvan de top-oppervlakken 7 tegenover elkaar liggen, zodat de uitsteeksels 6 langwerpige, elastische, verende zuilen vormen. Een materiaalblad 8 is aangebracht tussen de twee kernhelft en en gelijmd aan de topoppervlakken 7· Dit 10 materiaalHad strekt zich ononderbroken van het ene zijoppervlak 9 van de kern naar het tegenovergestelde zijoppervlak en van het ene eindopper-vlak 10 van de kern naar het tegenovergestelde eindoppervlak uit.

Met het oog op het neutraliseren van bezwaarlijke spanningen in het materiaalblad, dat bij voorkeur uit een onrekbaar materiaal bestaat, 15 moet dit blad worden vervaardigd van een flexibele, niet-geweven stoflaag, bijvoorbeeld Fibertex 100 g/m . Indien een niet-poreus materiaal wordt gebruikt, bijvoorbeeld een min of meer stijf kunststofblad, dient dit blad met het oog op de vrijeluchtdoorgang door het matras van een aantal perforaties te worden voorzien, 20 Dit onrekbare, flexibele materiaalbald 8 verzekert dat de uit steeksels 6, die als veerorganen functioneren, niet ten opzichte van elkaar schuiven gedurende de belasting.

Eet buitendek 2 is op de kern gelijmd, en dit dek omvat twee kemhelften 11, 12. De kernhelft en bestaan uit een schuimkunst stofblad 25 dat een korte afstand langer en breder is dan de kern. De randgebieden — .13 van de kernhelften zijn gebogen om de randen van Inm respectieve kem-helft 3, k en omlaag langs de tijden van de kernhelft in kwestie. Op deze wijze neemt elke kernhelft 11, 12 zijn respectieve kernhelft 3, ^ op, waarbij deze kemhelften zijn gelijmd aan de oppervlakken 1k onder 30- het naar buiten draaien van de kemhelften en naar de zij- en eindopper-trlakken 9, 10 en ook naar elkaar langs hun tegenovergestelde omtreks-oppervlakken 15.

Tin einde een vrije lucht doorgang ai zodoende een doelmatige beluchting van het matras of het kussen te verzekeren, wordt het kleef-35 middel, dat voor al de verlijmingen wordt gébruikt, in een fijn verdeelde 7906613 6 •Sr tf · poedervorm over de te verlijmen oppervlakken gesproeid op een zodanige wijze dat een vrije luchtdoorgang optreedt door de hechtlaag en de tegenovergestelde schuimktaiststoflagen en de materiaalbladcppervlakken.

Teneinde aan het materiaalblad een sterkte te verlenen die vol-5 doende is om tegen trekspanningsinvloeden bestand te zijn, moet dit blad een dikte in de orde van 0,1 en 1 mm, bij voorkeur ongeveer 0,U mm, hebben. Terrein de een goede aanpassing van het dek aan de vorm van het lichaam te veroorloven, verdient het in verband met de in het voorgaande vermelde massadichtheden voor het gebruikte materiaal de voorkeur om aan 10 het dek een dikte in de orde van 20 mm en U5 mm, bij voorkeur ongeveer 30 mm, te verlenen. Betreffende de in het voorgaande vermelde massadicht-heid voor het in de kern gebruikte materiaal verdient het de voorkeur dat de totale dikte van de kern tussen Ho mm en 100 mm is, in het bijzonder bijvoorkeu*?:; ongeveer 70 mm. De hoogte van de uitsteeksels 6, die 15 tussen de uitsparingen 5 zijn gelegen, correspondeert in hoofdzaak met of is groter dan 0,1 maal de dikte van de kem.Bij een gemakkelijk te fabriceren uitvoering is de breedte van de uitsteeksels constant langs de gehele lengte van de kern en correspondeert met de breedte van de uitsparingen en is groter dan 0, 2 maal de dikte van de kern, bij voorkeur corresponde-20 rende met de dikte van één kerohëift. Een dergelijke uitvoering verzekert dat de twee kerahelften 3, k kunnen worden gesneden langs een kanteelvormige lijn van geheel hetzelfde schuimkunststof zonder verlies aan materiaal buiten het verlies dat resulteert van de tcpcppervlakken 7 van de buitenste uitsteeksels, zie fig. 3.

25 Het is gewenst om het ondersteuningsvermogen van het matras over het gehele ondersteuningsoppervlak te vari^ëren op een zodanige wijze dat dit matras het hoogste ondersteuningseffect bezit op de plek die aan de zwaarste belasting onderworpen wordt. De breedte van de uitsteeksels kan variëren, waarbij de breedte het grootst is in het gebied dat aan de 30 zwaarste belasting onderworpen wordt, onder het zodoende aan de uitspa ringen 5 verlenen van een variërende breedte.

Bij een uitvoering kan het matras zodoende bijvoorbeeld 130 mm dik zijn, waarbij éLke dekhelft kO mm dik is, terwijl elke kernhelft 35 mm dik is, en uitsparingen 5 en uitsteeksels 6 heeft, die respectievelijk 35 35mm breed en 20 mm diep en hoog zijn.

7906613 τ

Bij een niet in de tekening voor gestelde uitvoering kunnen in aanvulling op de voor gestelde uitsparingen 5 secundaire uitsparingen in de tvee kernhelften 3, ** van de kern worden aangebracht, welke secundaire uitsparingen schuin bellen ten opzichte van die uitsparingen 5 of lood-^ recht daarop zijn gelegen. Op deze wijze vormen de afzonderlijke uitsteeksels een aantal vierkante zuilen, die een alternatieve en eenvoudige mogelijkheid tot het variëren van het belastingsvermogen van de kern en het gewicht van het gehele matras veroorloven. Deze secundaire uitsparingen kunnen bijvoorbeeld aan de einden van het matras zijn gelegen.

^ Kort samengevat is in het voorgaande een matras of kussen van schuim^kunststof beschreven, dat een binnenkem 1 en een buitendek 2 van o geschuimde kunststof met een massadichtheid van ongeveer 50 tot 80 kg/m respectievelijk 25 tot 1*5 kg/m heeft. De kern 1 bestaat uit twee identieke kernhelften 3, U die naar elkaar toegekeerd zijn en uitsparingen ^ 5 Rebben die kanalen vormen tussen langs gerichte of dwarsgerichte uit steeksels 6. Bei onrekbaar, flexibel blad 8 is gelijmd tussen de twee kernhelften 3, H. Het dek 2 omvat twee dekhelften 11, 12 die zich voorbij de randen van de kern uitstrekken, waarbij de randgebieden van de dekhelften 11, 12 gebogen zijn om de zijden van de kernhelften 20 . ....

3, 4. De dekhelften 11, 12 zijn gelijmd om de kern 1 en aan elkaar ter plaatse van hun verbindingseindoppervlakken.

7906613

Claims (13)

1. Matras of kussen van schuimstof, gekenmerkt door een binnenkern (1) van geschuimde kunststof met een relatief hoge massadinhtheid en een buitendek (2) van geschuimde kunststof met een relatief lage massadichtheid 5 vergeleken met het materiaal van de kern.

2. Matras volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat het materiaal van de binnenkern (1) een massa- O dichtheid in de orde van 50 tot 80 kg/m , bij voorkeur 3 ongeveer 60 kg/m , heeft en het materiaal van het buiten- 3 10 dek (2) een massadichtheid in de orde van 25 tot 1*5 kg/m , 3 bij voorkeur ongeveer 35 kg/m , heeft.

3. Matras volgens conclusie 1 of 2, gekenmerkt doordat, de kern een bovenste (3) en een onderste (k) kern-helft heeft, die spiegelsymmetrisch ten opzichte van 15 elkaar zijn gelegen en uitsparingen (5) hebben, die kanalen vormen en zich tegenover elkaar bevinden, vaarbij een in hoofdzaak vlak en onrekbaar materiaalblad (8) is gelijmd tussen en aan de topoppervlakken (7) van de twee kern-helften (3, *0 die tegen elkaar liggen.

20 U. Matras volgens conclusie 3, gekenmerkt doordat het materiaalblad uit een flexibele, niet-geweven stoflaag bestaat.

4 4

5. Matras volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat het buitendek (2) twee dekhelften 25 (11, 12) omvat, vaarbij elke helft bestaat uit een schuim- kunststofblad met een iets grotere breedte en lengte dan de kernhelften (3, M» en waarvan de randgebieden (13) gebogen zijn om de zijoppervlakken (9) van hun respectieve kernhelft op een zodanige wijze dat hun omtreksoppervlakken 30 (15) in hoofdzaak gelijk liggen met het vlak van symmetrie van de kernhelften.

6. Matras volgens een der conclusies 2 t/m 5, gekenmerkt doordat de dekhelften (11, 12) zijn gelijmd aan de oppervlakken (1U) van de kernhelften onder het naar 7906613 £ "buiten draaien en naar de zij- en eindoppervlakken (9» 10) daarvan en ook aan elkaar langs de omtreksoppervlakken (15) van de dekken die naar elkaar toegekeerd zijn.

7. Matras volgens een der conclusies 3 t/m 6, 5 gekenmerkt doordat de hoogte van de uitsteeksels (6), die zich tussen de uitsparingen (5) bevinden, in hoofdzaak correspondeert met of groter is dan ongeveer 0,1 maal de dikte van de kern.

8. Matras volgens conclusie 7* gekenmerkt 10 doordat de breedte van de uitsteeksels (6) constant is en correspondeert met de breedte van de uitsparingen (5) en groter is dan ongeveer 0,2 maal de dikte van de kern en bij voorkeur correspondeert met de dikte van een kernhelft.

9. Matras volgens conclusie 7» gekenmerkt door- 15 dat de breedte van de uitsteeksels varieert en het grootst is in het gebied met de zwaarste belasting.

10. Matras volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt door secundaire uitsparingen die zijn aangebracht in de wederzijds tegenovergestelde oppervlakken 20 van elke kernhelft (3, M, welke uitsparingen loodrecht staan op of schuin hellen ten opzichte van de uitsparingen (5) van de kernhelften (3, k) op een zodanige wijze dat elk uitsteeksel eilandvormige, vierkante zuilen vormt.

11. Matras volgens een der voorgaande conolu- 25 sies, gekenmerkt doordat de toegepaste schuimkunststof uit zacht polyurethaanschuim bestaat, bij voorkeur met toevoeging van vuur-vertragende middelen.

12. Matras volgens conclusie 3 of 4, gekenmerkt doordat het materiaalblad (8) uit een voor lucht ondoor- 30 dringbaar materiaal bestaat en van een aantal perforaties voorzien is.

13. Inrichting, in hoofdzaak zoals voorgesteld in de beschrijving en/of tekening. 7906613