NL7902155A - Inrichting voor het dragen van pijpen die hangen over holten in de zeebedding, alsmede werkwijze voor het installeren ervan. - Google Patents

Inrichting voor het dragen van pijpen die hangen over holten in de zeebedding, alsmede werkwijze voor het installeren ervan. Download PDF

Info

Publication number
NL7902155A
NL7902155A NL7902155A NL7902155A NL7902155A NL 7902155 A NL7902155 A NL 7902155A NL 7902155 A NL7902155 A NL 7902155A NL 7902155 A NL7902155 A NL 7902155A NL 7902155 A NL7902155 A NL 7902155A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
unit
pole
winch
operating unit
carriage
Prior art date
Application number
NL7902155A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Saipem Spa
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Saipem Spa filed Critical Saipem Spa
Publication of NL7902155A publication Critical patent/NL7902155A/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L1/00Laying or reclaiming pipes; Repairing or joining pipes on or under water
    • F16L1/12Laying or reclaiming pipes on or under water
    • F16L1/14Laying or reclaiming pipes on or under water between the surface and the bottom
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E02HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
    • E02DFOUNDATIONS; EXCAVATIONS; EMBANKMENTS; UNDERGROUND OR UNDERWATER STRUCTURES
    • E02D27/00Foundations as substructures
    • E02D27/32Foundations for special purposes
    • E02D27/52Submerged foundations, i.e. submerged in open water
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L1/00Laying or reclaiming pipes; Repairing or joining pipes on or under water
    • F16L1/12Laying or reclaiming pipes on or under water
    • F16L1/20Accessories therefor, e.g. floats, weights

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • General Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Mining & Mineral Resources (AREA)
  • Paleontology (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Earth Drilling (AREA)
  • Placing Or Removing Of Piles Or Sheet Piles, Or Accessories Thereof (AREA)
  • Supports For Pipes And Cables (AREA)
  • Underground Or Underwater Handling Of Building Materials (AREA)
  • Paper (AREA)
  • Electrophotography Configuration And Component (AREA)
  • Sheets, Magazines, And Separation Thereof (AREA)

Description

7s r* 793145/Ke/sn _ _
Aanvraagster : Saipem S.p.A. te Milaan, Italië.
Korte aanduiding: Inrichting voor het dragen van pijpen die hangen over holten in de zeebedding, alsmede werkwijze voor het installeren ervan.
Door aanvraagster wordt als uitvinder genoemd:
Ambrosio SCODINO.
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het dragen van pijpen die hangen over holten in de zeebodem, met inbegrip van beddingen op grote diepte, alsmede een werkwijze voor het installeren ervan.
5 Wanneer de zeebedding oneffen is, als gevolg van scheuren in de rotsen, golvingen of hobbels, wordt hierdoor niet langer de ideale vlakke ondergrond gevormd die nodig is om onder water een pijp "fe leggen.
Het is dan noodzakelijk om tussenliggende steunen te installeren, zodat de pijp niet over de holten in de bedding blijft hangen, waar-10 door anders de toelaatbare spanningswaarden zouden worden overschrede i die aanleiding zouden kunnen zijn tot breuk van de pijp.
De tot nu toe gebruikte steunen zijn ofwel te omvangrijk en te zwaar, zodat dus bij de installatie dure en ingewikkelde hulpmiddelen nodig zijn, ofwel ze zijn niet geschikt om stevig op de steenachtige 15 zeebodem te worden bevestigd. In dit opzicht is het eenvoudig laten rusten van de ondersteuning op de zeebodem niet voldoende voor het stabiliseren van de pijp, omdat de steun door zeestromingen of door andere oorzaken kan kantelen, hetgeen gevaarlijk is voor de juiste toestand van de pijp.
20 De uitvinding verschaft dan ook een inrichting voor het onder- 7902155 » ψ r _ 2 _ steunen van onder water liggende pijpen waarmee de bezwaren van de tot nu toe voor dit doel gebruikte inrichtingen worden ondervangen9 De inrichting volgens de uitvinding is eenvoudig, licht en goedkoop, en wordt vanaf een werkschip op de zeebodem omlaag gebracht zodat hij 5 onder de pijp kan worden geplaatst die moet worden gedragen, terwijl hij zelfs op rotsige bedding stevig kan worden bevestigd met een eenvoudige en economische methode die ook deel uit maakt van de uitvin-dingsgedachtee
De inrichting bestaat uit een volledig terug te halen bedie-10 ningseenheid en een steuneenheid die dient om de pijp te ondersteunen en die vast blijft staan op de zeebedding,.
Kenmerkend voor de uitvindingsgedachte is dat de steuneenheid wordt gevormd door een inwendig holle paal met ronde dwarsdoorsnede, die aan de buitenzijde voorzien' is van twee, diametraal tegenover 15 elkaar liggende, in lengterichting lopende, van tanden voorziene geleiders, waarlangs een slede zich kan verplaatsen en in de vereists stand kan worden vastgezet, welke slede voorzien is van een beugel waarop een kantelbare zitting is aangebracht waarvan de binnenzijde bedekt is met een laag die een hoge wrijvingscoëfficiënt heeft, en 20 die dient om de te ondersteunen pijp op te nemen en vast te houden* Binnen de paal is een stang aangebracht waarvan het ondereinde buitel de paal uitsteekt en voorzien is van een snijder waarvan de middellijn iets groter is dan de uitwendige middellijn van de paal; de paal wordt met de bedieningseenheid verbonden door een onderin de eenheid aange·· 25 brachte kraag, voorzien van een klem waarmee de paal kan worden gekoppeld of ontkoppeld ten opzichte van de genoemde eenheid, terwijl het bovenste gedeelte van de stang met de snijder door een koppeling of een geschikte reduktieinrichting verbonden is met een in de bedie·· ningseenheid ondergebrachte elektromotor; de langs de paal verplaats·· 30 “bare slede is door een kabel verbonden met een op de bedieningseenhe.d 79 0 2 1 55 - 3 - «c.
> aangebrachte lier met constante spanning0
De bedieningseenheid bestaat uit een kast waarin zich de hydrau·· lisdie installatie bevindt, de elektrisch bediende kleppen om de verschillende organen te laten werken, en de elektromotoren waaraan de 5 benodigde elektriciteit wordt toegevoerd door een met het werkschip verbonden kabel; de eenheid is ook voorzien van middelen om de onder-· steuningseenheid te koppelen of te ontkoppelen, een lier met constani e spanning om de slede te dragen, middelen voor het doen draaien van dr stang die voorzien is van de snijder, en middelen om het gruis te 10 verwijderen dat geproduceerd wordt tijdens het boren, waarbij de bedieningen voor al deze middelen ondergebracht zijn op het werkschip dat, door middel van een kabel die geslagen is om een lier met constante spanning die op het voorraadschip is geplaatst, de bedieningseenheid draagt; deze laatste is ook voorzien van een horizontale 15 arm die wijst in dezelfde richting als de beugel van de slede, en mei aan het einde een kabel die vast zit aan een drijver die het aanhaken van de eenheid vergemakkelijkt door de scharnierende arm van de onderzeeboot die de operaties van het werkschip begeleidt vanaf de zeeboden.
De lier met constante spanning die op het werkschip is geplaatst, 20 draagt de bedieningseenheid, die op zijn beurt de ondersteuningseenheid draagt door een volgende lier met constante spanning. Op deze manier worden zowel de bedienings- als de ondersteuningseenheid gedragen door de op het werkschip aangebrachte lier en kan de druk waarmee ze inwerpen op de zeebodem voor het snijden worden ingesteld door instelling van 25 de spanning in de kabel waarmee ze aan een werkschip hangen, terwijl de spanning in de kabel van de lier op de bedieningseenheid, die de slede draagt met de pijp, constant blijft en onafhankelijk van de spanning van de lier op het werkschip. In dit opzicht gaat, naar mate de paal naar beneden gaat, de slede die de pijp ondersteunt omhoog ovsr 30 leen hoogte die gelijk is aan de daaldiepte,_ 7902155 _ 4 _ * f
De werkwijze om de inrichting op de zeebedding te installeren bestaat uit het omlaag brengen van de inrichting door middel van een dragende kabel die werkt door de lier met constante spanning op het werkschip totdat de snijpunt zich in de nabijheid van de zeebodem 5 bevindt, waarbij de inrichting wordt gevormd door de bedieningseen-heid waarmee de ondersteuningseenheid is gekoppeld met de slede geplaatst aan het ondereinde van de dragende paal; vervolgens het . plaatsen van de inrichting door middel van de scharnierende arm van de onderzeeboot, zodanig dat de horizontale arm van de bedienings-10 eenheid loodrecht staat op de te ondersteunen pijp; het naderbij brengen van de paal voor de ondersteuning van de inrichting bij de pijp; het omhoog brengen van de slede langs de paal nadat de onderzeeboot het werkschip op de hoogte gebracht heeft, door het doen werken van de op de bedieningseenheid aangebrachte lier met constante spanning 15 totdat de te ondersteunen pijp aanvankelijk in aanraking komt met het wrijvingsmateriaal aan de binnenzijde van de dragende zitting, en dan wordt vastgeklemd en vergrendeld aan de zitting, welke dan omhoog gebracht wordt over een afstand die toegelaten wordt door de tevoren berekende constante spanning in de lier die zich bevindt in 20 de ondersteuningseenheid; het omlaag brengen van de inrichting met behulp van de lier op het werkschip totdat de punt van de snijder de zeebodem raakt, en gelijktijdig, terwijl de paal omlaag wordt gebracht, het omhoog brengen van de slede die de pijp ondersteunt door middel van de op de bedieningseenheid aangebrachte lier, zodanig dat de 25 tevoren berekende spanning in de kabel die de slede draagt, constant gehouden wordt; het doen werken van de pomp voor het afvoeren van hei gruis en het indrijven van de aan het ondereinde van de bedienings-module bevestigde snijder, welke laatste, terwijl hij alleen onder ir-vloed staat van het gewicht dat toegelaten wordt door de op het werk-30 -schip aangebrachte lier met constante spanning, waardoor ook variatie s 79 0 2 1 5 5 V- - 5 _ gecompenseerd worden in de druk op de zeebedding als gevolg van eventuele onverwachte bewegingen van het werkschip onder invloed van ongunstige zeeomstandigheden, begint te boren in de zeebedding en daarmee voortgaat totdat de paal tot de vastgestelde lengte ingestoken 5 is, waarbij evenwel wordt voorkomen dat de snijder verder in de zeebedding doordringt dan de stand waarbij de arm van de bedieningseen-heid in staat is om de pijp te raken, waardoor, kort voordat dit gebeurt, en als gevolg van een door de onderzeeboot afgegeven bericht, de draaibeweging van de snijder tot stilstand wordt gebracht;, het 10 losmaken van de onderzeeboot ten opzichte van de arm van de bedienings-eenheid; het geleidelijk laten vieren van de zich aan boord van het werkschip bevindende lier, zodanig dat de inrichting met zijn volle gewicht op de zeebodem gaat werken; het van de slede loskoppelen van de kabel van de lier op de bedieningseenheid na het wegnemen van de 15 constante spanning; het verwijderen van de klem waarmee de paal bevestigd is aan de bedieningseenheid, zodat de paal tezamen met de snijstang op de zeebodem achtergelaten kan worden; en het doen ferug-keren van de bedieningseenheid naar het werkschip zodat de bedieningi-eenheid dus gereed is voor het opnemen van een volgende in de zeebodim 20 te plaatsen paal.
De uitvinding zal hierna worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening van een uitvoeringsvoorbeeld0
Fig. 1 is een zijaanzicht van een inrichting die hangt aan de lier met constante spanning op het werkschip, welke inrichting wordt 25 gevormd door met elkaar verbonden bedieningseenheid en de steuneenheid, en waarbij de punt van de snijder van de steunpaal zich nabij de zeebodem bevindt voordat de pijp op de slede wordt gelegd;
Fig. 2 toont dezelfde inrichting als fig„ 1, maar met de punt van de snijder rustend op de zeebodem en de pijp reeds geplaatst op ce 30 "Slede die onder invloed staat van de constante spanning van de aan de 7902155 -τ
V
6 bedieningseenheid aangebrachte lier;
Fig. 3 toont bovenin een zijaanzicht en onderin een doorsnede door de inrichting volgens de uitvinding nadat de snijder in de zeebodem heeft geboord en de beugel van de slede die de pijp steunt bijna 5 de onderkant van de arm van de bedieningseenheid heeft bereikt;
Fig, 4 toont bovenin een aanzicht en onderin een doorsnede van de steuneenheid, vastgezet in de zeebodem en terwijl hij een sterk schuin verlopende pijp steunt, nadat de bedieningseenheid teruggehaald is naar het werkschip.
10 De inrichting 1 volgens de uitvinding is opgebouwd uit de bedie ningseenheid 2 en de steuneenheid 3 voor het ondersteunen van de pijp 13 die zeer schuin kan lopen over de zeebodem 26. De bedieningseenheid 2 is bovenaan door scharnieren 4 en een ring 5 gekoppeld met de speciale hangkabel 8, die ook dient voor het overbrengen van zowel elektriciteit 15 als signalen om vanaf het werkschip de kleppen te bedienen van de elektrohydraulische installatie die op de bedieningseenheid en de steuneenheid is aangebracht en niet is weergegeven.
Een kabel voor deze overbrenging sluit aan op kabel 8 en is verbonden met de steuneenheid 3 door middel van een aansluiting 9. Op 20 de steuneenheid is de lier 10 met constante spanning aangebracht die ’ door middel van de speciale kabel 11 voor trek en voor elektrische transmissie verbonden is met de verticaal verplaatsbare slede 14 door middel van het koppelingssysteem 12, dat in werking wordt gesteld door de in het compartiment 35 ondergebrachte hydraulische accumulators.
25 Bovendien is er een invoerkraag 32 aangebracht onderin de bedieningseenheid, en voorzien van een klem 6 om de paal 7 te bevestigen aan de bedieningseenheid 2 in de in fig. 4 getekende boring 33, waarbij deze klem 6 bedient wordt door een in de bedieningseenheid ondergebrachte, niet weergegeven hydraulische cylinder.
30 De slede 14 is inwendig hol en omsluit de paal 7, die aan de buiten- 79 0 2 1 55 7 κ zijde voorzien is van twee geleiders 24 met tanden, waarlangs de slede zich verticaal kan verplaatsen door middel van de twee aan de zijkant aangebrachte zittingen 15 wanneer er aan de kabel 11 getrokken wordt0 Deze slede wordt gecompleteerd door het compartiment 35 dat het niet 5 weergegeven hydraulische systeem bevat, om het mechanisme 20 te laten werken voor het vastzetten van de pijp 13 ten opzichte van de zitting van de steun 18 welke, door middel van de twee scharnierende ondersteuningen 17, elke gewenste schuine stand kan innemen op de beugel 16 die ten opzichte van de slede 14 uitsteekt, zoals weergegeven in fig. 4.
10 De zitting 18 is, aan de binnenzijde welke in aanraking komt met de pijp 13, bedekt met een laag 19 van een materiaal met een hoge wrijvings-coëfficiënt, dat met het mechanisme 20 scmenwerkt om de pijp op de steunpaal 7 te vergrendelen. Bovenop de twee zittingen 15, waarbinnen zich de twee tandstangen 24 bevinden, zijn de twee tegenaanslagen 15 25 aangebracht die, wanneer ze de geleiders met tanden binnenkomen, voorkomen dat de slede 14 langs de paal 7 naar beneden gaat.
De bedieningseenheid 2 is ook voorzien van een arm 21 die zich in dezelfde richting uitstrekt als de beugel van de slede 14, en waarvan het uiteinde voorzien is van de kabel 22 welke hangt aan de drijver 20 23 om behulpzacsn te zijn bij het aanhaken van de arm 21 door de scharnierende arm van de niet weergegeven onderzeeboot.
Bovendien draagt, zoals weergegeven in fig. 3, de paal 7 door middel van een ringvormige steungroef 28 de geperforeerde ring 34 die bevestigd is onderaan de stang 27 van de snijder 38, welke stang 25 bovenaan door middel van een geschikte koppeling verbonden is met de pas van de in de bedieningseenheid geïnstalleerde, niet weergegeven, elektrische of hydraulische motor, die aan de snijder de benodigde draaiende beweging levert om de punt 29 de boring te laten maken in de zeebodem 26 waarin de steunpaal wordt ingestoken0 30 De bedieningseenheid 2 bevat ook de (niet weergegeven) middelen 7902155

Claims (3)

1. Inrichting voor het dragen van pijpen die hangen boven lager 10 gelegen plaatsen in de zeebedding, met inbegrip van die welke zich op grote diepte bevinden, met het kenmerk dat de inrichting wordt gevormd door een volledig terug te halen bedienings-eenheid en een steuneenheid om de pijp te ondersteunen, welke eenheden onderling zodanig verbonden zijn dat ze door eenvoudige bediening vanaf 15 het werkschip kunnen worden gescheiden, en waarbij de steuneenheid wordt gevormd door een inwendig holle paal met ronde doorsnede die aan de buitenzijde voorzien is van twee diametraal tegenover elkaar gelegen, in lengterichting lopende tandgeleiders, waarlangs een slede verplaatsbaar is die in de vereiste stand kan worden vastgezet, welke 20 slede voorzien is van een beugel waarop een kantelbare zitting is aangebracht, die aan de binnenzijde bedekt is met een laag die een hoge wrijvingscoëfficiënt heeft, en welke dient voor het opnemen en vergrendelen van de te steunen pijp, terwijl binnen de paal een stang is aangebracht waarvan het ondereinde buiten de paal uitsteekt en voor-25 zien is van een snijder waarvan de middellijn iets groter is dan de uitwendige middellijn van de paal, waarbij de paal verbonden is met de bedieningseenheid door een kraag voorzien van een klem waarmee de 7902155 V 9 paal kan worden gekoppeld aan of ontkoppeld van de genoemde eenheid, terwijl het boveneinde van de stang die de snijder draagt door een koppeling of een geschikte reduktiekast verbonden is met een in de bedieningseenheid ondergebrachte elektromotor, en waarbij de langs 5 de paal verplaatsbare slede door een kabel verbonden is met een op de bedieningseenheid aangebrachte lier met constante spanning,
2, Inrichting volgens conclusie 1,met het kenmerk dat de bedieningseenheid wordt gevormd door een kast die de hydraulische installatie bevat, de elektrisch bediende kleppen en de elektromotoren 10 voor het in werking-stellen van de verschillende delen van de inrichting, terwijl de benodigde energie wordt toegevoerd door een met het werkschip verbonden kabel, terwijl verder middelen aanwezig zijn voor het koppelen en ontkoppelen van de steuneenheid, een lier met constante spanning voor het dragen van de slede, middelen om de stang met de 15 snijder in draaiing te brengen, en middelen voor de verwijdering van het tijdens het boren van de zeebodem geproduceerde gruis, waarbij de bedieningen voor de genoemde middelen centraal aangebracht zijn op het werkschip dat door middel van een om een lier met constante spanning gewikkelde kabel de bedieningseenheid draagt, welke laatste ook voor-20 zien is van een horizontale arm die wijst in dezelfde richting als de beugel van de slede, en waarbij aan het einde daarvan een kabel is bevestigd die hangt aan een drijver, welke kabel het aanhaken van de eenheid door de scharnierende arm van de onderzeeër vergemakkelijkt welke de operaties van het werkschip vanaf de zeebodem begeleidt. 25
3. Werkwijze om de inrichting volgens conclusie 1 of 2 te instal leren op de zeebodem, met het kenmerk dat deze bestaat uit het omlaag brengen van de inrichtingÖoor middel van een dragende kabel die werkt door de lier met constante spanning op het werkschip totdat de snijpunt zich in de nabijheid van de zeebodem 30 bevindt, waarbij de inrichting wordt gevormd door de bedieningseen- 790 2 1 5 5 10 Heid waarmee de ondersteuningseenheid is gekoppeld met de slede geplaatst aan het ondereinde van de dragende paal; vervolgens het plaatsen van de inrichting door middel van de scharnierende arm van de onderzeeboot, zodanig dat de horizontale arm van de bedienings-5 eenheid loodrecht staat op de te ondersteunen pijp; het naderbij brengen van de paal voor de ondersteuning van de inrichting bij de pijp; het omhoog brengen van de slede langs de paal nadat de onderzeeboot het werkschip op de hoogte gebracht heeft, door het doen werken van de op de bedieningseenheid aangebrachte lier met constante spanning 10 totdat de te ondersteunen pijp aanvankelijk in aanraking komt met het wrijvingsmateriaal aan de binnenzijde van de dragende zitting, en dan wordt vastgeklemd en vergrendeld aan de zitting, welke dan omhoog gebracht wordt over een afstand die toegelaten wordt door de tevoren berekende constante' spanning in de lier die zich bevindt in 15 de ondersteuningseenheid; het omlaag brengen van de inrichting met behulp van de lier op het werkschip totdat de punt van de snijder de zeebodem raakt, en gelijktijdig, terwijl de paal omlaag wordt gebracht, het omhoog brengen van de slede die de pijp ondersteunt door middel van de op de bedieningseenheid aangebrachte lier, zodanig dat de 20 tevoren berekende spanning/^de kabel die de slede draagt, constant « gehouden wordt; het doen werken van de pomp voor het afvoeren van het gruis en het indrijven van de aan het ondereinde van de bedienings-module bevestigde snijder, welke laatste, terwijl hij alleen onder invloed staat van het gewicht dat toegelaten wordt door de op het werk-25 schip aangebrachte lier met constante spanning, waardoor ook variaties gecompenseerd worden in de druk op de zeebedding als gevolg van eventuele onverwachte bewegingen van het werkschip onder invloed van ongunstige zeeomstandigheden, begint te boren in de zeebedding en daarmee voortgaat totdat de paal tot de vastgestelde lengte ingestoken 30 is, waarbij evenwel wordt voorkomen dat de snijder verder in de zee- 79 0 2 1 5 5 * 11 bedding doordringt dan de stand waarbij de arm van de bedieningseen-heid in staat is om de pijp te raken, waardoor, kort voordat dit gebeurt, en als gevolg van een door de onderzeeboot afgegeven bericht, de draaibeweging van de snijder tot stilstand wordt gebracht; het 5 losmaken van de onderzeeboot ten opzichte van de arm van de bedienings-eenheid; het geleidelijk laten vieren van de zich aan boord van het werkschip bevindende lier, zodanig dat de inrichting met zijn volle gewicht op de zeebodem gaat werken; het van de slede loskoppelen van de kabel van de lier op de bedieningseenheid na het wegnemen van de 10 constante spanning; het verwijderen van de klem waaimee de paal bevestigd is aan de bedieningseenheid, zodat de paal tezamen met de snijstang op de zeebodem achtergelaten kan worden; en het doen terugkeren van de bedieningseenheid naar het werkschip zodat de bedieningseenheid dus gereed is voor het opnemen van een volgende in de zeebodem 15 te plaatsen paal. 7902155
NL7902155A 1978-07-28 1979-03-19 Inrichting voor het dragen van pijpen die hangen over holten in de zeebedding, alsmede werkwijze voor het installeren ervan. NL7902155A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
IT2623578 1978-07-28
IT26235/78A IT1097789B (it) 1978-07-28 1978-07-28 Apparecchiatura per il supporto di tubazioni sospese su avvallamenti situati anche alle grandi profondita' del mare e metodo per l'installazione di essa

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7902155A true NL7902155A (nl) 1980-01-30

Family

ID=11219018

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7902155A NL7902155A (nl) 1978-07-28 1979-03-19 Inrichting voor het dragen van pijpen die hangen over holten in de zeebedding, alsmede werkwijze voor het installeren ervan.

Country Status (18)

Country Link
US (1) US4265566A (nl)
JP (1) JPS5520976A (nl)
AR (1) AR223483A1 (nl)
AU (1) AU522881B2 (nl)
BE (1) BE875104A (nl)
BR (1) BR7903846A (nl)
CA (1) CA1103468A (nl)
DE (1) DE2912781C3 (nl)
DK (1) DK145165C (nl)
ES (1) ES479941A1 (nl)
FR (1) FR2432127A1 (nl)
GB (1) GB2027156B (nl)
IE (1) IE48019B1 (nl)
IT (1) IT1097789B (nl)
NL (1) NL7902155A (nl)
NO (1) NO149255C (nl)
NZ (1) NZ189828A (nl)
PT (1) PT69401A (nl)

Families Citing this family (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
IT1099960B (it) * 1978-10-17 1985-09-28 Snam Progetti Apparecchiatura regolabile per il supporto di una tubazione posata in alti fondali in corrispondenza di un avvalgimento del fondo marino
IT1166864B (it) * 1979-05-29 1987-05-06 Saipem Spa Apparecchiatura perfezionata per il supporto di tubazioni sospese su avvallamenti situati anche a grandi profondita' del mare e metodo perfezionato per l'installazione di essa
FR2569744B1 (fr) * 1984-09-05 1986-09-19 Spie Batignolles Procede et installation pour installer une canalisation en milieu subaquatique et canalisation ainsi realisee
US4981395A (en) * 1990-03-05 1991-01-01 Datin Michael C Pipe positioner
US5290127A (en) * 1992-02-05 1994-03-01 Intec Engineering, Inc. Subsea conduit support apparatus and method
GB2341409B (en) * 1998-09-08 2000-11-01 John Stephen Baross Mechanical pipeline span prop with suction anchor foundation
ITMI20040300A1 (it) * 2004-02-23 2004-05-20 Saipem Energy Internat S P A Metodo per l'innesco e il controllo dell'instabilita' laterale di condotte sottomarine
US8376049B2 (en) * 2010-09-30 2013-02-19 Vetco Gray Inc. Running tool for deep water
US8517634B1 (en) * 2011-03-30 2013-08-27 Chevron U.S.A. Inc. Systems and methods for replacing, repositioning and repairing a section of subsea pipe located on a seabed
US20120263541A1 (en) * 2011-04-15 2012-10-18 Per Lillejordet Subsea structure for pipe assemblies

Family Cites Families (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1332384A (en) * 1919-08-01 1920-03-02 Dray Michael Ship-raising apparatus
US2675132A (en) * 1953-01-02 1954-04-13 Charles M Susil Pipe lifting jack
DE924117C (de) * 1953-07-04 1955-02-24 Allg Rohrleitung Ag Rohrschelle fuer Aufhaengungen, Gleitlager und Festpunkte, vorwiegend fuer hoch beanspruchte Heissdampfleitungen
US2981074A (en) * 1959-07-29 1961-04-25 Bell Telephone Labor Inc Underwater lowering device
CH378612A (fr) * 1960-09-02 1964-06-15 Francis Wittgenstein Gerard Procédé pour le réglage de la profondeur d'immersion d'un pipe-line immergé et dispositif pour sa mise en oeuvre
US3427812A (en) * 1966-07-13 1969-02-18 Chance Co Ab Method and apparatus for anchoring offshore pipelines
GB1193340A (en) * 1967-09-05 1970-05-28 Ve Spezialbaukombinat Magdebur Process and Apparatus for the Production of a Filter around a Pipe by Desilting the Earth Surrounding the Pipe During Forward Propulsion of the Filter Pipe from a Well
US3568455A (en) * 1968-12-23 1971-03-09 Robert E Mclaughlin Method of laying pipe in or on a bed of particle material or in a trench
US3841105A (en) * 1973-04-09 1974-10-15 G Cannon Method and apparatus for anchoring underwater pipelines
US4017046A (en) * 1975-04-25 1977-04-12 Hicks Chester F Supporting, aligning and coupling device for pipes
US4128219A (en) * 1976-05-17 1978-12-05 Exxon Production Research Company Aboveground sliding support assembly for a pipeline
IT1072884B (it) * 1976-10-29 1985-04-13 Saipem Spa Apparecchiatura per il supporto di tubazioni sospese su avvallamenti del fondo del mare,particolarmente adatta per alti fondali,e relativo metodo di messa in opera

Also Published As

Publication number Publication date
PT69401A (en) 1979-04-01
US4265566A (en) 1981-05-05
AU522881B2 (en) 1982-07-01
AR223483A1 (es) 1981-08-31
DK145165B (da) 1982-09-20
ES479941A1 (es) 1980-01-16
JPS6352274B2 (nl) 1988-10-18
GB2027156A (en) 1980-02-13
AU4484679A (en) 1980-01-31
BE875104A (fr) 1979-09-26
CA1103468A (en) 1981-06-23
NO149255B (no) 1983-12-05
IT1097789B (it) 1985-08-31
DE2912781B2 (de) 1981-01-08
IT7826235A0 (it) 1978-07-28
IE790742L (en) 1980-01-28
DK95079A (da) 1980-01-29
JPS5520976A (en) 1980-02-14
DE2912781A1 (de) 1980-02-07
GB2027156B (en) 1982-09-02
NO149255C (no) 1984-03-14
DE2912781C3 (de) 1981-10-29
BR7903846A (pt) 1980-04-15
IE48019B1 (en) 1984-09-05
FR2432127B1 (nl) 1984-05-04
DK145165C (da) 1983-03-14
NZ189828A (en) 1983-05-31
NO790915L (no) 1980-01-29
FR2432127A1 (fr) 1980-02-22

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP2156010B1 (en) Remotely operated water bottom based drilling system using cable for auxiliary operations
US4856938A (en) Method of and arrangement for separating tubular foundation piles under water
US6343893B1 (en) Arrangement for controlling floating drilling and intervention vessels
NL7902155A (nl) Inrichting voor het dragen van pijpen die hangen over holten in de zeebedding, alsmede werkwijze voor het installeren ervan.
KR100634989B1 (ko) 부유 해상 구조물 및 부유 부재
JP2001521077A (ja) 海底ピストンコアリングの方法、コア標本採取管、及び海底コアリングシステム
KR102252210B1 (ko) 표면하 채광 차량을 물 속으로 런칭하고 또한 물로부터 회수하기 위한 장치
US4552339A (en) Hoisting device with compensated tackle
WO2009029527A1 (en) Subsea suction pile crane system
CN110578486A (zh) 钻探取芯装置及其方法、海上浮动平台
NO791636L (no) Fremgangsmaate for nedgraving av et langstrakt legeme paa havbunnen
JPH1038144A (ja) 牽引と持ち上げのために単一牽引のケーブルを用いる水中ケーブル埋設マシン
JP3302700B2 (ja) 特に探査ボーリング及び採収ボーリング用に穿孔を掘り下げるための方法及び装置
JPS60133130A (ja) パイプライン埋設用溝掘り機
CA1148372A (en) Apparatus for and method of supporting pipes suspended over depressions in the sea bed
WO2011161415A2 (en) Apparatus associated with sub-sea operations
US10240407B2 (en) Method and system for wireline intervention in a subsea well from a floating vessel
US3608651A (en) Apparatus for driving elongated elements into underwater grounds
WO2001081169A1 (en) Stabilizing means for a remotely operated underwater vehicle
JP2011179172A (ja) ハンマーグラブ
US3640353A (en) Apparatus for excavation of deep holes and trenches
AU776123B2 (en) Stabilizing means for a remotely operated underwater vehicle
CN218862567U (zh) 一体式绳索取芯系统及绳索取芯专用钻机
EP2226427B1 (en) Excavation apparatus
JPS6231501Y2 (nl)

Legal Events

Date Code Title Description
A1A A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed