NL7811963A

NL7811963A - SOIL TILLER.

Info

Publication number: NL7811963A
Application number: NL7811963A
Authority: NL
Original assignee: Patent Concern Nv
Priority date: 1978-12-08
Filing date: 1978-12-08
Publication date: 1980-06-10
Also published as: FR2443187A1; FR2443187B1; GB2037552B; GB2037552A; DE2948652A1

Description

Ί** . * 1 ψΊ **. * 1 ψ

Patent Concern ÏÏ.V., Willemstad, Cura9ao ,,Grondbewerkingsmachine,,Patent Concern IV, Willemstad, Cura9ao ,, Soil cultivation machine ,,

De uitvinding lieeft betrekking op een grondbe-werkingsmachine voorzien van een gestel en een aantal om opwaarts gerichte assen draaibare, in het gestel gelegerde, aangedreven bewerkingsorganen* 5 Bij machines van deze soort kunnen de bewerkings- organen, die tijdens het bedrijf met een relatief grote snelheid roteren, bij het ontmoeten van stenen en dergelijke in de bodem, aanzienlijke beschadigingen oplopen·The invention relates to a tillage machine provided with a frame and a number of axially rotatable, upwardly directed, driven working members. In machines of this type, the working members, which during operation can be operated with a relatively large rotate speed, when encountering stones and the like in the soil, considerable damage

Volgens de uitvinding kan dit nu worden voorkomen 10 doordat de bewerkings organen in ten minste twee groepen door middel van twee naast elkaar gelegen tandwielbakken zijn aangebracht, terwijl ten minste twee naast elkaar gelegen het gestel ondersteunende rollen aanwezig zijn, een en ander zodanig dat de scheiding tussen de twee rollen in 15 de voortbewegingsrichting van de machine gezien naast de scheiding tussen de twee tandwielbakken is gelegen· Met behulp van deze constructie wordt bereikt, dat een aantal bewerkingsorganen tijdens bedrijf gezamenlijk in hoogte-richting kunnen uitwijken, terwijl ondanks de breedte van de 20 machine met behulp van de rollen een stabiele ondersteuning van het gestel kan worden verkregen.According to the invention this can now be prevented in that the processing members are arranged in at least two groups by means of two adjacent gearboxes, while at least two adjacent supporting rollers are present, all such that the separation seen between the two rollers in the direction of movement of the machine, next to the separation between the two gearboxes is located · With the aid of this construction it is achieved that a number of working members can jointly move in height direction during operation, while despite the width of the With the aid of the rollers a stable support of the frame can be obtained.

Aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld zal de uitvinding hieronder nader uiteen worden gezet.The invention will be explained in more detail below on the basis of an exemplary embodiment.

Fig. 1 geeft in bovenaanzicht een grondbewerkings-25 machine volgens de uitvinding weer,Fig. 1 is a plan view of a soil cultivation machine according to the invention,

Fig· 2 geeft een aanzicht weer volgens de pijl II in fig. 1,Fig.2 shows a view according to the arrow II in Fig. 1,

Fig. 3 geeft op vergrote schaal een aanzicht weer' volgens de lijn III - III in fig. 1, terwijl 2Q Fig. 4 op vergrote schaal een aanzicht weergeeft volgens de pijl IV in fig. 1,Fig. 3 is an enlarged view taken along the line III-III in FIG. 1, while FIG. 4 is an enlarged view according to the arrow IV in FIG. 1,

Fig. 5 geeft een aanzicht weer volgaas de pijl V in fig. 4.Fig. 5 is an elevational view of the arrow V in FIG. 4.

781 1 9 63 2781 1 9 63 2

De in de figuren weergegeven inrichting betreft een grondbewerkingsmachine, die een zich dwars op de voort-bewegingsrichting A van de machine uitstrekkende horizontaal gelegen gestelbalk 1 omvat. Aan de onderzijde van de 5 gestelbalk 1 zijn aan de einden en daar tussen door middel van steunen 2 en zich dwars op de voortbewegingsrichting A uitstrekkende tappen 3 resp. 3A verzwenkbaar zich naar achteren uitstrekkende tegen elkaar gelegen als hoekijzers uitgevoerde steunen 4 aangebracht. Hierbij zijn de ver-10 zwenkbare bevestigingen van de resp. steunen 4 zodanig gelegen dat de afstanden tussen de bevestigingspunten gelijk zijn (zie fig. 1). De benen van de als hoekijzers uitgevoerde steunen 4 strekken zich naar beneden en bij tegen elkaar gelegen steunen naar elkaar afgekeerde zijden uit 15 (fig. 4).The device shown in the figures relates to a soil cultivating machine, which comprises a horizontally located frame beam 1 extending transversely to the direction of travel A of the machine. On the underside of the frame beam 1, at the ends and in between, by means of supports 2 and transverse to direction of advancement A, trunnions 3 and 3 respectively. 3A, pivotally mounted rearwardly extending abutting supports 4 constructed as angle irons. The pivotable mountings of the resp. supports 4 located such that the distances between the fixing points are equal (see fig. 1). The legs of the supports 4 constructed as angle irons extend downwards and sides facing each other 15 facing each other (fig. 4).

Elk van de steunen 4 draagt een einde van een uit geperste plaat gevormde tandwielbak 5, die elk twee identieke delen ξ> omvatten. De delen 6 zijn door middel van omgezette langsranden, die zich langs de gehele omtrek 20 uitstrekken, en bouten 7 tegen elkaar geklemd. De bevestiging van de drie tandwielbakken 5 op de steunen 4 is verkregen door middel van ‘de voortzettingen van de afgebogen langsranden aan de einden van de tandwielbak.Each of the supports 4 carries one end of a gearbox 5 formed from pressed plate, each of which comprises two identical parts. The parts 6 are clamped together by means of bent longitudinal edges, which extend along the entire circumference 20, and bolts 7. The mounting of the three gearboxes 5 on the supports 4 is achieved by means of the continuations of the bent longitudinal edges at the ends of the gearbox.

In elke tandwielbak 5 waarvan de einden schuin verlopen, 25 zijn op onderlinge afstanden van + 15 cm assen 8 gelegerd van een tand 9 omvattende bewerkingsorganen 10. De assen 8 strekken zich althans nagenoeg in verticale richting uit.In each gearbox 5, the ends of which run at an angle, 25 shafts 8 are mounted at mutual distances of + 15 cm from a tooth 9 comprising working members 10. The shafts 8 extend at least substantially in vertical direction.

Elk van de assen 8 is door middel van legers aan de bovenen onderzijde ondersteund, welke legers zijn ondergebracht 30 in legerbuizen 11 resp. 11A, die in openingen aan de onder-resp. bovenzijde van de delen 6 van een tandwielbak 5 door middel van bouten 12 zijn vastgezet. Op elke as 8 is binnen een tandwielbak 5 een tandwiel 13 met rechte ver-tanding aangebracht, een en ander zodanig, dat de tandwielen 35 . op naast elkaar gelegen assen 8 met elkaar in aandrijvende 781 1 9 63 3 > *« verbinding staan·Each of the shafts 8 is supported at the top and bottom by means of bearings, which bearings are housed in bearing tubes 11 and 11 respectively. 11A, which can be seen in openings on the lower and the top of the parts 6 of a gearbox 5 are secured by means of bolts 12. Within each gearbox 5 a gearwheel 13 with straight teeth is arranged on each shaft 8, such that the gearwheels 35. stand on adjacent axes 8 in driving 781 1 9 63 3> * «connection ·

Habij bet midden is bij de middelste tandwielbak 5 de as van een bewerkingsorgaan 10 naar boven verlengd en reikt deze as tot in een tandwielkast 14» waarin de as door 5 middel van een conische tandwieloverbrenging in aandrijvende verbinding staat met een zich dwars op de voortbewegings-richting A uitstrekkende as 15» die aan de zijkanten buiten de tandwielkast uitsteekt· Binnen de tandwielkast 14 staat de as 15 via een konische tandwieloverbrenging 10 (fig. 3) in aandrijvende verbinding met een aan de voorzijde buiten de tandwielkast 14 uitstekende as 16. Het buiten de tandwielkast uitstekende einde van de as 16 kan door middel van een tussenas met de af takas van een trekker worden gekoppeld. De aan weerszijden uit de tandwielkast stekende 15 einden van de as 14 zijn door middel van universeel koppelingen verbonden met telescopische assen 17» die met hun andere einden via een universeel koppeling in aandrijvende verbinding staan met een uit een tandwielkast 18 stekende as 19· De tandwielkast 18 is nabij het midden van 20 een tandwielbak 5 aangebracht, en omvat een konische tandwieloverbrenging tussen de as 19 en een naar boven verlengde as van een bewerkingsorgaan 10. Aan de einden is de gestelbalk 1 voorzien van zich naar achteren uitstrek-· kende, opwaarts gerichte, platen 20 waarvan de breedte 25 naar achteren toeneemt (zie fig· 2). Tussen de boveneinden is aan de achterzijde van de platen 20 een dwarsbalk 21 aangebracht, die evenwijdig is gelegen aan de gestêlbalk 1.At the center of the central gearbox 5, the shaft of a working member 10 is extended upwards and extends this shaft into a gearbox 14, in which the shaft is in a driving connection by means of a bevel gear transmission with a transverse to the forward movement. shaft 15 extending in the direction of A, which protrudes beyond the gearbox on the sides · Within the gearbox 14, the shaft 15 is in driving connection via a bevel gear 10 (fig. 3) with a shaft 16 protruding at the front outside the gearbox 14. the end of the shaft 16 projecting outside the gearbox can be coupled to the PTO shaft of a tractor by means of an intermediate shaft. The 15 ends of the shaft 14 projecting on either side of the gearbox are connected by universal couplings to telescopic shafts 17 »which, at their other ends, are in driving connection via a universal coupling to a shaft 19 projecting from a gearbox 18 · The gearbox 18, a gearbox 5 is disposed near the center of 20, and comprises a bevel gear between the shaft 19 and an upwardly extended shaft of a working member 10. At the ends, the frame beam 1 is provided with a rearwardly extending, upwardly oriented plates 20, the width 25 of which increases towards the rear (see fig. 2). Between the top ends, a cross beam 21 is arranged on the rear side of the plates 20, which is parallel to the frame beam 1.

Ier hoogte van het midden is elke tandwielbak 5 aan de achterzijde op de omgezette rand van het bovenste deel 6 30 scharnierend verbonden met een naar boven gerichte staaf 22, die met zijn boveneinde is gevoerd door een blok 23 dat verdraaibaar is aangebracht tussen twee oren 24 op de dwarsbalk 21. Tussen het blok 23 en een aanslag 25 aan de onderzijde van elke staaf 22 is om de staaf een drukveer 35 26 gelegen. Het blok 23 is door middel van verstelmoeren 78 1 1 9 6 3 «' 4 27» die met schroefdraad op het boveneinde van de staaf 22 kunnen samenwerken, gefixeerd· Nabij het midden is aan de onderzijde van de dwarsbalk 21 een naar beneden gerichte niet nader weergegeven steun aangebracht· Aan deze steun 5 en aan de buitenzijde van de aan de einden van de gestel-ba!k 1 aangebrachte platen 20 is door middel van een tap 29 verzwenkbaar een zich naar achteren uitstrekkende arm 30 resp· 31 aangebracht. De armen 30 resp. 31 zijn met behulp van een-'bout 32 en een van een aantal gaten 32A in 10 de resp· platen in meerdere standen brengbaar en vastzet-baar. Tussen de einden van de paren armen 30 en 31 is vrij draaibaar een rol 33 aangebracht, die aan de omtrek is voorzien van schroeflijnvormig verlopende staafvormige elementen· Aan de voorzijde is de gestelbalk 1 voorzien 15 van een bok 34 voor aankoppeling aan de driepuntshef-inrichting van een trekker. De bovenzijde van de bok is door middel van naar beneden divergerende steunen 35 met de bovenzijde van de dwarsbalk 21 verbonden.At the center height, each rear gear box 5 is hingedly connected to the flanged edge of the upper part 6 30 with an upwardly directed rod 22, which is led with its top end by a block 23 rotatably arranged between two ears 24 on the cross beam 21. Between the block 23 and a stop 25 at the bottom of each bar 22, a compression spring 26 is situated around the bar. The block 23 is fixed by means of adjusting nuts 78 1 1 9 6 3 «'4 27» which can screw together on the top end of the bar 22 · Near the center at the bottom of the cross bar 21 is a downwardly directed staple support shown in more detail · On this support 5 and on the outside of the plates 20 arranged at the ends of the frame 1, a back 30 extending arm 30 and 31 is pivotally mounted by means of a tap 29. The arms 30 resp. 31 can be brought into multiple positions in the respective plates by means of a bolt 32 and one of a number of holes 32A. Between the ends of the pairs of arms 30 and 31 a freely rotatable roller 33 is provided, which is provided on the periphery with helically extending rod-shaped elements · At the front, the frame beam 1 is provided with a trestle 34 for coupling to the three-point lifting device of a tractor. The top of the trestle is connected to the top of the cross beam 21 by means of downwardly diverging supports 35.

De werking van de in het voorgaande beschreven 20 machine is als volgt:The operation of the machine described above is as follows:

Tijdens het bedrijf is de machine door middel van de bok 34 met de driepuntshefinrichting van de trekker gekoppeld en kunnen de drie groepen bewerkingsorganen 8 die in de respectieve tandwielbakken 5 zijn ondersteund 25 vanaf de aftakas van de trekker via de in het voorgaande beschreven overbrenging worden aangedreven· Hierbij roteren naast elkaar gelegen bewerkings organen 8 van een groep in tegengestelde zin en bewerken hun tanden elkaar overlappende stroken grond· De opstelling van de resp· tandwielbakken 30 5 is hierbij zodanig dat aan de op elkaar aansluitende einden van de tandwielbakken naast elkaar gelegen bewerkings-organen ten minste aan elkaar grenzende stroken grond , bewerken· Met behulp van de twee rollen 33» die nabij het midden van de machine aan elkaar grenzen, een en ander zo-35 danig, dat dit punt in de voortbewegingsrichting van de 781 1 9 63 5 η machine gezien, naast het punt is gelegen waar naast elkaar gelegen tandwielbakken 5 op elkaar aansluiten, kan de werk-diepte van de bewerkingsorganen worden ingesteld. Hierbij wordt een stabielere ondersteuning van de tijdens bedrijf 5 in hoogterichting verzwenkbare tandwielbakken 5 mogelijk.During operation, the machine is coupled to the three-point hitch of the tractor by means of the trestle 34 and the three groups of working members 8 supported in the respective gearboxes 5 can be driven from the power take-off shaft of the tractor via the transmission described above. Next to this, adjacent working members 8 of a group rotate in the opposite direction and their teeth work overlapping strips of soil. The arrangement of the respective gearboxes 30 is arranged in such a way that at the adjacent ends of the gearboxes adjacent processing is arranged. - tillage at least adjoining strips of soil. · Using the two rollers 33 »adjacent to each other near the center of the machine, such that this point is in the direction of travel of the 781 1 9 63 5 η view of the machine, next to the point where adjacent gearboxes 5 connect to each other, the working di You can set the number of the editing tools. A more stable support of the gear boxes 5 pivotable in height direction during operation 5 is hereby possible.

Het naar boven uitwijken van de respectieve tandwielbakken 5 geschiedt tegen de werking van de respectieve drukveren 26 in. Hierbij werkt de bovenzijde van de zich in horizontale richting uitstrekkende benen van de door een hoek-10 ijzer gevormde steunen 4 als aanslag tegen de onderzijde van de gestelbalk 1, waardoor een te ver naar boven bewegen van de respectieve tandwielbakken kan worden voorkomen.The upward deflection of the respective gear boxes 5 takes place against the action of the respective compression springs 26. The top side of the horizontally extending legs of the brackets 4 formed by an angle iron acts as a stop against the bottom side of the frame beam 1, so that the respective gear boxes can be moved too far upwards.

Doordat de respectieve steunen 4 aan de naar elkaar toegekeerde zijden van de tandwielbakken 5 tegen elkaar rusten 15 worden bij het verzwenken van de tandwielbakken 5 door de naar beneden gerichte benen van de als hoekijzers uitgevoerde steunen 4 doelmatige geleidingen verkregen, zodat de relatief grote tijdens het bedrijf op het gestel van de machine werkende reactiekrachten effectief kunnen worden 20 opgevangen· Met behulp van de in het voorgaande beschreven constructie kan op eenvoudige wijze een aantal groepen bewerkings organen door middel van uit plaatijzer gevormde tandwielbakken naast elkaar in een gesteldeel worden aangebracht, waarbij de respectieve groepen met behulp van 25 een goede geleiding tijdens het bedrijf bij het ontmoeten van obstakels ten opzichte van elkaar kunnen uitwijken, terwijl de werkdiepte van twee naast elkaar gelegen groepen, althans voor een deel door een zelfde als rol uitgevoerd ondersteuningsorgaan, kan worden ingesteld.Since the respective supports 4 rest against each other on the facing sides of the gearboxes 5, when the gearboxes 5 are pivoted, the downwardly directed legs of the supports 4 designed as angle irons provide effective guides, so that the relatively large ones during the reaction forces acting on the frame of the machine can be effectively absorbed. · With the aid of the construction described above, a number of groups of machining elements can be arranged in a simple manner in a frame part by means of gearboxes formed from sheet iron, wherein the respective groups can deflect with the aid of a good guiding during operation when encountering obstacles with respect to each other, while the working depth of two adjacent groups can be adjusted, at least partly by a same roller-like support member.

30 De uitvinding is niet beperkt tot het vorenstaande, ' doch betreft tevens alle details van de figuren al of niet beschreven.The invention is not limited to the above, but also concerns all details of the figures, whether or not described.

Conclusies 78 1 1 9 6 3Conclusions 78 1 1 9 6 3

Claims

1. Soil cultivation machine provided with a frame and a number of upwardly rotatable axes rotatable in the frame, driven working members, characterized in that the working members are arranged in at least two groups by means of two adjacent gearboxes, while at the same time at least two adjacent rollers supporting the frame are present, all such that the separation between the two rollers, viewed in the direction of advancement of the machine, is located next to the separation between the two gearboxes.

2. Bt characterized in that the supports for the respective mutually elongated, contiguous gearboxes are pivotable about axes which are mutually elongated.

Soil cultivation machine according to claim 1, characterized in that at least two groups of cultivating members supported by abutting supports are arranged movably relative to each other.

3. Soil cultivation machine provided with a frame and a number of axially rotatable upwardly driven driven working members mounted in the frame, characterized in that at least two adjacent groups of working members are movable relative to each other by means of adjacent supports 20. fitted.

Soil cultivation machine according to any one of the preceding claims, characterized in that a gearbox is elongated and is formed from pressed plate at least at the ends.

5. Tillage machine provided with a frame, and a number of axially rotatable axially rotatable driven working members mounted in the frame, characterized in that the working members are supported with their drive in a gearbox, which is elongated and at least one of which is end is made of pressed plate. <

Soil cultivation machine according to any one of the preceding claims, characterized in that three groups of at least six cultivating members each are arranged side by side. 781 1 9 63 »I

Soil cultivation machine according to any one of the preceding claims, characterized in that each gearbox comprises two identical parts manufactured from plate.

Soil cultivation machine according to any one of the claims. 5 2 - 7, characterized in that each gearbox is supported by ends attached to the ends.

Soil cultivation machine according to one of the claims

10. A soil cultivating machine according to any one of claims 2-9t, characterized in that the pivot point for the respective supports is located under a frame beam of the frame extending transversely of the direction of travel.

11. Soil cultivation machine according to any one of the preceding claims, characterized in that behind the gear boxes supporting the working members there are two supporting members located next to each other and designed as rollers.

Soil cultivation machine according to one of the preceding claims, characterized in that the gearboxes are of identical design and the rollers also have the same design.

Soil cultivation machine according to any one of the preceding claims, characterized in that a gearbox is movable in arc directions against spring action.

14. Soil cultivation machine according to claim 13, characterized in that the rear of a gearbox is pivotally connected to a resilient mechanism.

15. Soil cultivation machine according to claim 14, characterized in that the resilient mechanism comprises a rod, which is connected to the rear of a gearbox sealably, around which a compression spring is located. t 78 1 1 9 63 '. 8

Soil cultivation machine according to claim 14 or 15, characterized in that the resilient mechanism is arranged near the center of the gearbox.

Soil cultivation machine according to any one of claims 5 to 16, characterized in that a support is formed by an angle iron, one leg of which is directed downwards and the other with adjacent supports located on the sides facing away from each other.

Soil cultivation machine according to any one of the preceding claims, characterized in that each roller is supported by an arm located at the ends.

19. Soil cultivation machine according to any one of the preceding claims, characterized in that the ends of a gearbox are slightly inclined outwards from above or from below.

Soil cultivation machine according to any one of the preceding claims, characterized in that a cultivating member is provided with only one tine arranged directly on its axis.

21. Soil cultivation machine according to one of the preceding claims, characterized in that the machine is provided with means by means of which it can be coupled to the lifting device of a tractor.

22. Tillage machine as described above and shown in the figures. -o-o-o-o- / 781 1 9 6 3