NL2021793B1 - Kleminrichting voor toepassing op een doek, folie of plaat - Google Patents

Kleminrichting voor toepassing op een doek, folie of plaat Download PDF

Info

Publication number
NL2021793B1
NL2021793B1 NL2021793A NL2021793A NL2021793B1 NL 2021793 B1 NL2021793 B1 NL 2021793B1 NL 2021793 A NL2021793 A NL 2021793A NL 2021793 A NL2021793 A NL 2021793A NL 2021793 B1 NL2021793 B1 NL 2021793B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
clamping
clamping device
guide surface
ascending
slot
Prior art date
Application number
NL2021793A
Other languages
English (en)
Other versions
NL2021793A (nl
Inventor
Van Lieshout Steven
Original Assignee
Iac Bv
Eureka P D & E
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Iac Bv, Eureka P D & E filed Critical Iac Bv
Priority to NL2021793A priority Critical patent/NL2021793B1/nl
Priority to EP19202604.5A priority patent/EP3636937B1/en
Publication of NL2021793A publication Critical patent/NL2021793A/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2021793B1 publication Critical patent/NL2021793B1/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B2/00Friction-grip releasable fastenings
    • F16B2/02Clamps, i.e. with gripping action effected by positive means other than the inherent resistance to deformation of the material of the fastening
    • F16B2/14Clamps, i.e. with gripping action effected by positive means other than the inherent resistance to deformation of the material of the fastening using wedges
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B5/00Joining sheets or plates, e.g. panels, to one another or to strips or bars parallel to them
    • F16B5/06Joining sheets or plates, e.g. panels, to one another or to strips or bars parallel to them by means of clamps or clips
    • F16B5/0692Joining sheets or plates, e.g. panels, to one another or to strips or bars parallel to them by means of clamps or clips joining flexible sheets to other sheets or plates or to strips or bars

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Curtains And Furnishings For Windows Or Doors (AREA)

Abstract

UITTREKSEL: Kleminrichting voor toepassing op een doek, folie of plaat 5 Een kleminrichting 1 voor op een doek 2 heeft een eerste klemdeel 3 voorzien van een eerste klemvlak 5 en een daar tegenover aanwezig en ten opzichte van het eerste klemvlak oplopend geleidingsvlak 7, en een tweede klemdeel 9 voorzien van een tweede klemvlak 11 dat naar het eerste klemvlak is toegekeerd, alsmede een glijdeel 13 dat over het oplopende geleidingsvlak 7 kan glijden en daarbij de afstand tussen de 10 klemvlakken verandert. Het eerste klemdeel 3 is aan de zijde van het oplopende geleidingsvlak 7 voorzien van een eerste uitsteeksel 14 en het glijdeel 13 is voorzien van een tweede uitsteeksel 17 dat aan dezelfde zijde van het eerste klemdeel uitsteekt als het eerste uitsteeksel. De uitsteeksels zijn eenvoudig handmatig naar elkaar toe en van elkaar beweegbaar om de klemvlakken 5 en 11 naar elkaar toe respectievelijk van 15 elkaar af te verplaatsen. (Figuur 1)

Description

Kleminrichting voor toepassing op een doek, folie of plaat
BESCHRIJVING:
Gebied van de uitvinding
De uitvinding heeft betrekking op een kleminrichting welke aangebracht kan worden op een voorwerp, bijvoorbeeld een doek, folie of plaat, door het klemmen van twee tegenover elkaar aanwezige zijden van het voorwerp, omvattende:
een eerste klemdeel voorzien van een eerste klemvlak en een daar tegenover aanwezig en ten opzichte van het eerste klemvlak oplopend geleidingsvlak, en een tweede klemdeel voorzien van een tweede klemvlak dat naar het eerste klemvlak is toegekeerd, alsmede een glijdeel dat over het oplopende geleidingsvlak kan glijden en daarbij de afstand tussen de klemvlakken verandert.
Een dergelijke kleminrichting kan onder andere toegepast worden voor het ophangen van een gordijn dat niet is voorzien van ophangogen of haken. De kleminrichting kan direct op het doek van het gordijn geklemd worden en gekoppeld worden met een ophangelement voor het ophangen aan een rail of buis.
Stand van de techniek
Een dergelijke kleminrichting is bekend uit WOOOH352A1. Deze bekende kleminrichting bestaat uit een vast deel met een klemvlak voorzien van piramidevormige pinnen welke tijdens gebruik in het doek grijpt en een los deel met een glad klemvlak dat ten opzichte van het vaste deel verschuifbaar is en tijdens het aanbrengen van de kleminrichting over het doek glijdt. De kleminrichting dient initieel met de hand op het doek gedrukt te worden. Deze drukkracht moet voldoende zijn zodat het vaste deel met pinnen zich in het doek vastzet. Bij verdere belasting van het losse deel, door gewicht van gordijn of andere belasting, schuift het losse deel verder en zorgt de wigoverbrenging tussen beide delen voor een dusdanige normaalkracht op het doek dat het doek steviger klemt. Hoe groter de last hoe groter de klemkracht. Bij een te lichte initiële klemming schiet het doek bij belasting los vooral bij dunne gladde doeken.
Om de klemdelen naar elkaar toe te bewegen is er bij de bekende kleminrichting geen houvast, zeker niet als de klemdelen aan een vaste bevestiging word opgehangen (zoals om een buis aangebrachte spanelastieken) dan kunnen de klemdelen moeilijk naai' elkaar toe gedrukt worden. Ook voor het los maken is er geen houvast en moet men bij harde klemming een hulpstuk (munt of zo) gebruiken om de klemdelen uit elkaar te wringen. Tevens is de benodigde afstand tot het ophangpunt om een dun doek te kunnen klemmen relatief groot.
Samenvatting van de uitvinding
Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een kleminrichting van de in de aanhef omschreven soort waarbij de beide klemdelen eenvoudiger stevig op een voorwerp gedrukt kunnen worden. Hiertoe is de kleminrichting volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat het eerste klemdeel aan de zijde van het oplopende geleidingsvlak is voorzien van een eerste uitsteeksel en dat het glijdeel is voorzien van een tweede uitsteeksel dat aan dezelfde zijde van het eerste klemdeel uitsteekt als het eerste uitsteeksel, welke uitsteeksels handmatig naar elkaar toe en van elkaar af bewogen kunnen worden om de klemvlakken naar elkaar toe respectievelijk van elkaar af te verplaatsen. Deze uitsteeksels kunnen door duim en wijsvinger eenvoudig en stevig naar elkaar toe gedrukt worden waarbij de klemvlakken naai' elkaar toe bewogen worden en een stevige klemming ontstaat.
Bij voorkeur is het eerste klemdeel voorzien van een sleuf die aanwezig is in het oplopende geleidingsvlak en die zich uitstrekt in de oplopende richting, en dat het glijdeel via een door de sleuf stekend verbindingsdeel met de rest van het tweede klemdeel is verbonden, waarbij het glijdeel zich aan beide zijden van de sleuf bevindt. Op deze wijze vindt er een goede krachtdoorleiding van het op het glijdeel aanwezige uitsteeksel naar de rest van het klemdeel plaats.
Om een betere krachtverdeling op het tweede klemdeel te krijgen is het eerste klemdeel bij voorkeur voorzien van een verdere sleuf die eveneens aanwezig is in het oplopende geleidingsvlak en parallel is aan de genoemde sleuf, en is het tweede klemdeel bij voorkeur voorzien van een verder glijdeel dat via een door de verdere sleuf stekend verder verbindingsdeel met de rest van het tweede klemdeel is verbonden, waarbij ook het verdere glijdeel zich aan beide zijden van de verdere sleuf bevindt en is voorzien van een derde uitsteeksel.
De kleminrichting is voorts bij voorkeur voorzien van een koppeldeel voor koppeling met een ophangelement, welk koppeldeel tussen de beide sleuven aanwezig is. Het koppeldeel kan gevormd zijn door een gat zodat een koord gelust of geknoopt kan worden aan de kleminrichting. Het koppeldeel kan ook gevormd zijn door een behuizing voor het opnemen van een draaiend deel waarmee de kleminrichting opgehangen kan worden aan bijvoorbeeld een rail of buis. Het voordeel van de draaiende koppeling is dat ook geplooide (90° verdraaid t.o.v rechte gordijnen) gordijnen opgehangen kunnen worden. Door het koppeldeel tussen de sleuven aan te brengen neemt de afstand van het doek tot het ophangpunt niet toe.
Voorts is het vereist bij het ophangen van bijvoorbeeld gordijnen dat de afstand van het gordijn tot aan het ophangpunt zo klein mogelijk is. Echter indien men een grote variatie van doekdiktes op wil kunnen hangen wordt de afstand tot het ophangpunt groter afhankelijk van de gebruikte wighoek. Hoe kleiner de wighoek hoe groter deze afstand. Echter hoe groter de wighoek hoe kleiner de klemkracht bij dezelfde last.
Een uitvoeringsvorm van de kleminrichting volgens de uitvinding waarmee zowel dunne als dikke doeken goed opgehangen kunnen worden en waarbij de afstand tot het ophangpunt beperkt blijft, is gekenmerkt, doordat het oplopende geleidingsvlak een eerste deel omvat met een hellingshoek groter dan die van een op het eerste deel aansluitend tweede deel van het oplopende geleidingsvlak. Bij de kleminrichting volgens de uitvinding is de wig (aanwezig tussen het oplopende vlak en het klemvlak) in de stand waarbij de klemvlakken ver van elkaar aanwezig zijn groter uitgevoerd dan in de stand waarbij de klemvlakken dichter bij elkaar aanwezig zijn. Hierdoor is bij het klemmen op bij dunne doeken een geringe afstand aanwezig tot het ophangpunt en is de klemming toch voor alle doeksoorten en dubbele doeken mogelijk. Er is gevonden dat voor de dunne doeken een wighoek (hellingshoek van het oplopende geleidingsvlak) van 6° tot 10° gunstig is (ideaal 8°) en voor doeken dikker dan 3 mm een wighoek van 10°-15° gunstig is.
Bij voorkeur is het eerste deel van het oplopende geleidingsvlak gebogen en heeft het naar het tweede deel toe een afnemende hellingshoek en is het tweede deel van het oplopende geleidingsvlak recht. Hierdoor verandert de wighoek en de benodigde aan te brengen kracht voor het klemmen gelijkmatig tijdens het klemmen.
Beknopte omschrijving van de tekeningen
Hieronder zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van de kleminrichting volgens de uitvinding. Hierbij toont:
Figuur 1 de kleminrichting toegepast in een ophangsysteem voor een gordijn;
Figuur 2 het in figuur 1 weergegeven ophangsysteem in losse onder delen;
Figuur 3 de kleminrichting van het in figuren 1 en 2 weergegeven ophangsysteem in vooraanzicht met de klemdelen in een neutrale stand ten opzicht van elkaar;
Figuur 4 de in figuur 3 weergegeven kleminrichting in zijaanzicht;
Figuur 5 de in figuur 3 weergegeven kleminrichting in onderaanzicht;
Figuur 6 de in figuur 3 weergegeven kleminrichting in bovenaanzicht;
Figuur 7 de kleminrichting in doorsnede langs lijn VII-VII in figuur 3;
Figuur 8 de kleminrichting in vooraanzicht met de klemdelen in open positie;
Figuur 9 de in figuur 8 weergegeven kleminrichting in zijaanzicht;
Figuur 10 de kleminrichting in vooraanzicht met de klemdelen in gesloten positie;
Figuur 11 de in figuur 10 weergegeven kleminrichting in zijaanzicht;
Figuur 12 de kleminrichting in doorsnede langs lijn XII-XII in figuur 3;
Figuur 13 de kleminrichting in doorsnede langs lijn XIII-XIII in figuur 8.
Figuur 14 de kleminrichting in doorsnede langs lijn XIV-XIV in figuur 10.
Gedetailleerde omschrijving van de tekeningen
In figuur 1 is een uitvoeringsvorm van de kleminrichting 1 volgens de uitvinding weergegeven als onderdeel van een ophangsysteem voor een gordijn 2. In figuur 2 is ter verduidelijking het ophangsysteem in losse onder delen weergegeven. Het ophangsysteem heeft een ophangelement 4 dat door middel van een elastisch koord 6 is bevestigd aan een buis 8. De kleminrichting 1 maakt eveneens deel uit van het ophangsysteem en is voorzien van een koppeldeel 29 dat gekoppeld is met het ophangelement 4. Het koppeldeel 29 heeft een U-vormige uitsparing en is over het ophangelement geschoven waarbij een aan het uiteinde van het ophangelement 4 aanwezige schijf onder de rand van de U-vormige uitsparing aanwezig is.
De kleminrichting 1 heeft twee klemdelen 3 en 9 die tegen twee tegenover elkaar aanwezige zijden van het gordijn 2 klemmen. Een eerste van de klemdelen 3 is voorzien van een eerste klemvlak 5 (zie figuur 2) dat glad is en van een daar tegenover aanwezig en ten opzichte van het eerste klemvlak oplopende geleidingsvlak 7. Het eerste klemdeel 3 is voorts voorzien van twee parallel aan elkaar verlopende sleuven 19 en 21 die zich in het oplopende geleidingsvlak 7 uitstrekken. Voorts is het eerste klemdeel voorzien van een uitsteeksel 14 dat zich bevindt op de zijde waar het oplopende geleidingsvlak 7 aanwezig is.
Het andere tweede klemdeel 9 is voorzien van een tweede klemvlak 11 (zie figuur 2) dat naar het eerste klemvlak 5 is toegekeerd en dat is voorzien van tanden die in het gordijn 2 steken. Het tweede klemdeel 9 is voorts voorzien van twee glijdelen 13 en 23 die tegen het oplopende geleidingsvlak 7 aanwezig zijn en over dit vlak kunnen glijden waarbij de afstand tussen de kleurvlakken verandert. De glijdelen 13 en 23 zijn via door de sleuven 19 en 21 stekende verbindingsdelen 15 en 25 (zie figuur 2) verbonden met de rest van het tweede klemdeel 9 en zijn voorzien van verdere uitsteeksels 17 en 27. De glijdelen 13 en 23 zijn elk voorzien van een glijvlak 13A respectievelijk 23A dat in contact is met het oplopende vlak 7.
In de figuren 3-7 is de kleminrichting van het in figuren 1 en 2 weergegeven ophangsysteem weergegeven in diverse aanzichten met de klemdelen in een neutrale stand ten opzicht van elkaar. Onder een neutrale stand wordt hier een stand verstaan tussen de beide in figuren 8-11 weergegeven uiterste standen ten opzichte van elkaar. Het oplopende geleidingsvlak 7 van het eerste klemdeel 3 is verdeeld in vier in een vlak aanwezigen geleidingsbanen die zich aan weerszijde van de sleuven 19 en 21 uitstrekken. Deze geleidingsbanen lopen op ten opzichte van het klemvlak 5 vanaf het nabij het koppeldeel 29 aanwezige uiteinde (dit is goed te zien in de figuren 12-14) tot aan het nabij het uitsteeksel 14 aanwezige uiteinde. De geleidingsbanen (het oplopende geleidingsvlak) hebben elk een eerste oplopende deel 7A met een steilere hellingshoek t.o.v. het klemvlak 5 dan een tweede oplopende deel 7B, zie figuur 7 waarin de kleminrichting 1 in doorsnede langs lijn VII-VII in figuur 3 is weergegeven. Elk glijdeel 13 is met het glijvlak 13A in contact met het oplopende vlak 7.
In de figuren 8 en 9 zijn de klemdelen 3 en 9 in open positie ten opzichte van elkaar weergegeven. In deze positie zijn de klemvlakken 5 en 11 het verst van elkaar af en kunnen de klemdelen ten opzichte van elkaar kantelen over een hoek A om de kleminrichting makkelijker op een gordijn te kunnen aanbrengen. In de figuren 10 en 11 zijn de klemdelen 3 en 9 in gesloten positie te opzichte van elkaar weergegeven. In deze positie zijn de klemvlakken 5 en 11 in contact met elkaar gekomen doordat de glijdelen 13 en 23 over het geleidingsvlak 7 naar boven zijn geschoven en daarbij het van het klemvlak 11 voorziende deel van het klemdeel 9 naar het klemdeel 3 toe heeft bewogen.
In de figuren 12-14 is de kleminrichting in doorsnede weergegeven in verschillende standen van de klemdelen ten opzichte van elkaar. In figuur 12 is de kleminrichting in doorsnede langs lijn XII-XII in figuur 3 weergegeven met de klemdelen in neutrale stand. In figuur 13 is de kleminrichting in doorsnede langs lijn XIII-XIII in figuur 8 weergegeven met de klemdelen in open stand. In figuur 14 is de kleminrichting in doorsnede langs lijn XIV-XIV in figuur 10 weergegeven met de klemdelen in gesloten stand. Het oplopende geleidingsvlak 7 heeft een eerste deel 7A met een hellingshoek B die in lengterichting geleidelijk verloopt van 15 graden naar 8 graden en een op het eerste deel aansluitend tweede deel 7B met een over de lengte constante hellingshoek C van 8 graden.
De constructie van de kleminrichting 1 is zo uitgevoerd dat de twee klemdelen 3 en 9 initieel in elkaar geklikt kunnen worden zodat deze een samenstelling vormen. In de in elkaar geklikte stand, zie figuur 12, kunnen de klemdelen uit elkaar gespreid worden over een hoek A om gemakkelijk over het gordijn 2 gestoken te kunnen worden. Bij het initieel klemmen door het uitsteeksel 14 enerzijds en de uitsteeksels 17 en 27 anderzijds naar elkaar toe te knijpen vormt de wigoverbrenging een relatief grote wighoek B van 15° tussen het geleidingsvlak 7 en de klemvlakken 5 en 11, zie figuur 14. Hierdoor kan met een relatief kleine verschuiving een relatief dik gordijn geklemd worden. Bij het verder naar elkaar toe knijpen van de uitsteeksels 14 en 17 en 27 gaat de wighoek geleidelijk over in een uiteindelijke wighoek C van 8°, welke ideaal is voor het klemmen van dunnere gordijnen (dunner dan 2 mm). Hierdoor is het klembereik groot in verhouding tot de verplaatsing en de benodigde afstand tussen het 5 doek en het ophangelement 4. Bij de kleminrichting volgens de uitvinding is het initieel klemmen door middel van een duimwijsvingerknijpbeweging heel eenvoudig, kan meer kracht gezet worden en is er een relatief kleine afstand tot het ophangpunt. Voor het losmaken van de kleminrichting is ook bij zeer vaste klemming geen hulpstuk nodig en kan dit ook met een duimwijsvingerknijpbeweging.
Hoewel in het voorgaande de uitvinding is toegelicht aan de hand van de tekeningen, dient te worden vastgesteld dat de uitvinding geenszins tot de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm is beperkt. De uitvinding strekt zich mede uit tot alle van de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm afwijkende uitvoeringsvormen binnen het door de conclusies gedefinieerde kader.

Claims (8)

1. Kleminrichting (1) welke aangebracht kan worden op een voorwerp (2), bijvoorbeeld een doek, folie of plaat, door het klemmen van twee tegenover elkaar aanwezige zijden van het voorwerp, omvattende:
een eerste klemdeel (3) voorzien van een eerste klemvlak (5) en een daar tegenover aanwezig en ten opzichte van het eerste klemvlak oplopend geleidingsvlak (7), en een tweede klemdeel (9) voorzien van een tweede klemvlak (11) dat naar het eerste klemvlak is toegekeerd, alsmede een glijdeel (13) dat over het oplopende geleidingsvlak (7) kan glijden en daarbij de afstand tussen de klemvlakken verandert, met het kenmerk, dat het eerste klemdeel (3) aan de zijde van het oplopende geleidingsvlak (7) is voorzien van een eerste uitsteeksel (14) en dat het glijdeel (13) is voorzien van een tweede uitsteeksel (17) dat aan dezelfde zijde van het eerste klemdeel uitsteekt als het eerste uitsteeksel, welke uitsteeksels handmatig naar elkaar toe en van elkaar af bewogen kunnen worden om de klemvlakken (5, 11) naar elkaar toe respectievelijk van elkaar af te verplaatsen.
2. Kleminrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het eerste klemdeel (3) is voorzien van een sleuf (19) die aanwezig is in het oplopende geleidingsvlak (7) en zich uitstrekt in de oplopende richting, en dat het glijdeel (13) via een door de sleuf stekend verbindingsdeel (15) met de rest van het tweede klemdeel (9) is verbonden, waarbij het glijdeel zich aan beide zijden van de sleuf (19) bevindt.
3. Kleminrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het eerste klemdeel (3) is voorzien van een verdere sleuf (21) die eveneens aanwezig is in het oplopende geleidingsvlak (7) en parallel is aan de genoemde sleuf (19), en dat het tweede klemdeel (9) is voorzien van een verder glijdeel (23) dat via een door de verdere sleuf (21) stekend verder verbindingsdeel (25) met de rest van het tweede klemdeel is verbonden, waarbij ook het verdere glijdeel (23) zich aan beide zijden van de verdere sleuf (21) bevindt en is voorzien van een derde uitsteeksel (27).
4. Kleminrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de kleminrichting is voorzien van een koppeldeel (29) voor koppeling met een ophangelement (4), welk koppeldeel tussen de beide sleuven (19, 21) aanwezig is.
5. Kleminrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het oplopende geleidingsvlak (7) een eerste deel (7A) omvat met een hellingshoek groter dan die van een op het eerste deel aansluitend tweede deel (7B) van het oplopende geleidingsvlak (7).
5
6. Kleminrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het eerste deel (7A) van het oplopende geleidingsvlak (7) gebogen is en naar het tweede deel (7B) toe een afnemende hellingshoek heeft en het tweede deel (7B) van het oplopende geleidingsvlak (7) recht is.
7. Kleminrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de
10 hellingshoek van het eerste deel (7A) van tussen de 10 tot 15 graden afneemt tot tussen de 6 tot 10 graden en dat de hellingshoek van het tweede deel (7B) tussen de 6 tot 10 graden is.
NL2021793A 2018-10-10 2018-10-10 Kleminrichting voor toepassing op een doek, folie of plaat NL2021793B1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2021793A NL2021793B1 (nl) 2018-10-10 2018-10-10 Kleminrichting voor toepassing op een doek, folie of plaat
EP19202604.5A EP3636937B1 (en) 2018-10-10 2019-10-10 Clamping device for application on a cloth, foil or plate

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2021793A NL2021793B1 (nl) 2018-10-10 2018-10-10 Kleminrichting voor toepassing op een doek, folie of plaat

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL2021793A NL2021793A (nl) 2020-05-07
NL2021793B1 true NL2021793B1 (nl) 2020-05-14

Family

ID=64755668

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2021793A NL2021793B1 (nl) 2018-10-10 2018-10-10 Kleminrichting voor toepassing op een doek, folie of plaat

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP3636937B1 (nl)
NL (1) NL2021793B1 (nl)

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB135868A (nl) * 1918-11-27
GB2024925B (en) * 1978-05-12 1982-04-28 Johnson J E Clamping devices
DE19513436C1 (de) * 1995-04-08 1996-11-07 Karl Heinz Rinke Haltevorrichtung für Streben eines Gerüsts
SE514828C2 (sv) 1998-08-21 2001-04-30 R & D Sverige Ab Klämma
CN107810358B (zh) * 2015-09-08 2020-03-10 德尔格制造股份两合公司 安装夹持装置

Also Published As

Publication number Publication date
EP3636937A1 (en) 2020-04-15
NL2021793A (nl) 2020-05-07
EP3636937B1 (en) 2022-12-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US3801175A (en) Hanger and binder unit
US3950829A (en) Hanger clip
US4566157A (en) Clip with sliding locking member
NL2021793B1 (nl) Kleminrichting voor toepassing op een doek, folie of plaat
US4217710A (en) Frameless support for pictures
RU2112412C1 (ru) Устройство для размещения в подвешенном положении предпочтительно длинного предмета
EP2826397A1 (en) Hair clip
US4169549A (en) Clipping hanger
US20020047079A1 (en) Rug clip
US2522358A (en) Pleat retainer pin for curtains and draperies
BE1022089B1 (nl) Hulpstuk voor regelen van de afstand tussen een scharnier en een profiel van een raam of deur en scharnier uitgerust met zulk hulpstuk
BE1022472B1 (nl) Herbruikbare klemrug voor het inklemmen van bladen
US20170360236A1 (en) Clip with a rubber lining for the purpose of holding curtains
US1353222A (en) Combination utensil
CN107717768B (zh) 一种防脱夹钳
US1503236A (en) Garment hanger
NL2011050C2 (nl) Klemelement voor het omklemmen van een vlak soepel materiaal, alsmede verzwaringselement en greepelement, en paneelwagen.
NL2026373B1 (nl) Inrichting voor bevestiging aan een schermdoek in een kas en schermdoek met deze inrichting
SE449119B (sv) Forbindelseanordning for att forbinda lamellerna i en persienn till berlinorna
US3829054A (en) Mounting of sheet material
NL1012298C2 (nl) Klem voor bladvormig materiaal.
CN112815004B (zh) 滑轨
SU1391607A1 (ru) Подвеска
US3213865A (en) Hair curl clip with floating pivotal connection
US1044032A (en) Filing-case.