NL2019426B1 - Behuizing voor een ventilatie-inrichting en/of een scherminrichting en werkwijze voor het aanpassen van een behuizing - Google Patents
Behuizing voor een ventilatie-inrichting en/of een scherminrichting en werkwijze voor het aanpassen van een behuizing Download PDFInfo
- Publication number
- NL2019426B1 NL2019426B1 NL2019426A NL2019426A NL2019426B1 NL 2019426 B1 NL2019426 B1 NL 2019426B1 NL 2019426 A NL2019426 A NL 2019426A NL 2019426 A NL2019426 A NL 2019426A NL 2019426 B1 NL2019426 B1 NL 2019426B1
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- housing
- profile
- inner profile
- flange
- spacer
- Prior art date
Links
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E06—DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
- E06B—FIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
- E06B7/00—Special arrangements or measures in connection with doors or windows
- E06B7/02—Special arrangements or measures in connection with doors or windows for providing ventilation, e.g. through double windows; Arrangement of ventilation roses
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E06—DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
- E06B—FIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
- E06B7/00—Special arrangements or measures in connection with doors or windows
- E06B7/02—Special arrangements or measures in connection with doors or windows for providing ventilation, e.g. through double windows; Arrangement of ventilation roses
- E06B7/10—Special arrangements or measures in connection with doors or windows for providing ventilation, e.g. through double windows; Arrangement of ventilation roses by special construction of the frame members
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E06—DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
- E06B—FIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
- E06B9/00—Screening or protective devices for wall or similar openings, with or without operating or securing mechanisms; Closures of similar construction
- E06B9/24—Screens or other constructions affording protection against light, especially against sunshine; Similar screens for privacy or appearance; Slat blinds
- E06B9/26—Lamellar or like blinds, e.g. venetian blinds
- E06B9/28—Lamellar or like blinds, e.g. venetian blinds with horizontal lamellae, e.g. non-liftable
- E06B9/30—Lamellar or like blinds, e.g. venetian blinds with horizontal lamellae, e.g. non-liftable liftable
- E06B9/32—Operating, guiding, or securing devices therefor
- E06B9/323—Structure or support of upper box
Abstract
De uitvinding betreft een behuizing voor een ventilatie-inrichting en/of een scherminrichting, voor inbouw in een raamopening, die voorzien is van een uitstekende flens ter afdekking van een begrenzing van de raamopening en omvattende een binnenprofiel, dat aan de uitstekende flens bevestigbaar is, om zich tussen de uitstekende flens en de begrenzing van de raamopening uitte strekken. De uitvinding betreft ook een werkwijze voor het aanpassen van een dergelijke behuizing.
Description
BEHUIZING VOOR EEN VENTILATIE-INRICHTING EN/OF EEN SCHERMINRICHTING EN WERKWIJZE VOOR HET AANPASSEN VAN EEN BEHUIZING
Deze uitvinding betreft een behuizing voor een ventilatie-inrichting en/of een scherminrichting, voor inbouw in een raamopening, die voorzien is van een uitstekende flens ter afdekking van een begrenzing van de raamopening.
Deze uitvinding betreft ook een werkwijze voor het aanpassen van een dergelijke behuizing.
De uitvinding is bijzonder geschikt voor toepassing bij ventilatie-inrichtingen en/of scherminrichtingen waarvan een behuizing bovenop, onder of naast een raam in de genoemde raamopening gemonteerd wordt, maar is hiertoe niet beperkt. Deze uitvinding kan bijvoorbeeld ook toepassing vinden bij vliesgevels.
Onder raamopening wordt algemeen een opening in een gebouwschil, zoals bijvoorbeeld ook een deuropening begrepen.
Onder scherm wordt hierbij zowel een scherm gevormd uit doek, als een scherm gevormd uit rolluik begrepen. Onder een scherminrichting wordt dan zowel een roldoekinrichting als een rolluikinrichting begrepen.
De hiernavolgende beschrijving is vooral gericht op ventilatie-inrichtingen, zonder hiertoe de uitvinding te beperken tot dergelijke ventilatie-inrichtingen.
Dergelijke behuizingen kennen voornamelijk toepassing op de Nederlandse markt, waar stelkozijnen en ramen met flens worden gebruikt om een goede water- en luchtdichtheid te garanderen. De flens dekt daarbij de stelkozijnen als begrenzing van de raamopening aan de buitenzijde minstens gedeeltelijk af.
Om de flens van de ramen ook door te laten lopen naar de stelkozijnen toe, waar een ventilatie-inrichting of een schermkast van een scherminrichting bovenop, onder of naast een dergelijk raam gemonteerd wordt, is het gekend om deze ventilatie-inrichting of deze schermkast dan te voorzien van een corresponderende uitstekende flens.
Dergelijke ventilatie-inrichtingen zijn bijvoorbeeld beschreven en afgebeeld in NL 1 010 788 C, NL 1 029 154 C en NL 2 005 878 C. Het voorzien van een corresponderende flens op de ventilatie-inrichting garandeert ook rond de ventilatie-inrichting een goede water- en luchtdichtheid en komt de esthetiek ten goede.
Deze uitstekende flens heeft idealiter dezelfde hoogte en breedte als die van het raamkozijn, zodat een ononderbroken aanslag gevormd wordt, rondom het geheel van het raamkozijn en de ventilatie-inrichting of schermkast, die het stelkozijn kan afschermen. Zo kan ook de dichting van de kozijnfabrikant rond het volledige kozijn doorlopen. Er zijn echter heel veel raamfabrikanten met elk hun eigen flenshoogtes en flensbreedtes. Daarnaast hebben deze raamfabrikanten ook hun eigen types dichtingen, waarvan de afmetingen sterk variëren. De gekende oplossingen voor behuizingen met uitstekende flens zijn hooguit voor een beperkt aantal kozijntypes toepasbaar. Voor de vele andere kozijntypes moeten telkens andere aanslagen voorzien worden. Dit is een niet-flexibele en dure oplossing.
Het doel van de uitvinding is om te voorzien in een dergelijke behuizing die voor heel wat verschillende kozijntypes ingezet kan worden.
Dit doel van de uitvinding wordt bereikt door te voorzien in een behuizing voor een ventilatie-inrichting en/of een scherminrichting, voor inbouw in een raamopening, die voorzien is van een uitstekende flens ter afdekking van een begrenzing van de raamopening, waarbij deze behuizing een binnenprofiel omvat, dat aan de uitstekende flens bevestigbaar is, om zich tussen de uitstekende flens en de begrenzing van de raamopening uit te strekken.
Dit binnenprofiel vormt dan samen met de uitstekende flens een bredere samengestelde uitstekende flens, met de uitstekende flens als eerste flensdeel en het binnenprofiel als tweede flensdeel. Op deze manier wordt de samengestelde uitstekende flens nu modulair opgebouwd.
Met behulp van een dergelijk binnenprofiel kan men vlot een andere flensbreedte bekomen. Door het binnenprofiel al dan niet te bevestigen aan de uitstekende flens worden reeds twee verschillende mogelijke samengestelde flensbreedtes voorzien. Door verschillende onderling inwisselbare binnenprofielen met verschillende breedtes te voorzien, kan men heel wat mogelijke samengestelde flensbreedtes opvangen. Door bovendien verschillende varianten van uitstekende flenzen te voorzien met bijvoorbeeld verschillende hoogtes, kan men een grote waaier aan mogelijke samengestelde flensbreedtes en flenshoogtes bekomen. Hierdoor kunnen de behuizingen op vrijwel alle gekende op de markt zijnde kozijnsystemen toegepast worden.
Bij voorkeur strekt het binnenprofiel zich enkel en alleen tussen de uitstekende flens en de begrenzing van de raamopening uit. Dit binnenprofiel strekt zich bij voorkeur over de volledige lengte van de uitstekende flens uit.
Voorkeurdragend omvat de behuizing volgens deze uitvinding ook een uitvulstuk, dat bevestigbaar is aan de uitstekende flens en waaraan het binnenprofiel bevestigbaar is om dit binnenprofiel aan de uitstekende flens te bevestigen.
Met dit extra uitvulstuk kan met een beperkt aantal uitstekende flenzen, een beperkt aantal binnenprofielen en een beperkt aantal dergelijke uitvulstukken een nog grotere variatie aan flenshoogtes en flensbreedtes bereikt worden. Dit uitvulstuk vormt een extra modulair deel van de modulair opgebouwde samengestelde uitstekende flens.
Voorkeurdragend is dit uitvulstuk voorzien onder de vorm van een vulprofiel, dat zich bij voorkeur over de lengte van de uitstekende flens uitstrekt. Alternatief kunnen ook verschillende vulstukken verspreid over de lengte van de uitstekende flens voorzien worden.
Dit vulprofiel vormt dan samen met de uitstekende flens en het binnenprofiel een samengestelde uitstekende flens, met de uitstekende flens als eerste modulair flensdeel en het binnenprofiel als tweede modulair flensdeel en het vulprofiel als derde modulair flensdeel.
Dit vulprofiel strekt zich bij voorkeur enkel en alleen tussen de uitstekende flens en het binnenprofiel uit.
In een bijzonder voorkeurdragende uitvoeringsvorm is het uitvulstuk minstens gedeeltelijk elastisch uitgevoerd. Dit vereenvoudigt de assemblage van de gecombineerde uitstekende flens. Daarnaast kan een minstens gedeeltelijk elastisch uitgevoerd uitvulstuk de naad tussen de uitstekende flens en het binnenprofiel afdichten. Hiertoe kan dit uitvulstuk bijvoorbeeld voorzien zijn van een geïntegreerde elastische dichting ter afdichting van deze naad.
Dit uitvulstuk is bij voorkeur volledig elastisch uitgevoerd, dit bijvoorbeeld uit rubber.
Een genoemd uitvulstuk van een behuizing volgens deze uitvinding is verder bij voorkeur met behulp van een klikverbinding bevestigbaar in deze behuizing.
Wanneer dit uitvulstuk elastisch is uitgevoerd, is het vrij eenvoudig om deze ook van elastische klikmiddelen te voorzien om deze klikverbinding te realiseren.
Ook het binnenprofiel van een behuizing volgens deze uitvinding is bij voorkeur met behulp van een klikverbinding bevestigbaar in deze behuizing, zodat deze vlot opgenomen kan worden in deze behuizing.
Nog meer voorkeurdragend is in een behuizing volgens deze uitvinding een genoemd uitvulstuk vastklikbaar aan de uitstekende flens en is het binnenprofiel vastklikbaar aan het uitvulstuk.
In een bijzonder stabiele variant omvat de uitstekende flens drie zich boven elkaar uitstrekkende aanbrengsleuven, omvat het uitvulstuk drie zich boven elkaar uitstrekkende aanbrengbenen, die aanbrengbaar zijn in de aanbrengsleuven van de uitstekende flens, omvat het binnenprofiel drie zich boven elkaar uitstrekkende aanbrengsleuven en omvat het uitvulstuk drie zich boven elkaar uitstrekkende aanbrengbenen, die aanbrengbaar zijn in de aanbrengsleuven van het binnenprofiel.
De betreffende sleuven en benen zijn hierbij bij voorkeur boven elkaar opgesteld, gezien in een richting waarin de uitstekende flens opstaat ten opzichte van de rest van de behuizing (hoogterichting van de flens).
Minstens één genoemd aanbrengbeen van het uitvulstuk kan daarbij dan meer specifiek uitgevoerd zijn als een klikbeen dat vastklikbaar is in de corresponderende aanbrengsleuf van de uitstekende flens om het uitvulstuk aan de uitstekende flens vast te klikken en minstens één genoemd aanbrengbeen van het uitvulstuk kan meer specifiek uitgevoerd zijn als een klikbeen dat vastklikbaar is in de corresponderende aanbrengsleuf van het binnenprofiel om het uitvulstuk aan het binnenprofiel vast te klikken.
Bij voorkeur is telkens minstens het bovenste of minstens het onderste aanbrengbeen voorzien als genoemd klikbeen. Wanneer het bovenste of het onderste aanbrengbeen als klikbeen is voorzien, dan kan respectievelijk het onderste of het bovenste aanbrengbeen als een haakvormig been uitgevoerd worden dat in de corresponderende aanbrengsleuf gehaakt kan worden.
Het binnenprofiel van een behuizing volgens deze uitvinding is bij voorkeur rigide uitgevoerd. Dit kan hiertoe bijvoorbeeld uit aluminium vervaardigd zijn, of dit zou uit kunststof vervaardigd kunnen worden, zoals bijvoorbeeld uit PVC.
De behuizing omvat verder bij voorkeur een dichting, die koppelbaar is aan het binnenprofiel om zich tussen het binnenprofiel en de begrenzing van de raamopening uit te strekken. Met behulp van deze dichting kan een zekere speling voor de flensbreedtes opgevangen worden, zodat de waaier aan mogelijke combinaties van flensbreedtes nog verder vergroot wordt.
Het binnenprofiel kan hiertoe bij voorkeur een bevestigingssleuf omvatten, voor het hierin bevestigen van de dichting. Met behulp van een dergelijke bevestigingssleuf is het relatief eenvoudig om de dichting van de fabrikant van het raamkozijn waarop de behuizing aansluit of eenzelfde dichting, in deze bevestigingssleuf op te nemen en de dichting zo door te laten lopen over het volledige kozijn.
Het doel van deze uitvinding wordt ook bereikt door te voorzien in een ventilatie-inrichting die een bovengenoemde behuizing volgens deze uitvinding omvat.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een dergelijke ventilatie-inrichting maakt de uitstekende flens deel uit van een afdekprofiel van de behuizing, dat voorzien is van een regenkap voor het tegen neerslag afschermen van het luchtdoorstroomkanaal van deze ventilatie-inrichting.
Het doel van deze uitvinding wordt daarnaast ook bereikt door te voorzien in een scherminrichting die een bovengenoemde behuizing volgens deze uitvinding omvat.
Het doel van deze uitvinding wordt verder ook bereikt door te voorzien in een werkwijze voor het aanpassen van een behuizing voor een ventilatie-inrichting en/of een scherminrichting, waarbij deze behuizing voorzien is of voorzien wordt van een uitstekende flens, en voorzien wordt van een binnenprofiel, dat bevestigd wordt aan de uitstekende flens om een hierboven beschreven behuizing volgens deze uitvinding te vormen. Bij voorkeur wordt het binnenprofiel hierbij met een genoemd uitvulstuk aan de uitstekende flens bevestigd.
Deze uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hierna volgende gedetailleerde beschrijving van enkele voorkeurdragende behuizingen voor een ventilatie-inrichting en een gecombineerde ventilatie-inrichting en scherminrichting volgens deze uitvinding en deze ventilatie-inrichting en gecombineerde ventilatie-inrichting en scherminrichting. De bedoeling van deze beschrijving is uitsluitend verduidelijkende voorbeelden te geven en om verdere voordelen en bijzonderheden van deze uitvinding aan te duiden, en kan dus niet geïnterpreteerd worden als een beperking van het toepassingsgebied van de uitvinding of van de in de conclusies opgeëiste octrooirechten.
In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen, waarbij in - Figuur 1 een ventilatie-inrichting volgens deze uitvinding in dwarsdoorsnede is weergegeven; - Figuur 2 een eerste uitvoeringsvorm van een opstaande flens voor een behuizing volgens deze uitvinding afzonderlijk in dwarsdoorsnede is weergegeven; - Figuur 3 een tweede uitvoeringsvorm van een opstaande flens voor een behuizing volgens deze uitvinding afzonderlijk in dwarsdoorsnede is weergegeven; - Figuur 4 een eerste uitvoeringsvorm van een uitvulstuk voor een behuizing volgens deze uitvinding afzonderlijk in dwarsdoorsnede is weergegeven; - Figuur 5 een tweede uitvoeringsvorm van een uitvulstuk voor een behuizing volgens deze uitvinding afzonderlijk in dwarsdoorsnede is weergegeven; - Figuur 6 een eerste uitvoeringsvorm van een binnenprofiel voor een behuizing volgens deze uitvinding afzonderlijk in dwarsdoorsnede is weergegeven; - Figuur 7 een tweede uitvoeringsvorm van een binnenprofiel voor een behuizing volgens deze uitvinding afzonderlijk in dwarsdoorsnede is weergegeven; - Figuur 8 een derde uitvoeringsvorm van een binnenprofiel voor een behuizing volgens deze uitvinding afzonderlijk in dwarsdoorsnede is weergegeven; - Figuur 9 een alternatieve combinatie van een afdekprofiel, een uitvulstuk en een binnenprofiel voor een ventilatie-inrichting zoals afgebeeld in figuur 1 in dwarsdoorsnede is weergegeven; - Figuur 10 een tweede alternatieve combinatie van een afdekprofiel, een uitvulstuk en een binnenprofiel voor een ventilatie-inrichting zoals afgebeeld in figuur 1 in dwarsdoorsnede is weergegeven; - Figuur 11 een gecombineerde ventilatie-inrichting en scherminrichting volgens deze uitvinding in dwarsdoorsnede is weergegeven.
Het in figuur 1 afgebeelde ventilatierooster (1) is voorzien voor inbouw in een raamopening bovenop een raam. Ook de schermkast van de in figuur 11 afgebeelde gecombineerde ventilatie-inrichting en scherminrichting (T) is voorzien voor inbouw in een raamopening bovenop een raam. Alternatieve uitvoeringsvormen kunnen ook uitgewerkt worden voor inbouw onderaan een raam of voor inbouw langs een langszijde van een raam.
Het afgebeelde ventilatierooster (1) en de afgebeelde schermkast zijn zoals hierna beschreven, voorzien van een samengestelde opstaande flens (2, 3, 4) (2”, 3, 4) volgens de uitvinding, ter afdekking van een begrenzing van de raamopening waarin het ventilatierooster (1) of de schermkast wordt ingebouwd.
Het in figuur 1 afgebeelde ventilatierooster (1) omvat een behuizing (21, 25, 26, 27), die op een gekende manier voorzien is van een buitenprofiel (26), dat in een buitenomgeving is opgesteld, een onderprofiel (27) en een bovenprofiel (25). Dit buitenprofiel (26), dit onderprofiel (27) en dit bovenprofiel (25) zijn langgerekte profielen, die zich over de volledige lengte van de bovenzijde van het raam uitstrekken. Daarnaast omvat de behuizing (21, 25, 26, 27) nog kopschotten, die de behuizing (21,25, 26, 27) aan de uiteinden afsluiten. Verder is de behuizing (21, 25, 26, 27) nu voorzien van een afdekprofiel (21) dat in de buitenomgeving is opgesteld.
Aan de binnenzijde is het ventilatierooster (1) voorzien van een roosterprofiel (29) dat op het bovenprofiel (25) en het onderprofiel (27) is geklikt en voor afwerking van het ventilatierooster (1) naar de binnenomgeving toe zorgt.
Boven dit roosterprofiel (29) is een afwerkingsprofiel (28) voorzien dat aan het bovenprofiel (25) is bevestigd.
Onderaan het ventilatierooster (1) zijn gekende uitvulprofielen (34, 35, 36) voorzien ter bevestiging van het ventilatierooster (1) bovenop het raam.
Er zijn uiteraard ook varianten mogelijk van de opgesomde profielen van het ventilatierooster (1), waarbij het aantal van deze profielen ook kan variëren.
Het ventilatierooster (1) is voorzien van een luchtdoorstroomkanaal (20) dat zich tussen het onderprofiel (27) en het afdekprofiel (21) en het bovenprofiel (25) uitstrekt. Doorheen dit luchtdoorstroomkanaal (20) kan lucht vanaf een inlaat (23) van het ventilatierooster (1) naar een uitlaat (24) van het ventilatierooster (1) stromen. De inlaat (23) is hier aan de buitenomgeving opgesteld en de uitlaat (24) aan de binnenomgeving, zodat buitenlucht uit de buitenomgeving naar de binnenomgeving kan aangevoerd worden. Het buitenprofiel (26) en het rooster (29) zijn voorzien van doorstroomopeningen waardoorheen deze buitenlucht kan stromen bij het doorstromen van het luchtdoorstroomkanaal (20) vanaf de inlaat (23) naar de uitlaat (24). Het onderprofiel (27) en het bovenprofiel (25) zijn onderling verbonden en voorzien van ponsingen om luchtdoorstroming tussen beide door te laten.
In het luchtdoorstroomkanaal (20) is een zelfregelende klep (31) opgesteld, voor het regelen van het debiet aan aangevoerde buitenlucht. Aan de binnenzijde van het ventilatierooster (1) is een afsluitklep (30) scharnierend bevestigd aan het roosterprofiel (29), waarmee het luchtdoorstroomkanaal (20) afgesloten kan worden. Er zijn uiteraard ook andere middelen mogelijk voor het regelen van de luchtdoorstroming dan deze zelfregelende klep (31) en deze afsluitklep (30).
De reeds genoemde onderdelen van het ventilatierooster (1) kunnen uit kunststof en/of uit aluminium vervaardigd worden, dit bijvoorbeeld via extrusie.
In het luchtdoorstroomkanaal (20) is verder akoestische isolatie (33) aangebracht. In alternatieve uitvoeringsvormen kan dit isolatiemateriaal (33) weggelaten worden of kan het ventilatierooster (1) voorzien zijn van andere middelen voor het dempen van geluid.
Het afdekprofiel (21) van de behuizing (21, 25, 26, 27) is met behulp van een afstandshouder (32) aan het buitenprofiel (26) bevestigd. Deze afstandshouder (32) is hiertoe aan het buitenprofiel (26) geschroefd. Het afdekprofiel (21) is dan op het buitenprofiel (26) en deze afstandshouder (32) vastgeklikt.
Het onderste deel van het afdekprofiel (21) vormt een regenkap (22), die het luchtdoorstroomkanaal (20) afschermt tegen neerslag.
Het bovenste deel van het afdekprofiel (21) vormt een opstaande flens (2) die ten opzichte van de rest van de behuizing (21, 25, 26, 27) opstaat.
Aan de opstaande flens (2) is een uitvulprofiel (4) vastgeklikt. Aan het uitvulprofiel (4) is op zijn beurt een binnenprofiel (3) vastgeklikt. Samen worden de opstaande flens (2), dit uitvulprofiel (4) en dit binnenprofiel (3) een samengestelde opstaande flens (2, 3, 4). In gemonteerde toestand strekt het binnenprofiel (3) zich volledig tussen de opstaande flens (2) en de begrenzing van de raamopening uit, die door de samengestelde opstaande flens (2, 3, 4) wordt afgedekt.
Om de klikverbinding tussen de opstaande flens (2) en het uitvulprofiel (4) enerzijds en tussen het uitvulprofiel (4) en het binnenprofiel (3) anderzijds te realiseren is het uitvulprofiel (4) elastisch uitgevoerd en voorzien van elastische klikbenen (10, 16). Dit uitvulprofiel (4) kan hiertoe bijvoorbeeld uit rubber vervaardigd worden.
Naast de klikbenen (10, 16) is het uitvulprofiel (4) voorzien van haakbenen (8, 14) die in correspondende aanbrengholtes (5, 11) van respectievelijk de opstaande flens (2) en het binnenprofiel (3) gehaakt kunnen worden.
De opstaande flens (2) is voorzien van een met een klikbeen (10) van het uitvulprofiel (4) corresponderende aanbrengholte (7), waarin dit klikbeen (10) vastklikbaar is, na inhaken van het respectievelijke haakbeen (8) van het uitvulprofiel (4) in de corresponderende aanbrengholte (5). Het binnenprofiel (3) is analoog voorzien van een met een klikbeen (16) van het uitvulprofiel (4) corresponderende aanbrengholte (13), waarin dit klikbeen (16) vastklikbaar is, na inhaken van het respectievelijke haakbeen (14) van het uitvulprofiel (4) in de corresponderende aanbrengholte (11).
Tussen het haakbeen (8) en het klikbeen (10) naar de opstaande flens (2) toe is het uitvulprofiel (4) verder voorzien van een stabilisatiebeen (9) dat aanbrengbaar is in een corresponderende aanbrengholte (6) van de opstaande flens (2) om een stabiel geheel te bekomen. Analoog is het uitvulprofiel (4) tussen het haakbeen (14) en het klikbeen (16) naar het binnenprofiel (3) toe voorzien van een stabilisatiebeen (15) dat aanbrengbaar is in een corresponderende aanbrengholte (12) van het binnenprofiel (3) om een stabiel geheel te bekomen.
Het uitvulprofiel (4) is verder voorzien van een markeringsbeen (17), dat naar het binnenprofiel (3) toe is gericht, dit om het uitvulprofiel (4) juist te oriënteren ten opzichte van de opstaande flens (2) en het binnenprofiel (3).
Het binnenprofiel (3) is rigide uitgevoerd en kan bijvoorbeeld via extrusie uit aluminium of uit kunststof vervaardigd worden. Aan de zijde weg van het uitvulprofiel (4) is het binnenprofiel (3) voorzien van een bevestigingssleuf (19), dit ter bevestiging van een niet afgebeelde dichting. Deze dichting kan typisch dezelfde dichting zijn als de dichting die door de raamfabrikant voorzien wordt voor het raam waarop het ventilatierooster (1) bevestigd wordt.
Om de hoogte en de breedte van de samengestelde opstaande flens (2, 3, 4) te variëren, kan men het afdekprofiel (21), het uitvulprofiel (4) en het binnenprofiel (3) uitwisselen voor varianten hiervan, zoals afgebeeld in de figuren 2 tot 10.
Het afdekprofiel (21) van het ventilatierooster (1) dat voorzien is van een opstaande flens (2), die afzonderlijk werd afgebeeld in figuur 2, kan zo bijvoorbeeld ingewisseld worden voor een alternatief afdekprofiel (21’), waarvan de opstaande flens (2’), zoals afgebeeld in figuur 3, hoger is uitgevoerd dan de opstaande flens (2) uit figuur 1 en 2. Op deze manier kan men de hoogte van de samengestelde opstaande flens (2, 3, 4) variëren.
Het uitvulprofiel (4), dat afzonderlijk werd afgebeeld in figuur 4, kan bijvoorbeeld ingewisseld worden voor een alternatief uitvulprofiel (4’), zoals afgebeeld in figuur 5, dat breder is uitgevoerd. Op deze manier kan men de breedte van de samengestelde opstaande flens (2, 3, 4) variëren. Dit bredere uitvulprofiel (4’) is bovenaan voorzien van een geïntegreerde dichting (18) om de zo ontstane opening tussen de opstaande flens (2) en het binnenprofiel (3) te dichten, zoals te zien is in figuur 9.
Het binnenprofiel (3), dat afzonderlijk werd afgebeeld in figuur 6, kan bijvoorbeeld ingewisseld worden voor een alternatief binnenprofiel (3’, 3”), zoals afgebeeld in figuur 7 of 8, dat breder is uitgevoerd. Ook op deze manier kan men de breedte van de samengestelde opstaande flens (2, 3, 4) variëren. Deze alternatieve binnenprofielen (3’, 3”) kunnen ook voorzien worden van afwijkende bevestigingssleuven (19), zoals te zien is in de figuren 6 tot 8, waarin alternatieve uitvoeringsvormen van dichtingen bevestigd kunnen worden.
Wanneer het uitvulprofiel (4, 4’) en het binnenprofiel (3, 3’, 3”) weggelaten worden, kan enkel de opstaande flens (2, 2’) dienstdoen als opstaande flens (2, 2’). De bovenste aanbrengsleuf (5, 5’) van de opstaande flens (2, 2’) kan dan dienstdoen als bevestigingssleuf ter bevestiging van een dichting, waarvoor de dichting van de raamfabrikant gekozen kan worden. De alternatieve opstaande flenzen (2, 2’) kunnen hiertoe voorzien worden van afwijkende bovenste aanbrengsleuven (5, 5’), zoals te zien is in de figuren 2 en 3, waarin alternatieve uitvoeringsvormen van dichtingen bevestigd kunnen worden.
In figuur 9 is aan de opstaande flens (2) van het afdekprofiel (21) uit figuur 1 het alternatieve uitvulprofiel (4’) uit figuur 5 bevestigd en het alternatieve binnenprofiel (3’) uit figuur 7.
In figuur 10 is het alternatieve afdekprofiel (2T) voorzien van de alternatieve opstaande flens (2’) uit figuur 3, waaraan het alternatieve uitvulprofiel (4’) uit figuur 5 is bevestigd en het alternatieve binnenprofiel (3”) uit figuur 8.
De langgerekte behuizing (21, 21’, 25, 26, 27) van het ventilatierooster (1) strekt zich bij voorkeur uit over de volledige lengte van de bovenzijde van het raam waarop dit bevestigd wordt. De kopschotten zijn dan bij voorkeur op een analoge manier voorzien van een samengestelde opstaande flens.
Bestaande ventilatieroosters kunnen eenvoudig omgebouwd worden tot ventilatieroosters (1) volgens deze uitvinding door bijvoorbeeld op het buitenprofiel (26) ervan een afstandshouder (32) te schroeven, door hierop een afdekprofiel (21, 21’) te klikken en door aan de opstaande flens (2, 2’) van dit afdekprofiel (21, 21’) eventueel een uitvulprofiel (4, 4’) en een binnenprofiel (3, 3’, 3”) vast te maken. Waar een bestaand ventilatierooster al voorzien is van een opstaande flens, kan aan deze opstaande flens een uitvulprofiel (4, 4’) en een binnenprofiel (3, 3’, 3”) vastgemaakt worden om deze om te vormen tot een ventilatierooster (1) volgens deze uitvinding.
De behuizing (25’, 26’, 27’, 28’, 29’, 30’, 37, 38) van de in figuur 11 afgebeelde gecombineerde ventilatie-inrichting en scherminrichting (T) omvat op een gekende manier een bovenprofiel (25’), een buitenprofiel (26’), een onderprofiel (27’) en een binnenprofiel (28’). Aan de binnenzijde van de gecombineerde ventilatie-inrichting en scherminrichting (T) is een tussenprofiel (37) en een roosterprofiel (29’) voorzien, dat afsluitbaar is met een afsluitklep (30’). Onderaan is een verder tussenprofiel (38) voorzien. Deze profielen (25’, 26’, 27’, 28’, 29’, 30’, 37, 38) zijn langgerekte profielen, die zich over de volledige lengte van de bovenzijde van het raam uitstrekken. Daarnaast omvat de behuizing (25’, 26’, 27’, 28’, 29’, 30’, 37, 38) nog kopschotten, die de behuizing (25’, 26’, 27’, 28’, 29’, 30’, 37, 38) aan de uiteinden afsluiten.
Het bovenprofiel (25’) is op een gekende manier voorzien van een bevestigingssleuf (39) ter bevestiging van dit bovenprofiel (25’) met bijvoorbeeld een doken aan de bovenzijde van de raamopening. De behuizing (25’, 26’, 27’, 28’, 29’, 30’, 37, 38) kan verder op een gekende manier met behulp van schroeven verder vastgezet worden in de raamopening.
Tussen de kopschotten is een schermrol (40) roteerbaar rond zijn as opgesteld. Deze schermrol (40) strekt zich in een ruimte tussen het bovenprofiel (25’) en het onderprofiel (27’) uit. Aan deze schermrol (40) is een doek (41) bevestigd, dat als een scherm (41) op deze schermrol (40) op- en afrolbaar is om de raamopening minstens gedeeltelijk af te schermen tegen bijvoorbeeld zonlicht en/of insecten en/of warmte en/of koude.
De laterale zijden van het scherm (41) en/of de hieraan bevestigde onderlat (42), kunnen geleid worden in een schermgeleider en/of een latgeleider (43), die ter hoogte van de laterale zijden van de raamopening wordt opgesteld.
Naast de schermrol (40) strekt zich tussen het bovenprofiel (25’) en het onderprofiel (27’) nog een opstaande wand (44, 45) uit. De opstaande wand (44, 45) is voorzien om in een zone boven het kozijn, binnen de breedte van het kozijn opgesteld te worden voor het opvangen van belastingen op het kozijn. Het bovenste deel van deze opstaande wand (44, 45) is uitgewerkt als een ventilatierooster (44).
De genoemde profielen (25’, 26’, 27’, 28’, 29’, 30’, 37, 38) en opstaande wand (40, 41) van de gecombineerde ventilatie-inrichting en scherminrichting (T) kunnen op een gekende manier uit kunststof en/of aluminium vervaardigd worden.
De gecombineerde ventilatie-inrichting en scherminrichting (1’) is voorzien van een luchtdoorstroomkanaal (20’) waardoorheen lucht vanuit een buitenomgeving, via een inlaat (23’), overheen de schermrol (40) en doorheen luchtdoorstroomopeningen in het ventilatierooster (44) naar een uitlaat (24’) aan een binnenomgeving en doorheen het daar opgestelde rooster (29’) kan stromen.
In het luchtdoorstroomkanaal (20’) is ook hier een zelfregelende klep (3T) opgesteld, voor het regelen van het debiet aan aangevoerde buitenlucht. Aan de binnenzijde is de genoemde afsluitklep (30’) scharnierend bevestigd, zodat het luchtdoorstroomkanaal (20’) hiermee afsluitbar is. Ook hier zijn uiteraard ook andere middelen mogelijk voor het regelen van de luchtdoorstroming.
Naast het luchtdoorstroomkanaal (20’) is opnieuw isolatie (33’) opgesteld.
De opstaande flens (2”) is hier aan het bovenprofiel (25’) voorzien. Aan deze opstaande flens (2”) is een uitvulprofiel (4), zoals afzonderlijk afgebeeld in figuur 4, vastgeklikt. Aan het uitvulprofiel (4) is op zijn beurt een binnenprofiel (3) vastgeklikt, zoals afzonderlijk afgebeeld in figuur 6. Samen vormen de opstaande flens (2”), dit uitvulprofiel (4) en dit binnenprofiel (3) een samengestelde opstaande flens, waarvan zoals hierboven beschreven bij het in figuur 1 afgebeelde ventilatierooster (1), het uitvulprofiel (4) en het binnenprofiel (3) uitwisselbaar zijn met varianten hiervan.
Claims (15)
1. Behuizing voor een ventilatie-inrichting (1, T) en/of een scherminrichting (1’), voor inbouw in een raamopening, die voorzien is van een uitstekende flens (2, 2’, 2”) ter afdekking van een begrenzing van de raamopening, met het kenmerk dat de behuizing een binnenprofiel (3, 3’, 3”) omvat, dat aan de uitstekende flens (2, 2’, 2”) bevestigbaar is, om zich tussen de uitstekende flens (2, 2’, 2”) en de begrenzing van de raamopening uit te strekken.
2. Behuizing volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de de behuizing een uitvulstuk (4, 4’) omvat, dat bevestigbaar is aan de uitstekende flens (2, 2’, 2”) en waaraan het binnenprofiel (3, 3’, 3”) bevestigbaar is om dit binnenprofiel (3, 3’, 3”) aan de uitstekende flens (2, 2’, 2”) te bevestigen.
3. Behuizing volgens conclusie 2, met het kenmerk dat het uitvulstuk (4, 4’) minstens gedeeltelijk elastisch is uitgevoerd.
4. Behuizing volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk dat het uitvulstuk (4, 4’) in de behuizing bevestigbaar is met behulp van een klikverbinding.
5. Behuizing volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het binnenprofiel (3, 3’, 3”) in de behuizing bevestigbaar is met behulp van een klikverbinding.
6. Behuizing volgens conclusie 3, 4 en 5, met het kenmerk dat het uitvulstuk (4, 4’) vastklikbaar is aan de uitstekende flens (2, 2’, 2”) en dat het binnenprofiel (3, 3’, 3”) vastklikbaar is aan het uitvulstuk (4, 4’).
7. Behuizing volgens conclusie 6, met het kenmerk dat de uitstekende flens (2, 2’, 2”) drie zich boven elkaar uitstrekkende aanbrengsleuven (5, 5’, 6, 7) omvat, dat het uitvulstuk (4, 4’) drie zich boven elkaar uitstrekkende aanbrengbenen (8, 9, 10) omvat, die aanbrengbaar zijn in de aanbrengsleuven (5, 5’, 6, 7) van de uitstekende flens (2, 2’, 2”), dat het binnenprofiel (3, 3’, 3”) drie zich boven elkaar uitstrekkende aanbrengsleuven (11, 12, 13) omvat en dat het uitvulstuk (4, 4’) drie zich boven elkaar uitstrekkende aanbrengbenen (14, 15, 16) omvat, die aanbrengbaar zijn in de aanbrengsleuven (11, 12, 13) van het binnenprofiel (3, 3’, 3”).
8. Behuizing volgens conclusie 6 en 7, met het kenmerk dat minstens één genoemd aanbrengbeen (10) van het uitvulstuk (4, 4’) uitgevoerd is als een klikbeen (10) dat vastklikbaar is in de corresponderende aanbrengsleuf (7) van de uitstekende flens (2, 2’, 2”) om het uitvulstuk (4, 4’) aan de uitstekende flens (2, 2’, 2”) vast te klikken en dat minstens één genoemd aanbrengbeen (16) van het uitvulstuk (4, 4j uitgevoerd is als een klikbeen (16) dat vastklikbaar is in de corresponderende aanbrengsleuf (13) van het binnenprofiel (3, 3’, 3”) om het uitvulstuk (4, 4’) aan het binnenprofiel (3, 3’, 3”) vast te klikken.
9. Behuizing volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het binnenprofiel (3, 3’, 3”) rigide is uitgevoerd.
10. Behuizing volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de behuizing (een dichting omvat, die koppelbaar is aan het binnenprofiel (3, 3’, 3”) om zich tussen het binnenprofiel (3, 3’, 3”) en de begrenzing van de raamopening uit te strekken.
11. Behuizing volgens conclusie 10, met het kenmerk dat het binnenprofiel (3, 3’, 3”) een bevestigingssleuf (19, 19’, 19”) omvat, voor het hierin bevestigen van de dichting.
12. Ventilatie-inrichting (1) omvattende een behuizing, met het kenmerk dat deze behuizing een behuizing volgens één van de voorgaande conclusies is.
13. Ventilatie-inrichting (1, T) volgens conclusie 12, met het kenmerk dat de ventilatie-inrichting (1, T) een luchtdoorstroomkanaal (20, 20’) omvat en dat de uitstekende flens (2, 2’, 2”) deel uitmaakt van een afdekprofiel (21, 21’) van de behuizing, dat voorzien is van een regenkap (22) voor het afschermen van het luchtdoorstroomkanaal (20, 20’) tegen neerslag.
14. Scherminrichting (T) omvattende een behuizing, met het kenmerk dat deze behuizing een behuizing volgens één van de voorgaande conclusies is.
15. Werkwijze voor het aanpassen van een behuizing voor een ventilatie-inrichting (1, 1’) en/of een scherminrichting (1’), waarbij deze behuizing voorzien is of voorzien wordt van een uitstekende flens (2, 2’, 2”), met het kenmerk dat deze behuizing voorzien wordt van een binnenprofiel (3, 3’, 3”) dat bevestigd wordt aan de uitstekende flens (2, 2’, 2”) om een behuizing volgens één van de conclusies 1 tot 11 te vormen.
Priority Applications (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2019426A NL2019426B1 (nl) | 2017-08-18 | 2017-08-18 | Behuizing voor een ventilatie-inrichting en/of een scherminrichting en werkwijze voor het aanpassen van een behuizing |
EP18189738.0A EP3444424B1 (en) | 2017-08-18 | 2018-08-20 | Housing for a ventilation device and/or a screen device and method for modifying a housing |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2019426A NL2019426B1 (nl) | 2017-08-18 | 2017-08-18 | Behuizing voor een ventilatie-inrichting en/of een scherminrichting en werkwijze voor het aanpassen van een behuizing |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL2019426B1 true NL2019426B1 (nl) | 2019-02-25 |
Family
ID=60183071
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2019426A NL2019426B1 (nl) | 2017-08-18 | 2017-08-18 | Behuizing voor een ventilatie-inrichting en/of een scherminrichting en werkwijze voor het aanpassen van een behuizing |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP3444424B1 (nl) |
NL (1) | NL2019426B1 (nl) |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO2021245546A1 (en) | 2020-06-01 | 2021-12-09 | Renson Ventilation Nv | Frame structure with ventilation arrangement |
Families Citing this family (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO2019139379A1 (ko) * | 2018-01-11 | 2019-07-18 | 유블로 주식회사 | 실내 환기 시스템 |
Citations (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR2517354A1 (fr) * | 1981-11-27 | 1983-06-03 | Titon Hardware | Aerateurs |
DE8235146U1 (de) * | 1982-12-10 | 1983-07-07 | Brügmann Frisoplast GmbH, 2990 Papenburg | Lueftungsleiste |
US4727797A (en) * | 1986-07-03 | 1988-03-01 | Titon Hardware Limited | Secondary window ventilators |
GB2239309A (en) * | 1989-12-02 | 1991-06-26 | Glidevale Building Prod | Window/door ventilators of modular construction |
GB2303441A (en) * | 1995-07-18 | 1997-02-19 | Robertson Harriet May | Ventilation unit for window or door frames |
EP1063384A2 (de) * | 1999-06-21 | 2000-12-27 | Siegenia-Frank Kg | Lüftungsvorrichtung |
GB2351753A (en) * | 1999-04-22 | 2001-01-10 | Isotra S R O | A carrier for a blind mechanism |
Family Cites Families (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE2607937A1 (de) * | 1976-02-27 | 1977-09-01 | Bayer Isolierglasfab Kg | Fensterelement |
FR2784710B1 (fr) * | 1998-10-15 | 2001-09-07 | Ouest Alu | Fenetre ou porte-fenetre a frappe a ouvrant(s) cache(s) |
DE102006025372A1 (de) * | 2006-05-31 | 2007-12-06 | Josef Hain Gmbh & Co. Kg | Fenster, insbesondere für einen Kellerraum |
-
2017
- 2017-08-18 NL NL2019426A patent/NL2019426B1/nl not_active IP Right Cessation
-
2018
- 2018-08-20 EP EP18189738.0A patent/EP3444424B1/en active Active
Patent Citations (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR2517354A1 (fr) * | 1981-11-27 | 1983-06-03 | Titon Hardware | Aerateurs |
DE8235146U1 (de) * | 1982-12-10 | 1983-07-07 | Brügmann Frisoplast GmbH, 2990 Papenburg | Lueftungsleiste |
US4727797A (en) * | 1986-07-03 | 1988-03-01 | Titon Hardware Limited | Secondary window ventilators |
GB2239309A (en) * | 1989-12-02 | 1991-06-26 | Glidevale Building Prod | Window/door ventilators of modular construction |
GB2303441A (en) * | 1995-07-18 | 1997-02-19 | Robertson Harriet May | Ventilation unit for window or door frames |
GB2351753A (en) * | 1999-04-22 | 2001-01-10 | Isotra S R O | A carrier for a blind mechanism |
EP1063384A2 (de) * | 1999-06-21 | 2000-12-27 | Siegenia-Frank Kg | Lüftungsvorrichtung |
Cited By (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO2021245546A1 (en) | 2020-06-01 | 2021-12-09 | Renson Ventilation Nv | Frame structure with ventilation arrangement |
BE1028363A1 (nl) | 2020-06-01 | 2022-01-04 | Renson Ventilation Nv | Kozijnconstructie met ventilatievoorziening |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP3444424A1 (en) | 2019-02-20 |
EP3444424B1 (en) | 2020-11-18 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL2019426B1 (nl) | Behuizing voor een ventilatie-inrichting en/of een scherminrichting en werkwijze voor het aanpassen van een behuizing | |
KR102003964B1 (ko) | 커튼월 이중 외피 시스템창호 및 이의 시공방법 | |
KR101575007B1 (ko) | 담수레일 및 이를 포함하는 창호용 창틀 | |
CA2988015A1 (en) | Expanding window covering | |
JP5591189B2 (ja) | 開口部建材 | |
JP6491500B2 (ja) | 網戸 | |
CZ21019U1 (cs) | Otvor dverí mezi místnostmi | |
NL9100897A (nl) | Ventilatierooster met scharnierbare regelklep. | |
CN205445414U (zh) | 一种高密封性门底密封装置 | |
BE1017809A5 (nl) | Ventilatie-inrichting. | |
CN209670823U (zh) | 一种门窗排水系统及窗框结构 | |
JP6401539B2 (ja) | 網戸付き引き違いサッシ | |
KR101795578B1 (ko) | 시선 차단기능을 갖는 도어용 방충망 | |
KR20090037771A (ko) | 복합기능 방충망 | |
GB2441179A (en) | A ventilation system for windows and doors | |
JP5671372B2 (ja) | 窓上防水部材、窓縦枠用蓋部材、窓上防水構造 | |
KR101811984B1 (ko) | 방충 및 단열을 위한 루버셔터 | |
US20090019774A1 (en) | Jalousie window | |
RU120691U1 (ru) | Вентиляционное устройство | |
KR20170035685A (ko) | 자연환기장치 | |
BE1029698B1 (nl) | Schermprofielsamenstel | |
BE1028363B1 (nl) | Kozijnconstructie met ventilatievoorziening | |
FI128974B (fi) | Pimennysverho ja pimennysverholla varustettu ikkuna | |
JP2006226066A (ja) | 扉取付け用建具 | |
CN108915552A (zh) | 一种门窗排水系统及窗框结构 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
MM | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20220901 |