NL2016879B1 - DEVICE FOR FORMING FORESTS OF CROPS AND BINDING THEM, IN PARTICULAR A FOREST OR BOUQUET OF CUT FLOWERS - Google Patents
DEVICE FOR FORMING FORESTS OF CROPS AND BINDING THEM, IN PARTICULAR A FOREST OR BOUQUET OF CUT FLOWERS Download PDFInfo
- Publication number
- NL2016879B1 NL2016879B1 NL2016879A NL2016879A NL2016879B1 NL 2016879 B1 NL2016879 B1 NL 2016879B1 NL 2016879 A NL2016879 A NL 2016879A NL 2016879 A NL2016879 A NL 2016879A NL 2016879 B1 NL2016879 B1 NL 2016879B1
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- conveyor
- binding
- crops
- conveyor belt
- bunching
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01G—HORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
- A01G5/00—Floral handling
- A01G5/02—Apparatus for binding bouquets or wreaths
Landscapes
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Environmental Sciences (AREA)
- Basic Packing Technique (AREA)
Abstract
De uitvinding heeft betrekking op bos- en bindinrichting voor bossen (70) van gewassen (18), omvattende: een transporteur (12) voor het verplaatsen van gewassen, met een op een eerste hoogte gelegen afvoer (16), een transporteur (62) voor het verplaatsen van bossen, met een op een tweede hoogte gelegen oplegpositie, een bindinrichting (36) met een binderarm (38) en knoopmiddelen (42) voor het vasthouden, snijden en knopen van bindmateriaal (44), zodanig dat een aanslag (40; 86) en het tijdens bedrijf in een ruststand van de binderarm (38) zich tussen de binderarm (38) en de knoopmiddelen (42) uitstrekkend bindmateriaal (44) een positioneringsvak (46) voor het verzamelen van stelen (48) van te binden gewassen (18) vormen, waarbij een verplaatsbaar steunelement (54) is voorzien voor de verzamelde gewassen tussen de eerste transporteur en de tweede transporteur, een detectie-inrichting (50) voor het detecteren van een gewas, aandrijfmiddelen (28, 60, 66, 68) en bijbehorende regelinrichting (30).The invention relates to bunching and binding apparatus for bunches (70) of crops (18), comprising: a conveyor (12) for moving crops, with a drain (16) located at a first height, a conveyor (62) for moving forests, with a supporting position located at a second height, a binding device (36) with a binder arm (38) and knotting means (42) for holding, cutting and knotting binding material (44) such that a stop (40) (86) and the binding material (44) extending during operation in a rest position of the binder arm (38) between the binder arm (38) and the knotting means (42) for positioning stems (48) for collecting stems (48) form crops (18), wherein a movable support element (54) is provided for the collected crops between the first conveyor and the second conveyor, a detection device (50) for detecting a crop, drive means (28, 60, 66, 68) and associated control device g (30).
Description
Korte aanduiding: INRICHTING VOOR HET VORMEN VAN BOSSEN VAN GEWASSEN EN BINDEN ERVAN, IN HET BIJZONDER EEN BOS OF BOEKET VAN SNIJBLOEMENBrief indication: DEVICE FOR FORMING FORESTS OF CROPS AND BINDING THEM, IN PARTICULAR A FOREST OR BOUQUET OF CUT FLOWERS
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het vormen van bossen van gewassen en binden ervan, in het bijzonder een bos of boeket van snijbloemen.The present invention relates to a device for forming bunches of crops and binding them, in particular a bunch or bouquet of cut flowers.
Uit NL 2004172 C zijn een werkwijze en inrichting voor het vormen van tulpenbossen bekend, waarbij verenkelde tulpen op een eerste transporteur worden aangevoerd, tot bossen van meerdere tulpen worden verzameld en als gevormde bossen op een van vakken voorziene tweede transporteur worden afgevoerd. Een tussentransporteenheid is met een ingang bij de eerste transporteur en een uitmonding boven de tweede transporteur opgesteld. De inrichting omvat eerste aandrijfmiddelen om een relatieve positionering van de uitmonding en de vakken uit te voeren en om die positionering te veranderen tussen het vormen van achtereenvolgende groepen tulpen. De tussentransporteenheid omvat inklemmiddelen voor het achtereenvolgens inklemmen van stelen van de tulpen, transportmiddelen voor verplaatsing van de ingeklemde stelen via eenzelfde transportpad van de ingang naar de uitmonding, waarbij het transportpad achtereenvolgens een voortraject en een eindtraject bevat, welk eindtraject is ingericht om de tulpen omlaag naar de uitmonding te verplaatsen, middelen voor het liggend ondersteunen van de tulpen tijdens verplaatsing in het voortraject, en tweede aandrijfmiddelen voor de genoemde transportmiddelen, ingericht om een transportsnelheid van de ingeklemde stelen in het voortraject voor overdracht aan het eindtraject tijdsafhankelijk te variëren, zodat tussen geselecteerde paren tulpen in het eindtraject verbrede afstanden optreden, waarvan de aankomst aan de uitmonding samenvalt met het veranderen van de relatieve positionering. Tijdens bedrijf worden de ingeklemde stelen van alle tulpen via eenzelfde transportpad van de eerste transporteur verplaatst naar vakken op de tweede transporteur. Het transportpad omvat een voor- en een eindtraject, waarbij de tulpen langs het voortraject liggend ondersteund met variabele snelheid verplaatst worden en de tulpen in het eindtraject omlaag gaan. Tussen het vormen van achtereenvolgende bossen tulpen worden relatieve posities van de uitmonding van de tussentransporteenheid en de vakken veranderd. Door de omlaag gerichte uitmonding van de tussentransporteenheid in het eindtraject vallen de tulpen op elkaar in de vakken van de tweede transporteur.NL 2004172 C discloses a method and device for forming tulip bunches, in which singled tulips are supplied on a first conveyor, are collected into bunches of several tulips and are discharged as shaped bunches on a second conveyor provided with compartments. An intermediate transport unit is arranged with an entrance at the first conveyor and a mouth above the second conveyor. The device comprises first drive means for performing a relative positioning of the mouth and the compartments and for changing that positioning between the formation of successive groups of tulips. The intermediate transport unit comprises clamping means for consecutively clamping stems of the tulips, transport means for moving the clamped stems via the same transport path from the entrance to the mouth, the transport path successively comprising a preliminary path and an end path, which final path is arranged to lower the tulips down to be moved to the mouth, means for horizontally supporting the tulips during displacement in the pre-trajectory, and second drive means for said conveying means, arranged to vary a transport speed of the clamped stems in the pre-trajectory for transfer to the final trajectory, so that between selected pairs of tulips in the final trajectory, widened distances occur, the arrival at the mouth of which coincides with the change in relative positioning. During operation, the clamped stems of all tulips are moved via the same transport path from the first conveyor to boxes on the second conveyor. The transport path comprises a front and a final path, wherein the tulips lying along the front path are moved with variable speed and the tulips go down in the final path. Between the formation of successive bunches of tulips, relative positions of the mouth of the intermediate transport unit and the compartments are changed. Due to the downwardly directed mouth of the intermediate transport unit in the final route, the tulips fall onto each other in the compartments of the second conveyor.
Bij een in het vak bekende praktische uitvoeringsvorm daarvan omvat de eerste transporteur een eindloze band, waarop de tulpen verenkeld worden aangevoerd, en de tweede transporteur een eindloze band voorzien van vakken in de vorm van op het bandoppervlak opstaande randen en daarmee samenwerkende sponswielen. De tussentransporteenheid bij de scheiding tussen de eerste en tweede transporteur omvat een rol en steunmiddelen. Voor het geleiden van de tulpen over de rol zijn transportsnaren voorzien, waarbij de stelen tussen parallelle delen daarvan worden ingeklemd en over een in deze praktische uitvoeringsvorm drie trajecten omvattend transportpad worden verplaatst. De besturing van de tussentransporteenheid zorgt voor modulatie van de afstanden tussen de stelen in een tussentraject, gevormd door een tussenwiel en tussentransportsnaar, terwijl de tweede transporteur intermitterend wordt aangedreven telkens wanneer een bos is gevormd om een leeg vak onder de uitmonding te positioneren. Een of meer bindinrichtingen voor het samenbinden van de vrije steeluiteinden van een gevormde bos van tulpen zijn stroomafwaarts langs de transportbaan van de tweede transporteur opgesteld.In a practical embodiment thereof known in the art, the first conveyor comprises an endless belt on which the tulips are fed in a single manner, and the second conveyor comprises an endless belt provided with compartments in the form of edges rising on the belt surface and sponge wheels cooperating therewith. The intermediate transport unit at the separation between the first and second conveyor comprises a roller and supporting means. For guiding the tulips over the roller, conveyor belts are provided, wherein the stems are clamped between parallel parts thereof and moved over a transport path comprising three paths in this practical embodiment. The control of the intermediate transport unit provides for modulation of the distances between the stems in an intermediate path formed by an intermediate wheel and intermediate transport string, while the second conveyor is driven intermittently each time a bunch is formed to position an empty compartment below the mouth. One or more binding devices for binding the free stem ends of a formed bunch of tulips are arranged downstream along the transport path of the second conveyor.
Nadelen van deze bekende bosinrichting zijn naast de complexe besturing en aandrijving van de tussentransporteur en tweede transporteur dat de bossen gewassen in de vakken van de tweede transporteur los liggen, waardoor de steeluiteinden ervan alle richtingen uit kunnen steken., Als de stelen niet nauwkeurig gepositioneerd in een vak liggen, kan dit het binden daarvan bemoeilijken en de vorm van de gebonden bos negatief beïnvloeden. Een ander nadeel is dat het verzamelen van de bos gewassen en het binden daarvan op afstand van elkaar plaatsvinden, zodat deze bekende bosinrichting een relatief groot vloeroppervlak beslaat. Ook vereist deze bekende inrichting dat de tweede transporteur vakken heeft, die in het algemeen door op de band voorziene verdeelschotten of stellen sponswielen worden gerealiseerd. Ten opzichte van een gewone transportband brengen deze voorzieningen extra kosten met zich mee.Disadvantages of this known forest device are, in addition to the complex control and drive of the intermediate conveyor and second conveyor, that the bunches of crops in the compartments of the second conveyor are loose, as a result of which the stem ends thereof can protrude in all directions. In a box, this can make it harder to bind it and adversely affect the shape of the bound bunch. Another disadvantage is that the collection of the bunches of crops and their binding take place at a distance from each other, so that this known forest arrangement covers a relatively large floor area. This known device also requires that the second conveyor has compartments which are generally realized by dividing partitions or sets of sponge wheels provided on the belt. Compared to a normal conveyor belt, these facilities entail extra costs.
De onderhavige uitvinding heeft ten doel een of meer van de hierboven genoemde nadelen op te lossen, dan wel een geschikt alternatief te verschaffen.The present invention has for its object to solve one or more of the disadvantages mentioned above, or to provide a suitable alternative.
In het bijzonder heeft de onderhavige uitvinding ten doel een bosinrichting voor het vormen en binden van een bos gewassen uit een reeks afzonderlijk toegevoerde, liggende gewassen te verschaffen, waarbij de controle over de positie van de stelen van een gevormde bos gewassen bij het binden ervan is vergroot.In particular, it is an object of the present invention to provide a bunching device for forming and binding a bunch of crops from a series of separately supplied, lying crops, wherein the control over the position of the stems of a formed bunch of crops is at their binding increases.
Een verder doel van de uitvinding is het vereenvoudigen van de tweede transporteur.A further object of the invention is to simplify the second conveyor.
Nog een ander doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een bosinrichting die een compacte configuratie heeft.Yet another object of the present invention is to provide a forest device that has a compact configuration.
De bosinrichting volgens de uitvinding voor het vormen van bossen van gewassen en binden ervan, in het bijzonder een bos of boeket van snijbloemen, omvat: een eerste transporteur zonder einde voor het gezien in de transportrichting ervan op afstand van elkaar liggend verplaatsen van gewassen, die in hoofdzaak dwars op de transportrichting zijn georiënteerd, met een op een eerste hoogte gelegen afvoer voor het afvoeren van de gewassen, een tweede transporteur voor het gezien in de transportrichting ervan verplaatsen van bossen van verzamelde en gebonden gewassen, met een oplegpositie gelegen op een tweede hoogte, die lager is dan genoemde eerste hoogte van de afvoer van de eerste transporteur, een bij de afvoer van de eerste transporteur in een verzamel- en bindpositie opgestelde bindinrichting voor het met bindmateriaal binden van een verzameld aantal gewassen tot een bos, waarbij de bindinrichting ten minste een vanuit een ruststand naar een knooppositie zwenkbare binderarm en knoopmiddelen voor het vasthouden, snijden en knopen van het bindmateriaal omvat, zodanig dat een aanslag en het tijdens bedrijf van de inrichting in een ruststand van de zwenkbare binderarm zich tussen de binderarm en de knoopmiddelen uitstrekkend bindmateriaal een positioneringsvak voor het voorafgaand aan het binden verzamelen van stelen van te binden gewassen vormen, waarbij een verplaatsbaar steunelement is voorzien voor het in de verzamel- en bindpositie liggend ondersteunen van de verzamelde gewassen op een hoogte tussen afvoeruiteinde van de eerste transporteur en een oplegpositie van de tweede transporteur, een detectie-inrichting voor het detecteren van de aanwezigheid van een gewas, aandrijfmiddelen voor het aandrijven van de eerste en tweede transporteur, bindinrichting en steunelement, en een regelinrichting voor het regelen van de aandrijfmiddelen op basis van een van de detectie-inrichting afkomstig signaal.The bunching device according to the invention for forming bunches of crops and binding them, in particular a bunch or bouquet of cut flowers, comprises: a first endless conveyor for moving plants, spaced apart in their transport direction, which are oriented substantially transversely to the conveying direction, with a discharge located at a first height for discharging the crops, a second conveyor for moving bunches of collected and bound crops, seen in the conveying direction thereof, with a support position located on a second height lower than said first height of the discharge of the first conveyor, a binding device arranged at the discharge of the first conveyor in a collecting and binding position for binding a collected number of crops to a bunch with binding material, the binding device at least one binder arm and button pivotable from a rest position to a knot position comprises means for holding, cutting and knotting the binding material, such that a stop and the binding material extending between the binding arm and the knotting means during operation of the device in a rest position of the pivoting binding arm include a positioning pocket for collecting binding prior to binding forming stalks for crops to be tied, wherein a movable support element is provided for supporting the collected crops lying in the collecting and binding position at a height between discharge end of the first conveyor and a supporting position of the second conveyor, a detection device for the detecting the presence of a crop, drive means for driving the first and second conveyor, binding device and supporting element, and a control device for controlling the drive means on the basis of a signal originating from the detection device.
De bos- en bindinrichting volgens de uitvinding omvat een eerste transporteur met een eerste uiteinde en een stroomafwaarts gelegen afvoeruiteinde voor het afvoeren van de gewassen, gebruikelijk een transportband zonder einde, waarop de te bossen gewassen, zoals al dan niet verschillende soorten snijbloemen desgewenst in combinatie met andere decoratie-elementen, zoals groentakken of-bladen, op een onderlinge afstand van bijvoorbeeld 5-20 cm, liggend worden verplaatst. Gebruikelijk zijn de gewassen, indien van toepassing al van hun bol ontdaan, op lengte gesneden, (gedeeltelijk) ontbladerd, en gewassen, die niet aan voorafbepaalde kwalificaties zoals lengte, aantal bloemen, kleur enz. voldoen, zijn uitgesorteerd. De stelen zijn in hoofdzaak in dwarsrichting op de transportrichting van de eerste transporteur gepositioneerd, waarbij de steeluiteinden voorbij de langsrand van deze eerste transporteur uitsteken. De transportband zonder einde wordt over aan de uiteinden daarvan opgestelde keerrollen geleid, waarvan er ten minste een wordt aangedreven met een aandrijving, zoals een elektromotor. Het deel van de transportband waarop tijdens bedrijf de gewassen liggend in de transportrichting naar het afvoeruiteinde worden verplaatst, wordt hierna ook wel transportpart genoemd. Het naar het eerste uiteinde terugaande deel van de transportband wordt dan met de term retourpart aangeduid.The bunching and binding device according to the invention comprises a first conveyor with a first end and a downstream discharge end for discharging the crops, usually an endless conveyor belt, on which the crops to be bunched, such as different types of cut flowers or not in combination if desired be moved with other decorative elements, such as vegetable branches or leaves, at a mutual distance of, for example, 5-20 cm. Usually, the crops, if applicable, have already been stripped of their bulbs, cut to length, (partially) deflated, and crops that do not meet predetermined qualifications such as length, number of flowers, color, etc., have been sorted out. The stems are positioned substantially transversely to the conveying direction of the first conveyor, with the stem ends protruding beyond the longitudinal edge of this first conveyor. The endless conveyor belt is guided over return rollers arranged at the ends thereof, at least one of which is driven by a drive, such as an electric motor. The part of the conveyor belt on which during operation the crops lying in the transport direction are moved to the discharge end is hereinafter also referred to as the transport part. The part of the conveyor belt that returns to the first end is then designated by the term return part.
De bosinrichting omvat eveneens een tweede transporteur voor het in een transportrichting liggend verplaatsen van gevormde en gebonden bossen, die een voorafbepaald aantal gewassen zoals 5, 10 of 20 stuks bevatten. Gebruikelijk is de tweede transporteur eveneens een transportband zonder einde, vergelijkbaar met de eerste transporteur. De tweede transporteur heeft een oplegpositie, op welke positie tijdens bedrijf de gevormde en gebonden bos gewassen vanaf het steunelement op het transportpart van de tweede transporteur worden geplaatst en in de transportrichting ervan naar een stroomafwaarts gelegen afvoeruiteinde worden getransporteerd voor verdere verwerking, zoals naar een verpakkingsstation voor het verpakken van de gevormde bos of bossen in een hoes of doos. De oplegpositie van de tweede transporteur ligt op een hoogte die lager is dan de hoogte van het afvoereinde van de eerste transporteur.The forestry device also comprises a second conveyor for displacing shaped and bound forests lying in a transporting direction, which contain a predetermined number of crops such as 5, 10 or 20 pieces. Usually, the second conveyor is also an endless conveyor belt, similar to the first conveyor. The second conveyor has a support position, at which position during operation the formed and bound bunch of crops are placed from the support element on the transport part of the second conveyor and are transported in their transport direction to a downstream discharge end for further processing, such as to a packing station for packaging the formed bunch or bunches in a sleeve or box. The bearing position of the second conveyor is at a height that is lower than the height of the discharge end of the first conveyor.
Bij het afvoeruiteinde van de eerste transporteur is een gecombineerde verzamel- en bindfunctie voorzien. Volgens de uitvinding is daartoe aan het afvoeruiteinde van de eerste transporteur in een verzamel- en bindpositie een bindinrichting voor het met bindmateriaal binden van een verzameld aantal gewassen opgesteld. De bindinrichting is doorgaans van het in het vak gebruikelijke type, die een zwenkbare binderarm omvat en knoopmiddelen voor het vasthouden, snijden en knopen van het bindmateriaal. Tijdens bedrijf loopt een bindmiddel zoals een draad of elastiek, vanaf een voorraadspoel door een in de zwenkbare binderarm voorzien oog naar de knoopmiddelen. Samen met een stroomopwaarts tegenover het bindmiddel liggende aanslag vormt het bindmiddel een tijdelijk positioneringsvak, waarin het gewenste aantal stelen, in het bijzonder vrije steeluiteinden, wordt verzameld en vervolgens direct gebonden. De aanslag is met voordeel een stationair deel van de inrichting en kan bijvoorbeeld deel uitmaken van het gestel of een deel van het werkoppervlak van de gebruikelijke bindinrichting zijn, welk oppervlak de knoopmiddelen afschermt. Ten opzichte van de gebruikelijk positie van de bindinrichting in bestaande boslijnen, zoals hierboven beschreven, waarbij tijdens bedrijf het bindmiddel zich hellend in de richting tegen de transportrichting van de bos gewassen tussen zwenkarm en knoopmiddelen uitstrekt, is de bindinrichting in de transportrichting “gekanteld” zodat het bindmiddel zich nagenoeg verticaal tussen zwenkarm en knoopmiddelen uitstrekt. Het werkoppervlak is in deze gekantelde positie van een gebruikelijke inrichting in plaats van horizontaal nagenoeg verticaal opgesteld. Detectiemiddelen, zoals sensoren bijvoorbeeld fotocellen, zijn voorzien voor het signaleren van de aanwezigheid van een gewas, bijvoorbeeld nabij de open bovenzijde van het positioneringsvak, nabij het afvoeruiteinde van de eerste transporteur of bij het geleidingstraject van hierna nog te bespreken geleidingsmiddelen. De regelinrichting stuurt de verschillende aandrijvingen aan op basis van van de detectie-inrichting afkomstige signalen.A combined collection and binding function is provided at the discharge end of the first conveyor. To this end, according to the invention, a binding device is arranged at the discharge end of the first conveyor in a collecting and binding position for binding a collected number of crops with binding material. The binding device is generally of the type usual in the art, which comprises a pivotable binder arm and knotting means for holding, cutting and knotting the binding material. During operation, a binder such as a thread or elastic runs from a supply spool through an eye provided in the pivotable binder arm to the knotting means. Together with a stop located upstream opposite the binder, the binder forms a temporary positioning compartment in which the desired number of stems, in particular free stem ends, is collected and subsequently directly bound. The stop is advantageously a stationary part of the device and can for instance form part of the frame or be part of the working surface of the conventional binding device, which surface shields the knotting means. With respect to the usual position of the binding device in existing forest lines, as described above, wherein during operation the binding agent extends inclined in the direction against the conveying direction of the bunch of crops washed between swivel arm and knotting means, the binding device is "tilted" in the conveying direction so that the binder extends substantially vertically between swiveling arm and knotting means. In this tilted position of a conventional device, the work surface is arranged almost vertically instead of horizontally. Detection means, such as sensors, for example photocells, are provided for signaling the presence of a crop, for example near the open top of the positioning compartment, near the discharge end of the first conveyor or during the guiding path of guide means to be discussed below. The control device controls the various drives on the basis of signals from the detection device.
Door het binden komt het bindmiddel aan de andere kant van de bos te liggen, zodat na doorsnijden van het bindmiddel de stelen niet meer tegengehouden worden door het bindmiddel en verder verplaatst kunnen worden. Verplaatsing van het steunelement leidt er dan toe dat de gevormde bos op de tweede transporteur wordt gelegd op de oplegpositie daarvan. Het bindmiddel vormt samen met de aanslag een nieuw positioneringsvak voor het verzamelen en binden van de steeluiteinden van een volgende bos.As a result of the binding, the binding agent is placed on the other side of the bunch, so that after cutting the binding agent, the stems are no longer retained by the binding agent and can be moved further. Displacement of the support element then leads to the formed bunch being placed on the second conveyor at its supporting position. Together with the stop, the binder forms a new positioning compartment for collecting and binding the stem ends of a following bunch.
Bij de inrichting volgens de uitvinding worden terwijl de gewassen rusten op het verplaatsbare steunelement de steeluiteinden gestapeld in het door bindmiddel en de aanslag gevormde positioneringsvak. Wanneer het voorafbepaalde aantal gewassen is verzameld, dat is gedetecteerd met de detectie-inrichting en regelinrichting, en derhalve het juiste aantal steeluiteinden daarvan in het positioneringsvak aanwezig is, wordt de bindinrichting geactiveerd en de bundel gewassen met begrensde positie van de steeluiteinden gebonden. De controle over de positie van de steeluiteinden voorafgaand aan en tijdens het binden is aldus toegenomen. Zodoende kan een strak gebonden bos worden gevormd, zelfs als de gewassen relatief dikke stelen bezitten zoals gladiolen en sommige gewassen met houtachtige stelen. Doordat het verzamelen en binden op dezelfde positie plaatsvindt en geen verplaatsing vanaf een verzamelpositie naar een bindpositie zoals bij de bekende bosinrichting nodig is, laat de uitvinding een compacte inrichting toe. Verder worden bij de uitvinding de gewassen in reeds gebonden bossen op de tweede transporteur geplaatst en kan de tweede transporteur als een transportband zonder einde zonder voorzieningen voor het vormen van vakken worden uitgevoerd.In the device according to the invention, while the crops rest on the movable support element, the stem ends are stacked in the positioning compartment formed by binder and the stop. When the predetermined number of crops has been collected, which has been detected with the detection device and control device, and therefore the correct number of stem ends thereof is present in the positioning compartment, the binding device is activated and the bundle of crops bound to the stem ends is bound. The control over the position of the stem ends prior to and during binding is thus increased. Thus, a tightly bound bunch can be formed even if the crops have relatively thick stems such as gladiolus and some crops with woody stems. Because the collecting and binding takes place at the same position and no displacement from a collecting position to a binding position such as with the known forest device is required, the invention permits a compact device. Furthermore, in the invention, the crops are placed on the second conveyor in already bound forests and the second conveyor can be designed as an endless conveyor belt without provisions for forming compartments.
In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat het verplaatsbare steunelement een zich dwars op de transportrichting opgestelde, horizontale draai-as met een of meer dwarssteunen of dragers. Wanneer een bos gewassen is verzameld en gebonden en rust op de betreffende dwarssteun of drager zoals hierboven uitgelegd, kan door rotatie van de draai-as de dwarssteun naar beneden worden verplaatst en zodoende de bos op de tweede transporteur worden gelegd. Daarbij komt een volgende dwarssteun in de verzamel- en bindpositie te liggen voor de volgende te vormen bos van verzamelde en gebonden gewassen. Teneinde de voor het binden van de bos noodzakelijke zwenking van de zwenkarm van de bindinrichting niet te belemmeren zijn bij voorkeur 3 dwarssteunen voorzien, die 120° uit elkaar liggen rondom de draai-as, meer bij voorkeur meerdere in de lengterichting van de draai-as op afstand van elkaar gelegen sets van dwarssteunen.In a preferred embodiment, the displaceable support element comprises a horizontal axis of rotation arranged transversely to the direction of transport with one or more transverse supports or carriers. When a bunch of crops has been collected and bound and rests on the relevant cross support or carrier as explained above, the cross support can be moved downwards by rotation of the axis of rotation and thus the bunch can be placed on the second conveyor. In addition, a subsequent transverse support is placed in the collecting and binding position for the next bunch of collected and bound crops to be formed. In order not to obstruct the pivoting of the pivoting arm of the binding device required for binding the bunch, preferably 3 cross supports are provided, which are 120 ° apart around the axis of rotation, more preferably several in the longitudinal direction of the axis of rotation. spaced sets of cross braces.
Met voordeel is de vrije langszijde van een dwarssteun, d.w.z. tegenover de bevestigingszijde aan de draaias, gezien in de verzamel en -bindpositie, voorzien van een opstaande langsrand, De langsrand zorgt enerzijds ervoor dat tijdens het verzamelen en binden in de verzamel- en bindpositie de gewassen niet van de dwarssteun vallen, anderzijds fungeert de langsrand als geleidingsmiddel voor het plaatsen van de gevormde en gebonden bossen in de oplegpositie op de tweede transporteur, zodat de kans op beschadiging van de gewassen gering is.Advantageously, the free longitudinal side of a transverse support, ie opposite the mounting side on the axis of rotation, viewed in the collecting and binding position, is provided with an upright longitudinal edge. The longitudinal edge ensures on the one hand that during collecting and binding in the collecting and binding position crops do not fall from the transverse support, on the other hand, the longitudinal edge serves as a guide means for placing the formed and bound bunches in the supporting position on the second conveyor, so that the chance of damage to the crops is small.
Teneinde de stapeling van de stelen in het positioneringsvak zo goed mogelijk te kunnen uitvoeren en te beheersen is bij voorkeur de regelinrichting zodanig ingericht dat tijdens het verzamelen het steunelement stapsgewijs met toename van de stapeling wordt verplaatst, in het bijzonder geroteerd.In order to be able to carry out and control the stacking of the stems in the positioning compartment as well as possible, the control device is preferably arranged such that during support the supporting element is moved stepwise with increase of the stacking, in particular rotated.
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm zijn verplaatsbare geleidingsmiddelen voorzien voor het geleiden van de steel uiteind en langs een geleidingstraject vanaf het afvoereinde van de eerste transporteur naar het positioneringsvak. Een of meer sponswielen in aanraking met de eerste transporteur zijn een voorbeeld daarvan. In een voordelige uitvoeringsvorm omvatten de geleidingsmiddelen twee met elkaar samenwerkende geleidingssnaren of smalle geleidingsbanden met in het geleidingstraject naar elkaar toegekeerde klemparten, welk geleidingstraject een invoer nabij het afvoereinde van de eerste transporteur en een uitmonding boven het positioneringsvak bezit.In a further preferred embodiment, movable guide means are provided for guiding the handle end and along a guide path from the discharge end of the first conveyor to the positioning compartment. One or more sponge wheels in contact with the first conveyor are an example thereof. In an advantageous embodiment the guiding means comprise two guiding strings or narrow guiding belts cooperating with each other with clamping parts facing each other in the guiding path, which guiding path has an input near the discharge end of the first conveyor and an outlet above the positioning compartment.
Teneinde het stapelen van dikstelige gewassen in het positioneringsvak te beheersen zijn bij voorkeur aan het afvoereinde van de geleidingsmiddelen een paar met elkaar samenwerkende wielen zoals sponswielen opgesteld, die zodoende de bovenkant van het positioneringsvak voor de steeluiteinden begrenzen. De bodem of onderzijde van het positioneringsvak is met voordeel gevormd door een in hoogterichting verplaatsbaar steundeel, bij voorkeur een veerbaar opgesteld draagwiel, dat met toenemend gewicht van de steeluiteinden bij toenemend aantal verzamelde gewassen tegen de veerrichting in mee naar beneden beweegt. Aldus kan de doorsnede van het positioneringsvak automatisch zich aan de momentane omvang van de verzamelde steeluiteinden aanpassen zonderde controle van de positie van de stelen in gevaar te brengen.In order to control the stacking of thick-stalked crops in the positioning compartment, a pair of co-acting wheels such as sponge wheels are preferably arranged at the discharge end of the guide means, thus delimiting the top of the positioning compartment for the stem ends. The bottom or underside of the positioning compartment is advantageously formed by a support part which is displaceable in height, preferably a resiliently arranged support wheel, which moves downwards with increasing number of collected crops against the spring direction. Thus, the cross section of the positioning compartment can automatically adjust to the instantaneous size of the collected stem ends without jeopardizing the control of the position of the stems.
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de eerste transporteur zelf ingericht voor het vormen van op een onderlinge afstand van elkaar gelegen gewassen in aantallen die telkens met het aantal gewassen in een te verzamelen en te binden bos overeenkomen. Daartoe omvat de eerste transporteur met voordeel meerdere in de machinerichting opeenvolgend opgestelde transportbanden zonder einde, waarbij de snelheid van de afzonderlijke transportbanden regelbaar is. Met voordeel zijn sensoren voor het detecteren van gewassen opgesteld bij de overgangen tussen de transportbanden, bij voorkeur de afvoeruiteinden van de transportbanden. De regeling van de snelheid van de transportbanden is bij voorkeur zodanig ingericht dat bij het detecteren van het laatste gewas van een in een bos te verzamelen aantal gewassen op de invoerpositie van een transportband het snelheidsverschil tussen genoemde transportband en de stroomopwaartse transportband wordt vergroot, en bij het detecteren van hetzelfde laatste gewas op de invoerpositie van de daaropvolgende stroomafwaartse transportband het snelheidsverschil tussen genoemde transportband en de stroomopwaartse transportband wordt verkleind, met voordeel teruggebracht tot de originele snelheidsverschil, waarbij de vergroting van het snelheidsverschil wordt bepaald door de benodigde tijd voor het verzamelen, binden en afvoeren. Anders gezegd, elke transportband kent in beginsel een vaste basissnelheid en een variabele, vertraagde dan wel verhoogde snelheid. Door telkens een vertraging van een voorgaande transportband (b-1), dan wel een versnelling van de betreffende transportband (b) zelf in de regeling in te bouwen na het detecteren van het laatste gewas van een te vormen bos bij de afvoer van transportband (b-1) dan wel bij de invoer van een transportband (b), wordt door de relatieve snelheidsverandering de afstand tussen het laatste gewas van een te verzamelen bos gewassen en het eerste gewas van een volgende te verzamelen bos vergroot. De vertraging van de voorgaande transportband (b-1) wordt verminderd, in het bijzonder opgeheven (de snelheid wordt met voordeel op de oorspronkelijke waarde ingesteld), als bij de transportband (b+1) stroomafwaarts van transportband (b) hetzelfde laatste gewas is gepasseerd en gedetecteerd. In het geval van een relatieve snelheidsverandering in de vorm van een versnelling van de transportband (b) wordt bij detectie van hetzelfde gewas bij de transportband (b+1) de snelheid van die transportband (b) bij voorkeur teruggebracht op de oorspronkelijke snelheid De herhaalde introductie van snelheidsverschillen van opeenvolgende transportbanden (en dus de uiteindelijke afstand tussen het laatste gewas van de ene bos en het eerste gewas van de direct daaropvolgende bos aan het eind van de eerste transporteur) wordt met voordeel geregeld in afhankelijkheid van de tijd die nodig is om een bos op het verplaatsbaar steunelement te verzamelen, te binden, en te deponeren op de tweede transporteur. De dynamische snelheidsregeling laat een continue verwerking van de gewassen toe. Door de stapsgewijze opbouw van de voor verzamelen, binden en afvoeren benodigde afstand kunnen de snelheidsverschillen relatief klein worden gehouden, hetgeen het risico op beschadiging en uitval van gewassen beperkt en de kwaliteit van de uiteindelijke bos gebonden gewassen verbeterd. Grote wisselende snelheidsverschillen met inbegrip van tijdelijke stilstand betekenen tevens een zware mechanische belasting voor de inrichting en slijtage ervan, die de betrouwbare werking van de inrichting in gevaar brengen. Bij de geleidelijke opbouw met relatief kleine snelheidsverschillen worden deze nadelen vermeden. De uitvinding wordt hierna toegelicht aan de hand van de bijgevoegde tekening, waarin Fig. 1 een schematische weergave van een eerste uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding is;In a further preferred embodiment, the first conveyor itself is adapted to form crops spaced apart from one another in numbers corresponding in each case to the number of crops in a bunch to be collected and to be bound. To that end, the first conveyor advantageously comprises a plurality of endless conveyor belts arranged successively in the machine direction, the speed of the individual conveyor belts being controllable. Advantageously, sensors for detecting crops are arranged at the transitions between the conveyor belts, preferably the discharge ends of the conveyor belts. The control of the speed of the conveyor belts is preferably arranged such that when detecting the last crop of a number of crops to be collected in a forest at the input position of a conveyor belt, the speed difference between said conveyor belt and the upstream conveyor belt is increased, and at detecting the same last crop at the input position of the subsequent downstream conveyor belt, the speed difference between said conveyor belt and the upstream conveyor belt is reduced, advantageously reduced to the original speed difference, the increase in speed difference being determined by the time required for collecting, binding and disposal. In other words, each conveyor belt has in principle a fixed basic speed and a variable, slowed down or increased speed. By in each case incorporating a delay of a previous conveyor belt (b-1), or an acceleration of the conveyor belt (b) concerned into the control system after detecting the last crop of a forest to be formed at the discharge of the conveyor belt ( b-1) or at the input of a conveyor belt (b), the relative speed change increases the distance between the last crop of a bunch to be collected and the first crop of a next bunch to be collected. The delay of the preceding conveyor belt (b-1) is reduced, in particular canceled (the speed is advantageously set to the original value), if the same last crop is present at the conveyor belt (b + 1) downstream of conveyor belt (b) passed and detected. In the case of a relative speed change in the form of an acceleration of the conveyor belt (b), upon detection of the same crop at the conveyor belt (b + 1), the speed of that conveyor belt (b) is preferably reduced to the original speed. introduction of speed differences of successive conveyor belts (and thus the final distance between the last crop of one bunch and the first crop of the immediately following bunch at the end of the first conveyor) is advantageously controlled depending on the time required to to collect, bind and deposit a bunch on the movable support element on the second conveyor. The dynamic speed control allows continuous processing of the crops. Due to the step-by-step construction of the distance required for collection, binding and removal, the speed differences can be kept relatively small, which limits the risk of damage and loss of crops and improves the quality of the final bunch of bound crops. Large fluctuating speed differences, including temporary standstill, also mean a heavy mechanical load on the device and its wear, which endanger the reliable operation of the device. These disadvantages are avoided with the gradual construction with relatively small speed differences. The invention is explained below with reference to the appended drawing, in which FIG. 1 is a schematic representation of a first embodiment of a device according to the invention;
Fig. 2 een schematisch aanzicht in perspectief van een tweede uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding is;FIG. 2 is a schematic perspective view of a second embodiment of a device according to the invention;
Fig. 3 een schematisch vooraanzicht van de in Fig. 2 weergegeven uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding is; enFIG. 3 is a schematic front view of the device shown in FIG. 2 is an embodiment of a device according to the invention; and
Fig. 4 een schematisch achteraanzicht van de in Fig. 2 en 3 weergegeven uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding is.FIG. 4 is a schematic rear view of the device shown in FIG. 2 and 3 is an embodiment of a device according to the invention.
In Fig. 1 is schematisch een eerste uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding weergegeven, die in zijn geheel met verwijzingscijfer 10 is aangeduid. De inrichting 10 omvat een eerste transporteur 12 met een eerste uiteinde 14 en een afvoeruiteinde 16 voor het op onderlinge afstand van elkaar liggend verplaatsen van gewassen 18 in de met een pijl aangeduide transportrichting. In de weergegeven uitvoeringsvorm omvat de eerste transporteur 12 een vijftal transportbanden zonder einde 12b"2, 12b"1, 12b, 12b+1, 12b+2, met elk een transportpart 20 en retourpart 22, die over keerrollen 24 en 26 worden geleid, waarvan er een wordt aangedreven door aandrijving 28, zoals een elektromotor, aangestuurd door controle-of regelinrichting 30. In de weergegeven uitvoeringsvorm ligt het stroomafwaartse afvoeruiteinde van een transportband op een hoogte, die enigszins hoger is dan het invoeruiteinde van een daaropvolgende transportband. Aan het afvoeruiteinde 16 zijn geleidingsmiddelen 32 voorzien in de vorm van twee naast de langsrand 33 van de transportband 12b+2 opgestelde geleidingssnaren 34 of smalle bandjes, die in het betreffende geleidingstraject tussen eerste en tweede transporteur met elkaar samenwerken. In dit geleidingstraject wordt een steel van een gewas tussen de naar elkaar gerichte transportparten 35 ervan opgenomen. In de weergegeven uitvoeringsvorm omvat het geleidingstraject een zich in hoofdzaak parallel aan het transportpart 20 van de laatste transportband 12b+2 uitstrekkende geleidingssectie met een aangrenzend, de ronding van de overeenkomstige keerrol 26 volgende tussensectie en een zich in hoofdzaak verticaal uitstrekkende afvoersectie. Een aantal vrij draaibare sponswielen, waarvan het omtreksoppervlak in aanraking verkeert met het oppervlak van de transportband 12b+2 is een alternatieve uitvoeringsvorm van de geleidingsmiddelen 32.. Bij het afvoeruiteinde 16 is in een verzamel- en bindpositie een bindinrichting 36 opgesteld met een aandrijfbare zwenkarm 38, werkoppervlak 40 en onder werkoppervlak 40 opgestelde knoopmiddelen 42. De arm 38 is zwenkbaar tussen de weergegeven rustpositie, en een knooppositie, waarin het bindmiddel om de steeluiteinden is geslagen en de knoopmiddelen worden geactiveerd. Tussen zwenkarm 38 en knoopmiddelen 42 strekt zich bindmiddel 44 uit door een opening 45 in werkoppervlak 40. Bindmiddel 44 en werkoppervlak 40 dat in termen van de uitvinding als aanslag fungeert, vormen een - in dit geval V-vormig - positioneringsvak 46 voor het verzamelen van de steeluiteinden 48 van de gewassen 18. Detectiemiddelen 50b'1, 50b, 50b+1, 50b+2, bijvoorbeeld een of meer schematisch weergegeven fotocellen, voor het detecteren van de gewassen, zijn langs de langsranden van de transportbanden 12b"1, 12b, 12b+1, 12b+2 bij het afvoeruiteinde ervan opgesteld, waarvan het signaal wordt doorgegeven aan de regelinrichting 30. Wanneer op basis van signalen van de sensoren 50b'1 bij de transportband 12b"1 de regelinrichting 30 een voorafbepaald aantal gewassen in een bos, bijvoorbeeld 10 bloemstelen, heeft gedetecteerd, wordt de snelheid van de direct stroomopwaarts grenzende transportband 12b"2 vertraagd, totdat ook bij de volgende detectie-inrichting 50b het laatste (zelfde) gewas van het voorafbepaald aantal is gepasseerd. Dan wordt de afstand opnieuw vergroot door vertraging van transportband 12b"1, terwijl de snelheid van transportband 12b"2 op zijn oorspronkelijke waarde wordt ingesteld. Het geheel wordt zodanig geregeld dat aan het eind van de eerste transporteur, met andere woorden bij de afvoer van transportband 12b+2 de afstand tussen het laatste gewas van de ene bos en het eerste gewas van de daaropvolgende bos en gegeven de snelheid van deze laatste transportband 12b+2 voldoende is om het hierna te bespreken verzamelen van de gewassen in een bos van genoemd vooraf bepaald aantal gewassen en het binden daarvan te kunnen uitvoeren.In FIG. 1 schematically shows a first embodiment of a device according to the invention, which is designated in its entirety by reference numeral 10. The device 10 comprises a first conveyor 12 with a first end 14 and a discharge end 16 for displacing crops 18 spaced apart from each other in the direction of transport indicated by an arrow. In the embodiment shown, the first conveyor 12 comprises five endless conveyor belts 12b "2, 12b" 1, 12b, 12b + 1, 12b + 2, each with a transport part 20 and return part 22, which are guided over return rollers 24 and 26, one of which is driven by drive 28, such as an electric motor, controlled by control or control device 30. In the embodiment shown, the downstream discharge end of a conveyor belt is at a height slightly higher than the input end of a subsequent conveyor belt. At the discharge end 16, guide means 32 are provided in the form of two guide belts 34 or narrow bands arranged next to the longitudinal edge 33 of the conveyor belt 12b + 2, which belts cooperate with each other in the respective guide path between the first and second conveyor. In this guiding path, a stem of a crop is received between its conveying sections 35 directed towards each other. In the embodiment shown, the guide path comprises a guide section extending substantially parallel to the conveyor part 20 of the last conveyor belt 12b + 2, with an adjacent intermediate section following the rounding of the corresponding return roller 26 and a discharge section extending substantially vertically. A number of freely rotatable sponge wheels, the circumferential surface of which is in contact with the surface of the conveyor belt 12b + 2, is an alternative embodiment of the guide means 32. At the discharge end 16 a binding device 36 is arranged in a collecting and binding position with a drivable swivel arm 38, work surface 40 and knot means 42 arranged under work surface 40. The arm 38 is pivotable between the shown rest position and a knot position, in which the binder is wrapped around the stem ends and the knot means are activated. Between swivel arm 38 and knotting means 42, binder 44 extends through an opening 45 in work surface 40. Binder 44 and work surface 40, which functions as a stop in terms of the invention, form a - in this case V-shaped - positioning compartment 46 for collecting the stem ends 48 of the crops 18. Detection means 50b'1, 50b, 50b + 1, 50b + 2, for example one or more schematically illustrated photocells, for detecting the crops, are along the longitudinal edges of the conveyor belts 12b "1, 12b , 12b + 1, 12b + 2 arranged at its discharge end, the signal of which is transmitted to the control device 30. If, based on signals from the sensors 50b'1 at the conveyor belt 12b "1, the control device 30 has a predetermined number of crops in a forest, for example 10 flower stems, the speed of the immediately upstream adjacent conveyor belt 12b "2 is slowed down, until the last (same) weight is also applied to the next detection device 50b axis of the predetermined number has passed. Then the distance is again increased by delay of conveyor belt 12b "1, while the speed of conveyor belt 12b" 2 is set to its original value. The whole is arranged such that at the end of the first conveyor, in other words at the discharge of conveyor belt 12b + 2, the distance between the last crop of one bunch and the first crop of the following bunch and given the speed of the latter conveyor belt 12b + 2 is sufficient to be able to collect the crops to be discussed below in a bunch of said predetermined number of crops and to bind them.
Bij het afvoeruiteinde 16 is ook een verplaatsbaar steunelement 54 opgesteld, dat om een horizontale draai-as 56 een aantal sets van roteerbare dwarssteunen 58 omvat, waarbij de as 56 is gekoppeld aan een door regelinrichting 30 geregelde aandrijving 60. Onder het steunelement 54 en dus onder het afvoeruiteinde 16 van de eerste transporteur 12, strekt zich een tweede transporteur 62 uit in de machinerichting. De tweede transporteur 62 omvat een transportband zonder einde die over keerrollen 64, waarvan er een is aangedreven met een door regelinrichting 30 bestuurde aandrijving 66, wordt geleid.At the discharge end 16 a movable support element 54 is also arranged, which comprises a number of sets of rotatable transverse supports 58 about a horizontal axis of rotation 56, the axis 56 being coupled to a drive 60 controlled by control device 30. Below the support element 54 and thus below the discharge end 16 of the first conveyor 12, a second conveyor 62 extends in the machine direction. The second conveyor 62 comprises an endless conveyor belt which is guided over deflection rollers 64, one of which is driven with a drive 66 controlled by control device 30.
Tijdens bedrijf van de hierboven besproken inrichting 10 worden gewassen 18, zoals op lengte gesneden en bijvoorbeeld op kleur gesorteerde snijbloemen, bijvoorbeeld nabij het eerste uiteinde 14 op een onderlinge afstand van elkaar op de eerste transporteur 12 gepositioneerd en naar het afvoeruiteinde 16 verplaatst. Bij het afvoeruiteinde 16 wordt het steeluiteinde 48 tussen het transportpart 20 van de eerste transporteur 12 en de geleidingsmiddelen 32 opgenomen en in het positioneringsvak 46 geleid, waarbij het resterende deel van het gewas 18 op het steunelement 54 rust. Indien nodig, kunnen aanvullende detectiemiddelen bij de uitmonding van de geleidingsmiddelen 32 zijn voorzien. De gewassen 18 stapelen zich op het steunelement 54 en in het positioneringsvak 46 op, totdat de regelinrichting 30 heeft bepaald dat een voorafbepaald aantal gewassen is verzameld, bijvoorbeeld op basis van signalen die van de detectiemiddelen afkomstig zijn.During operation of the device 10 discussed above, crops 18, such as cut to length and, for example, cut flowers sorted by color, are positioned near the first end 14 at a mutual distance from each other on the first conveyor 12 and moved to the discharge end 16. At the discharge end 16, the stem end 48 is received between the transport part 20 of the first conveyor 12 and the guide means 32 and guided into the positioning compartment 46, the remaining part of the crop 18 resting on the support element 54. If necessary, additional detection means may be provided at the mouth of the guide means 32. The crops 18 accumulate on the support element 54 and in the positioning compartment 46 until the control device 30 has determined that a predetermined number of crops has been collected, for example on the basis of signals originating from the detection means.
De regelinrichting 30 bestuurt de aandrijving 68 van de bindinrichting 36, zodat het bindmiddel 44 door draaiing van de zwenkarm 38 naar de knooppositie om de steeluiteinden wordt geslagen en met de knoopmiddelen 42 wordt verknoopt en afgesneden. Bij terugkeer van de zwenkarm 38 naar de rustpositie ervan vormt het nieuwe stuk bindmiddel 44 samen met het werkoppervlak 40 een nieuw positioneringsvak voor de volgende te vormen en te binden bos. De steeluiteinden van de gebonden bos 70 liggen nu vrij van dit nieuwe positioneringsvak en door rotatie van het steunelement 54 wordt de gevormde en gebonden bos gewassen in de oplegpositie op de tweede transporteur 62 geplaatst en voor verdere verwerking afgevoerd in de met een pijl aangeduide transportrichting.The control device 30 controls the drive 68 of the binding device 36, so that the binder 44 is rotated by turning the pivoting arm 38 to the knot position around the stem ends and is knotted and cut with the knotting means 42. Upon the return of the swinging arm 38 to its rest position, the new piece of binder 44 together with the working surface 40 forms a new positioning pocket for the next bunch to be formed and to be tied. The stem ends of the bound bundle 70 are now free from this new positioning compartment and by rotation of the support element 54 the formed and bound bunch is washed washed in the supporting position on the second conveyor 62 and discharged for further processing in the direction of transport indicated by an arrow.
Fig. 2-4 tonen andere aanzichten van de in Fig. 1 weergegeven uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding, waarin gelijke onderdelen met gelijke verwijzingscijfers zijn aangeduid. De meest stroomafwaartse transportband 12b+2van de eerste transporteur 12 is een over keerrollen geleide transportband zonder einde met transportpart 20 en retourpart 22. De tweede transporteur 62 is een eveneens een over keerrollen geleide transportband zonder einde. Beide transporteurs 12 en 62 worden aangedreven door middel van niet-weergegeven aandrijvingen, die worden bestuurd door de eveneens niet weergegeven regelinrichting. In het overgangsgebied tussen eerste en tweede transporteurs zijn geleidingssnaren 34 als geleidingmiddelen 32 voorzien Bij de uitmonding 82 van de in hoofdzaak verticale geleidingssectie staan twee om een horizontale draai-as roteerbare sponswielen 84, waartussen een steeluiteinde wordt doorgeleid en die de bovenkant van een positioneringsvak 46 begrenzen, waarvan de stroom opwaartse zijwand wordt gevormd door een vaste aanslag of geleiding 86 en de stroomafwaartse zijwand door het bindmiddel 44 en de bodem door een verend element 88, in dit geval een om een horizontale as 90 draaibaar opgesteld draagwiel 92 met harde omtrek, welke as 92 is gelegerd in een vrij uiteinde 94 van een (gehoekte) draagarm 96, die ter plaatse van de hoek 98 draaibaar is bevestigd aan het frame van de inrichting 10 en het andere vrije uiteinde 100 met een trekveer 102 is bevestigd aan het frame. Het steunelement 54 omvat in deze uitvoeringsvorm opnieuw een aandrijfbare horizontale as 56 waaraan drie in zijaanzicht onder een hoek van 120° staande dwarssteunen 58 zijn bevestigd voorzien van een opstaande langsrand 106.FIG. 2-4 show other views of the ones shown in FIG. 1 of an apparatus according to the invention, in which like parts are designated with like reference numerals. The most downstream conveyor belt 12b + 2 of the first conveyor 12 is an endless conveyor belt guided over reversing rollers with conveyor part 20 and return part 22. The second conveyor 62 is also an endless conveyor belt guided over reversing rollers. Both conveyors 12 and 62 are driven by means of drives, not shown, which are controlled by the control device, also not shown. Guide belts 34 are provided as guide means 32 in the transition region between first and second conveyors. At the mouth 82 of the substantially vertical guide section there are two sponge wheels 84 rotatable about a horizontal axis of rotation, between which a stem end is passed and which is the top of a positioning compartment 46 bounding, the upstream side wall of which is formed by a fixed stop or guide 86 and the downstream side wall by the binder 44 and the bottom by a resilient element 88, in this case a hard-circumferential support wheel 92 rotatable about a horizontal axis 90, which shaft 92 is mounted in a free end 94 of a (angled) support arm 96, which is rotatably mounted at the angle 98 to the frame of the device 10 and the other free end 100 is attached to the frame with a tension spring 102 . In this embodiment, the support element 54 again comprises a drivable horizontal shaft 56 to which three transverse supports 58 standing at an angle of 120 ° are secured with an upright longitudinal edge 106.
Door het toenemende gewicht van de verzamelde gewassen in het positioneringsvak 46 wordt het draagwiel 92 tegen de werking van trekveer 102 naar beneden gedrukt, waardoor het volume van het positioneringsvak 46 wordt vergroot totdat het aantal te binden gewassen is bereikt. Gelijktijdig wordt het steunelement 54 stapsgewijs, bijvoorbeeld bij elk gewas dat daarop wordt gedeponeerd, geroteerd met kleine stappen waarvan de stapgrootte is afgestemd op de te verwachten verticale verplaatsing van het draagwiel. Bij het bereiken van dit juiste aantal wordt de bindinrichting 36 door de regelinrichting 30 geactiveerd en het bindmiddel 44 om de steeluiteinden geknoopt. Door verdere rotatie van het steunelement 54 wordt de bos 70 van gebonden gewassen op de tweede transporteur 62 gelegd. Een schot of plaat 108 is voorzien om te verhinderen dat een gewas van de dwarssteun 58 of een gebonden bos 70 van de tweede transporteur 62 afvalt.Due to the increasing weight of the crops collected in the positioning compartment 46, the support wheel 92 is pressed downwards against the action of tension spring 102, whereby the volume of the positioning compartment 46 is increased until the number of crops to be tied is reached. At the same time, the support element 54 is rotated stepwise, for example with each crop deposited thereon, with small steps whose step size is adjusted to the expected vertical displacement of the carrier wheel. When this correct number is reached, the binding device 36 is activated by the control device 30 and the binding agent 44 is knotted around the stem ends. By further rotation of the support element 54, the bunch 70 of bound crops is laid on the second conveyor 62. A baffle or plate 108 is provided to prevent a crop from falling off the transverse support 58 or a bound bunch 70 from the second conveyor 62.
Claims (10)
Priority Applications (1)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| NL2016879A NL2016879B1 (en) | 2016-06-02 | 2016-06-02 | DEVICE FOR FORMING FORESTS OF CROPS AND BINDING THEM, IN PARTICULAR A FOREST OR BOUQUET OF CUT FLOWERS |
Applications Claiming Priority (1)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| NL2016879A NL2016879B1 (en) | 2016-06-02 | 2016-06-02 | DEVICE FOR FORMING FORESTS OF CROPS AND BINDING THEM, IN PARTICULAR A FOREST OR BOUQUET OF CUT FLOWERS |
Publications (2)
| Publication Number | Publication Date |
|---|---|
| NL2016879A NL2016879A (en) | 2017-12-11 |
| NL2016879B1 true NL2016879B1 (en) | 2018-01-25 |
Family
ID=56292860
Family Applications (1)
| Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
|---|---|---|---|
| NL2016879A NL2016879B1 (en) | 2016-06-02 | 2016-06-02 | DEVICE FOR FORMING FORESTS OF CROPS AND BINDING THEM, IN PARTICULAR A FOREST OR BOUQUET OF CUT FLOWERS |
Country Status (1)
| Country | Link |
|---|---|
| NL (1) | NL2016879B1 (en) |
Families Citing this family (1)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| NL2030316B1 (en) * | 2021-12-28 | 2023-07-03 | Havatec B V | Flower bunch processing system and method for the automated shaking of flower bunches |
Family Cites Families (2)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| NL1021623C2 (en) * | 2002-10-10 | 2004-04-14 | Koppert Machines Bv | Method for manufacturing a sleeve of flowers, and apparatus therefor. |
| NL2004172C2 (en) * | 2010-01-29 | 2011-08-01 | Florian Holding B V | METHOD AND DEVICE FOR FORMING TULIP FORESTS |
-
2016
- 2016-06-02 NL NL2016879A patent/NL2016879B1/en active
Also Published As
| Publication number | Publication date |
|---|---|
| NL2016879A (en) | 2017-12-11 |
Similar Documents
| Publication | Publication Date | Title |
|---|---|---|
| DK3081071T3 (en) | System for harvesting mushrooms | |
| NL2016879B1 (en) | DEVICE FOR FORMING FORESTS OF CROPS AND BINDING THEM, IN PARTICULAR A FOREST OR BOUQUET OF CUT FLOWERS | |
| NL1002445C1 (en) | Flowers sorting and handling arrangement | |
| NL8901613A (en) | BREAD SLICER. | |
| US1008914A (en) | Hop-picker. | |
| NL1012981C2 (en) | Method and device for bunching flowers. | |
| US1454545A (en) | Method and machine for banding articles in transit | |
| NL2013456B1 (en) | Device for forming bunches of crops. | |
| NL1036829C2 (en) | Harvested fruits collecting device, has series of baskets suspended on endless chain, where each basket move along inputs and along exit at head end of unloading arm in zigzag motion | |
| US1950729A (en) | Asparagus cutting machine | |
| EP0744120B1 (en) | Method and apparatus for harvesting and bunching agricultural produce and/of market garden produce | |
| NL7906281A (en) | MOVABLE HARVESTER. | |
| NL1030642C1 (en) | Mushroom harvesting machine, has discharge conveyor comprising conveyor belt extending between pay out and winding rolls for pulling belt over mushroom bed | |
| EP2279676B1 (en) | Feeding device for a device for stripping tobacco leaf butts | |
| NL1039064C2 (en) | METHOD FOR COMPOSING MIXED BOUQUETS AND A COMPOSITION THEREFOR | |
| US20010011503A1 (en) | Method and device for handling baked products | |
| NL1028644C2 (en) | System and method for use in for example a greenhouse or department store, as well as transport device. | |
| NL1028368C2 (en) | Flower bulb transport method, especially for tulip bulbs, comprises oriented bulbs in lying position and then transporting in hanging position with flower bud pointing downwards | |
| NL1011323C2 (en) | Method and device for harvesting chicory. | |
| NL1030316C2 (en) | Method and device are for handling of cut flowers and ensure that flower blooms are not supported when conveyed by transporter | |
| NL1018970C2 (en) | Flower and branch handling method, involves vertically positioning flowers or branches and collecting them into horizontally lying bunches | |
| NL2013348B1 (en) | A sorting device for sorting washed with a stem end according to one or more predetermined crop characteristics, as well as flower processing line provided with such a sorting device. | |
| BE1029626B1 (en) | DEVICE FOR GARVING CABBAGE VEGETABLES, IN PARTICULAR CAULIFLOWERS | |
| NL1021817C2 (en) | Waste disposal method, especially for cut flower waste, comprises transporting waste from locations on processing line to collection points in direction parallel to this line | |
| RU2812467C1 (en) | Device for sorting fruits and root vegetables |