NL2012704B1 - Rotoras voor gebruik in een beluchtingsinrichting. - Google Patents
Rotoras voor gebruik in een beluchtingsinrichting. Download PDFInfo
- Publication number
- NL2012704B1 NL2012704B1 NL2012704A NL2012704A NL2012704B1 NL 2012704 B1 NL2012704 B1 NL 2012704B1 NL 2012704 A NL2012704 A NL 2012704A NL 2012704 A NL2012704 A NL 2012704A NL 2012704 B1 NL2012704 B1 NL 2012704B1
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- rotor shaft
- ring
- knife
- knives
- holes
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01B—SOIL WORKING IN AGRICULTURE OR FORESTRY; PARTS, DETAILS, OR ACCESSORIES OF AGRICULTURAL MACHINES OR IMPLEMENTS, IN GENERAL
- A01B33/00—Tilling implements with rotary driven tools, e.g. in combination with fertiliser distributors or seeders, with grubbing chains, with sloping axles, with driven discs
- A01B33/08—Tools; Details, e.g. adaptations of transmissions or gearings
- A01B33/14—Attaching the tools to the rotating shaft, e.g. resiliently or flexibly-attached tools
- A01B33/142—Attaching the tools to the rotating shaft, e.g. resiliently or flexibly-attached tools the rotating shaft being oriented horizontally
Landscapes
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Soil Sciences (AREA)
- Environmental Sciences (AREA)
- Crushing And Pulverization Processes (AREA)
- Soil Working Implements (AREA)
- Harvester Elements (AREA)
- Hydraulic Turbines (AREA)
- Shafts, Cranks, Connecting Bars, And Related Bearings (AREA)
- Centrifugal Separators (AREA)
Abstract
Rotoras voor gebruik in een beluchtingsinrichting voor grond, waarbij de rotoras ten minste één zich dwars op de aslijn van de rotoras uitstrekkende verbindingsschijf omvat waarop ten minste twee messen zijn aangebracht, waarbij ieder mes is voorzien van twee mesverbindgaten en tussen de verbindingsschijf en een verbindingsring is verbonden, waarbij de verbindingsschijf en de verbindingsring zijn voorzien van mesverbindgaten die samenvallen met de mesverbindgaten van de messen, waarbij bouten door de samenvallende mesverbindgaten zijn aangebracht om de verbindingsschijf, de messen en de verbindingsring te verbinden, waarbij de rotoras voorts ringsectorvormige vulorganen tussen de messen omvat, waarbij een vulorgaan een zodanige vorm heeft dat deze de ruimte tussen enerzijds de verbindingsschijf en de verbindingsring en anderzijds de ruimte tussen twee messen vult.
Description
ROTORAS VOOR GEBRUIK IN EEN BELUCHTINGSINRICHTING
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een rotoras voor gebruik in een beluchtingsinrichting voor grond, waarbij de rotoras ten minste één zich dwars op de aslijn van de rotoras uitstrekkende verbindingsschijf omvat waarop ten minste twee messen zijn aangebracht, waarbij ieder mes is voorzien van twee mesverbindgaten en tussen de verbindingsschijf en een verbindingsring is verbonden, waarbij de verbindingsschijf en de verbindingsring zijn voorzien van mesverbindgaten die samenvallen met de mesverbindgaten van de messen, waarbij bouten door de samenvallende mesverbindgaten zijn aangebracht om de verbindingsschijf, de messen en de verbindingsring te verbinden. De uitvinding heeft voorts betrekking op een beluchtingsinrichting voorzien van een dergelijke rotoras.
Voor het beluchten van grond, met name grond voorzien van een grasmat, is het bekend om met een beluchtingsinrichting voorzien van een rotoras waarop messen zijn aangebracht sleuven in die grond aan te brengen. De aan de roterende as aangebrachte messen worden bij het voortgaan van de inrichting over de grond achtereenvolgens in de grond gebracht en brengen daarin een sleuven aan. Dergelijke sleuven komen de grasmat ten goede.
Een typische rotoras is hierbij voorzien van een aantal verbindingsschijven die vast, dat wil zeggen nagenoeg zonder speling, zijn aangebracht aan de as. Op die schijven zijn verschillende, bijvoorbeeld twee, vaker drie, messen aangebracht die uitsteken voorbij de omtreksranden van die schijven. De messen staan hierbij ook ongeveer dwars op de aslijn van de rotoras en zijn op regelmatige posities op de schijf aangebracht zodat zij gelijkmatig zijn verdeeld over de omtreksrand.
De messen zijn met behulp van een verbindingsring aangebracht aan de verbindingsschijf. Een degelijke verbindingsring heeft een buitenomtrek die ongeveer overeenkomt met de omtrek van de verbindingsschijf zodat deze als het ware op elkaar kunnen worden gelegd. De messen steken hierbij tussen de verbindingsschijf en de verbindingsring, waarbij de schijf en de ring de messen als het ware inklemmen. De messen zijn doorgaans voorzien van een vlak uitgevoerd uiteinde, waarin ten minste twee mesverbindgaten zijn aangebracht. Ook de verbindingsschijf is nabij de omtreksrand voorzien van overeenkomstige verbindgaten, net als de verbindingsring. Door de samenvallende gaten van de ring, de messen en de schijf worden bouten gestoken waarop moeren worden gedraaid. Aldus is een stevige verbinding verkregen, waarbij het zelfs nog mogelijk is een mes te vervangen, mocht dit nodig zijn.
De rotoras wordt immers met grote snelheid geroteerd, zodat ook de krachten op de messen groot zijn. Het is daarom niet ongebruikelijk dat een mes beschadigd raakt, bijvoorbeeld door een steen in de grond. De bouten en moeren van het betreffende mes kunnen dan worden losgedraaid, waarna het mes tussen de verbindingsschijf en de verbindingsring kan worden uitgenomen en worden vervangen.
Wanneer echter ook de verbindingsring beschadigd raakt, bijvoorbeeld vervormt, dan is het echter zeer moeilijk, zo niet onmogelijk, om de rotoras te repareren. De onderhavige uitvinding heeft als doel, naast andere doelen, om dit probleem althans deels op te lossen.
Hiertoe heeft de rotoras van de in de aanhef vermelde soort als bijzonderheid dat de verbindingsring is opgebouwd uit ten minste twee ringsectoren die samen de verbindingsring vormen. Wanneer de verbindingsring nu beschadigd raakt, dat wil zeggen één of zelfs meerdere van de ringsectoren, dan kan deze eenvoudig worden verwijderd door het loshalen van de bouten van de betreffende ringsector(en). Een beschadigde sector kan dan eenvoudig van de verbindingschijf en rotoras worden gehaald en worden vervangen. Bij het gebruik van een doorlopende ring is dit lastiger, in het bijzonder wanneer verschillende schijven zijn aangebracht op de as. De schijven op de as kunnen dan het verwijderen van de ring blokkeren, terwijl ook het aanbrengen van een nieuwe ring niet mogelijk is. In dat geval dient de as dan ook te worden gedemonteerd. Door de verbindingsring van de rotoras, of rotoras-samenstelling, op te bouwen uit verschillende, dat wil zeggen aparte, ringsectoren die in gekoppelde toestand samen een verbindingsring vormen, wordt dit probleem opgelost.
Onder de term ringsector moet voor de duidelijkheid worden verstaan de vorm van een ring ingesloten tussen twee stralen vanuit het middelpunt. Meerdere aangesloten ringsectoren vormen hierbij een ring. Hoewel de uiteinden van de ringsectoren, dat wil zeggen de randen tussen de twee cirkelbogen, recht en parallel aan de stralen kunnen zijn uitgevoerd, is dit niet noodzakelijk. Het is wel voordelig dat de uiteinden van twee ringsectoren complementair zijn uitgevoerd zodat zij in verbonden toestand goed aansluiten. Dit zorgt voor een goede krachtgeleiding. Bij voorkeur is de verbindingsring, ofwel de ringsectoren, plaatvormig uitgevoerd.
Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm zijn de ringsectoren eenvormig. In andere woorden; de ringsectoren hebben ieder dezelfde vorm. Dit maakt een eenvoudige vervanging van de onderdelen mogelijk, indien nodig.
Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de rotoras is iedere ringsector nabij de uiteinden voorzien van een mesverbindgat, waarbij een ringsector is verbonden aan twee messen en zich daartussen uitstrekt. Tegelijkertijd is derhalve ieder mes verbonden met twee ringsectoren. In het geval van schade of vervorming van één ringsector, wordt een mes nog altijd gehouden door een andere ringsector, hetgeen de betrouwbaarheid en de veiligheid ten goede komt.
Ten behoeve van een goede invalshoek van de messen in de grond, is het voordelig wanneer de mesverbindgaten van, ofwel voor, een enkel mes zich op verschillende radiale afstanden bevinden. Om echter de grootte van de verbindingsring in radiale richting hierbij beperkt te houden, kan een ringsector zijn voorzien van ten minste één uitsteeksel voor het accommoderen van een mesverbindgat. Het eerste mesverbindgat kan zich bijvoorbeeld uitstrekken nabij de binnenomtrek van de ringsector, terwijl het tweede mesverbindgat zijn uitstrekt nabij de buitenomtrek, waarbij ter versteviging het uitsteeksel is aangebracht. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat het mesverbindgat althans gedeeltelijk is aangebracht in het uitsteeksel.
Zoals gezegd bevinden de uiteinden van de messen, waarin ook de mesverbindgaten zijn aangebracht, zich tussen de verbindingsschijf en de verbindingsring, die volgens de vinding is opgebouwd uit meerdere ringsectoren. Nu de messen zich niet uitstrekken over de gehele omtreksrand van de schijf en de ring, zijn er ruimtes tussen de messen. Om deze ruimtes op te vullen, omvat een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van een rotoras volgens de vinding voorts ringsectorvormige vulorganen tussen de messen, waarbij een vulorgaan een zodanig vorm heeft dat deze de ruimte tussen enerzijds de verbindingsschijf en de verbindingsring, gezien in een richting dwars op het vlak van de verbindingsschijf, en anderzijds de ruimte tussen twee messen vult, gezien in een richting parallel aan het vlak van de verbindingsschijf. Een vulorgaan heeft hierbij dezelfde dikte, i.e. gezien in de richting van de aslijn van de rotoras, als de dikte van het uiteinde van het mes, zodat het verloop van het mes naar een vulorgaan glad is. De verbindingsring kan daarop dan worden aangebracht. In het vlak van de verbindingsschijf wordt de vorm bepaald door de contouren van de messen, zodat de vulorganen stevig aanliggen tegen de messen in de verbonden toestand. Beide uiteinden van een vulorgaan zijn hierbij bij voorkeur complementair gevormd aan de messen.
Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is een vulorgaan voorzien van ten minste één vulorgaanverbindgat en waarbij de verbindingsring en verbindingsschijf zijn voorzien van vulorgaanverbindgaten die samenvallen met de vulorgaanverbindgaten van de vulorganen, waarbij bouten door de samenvallende vulstukverbindgaten zijn aangebracht om de verbindingsschijf, de vulorganen en de verbindingsring te verbinden. De vulorganen zijn hierbij als aparte, dat wil zeggen los te halen, onderdelen uitgevoerd, zodat zij ook eenvoudig kunnen worden verwisseld in het geval van schade. Een stevig samenstel wordt bereikt indien in verbonden toestand de verbindingsring de vulorganen overlapt.
Bovendien is gebleken dat het gebruik van losse vulorganen die met behulp van bouten en moeren kunnen worden bevestigd, de rotoras beter bestand maken tegen de hoge piekkrachten in gebruik. Bij voorkeur is ieder vulorgaan voorzien van meerdere, bijvoorbeeld twee of drie, vulorgaanverbindgaten, zodat eventuele torsie van de vulorganen wordt tegengegaan. Bij voorkeur bevinden de vulorgaanverbindgaten zich op gelijke radiale afstanden ten opzichte van het middelpunt van de verbindingsschijf.
In deze uitvoering is de verbindingsschijf derhalve voorzien van paren mesverbindgaten nabij de omtreksrand voor het verbinden van messen, waarbij steeds tussen die paren mesverbindgaten ten minste één, bij voorkeur twee of drie, vulorgaanverbindgaten zijn aangebracht voor het tussen de messen aanbrengen van de vulorganen.
Opgemerkt moet worden dat het ook mogelijk is de vulorganen zoals hierboven beschreven toe te passen in een rotoras waarbij de verbindingsring als een enkele ring, dus zonder het gebruik van de ringsectoren, is uitgevoerd. Ook in een dergelijke uitvoering wordt het voordelen van de efficiënte uitwisseling van de vulorganen en de betere krachtgeleiding bereikt.
Het heeft echter de voorkeur wanneer ook de verbindingsring is opgebouwd uit losse ringsectoren zoals beschreven. Een ringsector is dan voorzien van een met een vulorgaanverbindgat van een vulorgaan samenvallend vulorgaanverbindgat. Zoals gezegd heeft de voorkeur wanneer een ringsector twee messen verbind, zodat een ringsector zich uitstrekt over, zodat deze gedeeltelijk overlapt met, twee messen. Tussen deze messen gezien in het vlak van de verbindingsschijf, en derhalve tussen de verbindingsschijf en deze ringsector, gezien in een richting dwars op het vlak van de verbindingsschijf, is dan het vulorgaan aangebracht. Bij voorkeur overlapt een ringsector een vulorgaan bijna volledig.
Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm vormen de vulorganen en de messen in verbonden toestand een aaneengesloten ringvormige structuur. Dit levert een stabiel samenstel op, waarbij speling tussen de messen en de verbindingsschijf, de vulorganen en de verbindingsring zoveel mogelijk wordt voorkomen. Het is hierbij voordelig wanneer de messen hierbij vormgesloten worden gehouden tussen de vulorganen, de verbindingsschijf en de verbindingsring.
Om de verbinding tussen mes en rotoras verder te verbeteren en de kans op speling te verkleinen, is het voordelig wanneer een mes is voorzien van een uitsparing die een contactoppervlak vormt met een normaal met een component in de radiale richting, waarbij een vulorgaan is voorzien van een nok die complementair aan het contactoppervlak van de uitsparing is gevormd. Bij voorkeur bevindt de uitsparing zich aan het uiterste uiteinde van het mes. Het is bovendien voordelig wanneer de nok is aangebracht aan een uiteinde van een vulorgaan voor een goede passing.
Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm hebben de vulorgaanverbindgaten een verschillende diameter dan de mesverbindgaten. Bij voorkeur zijn de diameters van de mesverbindgaten groter, daar de krachten op de deze verbindingen groter zijn. Bovendien maakt het gebruik van verschillende diameters de assemblage van de rotoras eenvoudiger, aangezien meteen duidelijk is welk gat welk doel dient.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een beluchtingsinrichting voor grond omvattende: - een gestel; aan het gestel aangebrachte bewegingsmiddelen voor het in een bewegingsrichting over een te bewerken vlak bewegen van de beluchtingsinrichting; - een aandrijving; - een werkzaam aan de aandrijving verbonden rotoras volgens de vinding voor het roteren van de rotoras.
Een beluchtingsinrichting voorzien van een rotoras zoals hierboven beschreven is efficiënt in gebruik daar bij eventuele beschadiging van onderdelen, zoals een mes of de verbindingsring, deze onderdelen bij voorkeur ter plaatse eenvoudig kunnen worden vervangen.
Een voorkeursuitvoeringsvorm van de beluchtingsinrichting omvat voorts een behuizing die ten minste de rotoras afschermt, waarbij de behuizing is voorzien van een luik dat scharnierbaar aan de behuizing is aangebracht voor het toegankelijk maken van de rotoras. Het luik is dan beweegbaar tussen een geopende toestand, waarin de rotoras met messen benaderbaar of zelfs verwijderbaar is, en een gesloten toestand waarin het luik samen met de behuizing de rotoras afschermt. Door het openen van het luik is de rotoras benaderbaar zodat indien nodig onderdelen kunnen worden vervangen. Het volledig demonteren van de behuizing of het loshalen van delen van die behuizing is dan niet nodig.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een ringsector en een ringsectorvormig vulorgaan voor gebruik in een rotoras volgens de vinding.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een rotoras voor gebruik in een beluchtingsinrichting voor grond als zodanig, waarbij de rotoras ten minste één zich dwars op de aslijn van de rotoras uitstrekkende verbindingsschijf omvat waarin op onderling gelijke afstand van elkaar paren mesverbindgaten zijn aangebracht nabij de omtreksrand en waarbij tussen de paren mesverbindgaten ten minste één vulorgaanverbindgat is aangebracht. Meer bij voorkeur heeft het vulorgaanverbindgat een andere diameter dan de mesverbindgaten. Bij voorkeur zijn er meerdere vulorgaanverbindgaten aangebracht tussen de mesverbindgaten.
De onderhavige uitvinding wordt verder geïllustreerd aan de hand van de volgende figuren, die een voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding weergeven, en zijn niet bedoeld om de reikwijdte van de uitvinding op enige manier in te perken, waarbij: - Figuur 1 een beluchtingsinrichting in perspectief toont; - Figuur 2 schematisch de rotoras volgens de vinding in perspectief toont; - Figuur 3 schematisch in zijaanzicht de relatie tussen de vulorganen en de messen toont, en; - Figuur 4 schematisch in zijaanzicht de verbindingschijf uit figuur 3 met aangebrachte ringdelen toont.
In figuur 1 is een beluchtingsinrichting 1 getoond die is voorzien van een frame 16, als meelooprol 11 uitgevoerd bewegingsmiddelen en als overbrenging 14 uitgevoerde aandrijving waarin een aftakas van een trekker kan worden aangebracht. De inrichting 1 kan met behulp van een bevestiging 15 worden verbonden aan een trekker. Aan de overbrenging 14 is een rotoras 2 verbonden, die gelagerd in de inrichting 1 is aangebracht zodat deze kan roteren. Aan de rotoras 2 is een veelheid aan messen 3 aangebracht, zoals hieronder meer in detail zal worden beschreven. De inrichting 1 is voorts voorzien van een behuizing 12, waarin een luik 13 is aangebracht. Door het openen van het luik 13 is de rotoras 2 benaderbaar, bijvoorbeeld voor het vervangen van onderdelen van de rotoras 2.
In figuur 2 is een deel van de rotoras 2 uit figuur 1 in detail weergegeven. De rotoras 22 is verbonden aan het frame. Vast verbonden aan de rotoras 22 zijn verbindingsschijven 4, die zich loodrecht uitstrekken op de aslijn A van de rotoras 22. De verbindingsschijven 4 zijn uitgevoerd als ronde platen die gelast zijn aan de rotoras 22. Per verbindingsschijf 4 zijn drie messen 3 aangebracht, waarbij de messen 3 gelijkmatig zijn verdeeld over de omtreksrand 41 van de schijven 4. De messen 3 steken voorbij die omtreksranden 41 en bevinden zich min of meer in het vlak van de verbindingsschijven 4.
Met verwijzing naar figuur 3, is een mes 3 voorzien van een scherp gedeelte of lemmet 31 en een vlak of plaatvormig uitgevoerd verbindingsuiteinde 32. In dit uiteinde 32 zijn twee verbindingsgaten 33a en 33b aangebracht, waarbij het gat 33a het dichtst bij het lemmet 31 een grotere diameter heeft dan het gat 33b nabij het uiteinde. Het uiteinde 32 van een mes 3 is bovendien voorzien van een uitsparing zodat een schuin verlopend contactoppervlak 34 wordt gevormd.
Ook de verbindingsschijven 4 zijn nabij hun omtreksrand 41 voorzien van overeenkomstige verbindgaten 43a en 43b die in verbonden toestand samenvallen met de verbindgaten 33a en 33b van de messen 3, zie figuur 2. In deze gaten zullen later bouten 73a en 73b worden gestoken waarop moeren 8 worden gedraaid.
Figuur 3 toont de verdeling van de drie messen 3 op de verbindingschijf waarbij de samenvallende gaten voor het verbinden van het mes 3 aan de schijf 4 zichtbaar zijn. Nu de messen 3 niet de volledige omtreksrand 41 van de schijf 4 vullen, worden vulstukken 5 aangebracht, die precies aansluiten op de contouren van de messen 3. De drie vulstukken 5 zijn voorzien van nokken 51 die precies aansluiten op de uitsparing in het plaatvormig uitgevoerde verbindingsuiteinde 32 van de messen 3 zodat zij aanliggen tegen het contactoppervlak 34 van die messen 3. Het andere uiteinde 52 van een vulstuk 5 is vlak uitgevoerd zodat deze kan aanliggen tegen het recht uitgevoerde oppervlak 35 van het mes 3.
Het vulstuk 5 is ringsectorvorming, waarbij de buitenomtrek 53 dezelfde vorm, dat wil zeggen straal, heeft als de omtreksrand 41 van de schijf 4, zoals zichtbaar is voor aangebracht vulstukken onderaan in figuur 3. De binnenomtrek 55 van de vulstukken 5 is min of meer parallel gevormd aan de buitenomtrek. De dikte van de vulstukken 5, dat wil zeggen de dikte in de richting van de aslijn A, ofwel loodrecht op het vlak van de verbindingsschijf 4 is gelijk aan de dikte van het plaatvormige uitgevoerde uiteinde 32 van een mes 3. In verbonden toestand van de vulstukken en de messen zoals is getoond onderin figuur 3, vormen de oppervlakken van de messen 3 en de vulstukken 5 een nagenoeg vlak oppervlak.
Ter bevestiging van de vulstukken 5 aan de rotoras 2 zijn de vulstukken voorzien van drie zich op gelijke radiale afstand aangebrachte gaten 54. Ook de schijven 4 zijn voorzien van overeenkomstige gaten 44 die in verbonden toestand samenvallen met de gaten 54 van de vulstukken zodat daar doorheen bouten 74 gestoken kunnen worden, zie weer figuur 2. De diameter van de gaten 44 en 54 is kleiner dan de diameter dan de gaten 33 en 43 voor het verbinden van de messen 3.
Over het vlakke oppervlak dat de uiteinden 32 en de vulstukken 5 vormen, worden ringdelen 6 aangebracht, zie in het bijzonder figuur 4. De ringdelen 6 sluiten nauw aan elkaar aan aan de uiteinden zodat zij een ringvormige structuur vormen voor bevestiging van de messen 3 en vulstukken 5, waarbij de messen 3 en de vulstukken 5 zich bevinden tussen de verbindingsschijf 4 en de ringdelen 6, gezien in de richting van de aslijn A.
Ook een ringdeel 6 is weer voorzien van een groter gat 63a en een kleiner gat 63b voor het verbinden van de messen 3. Een ringdeel 6 is hierbij verbonden aan twee messen 3, zodat het ene uiteinde van een ringdeel het ene gat 63a omvat, terwijl het andere uiteinde het andere gat 63b omvat. Aan het andere gat 33a van een mes 3 is dan weer een volgende ringdeel 6 verbonden.
Om te voorzien in voldoende sterkte rond het groter uitgevoerde gat 63a van het ringdeel 6, is het ringdeel nabij dat uiteinde voorzien van een uitsteeksel 62. Dit verzekert in voldoende materiaal om het gat 63. Zichtbaar is ook dat de gaten 63a en 63b zich op verschillende radiale afstanden bevinden. Tussen de gaten 63 voor het ontvangen van de bouten 73 voor verbinding van de messen 3, bevinden zich ook weer gaten 64 voor het ontvangen van de bouten 74 voor het verbinden van de vulstukken 5. De gaten 44 in de verbindingschijf, de gaten 54 in de vulstukken 5 en de gaten 64 in de ringdelen 6 vallen hierbij samen en komen qua diameter overeen. Hetzelfde geldt voor de gaten 43a, 53a en 63a en 43b, 53ben 63b. De buitenomtrek 65 van een ringdeel 6 komt weer overeen met de vorm van de omtreksrand 41 van de schijf 4 en de binnenomtrek 66 van een ringdeel 6 komt overeen met de binnenomtrek 55 van een vulstuk 5, zodat de vulstukken 5 in nagenoeg geheel worden overlapt door een ringdeel 6 in verbonden toestand, zoals ook zichtbaar is onderaan in figuur 4 waarin de verbonden toestand zichtbaar is.
Zoals gezegd worden door de samenvallende gaten bouten 73 en 74 aangebracht waarop vervolgens moeren 8 worden geschroefd. Aldus is een efficiënte verbinding van de messen 3 aan de rotoras 2 bereikt, die bovendien eenvoudig kan worden losgehaald indien een onderdeel van de rotoras beschadigd raakt.
De onderhavige uitvinding is niet beperkt tot de weergegeven uitvoeringsvormen, maar strekt zich ook uit tot andere uitvoeringsvormen, die vallen binnen de reikwijdte van de aangehechte conclusies.
Claims (16)
1. Rotoras voor gebruik in een beluchtingsinrichting voor grond, waarbij de rotoras ten minste één zich dwars op de aslijn van de rotoras uitstrekkende verbindingsschijf omvat waarop ten minste twee messen zijn aangebracht, waarbij ieder mes is voorzien van twee mesverbindgaten en tussen de verbindingsschijf en een verbindingsring is verbonden, waarbij de verbindingsschijf en de verbindingsring zijn voorzien van mesverbindgaten die samenvallen met de mesverbindgaten van de messen, waarbij bouten door de samenvallende mesverbindgaten zijn aangebracht om de verbindingsschijf, de messen en de verbindingsring te verbinden, met het kenmerk dat de rotoras voorts ringsectorvormige vulorganen tussen de messen omvat, waarbij een vulorgaan een zodanige vorm heeft dat deze de ruimte tussen enerzijds de verbindingsschijf en de verbindingsring en anderzijds de ruimte tussen twee messen vult.
2. Rotoras volgens conclusie 1, waarbij een vulorgaan is voorzien van ten minste één vulorgaanverbindgat en waarbij de verbindingsring en verbindingsschijf zijn voorzien van vulorgaanverbindgaten die samenvallen met de vulorgaanverbindgaten van de vulorganen, waarbij bouten door de samenvallende vulstukverbindgaten zijn aangebracht om de verbindingsschijf, de vulorganen en de verbindingsring te verbinden.
3. Rotoras volgens conclusie 1 of 2, waarbij de vulorganen en de messen in verbonden toestand een aaneengesloten ringvormige structuur vormen, waarbij de messen vormgesloten worden gehouden tussen de vulorganen, de verbindingsschijf en de verbindingsring.
4. Rotoras volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij een mes is voorzien van een uitsparing die een contactoppervlak vormt met een normaal met een component in de radiale richting, waarbij een vulorgaan is voorzien van een nok die complementair aan het contactoppervlak van de uitsparing is gevormd.
5. Rotoras volgens conclusie 4, waarbij de nok is aangebracht aan een uiteinde van een vulorgaan.
6. Rotoras volgens ten minste een van de conclusies 1-5, waarbij de vulorgaanverbindgaten een verschillende diameter hebben dan de mesverbindgaten.
7. Rotoras volgens ten minste een van de voorgaande conclusies, waarbij de verbindingsring is opgebouwd uit ten minste twee ringsectoren die samen de verbindingsring vormen.
8. Rotoras volgens conclusie 7, waarbij de ringsectoren eenvormig zijn.
9. Rotoras volgens conclusie 7 of 8, waarbij iedere ringsector nabij de uiteinden is voorzien van een mesverbindgat, waarbij een ringsector is verbonden aan twee messen en zich daartussen uitstrekt.
10. Rotoras volgens een van de voorgaande conclusies 7-9, waarbij de mesverbindgaten voor een enkel mes zich op verschillende radiale afstanden bevinden, waarbij een ringsector is voorzien van ten minste één uitsteeksel voor het accommoderen van een mesverbindgat.
11. Beluchtingsinrichting voor grond omvattende: - een gestel; - aan het gestel aangebrachte bewegingsmiddelen voor het in een bewegingsrichting over een te bewerken vlak bewegen van de beluchtingsinrichting; - een aandrijving; - een werkzaam aan de aandrijving verbonden rotoras volgens een van voorgaande conclusies voor het roteren van de rotoras.
12. Beluchtingsinrichting volgens conclusie 11, voorts omvattende een behuizing die ten minste de rotoras afschermt, waarbij de behuizing is voorzien van een luik dat scharnierbaar aan de behuizing is aangebracht voor het toegankelijk maken van de rotoras.
13. Ringsector voor gebruik in een rotoras volgens een van de voorgaande conclusies.
14. Ringsectorvormig vulorgaan voor gebruik in een rotoras volgens een van de voorgaande conclusies 1-10.
15. Rotoras voor gebruik in een beluchtingsinrichting voor grond, waarbij de rotoras ten minste één zich dwars op de aslijn van de rotoras uitstrekkende verbindingsschijf omvat waarin op onderling gelijke afstand van elkaar paren mesverbindgaten zijn aangebracht nabij de omtreksrand en waarbij tussen de paren mesverbindgaten ten minste één vulorgaanverbindgat is aangebracht.
16. Rotoras volgens conclusie 15, waarbij het vulorgaanverbindgat een andere diameter heeft dan de mesverbindgaten.
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2012704A NL2012704B1 (nl) | 2012-10-30 | 2014-04-28 | Rotoras voor gebruik in een beluchtingsinrichting. |
Applications Claiming Priority (4)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2009729 | 2012-10-30 | ||
NL2009729A NL2009729C2 (nl) | 2012-10-30 | 2012-10-30 | Rotoras voor gebruik in een beluchtingsinrichting. |
NL2012704 | 2014-04-28 | ||
NL2012704A NL2012704B1 (nl) | 2012-10-30 | 2014-04-28 | Rotoras voor gebruik in een beluchtingsinrichting. |
Publications (2)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL2012704A NL2012704A (nl) | 2014-05-14 |
NL2012704B1 true NL2012704B1 (nl) | 2016-05-18 |
Family
ID=47222256
Family Applications (2)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2009729A NL2009729C2 (nl) | 2012-10-30 | 2012-10-30 | Rotoras voor gebruik in een beluchtingsinrichting. |
NL2012704A NL2012704B1 (nl) | 2012-10-30 | 2014-04-28 | Rotoras voor gebruik in een beluchtingsinrichting. |
Family Applications Before (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2009729A NL2009729C2 (nl) | 2012-10-30 | 2012-10-30 | Rotoras voor gebruik in een beluchtingsinrichting. |
Country Status (7)
Country | Link |
---|---|
US (2) | US9713297B2 (nl) |
EP (2) | EP2914082B1 (nl) |
CA (2) | CA2888792C (nl) |
HU (1) | HUE032258T2 (nl) |
NL (2) | NL2009729C2 (nl) |
PL (1) | PL3036983T3 (nl) |
WO (1) | WO2014069990A2 (nl) |
Families Citing this family (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JP6811728B2 (ja) * | 2015-02-17 | 2021-01-13 | マスキオ ガスパルド エス.ピー.エー.Maschio Gaspardo S.P.A. | ロータリー式耕運機のカッターユニット |
USD836138S1 (en) * | 2017-11-29 | 2018-12-18 | Salford Group Inc. | Tillage blade |
US11818974B2 (en) * | 2020-08-13 | 2023-11-21 | Planetair Turf Products, Llc | Aeration apparatus and methods |
CN112131120B (zh) * | 2020-09-27 | 2022-09-30 | 北京智联安行科技有限公司 | 一种源代码缺陷检测方法及装置 |
USD982616S1 (en) * | 2021-07-28 | 2023-04-04 | Taizhou Kunshan Mechanical & Electrical Co., Ltd. | Power tiller blade |
Family Cites Families (48)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US903119A (en) * | 1908-04-21 | 1908-11-03 | Emerson Mfg Co | Alfalfa-disk. |
US907509A (en) * | 1908-07-16 | 1908-12-22 | Emil M Kramer | Skeleton harrow-disk. |
US1095812A (en) * | 1913-04-23 | 1914-05-05 | Oscar Bruce Carroll | Cotton-chopper. |
US2022433A (en) * | 1932-05-16 | 1935-11-26 | Ralph R Roemer | Metal cutting means and method |
US2374528A (en) * | 1943-08-26 | 1945-04-24 | Christian K Emde | Milling cutter |
US2477662A (en) * | 1944-12-21 | 1949-08-02 | Harry J Seaman | Rotary earth-working implement |
US2560359A (en) * | 1949-01-22 | 1951-07-10 | Winpower Mfg Company | Rotary hoe wheel |
US2603049A (en) * | 1950-05-02 | 1952-07-15 | Henry A Mullin | Disk ripper plow assembly |
US2802408A (en) * | 1951-10-05 | 1957-08-13 | Seaman Andwall Corp | Rotary material-working implements |
US2754744A (en) * | 1953-02-02 | 1956-07-17 | Harold F Hall | Rotary moldboard plow |
US3425467A (en) * | 1965-01-11 | 1969-02-04 | Willis Way Corp | Router tool with saw chain cutters |
NL6614376A (nl) * | 1966-10-13 | 1968-04-16 | ||
US3661213A (en) * | 1970-03-19 | 1972-05-09 | Clyde L Taylor | Agricultural apparatus for shaped beds |
US3702638A (en) * | 1971-01-18 | 1972-11-14 | Raygo Inc | Earth working rotor with improved tines |
US4180107A (en) * | 1975-06-10 | 1979-12-25 | Ram Industries, Inc. | Stump eradicator |
FR2330295A1 (fr) * | 1975-11-07 | 1977-06-03 | Huard Ucf | Dispositif de fixation de beches rotatives |
US4083315A (en) * | 1976-12-30 | 1978-04-11 | Crabbs Max L | Soil working and seed planting apparatus |
NL7702108A (nl) * | 1977-02-28 | 1978-08-30 | Lely Nv C Van Der | Grondbewerkingsmachine. |
US4326592A (en) * | 1979-02-21 | 1982-04-27 | Kennametal Inc. | Tool for earthworking machine |
CH621267A5 (nl) * | 1978-06-20 | 1981-01-30 | Bema Engineering Sa | |
IT1122031B (it) * | 1978-07-05 | 1986-04-23 | Patent Concern Nv | Macchina per la lavorazione del suolo con elementi rotativi su asse orizzontale trasversale |
US4373590A (en) * | 1980-04-25 | 1983-02-15 | The Eversman Mfg. Company | Tilling apparatus |
US4563929A (en) * | 1984-08-30 | 1986-01-14 | Weyerhaeuser Company | Field repairable circular saw |
US4720207A (en) * | 1986-08-29 | 1988-01-19 | Koehring Company | Segmented rotor |
US4776249A (en) * | 1986-10-29 | 1988-10-11 | Barclay Randel L | Resharpenable rotary shearing apparatus |
US5115845A (en) * | 1990-01-16 | 1992-05-26 | Hooser Steven M | Portable stump remover |
FR2658696B1 (fr) | 1990-02-26 | 1992-05-15 | Margerides Sa Forges | Disposition de montage des lames d'un outil rotatif du genre motobineuse. |
JPH0742243Y2 (ja) * | 1991-01-21 | 1995-10-04 | ワイエム・ゴルフ場機器株式会社 | 芝生切込装置 |
US5152469A (en) * | 1991-07-01 | 1992-10-06 | Columbus Mckinnon Corporation | Machine for shredding rubber tires and other solid waste material |
US5528891A (en) * | 1995-03-10 | 1996-06-25 | Wzietek; Zbigniew A. | Traction control device for a lawn mower |
US6095717A (en) * | 1999-04-23 | 2000-08-01 | Al-Jon | Compaction wheel having replaceable cleats |
US6368014B1 (en) * | 1999-12-30 | 2002-04-09 | Road Badger, Inc. | Ground working device |
US6343755B1 (en) * | 2000-03-31 | 2002-02-05 | Randel L. Barclay | Tire shredding machinery |
US6854525B2 (en) * | 2000-05-15 | 2005-02-15 | James Martindale | Tine system |
FR2844962B1 (fr) * | 2002-09-26 | 2005-06-17 | Sas Dairon | Dispositif de fixation de lames a des flasques solidaires en rotation d'un arbre rotatif et machine agricole equipee d'un tel dispositif |
GB2403121B (en) | 2003-06-25 | 2006-09-20 | Grimme | Blade mounting for rotary tilling machines |
CA2479044C (en) * | 2003-08-26 | 2007-06-12 | Holland Equipment Limited | Soil aeration and cultivation tine |
US7172147B2 (en) * | 2004-07-01 | 2007-02-06 | Barclay Roto-Shred Incorporated | Modular blade assembly with alignment means |
FR2896948B1 (fr) * | 2006-02-08 | 2008-04-18 | Sas Dairon Soc Par Actions Sim | Dispositif de fixation de lames a des flasques solidaires d'un arbre rotatif pour machine agricole. |
US7677324B2 (en) * | 2006-08-08 | 2010-03-16 | First Products, Inc. | Turf slicer with vertical oscillator |
CA2572443C (en) * | 2006-12-22 | 2014-11-18 | Road Badger Inc. | Ground working device for liquid treated roads |
NL1033182C2 (nl) * | 2007-01-08 | 2008-07-09 | Kraaijeveld B V Geb | Inrichting voor het frezen van sleuven in een oppervlak. |
US7810580B2 (en) * | 2007-11-07 | 2010-10-12 | Swanson Guy J | Sectored disc for opener |
AU2008202832B1 (en) * | 2008-03-31 | 2009-05-21 | Aqua Tech International Pty Ltd | An Aerating Tyne Assembly |
US8291998B1 (en) * | 2009-06-26 | 2012-10-23 | Berg Kevin J | Furrow closing wheel assembly |
CN102132643A (zh) * | 2009-12-31 | 2011-07-27 | 詹姆斯·R·马丁代尔 | 垂直尖齿耕作纵列式车架及相关二次耕作、种植、施肥机械 |
US8739843B2 (en) * | 2010-03-11 | 2014-06-03 | Partners In Innovation Limited, Llc | Multi-functional and modular tree removal and maintenance apparatus and related methods |
NL2009765C2 (nl) * | 2012-11-06 | 2014-05-08 | Redexim Handel En Expl Mij Bv | Beluchtingsinrichting. |
-
2012
- 2012-10-30 NL NL2009729A patent/NL2009729C2/nl active
-
2013
- 2013-10-25 EP EP13786546.5A patent/EP2914082B1/en active Active
- 2013-10-25 CA CA2888792A patent/CA2888792C/en active Active
- 2013-10-25 US US14/439,117 patent/US9713297B2/en active Active
- 2013-10-25 PL PL16155862.2T patent/PL3036983T3/pl unknown
- 2013-10-25 HU HUE13786546A patent/HUE032258T2/en unknown
- 2013-10-25 CA CA3166763A patent/CA3166763A1/en active Pending
- 2013-10-25 WO PCT/NL2013/050752 patent/WO2014069990A2/en active Application Filing
- 2013-10-25 EP EP16155862.2A patent/EP3036983B1/en active Active
-
2014
- 2014-04-28 NL NL2012704A patent/NL2012704B1/nl active
-
2017
- 2017-06-20 US US15/628,202 patent/US10178821B2/en active Active
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP2914082B1 (en) | 2016-09-14 |
NL2009729C2 (nl) | 2014-05-06 |
EP2914082A2 (en) | 2015-09-09 |
CA3166763A1 (en) | 2014-05-08 |
WO2014069990A2 (en) | 2014-05-08 |
PL3036983T3 (pl) | 2024-08-05 |
US20170280613A1 (en) | 2017-10-05 |
US20150271982A1 (en) | 2015-10-01 |
HUE032258T2 (en) | 2017-09-28 |
WO2014069990A3 (en) | 2014-09-12 |
CA2888792A1 (en) | 2014-05-08 |
CA2888792C (en) | 2022-09-20 |
EP3036983A1 (en) | 2016-06-29 |
US9713297B2 (en) | 2017-07-25 |
EP3036983B1 (en) | 2024-05-29 |
EP3036983C0 (en) | 2024-05-29 |
US10178821B2 (en) | 2019-01-15 |
NL2012704A (nl) | 2014-05-14 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL2012704B1 (nl) | Rotoras voor gebruik in een beluchtingsinrichting. | |
FI126879B (fi) | Seula | |
FI124597B (fi) | Työkoneella liikuteltava seulakauha | |
RU2548193C1 (ru) | Держатель ножей для барабана измельчителя и барабан измельчителя для кормоуборочного комбайна | |
US20060154583A1 (en) | Grinding wheel | |
AU2013251218A1 (en) | Cutting group for a rotary hoeing machine | |
EP3017669B1 (fr) | Roue agricole amelioree | |
JP6791505B2 (ja) | 溝切り用ブレード | |
US5480351A (en) | Threshing machine rotor | |
RU2379110C1 (ru) | Мясной куттер | |
EP0019542B1 (fr) | Concasseurs à percussion à marteaux articulés | |
US20140338790A1 (en) | Stump Cutting Apparatus | |
EP2363017B1 (fr) | Dispositif broyeur de végétaux | |
GB2058686A (en) | Variable-track wheels | |
NL2008947C2 (nl) | Inrichting en werkwijze voor het bewerken van een grasmat alsmede rotororgaan en bewerkingsorgaan voor toepassing in een dergelijke inrichting. | |
US20130037640A1 (en) | Protection block for the rotor of a material grinder | |
NZ588761A (en) | Attaching wheels of a compacting device at different orientations using block with offset aperture | |
FR2892952A1 (fr) | Machine de broyage de materiaux, comprenant un premier et un deuxieme rotors paralleles montes rotatifs sur un chassis fixe. | |
KR101984854B1 (ko) | 세그멘트 바퀴 및 세그멘트 바퀴가 조립된 대차 | |
FR3087933A1 (fr) | Ensemble collimateur et appareil de détection de rayons | |
BE1020872A5 (nl) | Verticuteerinrichting en meslichaam voor gebruik in een dergelijke inrichting. | |
NL2006694C2 (nl) | Kouterschijf, bodembewerkingsinrichting voorzien van een kouterschijf en werkwijze voor het vervaardigen van een kouterschijf. | |
NL1035847C2 (nl) | Maai-inrichting met impact-beveiliging. | |
CN117279789A (zh) | 农业灌溉车轮 | |
NZ579004A (en) | A feed roll for a harvester head and a method for manufacturing a feed roll |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
HC | Change of name(s) of proprietor(s) |
Owner name: REDEXIM B.V.; NL Free format text: DETAILS ASSIGNMENT: CHANGE OF OWNER(S), CHANGE OF OWNER(S) NAME; FORMER OWNER NAME: REDEXIM HANDEL- EN EXPLOITATIE MIJ. B.V. Effective date: 20230706 |