NL2009501C2 - Inrichting en werkwijze voor het van een aspergebed tillen van een folie-element en een verder folie-element, alsmede minitunnelsysteem voor een dergelijke inrichting en werkwijze. - Google Patents

Inrichting en werkwijze voor het van een aspergebed tillen van een folie-element en een verder folie-element, alsmede minitunnelsysteem voor een dergelijke inrichting en werkwijze. Download PDF

Info

Publication number
NL2009501C2
NL2009501C2 NL2009501A NL2009501A NL2009501C2 NL 2009501 C2 NL2009501 C2 NL 2009501C2 NL 2009501 A NL2009501 A NL 2009501A NL 2009501 A NL2009501 A NL 2009501A NL 2009501 C2 NL2009501 C2 NL 2009501C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
foil
foil element
asparagus bed
bed
asparagus
Prior art date
Application number
NL2009501A
Other languages
English (en)
Inventor
Franciscus Maria Engels
Marcus Franciscus Engels
Christiaan Michiel Engels
Original Assignee
Engels Familie Holding B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Engels Familie Holding B V filed Critical Engels Familie Holding B V
Priority to NL2009501A priority Critical patent/NL2009501C2/nl
Priority to ES13185536.3T priority patent/ES2554999T3/es
Priority to EP13185536.3A priority patent/EP2710882B1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2009501C2 publication Critical patent/NL2009501C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G13/00Protecting plants
    • A01G13/02Protective coverings for plants; Coverings for the ground; Devices for laying-out or removing coverings
    • A01G13/0256Ground coverings
    • A01G13/0287Devices for laying-out or removing ground coverings
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G22/00Cultivation of specific crops or plants not otherwise provided for
    • A01G22/10Asparagus

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Botany (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Toxicology (AREA)
  • Medicines Containing Plant Substances (AREA)
  • Protection Of Plants (AREA)
  • Feeding Of Articles By Means Other Than Belts Or Rollers (AREA)

Description

Korte aanduiding: Inrichting en werkwijze voor het van een aspergebed tillen van een folie-element en een verder folie-element, alsmede minitunnelsysteem voor een dergelijke inrichting en werkwijze.
5 Beschrijving
De uitvinding betreft een inrichting volgens de aanhef van conclusie 1. De uitvinding heeft verder betrekking op een minitunnelsysteem voor een dergelijke inrichting, volgens de aanhef van conclusie 6. Voorts heeft de uitvinding 10 betrekking op een werkwijze volgens de aanhef van conclusie 8.
Een minitunnelsysteem voor het cultiveren van asperges is algemeen bekend. Een dergelijk minitunnelsysteem omvat een op het aspergebed voorziene afdekfolie die aan één zijde wit is, en aan de andere zijde zwart is, en omvat verder een buitenste folie in de vorm van een transparante kunststoffolie. In 15 de moderne aspergeteelt wordt gebruik gemaakt van een dergelijk zwart-wit gekleurd afdekfolie om de groei van de asperges te stimuleren en/ of te sturen, alsmede voor het bepalen van oogstmomenten. Door slim in te spelen op het weer kan de groei van de asperge beïnvloed worden door de afdekfolie met de zwarte kant naar boven te leggen om te verwarmen of met de witte kant naar boven om af te koelen.
20 In de bekende minitunnel wordt verder zoals hierboven reeds vermeld een buitenste folie toegepast in de vorm van een transparante kunststoffolie. Tussen de buitenste folie en de binnenste zwart-witte folie is een ruimte met een luchtlaag aanwezig. Deze luchtlaag wordt verwarmd door het licht en/of de zonnestralen, waarbij de buitenste transparante folie de verwarmde lucht 25 vasthoudt, zelfs wanneer de buitentemperaturen relatief laag zijn. Hierdoor wordt een aanzienlijk verbeterd gebruik van zonne-energie tot stand gebracht, het zorgt voor een snellere en sterkere opwarming van de bodem en vermindert ook de afkoeling van het aspergebed, bijvoorbeeld 's nachts of bij koel weer. Dit systeem wordt gebruikt om de aspergeteelt te vervroegen.
30 Duits octrooischrift DE 10 2010 047 591 B3 openbaart het gebruik van ondersteuningsbeugels die aan beide kanten van het aspergebed geplaatst zijn, en die zich niet volledig dwars over het aspergebed uitstrekken. Op de ondersteuningsbeugels is het buitenste transparante folie plaatsbaar. Met de uit dit 2 document bekende minitunnel zijn het transparante folie en de onderliggende afdekfolie door een machine op te tillen en neer te leggen.
Een bekende inrichting voor het optillen en neerleggen van de folie, omvat een verplaatsbaar gestel met een aan de bovenzijde daarvan voorziene 5 langwerpige goot. De goot is relatief smal, en een stuk minder breed dan de breedte van de folie. Op deze wijze wordt de werkruimte bij het aspergebed zo groot mogelijk gemaakt. De folie wordt in de breedterichting samen gedrukt, bij het optillen daarvan. De inrichting omvat verder een folielegger waarmee de folie weer diens oorspronkelijke breedte, en de vorm van het aspergebed, verkrijgt.
10 Het is een nadeel van de bekende inrichting, dat het daarmee relatief moeilijk is om de beide folies op de juiste wijze neer te leggen. Met name het met de gewenste zijde (wit / zwart) boven plaatsen van de afdekfolie vormt een probleem met de bekende inrichting.
Het is derhalve een doel van de onderhavige uitvinding om een 15 verbeterde inrichting te verschaffen, waarmee het wit-zwart gekleurde afdekfolie en het transparante buitenste folie eenvoudiger en sneller neergelegd kunnen worden.
Daartoe verschaft de uitvinding een inrichting van de in de aanhef genoemde soort, die gekenmerkt is door het kenmerkend deel van conclusie 1. Volgens de uitvinding omvat de inrichting op het gestel voorziene folie-20 scheidingsmiddelen voor het nabij het folie-leg-orgaan, zoals bijvoorbeeld ter plaatse van het folie-leg-orgaan, of bij voorkeur tussen het folie-leg-orgaan en de draagmiddelen in, van elkaar scheiden van het folie-element (bij voorkeur de afdekfolie) en het verdere folie-element (bij voorkeur de transparante folie) bij het weer naar het aspergebed voeren van het folie-element en van het verdere folie-25 element.
Met de inrichting volgens de uitvinding is het mogelijk om beide folies op te tillen en vast te houden met de draagmiddelen, die bij voorkeur in de vorm van een langwerpig gootelement zijn uitgevoerd. De breedte van het gootelement is daarbij bij voorkeur kleiner dan de breedte van de folie, en/of kleiner 30 dan de breedte van het aspergebed. Na het einde van het gootelement zorgen de scheidingsmiddelen ervoor dat de twee folies van elkaar gescheiden worden, op het moment dat deze zich allebei nog op afstand van het aspergebed bevinden. Doordat de folies van elkaar gescheiden zijn, wordt het eenvoudiger voor een gebruiker om ter plaatse van het folie-leg-orgaan toegang te krijgen tot het op het aspergebed te 3 plaatsen folie. Ter plaatse van het folie-leg-orgaan kan de gebruiker het folie-element met de gewenste zijde (wit of zwart) naar boven gericht op het folie-leg-orgaan plaatsen. Het folie-leg-orgaan geleidt het folie-element vervolgens zodanig terug naar het aspergebed, dat de gewenste zijde boven ligt. Het verdere folie-5 element wordt dan over het folie-element geplaatst. Hiermee is het afdekfolie en het transparante buitenste folie sneller en eenvoudiger neer te leggen, waarmee het doel van de onderhavige uitvinding bereikt is.
De scheidingsmiddelen worden bij voorkeur gevormd door het folie-leg-orgaan en een verder folie-leg-orgaan. Het folie-leg-orgaan (ook wel: folielegger) 10 is daarbij ingericht om de afdekfolie, die volgens een aspect van de uitvinding bij voorkeur aan ten minste een langszijde daarvan verzwaard is met een aantal in de langsrichting op afstand van elkaar geplaatste massa-elementen, de vorm van het aspergebed te geven en daarna op het bed terug te leggen. Het verdere folie-leg-orgaan is daarbij zodanig vormgegeven en zodanig geplaatst dat deze het 15 transparante folie ter plaatse van het verdere folie-leg-orgaan scheidt van het afdekfolie. Op deze wijze is het met het eerste folie-leg-orgaan en het verdere folie-leg-orgaan op eenvoudige wijze mogelijk om de twee folie-elementen van elkaar te scheiden, waarbij het eerste folie-element (zwart-witte afdekfolie) eenvoudig met de juiste zijde naar boven gericht kan worden.
20 In een uitvoeringsvorm, is het tweede folie-leg-orgaan daarbij ingericht om de transparante folie een relatief ten opzichte van de afdekfolie bredere vorm te geven, en wel zodanig dat het transparante folie over een veelheid in de langsrichting van het aspergebed geplaatste houderelementen op (verticale) afstand van het aspergebed plaatsbaar is.
25 Om dit op eenvoudige wijze voor elkaar te krijgen, strekt het verdere folie-leg-orgaan zich ten opzichte van het folie-leg-orgaan verder naar boven toe, en bij voorkeur ook verder naar buiten toe, uit.
Het folie-leg-orgaan en/of het verdere folie-leg-orgaan zijn op goedkope en eenvoudige wijze uit te voeren, indien deze een geleidingsprofiel omvat 30 en/of omvatten. Daarbij heeft het geleidingsprofiel bij voorkeur telkens een zich in hoofdzaak in neerwaartse richting uitstrekkend eerste geleiderdeel, en een zich tussen de draagmiddelen en het eerste geleiderdeel geplaatst tweede geleiderdeel. Dit tweede geleiderdeel strekt zich in hoofdzaak horizontaal, en onder een hoek ten opzichte van het eerste geleiderorgaan, uit.
4
Bij voorkeur omvat het verdere folie-leg-orgaan een zich tussen de draagmiddelen en het tweede geleiderdeel uitstrekkend derde geleiderdeel dat zich vanaf het tweede geleiderdeel in neerwaartse richting uitstrekt. Dit derde geleiderdeel vormt een schuin oplopende geleiding, waarop het buitenste folie-5 element, althans in gebruik van de inrichting, voor het eerst in contact komt met het verdere folie-leg-orgaan.
Volgens een aspect van de uitvinding, verschaft deze een minitunnelsysteem voor een inrichting volgens de uitvinding, omvattende een aspergebed, een op het aspergebed geplaatst folie-element, alsmede een verder 10 folie-element dat door middel van een veelheid in de langsrichting van het aspergebed geplaatste houderelementen op afstand van het aspergebed geplaatst is. Volgens het aspect van de uitvinding is of zijn het folie-element en/of het verdere folie-element aan ten minste een langszijde daarvan voorzien van een veelheid in de langsrichting op afstand van elkaar geplaatste massa-elementen. De massa-15 elementen zorgen ervoor dat het folie-element en/of het verdere folie-element bij het in contact komen met de folieleggers (folie-leg-orgaan respectievelijk verdere folie-leg-orgaan) automatisch de juiste vorm verkrijgt/verkrijgen. De buitenzijde wordt omlaag gedrongen onder invloed van de gewichten, bijvoorbeeld in de vorm van zakvormige houders gevuld met bijvoorbeeld zand, of een ander geschikt 20 vulmateriaal. Het folie-leg-orgaan houdt het overige deel op zijn plek, zodanig dat het folie een aan het aspergebed aangepaste vorm verkrijgt.
Bij voorkeur omvat het minitunnelsysteem een inrichting volgens de onderhavige uitvinding, waarbij deze inrichting is ingericht om het folie-element op het aspergebed te plaatsen, en om het verdere folie-element over de 25 houderelementen te plaatsen.
Volgens een aspect van de uitvinding, verschaft deze een werkwijze voor het van een aspergebed tillen van een folie-element en een verder folie-element die op of nabij het aspergebed geplaatst zijn, alsmede voor het weer naar het aspergebed voeren van het folie-element en van het verder folie-element, waarbij de 30 werkwijze de stappen omvat van het verschaffen van een aspergebed, van een op het aspergebed geplaatst folie-element, en van een verder folie-element dat door middel van een veelheid in de langsrichting van het aspergebed geplaatste houderelementen op afstand van het aspergebed geplaatst is. Volgens de uitvinding omvat de werkwijze de stap van het verschaffen van een inrichting volgens de 5 uitvinding, en het met behulp van de folie-scheidingsmiddelen van die inrichting ter plaatse van het folie-leg-orgaan weer van elkaar scheiden van het folie-element en het verdere folie-element bij het weer naar het aspergebed voeren van het folie-element.
5 In een uitvoering van de werkwijze omvat deze de stap van het ter plaatse van de scheidingsmiddelen, bij voorkeur ter plaatse van het folie-leg-orgaan omdraaien van het folie-element, bij voorkeur van het zwart-witte afdekfolie.
Bij voorkeur wordt de werkwijze uitgevoerd met een minitunnelsysteem volgens de uitvinding als hierboven omschreven.
10
De uitvinding zal navolgend nader worden toegelicht aan de hand van de omschrijving van een de voorkeur hebbende uitvoeringsvorm van een volgens de uitvinding, onder verwijzing naar de navolgende figuren. Hierin tonen:
Fig. 1a en 1b - een zijaanzicht en bovenaanzicht van de inrichting 15 volgens de onderhavige uitvinding;
Fig. 2 - een achteraanzicht van de in Fig. 1a en 1b getoonde inrichting;
Fig. 3a en 2b - details van de folie-leg-organen van de in Fig. 1 inrichting.
20
In de navolgende figuren en de bijbehorende beschrijving zijn gelijke onderdelen telkens voorzien van hetzelfde verwijzingscijfer.
Fig. 1a en Fig. 1b tonen een inrichting 1 voor het optillen en neerleggen van folie-elementen 11, 12, voor het aldus ter plaatse van een 25 aspergebed 2 verschaffen van een werkruimte A. Het aspergebed 2 omvat in een langsrichting daarvan geplaatste houderelementen 3, die zodanig geplaatst zijn dat ze zich slechts gedeeltelijk over de breedte van het aspergebed 2 uitstrekken. De houderelementen 3 omvatten in de getoonde uitvoeringsvorm een U-vormig profiel. Andere uitvoeringen zijn uiteraard denkbaar, zolang de houderelementen zodanig 30 zijn ingericht dat de inrichting 1 langs het aspergebed verplaatsbaar is. Voor mogelijke uitvoeringsvormen van dergelijke houderelementen 3 wordt verwezen naar DE 10 2010 047 591 B3, welke octrooipublicatie hierbij onder verwijzing volledig is opgenomen.
6
De inrichting 1 omvat een gestel 21 met aan een onderzijde daarvan voorwielen 23 en achterwielen 24, die zodanig voorzien zijn dat de inrichting 1 verplaatsbaar is in de langsrichting van het aspergebed 2. De achterwielen 24 zijn daarbij bij voorkeur zwenkbaar uitgevoerd, zodanig dat manoeuvreren van de 5 inrichting 1 eenvoudiger is. In een werkzame toestand van de inrichting 1, wordt deze verplaatst in de richting van pijl P1. De inrichting kan handmatig voortbewogen worden, of met behulp van niet nader getoonde, met de wielen 23, 24 verbonden aandrijfmiddelen, bijvoorbeeld in de vorm van een elektromotor met oplaadbare accu. Een dergelijke aandrijving is voor de vakman bekend, bijvoorbeeld uit EP 1 10 062 863 A1. Het gestel 21 is verder voorzien van nabij de voorwielen 23 geplaatste geleiderwielen 25, die zich in hoofdzaak in een horizontale richting uitstrekken. Zoals Fig. 2 goed laat zien, zijn de geleiderwielen 25 zodanig voorzien, dat deze in hoofdzaak in lijn met de normaalvector van de zijkant van het aspergebed 2 geplaatst zijn.
15 Weer verwijzend naar Fig. 1a en 1b, is te zien dat de inrichting 1 is ingericht voor het daarmee optillen en neerleggen van folie-elementen 11, 12. De inrichting 1 is daartoe voorzien van met het gestel 21 verbonden draagmiddelen 22 in de vorm van een gootelement 22. De draagmiddelen strekken zich in een langsrichting van de inrichting 1 uit, vanaf de voorwielen 23 in de richting van de 20 achterwielen 24. De draagmiddelen 22 zijn op verticale afstand van de bovenzijde van het aspergebed 2 geplaatst, zodanig dat een voldoende grote werkruimte A verschaft wordt. Aan de voorzijde van de inrichting 1 is een opneemrol 26 voorzien, via welke de folie-elementen 11, 12 op de draagmiddelen 22 getild worden. De opneemrol 26 is daarbij zodanig ingericht dat bij het verplaatsen van de inrichting 1, 25 de opneemrol 26 roteert, zodat de folie naar de draagmiddelen 22 getransporteerd wordt. Daarbij worden de langszijden van de folie in de breedterichting naar elkaar toe gebracht, zodat de folie in het relatief nauwe gootelement 22 voerbaar is. De opneemrol 26 is aan weerszijden daartoe voorzien van een taps toelopend gedeelte, dat ervoor zorgt dat de langszijden naar elkaar toe gebracht worden, en vervolgens 30 op de draagmiddelen 22 geplaatst worden. Aan de achterzijde van de inrichting 1 zijn een eerste folie-leg-orgaan 27 (niet zichtbaar in Fig. 1) en een tweede folie-leg-orgaan 28 met het gestel 21 verbonden. Het eerste folie-leg-orgaan 27 is daarbij ingericht voor het vormen en neerleggen van het eerste folie-element 12 (zwart-witte afdekfolie) in een vorm die is aangepast aan het aspergebed. Het tweede folie-leg- 7 orgaan 28 is ingericht voor het vormen en neerleggen van het tweede folie-element 12 (transparante folie) over de houderelementen 3. De folie-leg-organen vormen scheidingsmiddelen 27, 28 voor het van elkaar scheiden van de twee folie-elementen ter plaatse van het folie-leg-orgaan.
5 Fig. 2 laat daarbij in groter detail zien hoe de afdekfolie 12 en de doorzichtige folie 11 vanuit het relatief smalle gootelement 22 breder gevormd worden, door toepassing van het folie-leg-orgaan 27 (niet zichtbaar) en het verdere folie-leg-orgaan 28. De folies 11, 12 zijn daarbij bij voorkeur voorzien van een veelheid niet nader getoonde massa-elementen, die aan ten minste een langszijde 10 van de folie voorzien zijn, en die er voor zorgen dat de folie strak over het folie-leg-orgaan 27, 28 getrokken wordt, zodat de folie de gewenste vorm krijgt. De massa-elementen zorgen er tevens voor dat de folie na plaatsing op diens positie blijft liggen, zonder dat deze bijvoorbeeld weg kan waaien.
Fig. 3a en 3b tonen details van de folie-leg-organen 27, 28. Fig. 3a 15 toont daarbij een zijaanzicht, analoog aan de situatie zoals getoond in Fig. 1a. Fig. 3b toont een achteraanzicht, overeenkomstig het aanzicht volgens Fig. 2.
Fig. 3a laat het verdere folie-leg-orgaan 28 in groter detail zien. Het verdere folie-leg-orgaan 28 omvat een met het gestel 21 verbonden profiel, met een eerste geleiderdeel 41 dat zich van voor naar achter gezien in neerwaartse richting 20 uitstrekt, en in de getoonde uitvoeringsvorm in hoofdzaak verticaal uitstrekt. Daarop aansluitend is een tweede geleiderdeel 42 voorzien, dat zich onder een hoek ten opzichte van het eerste geleiderdeel 41 uitstrekt, en in de getoonde uitvoeringsvorm in hoofdzaak horizontaal uitstrekt. Dit tweede geleiderdeel 42 strekt zich bij voorkeur parallel aan het door de draagmiddelen 22 gevormde vlak uit, en is bij voorkeur ook 25 in lijn daarmee geplaatst. Verder omvat het verdere folie-leg-orgaan 28 een zich vanaf het tweede geleiderdeel 42 naar voren toe, in de richting van de draagmiddelen, uitstrekkend derde geleiderdeel 43, dat zich althans initieel naar beneden toe uitstrekt. Dit deel 43 vormt een geleider, voor het deels opvangen van de zijkanten van de doorzichtige folie 11. Aan het einde van het derde geleiderdeel 30 43, gaat deze over in een zich in hoofdzaak horizontaal uitstrekkend einddeel 44.
Fig. 3b laat daarbij zien dat het folie-leg-orgaan 28 in feite uit twee afzonderlijke profielen 28a, 28b bestaat, die beide verbonden zijn met het gestel 21. Het is daarbij te zien dat de twee afzonderlijke profielen 28a, 28b vanaf een buitenzijde van de inrichting naar elkaar toelopen. Dit komt doordat het tweede 8 geleiderdeel 42, het derde geleiderdeel 43 en het einddeel 44 van elk profiel 28a, 28b zich in hoofdzaak in een richting naar elkaar toe, in de richting van de longitudinale as van de inrichting 1 uitstrekken.
Met de aldus vormgegeven geleider 28 wordt het in de goot 22 bij 5 elkaar gevouwen transparante folie 11, langzaam uitgevouwen tot de breedte van het aspergebed, en daarna iets opgetild, zodat dit folie 11 los komt van het ondergelegen folie 12.
Fig. 3b toont in groter detail het eerste folie-leg-orgaan 27, dat twee met het gestel 21 verbonden profielen 27a, 27b omvat, elk met een staander 51 10 (eerste geleiderdeel 51) die zich naar boven toe, in hoofdzaak verticaal uitstrekt. Aan de bovenzijde gaat elke staander 51 verder in een zich onder een hoek ten opzichte van die staander 51 uitstrekkend tweede geleiderdeel 52. De geleiderdelen 52 van de twee profielen 27a, 27b strekken zich vervolgens, van achteren naar voren, naar elkaar uit, en komen samen in een met de draagmiddelen 22 verbonden draagstang 15 53, die onderdeel vormt van het gestel 21.
Zoals duidelijk te zien is in Fig. 3b, is het tweede geleiderprofiel 28a, 28b verder naar buiten toe geplaatst dan het eerste geleiderprofiel 27a, 27b. Het eerste geleiderdeel 41 en het tweede geleiderdeel 42 bevinden zich aan de buitenzijde van de staander 51. Verder is het tweede geleiderprofiel 28a, 28b ook 20 hoger geplaatst dan het eerste geleiderprofiel, doordat het tweede geleiderdeel 42 van het tweede geleiderprofiel 28 ten opzichte van het tweede geleiderdeel 52 van het eerste geleiderprofiel 27a, 27b hoger geplaatst is. Deze configuratie zorgt ervoor dat de twee folies 11, 12 de juiste vorm krijgen, en ter plaatse van de folie-leg-organen van elkaar gescheiden worden. Daarbij is het relatief eenvoudig om de 25 afdekfolie 12 met de gewenste zijde boven te leggen, waarna bij het in de langsrichting van het aspergebed rijden van de inrichting, de plaatsing van die afdekfolie 12 op automatische wijze plaats vindt.
Het moge duidelijk zijn voor de vakman dat de uitvinding hierboven omschreven is aan de hand van enkele mogelijke uitvoeringsvormen, welke de 30 voorkeur genieten. De uitvinding is echter niet beperkt tot deze uitvoeringsvormen. Binnen het kader van de uitvinding zijn vele equivalente modificaties denkbaar. De gevraagde bescherming wordt bepaald door de aangehechte conclusies.

Claims (10)

1. Inrichting (1) voor het van een aspergebed (2) tillen van een folie-element (12) en een verder folie-element (11) die op of nabij het aspergebed (2) 5 geplaatst zijn, alsmede voor het weer naar het aspergebed (2) voeren van het folie-element (12) en van het verder folie-element (12), de inrichting (1) omvattende een in de langsrichting van het aspergebed (2) verplaatsbaar gestel (21), alsmede met het gestel (21) verbonden draagmiddelen (22) voor het op afstand van het aspergebed (2) houden van het folie-element (12) en van het verdere folie-element 10 (11), waarbij de inrichting een folie-leg-orgaan (27) omvat voor het in hoofdzaak de vorm van de contour van het aspergebed (2) geven van het folie-element (12) bij het naar het aspergebed voeren daarvan, met het kenmerk, dat de inrichting (1) voorzien is van folie-scheidingsmiddelen (27, 28) voor het nabij het folie-leg-orgaan (27) van elkaar scheiden van het folie-element (12) en het verdere folie-element (11) 15 bij het weer naar het aspergebed (2) voeren van het folie-element (12) en het verdere folie-element (11).
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de folie-scheidingsmiddelen (27, 28) een op afstand van het folie-leg-orgaan (27) geplaatst verder folie-leg-orgaan (28) omvatten voor het relatief ten opzichte van het folie- 20 element (12) een bredere vorm geven van het verdere folie-element (11).
3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het verdere folie-leg-orgaan (28) ten opzichte van het folie-leg-orgaan (27) zich verder naar boven toe, en verder naar buiten toe, uitstrekt.
4. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het 25 kenmerk, dat de het folie-leg-orgaan (27) en/of het verdere folie-leg-orgaan (28) een geleidingsprofiel (27a, 27b, 28a, 28b) omvat/omvatten, met een zich in hoofdzaak in neerwaartse richting uitstrekkend eerste geleiderdeel (41, 51), en met een tussen de draagmiddelen (22) en het eerste geleiderdeel (41, 51) geplaatst tweede geleiderdeel (42, 52) dat zich in hoofdzaak horizontaal, onder een hoek ten opzichte 30 van het eerste geleiderdeel (41, 51), uitstrekt.
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het verdere folie-leg-orgaan (28) een zich tussen de draagmiddelen (22) en het tweede geleiderdeel (52) uitstrekkend derde geleiderdeel (53) omvat dat zich vanaf het tweede geleiderdeel (52) in neerwaartse richting uitstrekt.
6. Minitunnelsysteem (10) voor een aspergebed (2), met een op het aspergebed (2) geplaatst folie-element (11), alsmede met een verder folie-element (12) dat door middel van een veelheid in de langsrichting van het aspergebed geplaatste houderelementen (3) op afstand van het aspergebed geplaatst is, waarbij 5 een inrichting (1) volgens een van de voorgaande conclusies in de langsrichting van het aspergebed verplaatsbaar is, met het kenmerk, dat het folie-element (12) en/of het verdere folie-element (11) aan een langszijde daarvan voorzien is/zijn van een veelheid in de langsrichting op afstand van elkaar geplaatste massa-elementen.
7. Minitunnelsysteem volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het 10 minitunnelsysteem (10) een inrichting (1) volgens een of meer van de conclusies 1 tot en met 5 omvat, waarbij de inrichting (1) is ingericht om het folie-element (12) op het aspergebed (2) te plaatsen, en om het verdere folie-element (11) over de houderelementen (3) te plaatsen.
8. Werkwijze voor het van een aspergebed (2) tillen van een folie-15 element (12) en een verder folie-element (11) die op of nabij het aspergebed (2) geplaatst zijn, alsmede voor het weer naar het aspergebed (2) voeren van het folie-element (12) en van het verder folie-element (11), de werkwijze omvattende de stappen van het verschaffen van een aspergebed (2), van een op het aspergebed (2) geplaatst folie-element (12), van een verder folie-element (11) dat door middel van 20 een veelheid in de langsrichting van het aspergebed geplaatste houderelementen (3) op afstand van het aspergebed (2) geplaatst is, met het kenmerk, dat de werkwijze de stap omvat van het verschaffen van een inrichting (1) volgens een van de conclusies 1 tot en met 5 en het met behulp van de folie-scheidingsmiddelen (27, 28) van die inrichting (1) ter plaatse van het folie-leg-orgaan (27) weer van elkaar 25 scheiden van het folie-element (12) en het verdere folie-element (11) bij het naar het aspergebed (2) voeren van het folie-element (12).
9. Werkwijze volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de werkwijze de stap omvat van het ter plaatse van de scheidingsmiddelen (27, 28) omdraaien van het folie-element (12).
10. Werkwijze volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat de werkwijze wordt uitgevoerd met een minitunnelsysteem (10) volgens conclusie 6 of 7.
NL2009501A 2012-09-21 2012-09-21 Inrichting en werkwijze voor het van een aspergebed tillen van een folie-element en een verder folie-element, alsmede minitunnelsysteem voor een dergelijke inrichting en werkwijze. NL2009501C2 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2009501A NL2009501C2 (nl) 2012-09-21 2012-09-21 Inrichting en werkwijze voor het van een aspergebed tillen van een folie-element en een verder folie-element, alsmede minitunnelsysteem voor een dergelijke inrichting en werkwijze.
ES13185536.3T ES2554999T3 (es) 2012-09-21 2013-09-23 Dispositivo y procedimiento para levantar un elemento de lámina y un elemento de lámina adicional de un lecho de espárragos, así como un sistema de minitúnel para tal dispositivo y tal procedimiento
EP13185536.3A EP2710882B1 (en) 2012-09-21 2013-09-23 Device and method for lifting a foil element and a further foil element from an asparagus bed, as a well as a mini-tunnel system for such a device and method

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2009501 2012-09-21
NL2009501A NL2009501C2 (nl) 2012-09-21 2012-09-21 Inrichting en werkwijze voor het van een aspergebed tillen van een folie-element en een verder folie-element, alsmede minitunnelsysteem voor een dergelijke inrichting en werkwijze.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2009501C2 true NL2009501C2 (nl) 2014-03-24

Family

ID=47278954

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2009501A NL2009501C2 (nl) 2012-09-21 2012-09-21 Inrichting en werkwijze voor het van een aspergebed tillen van een folie-element en een verder folie-element, alsmede minitunnelsysteem voor een dergelijke inrichting en werkwijze.

Country Status (3)

Country Link
EP (1) EP2710882B1 (nl)
ES (1) ES2554999T3 (nl)
NL (1) NL2009501C2 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2865260A1 (en) 2013-10-17 2015-04-29 Engels Familie Holding B.V. Mini-tunnel for an asparagus bed

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE102014009674A1 (de) * 2014-06-30 2015-12-31 Andreas Leschik Vollautomatische selektive Spargelerntemaschine
NL2013671B1 (nl) 2014-10-23 2016-10-06 Engels Familie Holding B V Inrichting en werkwijze voor het in de grond plaatsen van een houderelement voor een minitunnelsysteem voor een aspergebed.
DE102015220480A1 (de) * 2015-10-21 2017-04-27 Robert Bosch Gmbh Fahrzeug
NL2017791B1 (nl) * 2016-11-15 2018-06-01 Engels Familie Holding B V Minitunnelsysteem voor in een lengterichting op afstand van elkaar uitstrekkende aspergebedden, inrichting en werkwijze voor het van een aspergebed tillen van een folie-element, een verder folie-element en een afdekfolie-element.
NL2025342B1 (en) 2020-04-14 2021-10-26 Avl Motion Cover foil pick-up and release system

Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3701241A (en) * 1971-08-30 1972-10-31 John S Zuckerman Method of producing and harvesting white asparagus spears
DE4424123A1 (de) * 1994-07-08 1996-01-18 Arnold Dernberger Verfahren zum Anbau von Pflanzen
DE19532766A1 (de) * 1995-09-05 1997-03-06 Bernhard Boeckenhoff Arbeitswagen zum vorübergehenden Anheben der Abdeckfolie eines Spargeldamms
EP0898873A1 (de) * 1997-08-22 1999-03-03 Alfred Höhnen Verfahren und Vorrichtung zum kurzzeitigen Entfernen einer länglichen Folie für Erntezwecke in der Landwirtschaft
EP0922382A1 (de) * 1997-12-12 1999-06-16 Gottfried Kügel Spargelernte- und Dammpflegemaschine
NL1010659C2 (nl) * 1998-11-26 2000-06-07 Jan Antoon Van Roy Inrichting voor het verplaatsen van zeil, in het bijzonder landbouwzeil, over een voorwerp, in het bijzonder een aspergebed.
DE102008029797A1 (de) * 2008-06-24 2009-12-31 Bärtschi-FOBRO AG Tunnelbogen-Steckmaschine

Family Cites Families (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1012442C2 (nl) 1999-06-25 2000-12-28 Franciscus Maria Engels Inrichting en werkwijze geschikt voor het bewerken van ten minste een met een folie afgedekt aspergebed.
DE102010047591B3 (de) 2010-10-07 2011-11-24 Bernhard Böckenhoff Minitunnelsystem für einen Spargeldamm

Patent Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3701241A (en) * 1971-08-30 1972-10-31 John S Zuckerman Method of producing and harvesting white asparagus spears
DE4424123A1 (de) * 1994-07-08 1996-01-18 Arnold Dernberger Verfahren zum Anbau von Pflanzen
DE19532766A1 (de) * 1995-09-05 1997-03-06 Bernhard Boeckenhoff Arbeitswagen zum vorübergehenden Anheben der Abdeckfolie eines Spargeldamms
EP0898873A1 (de) * 1997-08-22 1999-03-03 Alfred Höhnen Verfahren und Vorrichtung zum kurzzeitigen Entfernen einer länglichen Folie für Erntezwecke in der Landwirtschaft
EP0922382A1 (de) * 1997-12-12 1999-06-16 Gottfried Kügel Spargelernte- und Dammpflegemaschine
NL1010659C2 (nl) * 1998-11-26 2000-06-07 Jan Antoon Van Roy Inrichting voor het verplaatsen van zeil, in het bijzonder landbouwzeil, over een voorwerp, in het bijzonder een aspergebed.
DE102008029797A1 (de) * 2008-06-24 2009-12-31 Bärtschi-FOBRO AG Tunnelbogen-Steckmaschine

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2865260A1 (en) 2013-10-17 2015-04-29 Engels Familie Holding B.V. Mini-tunnel for an asparagus bed

Also Published As

Publication number Publication date
ES2554999T3 (es) 2015-12-28
EP2710882A1 (en) 2014-03-26
EP2710882B1 (en) 2015-09-09

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL2009501C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het van een aspergebed tillen van een folie-element en een verder folie-element, alsmede minitunnelsysteem voor een dergelijke inrichting en werkwijze.
FR2575994A1 (fr) Procede et appareil pour soumettre a une contraction sous l'effet de la chaleur une etiquette enroulee autour d'un recipient
EP3092344A1 (fr) Accessoire pour la pose et la recuperation de cônes de signalisation
EP1951577B1 (fr) Procede et machine de preparation et de depose d'un manchon d'emballage a film etirable sur une charge palettisee
CA1296851C (fr) Procede et dispositif pour le thermoformage de pieces en matiere synthetique
CN107667670A (zh) 一种篱壁式鲜食葡萄的无损智能分级收获机及其控制方法
GB2238941A (en) Rolling-up sods
FR2880772A1 (fr) Installation de protection pour culture palissee, en rang
EP1554918B1 (fr) Machine de recolte de produits genre poireaux notamment
FR2905051A1 (fr) Materiel de recolte des fruits portes par des arbres.
NL2017791B1 (nl) Minitunnelsysteem voor in een lengterichting op afstand van elkaar uitstrekkende aspergebedden, inrichting en werkwijze voor het van een aspergebed tillen van een folie-element, een verder folie-element en een afdekfolie-element.
EP0595738B1 (fr) Machine et procédé pour appliquer des cachets sanitaires sur un animal
NL2010090C2 (nl) Werkwijze voor het in een warenhuis aanbrengen van een flexibele luchtslang.
CN109860373B (zh) 一种便于使用的led封装运转设备
EP2431279A1 (en) Machine for applying a packaging hood on an object
WO2005079558A1 (fr) Machine et procédé de pose de tuteurs sur des pots
NL1043362B1 (nl) Werkwijze voor het vanaf een lopende band overplaatsen van boeketten en bossen bloemen en dergelijke in een container, zoals een fust of emmer, en inrichting geschikt voor toepassing van de werkwijze.
FR2618637A1 (fr) Procede, support et dispositif pour transporter simultanement un grand nombre de pots sur une surface de stockage horticole
FR2687368A1 (fr) Dispositif distributeur de barquettes.
NL2019970B1 (nl) Afdek-inrichting alsmede een werkwijze voor het afdekken van voer
FR2502583A1 (fr) Machine a rabattre et coller les pattes de boites
FR2693709A1 (fr) Empileur de caisses.
FR2604654A1 (fr) Machine pour la fabrication d'emballage de produits sous feuilles retractables
KR20180094759A (ko) 반사필름 자동 설치 회수기
CN218789150U (zh) 一种芹菜收获机

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20161001