NL2005848C2 - Module voor het individuele transport van groenten en fruit. - Google Patents

Module voor het individuele transport van groenten en fruit. Download PDF

Info

Publication number
NL2005848C2
NL2005848C2 NL2005848A NL2005848A NL2005848C2 NL 2005848 C2 NL2005848 C2 NL 2005848C2 NL 2005848 A NL2005848 A NL 2005848A NL 2005848 A NL2005848 A NL 2005848A NL 2005848 C2 NL2005848 C2 NL 2005848C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
module
fruit
support structure
rotation
transport
Prior art date
Application number
NL2005848A
Other languages
English (en)
Other versions
NL2005848A (nl
Inventor
Jean Fachaux
Original Assignee
Jean Fachaux
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Jean Fachaux filed Critical Jean Fachaux
Publication of NL2005848A publication Critical patent/NL2005848A/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2005848C2 publication Critical patent/NL2005848C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G47/00Article or material-handling devices associated with conveyors; Methods employing such devices
    • B65G47/74Feeding, transfer, or discharging devices of particular kinds or types
    • B65G47/94Devices for flexing or tilting travelling structures; Throw-off carriages
    • B65G47/96Devices for tilting links or platform
    • B65G47/962Devices for tilting links or platform tilting about an axis substantially parallel to the conveying direction
    • B65G47/965Devices for tilting links or platform tilting about an axis substantially parallel to the conveying direction tilting about a sided-axis, i.e. the axis is not located near the center-line of the load-carrier
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B07SEPARATING SOLIDS FROM SOLIDS; SORTING
    • B07CPOSTAL SORTING; SORTING INDIVIDUAL ARTICLES, OR BULK MATERIAL FIT TO BE SORTED PIECE-MEAL, e.g. BY PICKING
    • B07C5/00Sorting according to a characteristic or feature of the articles or material being sorted, e.g. by control effected by devices which detect or measure such characteristic or feature; Sorting by manually actuated devices, e.g. switches
    • B07C5/36Sorting apparatus characterised by the means used for distribution
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G2201/00Indexing codes relating to handling devices, e.g. conveyors, characterised by the type of product or load being conveyed or handled
    • B65G2201/02Articles
    • B65G2201/0202Agricultural and processed food products
    • B65G2201/0211Fruits and vegetables

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Sorting Of Articles (AREA)
  • Discharge Of Articles From Conveyors (AREA)

Description

Module voor het individuele transport van groenten en fruit
De onderhavige uitvinding betreft een module voor het individuele transport van groenten en fruit, en een transportin-5 stallatie die tenminste één van deze modules bevat.
Een transportinstallatie voor groenten en fruit in de stand van de techniek omvat een ketting zonder eind waarop met regelmatige tussenruimten paren afgeknotte kegels zijn bevestigd. De ketting zonder eind verplaatst zich in een algemene 10 verplaatsingsrichting tussen een afzetzone en een verdeelzone.
De afgeknotte kegels van een paar zijn enerzijds zo opgesteld dat de kleine basissen van elk van hen zich tegenover elkaar bevinden en anderzijds coaxiaal ten opzichte van elkaar.
Bovendien is de as van de afgeknotte kegels loodrecht 15 op de algemene richting van de verplaatsing.
Zo ontstaat tussen twee opeenvolgende afgeknotte ke-gelparen een individuele ruimte voor een stuk groente of fruit.
In de afzetzone worden de groenten en het fruit gescheiden en in een individuele ruimte afgezet. De verdeelzone 20 vertoont verschillende opvangzones en elk stuk fruit wordt op basis van één of een aantal kenmerken in een van de genoemde opvangzones uitgeworpen.
Een dergelijke transportinstallatie geeft geen volledige voldoening omdat het soms noodzakelijk is om de afstand 25 tussen twee opeenvolgende afgeknotte kegelparen op grond van de getransporteerde groenten of fruit te veranderen. Die verandering is vanwege de complexe aard van de transportinstallatie moeilijk uit te voeren.
Bovendien verloopt de uitwerping van groenten en 30 fruit, die meestal zijdelings ten opzichte van de algemene verplaatsingsrichting gebeurt, moeilijk vanwege het feit dat het noodzakelijk is om het stijgende hellende vlak te overbruggen dat door de twee opeenvolgende afgeknotte kegels wordt gecre-eerd.
35 Een onderwerp van deze uitvinding is het voorstellen van een module voor het individuele transport van groenten en fruit dat niet de nadelen van de vorige techniek heeft en die meer bepaald gemakkelijk te gebruiken is en een grote flexibiliteit toelaat betreffende het type groente of fruit dat getrans- 2 porteerd kan worden.
Daartoe wordt een module voor het individuele transport van groenten en fruit voorgesteld die vastgemaakt wordt op een ketting die zich in een algemene richting verplaatst. De mo-5 dule omvat; - een basis die op de genoemde ketting moet worden vastgemaakt, - tenminste één kiepbare draagconstructie die mobiel draaiend gemonteerd is op de basis rond een rotatieas die gro- 10 tendeels horizontaal is, en parallel met de algemene richting van de verplaatsing, waarbij de genoemde kiepbare draagconstructie tussen een transportpositie van de groente of het fruit en een uitwerppositie van de groente of het fruit beweegt, voor de, of elke kiepbare draagconstructie 15 - twee draaiende onderdelen die mobiel draaiend gemon teerd zijn rond hun rotatieassen die parallel zijn met de algemene richting van de verplaatsing en daartussen een ruimte voor het fruit hebben, en - waarbij tenminste een van de twee draaiende onderde-20 len gemonteerd is op de kiepbare draagconstructie, waarbij de module als kenmerk heeft, dat de basis een eerste onderdeel bevat dat samengekoppeld wordt met de ketting en een tweede onderdeel dat vrij draaiend op het genoemde eerste onderdeel is gemonteerd en dat de genoemde kiepbare draagcon-25 structie vrij draaiend gemonteerd is op het genoemde eerste onderdeel en dat de genoemde kiepbare draagconstructie vrij draaiend gemonteerd is op het genoemde tweede onderdeel, Het voordeel is dat de kiepbare draagconstructie voor elk draaiend onderdeel van de omwenteling een slee vormende middelen heeft 30 waarin het bijhorende draaiende onderdeel wordt geplaatst.
Het voordeel is dat de genoemde slede vormende middelen zo geschikt zijn dat de genoemde draaiende onderdelen in een V-vorm worden verplaatst.
Het voordeel is dat de slede vormende mid-35 delen kottergaten zijn die in de kiepbare draagconstructie worden gemaakt en zo gericht worden dat hun langste assen een V vormen.
Het voordeel is dat elk draaiend onderdeel de vorm van een afgeknot kegelpaar aanneemt.
3
Het voordeel is dat de afgeknotte kegels van het genoemde paar coaxiaal ten opzichte van elkaar opgesteld zijn en dat de kleine basissen van elke afgeknotte kegel van het genoemde paar tegenover elkaar zijn opgesteld.
5 Het voordeel is dat elk afgeknot kegelpaar uit een centraal, uit een stuk bestaand onderdeel en twee buitenste onderdelen bestaat, waarbij het centrale onderdeel de vorm aanneemt van twee kegels waarvan de kleine basissen tegenover elkaar zijn, en waarbij elk buitenste onderdeel de vorm aanneemt 10 van een wiel met een afgeknot kegelprofiel.
Het voordeel is dat elk buitenste onderdeel en het centrale onderdeel middelen voor samenkoppeling hebben die bestemd zijn om de draaiende buitenste onderdelen te verbinden en ze op het centrale onderdeel aan te sluiten.
15 Het voordeel is dat de genoemde kiepbare draagcon structie een secundair element bevat, een lage rand aan het vrije uiteinde van de kiepbare draagconstructie, en een hoge rand die grotendeels loodrecht op de rotatieas staat.
Het voordeel is dat de twee randen een V-configuratie 20 vertonen.
De uitvinding stelt eveneens een transportinstallatie voor die het volgende bevat: - een ketting zonder eind die tussen een afzetzone en een aantal opvangzones circuleert, 25 - tenminste een transportmodule volgens een van de vo rige varianten die op de genoemde ketting zond eind is gemonteerd, - opname-instrumenten voor het registreren van de kenmerken van de groente/het fruit dat op de, of op elke transport- 30 module wordt geplaatst, - tenminste een aandrijfinrichting die bedoeld is om de twee draaiende onderdelen van de, of van elke transportmodule rond hun rotatieassen te doen wentelen, - een analyse-instrument bedoeld om de kenmerken te 35 analyseren die de opname-instrumenten hebben geregistreerd, - kantelinstrumenten die bestuurd worden door het analyse-instrument en bedoeld zijn om de kiepbare draagconstructie te laten overgaan van de transportpositie van de groente/het 4 fruit naar de uitwerppositie van de groente/het fruit in de op-vangzone die overeenstemt met de analyseresultaten.
Het voordeel is dat de aandrijfinrichting tenminste één cilindervormige rol heeft die rond de as wentelt die paral-5 lel loopt met de algemene richting van de verplaatsing.
Het voordeel is dat het uiteinde van de rol waar de draaiende onderdelen aankomen, breder wordt naarmate'hij in de richting van de verplaatsing van de transportmodules voortgaat.
De hierboven vermelde kenmerken van de uitvinding, en 10 andere, zullen duidelijker worden bij het lezen van de volgende beschrijving van een voorbeeld van uitvoering waarbij de genoemde beschrijving op basis van de bij gevoegde tekeningen gemaakt is, waaronder:
Fig. 1 een transportinstallatie van groenten en fruit 15 volgens de uitvinding voorstelt,
Fig. 2 een transportmodule voor de transportinstallatie van fig. 1 als de groente of het fruit geanalyseerd is,
Fig. 3 de transportmodule voorstelt als de groente of het fruit is uitgeworpen, 20 Fig. 4 is een vooraanzicht van de transportmodule vol gens de uitvinding,
Fig. 5 is een zijaanzicht van de transportmodule volgens de uitvinding, en
Fig. 6 is een explosietekening van de transportmodule 25 volgens de uitvinding.
In de volgende beschrijving verwijzen de termen die betrekking hebben op een positie naar een transportmodule die opgesteld is voor het transport van een stuk groente of fruit, dat wil zeggen zoals het op fig. 1 is weergegeven, dat wil zeg-30 gen in een transportpositie van de groente of het fruit.
De beschrijving is meer in het bijzonder gebaseerd op het transport van een stuk fruit maar is eveneens van toepassing op een groente.
Fig. 1 toont een transportinstallatie 100 voor het 35 transport van stukken fruit F tussen een afzetzone en een ver- deelzone. De afzetzone is de zone waar de stukken fruit F na elkaar en individueel op de transportinstallatie 100 worden geplaatst door een fruitaanvoersysteem, bijvoorbeeld van het type 5 transportband. De verdeelzone heeft een aantal opvangzones en elk stuk fruit wordt op grond van een of een aantal kenmerken uitgeworpen naar een van de genoemde opvangzones. Tussen de afzet- en de opvangzone is een analysezone voorzien waar de ken-5 merken van elk stuk fruit F geanalyseerd worden (kleur, gewicht, diameter, fouten,...).
De transportinstallatie 100 omvat: - een ketting zonder eind 102 die tussen de afzetzone en verschillende opvangzones circuleert, en 10 - tenminste een transportmodule 106 die op de genoemde ketting zonder eind 102 is gemonteerd en dient om een stuk fruit F individueel op te vangen.
De ketting 102 wordt bovendien aangedreven door een niet-afgebeelde aandrij finrichting.
15 Tussen de afzetzone en de verdeelzone vormt de ketting zonder eind 102 een lus en verplaatst zich in een algemene ver-plaatsingsrichting 104.
De transportmodule 106 omvat: - een basis 108 om de genoemde transportmodule 106 op 20 de ketting zonder eind 102 te bevestigen, - een kiepbare draagconstructie 110 die mobiel draaiend op de basis 108 is gemonteerd, rond een grotendeels horizontale rotatieas 113, en parallel met de algemene richting van de verplaatsing 104 omdat de genoemde kiepbare draagconstructie 110 25 tussen een transportpositie van het fruit F en een uitwerpposi-tie van het fruit F beweegt, en - twee draaiende onderdelen 116a, 118a, en 116b (niet afgebeeld op fig. 1), 118b mobiel draaiend gemonteerd rond hun omwentelingsassen die parallel zijn met de algemene richting van 30 de verplaatsing 104 en daartussen een ruimte 120 hebben voor de opvang van het fruit F, - tenminste een van de twee draaiende onderdelen 116a, 118a, of 116b, 118b is daarbij op de kiepbare draagconstructie 110 gemonteerd.
35 In de wijze van uitvoering van de uitvinding die op de figuren is weergegeven, zijn de twee draaiende onderdelen 116a, 118a, en 116b, 118b op de kiepbare draagconstructie 110 gemonteerd, maar het is mogelijk om te voorzien dat slechts één ervan 6 op de kiepbare draagconstructie 110 wordt gemonteerd.
Het stuk fruit F wordt dan afgevoerd aan de kant waar de kiepbare draagconstructie 110 kantelt.
Een dergelijke transportmodule 106 is bijzonder ge-5 schikt voor lange stukken fruit F zoals peren.
De kiepbare draagconstructie 110 omvat een romp 114 die mobiel draaiend op de basis 108 is gemonteerd.
Elk draaiend onderdeel 116a, 118a, 116b, 118b krijgt hier de vorm van een paar afgeknotte kegels.
10 Voor elk paar zijn de afgeknotte kegels 116a, 118a, 116b en 118b enerzijds coaxiaal ten opzichte van elkaar opgesteld en zijn de kleine basissen van elke afgeknotte kegel 116a, 118a, 116b en 118b anderzijds tegenover elkaar geplaatst.
De twee paren afgeknotte kegels 116a en 118a, en 116b 15 en 118b zijn naast elkaar geplaatst, wat betekent dat hun rota-tieassen horizontaal een onderlinge afstand hebben die niet nul is.
In de uitvoeringswijze van de uitvinding die op fig. 1 wordt weergegeven, heeft de basis 108 bevestigingsmiddelen 124 20 die voorzien zijn om de transportmodule 106 op de ketting zonder eind 102 te bevestigen.
Zoals beter te zien is in fig. 4, krijgen de bevestigingsmiddelen 124 hier de vorm van twee staafjes 412, waarvan slechts één zichtbaar is, en die ontspringen uit het element van 25 de basis 108, een klemplaat 128 die aansluit op de genoemde staafjes 412 en voor elk staafje 412 een spanmoer 414 die op het vrije uiteinde van het staafje 412 wordt geschroefd
De ketting 102 wordt zodoende tussen het basiselement 108 en de klemplaat 128 vastgedrukt.
30 In een andere, niet weergegeven uitvoeringswijze van de uitvinding kunnen de bevestigingsmiddelen 124 eruit zien als elastische onderdelen van het type knijpbevestiging die een veer vormen.
De rotatieas 113 strekt zich uit boven de ketting 102 35 en daarbuiten. De kiepbare draagconstructie 110 strekt zich uit over een horizontaal vlak, parallel met de algemene richting van de verplaatsing 104 en aan dezelfde kant van de ketting 102 als de rotatieas 113 wat het uitwerpen van het fruit F ver van de 7 ketting zonder eind 1G2 vergemakkelijkt, zoals hierna wordt uitgelegd .
Elke transportmodule 106 vormt een eenheid die gemakkelijk veranderd kan worden als ze defect is of als de grootte 5 van het fruit F een min of meer grote afstand tussen de twee ro-tatieassen van de afgeknotte kegelparen 116a en 118a, en 116b en 118b'vereist.
Fig. 2 toont de transportmodule 106 in de analysefase.
Daartoe omvat de transportinstallatie 100 opname-instrumenten 10 die bedoeld zijn om de kenmerken van het fruit F te registreren en tenminste een aandrijvinginrichting 202. De opname-instrumenten kunnen bijvoorbeeld een camera, een weegschaal, ... zi jn.
De aandrijvinginrichting 202 is hier een cilindervor-15 mige rol die geroteerd wordt (pijl 206) rond zijn centrale as 204 parallel met de algemene richting van de verplaatsing 104.
Daartoe brengt een aandrijfmiddel, bijvoorbeeld van het type van een elektrische motor, rol 202 aan het draaien,
De aandrijvinginrichting 202 is bedoeld om de twee pa-20 ren afgeknotte kegels 116a, 118a en 116b, 118b van elke module 106 rond hun rotatieassen te laten wentelen.
De twee paren afgeknotte kegels 116a, 116b, 118a en 118b rusten op de omtrek van de rol 202 en het draaien van de genoemde rol 202 veroorzaakt het draaien van de afgeknotte ke-25 gels 116a, 116b, 118a en 118b en bijgevolg de rotatie.van het fruit F onder de opname-instrumenten. De kenmerken van het grootste oppervlak van het stuk fruit F kunnen zo opgenomen worden door de opname-instrumenten en geanalyseerd worden door een geschikt analyse-instrument van de transportinstallatie 100, zo-30 als een analyse-eenheid van de kleur van het stuk fruit F.
Om het stijgen van de afgeknotte kegels 116a, 116b, 118a en 118b op de rol 202 te vergemakkelijken, wordt het uiteinde van rol 202 waar de afgeknotte kegels 116a, 116b aankomen, breder naarmate er verder in de verplaatsingsrichting van de 35 transportmodule 106 wordt gevorderd die de algemene verplaatsingsrichting 104 volgt.
De afgeknotte kegels 116a, 116b, 118a en 118b zullen zodoende effectief op rol 202 rusten en zodoende aan het draaien worden gebracht.
8
De aandrijvinginrichting 202 kan een veelvoud van rollen zijn die elkaar opvolgen langs ketting 102 en die in tegengestelde richtingen aan het draaien worden gebracht om de stukken fruit F los te maken die vastzitten.
5 Fig. 3 toont de transportmodule 106 in de uitwerpposi- tie van het fruit F, dat wil zeggen als de kiepbare draagconstructie 110 in uitwerppositie staat.
Op grond van de kenmerken, bijvoorbeeld de kleur, wordt het stuk fruit F naar een geschikte ontvangstzone uitge-10 worpen.
De transportinstallatie 100 omvat daarvoor kantelin-strumenten die bestuurd worden door het analyse-instrument en die bedoeld zijn om de kiepbare draagconstructie 110 van de transportpositie van het fruit/de groente te laten overgaan naar 15 de uitwerppositie van het fruit/de groente in de opvangzone die met het analyseresultaat overeenstemt,
In de uitvoeringswijze van de uitvinding die in de fig. wordt getoond, omvat de module 106 een blokkeerinrichting 112 die op de basis 108 gemonteerd is en bedoeld is om afwisse-20 lend een vergrendelingpositie aan te nemen waarbij hij de kiepbare draagconstructie 110 in de transportpositie vergrendeld en een ontgrendelingpositie waarin hij de kiepbare draagconstructie 110 vrijmaakt die in uitwerppositie kantelt.
De kantelinstrumenten kunnen dan bijvoorbeeld de vorm 25 aannemen van een aantal vingers die bestuurd worden door de ana-lyse-eenheid, waarbij elke vinger voorzien is om de blokkeerinrichting 112 te bedienen om ze van de vergrendelingpositie naar de ontgrendelingpositie te laten overgaan en zodoende de kiepbare draagconstructie 110 vrij te maken als die in de geschikte 30 opvangzone passeert die overeenstemt met de analyseresultaten.
In andere uitvoeringswijzen van de uitvinding die niet zijn weergegeven, kunnen de kantelinstrumenten de vorm aannemen van een uitwerpsysteem dat de kiepbare draagconstructie 110 uit zijn evenwichtspositie duwt, of een wisselstandsysteem in combi-35 natie met een slede die de kiepbare draagconstructie 110 optilt.
De kiepbare draagconstructie 110 draait dan rond de rotatieas 113 en het stuk fruit F wordt dan onder zijn eigen gewicht uitgeworpen door het vrije uiteinde van de kiepbare draagconstructie 110, waardoor het stuk fruit F van de ketting 102 9 wordt verwijderd. Het stuk fruit F valt dan in de geschikte op-vangzone die met zijn kenmerken overeenstemt.
Fig. 4 toont de transportmodule 106 in vooraanzicht, dat wil zeggen een zicht loodrecht op de algemene richting van 5 de verplaatsing 104.
Het hoofdelement 114 omvat een secundair element 402 dat hier de vorm van een boog aanneemt, een lage rand 406 en een hoge rand 404.
De twee randen 404 en 406 staan in verbinding met het 10 secundaire element 402 en zijn V-vormig in het vlak dat loodrecht op de algemene richting van de verplaatsing 104 staat om mee de ruimte 120 te helpen maken.
De hoge rand 404 is grotendeels verticaal van de rota-tieas 113 geplaatst en de lage rand 406 is aan het vrije uitein-15 de van de kiepbare draagconstructie 110 geplaatst.
Fig. 5 toont meer in het bijzonder de blokkeerinrich-ting 112 die met het secundaire element 402 samenwerkt via een aanslag 510 die deze omvat.
De blokkeerinrichting 112 omvat een element 502 dat 20 mobiel draaiend gemonteerd is rond een blokkeeras 504 op de basis 108, een blokkeerneus 506 die met de aanslag 510 samenwerkt, en een hendel 508 die met de kantelinstrumenten moet samenwerken .
De blokkeerinrichting 112 omvat eveneens een elastisch 25 terugstelonderdeel dat het element 502 weer in vergrendelingpo-sitie brengt als dat in ontgrendelingpositie is gebracht.
Als de blokkeerneus 506 op aanslag 510 inwerkt, wordt de kiepbare draagconstructie 110 in transportpositie gehouden, en als de blokkeerneus 506 niet meer op de aanslag 510 inwerkt, 30 gaat de kiepbare draagconstructie 110 over naar uitwerppositie.
Fig. 6 toont een explosietekening van een bijzondere uitvoeringswijze van de uitvinding.
De basis 108 omvat een eerste onderdeel 604 en een tweede onderdeel 602.
35 Het eerste onderdeel 604 is bedoeld om aangesloten te worden op de ketting 102 en het draagt de blokkeerinrichting 112, de bevestigingsmiddelen 124,' en het tweede onderdeel 602.
Het tweede onderdeel 602 is vrij draaiend gemonteerd 10 op het eerste onderdeel 604, rond een weegas, en de kiepbare draagconstructie 110 is vrij draaiend op het tweede onderdeel 602 gemonteerd. De draaibewegingen zijn beperkt tot een beperkte j hoeksector, 5 De verbinding van het tweede onderdeel 602 met het eerste onderdeel 604 vindt plaats door de bevestiging van de contactplaatjes 606 van het tweede onderdeel 602 in de kotterga-ten 608 (fig. 4) van het eerste onderdeel 604. De as van de contactplaat jes bepaalt de weegas die parallel loopt met de algeme-10 ne richting van de verplaatsing 104.
Het tweede onderdeel 602 draagt de kiepbare draagconstructie 110 en meer in het bijzonder het secundaire element 402. Daartoe heeft het secundaire onderdeel 402 twee contact-plaatjes 610 en heeft het tweede onderdeel 602 twee kottergaten 15 612 die voorzien zijn om de genoemde twee contactplaatjes 610 via bevestiging te ontvangen en zo de draaiverbinding rond de rotatieas 113 te maken,
Bij een weging door plaatsing van het secundaire element 402 op een weegschaal speelt het tweede onderdeel 602 de 20 rol van een stang die verhindert dat de gewichtmeting verstoord wordt door reacties tussen de basis 108 en de kiepbare draagconstructie 110.
De lage rand 406 vormt hier één blok met het tweede element 402.
25 De hoge rand 404 is met behulp van een clip 614 op een as van het afgeknot kegelpaar 116b en 118b gemonteerd.
Zoals hierna beschreven zijn het paar afgeknotte kegels 116b en 118b, en bijgevolg de hoge rand 404 in translatie beweegbaar ten opzichte van het secundaire element 402 gemon-30 teerd.
Om de lineaire verplaatsing van de hoge rand 404 te beperken, omvatten de hoge rand 404 en het secundaire element 402 middelen om de lineaire verplaatsing van de hoge rand 404 ten opzichte van het secundaire element 402 te beperken.
35 20 De middelen om de lineaire verplaatsing te beperken, krijgen voor de hoge rand 404 de vorm van een arm 616 met op het vrije uiteinde daarvan een begrenzingblokje 620, en voor het secundaire onderdeel 402 de vorm van een slobgat 618.
11
Elk begrenzingsblokje 620 past in een slobgat 618 van het secundaire element 402, en de lineaire verplaatsing van de hoge rand 404 wordt beperkt door de verplaatsing van de begren-zingblokjes 620 in de slobgaten 618.
5 In de hier voorgestelde uitvoeringswijze van de uit vinding wordt elk afgeknot kegelpaar 116a en 118a, 116b en 118b gevormd door een centraal onderdeel 622 en twee buitenste onderdelen 624.
Het centrale onderdeel 622 vormt een geheel uit een 10 stuk dat de vorm heeft van twee kegels waarvan de kleine basissen tegenover elkaar staan.
Elk buitenste onderdeel 624 heeft de vorm van een wiel met een afgeknot kegelprofiel waarvan de kleine basis tegenover de grote basis van een van de kegels van het centrale onderdeel 15 622 staat,
De diameter van de kleine basis van de afgeknotte kegel van het buitenste onderdeel 624 blijft groter of gelijk aan de diameter van de grote basis van de kegel van het centrale onderdeel 622 daar tegenover.
20 Voor de verbinding van het centrale onderdeel 622 en de buitenste onderdelen 624 zijn ze elk voorzien van verbindingsmiddelen 626, 628, 630,632 die bedoeld zijn om de buitenste onderdelen 624 draaiend te verbinden en ze op het centrale onderdeel 622 aan te sluiten.
25 De verbindingsmiddelen van elk buitenste onderdeel 624 hebben de vorm van een as 626 met een afplatting 628 en een tong 630 die de as 626 'verlengt. De verbindingsmiddelen van het centrale onderdeel 622 hebben de vorm van een kottergat 632 in D.
module voor het individuele transport van groenten en 30 fruit De afmetingen van het kottergat in D 632 zijn zodanig dat ze samenwerken met de afplattingen 628 en er zo voor zorgen dat het centrale onderdeel 622 tegelijk met de buitenste onderdelen 624 draait.
Het secundaire element 402 heeft twee verticale wanden 35 tegenover elkaar.
Voor elk afgeknot kegelpaar 116a en 118a, 116b en 118b, vertoont elke wand een slobgat 633, 634. Voor eenzelfde afgeknot kegelpaar 116a en 118a, 116b en 118b staan de slobgaten 12 633, 634 van de twee wanden tegenover elkaar. De montage gebeurt op de volgende manier: - het centrale onderdeel 622 wordt tussen de twee wanden van het secundaire element 402 geplaatst tegenover de twee 5 slobgaten 633 of 634 die daarmee overeenkomen, - de as 626 van een van de buitenste onderdelen 624 wordt achtereenvolgens in slobgat 633 of 634 geschoven, dan in het D-vormige kottergat 632, en - de as 626 van het andere buitenste onderdeel 624 10 wordt achtereenvolgens in het andere slobgat 634 of 633 geschoven en dan in het D-vormige kottergat 632.
De assen 626 worden ingedrukt tot de tongen 630 tegenover elkaar komen aan de binnenkant van het D-vormige kottergat 632. De tongen 630 hebben zodanige afmetingen dat ze, als ze te- 15 genover elkaar staan, via een van hun vlakken in contact staan, en zo een radiale spreiding en druk veroorzaken tegen de wand van het kottergat 632 van de bajonetpennen op de tegenover elkaar staande wanden.
De slobgaten 633 en 634 van eenzelfde wand zijn zoda-20 nig gericht dat hun langste assen een V vormen in een vlak dat loodrecht staat op de algemene richting van de verplaatsing 104. Als de afgeknotte kegelparen 116a en 118a, en 116b en 118b zich op rol 202 plaatsen, richten ze zich op om een goed contact met het stuk fruit F te waarborgen zodat het goed kan draaien.
25 De slobgaten 633 en 634 vormen zo middelen die een slede vormen die het hoofdelement 114 voorstelt en waarin het bijhorende afgeknotte kegelpaar 116a, 118a, 116b, 118b is geplaatst .
De middelen die een slede vormen 633 et 634 zijn zoda-30 nig geplaatst dat een V-vormige verplaatsing van de paren is gewaarborgd.
Deze uitvinding is uiteraard niet beperkt tot de beschreven en weergegeven voorbeelden en uitvoeringswijzen maar ze is geschikt voor talrijke varianten die toegankelijk zijn voor 35 de vakman.
De draaiende onderdelen zijn bijvoorbeeld specifieker beschreven in de vorm van twee afgeknotte kegels, maar ze kunnen een andere vorm krijgen, zoals onderdelen met een hyperbolisch profiel.
13
De uitvinding werd bijvoorbeeld specifieker beschreven in het geval van een ketting die een verticale lus vormt, maar ze is op dezelfde manier van toepassing als de ketting een horizontale lus vormt.
5 Zo is de uitvinding ook meer specifiek beschreven in het geval dat er slechts een kiepbare draagconstructie op de basis wordt gemonteerd, maar het is mogelijk om er een aantal op dezelfde basis te monteren, hetzij aan dezelfde kant van de ketting, hetzij aan weerskanten van de ketting om het volume te 10 verhogen.
In dit geval draagt de basis 108 tenminste een kiepbare draagconstructie 110 en omvat de module 106 voor elk van de kiepbare draagconstructies 110 twee draaiende onderdelen 116a, 118a, en 116b, 118b, waarvan ten een van de twee op de bijhoren-15 de kiepbare draagconstructie 110 is gemonteerd.
Om bijvoorbeeld de aanvoer van fruit F door de draaiende onderdelen te verbeteren, worden die uitgerust met groeven die uitsteken en die in contact met het fruit F komen.

Claims (13)

1. Module (106) voor het individuele transport van groenten en fruit (F) en bedoeld om te worden bevestigd op een ketting (102) die zich in een algemene richting (104) verplaatst, waarbij de module (106) het volgende omvat; 5. een basis (108) die is bedoeld om op de genoemde ketting bevestigd te worden (102), -tenminste een kiepbare draagconstructie (110) die mobiel draaiend op de basis (108) is gemonteerd rond een rotatieas (113) die grotendeels horizontaal en parallel is met de algemene 10 richting van de verplaatsing (104), waarbij de genoemde kiepbare draagconstructie (110) tussen een transportpositie van het fruit/de groente en een uitwerppositie van het fruit/de groente beweegt; voor de, of elke kiepbare draagconstructie (110) 15. twee draaiende onderdelen (116a, 118a, 116b, 118b) die mobiel draaiend rond hun rotatieassen gemonteerd zijn die parallel zijn met de algemene richting van de verplaatsing (104) en daartussen een ruimte hebben (120) voor de opvang van het fruit (F), en 20. waarbij tenminste een van de twee draaiende onderde len (116a, 118a, 116b, 118b) op de kiepbare draagconstructie is gemonteerd (110), . met het kenmerk, dat de basis (108) een eerste onderdeel (604) bevat dat aan de ketting (102) moet worden verbon-25 den en een tweede onderdeel (602) dat vrij draaiend rond een rotatieas parallel aan de genoemde rotatieas (113) gemonteerd is op het genoemde eerste onderdeel (604), en waarbij de genoemde kiepbare draagconstructie (110) vrij draaiend gemonteerd is op het genoemde tweede onderdeel (602).
2. Module (106) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de kiepbare draagconstructie (110) voor elk draaiend onderdeel (116a, 118a, 116b, 118b) sledevormende middelen heeft (633, 634), waarin het bijhorende draaiende onderdeel (116a, 118a, 116b, 118b) wordt geplaatst.
3. Module (106) volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de genoemde sledevormende middelen (633, 634) zodanig ge- 2005848 plaatst worden dat de genoemde draaiende onderdelen (116a, 118a, 116b, 118b) in V-vorm verplaatst worden.
4. Module (106) volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat deze sledevormende middelen (633, 634) kottergaten zijn die 5 in de kiepbare draagconstructie (110) zijn uitgevoerd en zodanig gericht zijn dat hun langste assen een V vormen.
5. Module (106) volgens een van de conclusies 1 tot 4, met het kenmerk, dat elk draaiend onderdeel (116a, 118a, 116b, 118b) de vorm van een afgeknot kegelpaar aanneemt.
6. Module (106) volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de afgeknotte kegels (116a, 118a-, 116b, 118b) van het genoemde paar coaxiaal tegenover elkaar zijn geplaatst en dat de kleine basissen van elke afgeknotte kegel (116a, 118a, 116b, 118b) van het genoemde paar tegenover elkaar zijn geplaatst.
7. Module (106) volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat elk afgeknot kegelpaar (116a, 118a, 116b, 118b) samengesteld is uit een centraal onderdeel (622) uit een stuk en uit twee buitenste onderdelen (624), waarbij het centrale onderdeel (622) de vorm aanneemt van twee kegels waarvan de kleine basissen te- 20 genover elkaar staan en waarbij elk buitenste onderdeel (624) de vorm aanneemt van een rad met een afgeknot kegelprofiel,
8. Module (106) volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat elk buitenste onderdeel (624) en het centrale onderdeel (622) verbindingsmiddelen (626, 628, 630,632) hebben die bedoeld 25 zijn om de draaiende buitenste onderdelen (624) te verbinden en ze aan het centrale onderdeel (622) te koppelen.
9. Module-(106) volgens een van de conclusies 1 tot 8, met het kenmerk, dat de genoemde kiepbare draagconstructie (110) een secundair element (402) bevat, een lage rand (406), die aan 30 het vrije uiteinde van de kiepbare draagconstructie (.110) is geplaatst, en een hoge rand (404) die grotendeels loodrecht op de rotatieas (113) is geplaatst.
10. Module (106) volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de twee randen (404,406) een configuratie in V-vorm verto- 35 nen.
11. Transportinstallatie (100) die het volgende omvat: - een ketting zonder eind (102) die tussen een afzet-zone en meerdere opvangzones circuleert, - tenminste één transportmodule (106) volgens een van 40 de voorgaande conclusies, die op de genoemde ketting zonder eind 16 • (102) is gemonteerd. - opname-instrumenten die bedoeld zijn om de kenmerken van het fruit /de groente (F) te registreren die op de, of op elke transportmodule (106) zijn geplaatst, 5. tenminste een aandrijfinrichting (202) die bedoeld, is om de twee draaiende onderdelen (116a, 118a, 116b, 118b) van de, of van elke transportmodule (106) rond hun rotatieassen aan het draaien te brengen, - een analyse-instrument dat bedoeld is om de kenmer- 10 ken te analyseren die de opname-instrumenten aan het licht brachten, - kantelinstrumenten die bestuurd worden door het analyse-instrument en die bedoeld zijn om de kiepbare draagconstructie (110) van de transportpositie van het stuk 15 fruit/groente te laten overgaan naar de uitwerppositie van het stuk fruit/groente in de opvangzone die met de analyseresultaten overeenstemt.
12. Transportinstallatie (100) volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de aandrijfinrichting (202) tenminste is 20 voorzien van een cilindervormige rol heeft die rond zijn as (204) aan het draaien wordt gebracht, parallel met de algemene richting van de verplaatsing (104).
13. Transportinstallatie (100) volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het uiteinde van de rol (202) waar de 25 draaiende onderdelen (116a, 116b, 118a, 118b) aankomen, breder wordt naarmate hij in de richting van de verplaatsing van de transportmodules (106) vordert. 20 058 4 8
NL2005848A 2009-12-09 2010-12-09 Module voor het individuele transport van groenten en fruit. NL2005848C2 (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
FR0958784 2009-12-09
FR0958784A FR2953495B1 (fr) 2009-12-09 2009-12-09 Module pour le transport individuel de fruits et de legumes

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL2005848A NL2005848A (nl) 2011-06-14
NL2005848C2 true NL2005848C2 (nl) 2012-12-03

Family

ID=42557493

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2005848A NL2005848C2 (nl) 2009-12-09 2010-12-09 Module voor het individuele transport van groenten en fruit.

Country Status (2)

Country Link
FR (1) FR2953495B1 (nl)
NL (1) NL2005848C2 (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
ITUB20155343A1 (it) * 2015-10-23 2017-04-23 Ser Mac S R L Un'apparecchiatura per il convogliamento e la selezione di prodotti, in particolare di prodotti ortofrutticoli.
IT201800010531A1 (en) * 2018-11-23 2018-11-23 Ser Mac Srl Transport unit of a single fruit and fruit product
CN109941679B (zh) * 2019-04-16 2021-02-23 湘潭大学 一种集莲子输送摆正于一体的滚子链条

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DK130914B (da) * 1972-04-05 1975-05-05 J T Klint Transportør til fremføring og orientering af æg og overføring af æggene til griberaggregater i en ægknækkemaskine.
JPH09215963A (ja) * 1996-02-09 1997-08-19 Ishii Ind Co Ltd 揺動式搬送装置
JPH1159876A (ja) * 1997-08-11 1999-03-02 Ishii Ind Co Ltd 物品検査装置
US7341140B1 (en) * 2005-02-11 2008-03-11 Warkentin A James Off-loading conveyor of produce
ITBO20050427A1 (it) * 2005-06-28 2006-12-29 Unitec Srl Metodo ed impianto per il trasporto e la selezione di prodotti ortofrutticoli

Also Published As

Publication number Publication date
FR2953495B1 (fr) 2012-06-08
FR2953495A1 (fr) 2011-06-10
NL2005848A (nl) 2011-06-14

Similar Documents

Publication Publication Date Title
JP3616421B2 (ja) 予め定めた選択基準に基づいて製品、特に果物を分別するようになされた製品を搬送する装置
NL2005848C2 (nl) Module voor het individuele transport van groenten en fruit.
US7540368B2 (en) Transverse-roller belts and modules
EP2021788B1 (en) Detection of open cracks in eggs
DK2917138T3 (en) ARTICLE CARRIER FOR A SORTING DEVICE
ES2305578T3 (es) Dispositivo de transporte de productos, especialmente de frutas o verduras, adaptado para efectuar una clasificacion de los productos al menos en funcion de su peso.
JP7195565B2 (ja) コード読み取り装置及びコード読み取り方法
US9452896B2 (en) Pop-up conveyor transfer system
US5230394A (en) Device for conveying products, in particular fruit, adapted to sort these products as a function of predetermined selection criteria
JP4804355B2 (ja) 果物等の物品を分類する装置
JP2010510944A (ja) サイドガード付き傾斜ローラ型ベルトコンベヤ
AU2009306699A1 (en) Method and conveyor device for returning empties, in particular bottles and cans
US10442641B2 (en) Bin sweep system
KR900007306A (ko) 계란 수집장치
WO2013131141A1 (en) Fruit handling equipment
ES2727349T3 (es) Dispositivo de análisis unilateral de productos por volteo y dispositivo transportador y de selección automática que lo incorpora
EP3256388B1 (en) Egg orientation device
US8245835B2 (en) Sorting apparatus
JP5801777B2 (ja) 農作物用の選別装置
CA2478784A1 (en) Automatic modular store
NL1029576C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het verplaatsen van een in een matrixstructuur gerangschikte groep componenten.
EP1949805B1 (en) Device for cutting elongated products such as vegetables or fruit
NL1027215C2 (nl) Inrichting voor het overbrengen van goederen.
JP4990537B2 (ja) 果菜選別方法と果菜選別装置と果菜選別装置用果菜搬送体と果菜選別装置用スライド体
WO1987000504A1 (fr) Machine pour la mise en place automatique de produits dans des alveoles recepteurs

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20170101