NL2001214C2 - Transportcontainer, werkwijze voor het stapelen van containers, en kit van containers en daken. - Google Patents

Description

P81793NLOO

Titel: Transportcontainer, werkwijze voor het stapelen van containers, en kit van containers en daken

De uitvinding heeft betrekking op een transportcontainer.

De uitvinding heeft ook betrekking op een werkwijze voor het stapelen van containers.

Bovendien heeft de uitvinding betrekking op een kit van containers 5 en daken.

Het is bekend allerlei soorten transportcontainers, zoals bijvoorbeeld zeecontainers, intermodale containers, tilttainers, curtainsiders, swap bodies, laadbakken, en dergelijke te gebruiken, die geschikt zijn om met verschillende vervoerseenheden te worden vervoerd.

10 Dergelijke transportcontainers zijn veelal geschikt voor wegvervoer, spoorvervoer en scheepvaartvervoer.

Het type container en/of het totaalgewicht van de beladen container kan worden bepaald aan de hand van de in een bepaald land of bepaalde zone geldende normen voor afmetingen en/of gewicht. Bijvoorbeeld 15 kan in bepaalde delen van Europa de maximale hoogte van wegvervoer 400 centimeter zijn, waarbij voor een gunstige transportcapaciteit de containerhoogte veelal wordt gekozen op ongeveer 2,9 meter (9 voet en 6 inch) bij een chassis hoogte van 1,1 meter. In andere delen van Europa zoals het Verenigd Koninkrijk en Scandinavia is de maximale hoogte van 20 wegvervoer hoger, bijvoorbeeld 4,5 of 5 meter.

Voor de hoogte en het gewicht van het spoorvervoer kunnen andere nonnen gelden dan voor het wegvervoer. Ondermeer worden de normen voor het spoorvervoer bepaald door de hoogtes van de tunnels en bruggen over de rails van de betreffende regio. In principe kunnen in bijna geheel Europa 25 containers van ongeveer 2,9 nieter hoogte (9 voet en 6 inch) op standaard containerwagons met een vloerhoogte van circa 1155 millimeter worden 2 vervoerd. De maximale hoogte voor spoorwegvervoer ligt bijvoorbeeld op ongeveer 4 meter.

Er zijn ook zogenaamde megafretwagons, die lager zijn dan conventionele containerwagons, op welke megafretwagons in principe 5 hogere containers kunnen worden gestapeld dan conventionele containerwagons. Bijvoorbeeld zijn megafretwagons ongeveer 825 mm hoog, terwijl ‘multifretwagons’ veelal ongeveer 945 mm hoog zijn, althans de vloerhoogten daarvan. Het voordeel in transportcapaciteit dat kan worden bereikt met de dergelijke verlaagde wagons wordt echter zelden benut, 10 veelal aangezien bij het aansluitvervoer, bijvoorbeeld wegvervoer, de hoogte van de container alsnog beperkt dient te blijven als gevolg van de daarvoor geldende normen.

Veelal wordt bij het transport van containers, zowel in als buiten Europa, de transportcapaciteit niet optimaal benut, in het bijzonder bij het 15 gebruik van containers die geschikt zijn om door meerdere vervoerstypen te i worden vervoerd. Ook worden soms lege containers terugvervoerd omdat deze, bijvoorbeeld vanwege hun afmetingen, niet geschikt zijn voor het aansluitend vervoer.

Een doel van de uitvinding is om te voorzien in een 20 transportmiddel dat door meerdere vervoerstypen kan worden gebruikt, en waarbij praktisch en/of wettelijk geldende maximale transporthoogten efficiënt kunnen worden benut.

In een eerste aspect wordt daartoe een stapelbare transportcontainer volgens de uitvinding geboden, van tenminste 25 anderhalve meter breed en tenminste drie meter lang, die is ingericht om tenminste op een treinwagon te worden geplaatst en van boven te worden afgedekt, waarbij de hoogte van de container tussen de ongeveer 1,2 en ongeveer 2,5 meter bedraagt

Deze hoogtes maken het mogelijk containers tot op meerdere 30 verdiepingen te stapelen, en dan wel in gestapelde toestand dan wel 3 separaat te worden overgeplaatst, terwijl de lading op voordelige wijze is afgedekt door een bovenste container of een dak. In een voordelige uitvoeringsvorm is de container voorzien van een los, vast, of scharnierbaar verbonden dak, waarbij het dak bij voorkeur in dwarsrichting van buiten 5 naar binnen toe oploopt, althans in het midden hoger is dan nabij de zijkanten. Bij voorkeur is het dak bol. Deze kromming/oplopende hoogte van het dak is bij voorkeur geoptimaliseerd aan de hand van de kromming van verschillende spoortunnels. Door de kromming van de tunnels mee te nemen in de inrichting van de transportcontainers kan extra laadruimte worden 10 benut.

Het is voordelig als de container is voorzien van steunen die zich naast een dak van de container kunnen uitstrekken. Door deze steunen is het mogelijk om een tweede container boven het dak, in het bijzonder het bolle dak, te stapelen. In het bijzonder bij het overladen van bijvoorbeeld 15 trein naar schip hoeft het dak dan niet te worden afgenomen, of de hoogte van de stapel niet te worden beperkt, maar kan boven het dak van een container verder worden gestapeld. De hoogte van de stapel kan dan bijvoorbeeld vier, vijf, zes, of meer verdiepingen bedragen. Vervolgens kan het dak weer op voordelige wijze worden toegepast als delen van de stapel 20 weer terug van bijvoorbeeld een schip op een treinwagon of trailer worden geladen.

In een tweede aspect wordt een werkwijze geboden voor het stapelen van containers, waarbij een eerste container op een wagon, trailer of schip wordt gestapeld, en waarbij een tweede container op de eerste 25 container wordt gestapeld, waarbij tenminste één van de containers en bij voorkeur elk van de containers een hoogte heeft van tussen de ongeveer 1,2 en 2,5 meter, en een breedte en lengte van respectievelijk tenminste anderhalve en drie meter, en waarbij tenminste één van de containers is voorzien van een dak.

4

In een derde aspect wordt een kit van een container en een dak geboden, voorzien van een stapelbare transportcontainer, van tenminste anderhalve meter breed en tenminste drie meter lang, die is ingericht om tenminste op een treinwagon te worden geplaatst en van boven te worden 5 afgedekt, waarbij de hoogte van de container tussen de ongeveer 120 en ongeveer 250 centimeter bedraagt, waarbij een dak is voorzien dat zich in gebruik over de container uitstrekt, en bij voorkeur tenminste een steun die in gebruik in verbinding is met de container om een tweede container boven genoemde container voorzien van een dak te ondersteunen.

10 Verdere voordelen en kenmerken van de onderhavige uitvinding volgen uit de volgende beschrijving, waarin de uitvinding in meerdere uitvoeringsvoorbeelden aan de hand van de bijgevoegde tekeningen nader wordt beschreven. Daarin toont: figuur 1 containers, een dak en verschillende vervoerseenheden; 15 figuur 2 een verzameling van daken en containers; figuur 3 een gebruiksscenario; figuur 4 A-C een dak; figuur 5A gestapelde containers op een wagon in zijaanzicht; figuur 5B gestapelde containers op een wagon in vooraanzicht; 20 figuur 6A gestapelde containers op een wagon in zijaanzicht; figuur 6B gestapelde containers op een wagon in vooraanzicht; figuur 7 in dwarsdoorsnede drie uitvoeringsvormen van daken; figuur 8 in dwarsdoorsnede gestapelde containers.

In deze beschrijving hebben gelijke of corresponderende delen 25 gelijke of corresponderende verwijzingscijfers. In de tekening zijn slechts als voorbeeld uitvoeringsvormen getoond. De daarbij gebruikte elementen zijn slechts als voorbeeld genoemd en dienen geenszins beperkend te worden uitgelegd. Ook andere onderdelen kunnen worden toegepast binnen het raam van de onderhavige uitvinding. De in de figuren getoonde 30 verhoudingen van de uitvoeringsvormen zijn in enkele gevallen schematisch 5 \ en/of overdreven weergegeven en dienen niet beperkend te worden uitgelegd. Ook afmetingen zijn louter illustratief bedoeld en dienen niet beperkend te worden uitgelegd, tenzij nadrukkelijk anders is aangegeven.

In deze beschrijving wordt met ‘ongeveer’ een afwijking van + of— 5 10% bedoeld, tenzij anders is aangegeven. Met de ‘hoogte’ van bepaalde vervoerstypen zoals wagons en trailers wordt in principe de hoogte tot de laadvloer, dat wil zeggen het ondersteuningsvlak voor de container, bedoeld, tenzij anders is aangegeven. De hoogte van de container is in principe de hoogte van de onderkant van de steunpunten tot de bovenrand van de 10 zijwand, en indien een dak is voorzien, tot het hoogste punt van het dak, tenzij anders is aangegeven. Onder de hoogte van een los dak kan de hoogte worden begrepen van het steunpunt van het dak, waarmee het dak op de zijwand van een container afstéunt, tot het hoogste punt van het dak.

In figuur 1 is een uitvoeringsvorm van een transportcontainer 1 15 getoond, die bij voorkeur breder is dan anderhalve meter breed en langer is dan drie meter, en aan de bovenzijde 5 open is. In dit voorbeeld omvat de container 1 bijvoorbeeld een 20 voet container. De container 1 kan bijvoorbeeld een zeecontainer, swap body, laadbak, of dergelijke zijn, geschikt voor verschillende typen van vervoer, bijvoorbeeld voor transport 20 met behulp van vervoerseenheden als schepen, trein(wagons) en/of i vrachtwagen(trailers). Voor transport kan de container 1 worden geplaatst op een draagframe 8 van de betreffende vervoerseenheid, dat wil zeggen bijvoorbeeld een laadwagon of trailer. Bijvoorbeeld is de container 1 voor koppeling met dergelijke vervoerseenheden voorzien van voor de vakman 25 bekende zogenaamde cornercastings. Het vloeroppervlak van de container 1 volgens de uitvinding kan ongevèer overeenkomen met dat van een standaard container. Standaard 20, 40 en/of 45 voet containers, met lengten van respectievelijk ongeveer 6, 12 en 14 meter zijn bijvoorbeeld ongeveer 2,4 meter (8 voet) breed, maar ook bredere en smallere versies zijn in omloop.

6

In figuur 1 is tevens een dak 2 te zien, dat zich boven de container 1 uitstrekt om althans in gebruik transportgoederen in de container 1 af te dekken, waarbij de container 1 bij de bovenzijde 5 open is. In afgedekte toestand beschermt het dak de transp'ortgoederen bijvoorbeeld tegen 5 weersinvloeden, en voorkomt bijvoorbeeld vroegtijdige aantasting van de goederen. De transportgoederen kunnen bijvoorbeeld auto’s 3 omvatten. In gebruik wordt de container 1 met goederen bijvoorbeeld per schip, treinwagon of vrachtwagentrailer vervoerd, en/of wordt de container 1 voor de opslag van de goederen gebruikt. Het dak 2 is in geplaatste toestand 10 zodanig met de container 1 verbonden dat het ook weer afneembaar is, bijvoorbeeld om op een tweede container 4 te worden geplaatst of om met andere der gelijke daken 2 te worden genest (zie figuur 2) voor opslag of vervoer van de daken 2 separaat van de containers 1, en om later weer een open container 1 of 4 af te dekken. Het dak 2 kan derhalve een modulair dak 15 2 omvatten dat op meerdere typen standaard of aangepaste containers past.

Het dak 2 is bij voorkeur nesjtbaar ingericht. In een uitvoeringsvorm is het dak 2 in dwarsrichting d over tenminste een groot deel van zijn breedte bol. Het dak 2 zou ook een gehoekte vorm kunnen hebben. Een in dwarsrichting van buiten naar binnen toe oplopende ruimte 20 maakt het op voordelige wijze mogelijk extra voor weersinvloeden beschermde ruimte in de container 1 onder het dak 2 te creëren, aangezien containers 1 normaal gesproken een plat dak 2 hebben. Ook kan het dak 2 bijvoorbeeld op verschillende containers 1 van verschillende hoogten hl, h2 worden geplaatst, waarbij de hoogte hl, h2 bijvoorbeeld kan worden bepaald 25 aan de hand van de te gebruiken vervoerseenheid. Bovendien kan een dergelijk dak 2 aansluiten bij de vorm van bepaalde treintunnels die een bovenaan boogvormige opening hebben, ook wel bekend als gabarittunnels. Hierdoor wordt de opslagcapaciteit van een wagon op gunstige wijze benut.

Bij nog een gunstige uitvoeringsvorm wordt een container 1 op een 30 of meerdere onderliggende containers 4 gestapeld, zodat de bovenzijde 5 van 7 de onderliggende container 4 wordt afgedekt door de container 1 die daarboven wordt geplaatst, in figuur 1 aangegeven met ‘s\ Op deze wijze kunnen meerdere containers 1, 4 met open bovenzijde 5 worden gestapeld, waarbij op de bovenste container 1 een dak 2 kan worden geplaatst, zodat de 5 lading in elk van de containers 1, 4 is afgedekt. Bijvoorbeeld kan tot een maximale hoogte die geldt voor weg en/of spoorvervoer worden gestapeld, i · waarbij bij voorkeur verlaagde containers 1 worden gebruikt. In het bijzonder bij spoorvervoer, maar ook bij andere typen vervoer, zoals bijvoorbeeld wegvervoer, kan door het gebruik van dubbele, althans 10 gestapelde containers 1, met gebruik van tenminste één verlaagde container 1 de opslagcapaciteit die onder een tunnel door past op gunstige wijze worden benut. Mede door het dak 2 is het mogelijk om de lading daarbij af te schermen, zelfs als de lading, althans in het midden, nog boven de zijwanden van de container uitsteekt.

15 In figuur 2 is een kit van containers 1 en daarop aansluitende, geneste daken 2 getoond, waarbij de daken 2 los zijn geplaatst van de containers 1. Bijvoorbeeld hebben verschillende containers 1 tenminste twee verschillende hoogtes hl, h2. Met deze kit kan bijvoorbeeld aan de hand van de te gebruiken vervoerseenheid of aansluitende vervoerseenheden een 20 stapel containers 1 met dak 2 van geschikte hoogte worden samengesteld en/of in het geval van beladen containers 1 kan bijvoorbeeld een stapel met een bepaald maximaal gewicht worden samengesteld. Met de kit kunnen combinaties van gestapelde containers 1 met daken 2 worden gekozen die bijvoorbeeld geschikt zijn voor bepaalde voorgeschreven hoogtes voor 25 treinen en/of vrachtwagens, en/of bijvoorbeeld corresponderen met bepaalde minimale hoogtes van bruggen en/of tunnels. Zo kan een modulair systeem worden bereikt waarmee tot meerdere tonnen aan transportgoederen méér kunnen worden vervoerd per vervoerseenheid. Bijvoorbeeld worden voor verschillende vervoereenheden, zoals bijvoorbeeld vrachtwagens en treinen, 30 verschillende maximale gewichten voorgeschreven, zodat bij overplaatsing 8 van de beladen containers 1 tussen de verschillende vervoertypen een verschillende combinatie van containers 1 of type container 1 kan worden gebruikt, waarmee het maximale gewicht niet wordt overschreden maar bij voorkeur wel dicht wordt benaderd. Bijvoorbeeld kunnen op één bepaalde 5 vervoerseenheid meerdere containers 1 op een draagframe 8 worden gestapeld terwijl op een tweede vervoerseenheid slechts één container 1 zal worden geplaatst. De daken 2 zijn nestbaar en kunnen in geneste toestand eventueel in veelvoud worden vervoerd, bijvoorbeeld terug naar een vertrekpunt, waarbij relatief weinig ruimte in beslag wordt genomen.

10 Figuur 3 illustreert een mogelijk gebruikscenario volgens de uitvinding. In stap A is een verzameling containers 1 en daken 2 te zien. De containers 1 kunnen worden ingezet voor meerdere typen vervoer, bijvoorbeeld voor wegvervoer (zie stap B), spoorvervoer (zie stap D) of containerscheepvaart (zie stap E). Hierbij kunnen overigens onderling 15 verschillende typen spoorvervoer, bijvoorbeeld conventionele containerwagons versus megafretwagons, of verschillende typen wegvervoer, bijvoorbeeld trailers met verschillende chassishoogten, onderling worden beschouwd als verschillende vervoerseenheden volgens de uitvinding.

20 De containers 1 worden bijvoorbeeld vóór, tijdens of na het plaatsen op, in of aan de vrachtwagen 7 en/of aanhanger geladen met transportgoederen. De hoogte hl, h2 van één container 1 of meerdere gestapelde containers 1, en het dak 2 wordt bijvoorbeeld aangepast aan de maximale hoogte van het wegvervoer. Ook kan bijvoorbeeld het volume van 25 de tenminste ene container 1 worden afgestemd op een maximaal gewicht dat voor het betreffende vervoerstype, in dit geval wegvervoer, geldt. Bijvoorbeeld kunnen voor bepaalde landen twee containers 1 worden gestapeld voor wegvervoer omdat daar hogere maximale hoogten gelden dan voor weer andere landen, waar slechts één container 1 zal kunnen worden 30 vervoerd over de weg.

9

In een derde stap C, worden de containers 1 overgeplaatst van een eerste vervoerstype naar een tweede vervoerstype. Hiertoe kan bijvoorbeeld een heftruck 10 of een kraan worden gebruikt. Een uitvoeringsvorm van een dak 2 is bovendien voorzien van aangrijpmiddelen 9, in het bijzonder voor 5 een heftruck 10 of kraan, zodat het dak relatief eenvoudig op een bovenste container 1 kan worden geplaatst.

In stap D is te zien dat de containers 1 en het dak 2 op een wagon 6 zijn geplaatst. Bijvoorbeeld is de totaalhoogte h3 van de containers 1 en het dak 2 hoger dan de totaalhoogte van de containers 1 en het dak 2 bij het 10 wegvervoer. Bijvoorbeeld is de totaalhoogte h3 tenminste 3,2, bij voorkeur tenminste 3,45 meter. Het dak 2 zorgt ervoor dat de ruimte onder de tunnel 11 op gunstige wijze kan worden benut. Bij stap E worden de containers 1 en/of de daken 2 bijvoorbeeld op een schip gestapeld.

In het bijzonder is het voordelig wanneer de open containers 1 15 relatief laag worden uitgevoerd. Dat wil zeggen, lager dan conventionele 20, 40, of 45 voet-transportcontainers 1. Ter illustratie: twee relatief lage containers kunnen in gestapelde toestand bijvoorbeeld ongeveer 3220 millimeter hoog zijn, dat wil zeggen bijvoorbeeld elk ongeveer 1610 millimeter, waarbij het dak ongeveer 230 millimeter hoog kan zijn, althans 20 tenminste ongeveer 200 millimeter. Hiermee kunnen bijvoorbeeld twee containers 1 en een dak 2 worden gestapeld op een megafretwagon 6, van bijvoorbeeld ongeveer 825 millimeter hoog, waarbij deze samenstelling met een totaalhoogte van ongeveer 4 meter hoog nog net onder een spoortunnel 11 past. Het is voordelig als de containers 1 een hoogte hebben tussen 25 ongeveer 1550 en ongeveer 2150 millimeter. Indien de bovenste container 1 is voorzien van een dak 2 kan de totale hoogte, vanaf de onderzijde van de wielen van de wagon 6 tot het hoogste punt van het dak bijvoorbeeld ongeveer 3450 millimeter bedragen, of althans tussen 3200 en 3550 millimeter. Het dak 2 draagt ertoe bij dat in het midden ongeveer 200 tot 30 230 millimeter extra hoogte wordt benut.

10

Indien de maximale hoogte nog niet is bereikt kan bijvoorbeeld nog een extra container 1 met een relatief lage hoogte h2 worden gestapeld op een onderliggende container 1. Zo kunnen op gunstige wijzen per vervoerstypen verschillende hoogten hl, h2 van de containers 1 worden 5 gekozen, bij voorkeur afhankelijk van de lokaal geldende normen voor de betreffende vervoerseenheid, bijvoorbeeld op het gebied van afmetingen en/of gewicht. Uiteraard kunnen de hoogten van de containers 1 worden gekozen afhankelijk van de lokaal geldende normen. Hierdoor kunnen de containers 1 bijvoorbeeld dubbelhoog op de wagon 6 worden gestapeld, met 10 het dak 2 erop, waarbij bij het aansluitende vervoer voor slechts één of zelfs meer containers 1 kan worden gekozen. Bijvoorbeeld worden de twee containers 1 na het spoorvervoer weer los van elkaar gekoppeld om een separate weg te vervolgen via wegvervoer.

In een ander voorbeeld wordt over de weg één beladen container 1 15 vervoerd, waarbij de wegvervoerseenheid onder een bepaald maximaal gewicht voor wegvervoer blijft, bijvoorbeeld 34 ton. Bij het ervoor of erna aansluitende spoorvervoer zou de norm anders kunnen zijn, waardoor een bepaalde hoeveelheid laadvermogen onbenut zou kunnen blijven. Bijvoorbeeld zou een maximaal gewicht kunnen gelden van 44,5 ton per 20 wagon 6, waarmee dus voor de wagon 6 10,5 ton onbenut zou blijven indien (slechts) dezelfde container 1 zou worden overgeplaatst vanaf of naar het wegvervoer. Hiertoe zou de wagon 6 additioneel kunnen worden voorzien van een lichtere en/of minder hoge container 1 bovenop de relatief zware container 1. Bijvoorbeeld kunnen lage containers 1 worden toegepast 25 waarbij de onderste container 1 een relatief zware last heeft zoals bijvoorbeeld staal of iets dergelijks, en de bovenste container 1 relatief üchter is, zodat beide op voordelige wijze kunnen worden overgezet. Daarbij heeft de bovenste container 1, althans voor spoorvervoer, bij voorkeur een bol dak 2, waarbij het gunstig is als de lading in de bovenste container 1 30 boven smaller is dan onder, zoals bijvoorbeeld bij personenwagens veelal het 11 geval is. Ook kunnen in de bovenste container 1 tot boven de rand bepaalde goederen, bijvoorbeeld bulkgoederen worden geladen.

In figuur 4A, B en C is respectievelijk in boven, zij en vooraanzicht een uitvoeringsvorm getoond van een dak 2 volgens de uitvinding voor een 5 40 voetscontainer 1. Figuur 4C omvat verschillende doorsneden van een dak 2 in vooraanzicht. De getoonde uitvoeringsvorm heeft aangrijpmiddelen 9 voor een heftruck 10 die op gunstige wijze uit- en inklap of-schuifbaar zijn. De aangrijpmiddelen 9 zijn in zowel in als uitgeklapte toestand aangegeven. Voor het aangrijpen van de aangrijpmiddelen 9 worden deze uitgeklapt, 10 terwijl bij het vervoer van het dak 2 de aangrijpmiddelen 9 worden ingeklapt om ruimte boven het dak 2 te besparen, bijvoorbeeld zodat het dak 2 onder een tunnel 11 past. Voor het opnemen van het dak 2 is het nabij de aangrijpmiddelen 9 voorzien van een dakverstijving 13, hetgeen in het bijzonder bij lange daken 2 eventuele doorbuiging of beschadiging kan 15 tegengaan. Tussen de verstijvingen 13 kan het dak 2 gegolfde delen 14 omvatten. Het dak 2 kan ook zijn voorzien van afsluitbare bevestigingen 12 voor bevestiging aan de container 1, welke bevestigingen 12 ook kunnen zijn ingericht voor het zekeren van het dak 2 aan de container 1. Ook kan het dak 2 op gunstige wijze nabij de onderzijde aan beide zijden zijn voorzien 20 van een richel 15 voor het ontvangen van de rand van de container 1. De afmetingen van de richel 15 komen bijvoorbeeld overeen met de afmetingen van de bovenrand van een met het dak 2 corresponderende container 1, waarbij de omtrek van het dak 2 ongeveer overeenkomt met de omtrek van een met het dak 1 corresponderende container 1.

25 Bij een uitvoeringsvorm is de container 1 voorzien van een dak 2 zoals een vast dak 2. Een voordelige uitvoeringsvorm is getoond in figuur 5A en 5B, respectievelijk in zij- en vooraanzicht. Hierbij is de container 1 ook voorzien van steunen 16 die uitklapbaar en/of uitschuifbaar zijn. Daarmee kan op een onderliggende container 1 een tweede container IA worden 30 gestapeld. Deze steunen 16 zijn ingericht om een tweede container IA te 12 ondersteunen. Zoals te zien in figuren 5A en 5B zijn de steunen 16 van de onderliggende container 1 omhoog geklapt en de steunen 16A van de bovenste container IA neergeklapt. De onderste steunen 16 zorgen ervoor dat de tweede container IA zich boven het dak 2 van de onderste container 1 5 kan uitstrekken.

In de uitvoeringsvorm van figuur 5A, 5B is een bol dak 2 getoond. In algemene zin is het voordelig als een dak 2 voor de container 1 in dwarsrichting vanaf de zijkanten naar het midden een oplopende hoogte heeft, zodat in ieder geval enigszins kan worden geprofiteerd van de 10 boogvorm van tunnels 11. Daartoe kan het dak 2 in plaats van bol, ook een gehoekte vorm hebben, en/of afgeronde hoeken, en/of een combinatie van bol en gehoekt, bijvoorbeeld. Drie voorbeelden van geschikte daken 2 zijn als voorbeeld getoond in dwarsdoorsnede in figuur 7. Deze daken 2 kunnen bijvoorbeeld een integraal onderdeel van de container 1 vormen, of als 15 afneembaar dak 2 met de zijwanden 20 van de container 1 zijn verbonden.

Het dak 2 is bij voorkeur vast en/of integraal met de zijwanden 20 van de container 1 verbonden, zodat in principe de lading 21 tot boven de zijwanden 20 kan worden beladen, terwijl deze lading 21 door het dak wordt afgeschermd (zie figuur 8). Met behulp van de steunen 16 blijft de container 20 1 met dak 2 stapelbaar.

\ t

De steunen 16 van de bovenste container IA zijn in een ingeklapte toestand getoond. Daarmee kan extra transportruimte die een tunnelboog van een spoortunnel 11 kan bieden, worden benut, zoals getoond in figuur 5B. De totale hoogte van de wagon 6, bijvoorbeeld megafretwagon, en de 25 containers 1, IA inclusief dak 2 is bijvoorbeeld ongeveer 4275 millimeter, zodat deze samenstelling van wagon, containers 1, IA door een spoortunnel past terwijl een relatief groot laadvolume wordt bereikt. Bij voorkeur is een losse container 1, IA tussen de ongeveer 1550 en ongeveer 2150 millimeter hoog.

13

Een samenstel van twee containers heeft bijvoorbeeld een totaalhoogte van minder dan ongeveer 5 meter, in het bijzonder minder dan ongeveer 4 meter, meer in het bijzonder tussen de 3,45 en 3.75 meter, bij voorkeur inclusief dak 2.

5 De containers 1, IA kunnen zijn voorzien van deuren 17 bij de voor- en/of achterzijde voor het kunnen beladen terwijl het dak op de container 1, IA blijft. In andere uitvoeringen zijn de containers 1, IA voorzien van een uitneembare wand. Ook kunnen de deuren 17, of uitneembare wanddelen, aan de zijkanten van de container 1, IA zijn voorzien. Op deze wijze kan de 10 container 1, IA worden beladen terwijl deze zich op de wagon, of een andere vervoerseenheid bevindt. De deuren, wanden of wanddelen zijn bijvoorbeeld voorzien van een zekering 19. Bijvoorbeeld is een container 1 met openbare wanddelen 18 voor de zijkant voorzien, in welke container 1 auto’s kunnen worden vervoerd, waarbij door de mogelijkheid de container 1 aan de zijkant 15 te openen, de deuren van een auto in de container 1 nog open kunnen. Bij voorkeur is de container 1 slechts aan één kant openbaar, bijvoorbeeld slechts aan één zijkant, of aan de voor of achterkant, zodat de constructie weinig aan stevigheid hoeft in te boeten. Aan die zijde kan de container 1 bijvoorbeeld zijn voorzien van een verstevigend frame.

20 In een uitvoeringsvorm is de container 1 voorzien van gaten of ogen waar kabels, riemen, touwen, lashings en dergelijke doorheen kunnen worden gehaald voor het vastsjorren van transportgoederen, zoals bijvoorbeeld auto’s. Deze gaten of ogen kunnen bijvoorbeeld bij de vloer of althans nabij de vloer van de container 1 zijn voorzien. Bijvoorbeeld zijn 25 deze gaten of ogen achter elkaar in veelvoud voorzien als strips van gaten of ogen. In het bijzonder bij een te openen zijwand kunnen deze gaten of ogen goed bereikbaar zijn. Bovendien kan de vastsjormogelijkheid aan de vloer voordelig zijn, ten opzichte van het vastsjorren aan wand en/of plafond vanwege de geringe hoogte van containers 1 volgens de uitvinding.

14

In nog een uitvoeringsvorm is de vloer van de container 1 tenminste voorzien van een verstijvingsprofiel 22, bij voorkeur in de lengterichting van de container 1. Bij voorkeur is dit profiel 22 nabij de zijkant van de container 1 aangebracht, meer in het bijzonder op een 5 geringe afstand van de zijkant naar binnen toe, bijvoorbeeld tenminste ongeveer 0,1 tot 0,6 meter, in het bijzonder tussen ongeveer 0,2 en 0,4 meter, meer in het bijzonder ongeveer 0,3 meter vanaf de zijkant naar binnen toe. Dit kan eventuele doorzakking van de vloer tegengaan en komt ten goede van de algehele verstijving van de vloer. In het bijzonder bij 10 stapeling van de containers 1 kunnen de profielen 22 voordelig zijn, aangezien van een tweede container IA (zie figuur 8) die bovenop een onderliggende container 1 is gestapeld de vloer niet wordt ondersteund, maar slechts de zijkanten van de tweede container IA worden ondersteund. Doorzakking van de vloer van de tweede container IA zou de lading van de 15 onderliggende container 1 kunnen beschadigen. Het in lengterichting aangebrachte profiel 22 kan dit op voordelige wijze tegengaan.

Bijvoorbeeld wordt de container 1, IA vanaf de zijkant beladen met een vorkheftruck, bijvoorbeeld een speciale heftruck met lepels van ongeveer 240 centimeter. In een ander voorbeeld wordt bijvoorbeeld een 20 extra lage vorkheftruck of palletwagen toegepast voor belading van de container 1, IA vanaf de voor- of achterkant.

In bepaalde uitvoeringsvormen kunnen de steunen 16 bijvoorbeeld afneembaar of uitschuifbaar zijn. De steunen 16 zijn bij voorkeur voorzien van een zekering die ze in in- of uitgeklapte toestand, dan wel in in- of 25 uitgeschoven toestand behoudt. Een container 1, IA is bijvoorbeeld voorzien van twee, vier of meer steunen 16.

Bijvoorbeeld omvatten de steunen 16 verlengbare corner castings, zodat de steunen 16 relatief eenvoudig met de onderzijde van een tweede container IA kunnen worden gekoppeld, in het bijzonder met de respectieve 30 cornercastings van de tweede container IA. Bijvoorbeeld zijn de steunen 16 15 scharnierend ingericht en voorzien van een zekering zodat de steunen 16 zijn gezekerd in de uitklapte en/of ingeklapte toestand. Bij voorkeur is de hoogte van de steunen 16 dusdanig hoog dat de tweede containers IA, boven de onderliggende containers 1, zich slechts een zeer kleine afstand boven het 5 bolle dak 2 uitstrekken.

Een andere configuratie is getoond in figuur 6A en 6B, respectievelijk in zij- en vooraanzicht. Hierbij omvat de onderste container 1 een lage container 1 of een conventionele container, welke lage container 1 of conventionele container hoger is dan de bovenste container IA. De 10 bovenste container IA omvat een dak 2 en steunen 16. De onderliggende container 1 is bijvoorbeeld een conventionele container, of een container 1 zonder dak, of een container 1 met een plat dak. Aangezien de verschillende typen containers 1, IA en/of conventionele containers op elkaar kunnen worden gestapeld, kunnen geschikte maten containers 1, IA worden 15 gekozen, die passen bij de vervoerseenheid of bij de te beladen goederen.

Ook kan flexibel worden overgeladen tussen verschillende vervoerseenheden, waarbij de containers 1 van geschikte hoogte op elke vervoerseenheid kunnen worden vervoerd, aangezien de hoogte aanpasbaar is. Ter illustratie is in figuur 3, stap E op het schip een container 1B 20 aangegeven, die is voorzien van een bol dak 2 (met stippellijn getekend), op welke container 1B, meerdere andere containers 1 zijn gestapeld.

Voordelige effecten die door de verschillende uitvoeringsvormen worden bereikt zijn ondermeer besparing van brandstof, vergroting van opslag capaciteit en/of flexibiliteit in gewicht en afmetingen. Doordat de 25 containers 1 kunnen worden gekozen en/of worden gestapeld aan de hand van de eisen die gelden voor verschillende vervoerseenheden hoeven geen goederen te worden overgeladen en/of hoeven geen lege containers terug te worden vervoerd, hoewel dat wel mogelijk is. Andere voordelige effecten kunnen uit de praktijk blijken.

16

De beschreven en vele vergelijkbare variaties, evenals combinaties daarvan, worden geacht binnen het door de conclusies geschetste raam van de uitvinding te vallen. Uiteraard kunnen verschillende aspecten van verschillende uitvoeringsvormen en/of combinaties daarvan met elkaar 5 worden gecombineerd en uitgewisseld. Er dient aldus niet tot slechts de genoemde uitvoeringsvormen te worden beperkt.

Claims (23)

1. Stapelbare transportcontainer, van tenminste anderhalve meter breed en tenminste drie meter lang, die is ingericht om tenminste op een treinwagon te worden geplaatst, waarbij de hoogte van de container tussen de ongeveer 1,2 en ongeveer 2,5 meter bedraagt 5

2. Container volgens conclusie 1, waarbij de hoogte van de container, tussen de ongeveer 1,55 en ongeveer 2,15 meter bedraagt.

3. Container volgens conclusie 1 of 2, waarbij de container door een dak is afgedicht om althans in gebruik transportgoederen in de container af te dekken.

4. Container volgens conclusie 3, waarbij de hoogte van het dak tenminste in dwarsrichting vanaf de zijkanten naar binnen toe, althans deels, bij voorkeur grotendeels, oploopt.

5. Container volgens conclusie 3 of 4, waarbij het dak in het midden ongeveer 0,20 meter hoog is, of!ten minste is ingericht om lading die nabij 15 het midden 0,20 meter boven de zijwand van de container uitsteekt af te dekken.

6. Container volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de container is voorzien van tenminste een opzetbare of opklapbare steun, bij voorkeur nabij de bovenrand van een zijwand van de container, welke 20 tenminste ene steun is ingericht om een tweede container te ondersteunen.

7. Container volgens conclusie 6, waarbij de container tevens is voorzien van een dak, waarbij de tenminste ene steun is ingericht om boven het dak een tweede container te ondersteunen.

8. Container volgens één der voorgaande conclusies, waarbij een 25 zijwand van de container is ingericht om te worden geopend.

9. Container volgens één der voorgaande conclusies, waarbij in lengterichting van de container tenminste één verstevigingsprofiel in of aan de vloer van de container is voorzien, voor het tegengaan van doorzakking van de vloer, waarbij het profiel op afstand van de zijwand van de container is voorzien, bij voorkeur tussen de ongeveer 0 en 0,60 meter.

10. Samenstel van een container volgens één der voorgaande 5 conclusies en een tweede container, waarbij de tweede container op tenminste een onderliggende container is gestapeld, welke tenminste ene onderliggende container is afgedekt door de container daarboven en/of een dak.

11. Samenstel volgens conclusie 10, waarbij de tweede container is 10 voorzien van een dak.

12. Samenstel volgens conclusie 11, waarbij de onderste container is voorzien van een dak en tenminste een steun, op welke tenminste ene steun de bovenste container steunt, waarbij bij voorkeur de bovenste container i tevens is voorzien van een dak.

13. Samenstel volgens één der conclusies 10 - 12, waarbij de totaalhoogte van twee gestapelde containers minder is dan ongeveer 5 meter, in het bijzonder minder dan ongeveer 4 meter, meer in het bijzonder tussen de 3,45 en 3.75 meter.

14. Wagon, in het bijzonder een megafretwagon, trailer of schip 20 voorzien van een samenstel of container volgens een der voorgaande conclusies.

15. Werkwijze voor het stapelen van containers, waarbij een eerste container op een wagon, trailer of schip wordt gestapeld, en waarbij een tweede container op de eerste container wordt gestapeld, waarbij tenminste 25 één van de containers en bij voorkeur elk van de containers een hoogte heeft van tussen de ongeveer 1,2 en 2,5 meter, en een breedte en lengte van respectievelijk tenminste anderhalve en drie meter, en waarbij tenminste één van de containers is voorzien van een dak.

16. Werkwijze volgens conclusie 15, waarbij gebruik wordt gemaakt 30 van een container en/of samenstel volgens één der conclusies 1 - 13.

17. Werkwijze volgens conclusie 15 of 16, waarbij tenminste de eerste container wordt voorzien van een dak, bij voorkeur een dak dat vanaf de zijkanten naar het midden een oplopende hoogte heeft. .

18. Werkwijze volgens conclusie 17, waarbij de eerste container is 5 voorzien van tenminste een steun, welke tenminste ene steun zodanig op de eerste container wordt gepositioneerd dat deze zich tot boven de container uitstrekt, waarbij de tweede container op de tenminste ene steun wordt geplaatst, zodat de tweede container zich boven een dak van de eerste container uitstrekt.

19. Werkwijze volgens één der conclusies 15 - 18, waarbij de eerste en/of tweede container vanaf een zijkant wordt beladen.

20. Werkwijze volgens één der conclusies 15 - 19, waarbij de eerste en/of tweede container tussen verschillende vervoerseenheden wordt overgeplaatst. 15

21 Werkwijze volgens één der conclusies 15-20, waarbij de tweede container van een dak wordt voorzien en boven de tweede container met dak een derde container wordt gestapeld.

22. Werkwijze volgens één der conclusies 15 - 21, waarbij met tenminste één van de containers tenminste één voertuig, bij voorkeur een 20 auto, wordt getransporteerd.

23. Kit van een container en een dak, voorzien van een stapelbare transportcontainer, van tenminste anderhalve meter breed en tenminste drie meter lang, die is ingericht om tenminste op een treinwagon te worden geplaatst en van boven te worden afgedekt, waarbij de hoogte van de 25 container tussen de ongeveer 120 en ongeveer 250 centimeter bedraagt, waarbij een dak is voorzien dat zich in gebruik over de container uitstrekt, en bij voorkeur tenminste een steun die in gebruik in verbinding is met de container om een tweede container boven genoemde container voorzien van een dak te ondersteunen.