NL2000521C1

NL2000521C1 - Binair G-sensor gestuurd remsysteem voor een aanhanger.

Info

Publication number: NL2000521C1
Application number: NL2000521A
Authority: NL
Inventors: Pieter Gerrit Veldhuizen
Original assignee: Bart Veldhuizen B V
Priority date: 2007-03-05
Filing date: 2007-03-05
Publication date: 2008-09-08
Also published as: EP1967426A1

Description

- 1 -

BINAIR G-SENSOR GESTUURD REMSYSTEEM VOOR EEN AANHANGER

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een met een trekkend voertuig gekoppeld getrokken voertuig 5 aangebracht remsysteem omvattende: een van een stuuringang voorziene regelaar met een G-sensor, en met de regelaar gekoppelde remorganen.

De onderhavige uitvinding heeft tevens betrekking op 10 een voertuig voorzien van een dergelijk remsysteem, en op een werkwijze waarbij een met een trekkend voertuig gekoppeld getrokken voertuig in een door een G-sensor bepaalde mate kan worden geremd met behulp van een in het getrokken voertuig aangebracht remsysteem.

15

Een dergelijk remsysteem is bekend uit US 2002/0180257 Al. Hieruit zijn een aantal volgende uitvoeringen van het remsysteem bekend.

In fig.l heeft het daaruit bekende remsysteem een 20 regelsensor of een schakelaar in het trekkende voertuig die respectievelijk een regelsignaal of een schakelsignaal afgeeft aan het getrokken voertuig. De uitvoering met regelsensor met regelsignaal heeft de voorkeur, omdat die een remkracht afhankelijk regelsignaal aan een 25 processorregelaar in het getrokken voertuig afgeeft. Daar elk remsysteem reeds is voorzien van een remschakelaar die het schakelsignaal verschaft wordt een dergelijke sensor toegepast in een "brake-by-wire" systeem, waarin in het remsysteem van het trekkende voertuig door middel van 30 elektrische signalen wordt gewerkt.

Fig. 2 licht een bekende uitvoering toe waarin een regelsensor in het trekkende voertuig een remkracht proportioneel signaal afgeeft aan een processorregelaar in het getrokken voertuig.

35 Fig. 3 en fig. 4 lichten alternatieve uitvoeringen 2000521 - 2 - toe met een accelerometer, hierna kortweg G-sensor genoemd, welke of in het trekkende voertuig, of het getrokken voertuig zijn aangebracht. In het laatste geval werkt het in het getrokken voertuig aangebrachte remsysteem zelfs 5 volledig onafhankelijk van welke signalering dan ook vanuit het trekkende voertuig, en bestaat er dus met voordeel geen behoefte meer aan communicatie of verbindingen tussen trekkende en getrokken voertuigen.

10 Of, en zo ja hoe, een schakelsignaal bestuurd remsysteem in het getrokken voertuig van Fig. 1, zonder G-sensor, mogelijk is wordt hierin niet toegelicht.

Ook wordt hierin niet toegelicht of, en zo ja hoe, in de afzonderlijke uitvoering van fig. 4, met G-sensor, een 15 dergelijk schakelsignaal een rol zou kunnen spelen daar waar in die uitvoering al met voordeel een volledig autonoom remsysteem is gerealiseerd.

Nadeel van de uitvoeringen met G-sensor in trekkend 20 of getrokken voertuig is dat bij het op of afrijden van een helling de het remsysteem door de G-sensor in werking wordt gesteld, hetgeen niet altijd noodzakelijk is en kan leiden tot onveilige situaties. Hetzelfde geldt als de G-sensor door trillingen een signaal afgeeft waardoor het remsysteem 25 ongewenst in werking treedt.

Doel van de onderhavige uitvinding is het in het bijzonder verschaffen van een verbeterd beveiligd remsysteem dat op allerhande verschillende typen wegen, en 30 in diverse omstandigheden veilig kan worden gebruikt.

Daartoe heeft het remsysteem volgens de uitvinding het kenmerk dat het remsysteem zodanig is ingericht dat op basis van een aan de stuuringang toe te voeren tweewaardig 35 commando alleen bij één waarde die aangeeft dat door het - 3 - trekkende voertuig wordt geremd, de remorganen in het getrokken voertuig in een door de G-sensor bepaalde mate werkzaam kunnen zijn.

Dienovereenkomstig heeft de werkwijze volgens de 5 uitvinding het kenmerk dat het remsysteem in het getrokken voertuig op tweewaardig commando vanuit het trekkende voertuig werkt en alleen werkzaam kan zijn indien het commando de ene commandowaarde heeft die aangeeft dat door het trekkende voertuig wordt geremd.

10

Voordeel van het remsysteem en de werkwijze volgens de uitvinding is dat het van een helling af rijden van een daarmee uitgeruste voertuigcombinatie niet tot een door de G-sensor geïnduceerd remmen leidt, omdat het remsysteem in 15 het getrokken voertuig alleen dan werkzaam kan zijn ingeval het remsysteem in het trekkende voertuig dat ook is. In het laatstgenoemde geval neemt het tweewaardige commando de ene waarde aan die het remsysteem in het getrokken voertuig vrijgeeft. Indien het tweewaardige commando de andere 20 waarde heeft en door het remsysteem in het trekkende voertuig niet wordt geremd zal de voertuigcombinatie, bijvoorbeeld bij het op- of afrijden van een helling, of bij het optreden van overmatige trillingen die het remsysteem eerder in werking zouden hebben gesteld, in 25 principe niet remmen. De betrouwbaarheid en veilige werking van het remsysteem zijn hierdoor verbeterd.

Met voordeel kunnen in verdere uitvoeringsvarianten op zichzelf bekende aslast bepalende middelen, een ABS 30 (Anti Blokkeer Systeem) eenheid, en/of een ESP (Elektrisch Stabiliteit Pakket) eenheid worden gebruikt om de, reeds door de G-sensor bepaalde, mate waarin wordt geremd door het remsysteem in het getrokken voertuig bij te regelen, in mede afhankelijkheid van de actuele aslast, de actuele slip 35 condities en/of de mate van slingering van met name het - 4 - getrokken voertuig. Met voordeel wordt de mate van slingering mede gemeten door de dan multifunctionele G-sensor, de aanwezige additionele G-sensoren en/of YAW sensoren.

5

Verdere van voordeel zijnde uitvoeringsvormen van het remsysteem zijn gedefinieerd in de overige afhankelijke conclusies.

10 Thans zullen het remsysteem en de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van de onderstaande figuur, waarin een aantal mogelijke uitvoeringsvormen zijn belichaamd.

15 De figuur toont een remsysteem 1 dat in een met een niet getoond trekkend voertuig gekoppeld getrokken voertuig, zoals een aanhanger, trailer, oplegger of dergelijke is aangebracht. Hierna zal het getrokken voertuig kortweg worden aangeduid met aanhanger. Het 20 remsysteem 1 omvat een veelal hydraulische of een elektrische, processor gestuurde regelaar 2 die is verbonden met een accelerometer of G-sensor 3, die een signaal aan de regelaar 2 afgeeft dat een maat bevat voor de versnelling of vertraging die de aanhanger ondervindt.

25 De G-sensor 3 is in de praktijk vaak van het type dat uit de kracht die wordt uitgeoefend op een daarin ondergebrachte massa veersysteem afleidt of de sensor versneld of vertraagd wordt.

De regelaar 2 is voorzien van een stuuringang 4 30 waaraan een in het trekkende voertuig opgewekte puls, in de vorm van een binair of tweewaardig commandosignaal wordt toegevoerd. De ene commandowaarde geeft aan dat een remsysteem in het trekkende voertuig in werking is en dat daardoor feitelijk wordt geremd, terwijl de andere 35 commandowaarde aangeeft dat hierdoor niet wordt geremd. Het - 5 - commandosignaal met de ene commandowaarde zorgt voor vrijgave van de door een voedingseenheid 5 van voeding voorziene regelaar 2, waardoor de regelaar 2 aan daarmee gekoppelde remorganen 6, waarin met name op de aanhanger 5 gemonteerde remmen 7 zijn opgenomen, een hydraulisch of elektrisch actiesignaal afgeeft, dat uiteindelijk zorgt voor het inwerking stellen van de hydraulisch of elektrisch uitgevoerde remmen 7 van de aanhanger. De andere waarde van het commandosignaal geeft de regelaar 2 niet vrij, waardoor 10 het remsysteem 1 in het getrokken voertuig alleen werkzaam kan zijn indien het commando de ene commandowaarde heeft. Het actiesignaal dat elektrisch of hydraulisch kan zijn activeert de dienovereenkomstig uitgevoerde remorganen 6 en regelt de door de remmen 7 uitgeoefende remkracht zo dat 15 deze in een door de G-sensor 3 bepaalde mate werkzaam zijn.

De remorganen 6 zijn als de regelaar 2 een hydraulisch actiesignaal afgeeft voorzien van een houder 8 voor hydraulische vloeistof, een op de houder aangesloten hydraulische pomp 9 of accumulator en een op de pomp 9 en 20 de regelaar 2 aangesloten ventiel 10. Als het ventiel 10 een proportioneel ventiel is, is de mate waarin de remmen 7 in de aanhanger werkzaam zijn evenredig met de mate waarin de G-sensor een vertraging meet. In het algemeen kan het ventiel 10 een elektrisch of hydraulisch door de regelaar 2 25 regelbaar ventiel zijn, terwijl het ventiel 10 zelf kan zijn ingericht om via een niet nader geduide verdeeleenheid een hydraulisch of een elektrisch door de G-sensor geregeld remsignaal aan de remmen 7 af te geven. De remmen 7 kunnen verder trommel- of schijfremmen zijn.

30 Het voornoemde remsignaal dat een zekere door de G- sensor 3 voorgeschreven vertraging veroorzaakt van de combinatie die bestaat uit het trekkende voertuig en een of meer aanhangers kan naar wens worden beïnvloed door een of meer additionele remsignaal parameters, waarvan de 35 bijbehorende middelen/eenheden schematisch zijn aangeduid - 6 - met P. Deze parameters kunnen zijn: de last die op een of meer assen van de aanhanger drukt, zoals bepaald door mechanische of hydraulische aslast bepalende middelen; slipparameters, zoals bepaald door een ABS (Anti Blokkeer 5 Systeem) eenheid; of slinger of trilling parameters, zoals bepaald door een ESP (Elektrisch Stabiliteit Pakket) eenheid. In het laatste geval kan bijvoorbeeld de slingering van een caravan, al of niet ritmisch, of door achtereenvolgens of gelijktijdig linker en rechter remmen 7 10 in werking te stellen worden gecompenseerd. Voornoemde parameterafhankelijkheden kunnen overigens naar wens hydraulisch of elektrisch ergens in het remsysteem 1 zijn geïmplementeerd. De G-sensor 3 kan multifunctioneel gebruikt worden voor het zowel meten van met name de 15 vertraging van de aanhanger, als eventuele trillingen. Hiertoe kunnen ook een of meer YAW sensoren worden toegepast.

2 0 0052 1

Claims

1. In een met een trekkend voertuig gekoppeld getrokken voertuig aangebracht remsysteem omvattende: een 5 van een stuuringang voorziene regelaar met een G-sensor, en met de regelaar gekoppelde remorganen, met het kenmerk dat het remsysteem zodanig is ingericht dat op basis van een aan de stuuringang toe te voeren tweewaardig commando alleen bij één waarde die aangeeft dat door het trekkende 10 voertuig wordt geremd, de remorganen in het getrokken voertuig in een door de G-sensor bepaalde mate werkzaam kunnen zijn.

2. Remsysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk 15 dat de regelaar als een elektrische regelaar of een hydraulische regelaar is uitgevoerd.

3. Remsysteem volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat de remorganen een ventiel omvatten die de mate 20 waarin remmen in het getrokken voertuig worden bediend evenredig doet zijn met de mate waarin de G-sensor een vertraging meet.

4. Remsysteem volgens conclusie 3, met het kenmerk 25 dat het ventiel respectievelijk een elektrisch of hydraulisch door de regelaar te regelen ventiel is.

5. Remsysteem volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk dat het getrokken voertuig aslast bepalende 30 middelen omvat die de mate waarin de remmen worden bediend elektrisch of hydraulisch beïnvloeden in afhankelijkheid van de gemeten aslast.

6. Remsysteem volgens een van de conclusies 3-5, met 35 het kenmerk dat het ventiel is ingericht om een hydraulisch 2000521 - 8 - of elektrisch door de G-sensor geregeld signaal aan de remmen af te geven.

7. Remsysteem volgens conclusie 6, met het kenmerk 5 dat het remsysteem een ABS (Anti Blokkeer Systeem) eenheid omvat die het hydraulische of elektrische signaal beïnvloedt in afhankelijkheid van gemeten slipcondities van het getrokken voertuig.

8. Remsysteem volgens conclusie 6 of 7, met het kenmerk dat het remsysteem een ESP (Elektrisch Stabiliteit Pakket) eenheid omvat die het hydraulische of elektrische signaal beïnvloedt in afhankelijkheid van gemeten slingering van het getrokken voertuig. 15

9. Remsysteem volgens een van de conclusies 1-8, met het kenmerk dat de remmen als hydraulisch of elektrisch werkende schijf- of trommelremmen zijn uitgevoerd.

10. Getrokken voertuig, aanhanger of oplegger voorzien van een remsysteem volgens één van de conclusies 1-9.

11. Werkwijze waarbij een met een trekkend voertuig 25 gekoppeld getrokken voertuig in een door een G-sensor bepaalde mate kan worden geremd met behulp van een in het getrokken voertuig aangebracht remsysteem, met het kenmerk dat het remsysteem in het getrokken voertuig op tweewaardig commando vanuit het trekkende voertuig werkt en alleen 30 werkzaam kan zijn indien het commando de ene commandowaarde heeft die aangeeft dat door het trekkende voertuig wordt geremd. 20 0052 1 -