NL2000441C2 - Warmhoudplaat alsmede samenstel omvattende een dergelijke warmhoudplaat. - Google Patents

Description

Titel: Warmhoudplaat alsmede samenstel omvattende een dergelijke warmhoudplaat.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een warmhoudplaat, omvattende: • een metalen plaatdeel met een bovenzijde waarop een warm te houden object 5 plaatsbaar is, met een onderzijde en met een de omtrek van het plaatdeel bepalende plaatrand; en • een elektrisch verwarmingselement bevestigd aan de onderzijde van het plaatdeel en ingericht voor verwarming van dit plaatdeel.

10 Dergelijke warmhoudplaten zijn algemeen bekend en worden onder meer toegepast in koffiezetmachines als ook in andere omgevingen en zelfs geheel los van enige andere machine.

De onderhavige uitvinding heeft tot doel te verschaffen een verbeterde warmhoudplaat, 15 welke op elektrisch veilige wijze toepasbaar is in een vochtige of natte omgeving.

Dit doel wordt volgens (een eerste aspect van) de uitvinding bereikt door te verschaffen een warmhoudplaat, omvattende: • een metalen plaatdeel met een bovenzijde waarop een warm te houden object 20 plaatsbaar is, met een onderzijde en met een de omtrek van het plaatdeel bepalende plaatrand; en • een elektrisch verwarmingselement bevestigd aan de onderzijde van het plaatdeel en ingericht voor verwarming van dit plaatdeel, • een komvormige schaal met een in omtreksrichting verlopende schaalrand; 25 waarbij de schaal is vervaardigd uit elektrisch isolerende kunststof; en waarbij de plaatrand op waterdichte wijze in de binnenzijde van de schaalrand is opgenomen.

Door het plaatdeel met de plaatrand op waterdichte wijze in de binnenzijde van de 30 schaalrand van een schaal van elektrisch isolerende kunststof te bevestigen, wordt bereikt dat bovenop de warmhoudplaat gemorste vloeistof niet bij het elektrische verwarmingselement aan de onderzijde van het plaatdeel terecht kan komen. Immers, het elektrische verwarmingselement is aan de onderzijde van het plaatdeel bevestigd en ligt dus binnen in de kom vormige schaal. Deze kom vormige schaal is verder in 2 hoofdzaak gesloten. De komvormige schaal verhindert voorts dat van onderaf vocht, bijvoorbeeld in de vorm van condens bij het verwarmingselement terecht kan komen. Doordat de plaatrand in de binnenzijde van de schaalrand is opgenomen, laat de warmhoudplaat volgens de uitvinding zich bovendien op relatief eenvoudige wijze 5 elektrisch geïsoleerd in een horizontale wand van een frame plaatsen zonder dat de warmhoudplaat daarbij boven het oppervlak van die wand hoeft uit te steken. De warmhoudplaat laat zich dan als het ware verzonken in die wand plaatsen. Doordat de warmte-geleiding van elektrisch isolerende kunststoffen relatief gering is, althans vergeleken met de warmte-geleiding van het metalen plaatdeel, wordt tevens een 10 warmtebrug ten opzichte van een de omliggende constructie gecreëerd, hetgeen het elektrisch rendement van de warmhoudplaat verbetert.

Volgens een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding, is de elektrisch isolerende kunststof, waaruit de schaal is vervaardigd bij, althans de schaalrand zodanig elastisch 15 flexibel dat deze schaalrand een warmte-uitzetting van het plaatdeel in de orde van 0,4 tot 0,6 mm kan opnemen. Dat wil zeggen, de schaalrand is in staat om om een metalen plaatdeel met een diameter van bijvoorbeeld 124 mm op te nemen, waarvan de diameter bij verwarming van 20°C tot 180°C circa 0,5 mm toeneemt tot in totaal circa 124,5 mm. De warmte-uitzetting van het plaatdeel zal, tijdens verwarming, de 20 waterdichte bevestiging van het plaatdeel in de binnenzijde van de schaalrand verder verbeteren omdat de plaatrand steviger tegen de schaalrand gedrukt wordt.

Met het oog op een goede elektrische isolatie en tevens een goede warmte-isolatie is het volgens de uitvinding van voordeel, wanneer de elektrisch isolerende kunststof, 25 waaruit de schaal vervaardigd is, een rubberachtig materiaal omvat.

Het is volgens de uitvinding verder van voordeel wanneer de elektrisch isolerende kunststof, in het bijzonder een elektrisch isolerende kunststof in de vorm van een rubberachtig materiaal, een Shore-hardheid op schaal A van 55 a 85, in het bijzonder 30 van ongeveer 70, heeft. Bij een dergelijke hardheid is het kunststofmateriaal enerzijds voldoende stijf om een goede blijvende bevestiging van het plaatdeel binnen de schaalrand te verzekeren en anderzijds nog voldoende flexibel om die bevestiging mogelijk te maken. Ingeval van een rubberachtig materiaal komt daar nog bij dat een 3 rubberachtig materiaal met een dergelijke Shore-hardheid ook voldoende elastische flexibiliteit heeft om de warmte-uitzetting van het plaatdeel te kunnen opnemen.

Alhoewel uiteenlopende manieren van bevestiging van het plaatdeel in de binnenzijde 5 van de schaalrand mogelijk zijn, laat deze bevestiging zich op duurzame en technisch betrouwbare wijze eenvoudig tot stand brengen wanneer aan de buitenzijde van de plaatrand een ribbe is gevormd, die zich uitstrekt langs de omtrek van het plaatdeel, en wanneer aan de binnenzijde van de schaalrand een groef is voorzien, waarin die ribbe is opgenomen. Het plaatdeel laat zich dan als het ware aan de binnenzijde van de 10 schaalrand in de schaal persen, waarbij de schaalrand dan iets zal meegeven totdat de ribbe zich in de groef bevindt. De waterdichte afsluiting is hierbij te verbeteren door de schaal zo te bevestigen dat de schaalrand in gemonteerde toestand onder een elastische voorspanning - die de diameter van de schaalrand neigt te verkleinen - verkeert.

15 Het is volgens de uitvinding verder van voordeel wanneer het plaatdeel alsmede het verwarmingselement op afstand boven de bodem van de schaal liggen. Dit verkleint de kans dat het verwarmingselement elektrisch contact maakt met water en vocht indien dat binnen in de schaal terecht mocht komen. De hierdoor verkregen tussenruimte tussen enerzijds het plaatdeel en het verwarmingselement en anderzijds de bodem van 20 de schaal verbetert hierbij verder de warmte-isolerende werking naar de omgeving toe, in het bijzonder wanneer die tussenruimte met gas, in het bijzonder lucht, gevuld is. Gas, zoals lucht, geleidt warmte namelijk relatief slecht. Deze isolerende werking doet zich volgens de uitvinding al voor bij relatief geringe afstand tussen het plaatdeel en de bodem van de schaal. De afstand van het plaatdeel tot de bodem van de schaal bedraagt 25 hierbij volgens de uitvinding ten minste 4 mm, bij voorkeur ten minste 7 mm.

Volgens een verdere uitvoeringsvorm is er ten behoeve van de elektrische voeding van het verwarmingselement in de bodem van de schaal een doorgang voor elektriciteitsdraad naar het verwarmingselement voorzien. Door een dergelijke 30 doorgang in de bodem van de schaal te voorzien, wordt de kans verkleind dat eventueel via deze doorgang, de schaal binnenkomend vocht bij het verwarmingselement terecht komt. Door de doorgang uit te voeren als een sleuf met een breedte kleiner dan de dikte van die elektriciteitsdraad, wordt enerzijds bereikt dat de elektriciteitsdraad 4 gemakkelijk door de sleuf is te steken en anderzijds bereikt dat de sleuf op de elektriciteitsdraad afdicht. Dit laatste gaat binnendringing van vocht via die sleuf tegen. Binnendringing van enig vocht laat zich in het bijzonder tegengaan door de sleuf uit te voeren als een zogenaamde zelf-sluitende sleuf. Onder een zelf-sluitende sleuf wordt 5 hierbij verstaan een sleuf die, wanneer er zich geen elektriciteitsdraad doorheen steekt, op zichzelf sluit. In het bijzonder bij gebruik van een voldoende elastisch flexibel kunststofmateriaal, zoals een rubberachtig materiaal, is daarbij ook een zeer goede afdichting te bereiken wanneer er een elektriciteitsdraad door die sleuf is gestoken.

10 Het verwarmingselement kan volgens de uitvinding een zogenaamd PTC-element zijn. PTC staat hierbij voor de Engelse term Positive Temperature Coefficient. Zogenaamde PTC-elementen zoals verwarmingselementen zijn uit de stand van de techniek als zodanig bekend, ook bij warmhoudplaten. PTC-elementen hebben als voordeel dat ze zo zijn in te stellen dat de elektrische verbinding vanzelf wordt uitgeschakeld wanneer 15 het element een vooraf bepaalde temperatuur bereikt. De temperatuurschakeling is daarbij als het ware in het verwarmingselement geïntegreerd. Andere verwarminmgselementen kunnen echter ook gebruikt worden bij een warmhoudplaat volgens de uitvinding.

20 Volgens een tweede aspect heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een samenstel omvattende een kan en een warmhoudplaat volgens de uitvinding, waarbij de kan een bodem heeft, die vlak op de bovenzijde van de warmhoudplaat plaatsbaar is.

De bodem van de kan en de bovenzijde van de warmhoudplaat sluit hierbij als het ware vormsluitend op elkaar aan. Dit verbetert de warmte-overdracht van de warmhoudplaat 25 naar de kan en via de kan naar de inhoud van de kan.

Volgens een derde aspect heeft de uitvinding betrekking op een samenstel, omvattende een behuizing en een warmhoudplaat volgens de uitvinding, waarbij de behuizing een naar boven gekeerde wand heeft, waarin een gat is gevormd met een gatrand, waarin de 30 schaalrand van de warmhoudplaat op vormsluitende en waterdichte wijze bevestigd is. Aldus wordt verhinderd dat water vanaf de bovenzijde van de warmhoudplaat in het inwendige van de behuizing terecht kan komen.

5

Montage van de warmhoudplaat in de behuizing laat zich hierbij op eenvoudige wijze realiseren door de warmhoudplaat middels een snapverbinding tussen de gatrand en de schaalrand aan de behuizing te bevestigen. De warmhoudplaat laat zich dan aan de behuizing bevestigen door de schaalrand hiervan in de gatrand te drukken totdat de 5 snapverbinding in werking treedt. Verdere vereenvoudiging van de assemblage wordt hierbij bereikt wanneer de snapverbinding zodanig is ingericht dat deze het van bovenaf in het gat plaatsen en vastsnappen van de warmhoudplaat toelaat en het in opwaartse richting uit het gat nemen van de warmhoudplaat tegengaat. Dit betekent dat de warmhoudplaat van buitenaf in het gat in de behuizing geplaatst wordt en niet van 10 binnenaf in het gat in de behuizing geplaatst wordt. Van buitenaf zal altijd ruimte aanwezig zijn, omdat er tijdens gebruik ook een voorwerp, zoals een kan op de warmhoudplaat moet kunnen staan.

Bij het samenstel volgens het derde aspect van de uitvinding is het verder van voordeel 15 wanneer de gatrand, beschouwd van boven naar beneden, taps toeloopt en wanneer de schaalrand aan de buitenzijde overeenkomstig taps toeloopt. Aldus wordt voorkomen dat de warmhoudplaat geheel in de behuizing gedrukt kan worden wanneer deze te zwaar belast wordt. De taps toelopende gatrand en de overeenkomstig aan de buitenzijde taps toelopende schaalrand zullen namelijk, het in het gat te ver naar 20 beneden drukken van de warmhoudplaat verhinderen. Het is hierbij volgens de uitvinding verder van voordeel wanneer de tapsheden verlopen onder een hoek ten opzichte van de verticaal, welke ligt in het bereik van 35° tot 55°. Deze hoek kan bijvoorbeeld ongeveer 45° bedragen. Enerzijds verzekert een dergelijke tapsheid op zeer betrouwbare wijze dat de warmhoudplaat in wezen nooit geheel door het gat 25 gedrukt kan worden, terwijl toch een voldoende stevige, eventueel klemmende bevestiging te verzekeren is. Eventueel kan de warmhoudplaat onder een zekere voorspanning in het gat zijn bevestigd, zodanig dat vanaf de buitenzijde op de schaalrand een radiaal binnenwaarts gerichte voorspankracht wordt uitgeoefend. Anderzijds, laat een dergelijke tapsheid enige expansie van de schaalrand in opwaartse 30 richting toe, welke kan bijdragen aan het vermogen om warmte-uitzetting van het plaatdeel op te nemen.

6

Volgens een verdere uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding, omvat het samenstel verder een door de behuizing gedragen waterreservoir. Volgens een nog verdere uitvoeringsvorm bevindt de warmhoudplaat zich hierbij boven het waterreservoir.

5

Volgens een nog verdere uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding is de behuizing uitgerust met een koffiezetmachine.

Volgens een nog verdere uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding 10 omvat het samenstel verder een kan, waarbij de kan een bodem heeft die vlak op de bovenzijde van de warmhoudplaat plaatsbaar is. Voordelen van deze uitvoeringsvorm zijn hiervoor al uiteengezet.

De onderhavige uitvinding zal in het navolgende aan de hand van een, in de tekeningen 15 schematisch afgebeeld voorbeeld, nader worden toegelicht. Hierin toont:

Figuur 1 een schematische perspectivische weergave van twee warmhoudplaten volgens de uitvinding toegepast in combinatie met een koffiezetmachine; 20 Figuur 2 perspectivisch en met uiteengenomen delen een warmhoudplaat volgens de uitvinding;

Figuur 3 schematisch in doorsnede een aanzicht van een warmhoudplaat volgens de uitvinding in een, in een horizontale wand gemonteerde toestand; en 25

Figuur 4 op vergrote schaal detail IV uit figuur 3.

Figuur 1 toont schematisch een samenstel 1 volgens de uitvinding. Het samenstel 1 omvat een behuizing 2, uitgerust met een koffiezetmachine en voorzien van twee 30 warmhoudplaten 10 volgens de uitvinding. De behuizing 2 omvat een waterreservoir 3 met een vulniveau-indicator 4. Aan de bovenzijde van het waterreservoir 4 is een draagarm 5 voorzien, waaronder een trechtervormige koffiefilterhouder 6 hangt. Onder de filterhouder 6 is een koffiekan 7 opgesteld. Deze koffiekan 7 staat op een 7 warmhoudplaat 10 volgens de uitvinding, welke wordt gedragen door de voet 8 van de behuizing. Op de voorzijde van de voet 8 zijn drie knoppen voorzien, waarmee de koffiezetmachine bedienbaar is en welke van verlichting kunnen zijn voorzien om de bedrijfstoestand van de koffiezetmachine aan te duiden. Bovenop de draagarm 5, boven 5 het waterreservoir 3 is een verdere warmhoudplaat 10 volgens de uitvinding voorzien, waarop een verdere kan 7 met koffie staat. Aldus kan men tegelijkertijd een kan koffie in voorraad warmhouden en een volgende kan koffie zetten.

Een uitvoeringsvorm van de warmhoudplaat 10 volgens de uitvinding wordt 10 gedetailleerder getoond in de figuren 2, 3 en 4. De warmhoudplaat 10 volgens de uitvinding is opgebouwd uit, in wezen drie onderdelen, te weten: • een metalen plaatdeel 11; • een kom vormige schaal 12 van elektrisch isolerende kunststof en • een verwarmingselement 15, in dit geval een zogenaamd PTC-element.

15

Het plaatdeel is vervaardigd van metaal (waaronder ook legeringen worden verstaan). Het plaatdeel 11 is in het bijzonder gevormd uit een plaat van aluminium of een aluminiumlegering. Het plaatdeel 11 heeft een bovenzijde 16 en een onderzijde 17. De bovenzijde 16 is op voordelige wijze voorzien van een speciale keramische laag, die dit 20 oppervlak slijtvast maakt. Dergelijke keramische lagen zijn uit de stand van de techniek als zodanig bekend. Tegen de onderzijde 17 van het plaatdeel 11 is middels een beugel 18 het verwarmingselement 15 gemonteerd. Vanzelfsprekend is deze montage zodanig dat het warmte-overdragend contact tussen het verwarmingselement 15 en het plaatdeel 11 optimaal is.

25

De komvormige schaal 12 is vervaardigd uit een elektrisch isolerende kunststof. Deze kunststof is in het bijzonder een kunstrubber. In het geval van dit uitvoeringsvoorbeeld is de gebruikte kunststof VMQ (siliconen rubber) met een Shore hardheid op schaal A van ongeveer 70. De komvormige schaal 12 kan als ééndelig spuitgietproduct worden 30 vervaardigd. De kom vormige schaal 12 heeft een bodem 19, welke aan de buitenzijde is omgeven door een wand 20. De bovenzijde van deze wand 20 wordt aangeduid met de schaalrand 21. De bodem 19 en wand 20 van de komvormige schaal 12 zijn in wezen gesloten. De U-vormige sleuf 22 (deze kan ook een andere vorm hebben alsook 8 kunnen er meerdere sleuven voorzien zijn) in de bodem 19 vormt in wezen de enige niet-dichtheid van de bodem en zijwanden van de komvormige schaal 12. Deze U-vormige sleuf 22 is zelf-sluitend uitgevoerd en dient voor het doorvoeren van de elektrische bedrading 23 van het verwarmingselement 15.

5

De plaatrand 24 is op waterdichte wijze in de binnenzijde van de schaalrand 21 opgenomen. Dit is op verschillende manier te realiseren. Volgens de afgebeelde, van voordeel zijnde uitvoeringsvorm is dit gerealiseerd door aan de buitenzijde van de plaatrand 24 een rib 25 te voorzien, die zich in omtreksrichting van het plaatdeel 11 10 uitstrekt en door in de binnenzijde van de schaalrand 21 een groef 26 te vormen, waarin die rib 25 opneembaar is. De dwarsdoorsnedevorm van de rib 25 en de dwarsdoorsnede vorm van de groef 26 kunnen onderling overeenstemmen, doch de dwarsdoorsnede vorm van de groef kan ook iets afwijken, in het bijzonder, wat grotere afmetingen hebben. Teneinde de onderzijde van het plaatdeel 11 op afstand boven de bodem 19 15 van de schaal 12 te ondersteunen, zijn langs de wand 20 van de schaal, steunlijven 27 voorzien.

In de figuren 2, 3 en 4 is met 14 een horizontale wand van een behuizing aangeduid. Deze wand 14 is hier bij wijze van voorbeeld gevormd uit plaatmateriaal, waarin een 20 gat 13 is gevormd met de afmetingen overeenstemmend met die van de schaalrand 21. Zoals, in het bijzonder in figuur 4, goed te zien, heeft het gat 13 een gatrand 28 die in benedenwaartse richting taps toeloopt en aan de onderzijde een cilindrisch deel 29 draagt. De schaalrand 21 is aan de buitenzijde overeenkomstig in benedenwaartse richting taps toelopend uitgevoerd en van een opname voor het cilindrische deel 29 25 voorzien. Deze opname voor het cilindrische deel 29 is aan de onderzijde begrensd door een snapnok 30, die als één geheel met de schaal is gevormd.

De warmhoudplaat volgens de uitvinding is in wezen op twee manieren in een gat 13 te monteren. Men kan eerst overeenkomstig de pijl V de schaal 12 in benedenwaartse 30 richting in het gat 13 drukken totdat de door het cilindrische deel 29 en de snapnok 30 verschafte snapverbinding ineengrijpt om pas daarna het plaatdeel 11 van bovenaf overeenkomstig pijl V in de schaal 12 te drukken totdat de rib 25 in de groef 26 is opgenomen. Men kan echter ook, en dit zal de voorkeur verdienen, eerst het plaatdeel 9 11 in de schaal 12 bevestigen en vervolgens het geheel overeenkomstig pijl V in het gat 13 drukken totdat de snapverbinding 29, 30 tot ineengrijping is gekomen.

In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld bedraagt de afstand A tussen de onderzijde 17 5 van het plaatdeel 11 en de bodem 19 van de schaal 12 ongeveer 9 mm en bedraagt de afstand B tussen de onderzijde van de beugel 18 (onder het verwarmingselement 15) en de bodem 19 van de schaal 12 ongeveer 4 mm. De diameter van het plaatdeel 11 bedraagt in dit uitvoeringsvoorbeeld ongeveer 124 mm en de aluminiumlegering, waarvan dit plaatdeel vervaardigd is, heeft bij een temperatuursverhoging van ongeveer 10 160°C de neiging om 0,5 mm uit te zetten (zodat de diameter dan onder invloed van warmte-uitzetting toeneemt tot ongeveer 124,5 mm).

De constructie volgens de uitvinding verschaft diverse voordelen zoals: • alle elektrische onderdelen van de warmhoudplaat zijn volledig elektrisch 15 geïsoleerd ten opzichte van de inrichting, waarin de warmhoudplaat gemonteerd is; • vanaf de buitenzijde van die inrichting wordt een volledig waterdichte afsluiting verzekerd; • vanaf de binnenzijde van die inrichting is een volledig spatwaterdichte afdichting van de elektrische delen van de warmhoudplaat ten opzichte van de rest van de 20 inrichting verzekerd; • zoals in de figuren 3 en 4 te zien, is een in hoofdzaak vlakke aansluiting van de warmhoudplaat op de omliggende wand 14 van een frame te realiseren; • de warmhoudplaat laat zich op snelle, schroefloze wijze in de inrichting monteren vanaf de bovenzijde/buitenzijde; 25 · de snapverbinding verzekert dat na montage de warmhoudplaat niet meer vanaf de buitenzijde demontabel is, althans niet zonder excessief geweld; • er wordt een zeer goede temperatuurisolatie ten opzichte van de rest van de inrichting gerealiseerd doordat enerzijds warmtegeleiding vanaf het plaatdeel 11 naar de wand 14 door een warmtebrug onderbroken is en doordat anderzijds aan de 30 onderzijde een warmte-isolatie bereikt wordt door de bodem van de schaal op enige afstand van het plaatdeel 11 te voorzien; • uitzetting van het plaatdeel 11 ten gevolge van warmte laat zich in de schaalrand 21 zeer goed opvangen; 10 • door de verzonken ligging van de warmhoudplaat laat de inrichting, waarin deze voorzien is, zich goed en gemakkelijk schoon maken en laat een kan zich gemakkelijker plaatsen; • de schaalrand kan uitgevoerd zijn in een onderscheidende kleur (signaalkleur) zodat 5 de locatie van de warmhoudplaat duidelijk gemarkeerd is.

Claims (21)

1. Warmhoudplaat (10), omvattende: • een metalen plaatdeel (11) met een bovenzijde (16) waarop een warm te houden 5 object (7) plaatsbaar is, met een onderzijde (17) en met een de omtrek van het plaatdeel (11) bepalende plaatrand (24); en • een elektrisch verwarmingselement (15) bevestigd aan de onderzijde (17) van het plaatdeel (11) en ingericht voor verwarming van dit plaatdeel (11); met het kenmerk. 10 dat de warmhoudplaat (10) verder omvat een kom vormige schaal (12) met een in omtreksrichting verlopende schaalrand (21); dat de schaal (12) is vervaardigd uit elektrisch isolerende kunststof; en dat de plaatrand (24) op waterdichte wijze in de binnenzijde van de schaalrand (21) is opgenomen, waarbij aan de buitenzijde van de plaatrand (24) een ribbe (25) is 15 gevormd, die zich uitstrekt langs de omtrek van het plaatdeel (11), en waarbij aan de binnenzijde van de schaalrand (21) een groef (26) is voorzien waarin die ribbe (25) is opgenomen.

2. Warmhoudplaat (10) volgens conclusie 1, waarbij de elektrisch isolerende 20 kunststof waaruit de schaal (12) vervaardigd is bij althans de schaalrand (21) zodanig elastisch flexibel is dat deze schaalrand (21) een warmteuitzetting van het plaatdeel (11) in de orde van 0,4 a 0,6 mm kan opnemen.

3. Warmhoudplaat (10) volgens een der voorgaande conclusies,, waarbij de 25 elektrisch isolerende kunststof waaruit de schaal (12) vervaardigd is een rubberachtig materiaal omvat.

4. Warmhoudplaat (10) volgens conclusie 3, waarbij dit rubberachtige materiaal een Shore hardheid schaal A van 55 a 85, in het bijzonder van ongeveer 70, heeft. 30

5. Warmhoudplaat (10) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het plaatdeel (11) alsmede het verwarmingselement (15) op afstand (A, B) boven de bodem (19) van de schaal (12) liggen.

6. Warmhoudplaat (10) volgens conclusie 5, waarbij de afstand (A) van het plaatdeel (11) tot de bodem (19) van de schaal (12) tenminste 4 mm, bij voorkeur tenminste 7 mm, bedraagt.

7. Warmhoudplaat (10) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij in de 10 bodem (19) van de schaal (12) een doorgang (22) voor elektriciteitsdraad (23) naar het verwarmingselement (15) is voorzien.

8. Warmhoudplaat (10) volgens conclusie 8, waarbij die doorgang is uitgevoerd als een sleuf (22) met een breedte kleiner dan de dikte van die elektriciteitsdraad (23). 15

9. Warmhoudplaat (10) volgens conclusie 9, waarbij die sleuf (22) is uitgevoerd als zelfsluitende sleuf.

10. Warmhoudplaat (10) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het 20 verwarmingselement een PTC element (15) is.

11. Samenstel (1) omvattende een kan (7) en een warmhoudplaat (10) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de kan (7) een bodem heeft die vlak op de bovenzijde (16) van het plaatdeel (11) plaatsbaar is. 25

12. Samenstel (1) omvattende een behuizing (2) en een warmhoudplaat (10) volgens een der voorgaande conclusies 1-11, waarbij de behuizing (2) een naar boven gekeerde wand (14) heeft waarin een gat (13) is gevormd met een gatrand (28) waarin de schaalrand (21) van de warmhoudplaat (10) op vormsluitende en waterdichte wijze is 30 bevestigd.

13. Samenstel (1) volgens conclusie 12, waarbij de warmhoudplaat (10) middels een snapverbinding (29, 30) tussen de gatrand (28) en de schaalrand (21) aan de behuizing (2) is bevestigd.

14. Samenstel (1) volgens conclusie 13, waarbij de snapverbinding (29, 30) zodanig is ingericht dat deze het van bovenaf (V) in het gat (13) plaatsen en vastsnappen van de warmhoudplaat (10) toelaat en het in opwaartse richting uit het gat (13) nemen van de warmhoudplaat (10) tegengaat.

15. Samenstel (1) volgens een der conclusies 12-14, waarbij de gatrand (28), beschouwd van boven naar beneden, taps toeloopt en waarbij de buitenzijde van de schaalrand (21) overeenkomstig taps toeloopt.

16. Samenstel (1) volgens conclusie 15, waarbij die tapsheden verlopen onder een 15 hoek ten opzichte van de vertikaal (pijl V), welke ligt in het bereik van 35° tot 55°.

17. Samenstel (1) volgens een der conclusies 12-16, waarbij het samenstel (10) verder omvat een waterreservoir (3) gedragen door de behuizing (2).

18. Samenstel (1) volgens conclusie 17, waarbij de warmhoudplaat (10) zich boven het waterreservoir (3) bevindt.

19. Samenstel (1) volgens een der conclusies 12-18, waarbij de behuizing (2) is uitgerust met een koffiezetmachine. 25

20. Samenstel volgens een der conclusies 12-19, waarbij het samenstel verder een kan omvat, en waarbij de kan een bodem heeft die vlak op de bovenzijde van de warmhoudplaat plaatsbaar is.

21. Samenstel volgens een der conclusies 15-16, waarbij de ribbe (25) horizontaal naast de taps verlopende delen van de ring (31) en de rand van het gat (13) ligt.