NL194881C - Tomografie detector temperatuurcompensatie. - Google Patents

Tomografie detector temperatuurcompensatie. Download PDF

Info

Publication number
NL194881C
NL194881C NL9520010A NL9520010A NL194881C NL 194881 C NL194881 C NL 194881C NL 9520010 A NL9520010 A NL 9520010A NL 9520010 A NL9520010 A NL 9520010A NL 194881 C NL194881 C NL 194881C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
detectors
detector
arrangement
thermal
heat sink
Prior art date
Application number
NL9520010A
Other languages
English (en)
Other versions
NL194881B (nl
NL9520010A (nl
Inventor
John Dobbs
David Banks
Leonhard Katz
Original Assignee
Analogic Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Analogic Corp filed Critical Analogic Corp
Publication of NL9520010A publication Critical patent/NL9520010A/nl
Publication of NL194881B publication Critical patent/NL194881B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL194881C publication Critical patent/NL194881C/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61BDIAGNOSIS; SURGERY; IDENTIFICATION
    • A61B6/00Apparatus or devices for radiation diagnosis; Apparatus or devices for radiation diagnosis combined with radiation therapy equipment
    • A61B6/02Arrangements for diagnosis sequentially in different planes; Stereoscopic radiation diagnosis
    • A61B6/03Computed tomography [CT]
    • A61B6/032Transmission computed tomography [CT]
    • A61B6/035Mechanical aspects of CT
    • GPHYSICS
    • G21NUCLEAR PHYSICS; NUCLEAR ENGINEERING
    • G21KTECHNIQUES FOR HANDLING PARTICLES OR IONISING RADIATION NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; IRRADIATION DEVICES; GAMMA RAY OR X-RAY MICROSCOPES
    • G21K5/00Irradiation devices
    • G21K5/04Irradiation devices with beam-forming means
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61BDIAGNOSIS; SURGERY; IDENTIFICATION
    • A61B6/00Apparatus or devices for radiation diagnosis; Apparatus or devices for radiation diagnosis combined with radiation therapy equipment
    • A61B6/44Constructional features of apparatus for radiation diagnosis
    • A61B6/4488Means for cooling

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • High Energy & Nuclear Physics (AREA)
  • Medical Informatics (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Radiology & Medical Imaging (AREA)
  • Molecular Biology (AREA)
  • Theoretical Computer Science (AREA)
  • Nuclear Medicine, Radiotherapy & Molecular Imaging (AREA)
  • Optics & Photonics (AREA)
  • Pathology (AREA)
  • Pulmonology (AREA)
  • Biomedical Technology (AREA)
  • Heart & Thoracic Surgery (AREA)
  • Biophysics (AREA)
  • Surgery (AREA)
  • Animal Behavior & Ethology (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Veterinary Medicine (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Apparatus For Radiation Diagnosis (AREA)
  • Measurement Of Radiation (AREA)

Description

1 194881
Tomografie detector temperatuurcompensatie
De uitvinding heeft betrekking op een aftastinrichting voor gecomputeriseerde tomografieapparatuur welke inrichting een opstelling van detectoren bevat die op een roterende portaalschijf worden gedragen waarbij 5 de inrichting een warmteafvoerorgaan omvat met een hoog thermisch geleidingsvermogen, waarbij het warmteafvoerorgaan thermisch is verbonden met de detectoropstelling voor het nauw technisch onderling verbonden van de detectoren in de opstelling; en een thermisch isolatieorgaan voor het minimaliseren van de warmteoverdracht naar en vanaf de combinatie van warmteafvoerorgaan en detectoren, zodat de detectoren in hoofdzaak op omgevingstemperatuur worden gehouden.
10 Een dergelijke inrichting is bekend uit het Amerikaanse octrooi US-A 4.456.826. In genoemd octrooi wordt gebruik gemaakt van een koeling door middel van een warmteafvoerorgaan dat in nauw thermisch contact staat met de detectoren van de aftastinrichting. Het warmteafvoerorgaan is een rechthoekig hol lichaam waardoor cyrogene koelvloeistof stroomt.
De uitvinding heeft tot doel bovengenoemde inrichting te verbeteren en te voorzien in een inrichting, 15 waarbij het effect van een gegeven, hoeveel warmte wordt gereduceerd en temperatuurvariaties in de tijd afnemen. Dit doel wordt bereikt, door een inrichting van bovengenoemde aanhef, waarbij de inrichting een thermische massa omvat die groter is dan de thermische massa van de detectoropstelling, welke thermische massa in nauw thermisch contact staat met de detectoropstelling en het warmteafvoerorgaan.
20 De uitvinding zal nu aan de hand van de tekeningen en de beschrijving in het volgende nader worden toegelicht, waarbij:
Figuur 1 een eindaanzicht is van een deel van de verbeterde CAT scanner;
Figuur 2 een isometrisch aanzicht is van een detectormoduul die gebruikt wordt in de uitvoeringsvorm van figuur 1; 25 Figuur 3 een achteraanzicht is van een uitsteeksel dat gebruikt wordt in de uitvoeringsvorm van figuur 1;
Figuur 4 een aanzicht in dwarsdoorsnede is van het samenstel van uitsteeksels, modulen en dekplaat van figuur 1;
Figuur 5 een vooraanzicht, gedeeltelijk weggesneden, is van een einddrager voor het dragen van het uitsteeksel en de modulen van figuur 1; 30 Figuur 6 een dwarsdoorsnede is van de einddrager getoond in figuur 5;
Figuur 7 een bovenaanzicht is van de einddrager getoond in figuren 5 en 6.
Voor een meer volledig begrip van de inrichting wordt nu verwezen naar figuur 1, waarin een deel van een gecomputeriseerde tomografie (CAT) scanner 10 is weergegeven die de verbeterde detector temperatuurde compensatieinrichting bevat. In de scanner 10 worden een röntgenbron 12 en een opstelling van röntgende-tectoren 14 gedragen op tegenover elkaar gelegen zijden van een roterend portaalschijf 16, die kan worden geroteerd rond het rotatiecentrum 18. De schijf bevat een opening 20 voor het ontvangen van een patiënt 22 zodat deze is gepositioneerd tussen de bron 12 en de detectoren 14 wanneer de bron en de detectoren roteren rond het rotatiecentrum 18 gedurende een scan. De detectoren 14 meten de intensiteit van de 40 röntgenstralen die gaan vanuit de bron 12 door de opening 20 en geven een elektrische uitgang aan een computer via multigeleider-kabels 24, waarbij een afzonderlijke geleider is aangebracht vanuit elke afzonderlijke detector. Anti-verstrooiingsplaten 26 tussen de detectoren 14 en het voorwerp 22 elimineren verstrooide röntgenstralen, dat wil zeggen die stralen die niet in een rechte lijn vanuit de bron 12 komen. In dit voorbeeld kunnen er 384 detectoren zijn en corresponderen de reeksen antiverstrooiingsplaten en 45 leidingen die zich uniform uitstrekken over een boog van 48° met een krommingscentrum dat samenvalt met het brandpunt van de bron 12. De detectoren 14 worden bevestigd aan een uitsteeksel 30 die bieden kunnen worden afgedekt door een dekplaat 70 zoals in meer detail hierna zal worden beschreven. Elk uiteinde van het uitsteeksel 30 is bevestigd aan de portaalschijf 16 door een drager 100 die hierna wordt beschreven. Een circulatiepomp 32 laat een warmteoverdrachtsfluïdum circuleren door het uitsteeksel 30.
50 Figuren 2, 3 en 4 tonen in detail een opstelling voor het monteren van de detectoren. In de constructie getoond in figuur 2 wordt een aantal detectoren 14 bijvoorbeeld zestien detectoren samengesteld tot een moduul 34. Hoewel niet getoond, bevat elke detector 14 een scintillatie-kristal dat is aangebracht op een halfgeleiderdiode. Deze laatste wordt op zijn beurt gedragen op een substraat 38, waarvan de achterzijde is bevestigd aan een vast blok 36, bij voorkeur vervaardigd van een materiaal met een hoog thermisch 55 geleidingsvermogen, zoals bijvoorbeeld aluminium. Zestien passende kristallen zijn aangebracht om de respectieve dioden te verlichten. Beide bevestigingen worden gerealiseerd door middel van een dunne epoxylaag of ander bevestigingsmiddel. De multigeleider-kabel 24 kan worden gesoldeerd aan de diode- 194881 2 uitgangsleidingen op het substraat 38 om te voorzien in een elektrische uitgang uit elke detector naar de computer (niet getekend) voor gegevensopslag en beeldopwekking. Het blok 36 heeft een groot, vlak oppervlak 40 voor een uitstekend thermisch contact met het uitsteeksel 30, en kan een paar plaatsingsope-ningen 42 en 44 en een boutopening 46 hebben voor bevestiging aan het uitsteeksel 30. Van belang is de 5 zeer hoge thermische geleiding tussen de detectoren 14 en het uitsteeksel 30.
Het uitsteeksel 30 vormt een warmteafvoer met een in wezen grote thermische massa (bij voorkeur met ongeveer twee orden van grootte hoger dan de typerende drager in de vorm van een gedrukte ketenplaat die wordt gebruikt in sommige bekende stelsels, en bijvoorkeur ongeveer twee of meer orden van grootte hoger dan de detectoropstelling zelf) om het effect van een gegeven hoeveelheid warmte te reduceren en 10 temperatuurvariaties met de tijd te laten afnemen. Verder worden de detectoren van de detectoropstelling gekoppeld met de warmteafvoer, en de warmteafvoer en de detectoren zijn in wezen thermisch geïsoleerd van de buitenomgeving.
Figuur 3 toont een aanzicht van het achteroppervlak van het uitsteeksel 30 tegenover het voorste oppervlak waarop de modulen 34 zijn bevestigd. In additie op tweeëndertig doorvoeropeningen, warvan er 15 enkele zijn aangegeven met 48 in figuur 3, is voor de bevestiging van acht anti-verstrooiingsmodulen, die elk achtenveertig anti-verstrooiingsplaten 26 bevatten, het uitsteeksel 30 voorzien van een passage 50 voor het laten circuleren van een warmteoverdrachtsfluïdum, zoals water. Het fluïdum, dat wordt gepompt door de circulatiepomp 32, getoond in figuur 1, wordt overgebracht naar de passage 50 via een paar openingen 52 die zijn aangebracht in het uitsteeksel 30. De passage 50 kan worden afgedekt door een eenvoudige 20 vlakke dekplaat 54 die is getoond in de dwarsdoorsnedetekening van figuur 4. De dekplaat 54 kan worden bevestigd aan het uitsteeksel 30 met een pakkingvormend materiaal zoals bijvoorbeeld RTV. Evenals het blok 36 van de detectormoduul 34 is het uitsteeksel 30 vervaardigd van een materiaal met een hoge thermische geleiding. Aluminium dat sterk en goedkoop Is, is een voor de hand liggende, maar niet een uitsluitende keuze. Andere materialen die bekend zijn om hun hoge thermische geleiding, en die bijvoor-25 beeld zilver, koper, magnesium en dergelijke bevatten, zullen duidelijk voldoen voor zowel het uitsteeksel 30 als het blok 36 van de detectormoduul 34. Terwijl de circulatie van het warmteoverdrachtsfluïdum en derhalve de passage 50 niet essentieel is, kan dit de thermische geleiding verbeteren over de lengte van het uitsteeksel om beter de temperaturen te kunnen compenseren van alle detectoren. Op praktische wijze kunnen kleine openingen 60 die op afstand langs de achterzijde van het uitsteeksel 30 zijn geplaatst, 30 worden gebruikt om temperatuuropneemelementen zoals thermokoppels of diodes op te nemen. Terwijl slechts één opnemer nodig is om de temperatuur van alle detectoren voor compensatiedoeleinden te bepalen, maakt het gebruik van drie of meer verificatie mogelijk dat het gehele uitsteeksel inderdaad werkt bij een uniforme temperatuur binnen 0,1 °C.
De dwarsdoorsnede van het samenstel van figuur 4 toont het grote vlakke oppervlaktegebied 40 van de 35 detectormodulen 34 in direct contact met het uitsteeksel 30 voor een zeer hoge thermische geleiding. Het toont ook de plaats van de fluïdumcirculerende passage 50 nabij de detectormodulen voor een doelmatig compenseren van de temperatuur langs het uitsteeksel 30. Met banen met een deigelijke hoge thermische geleiding die alle detectoren verbinden, in samenhang met het feit dat de detectoren zelf geen significante hoeveelheid warmte opwekken, is de enige plaats waar kalibratie-verstorende thermische gradiënten kunnen 40 optreden, de uitwisseling van een significante hoeveelheid warmte met de omgeving die de opstelling van de detectoren 14 omgeeft.
Om de detectoropstelling te beschermen tegen warmtetoevoer of warmteverlies door convectie of straling is een geschikte dekplaat 70 aangebracht, waarvan de details zijn getoond in figuur 4. De dekplaat 70 bestaat gewoonlijk uit drie delen: een achterste halve sectie 72 die direct bevestigd is aan het uitsteeksel 45 30; een voorste binnenste kwartsectie 74 die bevestigd is aan de anti-verstrooiingsmodulen 34; en een aantal voorste buitenste kwartsecties 76 (waarvan er slechts één getoond is in figuur 4, terwijl de anderen zijn verdeeld in de longitudinale richting van het uitsteeksel, loodrecht op het vlak van de figuur, getoond in figuur 4 om een gemakkelijke toegang te geven naar de detectoren en de anti-verstrooiingsplaten) bevestigd op een blad 78 dat gevormd is van metaal of plastic. De secties kunnen worden bevestigd door het lijmen 50 van de secties aan de daarmee verbonden delen. De schroeven 80 door het blad 78 naar de detectormodulen 34 maken de sectie 76 verwijderbaar voor een gemakkelijke vervanging van een of meer detectormodulen. Deze drie secties kunnen afgeronde randen hebben om de duurzaamheid te laten toenemen en de turbulentie te laten afnemen wanneer de portaalschijf roteert rond het rotatiecentrum 18. Ze kunnen bestaan uit stevig isolatiemateriaal met een zeer lage thermische geleiding zoals polystyreenschuim. 55 Om te voorkomen dat convectiestromen in contact komen met het uitsteeksel of de modulen, hebben de binnenste en buitenste kwartsecties 74 en 76 respectievelijk een strook flexibele isolatie langs een rand om een pakking 82 rond de uitgangskabels 24 te vormen. Het is gebleken dat het gebruik van een elektrisch 3 194881 geieidend schuim voor de pakking 82 bijdraagt tot de bescherming van de elektronische componenten tegen elektrostatische ladingen, die anders zouden kunnen worden opgebouwd op het niet geleidend schuim en zouden kunnen worden afgevoerd via de kabels 24. Een soortgelijke zachte pakking kan de slangen omgeven die het circulerende fluïdum tussen de pomp 32 en de passage 50 geleiden, maar deze behoeft 5 niet elektrisch geleidend te zijn. De dekplaat 70 die ondoorzichtig is voor zowel infrarood als zichtbare straling (hoewel niet voor röntgenstralen) reduceert wezenlijk de warmteoverdracht naar of vanaf de detectoropstelling door straling; en daar de dekplaat een zeer lage thermische geleiding heeft en de opstelling omgeeft, wordt een significante geleidingswarmteoverdracht voorkomen tussen de opstelling en de buitenzijde ervan, waar convectieoverdracht zou kunnen plaatsvinden.
10 Een breed, vlak verwarmingselement 90, dat bij voorkeur bevestigd is over de lengte van de achterzijde van het uitsteeksel 30, is van nut voor het kalibreren van de detectoren. Voor kaiibratie kan elektrisch vermogen worden aangelegd aan de verhitter 90 om zo de temperatuur van het uitsteeksel te laten toenemen. Vanwege het uniforme aanleggen van warmte door de verhitter 90 over praktisch de gehele uitsteekseloppervlakte en de hoge thermische geleiding tussen de uitsteekseloppervlakte en alle detectoren, 15 kan een evenwicht bij uniforme detectortemperatuur snel worden bereikt, dat wil zeggen binnen enkele minuten, en kan worden geveriveerd door ten minste drie temperatuuropnemers in de openingen 60. Afzonderlijke detector-donkertestroom aflezingen bij elke kalibratietemperatuur worden gemakkelijk verkregen. Afzonderlijke lezingen met hoge schaal bij elke kalibratietemperatuur, verkregen door de röntgenbron te laten werken met slechts lucht tussen de bron en de detectoren, maakt het voortbrengen 20 mogelijk van een computeropzoektabel om de juiste compensatiefactor voor iedere detector te verschaffen. Gedurende de normale CAT scanwerking kan in responsie op de opgenomen uitsteekseltemperatuur de juiste compensatiefactor uit de opzoektabel automatisch worden aangelegd aan elke respectieve detector-uitgangsmeting voor constructie van het beeld.
Tenslotte ligt het laatst overblijvende gebied voor de mogelijke overdracht van voldoende warmte om 25 verstorende thermische gradiënten binnen de detectoropstelling te veroorzaken, in de bevestiging van het uitsteeksel aan het portaal. Figuren 5-7 tonen in drie aanzichten een drager 100 voor elk uiteinde van het uitsteeksel 30 dat een dergelijke warmteoverdracht tot een zeer laag niveau reduceert. De voornaamste componenten van de drager 100 zijn een dragerlichaam 102, dat kan worden bevestigd aan de portaalschijf 16, en een dunne flexibele monteringsplaat 104, die kan worden bevestigd aan het lichaam 102 en het 30 uitsteeksel 30. Daar vrijwel alle geleidingswarmteoverdracht tussen het uitsteeksel 30 en de portaalschijf 16 moet gaan door de plaat 104 en het lichaam 102, is het voldoende indien een van beiden een zeer lage thermische geleiding heeft. Derhalve kan één van beide of beiden worden vervaardigd van hard plastic of ander soortgelijk materiaal. In de voorkeursuitvoeringsvorm is de plaat 104 echter vervaardigd van roestvrij staal dat sterk en duurzaam is en een zeer lage thermische geleding heeft. Daar de plaat 104 een zeer 35 dunne dwarsdoorsnede heeft, voorziet deze in een voldoende lage thermische geleiding om het mogelijk te maken dat het dragerlichaam 102 is vervaardigd van meer gebruikelijke materialen zoals aluminium.
De dragers 100 kunnen op voordelige wijze vele kenmerken hebben die gericht zijn op het nauwkeurige positioneren van de detectoropstelling. Een hefboomarm 106 die vooruitsteekt door een sleuf in het binneneinde van de plaat 104 en wordt gedragen op een draaikogel 108 wordt aangedreven door een 40 schroef 110 om een fijn-instelling te geven voor de afstand tussen de detector-opstelling en de röntgenbron. Een paar draaiarmen 112 steken vooruit door respectieve openingen in het buitenste uiteinde van de plaat 104 en worden aangedreven door respectieve veerbelaste staven 114 om de plaat 104 onder constante spanning te houden. Een reeks van vijf verstijvingstukken 116,118,120,122 en 124 beperkt het buigen van de plaat 104 tot twee parallelle gebieden. Dit beperkt de tangentiale beweging van de detectoropstelling om 45 zo alle detectoren op gelijke afstand vanaf de röntgenbron te houden. Aan een uiteinde van het uitsteeksel 30, wordt een schroef (niet getekend) door het centrum van het lichaam 102 gehouden tegen het verstijvingsstuk 124 om de detectoropstelling tangentiaal in te stellen, terwijl een paar veerbelaste schroeven 126 via het lichaam 102 naar het verstijvingsstuk 124 een speling n de instelling elimineren.
Verder zijn de platen 122 en 124 eveneens vervaardigd van roestvrijstaal met lage geleiding om op deze 50 wijze de detectoren van de detectoropstelling thermisch te isoleren.
Aldus is beschreven een inrichting die alle detectoren binnen de opstelling nauw koppelt en de opstelling isoleert van zijn omgeving. Daar er geen wezenlijke warmtebron binnen de opstelling is, is het resultaat een wezenlijke eliminatie van thermische gradiënten binnen de opstelling. In responsie op de opgenomen opstellingstemperatuur, kan een nauwkeurige individuele compensatiefactor (vooraf bepaald voor die 55 temperatuur) worden toegepast bij elke respectieve detectormeting. Halfgeleiderdetectoren kunnen derhalve worden gebruikt bij zeer lage röntgenniveaus om te voorzien in zeer gedetailleerde beelden van zacht weefsel met hoge kwaliteit.

Claims (6)

194881 4
1. Aftastinrichting voor gecomputeriseerde tomografieapparatuur welke inrichting een opstelling van detectoren bevat die op een roterende portaalschijf worden gedragen waarbij de inrichting een warmte- 5 afvoerorgaan omvat met een hoog thermisch geleidingsvermogen, waarbij het warmteafvoerorgaan thermisch is verbonden met de detectoropstelling voor het nauw thermisch onderling verbinden van de detectoren in de opstelling; en een thermisch isolatieorgaan voor het minimaliseren van de warmteoverdracht naar en vanaf de combinatie van warmteafvoerorgaan en detectoren, zodat de detectoren in hoofdzaak op omgevingstemperatuur worden gehouden, met het kenmerk, dat de inrichting een thermische 10 massa omvat die groter is dan de thermische massa van de detectoropstelling, welke thermische massa in nauw thermisch contact staat met de detectoropstelling en het warmteafvoerorgaan.
2. Aftastinrichting volgens conclusie 1, waarbij het warmteafvoerorgaan een stijve detectoropstellingsdrager bevat voor het mechanisch dragen van de detectoren, met het kenmerk, dat het warmteafvoerorgaan voorts omvat een aantal moduleblokken bevestigd aan de detectoropstellingdrager, waarbij aan elk van de 15 moduleblokken een respectieve groep van detectoren is bevestigd.
3. Aftastinrichting volgens conclusie 2, waarbij de detectoropstelling voorts een fluïdum omvat die zich in de detectoropstelling bevindt, met het kenmerk, dat de fluïdumgeleiding gelegen is in de thermische massa nabij het thermische contactgebied met de detectormoduleblokken.
4. Aftastinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het thermisch isolatieorgaan omvat: een 20 isolerend afdekorgaan met een laag thermisch geleidingsvermogen voor het insluiten van het warmteafvoerorgaan en de detectoren om de warmteoverdracht naar en vanaf de detectoren door straling en convectie wezenlijk te reduceren; en een draagorgaan met een laag thermisch geleidingsvermogen voor het mechanisch dragen, maar ook thermisch isoleren van het warmteafvoerorgaan, de detectoren en de detectoropstellingsdrager ten opzichte van het roterende portaal.
5. Aftastinrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het isolerende afdekorgaan een stijf materiaal van lage dichtheid bevat, dat de detectoropstellingsdrager in wezen omgeeft en dat een verwijderbare sectie bevat die bevestigd is aan een aantal moduleblokken om toegang te verschaffen tot de moduleblokken.
6. Aftastinrichting volgens ten minste een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het dragerorgaan omvat: twee dragers die elk bevestigd zijn aan een respectief uiteinde van de detector-30 opstellingsdrager waarbij elke drager een stijf dragerlichaam omvat dat bevestigd is aan de portaalschijf; en een dunne flexibele plaat die bevestigd is aan het detectoropstellingsdrageruiteinde en aan het dragerlichaam, waarbij de dikte van de flexibele plaat klein is in verhouding tot de effectieve thermische baan-lengte tussen de detectoropstellingsdrager en het dragerlichaam. Hierbij 4 bladen tekening
NL9520010A 1994-02-03 1995-02-02 Tomografie detector temperatuurcompensatie. NL194881C (nl)

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US08/191,426 US5444752A (en) 1994-02-03 1994-02-03 Tomography detector temperature equalization
US19142694 1994-02-03
PCT/US1995/001383 WO1995020911A1 (en) 1994-02-03 1995-02-02 Tomography detector temperature equalization
US9501383 1995-02-02

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9520010A NL9520010A (nl) 1997-01-06
NL194881B NL194881B (nl) 2003-02-03
NL194881C true NL194881C (nl) 2003-06-04

Family

ID=22705468

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9520010A NL194881C (nl) 1994-02-03 1995-02-02 Tomografie detector temperatuurcompensatie.

Country Status (9)

Country Link
US (1) US5444752A (nl)
JP (1) JP3124552B2 (nl)
KR (1) KR100217428B1 (nl)
CN (1) CN1142177A (nl)
AU (1) AU1609595A (nl)
BR (1) BR9506679A (nl)
DE (1) DE19581493T1 (nl)
NL (1) NL194881C (nl)
WO (1) WO1995020911A1 (nl)

Families Citing this family (28)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPH09131338A (ja) * 1995-11-07 1997-05-20 Toshiba Corp X線検出装置
US5644610A (en) 1996-06-27 1997-07-01 Analogic Corporation Multi-processor afterglow artifact correction filter for use with computed tomography scanners
US5970113A (en) * 1997-10-10 1999-10-19 Analogic Corporation Computed tomography scanning apparatus and method with temperature compensation for dark current offsets
US6144718A (en) * 1997-11-26 2000-11-07 General Electric Company Flexible cable connection for detector module
US6583420B1 (en) * 2000-06-07 2003-06-24 Robert S. Nelson Device and system for improved imaging in nuclear medicine and mammography
JP2003130961A (ja) * 2001-07-19 2003-05-08 Siemens Ag 検出器モジュール、x線コンピュータトモグラフ用の検出器およびx線コンピュータトモグラフによる断層像の作成方法
US20040022351A1 (en) * 2002-07-30 2004-02-05 Ge Medical Systems Global Technology Company, Llc Thermoelectrically controlled x-ray detector array
US6931092B2 (en) * 2003-06-30 2005-08-16 General Electric Company System and method for thermal management of CT detector circuitry
US7065173B2 (en) * 2003-12-02 2006-06-20 General Electric Company Method and apparatus for thermal management of CT electronics
US7102308B2 (en) * 2004-06-25 2006-09-05 General Electric Company Method and system for a variable speed fan control for thermal management
US7338208B2 (en) * 2004-11-24 2008-03-04 General Electric Company Methods and apparatus for CT system thermal control architecture
US7489516B2 (en) * 2004-11-24 2009-02-10 General Electric Company Digital CT detector module methods and apparatus
US7236562B2 (en) * 2005-11-03 2007-06-26 General Electric Company Method of assembly and thermal management of CT detector electronics circuits
DE102006025765A1 (de) * 2006-05-31 2008-03-20 Siemens Ag Röntgen-Detektor und Detektormodul
US8492762B2 (en) * 2006-06-27 2013-07-23 General Electric Company Electrical interface for a sensor array
US7512209B2 (en) * 2006-09-14 2009-03-31 General Electric Company Thermal stabilization methods and apparatus
US7586096B2 (en) * 2006-11-17 2009-09-08 General Electric Company Interface assembly for thermally coupling a data acquisition system to a sensor array
DE102007054832A1 (de) * 2007-11-16 2009-05-14 Siemens Ag Flachbilddetektor mit Temperatursensor
CN101470086B (zh) * 2007-12-29 2012-11-28 清华大学 探测器装置及具有该探测器装置的ct检查系统
US20090257548A1 (en) * 2008-04-14 2009-10-15 Ashutosh Joshi Computed tomography system
DE102008032137B4 (de) * 2008-07-08 2010-04-22 Siemens Aktiengesellschaft Streustrahlungskollimator, Strahlungsdetektor und Strahlungserfassungseinrichtung
US20130037251A1 (en) * 2011-08-11 2013-02-14 General Electric Company Liquid cooled thermal control system and method for cooling an imaging detector
DE102011087211B4 (de) * 2011-11-28 2019-06-27 Siemens Healthcare Gmbh Detektoranordnung eines ionisierende Strahlung detektierenden Detektors eines bildgebenden Systems mit Luftkühlung und Verfahren zur Kühlung der Detektoranordnung
JP2014210047A (ja) * 2013-04-18 2014-11-13 株式会社東芝 X線ct装置
US9519069B2 (en) * 2013-09-06 2016-12-13 General Electric Company Precision self-aligning CT detector sensors
CN103713669B (zh) * 2013-12-27 2015-09-16 赛诺威盛科技(北京)有限公司 闭环实施的精确控制ct探测器温度的装置及方法
WO2022019954A1 (en) * 2020-07-20 2022-01-27 Siemens Medical Solutions Usa, Inc. Cooling system with solid material heatsink for a diagnostic medical imaging apparatus
US11726220B2 (en) * 2021-01-19 2023-08-15 Analogic Corporation Radiation detectors for scanning systems, and related scanning systems

Family Cites Families (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4338521A (en) * 1980-05-09 1982-07-06 General Electric Company Modular radiation detector array and module
DE3149705A1 (de) * 1981-12-15 1983-07-21 Siemens AG, 1000 Berlin und 8000 München "rotierendes detektorsystem mit kuehlmittelvorrat"
US4651338A (en) * 1984-10-08 1987-03-17 Siemens Aktiengesellschaft Cooling system for a tomograph apparatus
US4709559A (en) * 1985-08-01 1987-12-01 Siemens Aktiengesellschaft Cooling system for relatively movable components
JPS63121179A (ja) * 1986-11-10 1988-05-25 Hitachi Ltd ステ−ジング方法
DE8707038U1 (de) * 1987-05-15 1988-09-15 Siemens AG, 1000 Berlin und 8000 München Computertomograph
US4969167A (en) * 1988-11-25 1990-11-06 Picker International, Inc. CT scanner cooling duct

Also Published As

Publication number Publication date
DE19581493T1 (de) 1997-06-19
KR100217428B1 (ko) 1999-09-01
JP3124552B2 (ja) 2001-01-15
WO1995020911A1 (en) 1995-08-10
AU1609595A (en) 1995-08-21
NL194881B (nl) 2003-02-03
CN1142177A (zh) 1997-02-05
JPH09508545A (ja) 1997-09-02
BR9506679A (pt) 1997-09-09
US5444752A (en) 1995-08-22
NL9520010A (nl) 1997-01-06

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL194881C (nl) Tomografie detector temperatuurcompensatie.
US7586095B2 (en) X-ray detector and detector module
US7851765B2 (en) Device and method for cooling an X-radiation detector
US4505118A (en) Infrared radiation cooler for producing physiologic conditions such as comfort or hypothermia
EP0514141B1 (en) Heat transfer apparatus
US5961465A (en) Ultrasound signal processing electronics with active cooling
EP1413944A2 (en) Electronic apparatus with liquid cooling of a heat-generating component
CN100506159C (zh) 一种计算机断层摄像系统
JP2005161059A (ja) Ct電子装置の温度管理のための方法及び装置
JPH05292366A (ja) 電子機器の冷却装置
JP2001099942A (ja) X線平面検出装置
US20190350545A1 (en) Packaging for ct detector
JP4954625B2 (ja) 監視カメラ
US7062008B2 (en) Detector assembly thermal management system and method
JP2004047843A (ja) 電子装置
US4616912A (en) Apparatus for the photographic recording of plate thermography
US11020072B2 (en) System and method for regulating temperature of imaging detector sensors
EP1411417A2 (en) Electronic apparatus having a heat-radiating portion at the back of the display panel
JPH09264792A (ja) 非接触温度センサ
JP5042757B2 (ja) 放射線画像撮影装置
JPH10146332A (ja) X線ct装置
JP7547643B2 (ja) 走査システム用放射線検出器及び関連する走査システム
CN117017332B (zh) 探测器模组及医疗影像设备
CA3110407A1 (en) Liquid cooling system for precise temperature control of radiation detector for positron emission mammography
JP2000269675A (ja) 放熱装置およびセット・トップ・ボックス

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V2 Lapsed due to non-payment of the last due maintenance fee for the patent application

Effective date: 20030901