NL194004C - Roet en rubbersamenstellingen, welke dit roet bevatten. - Google Patents

Roet en rubbersamenstellingen, welke dit roet bevatten. Download PDF

Info

Publication number
NL194004C
NL194004C NL9002019A NL9002019A NL194004C NL 194004 C NL194004 C NL 194004C NL 9002019 A NL9002019 A NL 9002019A NL 9002019 A NL9002019 A NL 9002019A NL 194004 C NL194004 C NL 194004C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
carbon black
rubber
rubber compositions
dbp
compositions
Prior art date
Application number
NL9002019A
Other languages
English (en)
Other versions
NL194004B (nl
NL9002019A (nl
Original Assignee
Cabot Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Cabot Corp filed Critical Cabot Corp
Publication of NL9002019A publication Critical patent/NL9002019A/nl
Publication of NL194004B publication Critical patent/NL194004B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL194004C publication Critical patent/NL194004C/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C09DYES; PAINTS; POLISHES; NATURAL RESINS; ADHESIVES; COMPOSITIONS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; APPLICATIONS OF MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • C09CTREATMENT OF INORGANIC MATERIALS, OTHER THAN FIBROUS FILLERS, TO ENHANCE THEIR PIGMENTING OR FILLING PROPERTIES ; PREPARATION OF CARBON BLACK  ; PREPARATION OF INORGANIC MATERIALS WHICH ARE NO SINGLE CHEMICAL COMPOUNDS AND WHICH ARE MAINLY USED AS PIGMENTS OR FILLERS
    • C09C1/00Treatment of specific inorganic materials other than fibrous fillers; Preparation of carbon black
    • C09C1/44Carbon
    • C09C1/48Carbon black
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C09DYES; PAINTS; POLISHES; NATURAL RESINS; ADHESIVES; COMPOSITIONS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; APPLICATIONS OF MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • C09CTREATMENT OF INORGANIC MATERIALS, OTHER THAN FIBROUS FILLERS, TO ENHANCE THEIR PIGMENTING OR FILLING PROPERTIES ; PREPARATION OF CARBON BLACK  ; PREPARATION OF INORGANIC MATERIALS WHICH ARE NO SINGLE CHEMICAL COMPOUNDS AND WHICH ARE MAINLY USED AS PIGMENTS OR FILLERS
    • C09C1/00Treatment of specific inorganic materials other than fibrous fillers; Preparation of carbon black
    • C09C1/44Carbon
    • C09C1/48Carbon black
    • C09C1/50Furnace black ; Preparation thereof
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C08ORGANIC MACROMOLECULAR COMPOUNDS; THEIR PREPARATION OR CHEMICAL WORKING-UP; COMPOSITIONS BASED THEREON
    • C08KUse of inorganic or non-macromolecular organic substances as compounding ingredients
    • C08K3/00Use of inorganic substances as compounding ingredients
    • C08K3/02Elements
    • C08K3/04Carbon
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C01INORGANIC CHEMISTRY
    • C01PINDEXING SCHEME RELATING TO STRUCTURAL AND PHYSICAL ASPECTS OF SOLID INORGANIC COMPOUNDS
    • C01P2006/00Physical properties of inorganic compounds
    • C01P2006/12Surface area
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C01INORGANIC CHEMISTRY
    • C01PINDEXING SCHEME RELATING TO STRUCTURAL AND PHYSICAL ASPECTS OF SOLID INORGANIC COMPOUNDS
    • C01P2006/00Physical properties of inorganic compounds
    • C01P2006/19Oil-absorption capacity, e.g. DBP values

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Medicinal Chemistry (AREA)
  • Polymers & Plastics (AREA)
  • Compositions Of Macromolecular Compounds (AREA)
  • Pigments, Carbon Blacks, Or Wood Stains (AREA)

Description

1 194004
Roet en rubbersamenstellingen, welke dit roet bevatten
De uitvinding heeft betrekking op een roet met een DBP van 115-135 cm3/100 g, een ADBP van ten hoogste 20 cm3/100 g en een N2SA/I2 No. van ten minste 0,90.
5 Een dergelijk roet is bekend uit Ullmanns Encyclopedia of Industrial Chemistry, 5 ed., Vol.A5 (1986), blz. 140-159, in het bijzonder Tabel 19 op blz. 155. Het in deze Tabel 19 vermelde SAF-roet (Surface Abrasion Furnace) met de ASTM-aanduiding N 110 bezit een BET-oppervlak (= N2SA) van 125-155 m2/g, een DBP-waarde van 100-140 cm3/g en een gemiddelde deeltjesgrootte van 11-19 nm, waardoor dit type roet geschikt wordt geacht voor gebruik in rubberen bandloopvlakken met een verbeterde slijtweerstand.
10 Gebleken is echter, dat de verliestangens (tan delta) van rubbersamenstellingen met dergelijke SAF-roeten te wensen overlaat, wat resulteert in een lagere hysteresis en derhalve in een mindere tractie van de uit deze rubbers opgebouwde banden.
Gevonden werd, dat de nadelen van het bovenaangeduide type roet kunnen worden opgeheven, wanneer het roet een stikstof oppervlak N2SA heeft van 180-250 m2/g, een verhouding van het stikstof-15 oppervlak/joodadsorptiegetal van 0,90 tot 1,05, een verhouding van ADgo/Dmode van 0,67 tot 0,81, een DBP van 115-135 cm3/100 g en een ADBP (DBP-CDBP) minder dan of gelijk aan 20 cm3/100 g. Bij voorkeur wordt het roet volgens de uitvinding gekenmerkt doordat het roet een stikstof-oppervlak N2SA heeft van 190-240 m2/g, een ADBP van 10-20 cm3/100 g en een AD^/Dmode verhouding van 0,70-0,77. Voorts heeft de uitvinding betrekking op rubbersamenstellingen, welke het roet volgens de uitvinding bevatten.
20 Het roet volgens de uitvinding is vooral doeltreffend bij het maken van banden waarmee goed gemanoeuvreerd kan worden en bochten kunnen worden genomen, slijtvast zijn en voldoende tractie bezitten (natte en droge slipweerstand), zoals banden waar hoge eisen aan worden gesteld, en racebanden.
De rubbers, waarvoor het nieuwe roet van deze uitvinding doeltreffend is als versterkende stof, omvatten natuurlijke en synthetische rubbers. Over het algemeen kunnen de hoeveelheden roetproducten die variëren 25 van 10 tot 250 gew.dln, gebruikt worden voor elk 100 gew.dln rubber teneinde een significante mate van versterking hieraan te verlenen. Aan hoeveelheden die variëren van 20 tot 100 gew.dln roet per 100 gew.dln rubber wordt echter de voorkeur gegeven en in het bijzonder verdient de voorkeur het gebruik van 40 tot 80 gew.dln roet per 100 gew.dln rubber.
Onder de rubbers die geschikt zijn om gebruikt te worden bij de onderhavige uitvinding zijn natuurlijke 30 rubber en derivaten hiervan, zoals gechloreerde rubber; copolymeren van ongeveer 10 tot ongeveer 70 gew.% styreen en ongeveer 90 tot ongeveer 30 gew.% butadieen zoals een copolymeer van 19 delen styreen en 81 delen butadieen, een copolymeer van 30 delen styreen en 70 delen butadieen, een copolymeer van 43 delen styreen en 57 delen butadieen en een copolymeer van 50 delen styreen en 50 delen butadieen; polymeren en copolymeren van geconjugeerde dienen zoals polybutadieen, polyisopreen, 35 polychloropreen en dergelijke en copolymeren van dergelijke geconjugeerde diénen met een etheengroep bevatten monomeer die copolymeriseerbaar hiermee is zoals styreen, methylstyreen, chloorstyreen, acrylonitril, 2-vinylpyridine, 5-methyl-2-vinylpyridine, 5-ethyl-2-vinylpyridine, 2-methyl-5-vinylpyridine, door alkyl gesubstitueerde acrylaten, vinylketon, methylisopropenylketon, methylvinylether, alfa-methyleencarbonzuren en de esters en amiden daarvan zoals acrylzuur en dialkylacrylzuuramide; ook 40 geschikt om hierbij te gebruiken zijn copolymeren van etheen en andere hoge alfa-alkenen zoals propeen, buteen-1- en penteen-1; in het bijzonder wordt de voorkeur gegeven aan de etheenpropeen-copolymeren waarin het etheengehalte varieert van 20 tot 90 gew.% en ook de etheen-propeen-polymeren die bovendien een derde mono meer bevatten zoals dicyclopentadieen, 1,4-hexadieen en methyleennorborneen.
45 KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN
Figuur 1 is een lengte-doorsnede van een gedeelte van een type roet-ovenreactor die gebruikt kan worden om roet te produceren volgens de onderhavige uitvinding.
Figuur 2 is een grafiek met een voorbeeld van een Stokes-diameterverdelingskromme.
50 Het roet volgens de onderhavige uitvinding kan worden geproduceerd in een modulaire, ook ’’getrapt” genoemde roet-ovenreactor. Een doorsnede van een typische modulaire roet-ovenreactor die gebruikt kan worden om roet te produceren volgens de onderhavige uitvinding staat weergegeven in figuur 1.
Verwijzend naar figuur 1 kan het roet volgens de onderhavige uitvinding worden geproduceerd in een roet-ovenreactor 2, met een verbrandingszone 10, die een zone heeft met een convergerende diameter 11; 55 grondstofinjectiezones 12 en 14; en reactiezone 18. De diameter van de verbrandingszone, 10, tot het punt waar de zone van de convergerende diameter, 11, begint, wordt aangeduid als D-1; de diameter van de convergerende zone is bij het nauwste punt aangeduid als D-2; de diameter van zone 12 als D-3; de 194004 2 diameter van zone 14 als D-4; en de diameter van de reactiezone, 18, als D-5. Het roet van de hierin beschreven voorbeelden volgens de onderhavige uitvinding is in een reactor geproduceerd waarin D-1 508 mm is, D-2 139,7 mm, D-3 104,3 mm, D-4 134,6 mm en D-5 342,9 mm.
Om het roet volgens de onderhavige uitvinding te produceren worden hete verbrandingsgassen 5 ontwikkeld in verbrandingszone 10 door een vloeibare of gasvormige brandstof in aanraking te brengen met een geschikte oxiderende stroom zoals lucht, zuurstof, mengsels van lucht en zuurstof of dergelijke. Onder de brandstoffen geschikt om gebruikt te worden voor het contact maken met de oxiderende stroom in de verbrandingszone 10 teneinde hete verbrandingsgassen te produceren, bevinden zich snel brandbare gasvormige, dampvormige of vloeibare stromen zoals aardgas, waterstof, koolstofmonoxide, methaan, 10 ethyn, alcoholen of kerosine. Over het algemeen verdient het echter de voorkeur om brandstoffen te gebruiken met een hoog gehalte aan koolstofbevattende bestanddelen en in het bijzonder koolwaterstoffen. De verhouding lucht ten opzichte van gebruikte brandstof teneinde roet te produceren volgens de onderhavige uitvinding kan variëren van ongeveer 10:1 tot ongeveer 20:1. Teneinde de vorming van hete verbrandingsgassen te vergemakkelijken kan de oxidatiestroom voorverhit worden.
15 De hete verbrandingsgasstroom vloeit omlaag van zones 10 en 11 in zones 12, 14 en dan 18. De richting van de stroom van de hete verbrandingsgassen staat aangegeven in de figuur door de pijl. Roet producerende brandstof, 30, wordt ingevoerd bij punt 32 (in zone 12) en bij punt 34 (in zone 14). Om roet volgens de onderhavige uitvinding te produceren kan de grondstof worden geïnjecteerd in een hoeveelheid van ongeveer 50 gew.% tot ongeveer 80 gew.%, bij punt 32 en het over blijvende van het totale gedeelte 20 van ongeveer 20 gew.% tot ongeveer 50 gew.% wordt bij punt 34 geïnjecteerd. Bij voorkeur wordt ongeveer 70% tot ongeveer 80% van de totale gewichtshoeveelheid grondstof bij punt 32 ingevoerd en het overblijvende gedeelte van de totale hoeveelheid van de grondstof van ongeveer 30 tot ongeveer 20 gew.% wordt bij punt 34 ingevoerd. In de hierin beschreven voorbeelden werd de roet producerende grondstof 30 vrijwel dwars geïnjecteerd vanaf de periferie van de stroom van de hete verbrandingsgassen in de vorm van een 25 groot aantal stralen die in de binnenste gebieden van de hete verbrandingsgasstroom doordringen ter verzekering van een hoge mate van mengen en afschuiven van de hete verbrandingsgassen en de roet producerende grondstof teneinde snel en volledig de grondstof te ontleden en om te zetten in nieuw roet volgens de onderhavige uitvinding. De afstand tussen punt 32 en punt 34 wordt aangegeven in de figuur als L-1. Het roet van de hierin beschreven voorbeelden volgens de uitvinding werd geproduceerd in een 30 roet-reactor waarin L-1 gelijk is aan 45,72 cm.
Het mengsel roet producerende grondstof en hete verbrandingsgassen stroomt stroomafwaarts door zone 12 en 14 in reactiezone 18. Afschrikorgaan 40, bij punt 42, waarmee afschrikvloeistof 50 wordt geïnjecteerd, wordt gebruikt om de pyrolyse van de roet producerende grondstof te stoppen wanneer het nieuwe roet volgens de onderhavige uitvinding is gevormd. Punt 42 kan worden bepaald volgens de stand 35 van de techniek om de positie van een afschrikking te kiezen teneinde de pyrolyse te stoppen. Een methode voor de bepaling van de positie van de afschrikking teneinde de pyrolyse te stoppen is door de bepaling van het punt waarbij een aanvaardbaar tolueenextractieniveau voor het nieuwe roet van de onderhavige uitvinding bereikt is. Het tolueenextractieniveau kan worden gemeten door gebruikmaking van de ASTM Test D1618-83 "Carbon Black Extractables - Toluene Discoloration”. L-2 is de afstand vanaf het 40 begin van zone 18 tot afschrikpunt 42 en varieert, afhankelijk van de plaats van de afschrikking.
Nadat het mengsel van hete verbrandingsgassen en roet producerende grondstof is afgeschrikt, bewegen de afgekoelde gassen zich stroomafwaarts in een conventioneel afkoelings- en scheidingsappa-raat waarbij het roet wordt gewonnen. De afscheiding van het roet uit de gasstroom wordt gemakkelijk gerealiseerd door conventionele middelen zoals een neerslagapparaat, cycloonscheider of zakfilter.
45 De volgende testmethodes worden gebruikt bij de bepaling en evaluatie van de analytische eigenschappen van het roet van de onderhavige uitvinding en de fysische eigenschappen van de rubbersamen-stellingen die het roet van de onderhavige uitvinding bevatten.
Het stikstofoppervlak van het roet (N2 SA) werd bepaald overeenkomstig methode A van ASTM D3037. Het jood-adsorptiegetal van het roet (l2 nr.) werd bepaald volgens JIS K 6221. De kleursterkte (tint) van het 50 roet werd bepaald volgens de ASTM testprocedure D3265-85a. Het DBP (dibutylftalaat) van de deeltjes roet werd bepaald volgens de werkwijze, uiteengezet in JiS K 6221 methode A. De CDBP (gemalen dibutylftalaat) van de deeltjes roet werd bepaald door malen van de deeltjes roet volgens de in ASTM D 3493 beschreven werkwijze, en de hierop volgende bepaling van DBP volgens JIS K 6221 methode A.
AD 50 van het roet werd op de volgende wijze bepaald. Er wordt een histogram gemaakt van de 55 Stokes-diameter van de aggregaten van het roet-monster, uitgezet tegen de relatieve frequentie van het voorkomen ervan in een bepaald monster. Zoals aangetoond is in figuur 2, is een lijn (B) getekend vanaf de piek (A) van het histogram in een richting die parallel loopt aan de Y-as, naar en eindigend op de X-as bij 3 194004 punt (C) van het histogram. Het midden (F) van de resulterende lijn (B) wordt bepaald en er wordt een lijn (G) getrokken door het midden (F) daarvan parallel aan de X-as. Lijn (G) verdeelt de verdelingskromme van het histogram bij twee punten D en E. De absolute waarde van het verschil van de twee Stokes-diameters van de roet-deeltjes bij punt D en E is de D50-waarde. De gegevens, die gebruikt zijn om het histogram te 5 maken worden bepaald door het gebruik van een schijfcentrifuge zoals die, welke gefabriceerd is door Joyce Loebl Co. Ltd. of Tyne and Wear, Verenigd Koninkrijk. De volgende werkwijze is een modificatie van de werkwijze zoals deze beschreven is in de handleiding van de Joyce Loebl schijfcentrifuge file reference DCF 4,008, gepubliceerd op 1 februari 1985, en werd gebruikt bij het bepalen van de gegevens.
De werkwijze is als volgt. 10 mg van een monster van roet werd afgewogen in een weegvat, hierna 10 toegevoegd werden 50 cm3 van een oplossing van 10% absolute ethanol en 90% gedestilleerd water die 0. 05. NONIDET P-40 oppervlakte-actieve stof bevat (NONIDET P-40 is het geregistreerde handelsmerk voor een oppervlakte-actieve stof die gefabriceerd en in de handel gebracht wordt door Shell Chemical Co.). De resulterende suspensie wordt gedispergeerd door middel van ultrasone energie gedurende 15 minuten met gebruikmaking van een Sonifier Model No. W 385, gefabriceerd en in de handel gebracht door Heat 15 Systems Ultrasonics Inc., Farmingdale, New York.
Vóór het gebruik van de schijfcentrifuge worden de volgende gegevens in de computer ingevoerd die de gegevens uit de schijfcentrifuge registreert: 1. De soortelijke massa van roet, als 1,86 g/cm3; 2. Het volume van de oplossing van het roet, gedispergeerd in een oplossing van water en ethanol, dat 20 in dit geval 0,5 cm3 is; 3. Het volume van de ”spin”-vloeistof, dat in dit geval 10 cm3 water is; 4. De viscositeit van de ”spin”-vloeistof, die in dit geval 0,933 centipoise is bij 23°C; 5. De dichtheid van de ”spin”-vloeistof, die in dit geval 0,9975 g/cm3 is bij 23°C; 6. De schijfsnelheid, die in dit geval 8000 omw./min is; 25 7. De tijdsduur tussen de bemonsteringen, die in dit geval 1 seconde is.
De schijfcentrifuge wordt bedreven bij 8000 omw./min terwijl de stroboscoop in gebruik is. Er wordt 10 cm3 gedestilleerd water geïnjecteerd in de rotatieschijf als de ”spïn”-vloeistof. Het troebelingsniveau wordt op 0 gesteld en 1 cm3 van de oplossing van 10% absolute ethanol en 90% gedestilleerd water wordt geïnjecteerd als buffervloeistof. De bedieningsknoppen van de schijfcentrifuge worden dan zodanig bediend 30 om een zwakke concentratiegradiënt te produceren tussen de ”spin”-v!oeistof en de buffervloeistof en de gradiënt wordt visueel gecontroleerd.
Wanneer de gradiënt zwak wordt zodat er geen te onderscheiden grens is tussen de twee vloeistoffen wordt 0,5 cm3 van de ethanoloplossing in water met het daarin gedispergeerde roet geïnjecteerd in de draaiende schijf en wordt onmiddellijk begonnen met de gegevensverzameling. Als er stroming optreedt 35 wordt de proef afgebroken. De schijf wordt 20 minuten lang rondgedraaid na de injectie van het gedispergeerde roet in de ethanoloplossing in water. Na 20 minuten draaien wordt de schijf gestopt, de temperatuur van de "spin”-vloeistof gemeten en het gemiddelde van de temperatuur van de ”spin”-vloeistof gemeten bij het begin van de proef en de temperatuur van de ”spin”-vloeistof die gemeten is bij het einde van de proef wordt in de computer gevoerd die de gegevens uit de schijfcentrifuge verzamelt. De gegevens worden 40 geanalyseerd overeenkomstig de standaardvergelijking van Stokes en worden weergegeven met gebruikmaking van de volgende definities;
Roet-aggregaat - een discreet, vast colloïdaal deeltje dat de kleinst dispergeerbare eenheid is; het is samengesteld uit sterk gecoalesceerde deeltjes;
Stokes-diameter - de diameter van een bol die naar beneden zakt in een viskeus medium in een 45 centrifugaal of een gravitatieveld overeenkomstig de vergelijking van Stokes. Een niet-bolvormig voorwerp, zoals een roet-aggregaat kan ook worden weergegeven in termen van de diameter van Stokes wanneer men ervan uitgaat dat het zich gedraagt als een zachte vaste bol met dezelfde dichtheid en sedimentatie-snelheid als een niet-bolvormig voorwerp. De gebruikelijke eenheden worden uitgedrukt in nanometer diameter.
50 Mode (Dmode voor rapportagedoeleinden) - de Stokes-diameter bij de punt van de piek (punt A van figuur 2) van de verdelingskromme van de Stokes-diameter.
Gemiddelde Stokes-diameter - (Dst voor rapportagedoeleinden) het punt van de verdelingskromme van de Stokes-diameter waar 50 gew.% van het monster groter of kleiner is (punt H van figuur 2). Dit geeft daarom de gemiddelde waarde weer van de bepaling.
55 Rubbersamenstellingen met het nieuwe roet volgens de onderhavige uitvinding werden bereid volgens in ASTM D 3191-83 weergegeven SBR-recept.
De vulcanisatie-eigenschappen van de rubbersamenstellingen werden gemeten met behulp van een 194004 4 rheometer ("Moving Die Rheometer” (MDR)). De vulcanisatietemperatuur werd vastgesteld op 145°C. Om een monster te beproeven werd 6 g monster van de ongevulcaniseerde rubbersamenstelling ingesloten in een holte, die gevormd werd door de bovenste en onderste mal van de MDR. De onderste mal werd rondgedraaid met een snelheid van 100 omw./min door 1 booggraad. De resulterende kracht die overge-5 bracht werd door het monster op de bovenste mal wordt gemeten door een reactiekoppelomvormer. tmin is de minimum koppelwaarde die tijdens een test werd gemeten. amax is de maximale koppelwaarde die tijdens een test werd gemeten. Δα is het verschil tussen imax en -tmin en geeft de mate weer van de verknopingsdichtheid die tijdens een test werd opgewekt. T2 is de tijd voor een 357,2 g/cm toename van de koppelwaarde tijdens een test. Tqq is de tijd voor een 90%’s toename van de vulcanisatie die plaatsvindt 10 tijdens een test.
De afslijtgegevens van de rubbersamenstellingen werden bepaald met behulp van een afschaver op basis van een machine van het Lambourn-type. Afslijtsnelheden (kubieke centimeter/centimeter beweging) werden gemeten bij 7%, 13% en 21% glijding. De glijding is meer gebaseerd op de relatieve snelheid van de platen dan op de hoek van de glijding. In de volgende voorbeelden is de afslijtindex de verhouding van 15 de afslijtsnelheid van een controlesamenstelling met VULCAN 9 roet, een geregistreerd product van Cabot Corporation, Waltham, Massachusetts, gedeeld door de afslijtsnelheid van een samenstelling waarbij gebruik gemaakt werd van het specifieke roet volgens de onderhavige uitvinding, bij dezelfde glijding.
De hardheid van de rubbersamenstellingen werd gemeten door de in ASTM D 2240 uiteengezette procedure. De modulus, treksterkte en rek van de rubbersamenstellingen werden gemeten volgens de in 20 ASTM D 412 uiteengezette procedure.
De dynamische mechanische eigenschappen van de rubbersamenstellingen werden op een volgens de stand van de techniek algemeen bekende wijze bepaald, met gebruikmaking van een servohydraulisch systeem van het model Instron 1350, verbonden met een ’’Digital Equipment Corporation Minc-23”-computer voor gegevensmanipulatie. Het geteste exemplaar voor iedere rubbersamenstelling bestond uit 25 een testexemplaar van het sandwich-type dat vier stukken van iedere rubbersamenstelling bevatte, waarbij ieder stuk de volgende afmetingen had: 30 mm bij 30 mm bij 6 mm dikte. De gemeten dynamische mechanische eigenschappen waren complexe modulus (G*), elastische modulus (G') en verliesmodulus (G"). Aangezien de visco-elastische eigenschappen van de met roet versterkte rubbersamenstellingen afhankelijk zijn van temperatuur, frequentie en vervorming, werden de metingen verricht bij twee temperatu-30 ren, 70°C en 0,0°C, 1 Hertz, en drie vervormingen, 5%, 10% en 20%.
De verliestangens (tan delta) van een teststuk, 30 mm bij 5 mm bij 2 mm dikte, van elke SBR-samenstelling werd bepaald door meting in een visco-elastische spectrometer van het VES-S type, gemaakt door Iwamoto Seisakusho Co., bij een temperatuur van 70°C, een frequentie van 10 Hz en een vervorming van 2%.
35 De doeltreffendheid en de voordelen van de onderhavige uitvinding zullen voorts worden geïllustreerd door de volgende voorbeelden.
Voorbeelden /-///
Drie voorbeelden van het nieuwe roet volgens de onderhavige uitvinding werden bereid in drie verschillende 40 productiereeksen van roet, in een globaal beschreven reactor zoals uiteengezet is in figuur 1, met gebruikmaking van de reactoromstandigheden en de geometrie zoals uiteengezet in tabel A. De gebruikte brandstof in de verbrandingsreactie in ieder voorbeeld was: aardgas met een methaangehalte van 84,58 mol% en een verwarmingswaarde bij natheid van 36,3 J/dm3 bij standaardomstandigheden (101,1 kPa, 15,55°C). De gebruikte vloeibare grondstof in ieder voorbeeld was Conoco LC olie die de volgende 45 «genschappen had:
Grondstofeigenschappen
Waterstof/koolstof-verhouding 0,94
Waterstof (gew.%) 7,34 50 Koolstof (gew.%) 92,5
Zwavel (gew.%) 0,5 A.P.I. gewicht 15,5/15,6 C(60)F [ASTM D-287] -1,9
Soortelijk gewicht 15,5/15,6 C(60)F [ASTM D-287] 1,092
Viscositeit, SUS (54,4°C) [ASTM D-88] 94,2 55 Viscositeit, SUS (98,8°C) [ASTM D-88] 39,3 BMCI (Visc-Grav) 136 5 194004
TABEL A ROET
5 Voorbeeld I Voorbeeld II Voorbeeld lil D-1, cm 50,8 50,8 50,8 D-2, cm 13,97 13,97 13,97 D-3, cm 11,43 11,43 11,43 10 D-4, cm 13,46 13,46 13,46 D-5, cm 34,29 34,29 34,29 L-1, cm 45,72 45,72 45,72 L-2, cm 137,16 228,6 228,6 15 Olie inj. Pt. 32,) 3x0,05 3x0,05 3x0,05
Mondstukken # x grootte, cm) & 3x0,06 & 3x0,06 & 3x0,06
Oliesnelheid Pt. 32, l/h 253,6 253,6 272,5
Oliedruk Pt. 32, MPa 1,50 1,55 1,79
Olievoorverhitting Pt. 32, °C 154,4 151,6 154,4 20
Olie inj. Pt. 34,) 3x0,05 3x0,05 3x0,05
Mondstukken # x grootte, cm)
Oliesnelheid Pt. 34, l/h 83,28 87,06 87,06 25 Oliedruk Pt. 34, MPa 0,72 0,89 0,89
Olievoorverhitting Pt. 34, °C 121,1 115,5 115,5
Ver. lucht, crn3/h 2265600 2265600 2265600
Ver. luchtvoorverhitting, °C 521,1 523,8 521,1 30 Aardgas, cm3/h 174168 174168 174168
Lucht/brandstof-verhouding 9,1 9,1 9,1
Kalium, g/h 2497 9080 11804
Afschrikdruk, MPa o,41 0,39 0,38
Temp. bij afschrikking, °C 732,2 732,2 732,2 35 -——
Inj. = injectie MPa = Megapascal
Ver. = verbranding cm3/h = kubieke centimeter per uur
Pt. 32 = punt 32 in figuur 1 cm = centimeter
Pt. 34 = punt 34 in figuur 1 °C = graden Celsius 40 l/h = liter per uur
Het bij iedere proef geproduceerde roet werd hierna geanalyseerd volgens de hierin beschreven werkwijzen. De analytische eigenschappen van het bij iedere proef geproduceerde roet, evenals die van de controleproef met roet van het SAF-type, waren als volgt: 45
Roet
Voorbeeld I Voorbeeld II Voorbeeld III SAF
50 -—-—---—- AD 50 (nm) 48 45 45 61
Dmode (nm) 64 60 62 80 AD 50/Dmode 0,75 0,75 0,73 0,76 N2 SA (m2/g) 216 236 192 144 55 l2 No. (m2/g) 215 236 200 146
Tint (%) 142 144 143 125 194004 6
Roet
5 Voorbeeld I Voorbeeld II Voorbeeld III SAF
DBP (cm3/100g) 132 122 117 115 CDBP (cm3/100 g) 112 106 102 96 ADBP (cm3/100 g) 20 16 15 19 0 N2SA/l2No. 1,00 1,00 0,96 0,99
Voorbeeld IV
Dit voorbeeld illustreert het gebruik van het nieuwe roet van de onderhavige uitvinding in rubbersamens-15 tellingen. Vier types roet werden geëvalueerd in rubbersamenstellingen. Monster 1 was het roet van voorbeeld I. Monster 2 was het roet van voorbeeld II. Monster 3 was het roet van voorbeeld III. Monster 4 was het controle-roet van het type SAF (Super Abrasion Furnace).
Rubbersamenstellingen A, B, C en D werden bereid, waarbij ieder roet-monster werd opgenomen volgens de ASTM-SBR-procedure. De rubbersamenstellingen waren zoals weergegeven in tabel B (alle 20 hoeveelheden aangegeven als gewichtsdelen): TABEL B Rubbersamenstelling 25 --
A B C D
SBR-1500 100 100 100 100
Roet van voorbeeld I 50 30 Roet van voorbeeld II 50
Roet van voorbeeld III 50
Roet van het SAF-type 50
Zinkoxide 3 3 3 3
Stearinezuur 1111 35 TBBS* 1111
Zwavel 1,75 1,75 1,75 1,75 * TBBS = N-tert-butyl-2-benzothiazoolsulfeenamide 40 Hierna werd de verliestangens (tan delta) van iedere rubbersamenstelling gemeten. De tan delta waarden van de rubbersamenstellingen waren als volgt:
Rubbersamenstelling 45 -—
A B C D
tan delta 0,246 0,263 0,241 0,201 50
Deze resultaten demonstreren duidelijk dat de rubbersamenstellingen A, B en C, geproduceerd met het roet van de onderhavige uitvinding hogere waarden hebben voor tan delta in vergelijking met de controle-samenstelling D, die geproduceerd is met het conventionele roet van het SAF-type. Dit geeft op zijn beurt aan dat de rubbersamenstellingen van de onderhavige uitvinding een hogere hysteresis hebben die 55 resulteert in een betere tractie van banden waar hoge eisen aan worden gesteld en racebanden.
7 194004
Voorbeeld V
Dit voorbeeld illustreert dat de effecten die voortkomen uit het gebruik van het nieuwe roet van de onderhavige uitvinding in rubbersamenstellingen veroorzaakt worden door het nieuwe roet en niet door enig verschil in de verknopingsdichtheid (Δτ) van de rubbersamenstellingen. Met gebruikmaking van hetzelfde 5 roet van voorbeelden I, II en III en hetzelfde controle-roet van het SAF-type werden vier rubbersamenstellingen E, F, G en H bereid volgens de ASTM-SBR procedure met uitzondering dat de hoeveelheid TBBS varieerde, afhankelijk van het gebruikte specifieke roet. De rubbersamenstellingen waren zoals aangegeven in tabel C (alle hoeveelheden aangeduid als delen per gewicht):
10 TABEL C
Rubbersamenstelling
E F G H
15 -----— SBR-1500 100 100 100 100
Roet van het SAF-type 50
Roet van voorbeeld I 50
Roet van voorbeeld 11 50 20 Roet van voorbeeld 111 50
Zinkoxide 3 3 3 3
Stearinezuur 1111 TBBS* 1 1,04 1,08 1,04
Zwavel 1,75 1,75 1,75 1,75 25 ---— * TBBS = N-tert-butyl-2-benzothiazoolsulfeenamide
Zoals aangegeven in tabel C werd de TBBS-ingrediënt in iedere rubbersamenstelling E, F, G en H toegevoegd zodat de verknopingsdichtheid (Δτ) vrijwel gelijk zou zijn voor alle rubbersamenstellingen.
30 De statistische eigenschappen van de SBR-samenstellingen werden hierna geëvalueerd volgens de hierin beschreven ASTM-procedure. De resultaten waren als volgt:
Rubber- Hardheid Modulus Modulus Treksterkte Rb* (%) 35 samen- 100% R* 300% R (MPa) stelling (MPa) (MPa) E 65 3,234 18,9198 27,9657 394 F 69 3,4362 17,8641 27,4344 417 40 G 70 2,8635 15,2145 23,4048 406 H 70 3,3327 17,4708 22,6665 358 * R = rek; Rb = rek bij breuk; MPa = Megapascal.
45 Deze resultaten geven aan dat de statische eigenschappen van de met het roet van de onderhavige uitvinding geproduceerde rubbersamenstellingen F, G en H vergelijkbaar zijn met die van de rubbersamenstelling E, die geproduceerd is met het roet van het SAF-type.
De vucanisatie-eigenschappen van de rubbersamenstellingen, die alle werden gevucaniseerd bij 145°C met gebruikmaking van MDR, werden hierna geëvalueerd volgens de hierin beschreven procedure. De 50 resultaten waren als volgt: 194004 8
Rubber- tmin xmax Δτ T2 T90 samen- (kg/cm) (kg/cm) (kg/cm) (min) (min) 5 stelling E 1,91316 8,833 6,9196 12,16 37,46 F 2,62836 9,7446 7,1162 12,04 41,4 G 2,48532 9,548 7,0626 12,05 40,71 10 H 2,2529 9,405 7,152 12,64 41,98 kg/cm = kilogram/centimeler; min = minuten.
Zoals moge blijken aan de deskundige op dit gebied geven de hierboven vermelde Δτ-waarden aan dat de 15 rubbersamenstellingen E, F, G en H vergelijkbare verknopingsdichtheden hebben.
De laboratoriumslijtindex van iedere SBR-samenstelling werd ook zoals hierin beschreven, geëvalueerd. De resultaten waren als volgt:
Rubbersamenstelling 7% glijding 13% glijding 21%glijding 20 (cm3/cm bew.) (cm3/cm bew.) (cm3/cm bew.) E 100 100 100 F 127 119 120 G 125 112 107 25 H 121 115 109 cm3/cm bew. = kubieke centimeter per centimeter beweging,
De gegevens met betrekking tot de laboratoriumslijtindex toonden aan dat de rubbersamenstellingen F, G 30 en H met het roet volgens de onderhavige uitvinding een duidelijk hogere slijtvastheid vertonen dan de rubbersamenstelling E met het controie-roet van het SAF-type.
De dynamische mechanische eigenschappen van de SBR-samenstellingen werden ook zoals hierin beschreven geëvalueerd bij 1 Hertz, zowel bij 0,0°C als 70°C en de resultaten waren als volgt: 35 DYNAMISCHE MECHANISCHE EIGENSCHAPPEN 0°C, 1 Hz G*(MPa) G*(MPa) G*(MPa) G"(MPa) G"(MPa) G"(MPa)
Schuifspanning -> 5% 10% 20% 5% 10% 20% 40 E 4,98 4,06 3,23 1,04 0,85 0,63 F 6,64 5,14 3,84 1,6 1,29 0,89 G 6,81 5,12 3,96 1,63 1,33 1,0 H 5,75 4,51 3,66 1,24 1,06 0,86 MPa = megapascal.
45 DYNAMISCHE MECHANISCHE EIGENSCHAPPEN 70°C, 1 Hz G*(MPa) G’(MPa) G*(MPa) G"(MPa) G"(MPa) G"(MPa)
Schuifspanning -> 5% 10% 20% 5% 10% 20% 50 ______ E 2,58 2,32 1,99 0,32 0,26 0,19 F 3,03 2,57 2,10 0,48 0,37 0,25 G 2,92 2,49 2,16 0,49 0,38 0,29 H 2,91 2,51 2,19 0,46 0,35 0,28 55 _|_ MPa = megapascal.

Claims (4)

9 194004 G*, de dynamische complexmodulus, geeft de manoeuvreerstijfheid weer van de samenstelling van het loopvlak van een rubberband. Een grote manoeuvreerstijfheid is belangrijk voor banden waar hoge eisen aan worden gesteld en racebanden. Zoals blijkt uit de bovenstaande resultaten zijn de G*-waarden voor de rubbersamenstellingen F, G en H die het roet van de onderhavige uitvinding bevatten duidelijk hoger dan 5 die van rubbersamenstelling E met het controle-roet van het SAF-type bij verschillende spanningsniveaus. Daarom vertonen de rubbersamenstellingen F, G en H een betere manoeuvreerstijfheid in vergelijking met rubbersamenstelling E. Een andere zeer belangrijke eigenschap van loopvlaksamenstellingen van banden waar hoge eisen aan worden gesteld of van racebanden is de tractie. Een hoge tractie vereist een hoge energiedissipatie. De 10 verliesmodulus, G" is gekoppeld aan de energiedissipatie, waarbij hogere G"-waarden indicatief zijn voor een grotere energiedissipatie. Zoals boven is aangetoond zijn bij 0,0°C de verliesmodulus, G" van de rubbersamenstellingen F, G en H die geproduceerd zijn met roet volgens de onderhavige uitvinding duidelijk hoger dan van rubbersamenstelling E, die geproduceerd is met het roet van het SAF-type. Deze resultaten geven aan dat een hogere tractie verkregen kan worden door opname van het roet volgens de onderhavige 15 uitvinding in rubbersamenstellingen.
1. Roet met een DBP van 115-135 cm3/100 g, een ADBP van ten hoogste 20 cm3/100 g en een N2SA/I2 No. van ten minste 0,90, met het kenmerk, dat het roet een stikstofoppervlak N2SA heeft van 180-250 mz/g, een verhouding van het stikstofoppervlak/joodadsorptiegetal van 0,90 tot 1,05, een verhouding van AD50/Dmode van 0,67 tot 0,81, een DBP van 115-135 cm3/100 g en een ADBP (DBP-CDBP) minder dan of gelijk aan 20 cm3/100 g.
2. Roet volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het roet een stikstofoppervlak N2SA heeft van 190-240 m2/g, een ADBP van 10-20 cm3/100 g en een AD50/Dmode verhouding van 0,70-0,77.
3. Rubbersamenstelling, omvattende 100 gew.dln van een rubber en 10 tot 250 gew.dln roet, met het kenmerk, dat als roet het roet volgens conclusie 1 is toegepast.
4. Roetsamenstelling volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat als roet het roet volgens conclusie 2 is 30 toegepast. Hierbij 2 bladen tekening
NL9002019A 1989-09-14 1990-09-13 Roet en rubbersamenstellingen, welke dit roet bevatten. NL194004C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US40699389 1989-09-14
US07/406,993 US5168106A (en) 1989-09-14 1989-09-14 Carbon blacks

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9002019A NL9002019A (nl) 1991-04-02
NL194004B NL194004B (nl) 2000-12-01
NL194004C true NL194004C (nl) 2001-04-03

Family

ID=23610176

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9002019A NL194004C (nl) 1989-09-14 1990-09-13 Roet en rubbersamenstellingen, welke dit roet bevatten.

Country Status (10)

Country Link
US (1) US5168106A (nl)
JP (1) JPH06104788B2 (nl)
KR (1) KR910006429A (nl)
BR (1) BR9004583A (nl)
DE (1) DE4028578A1 (nl)
FR (1) FR2651787B1 (nl)
IT (1) IT1244876B (nl)
LU (1) LU87804A1 (nl)
NL (1) NL194004C (nl)
TR (1) TR25913A (nl)

Families Citing this family (30)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US6228928B1 (en) 1990-07-25 2001-05-08 Cabot Corporation Carbon black and rubber composition containing same
JP2903097B2 (ja) * 1990-07-25 1999-06-07 昭和キャボット株式会社 カーボンブラック及びそれを含有するゴム組成物
US5807494A (en) 1994-12-15 1998-09-15 Boes; Ralph Ulrich Gel compositions comprising silica and functionalized carbon products
IL116378A (en) * 1994-12-15 2003-05-29 Cabot Corp Non-aqueous coating or ink composition with improved optical properties containing modified carbon product and method of preparation of the composition
IL154538A (en) * 1994-12-15 2009-12-24 Cabot Corp The reaction of carbon black with diazonium salts, the resulting carbon black products
IL116376A (en) * 1994-12-15 2001-03-19 Cabot Corp Aqueous ink jet ink compositions containing modified carbon products
US5559169A (en) * 1994-12-15 1996-09-24 Cabot Corporation EPDM, HNBR and Butyl rubber compositions containing carbon black products
US5575845A (en) * 1994-12-15 1996-11-19 Cabot Corporation Carbon black products for coloring mineral binders
US5571311A (en) * 1994-12-15 1996-11-05 Cabot Corporation Ink jet ink formulations containing carbon black products
IL116379A (en) * 1994-12-15 2003-12-10 Cabot Corp Aqueous inks and coatings containing modified carbon products
US5554739A (en) * 1994-12-15 1996-09-10 Cabot Corporation Process for preparing carbon materials with diazonium salts and resultant carbon products
JP3305722B2 (ja) 1995-05-22 2002-07-24 キャボット コーポレイション 部分的に被覆されたカーボンブラックを含有するエラストマーのコンパウンド
US6323273B1 (en) 1995-05-22 2001-11-27 Cabot Corporation Elastomeric compounds incorporating silicon-treated carbon blacks
US6028137A (en) 1995-05-22 2000-02-22 Cabot Corporation Elastomeric compounds incorporating silicon-treated carbon blacks
US5622557A (en) 1995-05-22 1997-04-22 Cabot Corporation Mineral binders colored with silicon-containing carbon black
US5958999A (en) 1996-04-05 1999-09-28 Cabot Corporation Ink compositions and method for generating images produced therefrom
US5707432A (en) 1996-06-14 1998-01-13 Cabot Corporation Modified carbon products and inks and coatings containing modified carbon products
US5698016A (en) * 1996-06-14 1997-12-16 Cabot Corporation Compositions of modified carbon products and amphiphilic ions and methods of using the same
US5747562A (en) 1996-06-14 1998-05-05 Cabot Corporation Ink and coating compositions containing silicon-treated carbon black
US5919855A (en) 1997-02-11 1999-07-06 Cabot Corporation Use of modified carbon black in gas-phase polymerizations
CN1122085C (zh) * 1997-08-28 2003-09-24 三菱化学株式会社 炭黑及其制备方法
JP2002531661A (ja) 1998-12-08 2002-09-24 キャボット コーポレイション 改良された外観を有するエラストマー組成物
US7148285B2 (en) 2001-05-11 2006-12-12 Cabot Corporation Coated carbon black pellets and methods of making same
DE102005027858A1 (de) * 2005-06-16 2006-12-21 Continental Aktiengesellschaft Kautschukmischung und Reifen
EP2166775B1 (en) 2007-07-09 2015-08-12 Fujitsu Limited Mobile station device and cell setting method
EP2293486A1 (en) 2009-09-03 2011-03-09 Panasonic Corporation Feedback scheme for providing feedback on plural transmissions
JP5189144B2 (ja) 2010-08-16 2013-04-24 株式会社エヌ・ティ・ティ・ドコモ 通信制御方法、基地局装置及び移動局装置
JP4938122B2 (ja) 2010-10-04 2012-05-23 株式会社エヌ・ティ・ティ・ドコモ フィードバック方法及び移動端末装置
CN102735597B (zh) * 2012-07-20 2013-12-04 青岛科技大学 一种橡胶混炼过程评价方法
DE102016200950A1 (de) 2016-01-25 2017-07-27 Continental Reifen Deutschland Gmbh Kautschukmischung für die Innenschicht oder den Schlauch von Fahrzeugluftreifen und Fahrzeugluftreifen

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4775778A (en) * 1976-10-15 1988-10-04 Raychem Corporation PTC compositions and devices comprising them
JPS60215403A (ja) * 1984-04-10 1985-10-28 Bridgestone Corp 全天候性能を有する低燃費タイヤ
JPH0689265B2 (ja) * 1984-07-25 1994-11-09 旭カ−ボン株式会社 補強用フア−ネスカ−ボンブラツク
JPH0618950B2 (ja) * 1986-06-17 1994-03-16 株式会社ブリヂストン ゴム組成物
US4871794A (en) * 1987-06-30 1989-10-03 Bridgestone Corporation Pneumatic tires

Also Published As

Publication number Publication date
LU87804A1 (fr) 1991-02-18
JPH06104788B2 (ja) 1994-12-21
JPH03111455A (ja) 1991-05-13
FR2651787B1 (fr) 1992-04-10
NL194004B (nl) 2000-12-01
TR25913A (tr) 1993-11-01
NL9002019A (nl) 1991-04-02
KR910006429A (ko) 1991-04-29
IT1244876B (it) 1994-09-12
IT9021451A0 (it) 1990-09-12
IT9021451A1 (it) 1992-03-12
FR2651787A1 (fr) 1991-03-15
US5168106A (en) 1992-12-01
DE4028578A1 (de) 1991-03-28
BR9004583A (pt) 1991-09-10

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL194004C (nl) Roet en rubbersamenstellingen, welke dit roet bevatten.
NL194276C (nl) Roet en rubbersamenstellingen welke dit roet bevatten.
NL194084C (nl) Roeten alsmede rubbersamenstellingen met dergelijke roeten.
EP0546008B1 (en) Improved performance carbon blacks
US6403695B1 (en) Carbon black and rubber compositions containing same
US5124396A (en) Treadwear/hysteresis carbon blacks
US5137962A (en) Carbon black exhibiting superior treadwear/hysteresis performance
EP0519988B1 (en) Improved treadwear/hysteresis carbon blacks
US6228928B1 (en) Carbon black and rubber composition containing same
US6153684A (en) Performance carbon blacks
CA2088049C (en) Carbon black and rubber composition containing same

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20070401