NL192868C

NL192868C - Zuigerpers voor het persen van balen uit plantaardig stengelig oogstmateriaal.

Info

Publication number: NL192868C
Application number: NL8702721A
Authority: NL
Original assignee: Claas Ohg
Priority date: 1986-11-13
Filing date: 1987-11-13
Publication date: 1998-04-02
Also published as: FR2606586B1; GB2197251A; NL8702721A; GB8726645D0; NL192868B; GB2197251B; US4825760A; DE3638792A1; DE3638792C2; FR2606586A1

Description

1 192868

Zuigerpers voor het persen van balen uit plantaardig stengeiig oogstmateriaal

De uitvinding heeft betrekking op een zuigerpers voor het persen van balen uit plantaardig stengeiig oogstmateriaal, voorzien van een door middel van een krukaandrijving in een perskanaal heen en weer 5 beweegbare perszuiger, van een in het perskanaal uitmondend toevoerkanaal, van een door middel van een krukaandrijving in het toevoerkanaal beweegbare hark, van een zodanige aandrijfverbinding tussen de krukaandrijving voor de perszuiger en de krukaandrijving voor de hark dat bij één omwenteling van de perszuigerkrukaandrijving de harkkrukaandrijving een aantal omwentelingen maakt, van een op de krukas van de perszuigerkrukaandrijving gemonteerde tweede krukaandrijving, waarvan de kruktap scharnierbaar is 10 verbonden met het ene einde van een koppelstang, waarvan het andere einde scharnierbaar is verbonden met het vrije einde van de ene arm van een draaibaar met het frame van de pers verbonden kniehefboom, waarvan het vrije einde van de andere arm via een overbrenging is verbonden met een verplaatsbaar lageringspunt, waarbij de hark verzwenkbaar op de kruktap van de harkkrukaandrijving is gelegerd en een arm zich vanaf deze kruktap in de richting vanaf de hark uitstrekt, waarvan het van de hark afgekeerde 15 einde scharnierbaar is verbonden met het ene einde van een stang, waarvan het andere einde scharnierbaar is verbonden met het verplaatsbare lageringspunt, een en ander zodanig dat tijdens de ene omwenteling van de perszuigerkrukaandrijving, zijnde een heen- en weergaande beweging van de perszuiger, de tandeinden van de hark een aantal niervormige bewegingsbanen doorlopen, die onderling telkens een andere vorm bezitten, waarbij de tijdens de eerste niervormige bewegingsbanen van de harktandeinden in 20 het toevoerkanaal gevormde oogstmateriaal porties tijdens de laatste niervormige bewegingsbaan van de harktandeinden tezamen met een laatstgevormde portie vanuit het toevoerkanaal in het perskanaal worden gedrukt.

Een dergelijke zuigerpers is bekend uit EP-A-0.120.780. Ook bij deze bekende inrichting worden allereerst twee porties oogstmateriaal na elkaar door de hark naar de door de perszuiger gesloten 25 inlaatopening van het perskanaal getranspoorteerd, terwijl met de derde transportslag van de hark een derde portie wordt toegevoerd, die samen met de beide zich voor de vulopening bevindende porties na het vrijgeven van de vulopening door de perszuiger gezamenlijk in de persruimte worden geschoven. Op deze wijze wordt de totale bij de achterwaartse slag van de perszuiger ontstane vrije ruimte geheel gevuld. Nadelig bij deze bekende zuigerpers is de voor het veranderen van de bewegingsbaan van de hark 30 noodzakelijke overbrenging tussen de kniehefboom en het verplaatsbare lageringspunt, welke uit een periodiek om een as verzwenkbaar tandwieldrijfwerk bestaat. Ten eerste is het vervaardigen van een dergelijk tandwieldrijfwerk kostbaar, omdat er zorg voor moet worden gedragen, dat zich geen vuildeettjes in de tandwielen vast kunnen zetten die een goede werking ook onder de zware bedrijfsomstandigheden in de landbouw zouden hinderen. Ten tweede doet zich bij op den duur niet uit te sluiten beschadigingen de 35 noodzaak voor het totale tandwieldrijfwerk te vervangen. Doel van de uitvinding is het verschaffen van een overbrenging zonder tandwielen, waarin uitsluitend tegen lage kosten te vervaardigen en snel te monteren hefbomen en stangen worden toegepast.

Volgens de uitvinding wordt dit doel bereikt door een zuigerpers van het boven omschreven type, waarbij het verplaatsbare lageringspunt op het ene einde van een zwenkhefboom ligt, waarvan het andere einde 40 draaibaar is om de krukas van de harkkrukaandrijving, waarbij de overbrenging tussen het vrije einde van de andere arm van de kniehefboom en het verplaatsbare lageringspunt wordt gevormd door een tussenarm, die zowel scharnierbaar met het vrije einde van de andere arm van de kniehefboom als scharnierbaar met de zwenkhefboom is verbonden.

De toegepaste tussenschakel bestaat bij voorkeur uit een vrij draaibaar met de zuigerpers verbonden 45 kniehefboom, waarvan het ene uiteinde scharnierbaar is verbonden met de koppelstang, terwijl op het andere uiteinde daarvan een met de zwenkhefboom verbonden stang aangrijpt.

In het hiernavolgende wordt de uitvinding aan de hand van een in de tekening weergegeven uitvoerings-voorbeeld nader toegelicht. Daarin toont: 50 figuur 1 een gedeeltelijk zijaanzicht van een zuiger-balenpers; en figuur 2 een weergave in perspectief van de harkaandrijving.

In een zuigerpers 1 is een zuiger 2 heen en weer beweegbaar in een perskanaal 3 door middel van een zuigerstang 4. Daartoe grijpt de zuigerstang 4 met een uiteinde aan op een kruktap 5, waarvan een krukarm 55 6 op de as 7 is bevestigd. Deze as 7 wordt continu via een wormwiel 8 door een daarin grijpende worm 9 aangedreven. Naast de krukarm 6 draagt de as 7 nog een krukarm 10, waarvan een kruktap 11 een koppelstang 12 draagt, welke met het van de kruk 11 afgekeerde uiteinde met een uiteinde van een

Claims

192868 2 kniehefboom 13 is verbonden. Deze kniehefboom 13 is zwenkbaar opgehangen in een console 14, die vast met een huis 15 van de zuigerpers 1 is verbonden. Op het andere uiteinde van de kniehefboom 13 grijpt een koppelstang 16 aan, die de kniehefboom 13 schamierbaar verbindt met een zwenkhefboom 17. Deze hefboom 17 is vrij draaibaar op de as 18 gemonteerd. De op deze as 18 aangebrachte krukarm 19 draagt 5 een tap 20, waarop de arm 21 draaibaar is aangebracht. Met twee armen 21 zijn de daartussen aangebrachte harktanden 21' door middel van een dwarsbalk 21” tot een harkeenheid 22 verbonden. Ten minste één van deze armen 21 heeft aan een van de harkeenheid 22 afgekeerd uiteinde 23 een stang 24, welke een verbinding met de zwenkhefboom 17 vormt. De aandrijving van de krukarm 19 geschiedt door middel van een daarmee verbonden kettingwiel 25, een ketting 26 alsmede een vast op de as 7 gemonteerd 10 kettingwiel 27. De overbrening tussen het kettingwiel 25 en het kettingwiel 27 is zo gekozen, dat het kettingwiel 25 bij één omwenteling van het kettingwiel 27 drie omwentelingen maakt. Door deze overbrengingsverhouding en door de vorm van het hefboomdrijfwerk 12,13, 16, 17, 24 wordt bereikt, dat de harkentanden 21' gedurende een zuigerslag van de perszuiger 2 drie harkslagen uitvoeren en dat de harktanden 21' daarbij drie verschillende, met streep-puntlijnen aangeduide, bewegingsbanen doorlopen.

15 Het vuiien van het perskanaal 3 met oogstmateriaal door de vulopening 28 vindt op dezelfde wijze plaats als beschreven in EP-A-0.120.780. Opgemerkt wordt, dat het hiervoor beschreven hefboomdrijfwerk uiteraard aan beide zijden van de pers kan zijn aangebracht voor het verkrijgen van een meer gelijkmatige en betere krachtoverbrenging. 20 Zuigerpers voor het persen van balen uit plantaardig stengelig oogstmateriaal, voorzien van een door middel van een krukaandrijving in een perskanaal heen en weer beweegbare perszuiger, van een in het perskanaal 25 uitmondend toevoerkanaal, van een door middel van een krukaandrijving in het toeverkanaal beweegbare hark, van een zodanige aandrijfvervinding tussen de krukaandrijving voor de perszuiger en de krukaandrijving voor de hark dat bij één omwenteling van de perszuigerkrukaandrijving de harkkrukaandrijving een aantal omwentelingen maakt, van een op de krukas van de perszuigerkrukaandrijving gemonteerde tweede krukaandrijving, waarvan de kruktap schamierbaar is verbonden met het ene einde van een 30 koppelstang, waarvan het andere einde schamierbaar is verbonden met het vrije einde van de ene arm van een draaibaar met het frame van de pers verbonden kniehefboom, waarvan het vrije einde van de andere arm via een overbrenging is verbonden met een verplaatsbaar lageringspunt, waarbij de hark verzwenkbaar op de kruktap van de harkkrukaandrijving is gelegerd en een arm zich vanaf deze kruktap in de richting vanaf de hark uitstrekt, waarvan het van de hark afgekeerde einde schamierbaar is verbonden met het ene 35 einde van een stang, waarvan het andere einde schamierbaar is verbonden met het verplaatsbare lageringspunt, een en ander zodanig dat tijdens de ene omwenteling van de perszuigerkrukaandrijving, zijnde een heen- en weergaande bewegng van de perszuiger, de tandeinden van de hark een aantal niervormige bewegingsbanen doorlopen, die onderling telkens een andere vorm bezitten, waarbij de tijdens de eerste niervormige bewegingsbanen van de harktandeinden in het toevoerkanaal gevormde oogst-40 materiaal porties tijdens de laatste niervormige bewegingsbaan van de harktandeinden tezamen met een laatstgevormde portie vanuit het toevoerkanaal in het perskanaal worden gedrukt, met het kenmerk, dat het verplaatsbare lageringspunt op het ene einde van een zwenkhefboom (17) ligt, waarvan het andere einde draaibaar is om de krukas (18) van de harkkrukaandrijving (19, 20), waarbij de overbrenging tussen het vrije einde van de andere arm van de kniehefboom (13) en het verplaatsbare lageringspunt wordt gevormd door 45 een tussenarm (16), die zowel schamierbaar met het vrije einde van de andere arm van de kniehefboom (13) als schamierbaar met de zwenkhefboom (17) is verbonden. Hierbij 2 bladen tekening