BE1024813B1 - Landbouwbalenpers - Google Patents

Landbouwbalenpers Download PDF

Info

Publication number
BE1024813B1
BE1024813B1 BE2017/5301A BE201705301A BE1024813B1 BE 1024813 B1 BE1024813 B1 BE 1024813B1 BE 2017/5301 A BE2017/5301 A BE 2017/5301A BE 201705301 A BE201705301 A BE 201705301A BE 1024813 B1 BE1024813 B1 BE 1024813B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
drive element
baler
coupling
drive
hook
Prior art date
Application number
BE2017/5301A
Other languages
English (en)
Inventor
Xavier G.J.M Bonte
Original Assignee
Cnh Industrial Belgium Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Cnh Industrial Belgium Nv filed Critical Cnh Industrial Belgium Nv
Priority to BE2017/5301A priority Critical patent/BE1024813B1/nl
Priority to EP18167998.6A priority patent/EP3400787B1/en
Priority to US15/965,223 priority patent/US10939620B2/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1024813B1 publication Critical patent/BE1024813B1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F15/00Baling presses for straw, hay or the like
    • A01F15/08Details
    • A01F15/10Feeding devices for the crop material e.g. precompression devices
    • A01F15/101Feeding at right angles to the compression stroke
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F15/00Baling presses for straw, hay or the like
    • A01F15/08Details
    • A01F15/0841Drives for balers
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F15/00Baling presses for straw, hay or the like
    • A01F15/08Details
    • A01F15/10Feeding devices for the crop material e.g. precompression devices
    • A01F15/101Feeding at right angles to the compression stroke
    • A01F2015/102Feeding at right angles to the compression stroke the pressing chamber is fed from the bottom side

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Harvester Elements (AREA)

Abstract

Deze uitvinding verschaft uitvoeringsvormen van een landbouwbalenpers (1) die bestaat uit: een balenvormer (3) die een wandgedeelte bevat met een ingangsopening (15) voor het invoeren van oogstmateriaal; een plunjer (13), aangebracht om in de balenvormer te bewegen en om daarbij het oogstmateriaal in balen samen te persen; een koker (19) voor het transporteren van het oogstmateriaal naar de ingangsopening; en een stouwereenheid (37), die functioneel verbonden is met de koker en een vorkgeheel bevat. De stouwereenheid bevat tanden (43) en een aandrijfmechanisme (75,175, 275, 375) dat inwerkt op het vorkgeheel. Het aandrijfmechanisme bevat: een eerste aandrijfelement (77, 105) dat geconfigureerd is voor een heen- en weergaande beweging langs een bewegingspad en dat operationeel verbonden is met een vermogenbron van de balenpers; een tweede aandrijfelement (71, 107) dat geconfigureerd is voor een heen- en weergaande beweging langs het bewegingspad van het eerste aandrijfelement en operationeel verbonden is met het vorkgeheel; en een selectief bedienbare koppelingsopstelling (83) die geconfigureerd is voor het selectief koppelen van het tweede aandrijfelement ofwel met het eerste aandrijfelement ofwel met een stationair deel (85) van de balenpers (1).

Description

(73) Houder(s) :
CNH INDUSTRIAL BELGIUM NV
8210, ZEDELGEM
België (72) Uitvinder(s) :
BONTE Xavier G.J.M 4505 PBZUIDZANDE Nederland (54) Landbouwbalenpers (57) Deze uitvinding verschaft uitvoeringsvormen van een landbouwbalenpers (1) die bestaat uit: een balenvormer (3) die een wandgedeelte bevat met een ingangsopening (15) voor het invoeren van oogstmateriaal; een plunjer (13), aangebracht om in de balenvormer te bewegen en om daarbij het oogstmateriaal in balen samen te persen; een koker (19) voor het transporteren van het oogstmateriaal naar de ingangsopening; en een stouwereenheid (37), die functioneel verbonden is met de koker en een vorkgeheel bevat. De stouwereenheid bevat tanden (43) en een aandrijfmechanisme (75,175, 275, 375) dat inwerkt op het vorkgeheel. Het aandrijfmechanisme bevat: een eerste aandrijfelement (77, 105) dat geconfigureerd is voor een heen- en weergaande beweging längs een bewegingspad en dat operationeel verbonden is met een vermogenbron van de balenpers; een tweede aandrijfelement (71, 107) dat geconfigureerd is voor een heen- en weergaande beweging längs het bewegingspad van het eerste aandrijfelement en operationeel verbonden is met het vorkgeheel; en een selectief bedienbare koppelingsopstelling (83) die geconfigureerd is voor het selectief koppelen van het tweede aandrijfelement ofwel met het eerste aandrijfelement ofwel met een stationair deel (85) van de balenpers (1).
Figure BE1024813B1_D0001
iZl
BELGISCH UITVINDINGSOCTROOI
FOD Economie, K.M.O., Middenstand & Energie
Publicatienummer: 1024813 Nummer van indiening: BE2017/5301
Dienst voor de Intellectuele Eigendom
Internationale classificatie: A01F 15/08 A01F 15/10 Datum van verlening: 04/07/2018
De Minister van Economie,
Gelet op het Verdrag van Parijs van 20 maart 1883 tot Bescherming van de industriële Eigendom;
Gelet op de wet van 28 maart 1984 op de uitvindingsoctrooien, artikel 22, voor de voor 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;
Gelet op Titel 1 Uitvindingsoctrooien van Boek XI van het Wetboek van economisch recht, artikel XI.24, voor de vanaf 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;
Gelet op het koninklijk besluit van 2 december 1986 betreffende het aanvragen, verlenen en in stand houden van uitvindingsoctrooien, artikel 28;
Gelet op de aanvraag voor een uitvindingsoctrooi ontvangen door de Dienst voor de Intellectuele Eigendom op datum van 27/04/2017.
Overwegende dat voor de octrooiaanvragen die binnen het toepassingsgebied van Titel 1, Boek XI, van het Wetboek van economisch recht (hierna WER) vallen, overeenkomstig artikel XI.19, § 4, tweede lid, van het WER, het verleende octrooi beperkt zal zijn tot de octrooiconclusies waarvoor het verslag van nieuwheidsonderzoek werd opgesteld, wanneer de octrooiaanvraag het voorwerp uitmaakt van een verslag van nieuwheidsonderzoek dat een gebrek aan eenheid van uitvinding als bedoeld in paragraaf 1, vermeldt, en wanneer de aanvrager zijn aanvraag niet beperkt en geen afgesplitste aanvraag indient overeenkomstig het verslag van nieuwheidsonderzoek.
Besluit:
Artikel 1. - Er wordt aan
CNH INDUSTRIAL BELGIUM NV, Leon Claeysstraat 3A, 8210 ZEDELGEM België;
vertegenwoordigd door
BEETZ Joeri, Leon Claeysstraat 3A, 8210, ZEDELGEM;
een Belgisch uitvindingsoctrooi met een looptijd van 20 jaar toegekend, onder voorbehoud van betaling van de jaartaksen zoals bedoeld in artikel XI.48, § 1 van het Wetboek van economisch recht, voor:
Landbouwbalenpers .
UITVINDER(S):
BONTE Xavier G.J.M, Sluissedijk 13, 4505 PB, ZUIDZANDE;
VOORRANG:
AFSPLITSING :
Afgesplitst van basisaanvraag : Indieningsdatum van de basisaanvraag :
Artikel 2. - Dit octrooi wordt verleend zonder voorafgaand onderzoek naar de octrooieerbaarheid van de uitvinding, zonder garantie van de Verdienste van de uitvinding noch van de nauwkeurigheid van de beschrijving ervan en voor risico van de aanvrager(s).
Brussel, 04/07/2018,
Bij bijzondere machtiging:
BE2017/5301
Landbouwbalenpers
Technisch gebied
Deze uitvinding heeft betrekking op landbouwbalenpersen voor het vormen van balen oogstmateriaal, zoals hooi, stro of kuilvoeder in een balenkamer, en meer bepaald op het laadmiddel voor het transporteren van het materiaal in een koker naar de balenkamer.
Stand van de techniek
In een conventionele landbouwbalenpers wordt hooi, stro, kuilvoeder of dergelijk oogstmateriaal dat eerder werd gemaaid in rijen of in zwaden gelegd, van de grond opgeraapt door een opraapeenheid, toegevoerd aan een koker en in opeenvolgende ladingen aan een langwerpige balenkamer door tanden van een stouwer die gesynchroniseerd met een heen- en weergaande plunjer beweegt. Zulke landbouwbalenpersen zijn ook bekend als rechthoekige- of vierkantebalenpersen.
De plunjer perst het materiaal samen in balen en terzelfder tijd beweegt de baal geleidelijk naar de uitgang van de balenkamer. Wanneer de balen een voorafbepaalde lengte bereiken, zoals bepaald door een doseertoestel, wordt een knopenleggend toestel bediend om koord, touw of een ander buigzaam bindmateriaal rond het pakket te wikkelen en om de uiteinden van het bindmateriaal samen te knopen.
De stouwereenheid is ontworpen om snel ladingen oogstmateriaal in de balenkamer te laden binnen het korte interval waarop de heen- en weergaande plunjer de opening van de balenkamer vrijmaakt. Gewoonlijk wordt dit verwezenlijkt door een vorkgeheel dat tanden bevat. Een aandrijfmechanisme dat door een vermogenbron van de balenpers aangedreven wordt, werkt in op het vorkgeheel. Wanneer het aangedreven wordt, veroorzaakt het aandrijfmechanisme een beweging van de tanden längs een pad door de koker zodat een lading oogstmateriaal die zieh in de kokers bevindt meegenomen wordt door de tanden en in de balenkamer geladen wordt. Na het laden van het oogstmateriaal in de balenkamer worden de tanden uit de koker
BE2017/5301 bewogen en keren ze terug naar de inlaat van de koker zodat de tanden gebruikt kunnen worden voor het laden van een eropvolgende lading oogstmateriaal in de balenkamer. De tanden bewegen dus längs een cyclisch pad. In de bekende balenpersen van het bovenstaande type is het cyclische pad over het algemeen niervormig.
In bekende balenpersen van het bovenstaande type wordt het aandrijfmechanisme dat inwerkt op het vorkgeheel aangedreven door dezelfde vermogenbron die de plunjer aandrijft. Over het algemeen is het aandrijfmechanisme van de stouwereenheid gekoppeld aan een aftakas van de hoofdtandwielkast die de plunjer aandrijft, waarbij de tandwielkast draaiend vermögen toevoert aan het aandrijfmechanisme. Het aandrijfmechanisme zet daarna het draaiende vermögen dat ontvangen werd van de tandwielkast, meer bepaald ontvangen via één of meer draaiende uitgaande assen van de tandwielkast, om in een beweging van de tanden längs het bovenvermelde cyclische pad. Over het algemeen omvatten zulke aandrijfmechanismen opstellingen om draaiende beweging ontvangen van de tandwielkast via een draaiende ingaande as om te zetten in een heen- en weergaande beweging van onderdelen van het vorkgeheel. Zulke opstellingen omvatten bijvoorbeeld krukarmen die op het vorkgeheel via drijfstangen inwerken.
Het is een bekende werkwijze om het aandrijfmechanisme van de stouwereenheid te koppelen met een vermogenbron van de balenpers d.m.v. een selectief bedienbaar koppelingsgeheel dat aangebracht en geconfigureerd is voor het selectief koppelen van een draaiende uitgaande as van de tandwielkast met een draaiende ingaande as van het aandrijfmechanisme om de beweging van de tanden van het vorkgeheel te kunnen stoppen. Het is ook een bekende werkwijze om het aandrijfmechanisme van de stouwereenheid te koppelen met de vermogenbron van de balenpers d.m.v. een selectief bedienbaar koppelingsgeheel dat aangebracht en geconfigureerd is om een draaiende uitgaande as van de tandwielkast selectief te koppelen met een draaiende ingaande as van het aandrijfmechanisme om de beweging van het vorkgeheel te kunnen veränderen. In octrooi WO2012/163903 is bijvoorbeeld een aandrijfmechanisme van een stouwereenheid beschreven dat twee ingaande assen
BE2017/5301 bevat die beide door de tandwielkast van de balenpers aangedreven worden om te draaien. Eén van de ingaande assen is permanent met de tandwielkast verbonden, terwijl de andere ingaande as aangedreven wordt door een koppeling die selectief ontkoppeld kan worden. Door het koppelen/ontkoppelen van de koppeling wordt de beweging van de tanden gewijzigd, meer bepaald wordt het bewegingspad van de tanden gewijzigd.
Samenvatting van de uitvinding
Uitvoeringsvormen van deze uitvinding hebben onder andere als voorwerp het verschaffen van een voordelige altematieve opstelling van de aandrijving voor een stouwereenheid van een balenpers.
Daartoe verschaft deze uitvinding uitvoeringsvormen van een landbouwbalenpers die bestaat uit: een balenvormer met een wandgedeelte met een ingangsopening voor het invoeren van oogstmateriaal; een plunjer, aangebracht om in de balenvormer te bewegen en om daarbij het oogstmateriaal in balen samen te persen; een koker voor het transporteren van het oogstmateriaal naar de ingangsopening; en een stouwereenheid die functioneel verbonden is met de koker en een vorkgeheel bevat. De stouwereenheid bevat tanden en een aandrijfmechanisme dat inwerkt op het vorkgeheel. Het aandrijfmechanisme bevat: een eerste aandrijfelement dat geconfigureerd is voor een heen- en weergaande beweging längs een bewegingspad en dat operationeel verbonden is met een vermogenbron van de balenpers; een tweede aandrijfelement dat geconfigureerd is voor een heen- en weergaande beweging längs het bewegingspad van het eerste aandrijfelement en dat operationeel verbonden is met het vorkgeheel; en een selectief bedienbare koppelingsopstelling die geconfigureerd is voor het selectief koppelen van het tweede aandrijfelement ofwel met het eerste aandrijfelement ofwel met een stationair deel van de balenpers.
In zulke uitvoeringsvormen van de balenpers volgens de uitvinding is een selectief bedienbare koppelingsopstelling aangebracht en geconfigureerd voor het
BE2017/5301 koppelen en ontkoppelen van heen- en weergaande onderdelen van het aandrijfmechanisme.
In een heen- en weergaande beweging is de snelheid van het aandrijfelement dat heen en weer bewogen wordt niet constant, maar wordt verminderd bij het naderen van het dode punt van de heen- en weergaande beweging. Het dode punt is het punt waarin de heen- en weergaande beweging van één richting naar de tegenoverliggende richting overgaat. Doorte zorgen voor het koppelen en ontkoppelen van heen- en weergaande onderdelen van het aandrijfmechanisme, kunnen het koppelen en ontkoppelen van het eerste aandrijfelement dat verbonden is met een vermogenbron van de balenpers en het tweede aandrijfelement dat verbonden is met het vorkgeheel uitgevoerd worden in of in de buurt van een dood punt van de heen- en weergaande beweging van het eerste aandrijfelement
In of in de buurt van een dood punt van de heen- en weergaande beweging van het eerste aandrijfelement wordt de snelheid van het eerste aandrijfelement verminderd ten opzichte van het tweede aandrijfelement waardoor het gemakkelijker is om de koppeling te doen tussen het eerste aandrijfelement en het tweede aandrijfelement ten opzichte van de situatie waarin het koppelen wordt uitgevoerd terwijl het eerste aandrijfelement met constante snelheid wordt bewogen. Bovendien worden de krachten die actief zijn op het tweede aandrijfelement en op het vorkgeheel dat ermee verbonden is op het moment van koppeling verminderd.
Wanneer het eerste aandrijfelement en het tweede aandrijfelement gekoppeld zijn en samen bewegen, wordt de snelheid van het eerste aandrijfelement en het tweede aandrijfelement verminderd bij het naderen van een dood punt in de heen- en weergaande beweging van het eerste aandrijfelement en het tweede aandrijfelement.
In of in de buurt van een dood punt van de heen- en weergaande beweging van het eerste aandrijfelement en het tweede aandrijfelement wordt de snelheid van het eerste aandrijfelement en het tweede aandrijfelement verminderd ten opzichte van een stationair deel van de balenpers, wat het gemakkelijker maakt om de ontkoppeling van het eerste aandrijfelement en het tweede aandrijfelement te doen en de koppeling tussen het tweede aandrijfelement en het stationaire tweede aandrijfelement ten opzichte van de situatie waarbij het ontkoppelen/koppelen wordt uitgevoerd terwijl het
BE2017/5301 eerste aandrijfelement en het tweede aandrijfelement met constante snelheid bewogen worden. Bovendien worden de krachten die inwerken op het tweede aandrijfelement en op het stationaire deel van de balenpers op het moment van de koppeling verminderd.
In aandrijfmechanismen volgens de stand van de techniek voor een stouwereenheid die een selectief bedienbare koppelingsopstelling bevat die geconfigureerd en aangebracht is voor het koppelen en ontkoppelen van een draaiende uitgaande as van de tandwielkast van de balenpers met een draaiende ingaande as van het aandrijfmechanisme, is het koppelen en ontkoppelen onder omstandigheden met verminderde snelheid en krachten alleen mogelijk wanneer het draaien van de uitgaande as van de tandwielkast gestopt wordt, wat een aanvullende selectief bedienbare koppelingsopstelling in de tandwielkast zou vereisen.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van een balenpers volgens de uitvinding is het eerste aandrijfelement geconfigureerd voor een continue heen- en weergaande beweging längs het pad tijdens de werking van de balenpers. Dus is er geen aanvullende selectief bedienbare koppelingsopstelling tussen het eerste aandrijfelement en de vermogenbron van de balenpers nodig.
In een voordelige uitvoeringsvorm van een balenpers volgens de uitvinding is de selectief bedienbare koppelingsopstelling geconfigureerd voor het koppelen van het tweede aandrijfelement ofwel met het eerste aandrijfelement ofwel met het stationaire deel van de balenpers wanneer het eerste aandrijfelement zieh in één van de dode punten van zijn heen- en weergaande beweging bevindt. In het dode punt van de heenen weergaande beweging is de snelheid van het eerste aandrijfelement nul. Het koppelen van het tweede aandrijfelement ofwel met het eerste aandrijfelement ofwel met het stationaire deel van de balenpers wanneer het eerste aandrijfelement zieh in één van de dode punten van zijn heen- en weergaande beweging bevindt maakt dus een bijzonder gemakkelijke koppeling / ontkoppeling met sterk verminderd krachten mogelijk.
BE2017/5301
In een verdere voordelige uitvoeringsvorm van de balenpers volgens de uitvinding bevat de selectief bedienbare koppelingsopstelling: een eerste selectief bedienbaar stel van twee samenwerkende koppelingselementen, waarbij één van het eerste stel koppelingselementen aangebracht is op het tweede aandrijfelement en het andere aangebracht is op een stationair deel van de balenpers; een tweede selectief bedienbaar stel van twee samenwerkende koppelingselementen, waarbij één van het tweede stel koppelingselementen aangebracht is op het tweede aandrijfelement en het andere aangebracht is op het eerste aandrijfelement; en waarbij het eerste stel van twee samenwerkende koppelingselementen en het tweede stel koppelingselementen geconfigureerd zijn voor gesynchroniseerde werking.
In een voordelige uitvoeringsvorm van de balenpers volgens de uitvinding is minstens één van de stellen van twee samenwerkende koppelingselementen geconfigureerd voor het positief koppelen van de samenwerkende koppelingselementen.
In een voordelige uitvoeringsvorm van de balenpers volgens de uitvinding voor het positief koppelen, bevat één van de samenwerkende koppelingselementen een selectief bedienbare haak en het andere een met een haak koppelbaar element dat geconfigureerd is om positief meegenomen te worden met de haak voor het koppelen van de samenwerkende koppelingselementen.
In een voordelige uitvoeringsvorm bevat één van de samenwerkende koppelingselementen van beide stellen samenwerkende koppelingselementen een selectief bedienbare haak, zijn de haken van de stellen koppelingselementen aangebracht op een gedeeld steunelement dat scharnierbaar aangebracht is op de tweede aandrijving rond een scharnieras, zijn de met een haak koppelbare elementen van de stellen koppelingselementen respectievelijk aangebracht op het stationaire deel van de balenpers en het eerste aandrijfelement; is het gedeelde steunelement selectief scharnierbaar rond de scharnieras; en zijn de haken en de met een haak koppelbare elementen zo aangebracht dat door het Scharnieren van het gedeelde steunelement
BE2017/5301 één van de haken vrijkomt van het met de haak koppelbare element dat ermee verbonden is, terwijl de andere haak meegenomen wordt door het andere met de haak koppelbare element dat ermee verbonden is.
In een voordelige uitvoeringsvorm volgens de uitvinding waarbij de selectief bedienbare koppelingsopstelling een eerste en een tweede selectief bedienbaar stel van twee samenwerkende koppelingselementen bevat, is minstens één van de stellen van twee samenwerkende koppelingselementen geconfigureerd als wrijvingskoppeling van de samenwerkende koppelingselementen
In een voordelige uitvoeringsvorm van de balenpers volgens de uitvinding voor het koppelen d.m.v. wrijving bevat één van de samenwerkende koppelingselementen een selectief bedienbare klauw en is de andere wrijvingsplaat geconfigureerd om d.m.v. wrijving gekoppeld te worden met de klauw voor het koppelen van de samenwerkende koppelingselementen.
In een verder voordelige uitvoeringsvorm van een balenpers volgens de uitvinding zijn het eerste aandrijfelement en het tweede aandrijfelement scharnierbaar aangebracht op een deel van het frame van de balenpers rond dezelfde schamieras.
In een alternatieve uitvoeringsvorm ervan zijn het eerste aandrijfelement en het tweede aandrijfelement telescopisch uitgevoerd.
In een verdere voordelige uitvoeringsvorm van een balenpers volgens de uitvinding bevat het vorkgeheel minstens één vorkhefboom waarop de tanden aangebracht zijn; wordt de vorkhefboom functioneel ondersteund in een eerste scharnierpunt en in een tweede scharnierpunt; en is het tweede aandrijfelement van het aandrijfmechanisme operationeel verbonden met het tweede scharnierpunt om een heen- en weergaande beweging op te leggen aan de vorkhefboom in het tweede scharnierpunt. Bij voorkeur wordt de vorkhefboom bediend in het eerste scharnierpunt
BE2017/5301 door een eerste krukarm die tijdens de werking van de balenpers om te draaien aangedreven wordt door een vermogenbron van de balenpers en die aangebracht is om een cirkelvormige beweging op te leggen aan het eerste scharnierpunt.
In een verdere voordelige uitvoeringsvorm van een balenpers volgens de uitvinding is het eerste aandrijfelement van het aandrijfmechanisme operationeel verbonden met een tweede krukarm die tijdens de werking van de balenpers om te draaien aangedreven wordt door de vermogenbron van de balenpers en die aangebracht is om aan het eerste aandrijfelement de heen- en weergaande beweging längs het bewegingspad van het eerste aandrijfelement op te leggen.
In een verdere voordelige uitvoeringsvorm van een balenpers volgens de uitvinding is het eerste aandrijfelement van het aandrijfmechanisme operationeel verbonden via een nokvolger met een nokoppervlak van een nokschijf, waarbij het nokoppervlak bij voorkeur gevormd wordt door een gesloten noksleuf, waarbij, tijdens de werking van de balenpers, de nokschijf door de vermogenbron van de balenpers aangedreven wordt om te draaien, en aangebracht is om aan het eerste aandrijfelement de heen- en weergaande beweging längs het bewegingspad van het eerste aandrijfelement op te leggen.
In een voordelige uitvoeringsvorm van de uitvinding is het nokoppervlak op dezelfde radiale afstand van de omwentelingsas van de nokschijf aangebracht over een hoekpositiebereik rond de omwentelingsas van de nokschijf; en komt het hoekpositiebereik overeen met één van de dode punten van de heen- en weergaande beweging van het eerste aandrijfelement van het aandrijfmechanisme längs zijn bewegingspad.
Korte beschrijving van de Figuren
De bijbehorende tekeningen worden gebruikt om niet-beperkende, bij wijze van voorbeeld gegeven voorkeursuitvoeringsvormen van deze uitvinding te illustreren. De
BE2017/5301 bovenvermelde en andere voordelen, kenmerken en doelstellingen van de uitvinding zullen duidelijker worden en de uitvinding zal beter begrepen worden aan de hand van de volgende gedetailleerde beschrijving wanneer deze gelezen wordt in combinatie met de bijbehorende tekeningen, waarin:
Figuur 1 een gedeeltelijk schematisch zijaanzicht toont van een uitvoeringsvorm van een balenpers volgens de uitvinding;
Figuren 2 en 3 een schematisch zijaanzicht tonen van de stouwereenheid van de balenpers van Figuur 1 met een eerste uitvoeringsvorm van een aandrijfmechanisme;
Figuur 4 een schematisch zijaanzicht toont van de stouwereenheid van de balenpers van Figuur 1 met een tweede uitvoeringsvorm van een aandrijfmechanisme;
Figuur 5 een schematisch zijaanzicht toont van de stouwereenheid van de balenpers van Figuur 1 met een derde uitvoeringsvorm van een aandrijfmechanisme;
Figuur 6 een schematisch zijaanzicht toont van de stouwereenheid van de balenpers van Figuur 1 met een vierde uitvoeringsvorm van een aandrijfmechanisme.
Termen zoals vooruit/voorwaarts, achteruit/ achterwaarts links / linker, rechts / rechter enz., wanneer ze gebruikt worden in verband met de balenpers en / of onderdelen ervan zijn bepaald t.o.v. en wijzend naar de operationele rijrichting van de balenpers op het veld.
Gedetailleerde beschrijving van de Figuren
In Figuur 1 is balenpers 1 geïllustreerd met een zieh van voor naar achter uitstrekkende balenvormer 3 met een rechthoekige dwarsdoorsnede die een balenkamer 5 definieert. De balenvormer 3 wordt op een opwaarts en voorwaarts hellende wijze ondersteund door stutten 7 die aan hun laagste uiteinden met de grond contactmakende wielen 9 bevatten. Een neerwaarts en vooruit stekende tong 11 aan de voorkant van de balenvormer 3 is geschikt om de balenpers 1 vast te haken aan een slepend voertuig (niet weergegeven) om de balenpers over een veld voort te bewegen. Een omsloten plunjer 13 beweegt heen en weer van voor naar achter in de balenkamer om materiaal dat aangeboden wordt aan de kamer 5 periodiek samen te drukken via een inlaat 15 in de vloer 19 van balenvormer 3 over de volle breedte ervan.
BE2017/5301
Een opwaarts gebogen vulkoker 19 hangt aan de balenvormer 3 en zijn bovenste uitloopeinde 21 komt overeen met de inlaat 15, terwijl het onderste ontvangende uiteinde 23 van de koker 19 van de inlaat 15 verwijderd is en hoofdzakelijk ervoor is aangebracht. De koker 19 heeft een gebogen bovenwand 25 die is uitgerust met zijdelingse uit elkaar geplaatste, overlangs gleuven (niet weergegeven) die zieh over de volle lengte ervan uitstrekken, en een massieve gebogen onderwand 27.
Het onderste uiteinde 23 van de koker 19 is vlak achter een gewasopraper 29 gepositioneerd die eender welke constructie kan hebben die in Staat is in zwaden neergelegd oogstmateriaal van het veld op te rapen en dit achterwaarts aan het uiteinde 23 van de koker 19 af te leveren. In de geïllustreerde uitvoeringsvorm heeft de opraper 29 een reeks heftanden 31 die het gewas opwaarts vegen naar een rotortoevoerapparaat 33 dat het gewas achterwaarts toevoert aan het onderste uiteinde 23 van de koker 19.
Een stouwereenheid 37 is achter het rotortoevoerapparaat 33 en boven de koker 19 gepositioneerd. De stouwereenheid 37 bevat een vorkgeheel 39. Het vorkgeheel 39 bevat een dwarse buis 41 die de koker 19 boven dit laatste overspant, waarbij aan de buis 41 een reeks van zijdelings uit elkaar geplaatste, langwerpige tanden 43 is bevestigd. Het vorkgeheel 39 bevat ook een paar vorkhefbomen 45 aan tegenoverliggende uiteinden van de buis 41, waarbij de hefbomen 45 de buis 41 dragen aan hun achterste uiteinde en draaibaar gekoppeld zijn aan hun meest vooraan gelegen uiteinde met een paar krukarmen 47 via scharnierpunten 49. De krukarmen 47 zijn star bevestigd aan tegenoverliggende uiteinden van een steunas 51 die de balenvormer 3 overspant.
Een ingaande aandrijfas 53 längs de tong 11 draagt een vliegwiel 55 aan het bovenste uiteinde van de tong 11, onmiddellijk naast een haakse tandwielkast 57. De tandwielkast 57 drijft een paar krukarmen 59 aan die draaibaar verbonden zijn met een paar verbindingsstangen 61 van de plunjer 13. Wanneer draaiend vermögen van het slepende voertuig toegevoerd wordt aan de ingaande as 53, draait de tandwielkast 57 de krukarmen 59 waardoor de plunjer 13 heen en weer bewogen wordt binnen de
BE2017/5301 balenvormer 3. Dezelfde tandwielkast 57 voert hetzij rechtstreeks hetzij onrechtstreeks aandrijfvermogen toe aan de vorkopstelling 39. Meer bepaald worden de krukarmen 47 van de stouwereenheid 37 rond omwentelingsas R1 gedraaid wanneer ze aandrijfvermogen van de tandwielkast 57 ontvangen.
De vorkhefboom 45 wordt functioneel ondersteund door een geleiding 63 die relatieve beweging van de vorkhefboom 45 rond een tweede scharnierpunt 65 mogelijk maakt längs een voorafbepaald pad ten opzichte van de hefboom 45. De geleiding 63 bevat een astap 67, die coaxiaal is met het tweede scharnierpunt 65 en samenwerkt met een langwerpige gleuf 69 in de vorkhefboom 45. De astap en 67 past nauwsluitend tussen de overlangse zijden van de gleuf 69. Bij het draaien van de krukarm 47 rond zijn omwentelingsas RI in de richting van pijl A, beweegt het tweede scharnierpunt 65 heen en weer längs een lijn L ten opzichte van en binnen in de gleuf 69, waardoor de tanden 43 bewogen worden längs het niervormige bewegingspad. De tanden 43 zijn uit elkaar geplaatst overeenkomstig de gleuven in de bovenwand 25 van koker 19, zodat de tanden 43, tijdens hun beweging längs het niervormig bewegingspad, de koker 19 binnen kunnen komen door de gleuven en längs de onderwand ΊΊ naar de inlaat 15 van de balenvormer 3 bewegen.
De stouwereenheid 37 kan op twee manieren (modi) werken.
Wanneer de krukarmen 47 van de stouwereenheid 37 rond een omwentelingsas R1 draaien in de richting van pijl A waarbij het tweede scharnierpunt 65 stationair wordt gehouden in de getoonde positie in Figuur 2, worden de tanden 43 bewogen längs een bewegingspad Q.1. Terwijl de tanden 43 bewogen worden längs het bewegingspad Q.1 verzamelen ze materiaal in de koker 19. De stouwereenheid 37 bevindt zieh dan in een pakkermodus.
Zoals getoond in Figuur 2 is de astap 67 die coaxiaal is met het tweede scharnierpunt 65, aangebracht op een geleidingselement 71 dat scharnierbaar aangebracht is rond de scharnieras Pl op een stationair deel van het frame 73 van de
BE2017/5301 balenpers 1. Wanneer het eerste geleidingselement 71 scharnierend wordt bewogen rond de scharnieras Pl, wordt het tweede scharnierpunt 65 längs een cirkelvormig bewegingspad Q.3 bewogen. Wanneer de krukarmen 47 van de stouwereenheid 37 rond de omwentelingsas R1 draaien in de richting van pijI A terwijl het tweede scharnierpunt 65 ertoe gebracht wordt een heen- en weergaande beweging te maken längs het bewegingspad Q.3, worden de tanden 43 längs een bewegingspad Q2 bewogen. Terwijl ze bewogen worden längs een bewegingspad Q2 drukken de tanden 43 materiaal dat verzameld werd in de koker 19 in opwaartse richting in de balenkamer 5 via de inlaat 15 van de balenkamer. De stouwereenheid is dan een de stouwermodus.
In Figuur 2 wordt een eerste uitvoeringsvorm van een aandrijfmechanisme weergegeven die het mogelijk maakt het tweede scharnierpunt 65 stationair te houden om de pakkermodus tot stand te brengen, waarbij het tweede scharnierpunt 65 längs een cirkelvormig bewegingspad Q3 kan bewegen om de stouwermodus tot stand te brengen, en waarbij omgeschakeld kan worden tussen de pakkermodus en de stouwermodus
Het weergegeven aandrijfmechanisme 75 bevat een eerste aandrijfelement 77 dat scharnierbaar aangebracht is rond de scharnieras Pl op een stationair deel van het frame 73 van de balenpers 1 en een tweede aandrijfelement dat belichaamd wordt door het geleidingselement 71. Het eerste aandrijfelement 77 en het tweede aandrijfelement 71 zijn dus beide scharnierbaar rond de scharnieras Pl, en worden dus längs hetzelfde bewegingspad bewogen, dat hierin een hoekig bewegingspad genoemd wordt bij het Scharnieren rond de scharnieras Pl. Punten op het eerste aandrijfelement 77 en op het tweede aandrijfelement 71 die op dezelfde afstand van de scharnieras Pl zijn gelegen worden bewogen längs hetzelfde bewegingspad wanneer het eerste aandrijfelement 77 en het tweede aandrijfelement 71 rond de scharnieras Pl Scharnieren.
Het eerste aandrijfelement 77 is operationeel verbonden door middel van een drijfstang 79 met een tweede krukarm 81 die tijdens de werking van de balenpers 1 om te draaien
BE2017/5301 rond omwentelingsas R2 continu aangedreven wordt via de tandwielkast 57 van de balenpers 1. Het draaien van de tweede krukarm 81 rond omwentelingsas R2 legt een heen- en weergaande beweging op aan het eerste aandrijfelement 77 längs het bewegingspad van het eerste aandrijfelement 77 rond de scharnieras PI. Op het tweede aandrijfelement dat belichaamd wordt door het geleidingselement 71 is de astap 67 aangebracht die coaxiaal is met het tweede scharnierpunt 65.
Het aandrijfmechanisme 75 is verder uitgerust met een selectief bedienbare koppelingsopstelling 83. De selectief bedienbare koppelingsopstelling 83 is geconfigureerd voor het selectief koppelen van het tweede aandrijfelement dat belichaamd wordt door het geleidingselement 71 ofwel met het eerste aandrijfelement 77 ofwel met een stationair deel 85 van het frame van de balenpers 1. De koppelingsopstelling 83 bevat een steunelement 87 dat schamierbaar aangebracht is op het geleidingselement 71 rond scharnieras P3. Een eerste haak 89 en een tweede haak 91 zijn aan tegenoverliggende uiteinden van het steunelement 87 aangebracht aan tegenoverliggende zijden van de scharnieras P3. In de positie van het steunelement 87; die weergegeven is in Figuur 2, haakt de eerste haak 89 in met een eerste met de haak koppelbaar element dat belichaamd wordt door een eerste pen 93 die aangebracht is op het stationaire deel 85 van het frame van de balenpers 1. Dus wordt het geleidingselement 71 gekoppeld met een stationair deel van het frame van de balenpers 1. In Figuur 2 is het eerste aandrijfelement 77 gepositioneerd in één van de dode punten van de heen- en weergaande beweging die opgelegd wordt aan het eerste aandrijfelement 77. Een tweede met een haak koppelbaar element dat belichaamd wordt door een tweede pen 95, aangebracht op het eerste aandrijfelement 77. In de positie van het steunelement 87 die weergegeven is in Figuur 2 is de tweede haak 91 niet gekoppeld met de tweede pen 95. Het verder draaien van de tweede krukarm 81 rond omwentelingsas R2 in de richting van pijl B resulteert in de beweging van het eerste aandrijfelement 77 in de richting van pijl C rond de scharnieras Pl, terwijl het geleidingselement 71 gekoppeld blijft aan het stationaire deel van het frame 73 van de balenpers 1. Dus wanneer in de weergegeven situatie de eerste krukarm 47 en de tweede krukarm 81 draaien rond hun respectieve omwentelingsas RI, R2, wordt het
BE2017/5301 tweede scharnierpunt 65 stationair gehouden zodat de stouwereenheid 37 werkt in de pakkermodus zoals hierboven beschreven.
Met het eerste aandrijfelement 77 gepositioneerd in het dode punt van de heen- en weergaande beweging die opgelegd wordt aan het eerste aandrijfelement 77, zoals getoond in Figuur 2, en het steunelement 87 in de positie zoals getoond in Figuur 2, kan het steunelement 87 Scharnieren rond de schamieras P3 in de richting van pijl D door middel van een actuator. Door het steunelement 87 te Scharnieren, komt de eerste haak 89 vrij van de eerste pen 93, zodat het geleidingselement 71 niet langer gekoppeld is met het stationaire deel 85 van het frame. Terzelfder tijd zorgt het Scharnieren van het steunelement 87 ervoor dat de tweede haak 91 de tweede pen 95 meeneemt, zodat, zoals getoond in Figuur 3, het geleidingselement 71 gekoppeld wordt aan het eerste aandrijfelement 77. Wanneer de tweede krukarm 81, in de situatie die weergegeven is in Figuur 4, wordt gedraaid rond de omwentelingsas R2 in de richting van pijl B, Scharnieren het geleidingselement 71 en het eerste aandrijfelement 77 beide rond de schamieras PI, zodat een heen- en weergaande beweging längs het bewegingspad P opgelegd wordt aan het tweede scharnierpunt 65. Dus, wanneer ze in de situatie bevinden die weergegeven is in Figuur,3 Scharnieren de eerste krukarm 47 en de tweede krukarm 81 rond hun respectieve omwentelingsas RI, R2, en wordt het tweede scharnierpunt 65 längs het bewegingspad 3 bewogen in een heen- en weergaande beweging, zodat de stouwereenheid 37 in de stouwermodus werkt zoals hierboven beschreven. Vervolgens kan de stouwereenheid 37 terug omgeschakeld worden naar de pakkermodus door het steunelement 87 terug te Scharnieren in de richting van pijl E wanneer het eerste aandrijfelement 77 zieh in het dode punt van zijn heen- en weergaande beweging bevindt die weergegeven in Figuur 3. Het terugscharnieren van het steunelement 87 in de richting van pijl E, doet de tweede haak 91 vrijkomen van de tweede pen 95, terwijl terzelfder tijd de eerste haak 89 ertoe gebracht wordt de eerste pen 93 mee te nemen. Zoals getoond, is een actuator voor het selectief Scharnieren van het steunelement 87 bijvoorbeeld een linéaire actuator, meer bepaald een werkeilinder 97 die bediend wordt door een controller 96 van de balenpers
1. Als alternatief is de actuator een roterende actuator (niet weergegeven). Zulke
BE2017/5301 draaiende actuator is bijvoorbeeld een elektrische, hydraulische of pneumatische motor die een draaiende beweging verschaft aan zijn uitgaande as, waarbij de uitgaande as verbonden is met het steunelement 87 via een transmissie, bijvoorbeeld een stel tandwielen, zodat het steunelement 87 scharnierbaar is rond zijn scharnieras P3, door een draaiende beweging over te brengen van de uitgaande as van de motoren op het steunelement 87.
In Figuren 2 en 3 is de actuator in de weergegeven uitvoeringsvorm de werkcilinder 97 aan één uiteinde verbonden met het geleidingselement 71 en aan zijn tegenoverliggende uiteinde verbonden met het steunelement 87. Als altematief is de actuator aan één uiteinde verbonden met een deel van het frame van de balenpers 1 en aan zijn tegenoverliggende uiteinde niet verbonden met het steunelement 87, maar geconfigureerd om het steunelement 87 mee te nemen en te doen Scharnieren wanneer het geleidingselement 71 zieh in de in Figuren 2 en 3 getoonde positie bevindt.
De tweede krukarm 81 wordt tijdens de werking van de balenpers 1 om te draaien rond omwentelingsas R2 continu aangedreven via de tandwielkast 57 van de balenpers 1. Dus wordt het eerste aandrijfelement 77 continu bewogen längs het bewegingspad ervan in en heen- en weergaande beweging. Zoals hierboven beschreven, wordt de omschakeling tussen de pakkermodus en de stouwermodus en omgekeerd teweeggebracht wanneer het eerste aandrijfelement 77 zieh in een dood punt bevindt van de heen- en weergaande beweging die eraan wordt opgelegd. In het dode punt wordt de bewegingsrichting van het eerste aandrijfelement 77 gewijzigd in de tegenovergestelde richting en wordt de snelheid van het eerste aandrijfelement 77 tot nul verminderd, waardoor het mogelijk is om ervoor te zorgen dat de eerste haak 89 en de tweede haak 91 de eerste pen 93 en de tweede pen 95 meenemen of er vrij van komen onder in wezen stationaire omstandigheden.
De eerste haak 89 en de tweede haak 91 verwezenlijken een positieve koppeling. In een altematief aandrijfmechanisme van de uitvoeringsvorm die weergegeven is in de Figuren 2 en 3 wordt gekoppeld d.m.v. wrijving, in plaats van door
BE2017/5301 een positieve koppeling, om het tweede aandrijfelement dat belichaamd wordt door het geleidingselement 71 te koppelen ofwel met het stationaire deel 85 van het frame van de balenpers ofwel met het eerste aandrijfelement 77. In zulke uitvoeringsvorm van een aandrijfmechanisme 175, die weergegeven is in Figuur 4, zijn de samenwerkende koppelingselementen die belichaamd worden door de eerste haak 89 en de eerste pen 93, en de samenwerkende koppelingselementen die belichaamd worden door de tweede haak 91 en de tweede pen 95, vervangen door een respectief stel samenwerkende koppelingselementen die belichaamd worden door een selectief bedienbare klauw en een wrijvingsplaat die geconfigureerd is om d.m.v. wrijving gekoppeld te worden door de klauw. Een eerste selectief bedienbare klauw 98 is op het geleidingselement 71 aangebracht, terwijl een eerste wrijvingsplaat 99 aangebracht is op het stationaire deel 85 van het frame van de balenpers 1. Een tweede selectief bedienbare klauw 101 is aangebracht op het geleidingselement 71, terwijl een tweede wrijvingsplaat 103 aangebracht is op het eerste aandrijfelement 77. In de situatie die weergegeven is in Figuur 4 met het eerste aandrijfelement 77 in een dood punt van de heen- en weergaande beweging die eraan wordt opgelegd, kan de eerste selectief bedienbare klauw 98 gebruikt worden om de eerste wrijvingsplaat 99 te bedienen om het geleidingselement 71 met het stationaire deel 85 van het frame van de balenpers 1 te koppelen. Als alternatief kan de tweede selectief bedienbare klauw 101 gebruikt worden om de tweede wrijvingsplaat 103 te bedienen om het geleidingselement 71 met het eerste aandrijfelement 77 te koppelen. Zowel de eerste selectief bedienbare klauw 98 als de tweede selectief bedienbare klauw 101 worden bediend door een controller 96 van de balenpers 1. De controller 96 is geconfigureerd voor gesynchroniseerde bediening van de eerste klauw 98 en de tweede klauw 101, en om de eerste klauw 98 en de tweede klauw 101 zo te bedienen dat ofwel de eerste klauw 98 met de eerste wrijvingsplaat 99 gekoppeld wordt of ingaandeauw 101 met de tweede wrijvingsplaat gekoppeld 103 wordt.
In een volgende alternatieve uitvoeringsvorm van het aandrijfmechanisme dat weergegeven is in Figuren 2 en 3, zijn het eerste aandrijfelement en het tweede aandrijfelement op alternatieve wijze belichaamd. In Figuur 5 wordt zulke
BE2017/5301 uitvoeringsvorm van een aandrijfmechanisme 275 getoond. In de uitvoeringsvorm die weergegeven is in Figuren 2, en 3 is de astap 67 die coaxiaal is met het tweede scharnierpunt 65, aangebracht op een geleidingselement 71 dat scharnierbaar aangebracht is rond de schamieras Pl op een stationair deel van het frame 73 van de balenpers 1. In het aandrijfmechanisme 275 belichaamt het geleidingselement 71 echter het tweede aandrijfelement niet. In plaats daarvan is een telescopische aandrijfstang 279 aangebracht die de tweede krukarm 81 met het geleidingselement 71 verbindt. De telescopische aandrijfstang 279 bevat een eerste deel 105 dat verbonden is met de tweede krukarm 81 en een tweede deel 107 dat verbonden is met het geleidingselement 71. Het eerste deel 105 en het tweede deel 107 zijn telescopisch uitgevoerd, zodat het eerste deel 105 en het tweede deel 107 kunnen bewegen ten opzichte van elkaar längs een pad evenwijdig met de centrale lengteas m van de aandrijfstang 279. Het eerste deel 105 belichaamt het eerste aandrijfelement, terwijl het tweede deel 107 het tweede aandrijfelement van het aandrijfmechanisme 275 belichaamt. Het steunelement 287 waarop de eerste haak 89 en de tweede haak 91 zijn aangebracht, is scharnierbaar aangebracht op het geleidingselement 71 rond de schamieras P3 die coaxiaal is met de astap 67 en het tweede scharnierpunt 65. In de uitvoeringsvorm die weergegeven is in Figuren 2 en 3 is het eerste haakvormige koppelingselement belichaamd door de eerste pen 93 die aangebracht is op het stationaire deel 85 van het frame van de balenpers 1, terwijl het tweede haakvormige koppelingselement belichaamd is door de tweede pen 95 die aangebracht is op het eerste aandrijfelement 105.
In de positie van het steunelement 87 die weergegeven is in Figuur 5, is de eerste haak 89 gekoppeld met de eerste pen 93. Dus zijn het tweede aandrijfelement 107 en het geleidingselement 71 gekoppeld met een stationair deel van het frame van de balenpers 1. De tweede haak 91 is niet gekoppeld met de tweede pen 95. Het verder draaien van de tweede krukarm 81 rond omwentelingsas R2 in de richting van pijl B resulteert in het bewegen van het eerste aandrijfelement 105 in de richting van pijl F, terwijl het tweede aandrijfelement 107 gekoppeld blijft met het stationaire deel 85 van het frame van de balenpers 1. Dus wordt het eerste aandrijfelement 105 bewogen ten
BE2017/5301 opzichte van het tweede aandrijfelement 107 längs een pad evenwijdig met de lengteas m van de aandrijfstang 279 in een heen- en weergaande beweging. Wanneer in de weergegeven situatie de eerste krukarm 47 en de tweede krukarm 81 rond hun respectieve omwentelingsas RI, R2 draaien, in de respectieve richtingen A en B, wordt het tweede scharnierpunt 65 stationair gehouden, zodat de stouwereenheid 37 in de pakkermodus werkt zoals hierboven beschreven.
Met het eerste aandrijfelement 105 gepositioneerd in het dode punt van de heen- en weergaande beweging opgelegd aan het eerste aandrijfelement 105 zoals getoond in Figuur 5 en het steunelement 287 in de positie zoals getoond in Figuur 2 kan het steunelement 287 Scharnieren rond de scharnieras P3 in de richting van pijl G door middel van een actuator 97. Door het steunelement 287 te Scharnieren, komt de eerste haak 89 vrij van de eerste pen 93, zodat het tweede aandrijfelement 107 en het geleidingselement 71 niet langer gekoppeld zijn aan het stationaire deel 85 van het frame. Terzelfder tijd zorgt het Scharnieren van het steunelement 287 ervoor dat de tweede haak 91 de tweede pen 95 meeneemt, zodat het tweede aandrijfelement 107 en het geleidingselement 71 gekoppeld zijn met het eerste aandrijfelement 105. Wanneer in die situatie de tweede krukarm 81 wordt gedraaid rond omwentelingsas R2 in de richting van pijl B, wordt het geleidingselement 71 scharnierend bewogen rond de scharnieras Pl, zodat een heen- en weergaande beweging längs het bewegingspad Q.3 wordt opgelegd aan het tweede scharnierpunt 65. Dus, wanneer in die situatie de eerste krukarm 47 en de tweede krukarm 81 rond hun respectieve omwentelingsas RI, R2 draaien, in de respectieve richtingen A en B, wordt het tweede scharnierpunt 65 bewogen längs het bewegingspad Q.3 in een heen- en weergaande beweging, zodat de stouwereenheid 37 in de stouwermodus werkt zoals hierboven beschreven. Vervolgens kan de stouwereenheid 37 weer omgeschakeld worden in de pakkermodus door het steunelement 287 terug te Scharnieren in de richting van pijl H wanneer het geleidingselement 71 zieh in het dode punt van zijn heen- en weergaande beweging bevindt die weergegeven is in Figuur 5. Het terug Scharnieren van het steunelement 287 in de richting van pijl H, maakt de tweede haak 91 vrij van de tweede pen 95, terwijl terzelfder tijd de eerste haak 89 ertoe gebracht wordt de eerste pen 93 mee te nemen.
BE2017/5301
In een volgende alternatieve uitvoeringsvorm van het aandrijfmechanisme dat weergegeven is in Figuren 2 en 3, zijn de tweede krukarm 81 en de aandrijfstang 79 vervangen door een nok/volger-opstelling. In zulke uitvoeringsvorm die weergegeven is in Figuur 6 wordt een nokschijf 381 om te draaien rond de omwentelingsas R2 continu aangedreven door draaiend vermögen dat verschaft wordt door de tandwielkast 57. De nokschijf 381 bevat een gesloten noksleuf 109. Een nokvolger 111 is op het eerste aandrijfelement 77 aangebracht en wordt meegenomen door de noksleuf 109.
Wanneer de nokschijf 381 aangedreven wordt om te draaien rond de omwentelingsas R2, volgt de nokvolger 111 de noksleuf 109. Het draaien van de nokschijf 381 rond omwentelingsas R2 in de richting van pijl J legt een heen- en weergaande beweging op aan het eerste aandrijfelement 77 längs het bewegingspad van het eerste aandrijfelement 77 rond de scharnieras Pl. In Figuur 6 bevindt het eerste aandrijfelement 77 zieh in het dode punt van de heen- en weergaande beweging die eraan wordt opgelegd. In het dode punt kan het steunelement 87 dat aangebracht is op het geleidingselement 71 Scharnieren in de richting van pijl I om de eerste haak 89 vrij te maken van de eerste pen 93 en om ervoor te zorgen dat de tweede haak 91 de tweede pen 95 die aangebracht is op het eerste aandrijfelement 77 meeneemt. Zoals getoond zijn de nokoppervlakken van de noksleuven 109 op een constante radiale afstand d van de omwentelingsas R2 van de nokschijf 381 aangebracht over een hoekpositiebereik rond de omwentelingsas R2 van de nokschijf 381. Als gevolg daarvan wordt de tijdsduur waarop het eerste aandrijfelement 77 in zijn dode punt blijft vergroot ten opzichte van de krukarm/stangopstelling van Figuren 2 en 3, waardoor de tijd toeneemt die beschikbaar is om het steunelement 87 te Scharnieren en om de eerste haak 89 en de tweede haak 91 te koppelen/vrij te maken. De noksleuf/nokvolger-opstelling van deze uitvoeringsvorm kan ook gebruikt worden in de weergegeven uitvoeringsvorm van Figuur 4 als vervanging van de tweede krukarm 81 en de aandrijfstang 79.
Hoewel de principes van de uitvinding hierboven uiteengezet worden met verwijzing naar specifieke uitvoeringsvormen, moet worden begrepen dat deze
BE2017/5301 beschrijving enkel gegeven is bij wijze van voorbeeld en niet als beperking voor de reikwijdte van bescherming, die bepaald wordt door de bijgevoegde conclusies.
BE2017/5301

Claims (15)

  1. CONCLUSIES
    1. Landbouwbalenpers (1) bestaande uit:
    - een balenvormer (3), die een wandgedeelte bevat met een ingangsopening (15) voor het invoeren van oogstmateriaal;
    - een plunjer (13), die aangebracht is om in de balenvormer te bewegen en om daarbij het oogstmateriaal in balen samen te persen;
    - een koker (19) voor het transporteren van het oogstmateriaal naar de ingangsopening;
    - een stouwereenheid (37), die functioneel verbonden is met de koker en bestaande uit.
    - een vorkgeheel dat tanden (43) bevat; en
    - een aandrijfmechanisme (75,175, 275, 375) dat inwerkt op het vorkgeheel, waarbij:
    - het aandrijfmechanisme het volgende bevat:
    - een eerste aandrijfelement (77,105) dat geconfigureerd is voor een heen- en weergaande beweging längs een bewegingspad en dat operationeel verbonden is met een vermogenbron van de balenpers;
    - een tweede aandrijfelement (71,107) dat geconfigureerd is voor een heen- en weergaande beweging längs het bewegingspad van het eerste aandrijfelement en dat operationeel verbonden is met het vorkgeheel; en
    - een selectief bedienbare koppelingsopstelling (83) die geconfigureerd is voor het selectief koppelen van het tweede aandrijfelement ofwel met het eerste aandrijfelement ofwel met een stationair deel (85) van de balenpers (1).
  2. 2. Balenpers volgens conclusie 1, waarbij:
    BE2017/5301
    - het eerste aandrijfelement (77,105) geconfigureerd is voor een continu heenen weergaande beweging längs het bewegingspad tijdens de werking van de balenpers (1).
  3. 3. Landbouwbalenpers (1) volgens conclusie 1 of 2, waarbij:
    - de selectief bedienbare koppelingsopstelling (83) geconfigureerd is voor het koppelen van het tweede aandrijfelement (71,107) ofwel met het eerste aandrijfelement (77,105) ofwel met het stationaire deel (85) van de balenpers (1) wanneer het eerste aandrijfelement zieh in één van de dode punten van zijn heen- en weergaande beweging bevindt.
  4. 4. Landbouwbalenpers volgens een of meerdere van de conclusies 1 tot 3, waarbij de selectief bedienbare koppelingsopstelling (83) het volgende bevat:
    -een eerste selectief bedienbaar stel van twee samenwerkende koppelingselementen (89, 93; 97, 99), waarbij één van het tweede stel koppelingselementen aangebracht is op het tweede aandrijfelement (71,107) en het andere aangebracht is op een stationair deel (85) van de balenpers;
    - een tweede selectief bedienbaar stel van twee samenwerkende koppelingselementen (91, 95; 101,103), waarbij één van het tweede stel koppelingselementen aangebracht is op het tweede aandrijfelement (71,107) en het andere aangebracht is op het eerste aandrijfelement (77,105);
    waarbij:
    - het eerste stel van twee samenwerkende koppelingselementen en het tweede stel koppelingselementen geconfigureerd zijn voor gesynchroniseerde werking.
  5. 5. Balenpers volgens conclusie 4, waarbij:
    BE2017/5301
    - ten minste één van de stellen van twee samenwerkende koppelingselementen (89, 93; 91, 95) geconfigureerd is voor het positief koppelen van de samenwerkende koppelingselementen.
  6. 6. Balenpers volgens conclusie 5, waarbij:
    - voor het positief koppelen van één van de samenwerkende koppelingselementen een selectief bedienbare haak (89, 91) bevat en het andere een met de haak koppelbaar element (93, 95) dat geconfigureerd is om positief meegenomen te worden met de haak voor het koppelen van de samenwerkende koppelingselementen.
  7. 7. Landbouwbalenpers volgens conclusie 6, waarbij:
    - in beide stellen van de twee samenwerkende koppelingselementen bevat één van de samenwerkende koppelingselementen een selectief bedienbare haak (89 91) bevat;
    - de haken van de stellen van de koppelingselementen aangebracht zijn op een gedeeld steunelement (87, 287) dat scharnierbaar aangebracht is op het tweede aandrijfelement (77,107) rond de scharnieras (P3),
    - de met een haak koppelbare elementen (93, 95) van de stellen koppelingselementen respectievelijk aangebracht zijn op het stationaire deel (85) van de balenpers (1) en het eerste aandrijfelement (77,105), en
    - het gedeelde steunelement (87, 287) selectief scharnierbaar is rond de scharnieras (P3); en
    - de haken en de met een haak koppelbare elementen zo aangebracht zijn dat door het Scharnieren van het gedeelde steunelement één van de haken vrijkomt van het met de haak koppelbare element dat ermee verbonden is, terwijl de andere haak meegenomen wordt door het andere met de haak koppelbare element dat ermee verbonden is.
    BE2017/5301
  8. 8. Landbouwbalenpers volgens een of meerdere van de conclusies 4 tot 6, waarbij:
    - ten minste één van de stellen van twee samenwerkende koppelingselementen (97, 99; 101,103) geconfigureerd is voor wrijvingskoppeling van de samenwerkende koppelingselementen.
  9. 9. Landbouwbalenpers volgens conclusie 8, waarbij:
    - voor het d.m.v. wrijving koppelen één van de samenwerkende koppelingselementen een selectief bedienbare klauw (97,101) bevat en het andere een wrijvingsplaat (99,103) die geconfigureerd is om d.m.v. wrijving gekoppeld te worden met de klauw voor het koppelen van de samenwerkende koppelingselementen.
  10. 10. Landbouwbalenpers volgens een of meerdere van de conclusies 1 tot 9, waarbij:
    - het eerste aandrijfelement (77) en het tweede aandrijfelement (71) scharnierbaar aangebracht zijn op een deel van het frame (73) van de balenpers (1) rond dezelfde scharnieras (Pl).
  11. 11. Landbouwbalenpers volgens een of meerdere van de conclusies 1 tot 9, waarbij:
    - het eerste aandrijfelement (105) en het tweede aandrijfelement (107) telescopisch aangebracht zijn.
  12. 12. Landbouwbalenpers volgens een of meerdere van de conclusies 1 tot 11, waarbij:
    - het vorkgeheel ten minste één vorkhefboom (45) bevat met de tanden (43) erop aangebracht;
    BE2017/5301
    - de vorkhefboom functioneel ondersteund wordt in een eerste scharnierpunt (49) en in een tweede scharnierpunt (65); en
    - het tweede aandrijfelement (71,107) van het aandrijfmechanisme (75,175, 275, 375) operationeel verbonden is met het tweede scharnierpunt om een heen- en weergaande beweging op te leggen aan de vorkhefboom in het tweede scharnierpunt.
  13. 13. Landbouwbalenpers volgens een of meerdere van de conclusies 1 tot 12, waarbij:
    - het eerste aandrijfelement (77,105) van het aandrijfmechanisme (75,175, 275) operationeel verbonden is met een krukarm (81) die tijdens de werking of de balenpers (1) aangedreven wordt om te draaien door de vermogenbron van de balenpers en die aangebracht is om aan het eerste aandrijfelement (77,105) de heen- en weergaande beweging längs het bewegingspad van het eerste aandrijfelement op te leggen.
  14. 14. Landbouwbalenpers volgens een of meerdere van de conclusies 1 tot 12, waarbij:
    - het eerste aandrijfelement (77) van het aandrijfmechanisme (375) operationeel verbonden is via een nokvolger (111) met een nokoppervlak van een nokschijf (381), waarbij het nokoppervlak bij voorkeur gevormd wordt door een gesloten noksleuf (109), waarin tijdens de werking van de balenpers (1) het nokschijf (381) aangedreven wordt om te draaien door de vermogenbron van de balenpers (1) en aangebracht is om aan het eerste aandrijfelement (77) de heen- en weergaande beweging längs de bewegingspad van het eerste aandrijfelement op te leggen.
  15. 15. Landbouwbalenpers volgens conclusie 14, waarbij:
    - het nokoppervlak op dezelfde radiale afstand (d) van de omwentelingsas (R2) van de nokschijf (381) aangebracht is over een hoekpositiebereik rond de omwentelingsas van de nokschijf, en
    BE2017/5301
    - het hoekpositiebereik overeenkomt met één van de dode punten van de heenen weergaande beweging van het eerste aandrijfelement (77) van het aandrijfmechanisme (375) längs zijn bewegingspad.
    BE2017/5301
    BE2017/5301 .PI E **Ä V’
    X » , ü
    Μ ....
    '···$.
    B3
    6Ί i X i
    7 P' .
    .Z u c
    Xi
    N.y>· 'XX i| 3
    75s kl \ ! 1< ......
    Ö «N·'· sf:
    'u3 ,ù ùXn 15
    B 5 j. /.
    A
    3 1 Z 5 |X ./ U1
    Af i
    XX X / \
    \ .y .<i f /7
    W /A .Pl y; ?3
BE2017/5301A 2017-04-27 2017-04-27 Landbouwbalenpers BE1024813B1 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2017/5301A BE1024813B1 (nl) 2017-04-27 2017-04-27 Landbouwbalenpers
EP18167998.6A EP3400787B1 (en) 2017-04-27 2018-04-18 Agricultural baler
US15/965,223 US10939620B2 (en) 2017-04-27 2018-04-27 Agricultural baler

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2017/5301A BE1024813B1 (nl) 2017-04-27 2017-04-27 Landbouwbalenpers

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1024813B1 true BE1024813B1 (nl) 2018-07-04

Family

ID=59506000

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2017/5301A BE1024813B1 (nl) 2017-04-27 2017-04-27 Landbouwbalenpers

Country Status (3)

Country Link
US (1) US10939620B2 (nl)
EP (1) EP3400787B1 (nl)
BE (1) BE1024813B1 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20210337737A1 (en) * 2020-04-29 2021-11-04 Maschinenfabrik Bernard Krone GmbH & Co. KG Conveying and Collecting Device with a Drivable Conveying and Collecting Unit and Agricultural Crop Press with the Conveying and Collecting Device

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2621612A (en) * 2022-08-17 2024-02-21 Kuhn Geldrop Bv Square baler

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0636308A1 (en) * 1993-07-23 1995-02-01 New Holland Belgium N.V. Baler stuffer mechanism
US20120204740A1 (en) * 2009-11-02 2012-08-16 Lely Patent N.V. Stuffing device
WO2012163903A1 (en) * 2011-05-30 2012-12-06 Cnh Belgium N.V. A square baler comprising a stuffer
US20160192592A1 (en) * 2013-08-01 2016-07-07 Cnh Industrial Belgium Nv Agricultural Rectangular Baler and Method for Use Thereof

Family Cites Families (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE102005046552A1 (de) * 2005-09-28 2007-04-12 Usines Claas France S.A.S., St. Rémy-Woippy Landwirtschaftliche Kolbenpresse
BE1018837A3 (nl) * 2009-07-28 2011-09-06 Cnh Belgium Nv Een methode voor het vrijmaken van blokkade in het invoerkanaal van een rechthoekige balenpers.

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0636308A1 (en) * 1993-07-23 1995-02-01 New Holland Belgium N.V. Baler stuffer mechanism
US20120204740A1 (en) * 2009-11-02 2012-08-16 Lely Patent N.V. Stuffing device
WO2012163903A1 (en) * 2011-05-30 2012-12-06 Cnh Belgium N.V. A square baler comprising a stuffer
US20160192592A1 (en) * 2013-08-01 2016-07-07 Cnh Industrial Belgium Nv Agricultural Rectangular Baler and Method for Use Thereof

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20210337737A1 (en) * 2020-04-29 2021-11-04 Maschinenfabrik Bernard Krone GmbH & Co. KG Conveying and Collecting Device with a Drivable Conveying and Collecting Unit and Agricultural Crop Press with the Conveying and Collecting Device

Also Published As

Publication number Publication date
US20180310483A1 (en) 2018-11-01
EP3400787B1 (en) 2020-01-29
US10939620B2 (en) 2021-03-09
EP3400787A1 (en) 2018-11-14

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5467702A (en) Baler stuffer mechanism and method
CA2420655C (en) Large rectangular baler having hydraulically powered functions, and control system therefor
BE1024813B1 (nl) Landbouwbalenpers
NL192868C (nl) Zuigerpers voor het persen van balen uit plantaardig stengelig oogstmateriaal.
BE1020303A3 (nl) Gecombineerde pakker-en stouwermiddelen.
US9010241B2 (en) Square baler comprising a stuffer
BE1018837A3 (nl) Een methode voor het vrijmaken van blokkade in het invoerkanaal van een rechthoekige balenpers.
BE1025319B1 (nl) Landbouwbalenpers
US10881050B2 (en) Baler stuffer selectively operable to provide partial stuffing strokes
US10244684B2 (en) Rectangular baler with improved stuffer mechanism
EP1340421A1 (en) Rectangular baler
US3515058A (en) Fork feed baler
BE1023264B1 (nl) Landbouwbalenpers, landbouwbalenperssysteem, werkwijze voor het configureren van een landbouwbalenpers en werkwijze voor het vormen van balen
BE1024940B1 (nl) Balenpers met bescherming tegen overbelasting van de naalden
NL2009265C2 (en) A crop pickup device having an overload protection device.
BE1025546B9 (nl) Strohaakopstelling voor een landbouwbalenpers
US4009558A (en) Crop-feed arrangement for hay baler
US3220171A (en) Feeding mechanism for hay baler
US471012A (en) Baling-press
JPH0221877Y2 (nl)

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20180704