NL192668C - Luchtreinigingsmiddel ten gebruike in luchtfilters - Google Patents

Description

1 192668

Luchtreinigingsmiddel ten gebruike in luchtfilters

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een luchtreinigingsmiddel ten gebruike in filters op basis van een poreuze drager waarop zinkoxide is aangebracht.

5 Een dergelijk luchtreinigingsmiddel is bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 1.519.470.

Actieve kool wordt op verschillende wijzen gebruikt als middel om schadelijke gassen uit in te ademen lucht te verwijderen, bijvoorbeeld in door mensen gedragen adembeschermingsfilters of in filters van luchtverversingsinstallaties. De actieve kool wordt, om een goed afscheidingsvermogen voor verontreinigingen te verkrijgen op verschillende manieren geïmpregneerd.

10 In DIN 3181 wordt de mate van bescherming van luchtfilters tegen verschillende schadelijke stoffen vastgelegd. Zo geven bijvoorbeeld ademfilters met de kenletter A bescherming tegen organische gassen, met de kenletter B bescherming tegen zure gassen, met de kenletter E bescherming teven zwaveldioxide en met de kenletter K bescherming tegen ammoniak. Een ademfilter dat bijvoorbeeld bescherming geeft tegen een mengsel van B en K, vereist een preparaatvulling met deze dubbele beschermende werking. Dit wordt 15 meestal door middel van twee lagen bereikt: Een laag van een preparaat dat bescherming geeft tegen zure gassen en een laag die bescherming geeft tegen alkalische gassen (ammoniak). Dergelijke filters hebben het bezwaar, dat ze erg volumineus, zwaar en duur zijn en een hoge luchtweerstand hebben. DIN 3181 bepaalt bovendien door een indeling in filterklassen met filterklasse 1 klein, klasse 2 middelmatig en klasse 3 groot, het opnamevermogen van de filters en de verschillende testconcentraties.

20 Uit het Duitse octrooischrift 530.381 is en absorptiemassa voor gasfilters, in het bijzonder voor ademfilters, bekend die tegelijkertijd werkzaam is tegen waterstofsulfide en tegen ammoniak. Deze massa bestaat uit actieve kool waarop koper (l)-chloride is gebracht. Terwijl daarmee de reactie met ammoniak op gebruikelijke wijze plaats vindt, geeft waterstofsulfide aanleiding tot de vorming van zoutzuur als eindproduct. Dit moet in de actieve kool worden geabsorbeerd. Daar de kracht waarmee actieve kool gassen 25 bindt, door de impregneringen wordt verminderd, bestaan tegen het ontwikkelen van zoutzuur toch wel bezwaren, omdat zoutzuur, afhankelijk van de belasting van het filter, in de in te ademen lucht zou kunnen komen waardoor misschien alleen maar het ene ademgif zal worden vervangen door een ander.

Uit het US-octrooischrift 15.19.470 is voorts een ais reinigingsmiddel voor lucht te gebruiken geïmpregneerde kool bekend, die geschikt is voor de gasfiltertypen A en B. Als impregneringsmiddel worden 30 daarvoor naast elkaar genoemd metalen en metaaloxiden, zoals koper, koperoxide, zilver, zilveroxide alsmede zinkoxide. Als methode voor het impregneren wordt vermeld de behandeling met nitraten en sulfaten en vervolgens de thermische ontleding van die zouten.

Deze kool is echter niet geschikt als luchtreinigingsmiddel voor andere gasfiltertypen en dus niet geschikt om te voorzien in luchtfilters die voor een groter aantal toepassingen geschikt zijn.

35 De uitvinding heeft nu ten doel te voorzien in een luchtreinigingsmiddei, dat door zijn eigenschappen, tegelijkertijd aan de eisen voldoet die aan de gasfiltertypen A, B, E en K met het gebruikelijke opnamevermogen voldoet en daardoor de bouw mogelijk maakt van een eenvoudig enkellagig filter dat voor meerdere toepassingen geschikt is.

De uitvinding voorziet nu in een luchtreinigingsmiddel volgens de aanhef, met het kenmerk, dat het ook 40 een in en water oplosbaar zinkzout bevat in een gewichtsverhouding in water oplosbaar zinkzoutzinkoxide van 1:1 tot 1:20.

Het zinkoxide bezit uitstekende bindende eigenschappen voor zure gassen. Bovendien blokkeert het het oppervlak van de drager slechts in geringe mate, zodat de fysische adsorptie nauwelijks nadelig wordt beïnvloed. Ammoniak wordt echter door zinkoxide niet in voldoende mate opgenomen. Met het 45 luchtreinigingsmiddel volgens de uitvinding wordt de binding van ammoniak door zinkoxide dankzij de toevoeging van kleine hoeveelheden van een in water oplosbaar zinkzout, aanzienlijk verhoogd. De overige goede eigenschappen van het zinkoxide worden daardoor niet noemenswaardig nadelig beïnvloedt. Door keuze van de gewichtsverhoudingen in water oplosbaar zinkzoutzinkoxide tussen 1:1 en 1:20 en door verder de impregneeromstandigheden te kiezen, is het mogelijk, actieve kool zodanig te impregneren dat 50 filters voor meerdere toepassingen (voor de bescherming tegen meerdere verontreinigingen) vervaardigd kunnen worden die in vergaande mate aan speciale eisen zijn aangepast.

Het luchtreinigingsmiddel volgens de uitvinding bevat bij voorkeur zinkchloride als in water oplosbaar zinkzout. Impregnering met zinkchloride leidt tot een hoog specifiek vermogen voor opname van ammoniak. Daardoor blijft een negatieve invloed op het fysische adsorptievermogen bijzonder gering.

55 Een bijzonder geschikt luchtreinigingsmiddei is een middel dat naast het zinkoxide en het in water oplosbare zinkzout een chroomzuurzout bevat. Door het toevoegen van een chromaat kunnen de eigenschappen in het totale toepassingsgebied van de A-, 8-, E-, K-filters volgens de uitvinding verschoven

Claims (3)

192668 2 worden zodanig dat het zwaartepunt op bepaalde gewenste plaatsen ligt. Als drager van de luchtreinigingsmiddelen volgens de uitvinding is bij voorkeur actieve kool aanwezig. Andere bijzonder geschikte dragers die eveneens met voordeel aanwezig kunnen zijn, zijn kiezelgels, moleculaire zeven en actieve aluminiumoxiden. 5 De bereiding van een luchtreinigingsmiddel volgens de uitvinding wordt aan de hand van het volgende voorbeeld toegelicht. Gegranuleerde actieve kool werd gedrenkt in een waterige oplossing van een zinkzout van zoutzuur, zodanig dat de kool 14 gew.% zink, berekend op de droge kool, bevatte. De geïmpregneerde kool werd gedroogd en vervolgens verhit tot het zoutzuur in zodanige mate was uitgedreven, dat een gewichts-10 verhouding van niet ontleedde zinkzout tot door ontleding gevormd zinkoxide was bereikt van 1:10. Na afkoeling werd het preparaat ingesteld op een vochtgehalte van 5%. 15

1. Luchtreinigingsmiddel ten gebruike in filters op basis van een poreuze drager waarop zinkoxide is aangebracht, met het kenmerk, dat het ook een in water oplosbaar zinkzout bevat in een gewichtsverhouding in water oplosbaar zinkzoubzinkoxide van 1:1 tot 1:20.

2. Luchtreinigingsmiddel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het in water oplosbare zinkzout 20 zinkchloride is.

3. Luchtreinigingsmiddel volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het ook een chroomzuurzout bevat.