NL1035289C2 - Voorzieningen en werkwijze voor het scheiden en het sorteren van vee. - Google Patents

Voorzieningen en werkwijze voor het scheiden en het sorteren van vee. Download PDF

Info

Publication number
NL1035289C2
NL1035289C2 NL1035289A NL1035289A NL1035289C2 NL 1035289 C2 NL1035289 C2 NL 1035289C2 NL 1035289 A NL1035289 A NL 1035289A NL 1035289 A NL1035289 A NL 1035289A NL 1035289 C2 NL1035289 C2 NL 1035289C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
gate
wing
passage
stern
assembly
Prior art date
Application number
NL1035289A
Other languages
English (en)
Inventor
Michel Hubert Johan Huls
Original Assignee
Lely Patent Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Family has litigation
First worldwide family litigation filed litigation Critical https://patents.darts-ip.com/?family=39811883&utm_source=google_patent&utm_medium=platform_link&utm_campaign=public_patent_search&patent=NL1035289(C2) "Global patent litigation dataset” by Darts-ip is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.
Application filed by Lely Patent Nv filed Critical Lely Patent Nv
Priority to NL1035289A priority Critical patent/NL1035289C2/nl
Priority to EP09733071.6A priority patent/EP2268130B2/en
Priority to EP12163142.8A priority patent/EP2484204B1/en
Priority to PL09733071T priority patent/PL2268130T5/pl
Priority to DK09733071.6T priority patent/DK2268130T4/da
Priority to NZ600798A priority patent/NZ600798A/xx
Priority to EP12163141.0A priority patent/EP2484203B1/en
Priority to NZ600796A priority patent/NZ600796A/xx
Priority to NZ587480A priority patent/NZ587480A/en
Priority to AU2009236780A priority patent/AU2009236780B2/en
Priority to PCT/NL2009/000090 priority patent/WO2009128705A1/en
Publication of NL1035289C2 publication Critical patent/NL1035289C2/nl
Application granted granted Critical
Priority to US12/904,325 priority patent/US8418660B2/en
Priority to US13/647,459 priority patent/US9119373B2/en
Priority to US13/647,460 priority patent/US8919294B2/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K1/00Housing animals; Equipment therefor
    • A01K1/0005Stable partitions
    • A01K1/0017Gates, doors
    • A01K1/0023Sorting gates

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Housing For Livestock And Birds (AREA)
  • Sorting Of Articles (AREA)
  • Investigating Or Analysing Biological Materials (AREA)

Description

Voorzieningen en werkwijze voor het scheiden en het sorteren van vee
De aanvrage heeft betrekking op het scheiden van vee, in het bijzonder rundvee. De aanvrage heeft voorts betrekking op het sorteren van vee, 5 in het bijzonder rundvee.
Vee moet regelmatig verplaatst worden, zoals van de ene graasruimte naar een andere graasruimte, van een graasruimte naar een melkruimte. Vee afkomstig van verschillende gebieden en voor verschillende bestemmingen moet daarbij kort achter elkaar worden gestuurd naar de juiste 10 bestemming.
Voor scheiding van dieren van een zich in een serie verplaatsende groep dieren worden klaphekken of andere scheidingshekken voorzien van sluitmiddelen en/of grendelmiddelen. Zo kunnen scheidingshekken gewoonlijk in de sluitstand staan en naar wens door bijvoorbeeld cilinders worden open gezet, 15 of door wegnemen van een vergrendeling worden vrijgegeven, voor het doorlaten van dieren. Alternatief of daarbij kunnen scheidingshekken door middel van sluitingsmiddelen, zoals cilinders, worden gesloten wanneer een scheiding gewenst is. Of sluiting gewenst is kan bijvoorbeeld worden aangegeven door bepaling van gegevens van elk dier, hier kortweg ID genoemd.
20 Bij het sluiten van een scheidingshek is snelheid een voorwaarde voor een efficiënt proces. Een andere eis is dat de dieren zo min mogelijk risico mogen lopen verwond te raken door een zich sluitend hek. Beide eisen kunnen leiden tot tegengestelde benaderingen van het ontwerp van scheidingshekken.
Voor het sorteren van vee kan gebruik worden gemaakt van 25 zogenoemde sorteeropstellingen, omvattend een heksamenstel met een ingangspoort, begrensd door zijhekken, met in de poort een van een of twee verdraaibare hekvleugels voorzien klaphek, en benedenstrooms van het klaphek twee of meer uitgangspoorten, waarbij tussen het klaphek en de uitgangspoorten een of meer verplaatsbare sorteerhekken geplaatst zijn. Door instelling van de 30 stand van het sorteerhek of de sorteerhekken kan de ingangspoort met een gekozen van de uitgangspoorten worden verbonden om het vee daar naartoe te geleiden.
De verplaatsing van de sorteerhekken kan automatisch geschieden, aangestuurd door een centrale besturing waarin de noodzaak van omzetting van 1035289 2 een sorteerhek wordt vastgesteld door meting van gegevens van de aankomende dieren. In een dergelijk geautomatiseerd systeem kan het echter voorkomen dat een of meer dieren zich nog naast een sorteerhek bevinden wanneer dat hek wordt verplaatst, met verwondingen en stress tot gevolg.
5 Een doel van de aanvrage is een heksamenstel voor scheiding van dieren in een reeks dieren, alsmede een proces daarvoor, te verschaffen waarmee het verlaagd risico op verwonding van de dieren bestaat.
Vanuit een aspect voorziet de aanvrage hiertoe in een samenstel van een door zijbegrenzingen begrensde doorgang voor vee, zoals rundvee, van 10 een eerste ruimte naar een tweede ruimte, waarbij in de doorgang een hekstelsel is aangebracht, waarbij het hekstelsel althans één zelfsluitende hekvleugel heeft die beweegbaar is tussen een sluitstand en één of meer open standen, inbegrepen een doorlaatstand waarin voor een dier van het vee de doorgang naar de tweede ruimte mogelijk is, waarbij de hekvleugel opgesteld is voor beweging 15 naar een open stand door uitoefening van druk door een de doorgang naar de tweede ruimte toe doorlopend dier van het vee, waarbij het samenstel voorts voorzien is van middelen voor het bepalen van een ID van een dier van het vee, van middelen voor het blokkeren van de hekvleugel in een beweging naar een doorlaatstand, welke blokkeermiddelen activeerbaar zijn naar een blokkeerstand 20 in respons op gegevens van de ID bepalingsmiddelen.
Aldus kunnen dieren waarvan vastgesteld is dat deze naar de tweede ruimte mogen bewegen moeiteloos door het hekstelsel gaan. Achter elk doorgelaten dier zal de hekvleugel direct een sluitbeweging uitvoeren, hetgeen opgemerkt zal worden door het volgende dier in de reeks, dat daardoor even zal 25 inhouden, waardoor de snelheid vermindert. Is op grond van de ID bepaling van dat dier vastgesteld dat daaraan geen doorgang verleend moet worden, dan zullen de geactiveerde blokkeermiddelen voorkomen dat dat dier vervolgens door tegen de hekvleugel te duwen doorgang weet te verkrijgen. De voornoemde aarzeling kan daarbij al tot gevolg hebben dat de tijd waarin de hekvleugel een 30 sluitbeweging kan uitvoeren wordt verlengd. Door de vertraging zal de impuls van de beweging van het dier tegen de hekvleugel zodanig verlaagd zijn dat het risico op verwonding gering is. De zelfsluitende hekvleugel zelf kan worden uitgevoerd op bekende wijze, zoals met een van de verticaal afwijkende draaihartlijn.
In een compacte uitvoering zijn de blokkeermiddelen geheel aan de 3 zijde van de tweede ruimte van de hekvleugei gelegen.
De beweging van de hekvleugei naar een doorlaatstand bij passage van toe te laten dieren blijft, afgezien van het zeHsluitende aspect, onbelemmerd indien de blokkeermiddelen in de gedeactiveerde stand op afstand gelegen zijn 5 van de hekvleugei in de sluitstand.
De blokkeermiddelen omvatten bij voorkeur een aanslag voor blokkerende aanslag tegen de naar de tweede ruimte gekeerde oppervlakken van de hekvleugei. Het samenstel kan daarbij zijn voorzien van middelen voor het in en uit de bewegingsbaan van de hekvleugei brengen van de aanslag.
10 In een verdere ontwikkeling hiervan omvat het samenstel middelen voor het verplaatsen van de aanslag tussen een aantal binnen de bewegingsbaan van de hekvleugei gelegen posities, die langs de bewegingsbaan op afstand van elkaar gelegen zijn. Aldus kan de aanslag in meerdere posities van de hekvleugei werkzaam zijn. Alternatief omschreven kan het samenstel voorzien zijn van 15 middelen voor het door verplaatsen van de aanslag in de richting van de sluitstand dwingen van de hekvkeugel. Indien een dier geen doorgang moet worden verleend kan de aanslag tot tegen de hekvleugei worden bewogen. De hekvleugei kan daarbij al in de sluitstand zijn teruggekeerd, in welk geval de aanslagpositie vastligt. In het geval het betreffende dier de hekvleugei al heeft weten te beroeren 20 zal de hekvleugei al een -onbekende- open stand innemen. De aanslag komt dan tegen de hekvleugei in die open stand, waarin de hekvleugei echter belemmerd wordt verder te openen. Door verdere verplaatsing van de aanslag zal de hekvleugei naar de sluitstand kunnen worden gedwongen. De aanslag voert aldus een tweetraps beweging uit. In het eerste traject kan met een snelle verplaatsing 25 van de aanslag de hekvleugei worden tegengehouden, in het tweede traject wordt het dier met de hekvleugei teruggedrongen.
Vanuit een verder aspect voorziet de aanvrage tevens in een samenstel van een door zijbegrenzingen begrensde enkelvoudige doorgang voor vee, zoals rundvee, van een eerste ruimte naar een tweede ruimte, waarbij in de 30 doorgang een hekstelsel is aangebracht, waarbij het hekstelsel althans één zelfsluitende hekvleugei heeft die beweegbaar is tussen een sluitstand en één of meer open standen, inbegrepen een doorlaatstand waarin voor een dier van het vee de doorgang van de eerste ruimte naar de tweede ruimte mogelijk is, waarbij de hekvleugei opgesteld is voor beweging naar een open stand door uitoefening 4 van druk door een de doorgang naar de tweede ruimte toe doorlopend dier van het vee, waarbij het samenstel voorts voorzien is van aan de zijde van de tweede ruimte van de hekvleugel, vanuit een ruststand tot in de zwenkbaan daarvan, in een actieve stand plaatsbare aanslagmiddelen voor het tegenhouden van de 5 hekvleugel te bewegen tot in een doorlaatstand. Daarbij kunnen de aanslagmiddelen in de actieve stand opgesteld zijn voor aanslag tegen naar de tweede ruimte gekeerde oppervlakken van de hekvleugel. Het aldus beschreven samenstel kan voorts omvatten middelen voor het verplaatsen van de aanslag tussen een aantal binnen de bewegingsbaan van de hekvleugel gelegen posities, 10 die langs de bewegingsbaan op afstand van elkaar gelegen zijn. De verplaatsingsmiddelen kunnen daarbij ingericht zijn voor het verplaatsen van de aanslag van een de hekvleugel in een open stand tegenhoudende stand naar een de hekvleugel in de sluitstand. Het samenstel kan voorts voorzien zijn van middelen voor het bepalen van een ID van een dier van het vee, waarbij de 15 aanslagmiddelen activeerbaar zijn naar een blokkeerstand voor de hekvleugel in respons op gegevens van de ID bepalingsmiddelen.
In een verdere ontwikkeling van de hiervoor beschreven samenstellen is het samenstel voorzien van middelen voor het opmerken van een stand van de hekvleugel, waarbij de blokkeer- dan wel aanslagmiddelen 20 verplaatsbaar zijn naar een blokkeerstand in afhankelijkheid van de registratie van de opmerkmiddelen.
In het hiervoor beschreven geval van tweetrapsbeweging kunnen de blokkeer- of aanslagmiddelen met een eerste snelheid verplaatsbaar zijn naar de de hekvleugel in een open stand tegenhoudende stand en met een tweede, 25 lagere snelheid naar een de hekvleugel in de sluitstand houdende stand. Het dier kan daarmee op een geleidelijke, zachtzinnige wijze worden teruggedwongen.
In een verdere ontwikkeling is het samenstel voorzien van middelen voor het opmerken van een stand van de hekvleugel, en van telmiddelen voor het genereren van een telsignaal in afhankelijkheid van een bepaalde, door de 30 opmerkmiddelen opgemerkte zwenkbeweging van de hekvleugel. Aldus kan de door de dieren zelf geïnduceerde beweging van de hekvleugel aangewend worden voor telling van het aantal dieren dat de doorgang is gepasseerd. Daarmee kan de betrouwbaarheid van de telling worden vergroot.
De telmiddelen kunnen daarbij ingericht zijn voor het genereren van 5 een telsignaal in afhankelijkheid van de door de opmerkmiddelen opgemerkte grootte van de uitslag van de hekvleugel. De grootte van de voor telling maatgevende uitslag kan bijvoorbeeld de maximaal mogelijke uitslag zijn, of, wanneer de dieren niet de voor de doorgang maximale grootte hebben, een 5 kleinere uitslag waarbij nog wel doorgang van die dieren mogelijk is.
Alternatief of daarbij kunnen de telmiddelen ingericht zijn voor het genereren van een telsignaal in afhankelijkheid van de duur van de door de opmerkmiddelen opgemerkte uitslag van de hekvleugel. Aldus kan bijvoorbeeld een telsignaal worden gegenereerd wanneer een de doorgang mogelijk makende 10 uitslag voor een gemiddelde passeertijd (of iets langere periode) optreedt.
Alternatief of daarbij kunnen de telmiddelen ingericht zijn voor het genereren van een telsignaal in afhankelijkheid van het door de opmerkmiddelen opgemerkte bewegingspatroon van de deurvleugel in een periode tussen twee opeenvolgende sluitstanden. Daarbij kan gerefereerd worden aan de contour van 15 het dier, waarbij bijvoorbeeld achtereenvolgens de passage van de schoft, de flank en de heupen opgemerkt kan worden, hetgeen op een volledige passage kan duiden.
Voor het genereren van een telsignaal kan het samenstel daarbij zijn voorzien van een besturingseenheid met een geheugen en met middelen voor het 20 in het geheugen invoeren van een referentiewaarde voor de grootte van de uitslag, de duur van de uitslag en/of een patroon van een hekvleugelbeweging, en voorts met middelen voor het vergelijken van de door de opmerkmiddelen opgemerkte uitslaggrootte, uitslagduur en/of het door de opmerkmiddelen opgemerkte bewegingspatroon met de referentiewaarde respectievelijk het 25 referentiepatroon en het op basis van de uitkomst van die vergelijking door de telmiddelen laten genereren van een telsignaal voor opslag in het geheugen. De besturingseenheid kan zo de gegenereerde telsignalen sommeren, waarbij de gesommeerde waarde als invoerwaarde kan worden gebruikt voor besturing van een veegeleidings- of sorteerproces, of andere vee-manipultatieprocessen..
30 Het hekstelsel kan uitgevoerd zijn met slechts één hekvleugel.
Alternatief kan het hekstelsel twee hekvleugels omvatten die verzwenkbaar zijn om eigen, bij respectieve zijbegrenzingen gelegen zwenkassen. In dat geval zal de breedte van de door de dieren te maken doorgang bepaald worden door de uitslag van beide hekvleugels. Daartoe kunnen de opmerkmiddelen voorzien zijn 6 voor het opmerken van de beweging van beide hekvleugels en de besturingseenheid ingericht zijn voor het vergelijken van een referentiewaarde voor een gecombineerde grootte van de uitslagen, de duur van de uitslagen en/of een patroon van hekvleugelbewegingen, met die welke opgemerkt zijn, en het op 5 basis van de uitkomst van die vergelijking door de telmiddelen laten genereren van een telsignaal voor opslag in het geheugen.
In een verdere ontwikkeling is het hekstelsel een eenweghekstelsel dat slechts doorgang naar de tweede ruimte toelaat.
In aansluiting aan het voorgaande voorziet de aanvrage, vanuit een 10 aspect, in een werkwijze voor het geleiden van vee in een doorgang, waarbij de doorgang een ingang en een uitgang heeft en voorzien is van een éénweghekstelsel dat slechts doorgang van de ingang naar de uitgang kan toelaten, waarbij het hekstelsel althans één zeeluitende hekvleugel heeft die beweegbaar is tussen een sluitstand en één of meer doorlaatstanden, waarbij een 15 reeks dieren in serie via de ingang in de doorgang wordt toegelaten en de dieren achtereenvolgens op afstand vóór de hekvleugel worden onderworpen aan een ID test en in serie worden doorgelaten naar de uitgang door de dieren in opeenvolging met hun lichaam de hekvleugel naar een doorlaatstand opzij te laten duwen, waarbij de hekvleugel na iedere passage van een dier uit zich zelf 20 beweegt naar de sluitstand, waarbij na het opmerken van een dier van het vee met een voor toegang ongewenst ID de hekvleugel na het doorlaten van het in de serie voorgaande dier wordt geblokkeerd naar een doorlaatstand te bewegen.
Indien de hekvleugel na het doorlaten van het in de serie voorgaande dier in de sluitstand komt kan, volgens één toepassing, de hekvleugel 25 in die stand worden geblokkeerd.
Indien de hekvleugel na het doorlaten van het in de serie voorgaande dier door het volgende dier althans enigszins opengehouden wordt, kan, volgens een andere toepassing, de hekvleugel in die stand worden tegengehouden verder te openen. De hekvleugel kan vervolgens naar de 30 sluitstand worden gedwongen, hetgeen, zoals hiervoor vermeld, op een zodanige wijze kan geschieden dat het dier daardoor niet verwond wordt, derhalve geleidelijk.
Een dergelijk benadering kan ook gevolgd worden indien de hekvleugel na het doorlaten van het in de serie voorgaande dier door het 7 volgende dier in de dooriaatstand (dus verder geopend dan waar de vorige alinea op ziet) wordt gehouden, de hekvleugel naar de sluitstand wordt gedwongen.
In het geval het hekstelsel twee in sluiting samenwerkende hekvleugels omvat, kan, indien slechts één van de beide hekvleugels zich na het 5 doorlaten van het in de serie voorgaande dier in de dooriaatstand bevindt de andere hekvleugel in zijn stand worden tegengehouden (verder )te openen. Eerstgenoemde hekvleugel kan daarbij zelfsluitend worden gelaten of, alternatief, naar de sluitstand wordt gedwongen.
Een verder doel van de aanvrage is een doorgang voor dieren naar 10 een volgend procesgebied te verschaffen waarmee dieren op betrouwbare wijze geteld kunnen worden.
Vanuit een verder aspect voorziet de aanvrage in een samenstel van een door zijbegrenzingen begrensde doorgang voor vee, zoals mndvee, van een eerste ruimte naar een tweede ruimte, waarbij in de doorgang een hekstelsel is 15 aangebracht, waarbij het hekstelsel althans één zelfsluitende hekvleugel heeft die beweegbaar is tussen een sluitstand en één of meer open standen, inbegrepen een dooriaatstand waarin voor een dier van het vee de doorgang naar de tweede ruimte mogelijk is, voorts voorzien van middelen voor het tellen van het aantal de doorgang naar de tweede ruimte doorgelopen dieren, waarbij de telmiddelen 20 ingericht zijn voor het afgeven van een telsignaal in afhankelijkheid van een door opmerkmiddelen opgemerkte verplaatsing van de hekvleugel. Het aan de beweging van de hekvleugel gerelateerde telsignaal kan worden benut voor beheersing van het hekstelsel en/of voor sturing van processen volgend op de doorgang. De opmerkmiddelen kunnen daartoe werkzaam zijn verbonden met een 25 besturingseenheid waarmee de telmiddelen werkzaam zijn verbonden, waarmee tevens bedoeld wordt een situatie waarin de telmiddelen geïntegreerd zijn in de besturingseenheid.
In een uitvoering hiervan is de hekvleugel, net zoals bij het eerder besproken samenstel volgens de aanvrage, opgesteld voor beweging naar een 30 open stand door uitoefening van druk door een de doorgang naar de tweede ruimte toe doorlopend dier van het vee. De beweging van het hek wordt daarmee door de dieren zelf geïnduceerd, alsmede de daaruitvolgende telling.
De telmiddelen kunnen hierbij uitgevoerd zijn zoals hiervoor besproken.
8
Een verder doel van de aanvrage is een sorteeropstelling voor dieren, alsmede een sorteerproces, te verschaffen waarmee dieren op veilige wijze naar opeenvolgend verschillende bestemmingen kunnen worden geleid.
Vanuit één aspect voorziet de aanvrage in een systeem voor het 5 sorteren van vee, omvattend een door begrenzingen omgeven sorteervak, een toegangspoort naar het sorteervak en twee of meer uitgangspoorten van het sorteervak, en althans één verplaatsbare sorteerwand, zoals een sorteerhek, waarbij de ingangspoort en de uitgangspoorten elk althans één hekvleugel hebben die beweegbaar is tussen een sluitstand en één of meer doorlaatstanden, 10 voorts omvattend eerste telmiddelen voor het vaststellen van een doorgang van een dier door de toegangspoort en tweede, derde, etc. telmiddelen voor het vaststellen van een doorgang van een dier door een respectieve uitgangspoort, en een programmeerbare besturingseenheid waarmee de genoemde telmiddelen werkzaam zijn verbonden, waarbij het systeem voorts is voorzien van eerste 15 sluitmiddelen voor het in een sluitstand houden van de toegangspoort, waarbij het systeem voorts omvat aandrijfmiddelen voor het verplaatsen van de sorteerwand tussen een het vee van de toegangspoort naar een eerste uitgangspoort sturende stand naar een het vee van de toegangspoort naar een tweede uitgangspoort sturende stand, waarbij de besturingseenheid ingericht is voor het op basis van 20 een vergelijking van de gegevens van de tweede telmiddelen met de gegevens van de eerste telmiddelen activeren van de aandrijfmiddelen voor de sorteerwand. De automatische verplaatsing van de sorteerwand wordt daarmee afhankelijk van een voorwaarde gerelateerd aan het aantal ingekomen dieren en het aantal uitgelaten dieren. In het bijzonder kan daarbij de besturingseenheid ingericht zijn 25 voor het activeren van de aandrijfmiddelen voor de sorteerwand op voorwaarde van door de besturingseenheid bepaalde afwezigheid van dieren in het gebruikte sorteervak. Daarmee kan worden uitgesloten dat een dier zich nog in de verplaatsingsbaan van de te verplaatsen sorteerwand bevindt of opgesloten raakt.
De besturingseenheid is ingericht voor het deactiveren van de eerste 30 sluitmiddelen na afloop van een gewenste verplaatsing van de sorteerwand.
De ingangspoort kan zijn uitgevoerd volgens een of meer van de hiervoor besproken aspecten van samenstellen volgens de aanvrage.
In aansluiting aan de bespreking van het zojuist voorgaande aspect voorziet de aanvrage, vanuit een aspect, in een werkwijze voor het sorteren van 9 vee met behulp van een door begrenzingen omgeven sorteervak met een toegangspoort naar het sorteervak en twee of meer uitgangspoorten vanuit het sorteervak, en althans één door een besturingseenheid aanstuurbare aandrijfmiddelen verplaatsbare sorteerwand, zoals een sorteerhek, waarmee een 5 verbinding tussen de toegangspoort en een gekozen van de uitgangspoorten wordt bepaald, waarbij de ingangspoort en de uitgangspoorten elk althans één hekvleugel hebben die beweegbaar is tussen een sluitstand en één of meer doorlaatstanden, waarbij elke doorgang van een dier van het vee door de toegangspoort wordt geteld door een automatische eerste teller en elke doorgang 10 van een dier van het vee door de geselecteerde uitgangspoort wordt geteld door een automatische bijbehorende teller, waarbij enige tijd na een sluiting van de toegangspoort de gegevens van beide tellers in de besturingseenheid met elkaar worden vergeleken en bij vaststelling van ongelijke telwaarden daarvoor de besturingseenheid de aandrijfmiddelen niet activeert.
15 In een toepassing kan de besturingseenheid de aandrijfmiddelen activeren bij vaststelling van gelijke telwaarden, om de sorteerwand te verplaatsen om een verbinding tussen de toegangspoort en een gekozen andere uitgangspoort te gaan bepalen, waarna de besturingseenheid de toegangspoort weer vrijgeeft.
20 Bij vaststelling van een grotere telwaarde voor de toegangspoort dan voor de uitgangspoort kan, in een toepassing, de besturingseenheid de aandrijfmiddelen activeren voor het naar de uitgangspoort drijven van in de verbinding aanwezige dieren.
De vergelijking kan worden herhaald totdat vastgesteld is dat beide 25 telwaarden gelijk zijn.
De telling kan worden gebaseerd op de uitslagbeweging van de hekvleugel, in het bijzonder op het aantal malen dat de hekvleugel een bepaalde uitslag bereikt en/of op het aantal malen dat de hekvleugel een bepaalde uitslag bereikt binnen een bepaalde periode en/of op het aantal keren dat de hekvleugel 30 in uitgeslagen stand, over een bepaalde periode, een voorafbepaald patroon volgt.
Opgemerkt wordt dat van WO 2004/049790 een van een ID bepalingsinrichting voorziene doorgang voor een reeks dieren bekend is, in welke doorgang een poort met een of twee hekvleugels aangebracht is. De hekvleugels 10 kunnen door bedieningsmiddelen in de open stand of in de gesloten stand gezet worden. Volgens het document kan de stand van de poort worden gestuurd in afhankelijkheid van de waarnemingen van een of meer sensoren die opgesteld zijn om een bepaalde aanwezigheid van het lichaam van een dier op te merken.
5 De waarnemingen door de sensor kunnen worden gebruikt voor het tellen van het aantal de doorgang gepasseerde dieren. Meerdere sensoren kunnen in bewegingsrichting op afstand van elkaar zijn geplaatst om daarmee een beeld van de contour op te nemen, op grond waarvan kan worden bepaald of er op een bepaalde plaats een dier aanwezig is. Alternatief kan de sensor opgesteld zijn om 10 een parameter op te merken die gerelateerd is aan de dwarsdoorsnede van de dieren, zoals de breedte.
Uit WO 01/08468 is een opstelling bekend waarin tussen twee ruimtes een tweeweghek geplaatst is, waarbij een pal gewoonlijk verdraaiing van de hekvleugel van de gesloten stand naar de open stand blokkeert, wanneer met 15 behulp van een ID bepalingsinrichting vastgesteld is dat een dier het hek mag passeren wordt de pal uit de blokkeerstand bewogen om verdraaiing van de hekvleugel naar de open stand mogelijk te maken..
Uit Duits gebruiksmodel 200 18 646 is een sorteeropstelling met twee uitgangspaden bekend, waarin een sorteerhek geplaatst is achter een 20 meetsluis. De sluis is toegankelijk via een tweeweghek en is voorzien van een weegplateau en een sensor voor het bepalen van de schofthoogte van het dier in de sluis. Tijdens het meten sluit het sorteerhek beide uitgangen af. Afhankelijk van de meting zet het sorteerhek het ene dan wel het andere uitgangspad open. Met behulp van fotosensoren in de meetsluis en de beide uitgangspaden kan 25 opgemerkt worden of en eventueel waar een dier zich in de sorteeropstelling bevindt.
Uit WO 95/05735 is een sorteeropstelling met twee uitgangspaden bekend, waarbij aan het eind van een ingangspad een hek met twee hekvleugels is geplaatst. In het ingangspad wordt met ID bepalingsinrichtingen op twee plaatsten 30 de ID van het zich daar bevindende dier bepaald. De sorteerrichting, in te stellen met een direct benedenstrooms van het ingangspad aangebracht sorteerhek, hangt samen met de ID. Indien beide ID bepalingsinrichtingen dezelfde sorteerrichting geven blijft het hek openstaan, indien ze een verschillende sorteerrichting geven wordt het hek gesloten en het sorteerhek omgezet.
11
De in deze beschrijving en conclusies van de aanvrage beschreven en/of de in de tekeningen van deze aanvrage getoonde aspecten en maatregelen kunnen waar mogelijk ook afzonderlijk van elkaar worden toegepast. Die afzonderlijke aspecten, zoals het blokkeren van de hekvleugel, het tellen van het 5 aantal dierdoorgangen op basis van hekvleugelbewegingen en het aansturen van een verplaatsbaar sorteerhek in afhankelijkheid van aanwezigheid van dieren in het sorteervak, en andere aspecten kunnen onderwerp zijn van daarop gerichte afgesplitste octrooiaanvragen. Dit geldt in het bijzonder voor de maatregelen en aspecten welke op zich zijn beschreven in de volgconclusies.
10
KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN
De in het voorgaande besproken uitvindingen zullen worden toegelicht aan de hand van een aantal in de bijgevoegde tekeningen 15 weergegeven voorbeelduitvoeringen. Getoond wordt in:
Figuur 1 een schematische weergave van een voorbeelduitvoering van een sorteersysteem volgens de uitvinding;
Figuur 2 een detail van de sorteerinrichting van figuur 1, ter plaatse van een ingangshek; 20 Figuur 2A een aanzicht op een gedeelte van het ingangshek van figuur 2;
Figuren 3A-C opeenvolgende stadia in het gebruik van het toegangshek van figuur 2;
Figuren 3D en 3E opeenvolgende stadia in een ander gebruik van 25 het ingangshek van figuur 2;
Figuren 4A-D opeenvolgende stadia in het gebruik van het sorteersysteem van figuur 1; en
Figuren 5A-D enkele stroomdiagrammen in het gebruik van het ingangshek van figuur 2 en het sorteersysteem van figuur 1.
30
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN
Het vee-sorteersysteem 1 van figuur 1 omvat een ingang 2, die zijwaarts begrensd is door hekken 5a en 5b. In de ingang 2 bevindt zich een 12 ingangshekstelsel 3 met twee hekvleugels 6a,6b die slechts in één richting (B) door verzwenken om verticale assen kunnen openzwenken om een doorgang 8 vrij te geven in de richting A. Direct achter de hekvleugels 6a,6b zijn twee om verticale assen verzwenkbare aanslagen 7a,7b opgesteld, die bediend worden 5 met cilinders 9a,9b.
Benedenstrooms (beschouwd in richting A) van hekstelsel 3 bevindt zich een sorteerruimte 40, begrensd door hekken 10a,10b,10c,10d,10e en uitgangshekstelsels met uitgangshekken 14a,14bt14c,14d, die eveneens slechts in één richting, namelijk van de ruimte 40 naar buiten, kunnen openen om 10 respectievelijk doorgang te verschaffen naar in gebied 4 gelegen procesruimtes 4a,4b,4c,4d, respectievelijk begrensd door hekken 26a,b, 26c,d, 26d,e en 26f,g.
Binnen de sorteerruimte 40 zijn enkele sorteerhekken 11a, 11b, 11c opgesteld, die respectievelijk verzwenkbaar zijn om verticale assen 12a, 12b, 12c, met behulp van aanstuurbare aandrijvingen (niet weergegeven), alsmede een vast 15 hek 13. Door juiste instelling van de sorteerhekken 11a, 11b, 11c kan een loopverbinding worden gemaakt tussen ingangshekstelsel 3 en een geselecteerd uitgangshek 14a,14b,14c of 14d.
Voor de verwerking van diverse in het sorteersysteem 1 geplaatste, nog te bespreken detectoren en aansturing van diverse aandrijvingen in het 20 sorteersysteem 1 is een centraal besturingssysteem 15 voorzien, uitgerust met bedienings/invoerpaneel en programmeerbare computer. Enkele van de signaal/stuurleidingen zijn gestreept weergegeven.
In figuur 2 is de ingang 2 met het ingangshekstelsel 3 nader weergegeven. Op afstand vóór de hekvleugels 6a,6b is een bijvoorbeeld op 25 infrarood werkende ID lezer 16 aangebracht, waarmee een transponder op een koe (K1) kan worden gelezen om de koe te herkennen in het centrale besturingssysteem 15.
De hekvleugels 6a,6b bezitten staanders 20a,20b. net zoals de hekvleugels van de uitgangshekken 14a-d zijn de hekvleugels 6a,6b zelfsluitend. 30 Dat kan met veermiddelen, of zoals weergegeven in figuur 2A, door de staander (hier 20b) gedeeld uit te voeren met een vast onderdeel 24 en een verdraaibaar bovendeel 25, dat via een in omtrekrichting oplopend steunvlak rust op het onderdeel 24, zodat bij verdraaiing (B) het bovendeel omhoog (C) gedwongen wordt, tegen de zwaartekracht in, wanneer een opende kracht wordt uitgeoefend 13 op hekvleugel 6b. Wanneer die kracht wegvalt draait het bovendeel 25 vanzelf weer terug, naar de sluitstand van hekvleugel 6b. Een alternatief is het hellend plaatsen van de draaihartlijnen van de hekvleugels.
Aan de buitenzijde zijn de bovendelen 25 van de hekvleugels 6a,6b 5 voorzien van een detectiearm 18a, 18b, die opgemerkt kan worden door een sensor 17a, 17b op hek 5a,5b. De sensor 17a, 17b kan bijvoorbeeld een nabijheidssensor zijn, die een signaal afgeeft wanneer de arm 18a,18b op een bepaalde afstand is gekomen, of een reeks van dergelijke sensoren wanneer gewenst is om meer informatie te verkrijgen omtrent de zwenkstand van de 10 hekvleugels 6a,6b. Ook kan naast een nabijheidssensor gebruik worden gemaakt van een hoekuitslagdetector, bijvoorbeeld met een potentiometer waarbij de gemeten spanning een maat is voor de uitslag. Begrepen zal worden dat bij het plaatsen van de sensoren 17a, 17b etc. rekening gehouden wordt met de verticale beweging (C) indien de zelfsluitende constructie van figuur 2B wordt toegepast.
15 Direct benedenstrooms, aan de uitgangszijde van doorgang 8, zijn de aanslagen 7a,7b verzwenkbaar (E) om staanders 21a,21b. Aan de vrije einden van de aanslagen 7a,7b zijn de einden van zuigerstangen van hydraulische of pneumatische cilinders 9a,9b draaibaar bevestigd. De cilinders 9a,9b zijn met hun andere eind verzwenkbaar bevestigd op steunen 23a,23b, die 20 vast zijn bevestigd op eindhekken 22a,22b. De stand van de cilinders 9a,9b wordt opgenomen met sensoren 19a, 19b die werkzaam zijn verbonden met het besturingssysteem 15.
Indien tijdens gebruik een reeks koeien K1 etc. door de ingang 2 moeten gaan laat men de cilinders 9a,9b in de ingetrokken stand staan, zodat de 25 zwenkbewegingen van de hekvleugels 6a,6b niet wordt belemmerd door de aanslagen 7a,7b. De koeien K1-29 zijn in opeenvolging door de ID sensor 16 opgemerkt en door het besturingssysteem 15 is vastgesteld dat zij doorgang moeten krijgen. De koeien K1-30 kunnen die toegang eenvoudig verkrijgen door door te lopen en met hun lichaam de hekvleugels 6a,6b open te duwen (figuur 30 3A). Na iedere passage vallen de hekvleugels 6a,6b vanzelf weer terug naar de in figuur 3B weergegeven sluitstand. De volgende koe, bijvoorbeeld K 30 ziet de hekvleugels 6a,6b naar zich toe zwenken en een ogenschijnlijke barrière vormen, waardoor zij enigermate haar vaart zal inhouden. Dat effect kan benut worden wanneer door de ID sensor 16 koe K31 wordt opgemerkt en door het 14 besturingssysteem 15 wordt vastgesteld dat die koe (nog) geen doorgang mag krijgen Omdat de koe K31 even heeft ingehouden kan er voldoende tijd zijn om de cilinders 9a,9b, aangestuurd door het besturingssysteem 15, uit te zetten (D) om de aanslagen 7a,7b met hoge snelheid (V1) te laten verzwenken (richting E) tot 5 tegen of vlakbij de de uitgang gekeerde zijden van de hekvleugels 6a,6b, en ze in die stand te houden. Wanneer koe K31 vervolgens de hekvleugels 6a,6b wil openduwen wordt opening verhinderd door de aanslagen 7a,7b (figuur 3C).
Indien de niet door te laten koe (K50, zie figuur 3D) te dicht op de voorgaande koe liep, bijvoorbeeld met haar kop direct achter de kont van de 10 voorgaande koe reikte, kan een volledige zelfsluiting zijn verhinderd. Zoals weergegeven in figuur 3D kan de koe K50 met de snuit sluiting van hekvleugel 6b hebben voorkomen. Omdat koe K50 niet mag worden doorgelaten worden de cilinders 9a,9b toch geactiveerd. De cilinder 9b kan zijn werkslag volledig en onbelemmerd uitvoeren. De cilinder 9a kan onbelemmerd uitgezet worden 15 (snelheid V1) totdat de aanslag 7a tegen de enigszins open staande hekvleugel 9a aankomt. Vanaf dat moment kan de hekvleugel 9a niet verder open geduwd worden. De werkdruk voor de cilinders 9a,9b is zodanig, dat de cilinder 9a de hekvleugel 6a, tegen een door de koe K50 geleverde weerstandskracht in, naar de sluitstand kan dwingen. Dat gaat dan op een lagere snelheid V2 dan in het 20 eerste traject van beweging van de aanslagen. De koe K50 wordt daarbij door de sluitende beweging van hekvleugel 6a teruggedrongen, naar de positie van figuur 3E.
Wanneer het gebied benedenstrooms van het ingangshekstelsel 3 is aangepast voor ontvangst van koe K50 kunnen de cilinders 9a,9b weer worden 25 ingetrokken naar de in figuur 3A weergegeven stand van vrije doorloop.
De beweging van de hekvleugels 6a,6b, zoals geregistreerd door de nabijheidssensor(en) en/of hoekuitslagdetectors, kan door het besturingssysteem gebruikt worden voor vaststellen van een door een dier voltooide pasage en het tellen van die voltooide passages, zie stroomschema van figuur 5B. Zo kan het 30 optreden van een maximale uitslag, bijvoorbeeld opgemerkt door de nabijheidssensor, van één hekvleugel verwerkt worden als het optreden van een voltooide passage. Men kan er, afhankelijk van de optredende afmetingen, ook voor kiezen om een voltooide passage pas te registreren wanneer beide hekvleugels een bepaalde uitslag hebben bereikt. Ook kan men er voor kiezen om 15 een voltooide passage pas dan te registeren indien een bepaalde uitslag voor een bepaalde tijd is bereikt/overschreden, waartoe het besturingssysteem is voorzien van een timer. Ook kan men er voor kiezen om, wanneer hoekuitslagdetectors het volgen van de uitslag van een of beide hekvleugels mogelijk maken, daaruit een 5 patroon op te maken en dat door het besturingssysteem te laten vergelijken met een referentiepatroon van hekvleugelbeweging bij een passage. Bij overeenstemming, binnen een bepaalde marge, tussen beide patronen registreert het besturingssysteem een voltooide passage en wordt die geteld.
Het besturingssysteem zal in overeenstemming met de gekozen 10 verwerkingsmethode geprogrammeerd en daarop ingericht zijn.
Het ingangshekstelsel 3 kan op vele plaatsen worden ingezet. In de figuren 4A-D wordt toepassing in het sorteersysteem van figuur 1 toegelicht.
In figuur 4A zijn de sorteerhekken 11a en 11b geplaatst om met vast hek 10a een pad I naar procesgebied 4a te bepalen voor koeien Kn, Kn+1, etc. 15 Zolang de ID sensor koeien opmerkt waarvoor het besturingssysteem geprogrammeerd is het pad I vrij te geven lopen de koeien door ingangshekstelsel 3, door eenvoudig open duwen van hekvleugels 6a,6b (de aanslagen 7a,7b zijn in de ruststand geplaatst), tussen hekken 10a en 11a,11b door naar het uitgangshek met hekvleugels 14a die net als hekvleugels 6a,6b open geduwd kunnen worden 20 en zelfsluitend zijn.
Op de hiervoor beschreven wijze wordt elke voltooide passage van een koe door doorgang δ van ingangshekstelsel 3 geregistreerd en geteld (Ni). Eenzelfde registratie en telling Nu wordt uitgevoerd bij hekvleugels 14a, op vergelijkbare wijze, door besturingssysteem 15. De uitgangshekken zijn daartoe 25 eveneens van middelen (27a,b,28a,b,29a,b,30a,b voorzien voor het opmerken van de beweging van de hekvleugels 14a,14b,14c,14d, bijvoorbeeld overeenkomstig de hekvleugels 6a,6b, welke opmerkmiddelen werkzaam zijn verbonden met de besturingseenheid 15..
Indien koe Kn+3 in de ingang 2 opgemerkt wordt door ID sensor 30 (figuur 4B) stelt het besturingssysteem 15 vast dat die koe, en waarschijnlijk de daarachter lopende koeien, niet bestemd zijn voor procesgebied 4a, maar voor procesgebied 4d. Het ingangshekstelsel 3 wordt door bediening van de cilinders 9a,9b gesloten, op de hiervoor beschreven wijze. Vervolgens vergelijkt het besturingssysteem 15 de waarden Ni en Nu. Bij afwijking, hetgeen er op duidt dat 16 er nog een of meerdere koeien in de sorteerruimte 40, het pad I, verblijven, blijft de beweging van de hekvleugels 14a voor een bepaalde tijd gevolgd worden en wordt eventueel een uitdrijfmiddel geactiveerd, dan wel een alarmsignaal afgegeven zodat een persoon kan ingrijpen. Wanneer het besturingssysteem 15 5 vaststelt dat Ni = Nu, activeert het de aandrijving van sorteerhek 11a (figuur 4C). Doordat er geen koeien aanwezig zijn in de sorteerruimte 40 bestaat er geen risico van verwonding van de dieren. Wanneer het sorteerhek 11a is omgezet is een pad II bepaald, zie figuur 4D, begrensd door vast hek 10e en sorteerhek 11c. De koeien Kn+3, Kn+4, Kn+5, etc. kunnen na het vrijgeven van de hekvleugels 10 6a,6b door verplaatsing van de aanslagen 7a,7b naar de ruststand pad II doorlopen en de sorteerruimte 40 via hekvleugels 14d verlaten naar procesruimte 4d. De beweging van de hekvleugels 6a,6b en 14d wordt weer gevolgd en voltooide passages aan ingang en uitgang weer geteld. Een passend stroomschema is afgebeeld in figuren 5C en 5D.
15 De bovenstaande beschrijving is opgenomen om de werking van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding te illustreren, en niet om de reikwijdte van de uitvinding te beperken. Uitgaande van de bovenstaande uiteenzetting zullen voor een vakman vele variaties evident zijn die vallen onder de geest en de reikwijdte van de onderhavige uitvinding.
20 1035289

Claims (52)

1. Samenstel van een door zijbegrenzingen (5a,5b) begrensde doorgang (2) voor vee, zoals rundvee, van een eerste ruimte naar een tweede 5 ruimte, waarbij in de doorgang een hekstelsel (3) is aangebracht, waarbij het hekstelsel althans één zelfsluitende hekvleugel (6a;6b) heeft die beweegbaar is tussen een sluitstand en één of meer open standen, inbegrepen een doorlaatstand waarin voor een dier van het vee de doorgang naar de tweede ruimte mogelijk is, waarbij de hekvleugel opgesteld is voor beweging naar een 10 open stand door uitoefening van druk door een de doorgang naar de tweede ruimte toe doorlopend dier van het vee, waarbij het samenstel voorts voorzien is van middelen (16) voor het bepalen van een ID van een dier van het vee, van middelen (7a,9a;7b,9b) voor het blokkeren van de hekvleugel in een beweging naar een doorlaatstand, welke blokkeermiddelen activeerbaar zijn naar een 15 blokkeerstand in respons op gegevens van de ID bepalingsmiddelen.
2. Samenstel volgens conclusie 1, waarbij de blokkeermiddelen geheel aan de zijde van de tweede ruimte van de hekvleugel zijn gelegen.
3. Samenstel volgens conclusie 1 of 2, waarbij de blokkeermiddelen in de gedeactiveerde stand op afstand gelegen zijn van de hekvleugel in de sluitstand.
4. Samenstel volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij de blokkeermiddelen 25 een aanslag (7a;7b) omvatten voor blokkerende aanslag tegen de naar de tweede ruimte gekeerde oppervlakken van de hekvleugel.
5. Samenstel volgens conclusie 4, omvattend middelen (9a;9b) voor het in en uit de bewegingsbaan van de hekvleugel brengen van de aanslag. 30
6. Samenstel volgens conclusie 4 of 5, omvattend middelen (9a;9b) voor het verplaatsen van de aanslag tussen een aantal binnen de bewegingsbaan van de hekvleugel gelegen posities, die langs de bewegingsbaan op afstand van elkaar gelegen zijn. 1035289
7. Samenstel volgens conclusie 6, waarbij de verplaatsingsmiddelen (9a;9b) ingericht zijn voor het verplaatsen van de aanslag van een de hekvleugel in een open stand tegenhoudende stand naar een de hekvleugel in de sluitstand 5 houdende stand.
8. Samenstel van een door zijbegrenzingen (5a,5b) begrensde enkelvoudige doorgang (2) voor vee, zoals rundvee, van een eerste ruimte naar een tweede ruimte, waarbij in de doorgang een hekstelsel (3) is aangebracht, 10 waarbij het hekstelsel althans één zelfsluitende hekvleugel (6a;6b) heeft die beweegbaar is tussen een sluitstand en één of meer open standen, inbegrepen een doorlaatstand waarin voor een dier van het vee de doorgang van de eerste ruimte naar de tweede ruimte mogelijk is, waarbij de hekvleugel opgesteld is voor beweging naar een open stand door uitoefening van druk door een de doorgang 15 naar de tweede ruimte toe doorlopend dier van het vee, waarbij het samenstel voorts voorzien is van aan de zijde van de tweede ruimte van de hekvleugel, vanuit een ruststand tot in de zwenkbaan daarvan, in een actieve stand plaatsbare aanslagmiddelen (7a;7b) voor het tegenhouden van de hekvleugel te bewegen tot in een doorlaatstand. 20
9. Samenstel volgens conclusie 8, waarbij de aanslagmiddelen (7a;7b) in de actieve stand opgesteld zijn voor aanslag tegen naar de tweede ruimte gekeerde oppervlakken van de hekvleugel.
10. Samenstel volgens conclusie 8 of 9, omvattend middelen (9a;9b) voor het verplaatsen van de aanslag tussen een aantal binnen de bewegingsbaan van de hekvleugel gelegen posities, die langs de bewegingsbaan op afstand van elkaar gelegen zijn.
11. Samenstel volgens conclusie 10, waarbij de verplaatsingsmiddelen (9a;9b) ingericht zijn voor het verplaatsen van de aanslag van een de hekvleugel in een open stand tegenhoudende stand naar een de hekvleugel in de sluitstand
12. Samenstel volgens één der conclusies 8-11, voorts voorzien middelen (16) voor het bepalen van een ID van een dier van het vee, waarbij de aanslagmiddelen activeerbaar zijn naar een blokkeerstand voor de hekvleugel in respons op gegevens van de ID bepalingsmiddelen.
13. Samenstel volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het samenstel is voorzien van middelen (17a, 18a; 17b, 18b) voor het opmerken van een stand van de hekvleugel, waarbij de blokkeer- of aanslagmiddelen verplaatsbaar zijn naar een blokkeerstand in afhankelijkheid van de registratie van de opmerkmiddelen. 10
14. Samenstel volgens conclusies 11 en 7 of 13, waarbij de blokkeer- of aanslagmiddelen met een eerste snelheid verplaatsbaar zijn naar de de hekvleugel in een open stand tegenhoudende stand en met een tweede, lagere snelheid naar een de hekvleugel in de sluitstand houdende stand. 15
15. Samenstel volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het samenstel is voorzien van middelen voor het opmerken van een stand van de hekvleugel, en van telmiddelen voor het genereren van een telsignaal in afhankelijkheid van een bepaalde, door de opmerkmiddelen opgemerkte 20 zwenkbeweging van de hekvleugel.
16. Samenstel volgens conclusie 15, waarbij de telmiddelen ingericht zijn voor het genereren van een telsignaal in afhankelijkheid van de door de opmerkmiddelen opgemerkte grootte van de uitslag van de hekvleugel. 25
17. Samenstel volgens conclusie 15 of 16, waarbij de telmiddelen ingericht zijn voor het genereren van een telsignaal in afhankelijkheid van de duur van de door de opmerkmiddelen opgemerkte uitslag van de hekvleugel.
18. Samenstel volgens conclusie 15, 16 of 17, waarbij de telmiddelen ingericht zijn voor het genereren van een telsignaal in afhankelijkheid van het door de opmerkmiddelen opgemerkte bewegingspatroon van de deurvleugel in een periode tussen twee opeenvolgende sluitstanden.
19. Samenstel volgens conclusie 16, 17 of 18, voorzien van een besturingseenheid (15) met een geheugen en met middelen voor het in het geheugen invoeren van een referentiewaarde voor de grootte van de uitslag, de duur van de uitslag en/of een patroon van een hekvleugelbeweging, en voorts met 5 middelen voor het vergelijken van de door de opmerkmiddelen opgemerkte uitslaggrootte, uitslagduur en/of het door de opmerkmiddelen opgemerkte bewegingspatroon met de referentiewaarde respectievelijk het referentiepatroon en het op basis van de uitkomst van die vergelijking door de telmiddelen laten genereren van een telsignaal voor opslag in het geheugen. 10
20. Samenstel volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het hekstelsel (3) twee hekvleugels (6a,6b) omvat die verzwenkbaar zijn om eigen, bij respectieve zijbegrenzingen gelegen zwenkassen (20a,20b).
21. Samenstel volgens conclusie 20, wanneer afhankelijk van één der conclusies 15-19, waarbij de opmerkmiddelen voorzien zijn voor het opmerken van de beweging van beide hekvleugels en de besturingseenheid ingericht is voor het vergelijken van een referentiewaarde voor een gecombineerde grootte van de uitslagen, de duur van de uitslagen en/of een patroon van hekvleugelbewegingen, 20 met die welke opgemerkt zijn, en het op basis van de uitkomst van die vergelijking door de telmiddelen laten genereren van een telsignaal voor opslag in het geheugen.
22. Samenstel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het 25 hekstelsel een eenweghekstelsel is dat slechts doorgang naar de tweede ruimte toelaat.
23. Samenstel van een door zijbegrenzingen (5a,5b) begrensde doorgang (2) voor vee, zoals rundvee, van een eerste ruimte naar een tweede 30 ruimte, waarbij in de doorgang een hekstelsel (3) is aangebracht, waarbij het hekstelsel althans één zelfsluitende hekvleugel (6a;6b) heeft die beweegbaar is tussen een sluitstand en één of meer open standen, inbegrepen een doorlaatstand waarin voor een dier van het vee de doorgang naar de tweede ruimte mogelijk is, voorts voorzien van middelen voor het teilen van het aantal de doorgang naar de tweede ruimte doorgelopen dieren, waarbij de telmiddelen ingericht zijn voor het afgeven van een telsignaal in afhankelijkheid van een door opmerkmiddelen opgemerkte verplaatsing van de hekvleugel.
24. Samenstel volgens conclusie 23, waarbij de telmiddelen ingericht zijn voor het afgeven van een telsignaal in afhankelijkheid van de door de opmerkmiddelen opgemerkte grootte van de uitslag van de hekvleugel.
25. Samenstel volgens conclusie 23 of 24, waarbij de telmiddelen 10 ingericht zijn voor het afgeven van een telsignaal in afhankelijkheid van de duur van de door de opmerkmiddelen opgemerkte uitslag van de hekvleugel.
26. Samenstel volgens conclusie 23, 24 of 25, waarbij de telmiddelen ingericht zijn voor het afgeven van een telsignaal in afhankelijkheid van het door 15 de opmerkmiddelen opgemerkte bewegingspatroon van de deurvleugel in een periode tussen twee opeenvolgende sluitstanden.
27. Samenstel volgens conclusie 23, 24 of 25, voorzien van een besturingseenheid (15) met een geheugen en met middelen voor het in het 20 geheugen invoeren van een referentiewaarde voor de grootte van de uitslag, de duur van de uitslag en/of een patroon van een hekvleugelbeweging, en voorts middelen voor het vergelijken van de door de opmerkmiddelen opgemerkte uitslaggrootte, uitslagduur en/of het door de opmerkmiddelen opgemerkte bewegingspatroon met de referentiewaarde respectievelijk het referentiepatroon 25 en het op basis van de uitkomst van die vergelijking door de telmiddelen laten genereren van een telsignaal voor opslag in het geheugen.
28. Samenstel volgens één der conclusies 23-27, waarbij de hekvleugel is opgesteld voor beweging naar een open stand door uitoefening van druk door 30 een de doorgang naar de tweede ruimte toe doorlopend dier van het vee.
29. Samenstel volgens één der conclusies 23-28, waarbij het hekstelsel (3) twee hekvleugels (6a,6b) omvat die verzwenkbaar zijn om eigen, bij respectieve zijbegrenzingen gelegen zwenkassen (20a,20b), waarbij de opmerkmiddelen bij voorkeur voorzien zijn voor het opmerken van de beweging van beide hekvleugels en de besturingseenheid ingericht is voor het vergelijken van een referentiewaarde voor een gecombineerde grootte van de uitslagen, de duur van de uitslagen en/of een patroon van hekvleugelbewegingen, met die 5 welke opgemerkt zijn, en het op basis van de uitkomst van die vergelijking door de telmiddelen laten genereren van een telsignaal voor opslag in het geheugen.
30. Samenstel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het hekstelsel een eenweghekstelsel is dat slechts doorgang naar de tweede ruimte 10 toelaat.
31. Systeem (1) voor het sorteren van vee, omvattend een door begrenzingen omgeven sorteervak (40), een toegangspoort (3) naar het sorteervak en twee of meer uitgangspoorten (14a;14b;14c;14d) van het 15 sorteervak, en althans één verplaatsbare sorteerwand (11a;11b;11c), zoals een sorteerhek, waarbij de ingangspoort en de uitgangspoorten elk althans één hekvfeugel hebben die beweegbaar is tussen een sluitstand en één of meer doorlaatstanden, voorts omvattend eerste telmiddelen voor het vaststellen van een doorgang van een dier door de toegangspoort en tweede, derde, etc. 20 telmiddelen voor het vaststellen van een doorgang van een dier door een respectieve uitgangspoort, en een programmeerbare besturingseenheid (15) waarmee de genoemde telmiddelen werkzaam zijn verbonden, waarbij het systeem voorts is voorzien van eerste sluitmiddelen (9a,9b) voor het in een sluitstand houden van de toegangspoort, waarbij het systeem voorts omvat 25 aandrijfmiddelen voor het verplaatsen van de sorteerwand tussen een het vee van de toegangspoort naar een eerste uitgangspoort sturende stand naar een het vee van de toegangspoort naar een tweede uitgangspoort sturende stand, waarbij de besturingseenheid ingericht is voor het op basis van een vergelijking van de gegevens van de tweede telmiddelen met de gegevens van de eerste telmiddelen 30 activeren van de aandrijfmiddelen voor de sorteerwand.
32. Systeem volgens conclusie 31, waarbij de besturingseenheid (15) is ingericht voor het activeren van de aandrijfmiddelen voor de sorteerwand (11a;11b;11c) op voorwaarde van door de besturingseenheid bepaalde afwezigheid van dieren in het gebruikte sorteervak.
33. Systeem volgens conclusie 31 of 32, waarbij de besturingseenheid (15) is ingericht voor het deactiveren van de eerste sluitmiddelen (9a,9b) na afloop 5 van een gewenste verplaatsing van de sorteerwand (11a;11b;11c).
34. Systeem volgens conclusie 31, 32 of 33, waarbij de ingangspoort uitgevoerd is met een samenstel met hekstelsel (3) volgens één der conclusies 1-30. 10
35. Werkwijze voor het geleiden van vee in een doorgang, waarbij de doorgang een ingang en een uitgang heeft en voorzien is van een éénweghekstelsel dat slechts doorgang van de ingang naar de uitgang kan toelaten, waarbij het hekstelsel althans één zelfsluitende hekvleugel heeft die 15 beweegbaar is tussen een sluitstand en één of meer doorlaatstanden, waarbij een reeks dieren in serie via de ingang in de doorgang wordt toegelaten en de dieren achtereenvolgens op afstand vóór de hekvleugel worden onderworpen aan een ID test en in serie worden doorgelaten naar de uitgang door de dieren in opeenvolging met hun lichaam de hekvleugel naar een doorlaatstand opzij te laten 20 duwen, waarbij de hekvleugel na iedere passage van een dier uit zichzelf beweegt naar de sluitstand, waarbij na het opmerken van een dier van het vee met een voor toegang ongewenst ID de hekvleugel na het doorlaten van het in de serie voorgaande dier wordt geblokkeerd naar een doorlaatstand te bewegen.
36. Werkwijze volgens conclusie 35, waarbij indien de hekvleugel na het doorlaten van het in de serie voorgaande dier in de sluitstand komt de hekvleugel in die stand wordt geblokkeerd.
37. Werkwijze volgens conclusie 35, waarbij indien de hekvleugel na het 30 doorlaten van het in de serie voorgaande dier door het volgende dier althans enigszins opengehouden wordt, de hekvleugel in die stand wordt tegengehouden verder te openen.
38. Werkwijze volgens conclusie 37, waarbij de hekvleugel vervolgens naar de sluitstand wordt gedwongen.
39. Werkwijze volgens conclusie 35, waarbij indien de hekvleugel na het doorlaten van het in de serie voorgaande dier door het volgende dier in de 5 doorlaatstand wordt gehouden, de hekvleugel naar de sluitstand wordt gedwongen.
40. Werkwijze volgens conclusie 35, waarbij het hekstelsel twee in sluiting samenwerkende hekvleugels omvat, waarbij indien slechts één van de 10 beide hekvleugels zich na het doorlaten van het in de serie voorgaande dier in de doorlaatstand bevindt de andere hekvleugel in zijn stand wordt tegengehouden (verder )te openen.
41. Werkwijze volgens conclusie 40, waarbij eerstgenoemde hekvleugel 15 zelfsluitend wordt gelaten.
42. Werkwijze volgens conclusie 40, waarbij eerstgenoemde hekvleugel naar de sluitstand wordt gedwongen.
43. Werkwijze voor het sorteren van vee met behulp van een door begrenzingen omgeven sorteervak met een toegangspoort naar het sorteervak en twee of meer uitgangspoorten vanuit het sorteervak, en althans één door een besturingseenheid aanstuurbare aandrijfmiddelen verplaatsbare sorteerwand, zoals een sorteerhek, waarmee een verbinding tussen de toegangspoort en een 25 gekozen van de uitgangspoorten wordt bepaald, waarbij de ingangspoort en de uitgangspoorten elk althans één hekvleugel hebben die beweegbaar is tussen een sluitstand en één of meer doorlaatstanden, waarbij elke doorgang van een dier van het vee door de toegangspoort wordt geteld door een automatische eerste teller en elke doorgang van een dier van het vee door de geselecteerde 30 uitgangspoort wordt geteld door een automatische bijbehorende teller, waarbij enige tijd na een sluiting van de toegangspoort de gegevens van beide tellers in de besturingseenheid met elkaar worden vergeleken en bij vaststelling van ongelijke telwaarden daarvoor de besturingseenheid de aandrijfmiddelen niet activeert.
44. Werkwijze volgens conclusie 43, waarbij de besturingseenheid de aandrijfmiddelen activeert bij vaststelling van gelijke telwaarden, om de sorteerwand te verplaatsen om een verbinding tussen de toegangspoort en een 5 gekozen andere uitgangspoort te gaan bepalen, waarna de besturingseenheid de toegangspoort weer vrijgeeft.
45. Werkwijze volgens conclusie 43, waarbij bij vaststelling van een grotere telwaarde voor de toegangspoort dan voor de uitgangspoort de 10 besturingseenheid de aandrijfmiddelen activeert voor het naar de uitgangspoort drijven van in de verbinding aanwezige dieren.
46. Werkwijze volgens conclusie 43, waarbij de vergelijking wordt herhaald totdat vastgesteld is dat beide telwaarden gelijk zijn. 15
47. Werkwijze volgens één der conclusies 43-46, waarbij de telling gebaseerd wordt op de uitslagbeweging van de hekvleugel.
48. Werkwijze volgens conclusie 47, waarbij de telling gebaseerd wordt 20 op het aantal malen dat de hekvleugel een bepaalde uitslag bereikt.
49. Werkwijze volgens conclusie 47 of 48, waarbij de telling gebaseerd wordt op het aantal malen dat de hekvleugel een bepaalde uitslag bereikt binnen een bepaalde periode.
50. Werkwijze volgens conclusie 47, 48 of 49, waarbij de telling gebaseerd wordt op het aantal keren dat de hekvleugel in uitgeslagen stand, over een bepaalde periode, een voorafbepaald patroon volgt.
51. Inrichting voorzien van een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bijgevoegde tekeningen getoonde kenmerkende maatregelen.
52. Werkwijze voorzien van een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bijgevoegde tekeningen getoonde kenmerkende maatregelen. 1035289
NL1035289A 2008-04-14 2008-04-14 Voorzieningen en werkwijze voor het scheiden en het sorteren van vee. NL1035289C2 (nl)

Priority Applications (14)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1035289A NL1035289C2 (nl) 2008-04-14 2008-04-14 Voorzieningen en werkwijze voor het scheiden en het sorteren van vee.
EP12163141.0A EP2484203B1 (en) 2008-04-14 2009-04-09 Facility for counting livestock
NZ587480A NZ587480A (en) 2008-04-14 2009-04-09 Facilities for and method of separating and sorting livestock
PL09733071T PL2268130T5 (pl) 2008-04-14 2009-04-09 Instalacja i sposób do rozdzielania i sortowania inwentarza żywego
DK09733071.6T DK2268130T4 (da) 2008-04-14 2009-04-09 Indretninger til og fremgangsmåde til at adskille og sortere husdyrbesætning
NZ600798A NZ600798A (en) 2008-04-14 2009-04-09 Facilities for and Method of Separating and Sorting Livestock
EP09733071.6A EP2268130B2 (en) 2008-04-14 2009-04-09 Facilities for separating and sorting livestock
NZ600796A NZ600796A (en) 2008-04-14 2009-04-09 Facilities for an Method of Separating and Sorting Livestock
EP12163142.8A EP2484204B1 (en) 2008-04-14 2009-04-09 Facilities for and method of separating and sorting livestock
AU2009236780A AU2009236780B2 (en) 2008-04-14 2009-04-09 Facilities for and method of separating and sorting livestock
PCT/NL2009/000090 WO2009128705A1 (en) 2008-04-14 2009-04-09 Facilities for and method of separating and sorting livestock
US12/904,325 US8418660B2 (en) 2008-04-14 2010-10-14 Facilities for and method of separating and sorting livestock
US13/647,459 US9119373B2 (en) 2008-04-14 2012-10-09 Facilities for and method of separating and sorting livestock
US13/647,460 US8919294B2 (en) 2008-04-14 2012-10-09 Facilities for and method of separating and sorting livestock

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1035289 2008-04-14
NL1035289A NL1035289C2 (nl) 2008-04-14 2008-04-14 Voorzieningen en werkwijze voor het scheiden en het sorteren van vee.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1035289C2 true NL1035289C2 (nl) 2009-10-15

Family

ID=39811883

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1035289A NL1035289C2 (nl) 2008-04-14 2008-04-14 Voorzieningen en werkwijze voor het scheiden en het sorteren van vee.

Country Status (8)

Country Link
US (3) US8418660B2 (nl)
EP (3) EP2484203B1 (nl)
AU (1) AU2009236780B2 (nl)
DK (1) DK2268130T4 (nl)
NL (1) NL1035289C2 (nl)
NZ (3) NZ600796A (nl)
PL (1) PL2268130T5 (nl)
WO (1) WO2009128705A1 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN105309319A (zh) * 2014-06-04 2016-02-10 姜伟 宠物自动如厕系统及方法

Families Citing this family (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US8616155B2 (en) * 2009-04-01 2013-12-31 Delaval Holding Ab Milking arrangement for animals
US8061303B2 (en) * 2009-05-28 2011-11-22 Landon Ray Miller Animal isolator
US8955459B2 (en) 2010-06-21 2015-02-17 Technologies Holdings Corp. Crowd gate control system and method
US10222383B2 (en) 2016-01-29 2019-03-05 Advanced Animal Diagnostics, Inc. Methods and compositions for detecting mycoplasma exposure
DE102017100191A1 (de) * 2017-01-06 2018-07-12 Kormatec Gmbh Verfahren und Vorrichtung zur individuellen Überwachung einer Gruppe von Tieren, insbesondere Mastschweinen in Gruppenhaltung
EP3428925B1 (en) 2017-07-12 2022-06-29 Siemens Healthcare GmbH Method and system for clinical decision support with local and remote analytics
US11617353B2 (en) * 2018-06-27 2023-04-04 Radmantis Llc Animal sensing system
EP3968762A1 (en) * 2019-05-17 2022-03-23 DeLaval Holding AB Method and control arrangement for controlling an automated crowd gate
CN111642406B (zh) * 2020-06-23 2021-12-28 山东省农业科学院畜牧兽医研究所 一种羊养殖用分拨养殖羊舍
NL2033400B1 (en) 2022-10-26 2024-05-14 Agis Automatisering B V System for controlling movement of livestock animals

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL7413707A (nl) * 1973-10-19 1975-04-22 Peter Humphrey Jowett Veebehandelingsinrichting.
FR2598236A1 (fr) * 1986-05-05 1987-11-06 Vayrac Marc Compteur d'animaux
GB2190945A (en) * 1986-04-16 1987-12-02 David Malcolm Berkley Sheep gate
WO1995005735A1 (de) * 1993-08-26 1995-03-02 Westfalia Separator Aktiengesellschaft Vorrichtung zur tiersortierung
WO2007117134A1 (en) * 2006-04-12 2007-10-18 Maasland N.V. A method of and an installation for feeding an animal in a feeding box

Family Cites Families (26)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1468676A (en) 1973-10-19 1977-03-30 Jowett P Stock handling installation
DE3605038A1 (de) * 1986-02-18 1987-08-20 Juergen Lemmer Verfahren und vorrichtung zum absondern ausgewaehlter tiere aus einer tierherde
US5183008A (en) * 1991-02-11 1993-02-02 Dec International, Inc. Livestock sorting system having identification sensor and gate mounted exit switch
JPH06225658A (ja) * 1993-02-04 1994-08-16 Kubota Corp 歩行動物の分離装置
NL9500362A (nl) * 1994-04-14 1995-11-01 Maasland Nv Werkwijze voor het automatisch melken van dieren en inrichting waarin deze werkwijze kan worden toegepast.
US5596945A (en) * 1994-07-01 1997-01-28 Van Der Lely; Cornelis Construction for automatically milking animals
SE9404542D0 (sv) * 1994-12-28 1994-12-28 Tetra Laval Holdings & Finance An arrangement for managing a herd of freely walking animals, and a method of and a device for separating an animal from a herd of freely walking animals
US5628284A (en) * 1995-06-06 1997-05-13 Alfa Laval Agri, Inc. Livestock cutter gate apparatus
US5803015A (en) * 1997-01-21 1998-09-08 Alfa Laval Agri Inc. Dairy parlor entry gate
AUPO608097A0 (en) * 1997-04-09 1997-05-01 Sorraghan, Kevin Animinal sorting module
NL1008244C2 (nl) 1998-02-09 1999-08-10 Idento Electronics Bv Voederinrichting voor vee.
US6341582B1 (en) 1998-09-28 2002-01-29 Babson Bros. Co. Livestock sorting system
US6213058B1 (en) * 1999-02-17 2001-04-10 Sioux Automation Center, Inc. Animal chute
SE517257C2 (sv) 1999-08-02 2002-05-14 Delaval Holding Ab Grind för kreaturshanteringssystem
DE10003630A1 (de) 2000-01-28 2001-08-02 Marantec Antrieb Steuerung Antrieb für Verschließelemente mit drehzahlvariablem Abtrieb
DE20018646U1 (de) * 2000-10-31 2001-03-22 Skiold Nederland B.V., Varsseveld Mastviehmeßschleuse sowie Stall, versehen mit einer derartigen Mastviehmeßschleuse
NL1018046C1 (nl) * 2001-02-13 2002-08-14 Lely Entpr Ag Inrichting en werkwijze voor het beheren van een kudde dieren.
NL1019118C2 (nl) 2001-10-05 2003-04-09 Lely Entpr Ag Samenstel van een poort voor gebruik in dierverkeer, een poortontgrendelingsinrichting, een inrichting voor het opwekken van een ontgrendelingssignaal en een eerste en een tweede ruimte waartussen de poort plaatsbaar is.
ES2330593T3 (es) 2002-06-05 2009-12-11 Osborne Industries, Inc. Sistema de gestion de ganado y metodo para la distribucion de alimento a los animales segun su peso.
SE0203580D0 (sv) * 2002-12-03 2002-12-03 Delaval Holding Ab An apparatus for detecting animals
NL1024997C2 (nl) 2003-12-12 2005-06-14 Lely Entpr Ag Samenstel en werkwijze voor het beheren van een kudde vrij rond lopende dieren.
GB2426851B (en) * 2005-05-28 2007-07-18 Martin Charles Adams An occupant monitoring system for homes or offices
DK176415B1 (da) * 2005-06-17 2008-01-07 Asger Thorsen Sorteringsenhed til brug ved sortering af dyr
US8132538B1 (en) * 2006-06-08 2012-03-13 Schick Paul H System and method for gestation of sows in large pen gestation facilities
NL1035137C2 (nl) * 2008-03-06 2009-09-08 Lely Patent Nv Samenstel en werkwijze voor beweiding.
US8132539B2 (en) * 2008-10-29 2012-03-13 Epling Larry P Portable corral gate assembly

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL7413707A (nl) * 1973-10-19 1975-04-22 Peter Humphrey Jowett Veebehandelingsinrichting.
GB2190945A (en) * 1986-04-16 1987-12-02 David Malcolm Berkley Sheep gate
FR2598236A1 (fr) * 1986-05-05 1987-11-06 Vayrac Marc Compteur d'animaux
WO1995005735A1 (de) * 1993-08-26 1995-03-02 Westfalia Separator Aktiengesellschaft Vorrichtung zur tiersortierung
WO2007117134A1 (en) * 2006-04-12 2007-10-18 Maasland N.V. A method of and an installation for feeding an animal in a feeding box

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN105309319A (zh) * 2014-06-04 2016-02-10 姜伟 宠物自动如厕系统及方法
CN105309319B (zh) * 2014-06-04 2018-11-06 姜伟 宠物自动如厕系统及方法

Also Published As

Publication number Publication date
EP2484204A2 (en) 2012-08-08
AU2009236780A1 (en) 2009-10-22
US9119373B2 (en) 2015-09-01
US8418660B2 (en) 2013-04-16
PL2268130T5 (pl) 2016-08-31
EP2484204B1 (en) 2021-11-17
DK2268130T4 (da) 2016-05-30
EP2484203A2 (en) 2012-08-08
EP2484204A3 (en) 2016-02-24
EP2268130B1 (en) 2012-06-20
EP2268130B2 (en) 2016-02-24
US20130032098A1 (en) 2013-02-07
DK2268130T3 (da) 2012-07-23
EP2484203B1 (en) 2017-03-01
EP2484203A3 (en) 2016-02-24
PL2268130T3 (pl) 2012-10-31
NZ600798A (en) 2013-09-27
AU2009236780B2 (en) 2014-04-17
WO2009128705A1 (en) 2009-10-22
US20130032097A1 (en) 2013-02-07
EP2268130A1 (en) 2011-01-05
US8919294B2 (en) 2014-12-30
NZ587480A (en) 2012-07-27
NZ600796A (en) 2013-09-27
US20110023795A1 (en) 2011-02-03

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1035289C2 (nl) Voorzieningen en werkwijze voor het scheiden en het sorteren van vee.
CA2617245C (en) Method for automatically ascertaining the number of people and/or objects present in a gate
US8827155B2 (en) Access control gate
US8955459B2 (en) Crowd gate control system and method
JPH07504057A (ja) 文書取扱装置
AU2007233561B2 (en) Livestock handling device
US5979365A (en) Animal sorting module
US20120037090A1 (en) Automatic headgate
NL1008244C2 (nl) Voederinrichting voor vee.
NL1028755C2 (nl) Inrichting voor het beheren van dierverkeer.
AU2014200743A1 (en) Facilities for and method of separating and sorting livestock
EP4293641A2 (en) Use of an automatic passage gate for emergency opening and a checkout counter
WO2000013497A1 (en) Animal stall with gate adapted for goading the animal
US20220346346A1 (en) Animal Handling Device
NL1021663C2 (nl) Voerstation voor dieren en werkwijze voor het bedrijven van een voerstation voor dieren.
NZ519621A (en) Animal securing system
NL2010160C2 (en) Baggage checking device and method.
NL1020234C1 (nl) Voederdoseerinrichting.
JPH0731316A (ja) 歩行動物の管理システム
AU1640300A (en) Improvements in dairy bails

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20121101