NL1011760C2 - Werkwijze en inrichting voor het drogen van producten. - Google Patents
Werkwijze en inrichting voor het drogen van producten. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1011760C2 NL1011760C2 NL1011760A NL1011760A NL1011760C2 NL 1011760 C2 NL1011760 C2 NL 1011760C2 NL 1011760 A NL1011760 A NL 1011760A NL 1011760 A NL1011760 A NL 1011760A NL 1011760 C2 NL1011760 C2 NL 1011760C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- drying
- gas
- products
- flow
- supplied
- Prior art date
Links
Classifications
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F26—DRYING
- F26B—DRYING SOLID MATERIALS OR OBJECTS BY REMOVING LIQUID THEREFROM
- F26B25/00—Details of general application not covered by group F26B21/00 or F26B23/00
- F26B25/22—Controlling the drying process in dependence on liquid content of solid materials or objects
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F26—DRYING
- F26B—DRYING SOLID MATERIALS OR OBJECTS BY REMOVING LIQUID THEREFROM
- F26B21/00—Arrangements or duct systems, e.g. in combination with pallet boxes, for supplying and controlling air or gases for drying solid materials or objects
- F26B21/06—Controlling, e.g. regulating, parameters of gas supply
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Drying Of Solid Materials (AREA)
Description
Titel: Werkwijze en inrichting voor het drogen van producten.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het drogen van producten in een droogruimte, waarbij op directe of indirecte wijze thermische energie aan een stroom gas wordt toegevoerd en de stroom gas langs de 5 producten wordt geleid waarbij het debiet Φ van de stroom gas door de droogruimte en/of de hoeveelheid toegevoerde thermische energie Q wordt geregeld.
Een dergelijke, bekende werkwijze wordt bijvoorbeeld toegepast bij het drogen van producten die een verdere 10 bewerking moeten ondergaan, zoals keramische producten die in een volgende bewerking gebakken moeten worden of hout dat'in een volgende bewerking (verder) gezaagd moet worden. Voorts kan een dergelijke droogwerkwijze worden toegepast als eindbewerking, bijvoorbeeld het drogen van groente of 15 fruit.
Met name bij producten die bij vochtonttrekking krimpen is het van belang dat het drogen beheerst verloopt, aangezien door te snelle droging spanningen, vervormingen en scheuren in het product kunnen ontstaan.
20 Bij de bekende werkwijze voor het drogen van producten wordt het debiet Φ van de stroom gas en/of de hoeveelheid thermische energie Q geregeld door een luchttoevoerklep of energietoevoermechanisme te bedienen afhankelijk van voorgaande ervaringen met de te drogen 25 producten, bijvoorbeeld opgedaan tijdens simulatieprocessen en/of meting van de temperatuur van de stroom gas. Nadelig hiervan is dat de kans op schade aan de te drogen producten relatief groot is. Met name is dit het geval wanneer het uitgangsvochtigheidsgehalte van de te drogen producten niet 30 altijd gelijk is en/of in de droogruimte telkens andersoortige producten moeten worden gedroogd. In de praktijk leidt dit ertoe dat de producten zekerheidshalve relatief langzaam gedroogd worden. Dit kost niet alleen veel tijd, maar leidt eveneens tot verspilling van energie.
1011760 2
De uitvinding beoogt een werkwij2e van de in de aanhef genoemde soort waarbij bovengenoemde nadelen worden vermeden.
Daartoe verschaft de uitvinding een werkwijze voor 5 het drogen van producten in een droogruimte, waarbij op directe of indirecte wijze thermische energie aan een stroom gas wordt toegevoerd en de stroom gas langs de producten wordt geleid, waarbij het debiet Φ van de stroom gas door de droogruimte en/of de hoeveelheid toegevoerde 10 thermische energie Q wordt geregeld, waarbij voorts in of " nabij de droogruimte metingen worden verricht om de droogsnelheid van de producten in de droogruimte te bepalen en waarbij het debiet Φ van de stroom gas en/of de hoeveelheid toegevoerde thermische energie Q wordt geregeld 15 in afhankelijkheid van de bepaalde droogsnelheid.
Door het droogproces te regelen op grond van de droogsnelheid van de producten in de droogruimte wordt bereikt dat een directe regeling van het proces mogelijk is en dat de kans op het optreden van schade door te snelle 20 droging aanzienlijk verkleind kan worden. Voorts kan de veiligheidsmarge tussen de gerealiseerde droogsnelheid en de maximale droogsnelheid van de producten kleiner worden gekozen, waardoor de producten sneller en energiezuiniger kunnen worden gedroogd. Tevens kan tijdens het drogen 25 gemakkelijk ingespeeld worden op een afwijkend uitgangsvochtigheidsgehalte van de te drogen producten en kan gemakkelijk gewisseld worden van het type te drogen product.
Door voorts het debiet Φ van de stroom gas en/of de 30 hoeveelheid toegevoerde thermische energie Q te regelen afhankelijk van het verschil tussen de bepaalde droogsnelheid en een vooraf vastgestelde, gewenste droogsnelheid wordt bereikt dat voor een bepaald type product met een bepaalde vochtigheidsgraad de droogsnelheid 35 in de droogruimte de optimale droogsnelheid nog dichter kan benaderen. De ideale droogsnelheid van een product kan 1011760 3 vooraf op theoretische wijze aan de hand van laboratoriumproeven worden bepaald.
In een uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding wordt ten behoeve van het bepalen van de 5 droogsnelheid een vochtbalans opgesteld van de stroom gas door de droogruimte. Bij voorkeur wordt voor het bepalen van de droogsnelheid de (verandering van de) vochtigheidsgraad van de stroom gas gemeten die langs de producten wordt gevoerd.
10 In nog een uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens ·· de uitvinding wordt ten behoeve van het bepalen van de droogsnelheid de vochtigheidsgraad of de verandering van de vochtigheidsgraad van althans een deel van het oppervlak van één of meer producten in de droogruimte gemeten.
15 In een andere uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding wordt ten behoeve van het bepalen van de droogsnelheid het gewicht of de verandering van het gewicht van één of meer producten in de droogruimte gemeten.
20 In weer een andere uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding wordt ten behoeve van het bepalen van de droogsnelheid een thermische energiebalans opgesteld van de stroom gas die langs de producten wordt gevoerd.
Op voordelige wijze wordt bij een werkwijze volgens 25 de uitvinding voorts het temperatuurverloop en/of het verloop van het vochtgehalte van de stroom gas als functie van de tijd geregistreerd. Eventueel kan ook het debiet Φ van de gasstroom en/of de hoeveelheid toegevoerde warmte Q als functie van de tijd worden geregistreerd. Hierdoor 30 wordt bereikt dat het mogelijk is om slechts tijdens een testperiode metingen te verrichten om de droogsnelheid van de producten in de droogruimte te bepalen en dat vervolgens regeling plaatsvindt aan de hand van een vooraf geregistreerd temperatuursverloop, vochtigheidsverloop, 35 gas- of energietoevoerverloop. Op deze wijze kunnen 1011760 4 droogruimten op eenvoudige en goedkope wijze worden (in)geregeld.
De uitvinding heeft eveneens betrekking op een inrichting voor het drogen van producten. Nadere 5 uitwerkingen van voordelige uitvoeringsvormen van de werkwijze en de inrichting voor het drogen van producten volgens de uitvinding zijn beschreven in de volgconclusies.
Wanneer in deze context gesproken wordt van het drogen van producten dient daaronder eveneens het drogen 10 van slechts één product of een samenstelling van producten ·« te worden verstaan. Voorts dient onder het langs de producten leiden van een stroom gas te worden verstaan dat althans een deel van de stroom gas langs één of meer producten wordt gevoerd.
15 De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van uitvoeringsvoorbeelden die in een tekening zijn weergegeven. In de tekening tonen fig. 1-4 telkens een schematische weergave van een uitvoeringsvorm van een drooginrichting volgens de uitvinding, waarbij de 20 droogsnelheid wordt vastgesteld door middel van respectievelijk het opstellen van een vochtbalans over de droogruimte, meting van de gewichtsverandering van de te drogen producten, meting van de vochtigheidsgraad van het oppervlak van de te drogen producten en het opstellen van 25 een thermische energiebalans over de droogruimte.
Opgemerkt wordt dat de figuren slechts schematische weergaven zijn van voorkeursuitvoeringsvormen. In de figuren zijn gelijke of overeenkomstige onderdelen met corresponderende verwijzingscijfers aangegeven.
30 Figuur 1 toont een inrichting 1 voor het drogen van producten. De inrichting 1 omvat een droogruimte 2 waarin te drogen producten 3 kunnen worden opgesteld. De inrichting 1 is voorts voorzien van toevoermiddelen, uitgevoerd als een toevoerleiding 4, en afvoermiddelen, 35 uitgevoerd als een afvoerleiding 5, voor het respectievelijk toe- en afvoeren van een door de 1011760 5 droogruimte 2 te leiden stroom gas. De toevoermiddelen 4 zijn voorts voorzien van een brander 6 voor het via de toevoerleiding 4 direct toevoeren van thermische energie aan de droogruimte 2. Door de brander 6 in de droogruimte 2 5 te plaatsen kan worden bereikt dat de thermische energie direct aan de droogruimte 2 wordt toegevoerd. Opgemerkt wordt dat in plaats van een brander 6 eveneens andersoortige middelen voor het toevoeren van thermische energie kunnen worden toegepast, zoals een gloeispiraal.
10 De inrichting 1 is voorts voorzien van regelmiddelen '* om het debiet Φ van een stroom gas door de droogruimte en/of een hoeveelheid toegevoerde thermische energie Q te regelen. In dit uitvoeringsvoorbeeld zijn de regelmiddelen uitgevoerd als een klep 7 die is opgenomen in de 15 toevoerleiding 4 en een daarmee gekoppelde besturing 8 waarmee het debiet Φ van de via de klep 7 aan de droogruimte 2 toegevoerde stroom gas kan worden geregeld.
De regelmiddelen omvatten voorts een niet weergegeven, met de besturing 8 gekoppelde regelaar waarmee de door de 20 brander 6 aan de droogruimte toegevoerde hoeveelheid thermische energie Q kan worden geregeld.
• De inrichting 1 is voorts voorzien van meetmiddelen om de droogsnelheid van de producten 3 in de droogruimte 2 te bepalen. De meetmiddelen omvatten in dit 25 uitvoeringsvoorbeeld een debietmeter voor het meten van het debiet Φ van de stroom gas door de droogruimte 2. Bij voorkeur is een eerste debietmeter 9A opgenomen in de toevoerleiding 4, terwijl een tweede debietmeter 9B is opgenomen in de afvoerleiding 5. De meetmiddelen omvatten 30 voorts sensoren 10 voor het meten van de vochtigheidsgraad van de gasstroom door de droogruimte 2. Bij voorkeur is een eerste sensor 10A opgenomen in de toevoerleiding 4 en is een tweede sensor 1ÓB opgenomen in de afvoerleiding 5. De besturing 8 is gekoppeld met de debietmeters 9A, 9B en met 35 de sensoren 10A, 10B, zodat met behulp van de besturing 8 de droogsnelheid van de producten 3 in de droogruimte 2 kan 1011760 6 worden bepaald en het debiet Φ en/of de hoeveelheid toegevoerde thermische energie Q kan worden geregeld in afhankelijkheid van de bepaalde droogsnelheid, zoals hieronder nader zal worden toegelicht.
5 Het met behulp van de inrichting 1 drogen van producten 3 in de droogruimte 2 kan als volgt worden uitgevoerd. Nadat de te drogen producten 2 in de droogruimte zijn opgesteld wordt via de toevoerleiding 4 een stroom gas, bijvoorbeeld omgevingslucht, aan de 10 droogruimte 2 toegevoerd. De stroom gas wordt met behulp * van de brander 6 opgewarmd tot een temperatuur van bijvoorbeeld circa 100-150°C en vervolgens met behulp van niet-weergegeven circulatiemiddelen langs de producten 3 gevoerd om deze te drogen. Vervolgens wordt de stroom gas 15 met behulp van de afvoerleiding 5 afgevoerd. Met behulp van de debietmeters 9A en 9B wordt een gasstroom <ï>(t) als functie van de tijd door de droogruimte 2 bepaald. Met behulp van de sensoren 10A en 10B wordt voorts de vochtigheid van de gasstroom als functie van de tijd 20 bepaald, bijvoorbeeld YA(t) en YB(t) . De meting van de droogsnelheid omvat bij deze uitvoeringsvorm derhalve een verschilmeting van vocht in gasstromen voor en na toevoer aan producten, om de hoeveelheid vocht die door de producten aan de gasstroom wordt toegevoegd vast te 25 stellen. Op grond van deze gegevens kan een vochtbalans over de droogruimte 2 worden bepaald. Uit deze vochtbalans kan de hoeveelheid vocht worden berekend die per tijdseenheid de droogruimte verlaat, waaruit door deling met het aantal producten de droogsnelheid per product kan 30 worden bepaald. Andere eenheden zijn ook mogelijk voor het uitdrukken van de droogsnelheid, bijvoorbeeld de droogsnelheid per kilo product. Met behulp van de besturing 8 kan de droogsnelheid W(t) dus worden berekend met behulp van de formule WG(t) = <t>B(t) * YB(t) - <I>A(t) * YA(t) . Deze 35 gemeten droogsnelheid WG(t) kan vervolgens met behulp van de besturing 8 vergeleken worden met een theoretische of 1011760 7 experimenteel bepaalde ideale droogsnelheid W^t) . Met behulp van de besturing 8 kan de regelaar en/of de klep worden bediend om de hoeveelheid toegevoerde warmte Q en het debiet Φ zo in te stellen dat de gemeten droogsnelheid 5 WG(t) de ideale droogsnelheid V}L(t) zo dicht mogelijk benadert.
Opgemerkt wordt dat het bepalen van de vochtigheidsgraad van de toegevoerde lucht YA(t) in sommige gevallen achterwege gelaten kan worden, bijvoorbeeld 10 wanneer gebruik wordt gemaakt van voorverwarmde lucht met '* een constante, bekende vochtigheidsgraad of wanneer de vochtigheidsgraad van de omgevingslucht reeds bekend is uit klimatologische gegevens. Voorts kan, wanneer geen lekkage van de gasstroom optreedt, volstaan worden met slechts één 15 debietmeter 9 of kan, bij een constant debiet, het debiet zelfs eenmalig worden vastgesteld met een tijdelijke debietmeter. Opgemerkt wordt dat voor het bepalen van de vochtbalans de debietmeting en het bepalen van het vochtigheidsgehalte van de stroom gas uiteraard ook op 20 andere plaatsen kan worden uitgevoerd dan in het voorbeeld is weergegeven.
• Figuur 2 toont een tweede uitvoeringsvorm van de inrichting 1 voor het drogen van producten 3. De producten 3 iri de droogruimte 2 zijn opgesteld op een weeginrichting 25 11 waarmee het gewicht m van de producten 3 kan worden gemeten en waarmee de verandering van het gewicht als functie van de tijd dm(t)/dt kan worden vastgesteld. De weeginrichting 11 is gekoppeld met de besturing 8. Op grond van theoretische en/of experimentele gegevens kan door de 30 besturing 8 aan de hand van de verandering van het gewicht van de producten 3 tijdens het drogen de droogsnelheid W(t) van het product worden vastgesteld. Immers, door verdamping van vocht uit het te drogen product neemt de massa van elk product af. Hierdoor kan de gemeten droogsnelheid WG(t) 35 worden vastgesteld. De gemeten droogsnelheid WG(t) kan, analoog aan het hierboven besproken voorbeeld, door de 1011760 8 besturing 8 worden vergeleken met de ideale droogsnelheid Wi(t) zodat de brander 6 en/of de klep 7 kan worden bestuurd om het verschil tussen de gemeten droogsnelheid WG(t) en de ideale droogsnelheid W^t) te verkleinen.
5 Opgemerkt wordt dat de weeginrichting 11 eveneens kan worden toegepast om de gewichtsverandering van slechts een deel van de producten te meten, bijvoorbeeld door gewichtsverandering van een of meer referentieproducten te meten.
10 Figuur 3 toont een derde uitvoeringsvorm van een » inrichting 1 voor het drogen van producten 3 waarbij is voorzien in sensoren 12 voor het meten van de vochtigheidsgraad van het oppervlak van in de droogruimte 2 geplaatste producten 3, bijvoorbeeld sensoren waarmee de 15 elektrische weerstand van het productoppervlak kan worden gemeten of zogenoemde "heatflux" sensoren die de flux van de warmte door het oppervlak meten. De sensoren 12 zijn gekoppeld met de besturing 8. Met behulp van deze sensoren kan de vochtigheidsgraad van het oppervlak als functie van 20 de tijd V0(t) worden gemeten. Met behulp van theoretische en/of experimenteel bepaalde waarden kan uit de verandering van de vochtigheidsgraad van het productoppervlak in de tijd met behulp van de besturing 8 vervolgens een gemeten droógsnelheid WG(t) worden afgeleid. De gemeten 25 droogsnelheid WG(t) wordt vervolgens vergeleken met de ideale droogsnelheid W^t) om het debiet Φ van de stroom gas en/of de hoeveelheid toegevoegde thermische warmte Q te regelen, zoals hiervoor reeds uiteengezet. Uiteraard kunnen meerdere sensoren 12 worden toegepast op één 30 productoppervlak. Ook kunnen verschillende oppervlakken van één product worden voorzien van sensoren 12. Daarnaast kunnen meerdere produkten 3 worden voorzien van sensoren 12. Opgemerkt wordt dat de sensoren 12 eveneens kunnen worden uitgevoerd om de verdampingssnelheid aan het 35 productoppervlak te meten teneinde op grond hiervan, 1011/60 9 bijvoorbeeld via het vaststellen van het gewichtsverlies per tijdseenheid, de droogsnelheid te bepalen.
Figuur 4 toont een vierde uitvoeringsvorm van een inrichting 1 voor het drogen van producten 3. Naast een 5 debietmeter 9 is de inrichting 1 voorts voorzien van temperatuursensoren TA en TB voor het meten van respectievelijk de temperatuur van de toegevoerde en de afgevoerde gasstroom, en van een temperatuursensor 15 voor het meten van de produkttemperatuur Tprod. Voorts is de 10 inrichting 1 voorzien van een energiemeter 14 waarmee de ** hoeveelheid toegevoerde thermische energie Q kan worden vastgesteld. Met behulp van deze inrichting kan een thermische energiebalans worden opgesteld van de stroom gas door de droogruimte 2 teneinde de droogsnelheid WG(t) van 15 de producten 3 te bepalen. Met behulp van de besturing 8 kan een thermische energiebalans worden opgesteld over de droogruimte met de volgende formule, waarbij de temperatuur TA van de ingaande gasstroom wordt gemeten voordat daaraan de warmte Q met de brander 6 is toegevoerd: 20 P (t) «= <D(t) * CPlucht * (TB - TA) + Q.
Deze energie moet na opwarming van de ruimte en compensatie voor verliezen gelijk zijn aan de energie benodigd voor produktverwarming en droging: P(t)' = WG(t) * h^ (T) prod + iÏiprod * cp prod * dTprod//dt.
25 In deze formules is:
Cp warmtecapaciteit hvc verdampingswarmte als functie van de temperatuur mprod productgewicht 3 0 ATprod verandering producttemperatuur TA temperatuur ingaande lucht TB temperatuur uitgaande lucht Q toegevoerde warmte 1 1011760
Met behulp van de besturing 8 kan uit bovenstaande formules een gemeten droogsnelheid WG(t) worden bepaald die 10 vervolgens, analoog aan het eerste voorbeeld, kan worden gebruikt om het droogproces te regelen. Meting van de droogsnelheid omvat in dit geval derhalve een verschilmeting van energie in gasstromen voor en na toevoer 5 aan de producten, om de hoeveelheid door de producten opgenomen verdampingsenergie te bepalen.
Opgemerkt wordt, dat indien TA gemeten wordt nadat de gasstroom met behulp van de brander 6 wordt verwarmd, meting van de hoeveelheid toegevoerde warmte Q achterwege 10 kan worden gelaten. Opgemerkt wordt voorts dat de ·* temperatuur van het product bij benadering gelijk kan worden gesteld aan de luchttemperatuur minus een correctiefactor, zodat meting van de producttemperatuur achterwege kan worden gelaten.
15 Het zal duidelijk zijn dat de nauwkeurigheid waarmee de energie- en/of vochtbalans wordt opgesteld en de nauwkeurigheid waarmee de termen van de energie- en/of vochtbalans worden gemeten, bepalend zijn voor de nauwkeurigheid waarmee de droogsnelheid kan worden bepaald. 20 Wanneer thermische energie wordt toegevoerd met behulp van een. gasbrander kan bijvoorbeeld bij het opstellen van de vochtbalans al of niet rekening worden gehouden met vocht dat vrijkomt bij verbranding van gas. Voorts kunnen al of niet verliesfactoren worden toegepast voor het uitdrukken 25 van energieverliezen, bijvoorbeeld een correctiefactor voor het uitdrukken van warmtelekkage via de wanden van de droogruimte.
Opgemerkt wordt voorts dat de uitvinding niet beperkt is tot de hier besproken 30 voorkeursuitvoeringsvormen. Zo kunnen de gasstromen worden gerecirculeerd en kan bijvoorbeeld energie worden toegevoerd met behulp van stoom. Voorts zijn combinaties mogelijk van de verschillende uitvoeringsvormen en kunnen bepaalde aspecten anders worden uitgevoerd. Zo kan in 35 plaats van een droogkamer een droogtunnel worden toegepast waardoorheen de producten tijdens het drogen worden 1011760 11 getransporteerd. Een droogtunnel kan dan bestaan uit een aaneenschakeling van droogruimten. Voorts kunnen de meetmiddelen en de besturingsmiddelen verplaatsbaar worden uitgevoerd en kan worden voorzien in middelen voor het 5 registreren van het temperatuurverloop van de stroom gas als functie van de tijd, zodat de drooginrichting tijdens een testperiode kan worden (in)geregeld. Voorts kan het debiet Φ van de stroom gas en/of de hoeveelheid toegevoerde thermische energie Q worden geregeld in 10 afhankelijkheid van de bepaalde droogsnelheid zonder dat ·« deze wordt vergeleken met een vooraf vastgestelde, gewenste droogsnelheid. Dergelijke variaties zullen de vakman duidelijk zijn en worden geacht binnen het raam van de uitvinding te vallen zoals verwoord in de hierna volgende 15 conclusies.
1011760
Claims (18)
1. Werkwijze voor het drogen van producten in een droogruimte, waarbij op directe of indirecte wijze thermische energie aan een stroom gas wordt toegevoerd en de stroom gas langs de producten wordt geleid, waarbij het 5 debiet Φ van de stroom gas door de droogruimte en/of de hoeveelheid toegevoerde thermische energie Q wordt geregeld, waarbij voorts in of nabij de droogruimte metingen worden verricht om de droogsnelheid van de producten in de droogruimte te bepalen en waarbij het 10 debiet Φ van de stroom gas en/of de hoeveelheid toegevoerde thermische energie Q wordt geregeld in afhankelijkheid van de bepaalde droogsnelheid.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij het debiet Φ van de stroom gas en/of de hoeveelheid toegevoerde 15 thermische energie Q wordt geregeld afhankelijk van het verschil tussen de bepaalde droogsnelheid en een vooraf vastgestelde, gewenste droogsnelheid.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij ten behoeve van het bepalen van de droogsnelheid een 20 vochtbalans wordt opgesteld van de stroom gas door de droogruimte.
4. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij ten behoeve van het bepalen van de droogsnelheid de vochtigheidsgraad of de verandering van de 25 vochtigheidsgraad van de stroom gas wordt gemeten, bij voorkeur voor en na toevoer van de stroom gas aan de producten.
5. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij ten behoeve van het bepalen van de droogsnelheid de 30 vochtigheidsgraad of de verandering van de vochtigheidsgraad van althans een deel van het oppervlak van een of meer producten in de droogruimte wordt gemeten. 1011760
6. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij ten behoeve van het bepalen van de droogsnelheid het gewicht of de verandering van het gewicht van één of meer producten in de droogruimte wordt gemeten.
7. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij ten behoeve van het bepalen van de droogsnelheid een thermische energiebalans wordt opgesteld van de stroom gas door de droogruimte.
8. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, 10 waarbij ten behoeve van het bepalen van de droogsnelheid ·* het debiet Φ van de stroom gas wordt gemeten.
9. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij ten behoeve van het bepalen van de droogsnelheid de hoeveelheid toegevoerde warmte Q wordt gemeten.
10. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusie waarbij ten behoeve van het bepalen van de droogsnelheid de temperatuur van de stroom gas wordt gemeten, bij voorkeur voor en na toevoer van de stroom gas aan de producten.
11. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, 20 waarbij het temperatuursverloop van de stroom gas, het verloop van het vochtigheidsgehalte, het verloop van het gasdebiet Φ en/of het verloop van de hoeveelheid toegevoerde thermische energie Q als functie van de tijd wordt geregistreerd.
12. Werkwijze voor het drogen van producten in een droogruimte waarbij op directe of indirecte wijze thermische energie aan een stroom gas wordt toegevoerd en waarbij het debiet Φ van de stroom gas en/of de hoeveelheid toegevoerde thermische energie Q wordt geregeld 30 aan de hand van een volgens de werkwijze van conclusie 11 geregistreerd verloop.
13. Inrichting voor het drogen van producten, omvattende een droogruimte voor het daarin opstellen van te drogen producten, toe- en afvoermiddelen voor het respectievelijk 35 toe- en afvoeren van een door de droogruimte te leiden stroom gas, middelen voor het op directe of indirecte wijze 1011760 toevoeren van thermische energie, en van regelmiddelen om het debiet Φ van een stroom gas door de droogruimte en/of een hoeveelheid toegevoerde thermische energie Q te regelen, waarbij de inrichting voorts is voorzien van 5 meetmiddelen om de droogsnelheid van de producten in de droogruimte te bepalen en waarbij de regelmiddelen zijn uitgerust om het debiet Φ en/of de hoeveelheid toegevoerde thermische energie Q te regelen in afhankelijkheid van de bepaalde droogsnelheid.
14. Inrichting volgens conclusie 13, waarbij is voorzien -* in middelen voor het meten van de vochtigheidsgraad van de stroom gas.
15. Inrichting volgens conclusie 13 of 14, waarbij is voorzien in middelen voor het meten van de 15 vochtigheidsgraad of de verandering van de vochtigheidsgraad van althans een deel van het oppervlak van een of meer producten in de droogruimte.
16. Inrichting volgens een der conclusies 13-15, waarbij is voorzien in middelen voor het meten van het gewicht of 20 de verandering van het gewicht van één of meer producten in de droogruimte.
17. Inrichting volgens een der conclusies 13-16, waarbij is voorzien in middelen voor het meten van het debiet Φ van de gasstroom.
18. Inrichting volgens een der conclusies 13-17, waarbij is voorzien in middelen voor het meten van de hoeveelheid toegevoerde warmte Q. 1011760
Priority Applications (4)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1011760A NL1011760C2 (nl) | 1999-04-09 | 1999-04-09 | Werkwijze en inrichting voor het drogen van producten. |
AU41506/00A AU4150600A (en) | 1999-04-09 | 2000-04-10 | Method and apparatus for drying products |
PCT/NL2000/000232 WO2000062000A1 (en) | 1999-04-09 | 2000-04-10 | Method and apparatus for drying products |
EP00921161A EP1169612A1 (en) | 1999-04-09 | 2000-04-10 | Method and apparatus for drying products |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1011760 | 1999-04-09 | ||
NL1011760A NL1011760C2 (nl) | 1999-04-09 | 1999-04-09 | Werkwijze en inrichting voor het drogen van producten. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1011760C2 true NL1011760C2 (nl) | 2000-10-10 |
Family
ID=19768984
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1011760A NL1011760C2 (nl) | 1999-04-09 | 1999-04-09 | Werkwijze en inrichting voor het drogen van producten. |
Country Status (4)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP1169612A1 (nl) |
AU (1) | AU4150600A (nl) |
NL (1) | NL1011760C2 (nl) |
WO (1) | WO2000062000A1 (nl) |
Families Citing this family (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP1959218A1 (en) * | 2007-02-15 | 2008-08-20 | IMAS S.P.A. Industria Meccanica | Process for controlling, checking and adjusting instantaneous values of ceramic products submitted to drying |
Citations (13)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB140104A (en) * | 1919-03-11 | 1920-09-02 | Giuseppe Crida | Improvements in and relating to the control of drying processes in drying plants |
US2040729A (en) * | 1932-01-18 | 1936-05-12 | Cissey Pierre De | Apparatus for drying wood and the like |
DE889426C (de) * | 1951-01-31 | 1953-09-10 | Otto Dipl-Kfm Kiefer | Verfahren zur Steuerung des Trockenvorgangs, insbesondere bei Stapelguetern |
US2767484A (en) * | 1954-11-09 | 1956-10-23 | Gilson Pierre Charles Jean | Device for measuring and regulating the drying of wet products inside a drier |
US3434223A (en) * | 1966-04-20 | 1969-03-25 | Slagteriernes Forskningsinst | Apparatus for changing the moisture content of a material by the action of air |
DE2131758A1 (de) * | 1970-06-29 | 1972-01-05 | Weyerhaeuser Co | Verfahren zum Trocknen von Nutzholz |
US4176464A (en) * | 1978-01-26 | 1979-12-04 | Randolph George J J | Method and apparatus for the controlled drying of lumber and the like |
US4356641A (en) * | 1980-12-15 | 1982-11-02 | Armstrong World Industries | Kiln control system |
EP0095265A2 (en) * | 1982-05-21 | 1983-11-30 | Moisture Control & Measurement Limited | Control of drying operation |
DE4319603A1 (de) * | 1992-06-12 | 1993-12-16 | Arnold Brookhuis Textiel Techn | Verfahren und Einrichtung zum Trocknen von Holz |
DE4337067A1 (de) * | 1992-12-17 | 1994-06-23 | Univ Tennessee Res Corp | Automatisches Steuersystem für einen Holztrocknungsofen |
EP0656515A1 (de) * | 1993-12-01 | 1995-06-07 | Innovatherm Prof. Dr. Leisenberg GmbH & Co. KG | Verfahren zur Steuerung von Trocknern in Ziegelwerken |
US5873182A (en) * | 1996-05-14 | 1999-02-23 | Fuller; James J. | Kiln control based on changing shrinkage rate |
Family Cites Families (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
SE512787C2 (sv) * | 1997-10-03 | 2000-05-15 | Abb Ab | Metod, reglerparadigm och anordning för att vid torkning styra och övervaka processvariablerna för en processgas vilken strömmar genom en för torkningen använd kammare |
-
1999
- 1999-04-09 NL NL1011760A patent/NL1011760C2/nl not_active IP Right Cessation
-
2000
- 2000-04-10 AU AU41506/00A patent/AU4150600A/en not_active Abandoned
- 2000-04-10 WO PCT/NL2000/000232 patent/WO2000062000A1/en not_active Application Discontinuation
- 2000-04-10 EP EP00921161A patent/EP1169612A1/en not_active Withdrawn
Patent Citations (13)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB140104A (en) * | 1919-03-11 | 1920-09-02 | Giuseppe Crida | Improvements in and relating to the control of drying processes in drying plants |
US2040729A (en) * | 1932-01-18 | 1936-05-12 | Cissey Pierre De | Apparatus for drying wood and the like |
DE889426C (de) * | 1951-01-31 | 1953-09-10 | Otto Dipl-Kfm Kiefer | Verfahren zur Steuerung des Trockenvorgangs, insbesondere bei Stapelguetern |
US2767484A (en) * | 1954-11-09 | 1956-10-23 | Gilson Pierre Charles Jean | Device for measuring and regulating the drying of wet products inside a drier |
US3434223A (en) * | 1966-04-20 | 1969-03-25 | Slagteriernes Forskningsinst | Apparatus for changing the moisture content of a material by the action of air |
DE2131758A1 (de) * | 1970-06-29 | 1972-01-05 | Weyerhaeuser Co | Verfahren zum Trocknen von Nutzholz |
US4176464A (en) * | 1978-01-26 | 1979-12-04 | Randolph George J J | Method and apparatus for the controlled drying of lumber and the like |
US4356641A (en) * | 1980-12-15 | 1982-11-02 | Armstrong World Industries | Kiln control system |
EP0095265A2 (en) * | 1982-05-21 | 1983-11-30 | Moisture Control & Measurement Limited | Control of drying operation |
DE4319603A1 (de) * | 1992-06-12 | 1993-12-16 | Arnold Brookhuis Textiel Techn | Verfahren und Einrichtung zum Trocknen von Holz |
DE4337067A1 (de) * | 1992-12-17 | 1994-06-23 | Univ Tennessee Res Corp | Automatisches Steuersystem für einen Holztrocknungsofen |
EP0656515A1 (de) * | 1993-12-01 | 1995-06-07 | Innovatherm Prof. Dr. Leisenberg GmbH & Co. KG | Verfahren zur Steuerung von Trocknern in Ziegelwerken |
US5873182A (en) * | 1996-05-14 | 1999-02-23 | Fuller; James J. | Kiln control based on changing shrinkage rate |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
AU4150600A (en) | 2000-11-14 |
EP1169612A1 (en) | 2002-01-09 |
WO2000062000A1 (en) | 2000-10-19 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
Arjona et al. | The drying of alpeorujo, a waste product of the olive oil mill industry | |
CN102202850A (zh) | 用微波干燥陶瓷生坯的方法和设备 | |
US4129250A (en) | Relative humidity control | |
JPS63108184A (ja) | 湿潤微粒子の乾燥方法および装置 | |
NO311463B1 (no) | Fremgangsmåte ved törking av trevirke | |
NL1011760C2 (nl) | Werkwijze en inrichting voor het drogen van producten. | |
NL9201049A (nl) | Werkwijze en systeem voor het drogen van hout. | |
FI130156B (en) | Method for determining the moisture content of a cellulosic pulp web | |
Giner et al. | Two-dimensional simulation model of steady-state mixed-flow grain drying. Part 2: Experimental validation | |
EP1959218A1 (en) | Process for controlling, checking and adjusting instantaneous values of ceramic products submitted to drying | |
JPH0587345A (ja) | 閉成される調理室を有する料理装置 | |
JP6037381B2 (ja) | 乾燥システム、乾燥システムの制御方法、およびその制御装置 | |
CN207924550U (zh) | 一种适用于烟草热物性测量的恒温试验装置 | |
CN104006638B (zh) | 适用于在线分析的微波固定床热风联合干燥实验装置 | |
HU194141B (en) | Process and apparatus for drying ceramic semi-finished products | |
JP5233248B2 (ja) | 電極製造装置 | |
JP3679190B2 (ja) | 電池プレートの乾燥装置及び方法 | |
Vasić et al. | Optimize, upgrade or invest in a novel dryer?—A brick factory case study | |
CN100424503C (zh) | 热释电系数测量装置 | |
CN111536791A (zh) | 一种物料烘干状态自动控制方法 | |
JP2006064261A (ja) | 乾燥方法及び乾燥設備 | |
JP2000290061A (ja) | 窯業成形物の乾燥方法およびその装置 | |
JP2006064260A (ja) | 乾燥方法及び乾燥設備 | |
CN116380710A (zh) | 一种热风穿透式物料干燥特性测量装置及方法 | |
CN217479297U (zh) | 一种用于污泥干化的模拟实验装置 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
VD1 | Lapsed due to non-payment of the annual fee |
Effective date: 20041101 |