NL1010383C2 - Asophanging voor een voertuig met luchtvering. - Google Patents

Asophanging voor een voertuig met luchtvering. Download PDF

Info

Publication number
NL1010383C2
NL1010383C2 NL1010383A NL1010383A NL1010383C2 NL 1010383 C2 NL1010383 C2 NL 1010383C2 NL 1010383 A NL1010383 A NL 1010383A NL 1010383 A NL1010383 A NL 1010383A NL 1010383 C2 NL1010383 C2 NL 1010383C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
console
flanges
axle suspension
shaped
longitudinal beam
Prior art date
Application number
NL1010383A
Other languages
English (en)
Inventor
Derk Geert Aalderink
Hans Bramer
Original Assignee
Weweler Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Weweler Nv filed Critical Weweler Nv
Priority to NL1010383A priority Critical patent/NL1010383C2/nl
Priority to DE1999614155 priority patent/DE69914155T2/de
Priority to EP19990203377 priority patent/EP0995664B1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1010383C2 publication Critical patent/NL1010383C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60GVEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
    • B60G99/00Subject matter not provided for in other groups of this subclass
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60GVEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
    • B60G7/00Pivoted suspension arms; Accessories thereof
    • B60G7/02Attaching arms to sprung part of vehicle
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62DMOTOR VEHICLES; TRAILERS
    • B62D21/00Understructures, i.e. chassis frame on which a vehicle body may be mounted
    • B62D21/12Understructures, i.e. chassis frame on which a vehicle body may be mounted assembled from readily detachable parts
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60GVEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
    • B60G2204/00Indexing codes related to suspensions per se or to auxiliary parts
    • B60G2204/40Auxiliary suspension parts; Adjustment of suspensions
    • B60G2204/43Fittings, brackets or knuckles
    • B60G2204/4302Fittings, brackets or knuckles for fixing suspension arm on the vehicle body or chassis
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60GVEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
    • B60G2204/00Indexing codes related to suspensions per se or to auxiliary parts
    • B60G2204/61Adjustable during maintenance
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60GVEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
    • B60G2206/00Indexing codes related to the manufacturing of suspensions: constructional features, the materials used, procedures or tools
    • B60G2206/01Constructional features of suspension elements, e.g. arms, dampers, springs
    • B60G2206/60Subframe construction
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60GVEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
    • B60G2206/00Indexing codes related to the manufacturing of suspensions: constructional features, the materials used, procedures or tools
    • B60G2206/01Constructional features of suspension elements, e.g. arms, dampers, springs
    • B60G2206/60Subframe construction
    • B60G2206/601Hanger bracket
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60GVEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
    • B60G2206/00Indexing codes related to the manufacturing of suspensions: constructional features, the materials used, procedures or tools
    • B60G2206/01Constructional features of suspension elements, e.g. arms, dampers, springs
    • B60G2206/80Manufacturing procedures
    • B60G2206/81Shaping
    • B60G2206/8103Shaping by folding or bending
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60GVEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
    • B60G2206/00Indexing codes related to the manufacturing of suspensions: constructional features, the materials used, procedures or tools
    • B60G2206/01Constructional features of suspension elements, e.g. arms, dampers, springs
    • B60G2206/90Maintenance
    • B60G2206/91Assembly procedures

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Vehicle Body Suspensions (AREA)

Description

Korte aanduiding: Asophanging voor een voertuig met luchtvering. >
De uitvinding heeft betrekking op een asophanging zoals omschreven in het inleidende gedeelte van conclusie 1.
Een asophanging van dit type is beschreven in de 5 niet-voorgepubliceerde Nederlandse octrooiaanvrage 1006567 (zie met name de uitvoeringen volgens fig. la, b; fig. 2 en fig. 5) . Bij deze asophanging is het dwarsprofiel met zijn beide einden van onderen tegen de voorzijde van de tot één stuk gevormde c.q. gelaste consoles vastgelast 10 (fig. la, b en fig. 5) resp. van onderen tussen de beide consoles met bouten vastgezet (fig. 5) . In al deze drie uitvoeringen grijpen de schoorelementen aan de einden op het dwarsprofiel aan.
De uitvinding nu beoogt een verbeterde asophanging 15 van het boven beschouwde type te verschaffen, welke in het bijzonder een (nog) betere krachtverdeling c.q. kracht-overbrenging naar het voertuigchassis biedt, gepaard gaande met een vereenvoudigde montage.
Volgens de uitvinding wordt dit doel bereikt met de 20 maatregelen volgens het kenmerkende gedeelte van conclusie 1.
Door het onderste gedeelte van de consoles (ook wel "veerhand" genoemd) in de vorm van een in hoofdzaak U-vormig, vormstijf sluitstuk uit te voeren kunnen de onder-25 scheiden functies, welke door de onderscheiden delen van de console (veerhand) met betrekking tot het opnemen en overbrengen van krachten moeten worden vervuld, op een eenvoudige wijze worden verwezenlijkt. Zo kan het U-vormi-ge sluitstuk, waarin de veerarm wordt gelagerd, als een 30 robuust vormstuk c.q. smeedstuk worden uitgevoerd, terwijl de rest van de console, welke de verbinding tussen het sluitstuk met de betreffende chassislangsbalk vormt en slechts verticale en in de lengterichting van het voertuig gerichte horizontale krachten behoeft op te nemen, betrek- 1010383 2 kelijk licht kan worden uitgevoerd.
Door voorts het U-vormige sluitstuk van een aangevormd aangrijpuitsteeksel voor een schoorelement te voorzien, kan het U-vormige sluitstuk op een eenvoudige wijze 5 tot een stijf geheel met het sluitstuk van de tegenoverliggende console (veerhand) en het daartussen geplaatste dwarsprofiel worden verbonden, zonder dat daarvoor extra verbindingsorganen tussen de consoles en het dwarsprofiel noodzakelijk zijn. Daarbij wordt het moment dat bij het 10 aanhalen van de schoorelementen kan ontstaan door de U-vormige sluitstukken opgenomen.
Opdat het dwarsprofiel op de juiste wijze gepositioneerd tussen de beide sluitstukken komt te liggen en een tegen ongewenste draaibewegingen geborgde verbinding wordt 15 verkregen, zijn volgens een verder kenmerk van de uitvinding de naar elkaar toegekeerde flenzen van de beide sluitstukken aan hun buitenoppervlakken voorzien van complementair aan de einden van het onronde dwarsprofiel gevormde verhogingen en/of verdiepingen.
20 Een eenvoudige console- resp. veerhanduitvoering wordt verkregen, doordat elk sluitstuk met elk van zijn flenzen vastzit aan een van de betreffende chassislangs-balk neerhangend plaatvormig consoledeel.
Voor het verbinden van het U-vormige sluitstuk met de 25 plaatvormige consoledelen bestaan verschillende mogelijkheden .
Een praktische mogelijkheid, waarbij het maken van lasverbindingen wordt vermeden bestaat daarin, dat de sluitstukflenzen door middel van de scharnierbouten aan de 30 respectieve plaatvormige consoledelen zijn bevestigd.
Een bijzonder aspect van de uitvinding vormt daarbij de bijzondere uitvoering van (de rest van) de veerhand, welke gekenmerkt wordt door twee in hoofdzaak evenwijdig aan elkaar van een chassislangsbalk neerhangende console-35 platen, die elk aan de bovenzijde zijn voorzien van een haaks naar de tegenoverliggende consoleplaat omgebogen flens, welke flenzen over elkaar heengrijpen en van samen- /) ü 1 ΰ 3 8 3 3 vallende, op één langsrij gelegen gaten voor een boutver-binding met de betreffende chassislangsbalk zijn voorzien. In combinatie met het door middel van de scharnierbout hiermede verbonden U-vormige sluitstuk is aldus een wiel-5 ophanging te verwezenlijken, waarvan de montage zeer eenvoudig is, nl. zonder lasverbindingen kan plaatsvinden. Daarbij verdient het aanbeveling de consoleplaten naar boven toe te doen convergeren, waardoor een betrekkelijk smalle verbindingszone tussen de veerhand en de chassis-10 langsbalk wordt verkregen.
Verdere kenmerken en voordelen van de uitvinding worden hieronder aan de hand van de tekening met een aantal uitvoeringsvoorbeelden nader toegelicht.
Fig. 1 toont een dwarsdoorsnede door het chassis van 15 een vrachtwagen, ter plaatse van de asophanging en gezien in de normale rijrichting; fig. 2 is een aanzicht in perspectief van de in de uitvoering volgens fig. 1 toegepaste veerhandconstructie, in gedemonteerde toestand; 20 fig. 3A toont een variant op de veerhandconstructie volgens fig. 2, in samengestelde toestand en gezien in vooraanz icht; fig. 3B toont de veerhandconstructie volgens fig. 3A in perspectief en in gedemonteerde toestand en 25 fig. 4 toont een variant op de in fig. 1 getoonde asophanging.
In fig. 1 zijn met 1 twee als I-ligger uitgevoerde langsbalken van een voertuig aangegeven.
Op de benedenflens la van elke chassisbalk l is een 30 console of veerhand 2 bevestigd.
De veerhanden 2 bestaan elk uit een bovenste gedeelte 3 en een onderste, in hoofdzaak U-vormig sluitstuk 4. Het bovenste veerhandgedeelte 3 is samengesteld uit een tweetal van de betreffende langsbalk 1 neerhangende console-35 platen 3· en 3", welke in zijaanzicht de vorm hebben van een trapezium, waarvan de lange evenwijdige zijde boven ligt. De consoleplaten 3' en 3" zijn aan de bovenzijde elk 10 10 3 8 3 4 voorzien van een haaks omgezette, naar de tegenoverliggende consoleplaat toegekeerde smalle flens 3'a resp. 3"a welke flenzen over elkaar heen grijpen en voorzien zijn van samenvallende, op één enkele langsrij gelegen gaten 5 voor (in de tekening niet nader weergegeven) verbindings-bouten, waarmede de veerhand aan de betreffende flens la zit vastgeschroefd.
Daarbij staat de buitenste consoleplaat 3* verticaal, terwijl het bovenste gedeelte van de binnengelegen conso-10 leplaat 3" in bovenwaartse richting gezien schuin naar de buitenste consoleplaat 3· toeloopt, waardoor een betrekkelijk smalle verbindingszone tussen de veerhand 2 en de betreffende langsbalk 1 is verkregen.
In de tekening (fig. 1) is daarbij nog te zien, dat 15 het schuin verlopende gedeelte van de binnenste consoleplaat 3" plaatselijk, en wel nabij een einde, naar binnen is gedrukt, waardoor een wanddeel is verkregen, dat evenwijdig aan de overstaande buitenste consoleplaat 3' staat, zodat daartussen een busvormig deel 5 kan worden ge-20 plaatst, welke als aangrijppunt voor een schokbreker kan dienen.
De sluitstukken 4 bestaan uit vormstijve vormstukken c.q. smeedstukken en staan in het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 1 met hun flenzen 4a en 4b naar boven ge-25 richt. Daarbij is bij elke veerhand 2 de buitenste consoleplaat 3' tegen de buitenzijde van de buitenste flens 4a van het sluitstuk 4 bevestigd, terwijl de binnenste consoleplaat 3” tegen de binnenzijde van de binnengelegen flens 4b van het sluitstuk 4 aanligt.
30 Voor de bevestiging van de consoleplaten 3' en 3" aan het betreffende sluitstuk 4 wordt gebruik gemaakt van de scharnierbout 6, die tevens dient voor de scharnierende bevestiging van de kop van de (in de tekening niet nader weergegeven) veerarm tussen de flenzen van het sluitstuk 35 4. In fig. 1 is die veerarmkop met de streeplijnen 7 aangegeven. Daarbij is tussen de veerkop 7 en de consoleplaat 3" een slijtplaat 9 aangebracht.
1010383 5
De beide scharnierbouten 6 dragen op hun buiten de binnengelegen sluitstukflenzen 4b uitstekende schroef-draadeinden een moer 8. In plaats van de moeren 8 zouden de aan de binnenzijde gelegen sluitstukflenzen 4b van 5 schroefdraad kunnen zijn voorzien, terwijl de koppen van de scharnierbouten ook aan de binnenzijde zouden kunnen liggen.
Tussen de naar elkaar toegekeerde flenzen 4b van de beide sluitstukken 4 strekt zich een bij voorkeur onrond 10 dwarsprofiel 10 uit. In het voorbeeld van fig. 1 en 2 is het dwarsprofiel 10 een U-profiel, dat met de opening naar de voorzijde is gericht.
Het dwarsprofiel 10 zit tussen de beide sluitstukken 4 vastgeklemd en vormt daarmede een stijf geheel. Voor het 15 samenklemmen van de beide sluitstukken 4 en het dwarsprofiel 10 wordt gebruik gemaakt van de met 11 aangeduide schoorstangen, die ook bij de bekende asophangingen van het hier beschouwde type gebruikelijk zijn en wel om de in bedrijf op het veerhand/dwarsprofielsamenstel werkende 20 dwarskrachten op te nemen.
In het voorbeeld van fig. 1 grijpen de schoorstangen 11 elk met een haakvormig uiteinde 11a in een gat 12a van een ter plaatse van de bovenflens lb aan de binnenzijde van het lijf van een langsbalk 1 bevestigde aangrijpings-25 plaat 12. Om de schoorstangen 11 tevens als middel tot het samenklemmen van sluitstukken en dwarsprofiel te laten fungeren zijn de sluitstukken 4 voorzien van een uitsteeksel 13, waarop het van schroefdraad voorziene benedeneinde van een schoorstang 11 kan aangrijpen.
30 Het uitsteeksel 13 heeft een schuin, loodrecht op de hartlijn van de betreffende schoorstang 11 staand opleg-vlak 13a voor een op het schroefdraadeinde van de betreffende schoorstang 11 zittende spanmoer 11b. Eventueel kan het oplegvlak 13a sferisch gebogen zijn en samenwerken met 35 een complementair gevormde onderlegring ter verkrijging van een zelf-instellende oplegging van de spanmoer.
Zoals meer in het bijzonder in fig. 2 is te zien, 010383 6 bevindt het uitsteeksel 13 zich aan de onderzijde van het lijf van het sluitstuk 4 en wordt het gevormd door een naar beneden gericht verlengstuk van de aan de binnenzijde gelegen sluitstukflens 4b. Daarbij bevindt zich het aan-5 grijpuitsteeksel 13 opzij van het verticale vlak door de scharnierboutgaten, waardoor de betreffende schoorstang 11 juist vrij kan blijven van het tussen de beide sluitstukken 4 in te klemmen dwarsprofiel 10. Zoals voorts in fig. 2 is te zien, is de aan de binnenzijde gelegen flens 4b 10 van het U-vormige sluitstuk 4 aan zijn buitenoppervlak voorzien van een centrale verhoging 15 en een op een korte afstand daarachter gelegen verhoging 16. De centrale verhoging 15 is gevormd overeenkomstig het binnenwandprofiel van het met zijn lijf verticaal staande U-vormige dwars-15 profiel 10, terwijl de verhoging 16 dient als opsluitnok voor het staande lijf van het U-profiel 10. In fig. 2 zijn voorts de onderste gedeelten van de buitenste en binnenste consoleplaten 3· resp. 3” te zien, welke voorzien zijn van horizontale sleufgaten voor de bevestiging aan de respec-2 0 tieve flenzen 4a en 4b van het U-vormige sluitstuk 4 door middel van de scharnierbout 6. Die sleufgaten maken een nauwkeurige uitlijning van de asophanging mogelijk.
Verwezen wordt thans naar fig. 3A, B, waarin een variant op de in fig. 1 en 2 getoonde veerhand is aangege-25 ven. De beide consoleplaten 30' en 30·' komen in hoofdzaak overeen met de consoleplaten 3' en 3" in de eerste uitvoeringsvorm. Een verschil is onder andere, dat de bovenste delen van de consoleplaten 30' en 30” beide schuin naar boven en naar binnen buigen, terwijl de voorste randge-30 deelten ervan naar elkaar toe buigen.
Het grootste verschil betreft echter het U-vormige sluitstuk 40, dat in gemonteerde vorm met de flenzen 40a en 40b horizontaal gericht ligt. Het sluitstuk 40 ligt daarbij met het lijf en het daarvan uitstekende aangrijp-35 uitsteeksel 130 naar voren gericht. In gemonteerde toestand (fig. 3B) liggen beide consoleplaten 30' en 30" tegen de binnenzijden van de respectieve flenzen 40a en ; Q10 3Ö3 7 40b van het sluitstuk 40 aan. In de uitvoeringsvorm volgens fig. 3A, B is de aan de binnenzijde gelegen flens van het sluitstuk 40 voorzien van twee haaks op elkaar staande groeven 15' en 16' waarin een kopse eindrand van een flens 5 en een kopse eindrand van het lijf van een U-vormig dwarsprofiel kunnen grijpen. Soortgelijke groeven zouden uiteraard in de eerste uitvoeringsvorm kunnen worden toegepast.
De in fig. 4 getoonde asophanging verschilt van die volgens fig. 1 alleen voor wat betreft de aangrijpingspun-10 ten van de boveneinden van de schoorstangen. In de uitvoering volgens fig. 4 is tussen de beide chassislangsbalken 1 een spantachtige dwarsbalk 17 aanwezig, waarvan de hoogte in het middenlangsvlak in benedenwaartse richting sterk is vergroot. De beide aangrijpingspunten voor de 15 schoorstangen 110 liggen hierbij dicht naast elkaar op de naar beneden gerichte top van de dwarsbalk 17. De schoorstangen 110 grijpen in dit geval met een wartelverbinding 18 en bijbehorende verbindingspennen op de dwarsbalk 17 aan. De beide veerhanden 2 resp. 20 met het dwarsprofiel 20 daartussen kunnen overeenkomstig fig. 1 en 2 resp. fig. 3 zijn uitgevoerd, waarbij de schoorstangen 110 eventueel met hun benedeneinden haakvormig op de aangrijpuitsteek-sels 13 resp. 130 kunnen aangrijpen.
De uitvoering volgens fig. 4 heeft ten opzichte van 25 die volgens fig. 1 het voordeel, dat de schoorstangen 110 elkaar niet kruisen, zodat een volkomen symmetrische constructie is verkregen.
30 '10 1 0 3 8 3

Claims (10)

1. Asophanging voor een voertuig, meer in het bijzonder voor een voertuig met luchtvering, omvattende twee, elk aan een chassislangsbalk bevestigde, van onderen door een dwarsprofiel met elkaar verbonden en elk van een schar- 5 nierbout voor een de voertuigas dragende arm voorziene consoles, waarbij nabij elke console, in een punt gelegen nabij de verbinding tussen die console en het dwarsprofiel een aanspanbaar schoorelement aangrijpt, dat schuin in de richting van de de andere console dragende chassislangs-10 balk loopt, met het kenmerk, dat de scharnierbouten zijn opgenomen in aan het benedeneinde van de betreffende consoles aangebrachte, in hoofdzaak U-vormige en vorrostij-ve sluitstukken, welke sluitstukken aangrijpuitsteeksels voor de respectieve schoorstangeinden hebben, waarbij de 15 dwarsbalk door middel van de (aangespannen) schoorstangen tussen de naar elkaar toegekeerde flenzen van de beide sluitstukken geklemd zit.
2. Asophanging volgens conclusie l, met het kenmerk, dat de naar elkaar toegekeerde flenzen van de beide sluitstuk- 20 ken aan hun buitenoppervlakken zijn voorzien van complementair aan de einden van het dwarsprofiel gevormde verhogingen en/of verdiepingen.
3. Asophanging volgens conclusies 1-2, met het kenmerk, dat het aangrijpuitsteeksel voor het schoorelement uit- 25 steekt vanaf de van de flenzen afgekeerde zijde van het lijf van het U-vormige sluitstuk,
4. Asophanging volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat elk sluitstuk met elk van zijn flenzen vastzit aan een van de betreffende chassislangsbalk neerhangend plaatvor- 30 mig consoledeel.
5. Asophanging volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de sluitstukflenzen door middel van de scharnierbouten aan de respectieve consoleplaten zijn bevestigd.
6. Asophanging volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat 35 telkens de binnenste van de beide consoleplaten aanligt 1010383 tegen de binnenzijde van de binnengelegen flens van het betreffende sluitstuk.
7. Veerhand, meer in het bijzonder voor toepassing bij een asophanging volgens een der voorgaande conclusies, 5 gekenmerkt door twee in hoofdzaak evenwijdig aan elkaar van een chassislangsbalk neerhangende consoleplaten, die elk aan de bovenzijde zijn voorzien van een haaks naar de tegenoverliggende consoleplaat omgebogen flens, welke flenzen over elkaar grijpen en van samenvallende, op één 10 langsrij gelegen gaten voor een boutverbinding met de chassislangsbalk zijn voorzien.
8. Veerhand volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de beide consoleplaten van onderen zijn voorzien van een U-vormig montagedeel voor de scharnierende bevestiging van 15 de kop van een veerarm.
9. Veerhand volgens conclusies 7-8, met het kenmerk, dat de consoleplaten naar boven toe ten opzichte van elkaar convergeren.
10. Veerhand volgens conclusies 7-9, met het kenmerk, dat 20 de consoleplaten aan de voorzijde naar elkaar toe buigen. 10 10 3 9 3
NL1010383A 1998-10-23 1998-10-23 Asophanging voor een voertuig met luchtvering. NL1010383C2 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1010383A NL1010383C2 (nl) 1998-10-23 1998-10-23 Asophanging voor een voertuig met luchtvering.
DE1999614155 DE69914155T2 (de) 1998-10-23 1999-10-14 Achsaufhängung für ein Fahrzeug mit einem Luftfedersystem
EP19990203377 EP0995664B1 (en) 1998-10-23 1999-10-14 Axle suspension for a vehicle with air spring system

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1010383A NL1010383C2 (nl) 1998-10-23 1998-10-23 Asophanging voor een voertuig met luchtvering.
NL1010383 1998-10-23

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1010383C2 true NL1010383C2 (nl) 2000-04-26

Family

ID=19768009

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1010383A NL1010383C2 (nl) 1998-10-23 1998-10-23 Asophanging voor een voertuig met luchtvering.

Country Status (3)

Country Link
EP (1) EP0995664B1 (nl)
DE (1) DE69914155T2 (nl)
NL (1) NL1010383C2 (nl)

Families Citing this family (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1018772C1 (nl) * 2001-08-16 2003-02-18 Weweler Nv Bevestiging van een draagbeugel van een assamenstel aan een voertuigchassis.
NL1022948C2 (nl) * 2003-03-17 2004-09-20 Weweler Nv Bevestiging van een draagbeugel van een assamenstel aan een voertuigchassis.
NL1023548C2 (nl) * 2003-05-27 2004-11-30 Weweler Nv Wielasophanging.
JP2005014737A (ja) * 2003-06-25 2005-01-20 Toyota Motor Corp 鋳造サスペンションメンバ構造及び鋳造サスペンションメンバの製造方法
DE102006044402A1 (de) * 2005-10-21 2007-05-03 Bpw Bergische Achsen Kg Achsaufhängung für eine längslenkergeführte Fahrzeugachse
NL1033534C2 (nl) * 2007-03-12 2008-09-15 Weweler Nv Schoring voor wielasophanging.
NL1033820C2 (nl) * 2007-05-08 2008-11-11 Weweler Nv Veerhand.
NL2005663C2 (en) 2010-11-10 2012-05-14 Daf Trucks Nv Mounting arrangement for a trailer coupling.
DE102016107050B4 (de) * 2016-04-15 2020-11-12 Saf-Holland Gmbh Lagerbockeinheit
NL2020949B1 (en) * 2018-05-17 2019-11-25 Vdl Weweler Bv Wheel axle suspension with tubular strut
NL2033053B1 (en) * 2022-09-16 2024-03-25 Vdl Weweler Bv Bearing bracket with strut attachment and wheel axle suspension comprising such a bearing bracket

Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2633203A (en) * 1947-02-24 1953-03-31 Clyde R Paton Articulated motor vehicle frame structure
FR2000650A1 (nl) * 1968-01-24 1969-09-12 Mashinenfabrik Fahr
US3829115A (en) * 1970-05-08 1974-08-13 S Rich Frame assembly for mobile structures
DE2725599A1 (de) * 1977-05-24 1978-12-21 Steyr Daimler Puch Ag Aufhaengung fuer wenigstens zwei unmittelbar hintereinander liegende radachsen von nutzfahrzeugen
EP0231761A2 (de) * 1986-01-20 1987-08-12 Maschinenfabrik Bernard Krone GmbH Anhänger für Lastkraftwagen
EP0421556A1 (en) * 1989-10-06 1991-04-10 Weweler N.V. Air spring system for a vehicle
EP0773119A1 (en) * 1995-11-09 1997-05-14 Ror Rockwell Limited Improvements relating to vehicle air suspension

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2901240A (en) * 1955-12-12 1959-08-25 Tyman H Fikse Vehicle suspension system
NL1003649C2 (nl) * 1996-07-19 1998-01-21 Weweler Nv Veerhand voor een voertuig-veersysteem.
NL1006567C2 (nl) * 1997-07-11 1999-01-12 Weweler Nv Luchtveersysteem met voorgespannen schoren.

Patent Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2633203A (en) * 1947-02-24 1953-03-31 Clyde R Paton Articulated motor vehicle frame structure
FR2000650A1 (nl) * 1968-01-24 1969-09-12 Mashinenfabrik Fahr
US3829115A (en) * 1970-05-08 1974-08-13 S Rich Frame assembly for mobile structures
DE2725599A1 (de) * 1977-05-24 1978-12-21 Steyr Daimler Puch Ag Aufhaengung fuer wenigstens zwei unmittelbar hintereinander liegende radachsen von nutzfahrzeugen
EP0231761A2 (de) * 1986-01-20 1987-08-12 Maschinenfabrik Bernard Krone GmbH Anhänger für Lastkraftwagen
EP0421556A1 (en) * 1989-10-06 1991-04-10 Weweler N.V. Air spring system for a vehicle
EP0773119A1 (en) * 1995-11-09 1997-05-14 Ror Rockwell Limited Improvements relating to vehicle air suspension

Also Published As

Publication number Publication date
EP0995664B1 (en) 2004-01-14
DE69914155T2 (de) 2004-07-22
DE69914155D1 (de) 2004-02-19
EP0995664A1 (en) 2000-04-26

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1010383C2 (nl) Asophanging voor een voertuig met luchtvering.
NL1033820C2 (nl) Veerhand.
EP1265762B1 (en) Aluminum frame hanger for axle/suspension systems
US8960694B2 (en) Trailing arm mounting bracket
US8490989B2 (en) Heavy-duty axle-to-beam connection
FR2889828A1 (fr) Pare-chocs pour vehicule automobile
AU2001250043A1 (en) Aluminum frame hanger for axle/suspension systems
US4900057A (en) Suspension system with pivotally connected A-frame parallelogram
EP3127726A1 (en) Pneumatic tandem axle suspension for a pair of rear axles of a vehicle, in particular a heavy goods vehicle
RU121201U1 (ru) Кронштейн подвески транспортного средства (варианты)
NL1033534C2 (nl) Schoring voor wielasophanging.
NL1018435C2 (nl) Verbinding tussen een aslichaam van een wielas van een voertuig en een de wielas dragende draagarm.
RU119685U1 (ru) Кронштейн подвески транспортного средства (варианты)
NL2002893C2 (en) Trailing arm mounting bracket.
NL8902496A (nl) Luchtveersysteem voor een voertuig en voertuig met zulk een systeem.
CN107264218B (zh) 具有横向稳定杆的车轴悬架系统和具有车轴悬架系统的车辆
CA2945523A1 (en) Stabilized railway freight car truck
CN209814153U (zh) 一种具有减震功能的铝制拖车
RU2168420C2 (ru) Конструкция оси транспортного средства
RU2663959C1 (ru) Кронштейн для крепления амортизатора подвески транспортного средства
RU177827U1 (ru) Кронштейн для крепления амортизатора подвески транспортного средства
KR102119447B1 (ko) 휠하우스 보강 구조
CN216580021U (zh) 一种前油气悬架总成及车辆
RU2686600C1 (ru) Рама железнодорожного грузового вагона, в частности хоппер-дозатора
NL1021052C2 (nl) Inrichting voor het bevestigen van een wielas aan het chassis van een voertuig.

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20030501