NL1006567C2 - Luchtveersysteem met voorgespannen schoren. - Google Patents
Luchtveersysteem met voorgespannen schoren. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1006567C2 NL1006567C2 NL1006567A NL1006567A NL1006567C2 NL 1006567 C2 NL1006567 C2 NL 1006567C2 NL 1006567 A NL1006567 A NL 1006567A NL 1006567 A NL1006567 A NL 1006567A NL 1006567 C2 NL1006567 C2 NL 1006567C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- frame
- sub
- cable
- strut
- air
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G99/00—Subject matter not provided for in other groups of this subclass
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B62—LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
- B62D—MOTOR VEHICLES; TRAILERS
- B62D21/00—Understructures, i.e. chassis frame on which a vehicle body may be mounted
- B62D21/09—Means for mounting load bearing surfaces
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B62—LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
- B62D—MOTOR VEHICLES; TRAILERS
- B62D21/00—Understructures, i.e. chassis frame on which a vehicle body may be mounted
- B62D21/12—Understructures, i.e. chassis frame on which a vehicle body may be mounted assembled from readily detachable parts
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B62—LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
- B62D—MOTOR VEHICLES; TRAILERS
- B62D27/00—Connections between superstructure or understructure sub-units
- B62D27/06—Connections between superstructure or understructure sub-units readily releasable
- B62D27/065—Connections between superstructure or understructure sub-units readily releasable using screwthread
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G2200/00—Indexing codes relating to suspension types
- B60G2200/30—Rigid axle suspensions
- B60G2200/31—Rigid axle suspensions with two trailing arms rigidly connected to the axle
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G2202/00—Indexing codes relating to the type of spring, damper or actuator
- B60G2202/10—Type of spring
- B60G2202/15—Fluid spring
- B60G2202/152—Pneumatic spring
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G2204/00—Indexing codes related to suspensions per se or to auxiliary parts
- B60G2204/10—Mounting of suspension elements
- B60G2204/12—Mounting of springs or dampers
- B60G2204/128—Damper mount on vehicle body or chassis
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G2204/00—Indexing codes related to suspensions per se or to auxiliary parts
- B60G2204/10—Mounting of suspension elements
- B60G2204/15—Mounting of subframes
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G2206/00—Indexing codes related to the manufacturing of suspensions: constructional features, the materials used, procedures or tools
- B60G2206/01—Constructional features of suspension elements, e.g. arms, dampers, springs
- B60G2206/60—Subframe construction
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60G—VEHICLE SUSPENSION ARRANGEMENTS
- B60G2206/00—Indexing codes related to the manufacturing of suspensions: constructional features, the materials used, procedures or tools
- B60G2206/01—Constructional features of suspension elements, e.g. arms, dampers, springs
- B60G2206/60—Subframe construction
- B60G2206/601—Hanger bracket
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Combustion & Propulsion (AREA)
- Transportation (AREA)
- Body Structure For Vehicles (AREA)
- Vehicle Body Suspensions (AREA)
Description
Luchtveersysteem met voorgespannen schoren
De uitvinding heeft betrekking op een luchtveersysteem voor een voertuig, omvattende een voertuiggestel, een subgestel op afstand 5 onder het voertuiggestel, aan weerszijden van het voertuiggestel scharnierend met het subgestel verbonden draagarmen die een as ondersteunen, twee elk tussen een draagarm en het gestel telkens geplaatste luchtveren, alsmede schoren die vanaf het gestel schuin naar beneden lopen en met het subgestel zijn verbonden 10 Een dergelijk luchtveersysteem is bekend uit EP-B-421556. De twee in dat systeem toegepaste schoren zijn door middel van lassen verbonden met het gestel enerzijds, en met het midden van de dwarsverbinding anderzijds. De constructie van dit luchtveersysteem is licht, en kan de dwarskrachten goed opnemen.
15 Dit bekende luchtveersysteem is echter niet geschikt voor niet- gelaste constructies. Een constructie waarin geen of minder lassen voorkomen heeft voordelen met betrekking tot de productiewijze en de weerstand tegen vermoeiing. Een las vormt namelijk een zeer buigstijve verbinding, hetgeen vanuit het oogpunt van vermoeiing minder gunstig 20 is.
Doel van de uitvinding is een luchtveersysteem te verschaffen dat deze nadelen mist. Dat doel wordt bereikt doordat elke schoor is voorgespannen tussen het gestel en het subgestel.
In het luchtveersysteem volgens de uitvinding behoeven de schoren 25 niet alle gelast te worden, terwijl toch de vereiste stijfheid met betrekking tot dwarskrachten wordt verkregen door middel van de voorspanning. Anderzijds zijn in deze constructie niet alle stijve verbindingen zo stijf als bij gelaste constructies, zodat het vermoeiingsgedrag gunstiger is.
30 De voorspanning in de schoren kan op verschillende manieren worden verkregen. Bij voorkeur wordt daartoe tenminste een schoor op een plaats met een vaste positie verbonden aan het gestel of het subgestel, en door middel van een instelbare spanverbinding verbonden met de andere daarvan.
35 Als voorbeeld kan tenminste een schoor door middel van een haakverbinding zijn verbonden met het gestel of het subgestel.
Belangrijk is dat de verbinding spelingsvrij is, zodanig dat de 2 gewenste voorspanning kan worden gehandhaafd. De speling wordt uit de constructie verwijderd door de instelbare spanverbinding.
Deze instelbare spanverbinding kan op verschillende manieren worden uitgevoerd. Zo kan bijvoorbeeld tenminste een schoor door 5 middel van een vastzetbaar excentermechanisme zijn verbonden met het subgestel of het gestel. Als alternatief kan de voorspanning ook worden verkregen door middel van een spanwartel.
Het luchtveersysteem volgens de uitvinding kan worden toegepast bij een oplegger waarvan het gestel is opgebouwd uit langsliggers en 10 dwarsliggers, en waarvan de schoren zijn verbonden aan een in wezen verticaal boven het subgestel liggende dwarsligger. Daarbij kan tenminste een schoor op een plaats met een vaste positie zijn verbonden aan de dwarsligger of het subgestel, en door middel van een instelbare verbinding verbonden zijn met de andere daarvan.
15 Volgens een eerste mogelijkheid kan de uitvinding toegepast worden bij een luchtveersysteem waarbij het subgestel een dwars onder het voertuiggestel lopende veerhandbalk omvat die een dwarsverbinding vormt en aan de einden waarvan telkens een draagarm is verbonden.
Volgens een tweede mogelijkheid kan het gaan om een 20 luchtveersysteem waarbij het subgestel veerhanden omvat aan weerszijden van het voertuiggestel, welke veerhanden onderling door een dwarsverbinding op afstand onder het gestel zijn verbonden, aan welke veerhanden telkens een draagarm is verbonden.
De hiervoor beschreven schoren kunnen uit elk geschikt op trek of 25 druk belastbaar element bestaan, zoals een metalen stang. Volgens een verdere mogelijkheid kan elke schoor uit een voorgespannen kabel of kabeldeel bestaan.
Bij voorkeur zijn de de schoren vormende kabeldelen in een geheel uitgevoerd met een die kabeldelen verbindend verder kabeldeel, en zijn 30 beide vrije einden van beide de schoren vormende kabeldelen verbonden met de dwarsverbinding of de dwarsligger.
Deze kabeldelen kunnen onderdeel zijn van een kabel die is geslagen om twee vaste steunpunten op de dwarsligger of de dwarsverbinding.
35 De kabel kan zijn geslagen om, en bevestigd aan, steunpunten op de dwarsligger en de dwarsverbinding, waarbij tenminste een der steunpunten verplaatsbaar is door middel van en voorspanorgaan voor 3 het voorspannen van de kabel door verplaatsing van dat/die steunpunt(en).
Als alternatief kan in de kabel zelf een kabelspanner zijn opgenomen.
5 Vervolgens zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van de in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeelden.
Figuren 1 tot en met 6 tonen verschillende mogelijke uitvoeringen van het luchtveersysteem volgens de uitvinding, waarbij slechts een dwarsdoorsnede getoond is door het voertuiggestel met subgestel, en 10 waarin de schoren op verschillende manieren zijn voorgespannen.
Figuur la toont een dwarsdoorsnede door een voertuiggestel met langsliggers 1, 2, welke op regelmatige onderlinge afstanden zijn verbonden door dwarsliggers 3· De langsliggers bestaan uit de dubbele T-balken, met een lijf 4, bovenflens 5 en onderflens 6.
15 Aan de onderzijde van de onderflenzen 6 is telkens een op zich bekende veerhand 7 gelast. De veerhanden 7 zijn aan hun onderzijde onderling verbonden door middel van een gelaste dwarsverbinding 8, bijvoorbeeld een U-balk zoals te zien is in de doorsnede van figuur lb.
20 Op bekende wijze bezit elke veerhand 7 een gat 9t waarin een (niet getoonde) scharnierpen opneembaar is voor een (niet getoonde) veerarm. De veerarm is op gebruikelijke wijze aan zijn andere eind door middel van een luchtbalg (niet getoond) eveneens ondersteund met betrekking tot de langsligger 1.
25 Ter verschaffing van de zijdelingse stabiliteit van het in zijn geheel met 10 aangeduide subgestel, dat bestaat uit de twee veerhanden 7 en de dwarsverbinding 8, zijn volgens de uitvinding de schoren 11, 12 voorzien. De schoren 11, 12 bezitten aan hun ene eind elk een haak 13« die is gehaakt in een uitsparing 14 van de dwarsverbinding 8. Aan 30 hun tegenoverliggende eind is elke schoor 11, 12 door middel van een voorspanverbinding 25 verbonden met de dwarsligger 3· Deze voorspanverbinding bestaat uit een uitsparing met een bout 15 (zie figuur lc), die gestoken is in het excentrische gat 17 van de schijf 16. De schijf l6 is op zijn beurt draaibaar rond zijn hartlijn 35 opgenoraen in een gat 18 in de dwarsligger 3·
Zoals weergegeven in figuur ld bezit elke schijf 16 een zeskante kop 19t waarop een sleutel kan aangrijpen. Bij het verdraaien van de it zeskante kop 191 wordt de schoor 11, 12 gespannen, zodanig dat de gewenste voorspanning kan worden bereikt.
Na het voorspannen kan de schijf 16 door het aanhalen van moer 20 op bout 15 in de bereikte positie worden vastgeklemd. De zeskante kop 5 19 werkt daarbij samen met de onderlegring 21, zodanig dat het pakket bestasinde uit schijf 16, dwarsverbinding 3. onderlegring 21 en boutkop 15 met ring 22 stevig en onverdraaibaar wordt vastgeklemd.
Bij de in figuur 2 getoonde variant, die in grote lijnen overeenkomt met de variant van figuur 1, zijn de schoren 11, 12 10 gehaakt in overeenkomstige uitsparingen 23, 24 van de veerhanden 7. die door middel van bouten zijn verbonden met de dwarsverbinding 8.
Aan hun andere eind zijn de schoren 11, 12 door middel van de onder verwijzing naar figuur 1 beschreven voor spanbare bevestiging 25 bevestigd aan de dwarsligger 3- 15 De in figuur 3 getoonde variant bevat schoren 26, 27, die enerzijds gehaakt zijn in uitsparingen 28, 29 van de dwarsligger 3. en die anderzijds door middel van de in hun geheel met 30 aangeduide wartelverbindingen zijn bevestigd aan de dwarsverbinding 29 tussen de veerhanden 7· 20 Elke wartelverbinding 30 omvat een beslagdeel 31 met een draaibaar daaraan verbonden moer 32, die samenwerkt met het schroefdraadeind 33 van elke schoor 26, 27. Door het aandraaien van de moeren 32 kunnen de schoren 26, 27 op de gewenste voorspanning worden gebracht. Op gebruikelijke wijze kunnen de moeren 32 door een (niet 25 getoonde) borging worden beveiligd tegen losdraaien.
De variant in figuur 4 toont een voorspanverbinding 49· De schoor 34 is door middel van een haak 35 is bevestigd aan de uitsparing 36 in de dwarsligger 3· Aan zijn andere eind is de schoor voorzien van een gat met daarin een bout 37. waarop een conus 38 is geschoven.
30 De dwarsverbinding 39 bezit een overeenkomstig gevormd conisch gat 40. Door het aandraaien van de moer 4l op de bout 37 wordt het pakket bestaande uit conus 38, dwarsverbinding 39 en schoor 34 op elkaar gedrukt, waarbij de voorspanning wordt verkregen doordat de bout 37 aanvankelijk excentrisch in het gat 40 is geplaatst en 35 vervolgens door de samenwerking tussen de conische oppervlakken van conus 38 en gat 40 gecentreerd wordt.
Bij de in figuur 5 getoonde variant is een uit drie delen 42, 43, 50 bestaande spankabel toegepast. Elk spankabeldeel 42, 43 is 5 enerzijds door middel van een kabeloog 44 verbonden aan een pen 45 van de dwarsverbinding 4. Anderzijds is elk spankabeldeel 42, 43 verbonden met een spanner 46. De kabeldelen zijn voorts geleid om steunpunten 47 op de dwarsligger 48, tussen welke steunpunten 47 zich het kabeldeel 5 50 uitstrekt.
Door middel van de spanner 46 kunnen de spankabeldelen 42, 43 op voorspanning worden gebracht, waardoor de gewenste stabilisatie van subgestel en gestel kan worden verzekerd. Ter plaatse van de steunpunten 47 zijn de kabeldelen geborgd (niet getoond), zodanig dat 10 relatieve verplaatsingen aldaar vermeden worden.
De in figuren 6a, 6b getoonde variant omvat een voertuiggestel met U-vormige liggers 55. 56, waaraan door middel van steunplaten 57 een veerhandbalk 50 is bevestigd. Aan de einden 51* 52 van deze veerhandbalk kunnen de draagarmen (niet getoond) worden opgehangen.
15 Door middel van twee schoren 54, 58, 59 is het aldus gevormde subgestel 10 gestabiliseerd met betrekking tot het voertuiggestel 55. 56, 60. De schoren omvatten stangdelen 58, 59. waarvan de naar elkaar gekeerde einden van tegengestelde schroefdraad zijn voorzien, zodanig dat zij gespannen kunnen worden door middel van wartel 54. Stangdeel 20 59 is door middel van en lasverbinding 53 bevestigd aan de veerhandbalk 50; stangdeel 58 is door middel van een haak- of oogverbinding 62 verbonden aan de dwarsligger 60.
Claims (16)
1. Luchtveersysteem voor een voertuig, omvattende een voertuiggestel, een subgestel (10) op afstand onder het 5 voertuiggestel, aan weerszijden van het voertuiggestel scharnierend met het subgestel (10) verbonden draagarmen die een as ondersteunen, twee elk tussen een draagarm en het gestel (1-3) telkens geplaatste luchtveren, alsmede schoren (11, 12; 26, 27; 34; 42, 43) die vanaf het gestel schuin naar beneden lopen en met het subgestel (10) zijn 10 verbonden, met het kenmerk dat elke schoor (11, 12; 26, 27; 34; 42, 43. is voorgespannen tussen het gestel (1-3) en het subgestel (10).
2. Luchtveersysteem volgens conclusie 1, waarbij tenminste een schoor (11, 12; 26, 27; 34) op een plaats met een vaste positie is 15 verbonden aan het gestel (1-3) of het subgestel (10), en door middel van een instelbare spanverbinding· (25, 30, 49) is verbonden met de andere daarvan.
3. Luchtveersysteem volgens conclusie 2, waarbij tenminste een 20 schoor (11, 12; 26, 27, 34) door middel van een haakverbinding (13, 35). oogverbinding of lasverbinding (53) is verbonden met het gestel (1-3) of het subgestel (10).
4. Luchtveersysteem volgens conclusie 2 of 3. waarbij tenminste 25 een schoor (11, 12, 34) door middel van en vastzetbaar excentermechanisme (25, 49) is verbonden met het subgestel (10) of het gestel (1-3).
5- Luchtveersysteem volgens één der voorgaande conclusies, 30 waarbij tenminste een schoor (26, 27) spanbaar is door middel van een spanwartel (30, 54).
6. Luchtveersysteem volgens één der voorgaande conclusies, voor een voertuig waarvan het gestel is opgebouwd uit langsliggers (1, 2) 35 en dwarsliggers (3). van welk voertuig de schoren (11, 12; 26, 27; 34) zijn verbonden aan een in wezen verticaal boven het subgestel (10) liggende dwarsligger (3), waarbij tenminste een schoor (11, 12; 26, 27. 34) op een plaats met een vaste positie is verbonden aan de dwarsligger (3) of het subgestel (10), en door middel van een instelbare spanverbinding {25, 30, 49) is verbonden met de andere daarvan. 5
7· Luchtveersysteem volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het subgestel (10) een dwars onder het voertuiggestel lopende veerhandbalk (50) omvat die een dwarsverbinding vormt en aan de einden (50, 51) waarvan telkens een draagarm is verbonden.
8. Luchtveersysteem volgens één der conclusies 1-6, waarbij het subgestel (10) veerhanden (7) omvat aan weerszijden van het voertuiggestel, welke veerhanden (7) onderling door een dwarsverbinding (18, 29, 39, 48) op afstand onder het gestel (1-3) zijn verbonden, aan welke veerhanden (7) telkens een draagarm is 15 verbonden.
9· Luchtveersysteem volgens conclusie 8, waarbij tenminste een schoor (11, 12) is verbonden met de dwarsverbinding (3).
10. Luchtveersysteem volgens conclusie 9, waarbij de schoren (11, 12. elk aan een andere zijkant van de dwarsverbinding (3) zijn verbonden.
11. Luchtveersysteem volgens één der conclusies 7~10, waarbij 25 tenminste een schoor (11, 12) is verbonden met een veerhand (7),
12. Luchtveersysteem volgens één der voorgaande conclusies, waarbij tenminste een schoor uit een voorgespannen kabel of kabeldeel (42, 43) bestaat. 30
13. Luchtveersysteem volgens conclusie 12, waarbij de de schoren vormende kabeldelen (42, 43) in een geheel zijn uitgevoerd met een die kabeldelen verbindend verder kabeldeel (50), en beide vrije einden van beide de schoren vormende kabeldelen (42, 43) zijn verbonden met het 35 subgestel (20) of de dwarsligger.
14. Luchtveersysteem volgens conclusie 13. waarbij de kabeldelen (42, 43, 50) onderdeel zijn van een kabel die is geslagen om twee vaste steunpunten (47) op de dwarsligger (3) of het subgestel (10). 5
15· Luchtveersysteem volgens conclusie 14, waarbij de kabel (42, 43, 50) is geslagen om, en bevestigd aan, steunpunten (47) op de dwarsligger (3) en het subgestel (10), en tenminste een der steunpunten (45) verplaatsbaar is door middel van en voorspanorgaan voor het voorspannen van de kabel door verplaatsing van dat/die 10 steunpunt(en).
16. Luchtveersysteem volgens één der conclusies 11-14, waarbij in de kabel (42, 43, 50) een kabelspanner (46) is opgenomen.
Priority Applications (3)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1006567A NL1006567C2 (nl) | 1997-07-11 | 1997-07-11 | Luchtveersysteem met voorgespannen schoren. |
DE1998617097 DE69817097T2 (de) | 1997-07-11 | 1998-05-12 | Luftfedersystem mit vorgespannten Elementen |
EP19980201575 EP0890501B1 (en) | 1997-07-11 | 1998-05-12 | Pneumatic spring system with prestressed struts |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1006567 | 1997-07-11 | ||
NL1006567A NL1006567C2 (nl) | 1997-07-11 | 1997-07-11 | Luchtveersysteem met voorgespannen schoren. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1006567C2 true NL1006567C2 (nl) | 1999-01-12 |
Family
ID=19765339
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1006567A NL1006567C2 (nl) | 1997-07-11 | 1997-07-11 | Luchtveersysteem met voorgespannen schoren. |
Country Status (3)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP0890501B1 (nl) |
DE (1) | DE69817097T2 (nl) |
NL (1) | NL1006567C2 (nl) |
Families Citing this family (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1010383C2 (nl) * | 1998-10-23 | 2000-04-26 | Weweler Nv | Asophanging voor een voertuig met luchtvering. |
DE59910347D1 (de) * | 1999-06-04 | 2004-09-30 | Bpw Bergische Achsen Kg | Achskonstruktion für Nutzfahrzeuge, Nutzfahrzeuganhänger und -auflieger |
JP4580532B2 (ja) * | 2000-10-11 | 2010-11-17 | 富士重工業株式会社 | サスペンション取付構造 |
NL1021052C2 (nl) * | 2002-07-11 | 2004-01-13 | Weweler Nv | Inrichting voor het bevestigen van een wielas aan het chassis van een voertuig. |
NL1023548C2 (nl) * | 2003-05-27 | 2004-11-30 | Weweler Nv | Wielasophanging. |
FR2987802B1 (fr) * | 2012-03-07 | 2014-03-28 | Peugeot Citroen Automobiles Sa | Caisse de vehicule automobile a zone d'auvent rigidifiee par cable. |
NL2020949B1 (en) * | 2018-05-17 | 2019-11-25 | Vdl Weweler Bv | Wheel axle suspension with tubular strut |
Citations (11)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB319484A (en) * | 1928-09-18 | 1929-09-26 | John Wilson Clifford Hedges | Improvements connected with motor road vehicles |
GB332732A (en) * | 1929-07-12 | 1930-07-31 | Alfred Lussy | Improvements in or relating to motor vehicle frame or chassis construction |
US2633203A (en) * | 1947-02-24 | 1953-03-31 | Clyde R Paton | Articulated motor vehicle frame structure |
US2789835A (en) * | 1955-12-14 | 1957-04-23 | Richard G Ashton | Vehicle suspension system for boat trailers and the like |
US3397895A (en) * | 1967-03-09 | 1968-08-20 | Kuniskis Casemiro Alexandre | Combination vehicle stabilizer and force equalizer |
FR2000650A1 (nl) * | 1968-01-24 | 1969-09-12 | Mashinenfabrik Fahr | |
US4000913A (en) * | 1974-11-08 | 1977-01-04 | Twm Manufacturing Company, Inc. | Lightweight high strength auxiliary lift axle suspension system for high framed vehicles |
DE2725599A1 (de) * | 1977-05-24 | 1978-12-21 | Steyr Daimler Puch Ag | Aufhaengung fuer wenigstens zwei unmittelbar hintereinander liegende radachsen von nutzfahrzeugen |
EP0325002A1 (en) * | 1988-01-07 | 1989-07-26 | Weweler N.V. | Connecting stucture for connecting a spring axle suspension to a vehicle chassis |
EP0421556A1 (en) * | 1989-10-06 | 1991-04-10 | Weweler N.V. | Air spring system for a vehicle |
JPH07267144A (ja) * | 1994-03-31 | 1995-10-17 | Nissan Motor Co Ltd | 車体後部の補強構造 |
-
1997
- 1997-07-11 NL NL1006567A patent/NL1006567C2/nl not_active IP Right Cessation
-
1998
- 1998-05-12 DE DE1998617097 patent/DE69817097T2/de not_active Expired - Lifetime
- 1998-05-12 EP EP19980201575 patent/EP0890501B1/en not_active Expired - Lifetime
Patent Citations (11)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB319484A (en) * | 1928-09-18 | 1929-09-26 | John Wilson Clifford Hedges | Improvements connected with motor road vehicles |
GB332732A (en) * | 1929-07-12 | 1930-07-31 | Alfred Lussy | Improvements in or relating to motor vehicle frame or chassis construction |
US2633203A (en) * | 1947-02-24 | 1953-03-31 | Clyde R Paton | Articulated motor vehicle frame structure |
US2789835A (en) * | 1955-12-14 | 1957-04-23 | Richard G Ashton | Vehicle suspension system for boat trailers and the like |
US3397895A (en) * | 1967-03-09 | 1968-08-20 | Kuniskis Casemiro Alexandre | Combination vehicle stabilizer and force equalizer |
FR2000650A1 (nl) * | 1968-01-24 | 1969-09-12 | Mashinenfabrik Fahr | |
US4000913A (en) * | 1974-11-08 | 1977-01-04 | Twm Manufacturing Company, Inc. | Lightweight high strength auxiliary lift axle suspension system for high framed vehicles |
DE2725599A1 (de) * | 1977-05-24 | 1978-12-21 | Steyr Daimler Puch Ag | Aufhaengung fuer wenigstens zwei unmittelbar hintereinander liegende radachsen von nutzfahrzeugen |
EP0325002A1 (en) * | 1988-01-07 | 1989-07-26 | Weweler N.V. | Connecting stucture for connecting a spring axle suspension to a vehicle chassis |
EP0421556A1 (en) * | 1989-10-06 | 1991-04-10 | Weweler N.V. | Air spring system for a vehicle |
JPH07267144A (ja) * | 1994-03-31 | 1995-10-17 | Nissan Motor Co Ltd | 車体後部の補強構造 |
Non-Patent Citations (1)
Title |
---|
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 096, no. 002 29 February 1996 (1996-02-29) * |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP0890501B1 (en) | 2003-08-13 |
DE69817097D1 (de) | 2003-09-18 |
EP0890501A1 (en) | 1999-01-13 |
DE69817097T2 (de) | 2004-04-01 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4202564A (en) | Tandem axle suspension system | |
NL1006567C2 (nl) | Luchtveersysteem met voorgespannen schoren. | |
JP5538422B2 (ja) | 車軸のための軸懸架部 | |
FR2675432A1 (fr) | Suspension avant amelioree. | |
CA2497478A1 (en) | Beam axle suspension with diagonal link | |
US5447324A (en) | Stabilized tandem axle drive suspension with elastomer spring in compression and shear | |
KR100713711B1 (ko) | 일체화된 트레일링 암 및 마운팅 브래킷을 포함하는차량용 리지드 액슬 | |
CA2602704C (en) | Vehicle body with a curved metal plate floor | |
NL1033534C2 (nl) | Schoring voor wielasophanging. | |
NL8102888A (nl) | Gestel voor kiplichamen van vrachtwagens. | |
US5971425A (en) | Suspension system for a load carrying machine | |
WO1998034803A1 (en) | Full load-share coilspring bogie suspension | |
NL2002893C2 (en) | Trailing arm mounting bracket. | |
CN1094681A (zh) | 一种保护铁 | |
NL2020949B1 (en) | Wheel axle suspension with tubular strut | |
US4708354A (en) | Vehicle steering stabilizer | |
NL1021052C2 (nl) | Inrichting voor het bevestigen van een wielas aan het chassis van een voertuig. | |
US20220227421A1 (en) | Vehicle chassis having twin walled beams with suspension mounting structure | |
RU2364520C2 (ru) | Колесная балка | |
AU2006228988B2 (en) | Vehicle body with a curved metal plate floor | |
WO2021140100A1 (en) | Chassis mounting unit | |
AU2009101305B4 (en) | An improved railway bogie and method of manufacturing the same | |
NL2006063C2 (nl) | Aanhangwagen en werkwijze voor het vervaardigen van de aanhangwagen. | |
BE444616A (nl) | ||
RU2364521C2 (ru) | Подвеска колесной балки |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
MK | Patent expired because of reaching the maximum lifetime of a patent |
Effective date: 20170710 |