NL1008475C2 - Dubbelwerkende hydraulische aandrijfcilinder, in het bijzonder voor het kantelen van een cabine van een voertuig. - Google Patents

Dubbelwerkende hydraulische aandrijfcilinder, in het bijzonder voor het kantelen van een cabine van een voertuig. Download PDF

Info

Publication number
NL1008475C2
NL1008475C2 NL1008475A NL1008475A NL1008475C2 NL 1008475 C2 NL1008475 C2 NL 1008475C2 NL 1008475 A NL1008475 A NL 1008475A NL 1008475 A NL1008475 A NL 1008475A NL 1008475 C2 NL1008475 C2 NL 1008475C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cylinder
bypass
piston
piston rod
tube
Prior art date
Application number
NL1008475A
Other languages
English (en)
Inventor
Johannes Bernardus Gerh Rikhof
Original Assignee
Applied Power Inc
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Applied Power Inc filed Critical Applied Power Inc
Priority to NL1008475A priority Critical patent/NL1008475C2/nl
Priority to DE19983013T priority patent/DE19983013T1/de
Priority to PCT/NL1999/000088 priority patent/WO1999045280A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1008475C2 publication Critical patent/NL1008475C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62DMOTOR VEHICLES; TRAILERS
    • B62D33/00Superstructures for load-carrying vehicles
    • B62D33/06Drivers' cabs
    • B62D33/063Drivers' cabs movable from one position into at least one other position, e.g. tiltable, pivotable about a vertical axis, displaceable from one side of the vehicle to the other
    • B62D33/067Drivers' cabs movable from one position into at least one other position, e.g. tiltable, pivotable about a vertical axis, displaceable from one side of the vehicle to the other tiltable
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F15FLUID-PRESSURE ACTUATORS; HYDRAULICS OR PNEUMATICS IN GENERAL
    • F15BSYSTEMS ACTING BY MEANS OF FLUIDS IN GENERAL; FLUID-PRESSURE ACTUATORS, e.g. SERVOMOTORS; DETAILS OF FLUID-PRESSURE SYSTEMS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • F15B15/00Fluid-actuated devices for displacing a member from one position to another; Gearing associated therewith
    • F15B15/08Characterised by the construction of the motor unit
    • F15B15/14Characterised by the construction of the motor unit of the straight-cylinder type
    • F15B15/1423Component parts; Constructional details
    • F15B15/1466Hollow piston sliding over a stationary rod inside the cylinder
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F15FLUID-PRESSURE ACTUATORS; HYDRAULICS OR PNEUMATICS IN GENERAL
    • F15BSYSTEMS ACTING BY MEANS OF FLUIDS IN GENERAL; FLUID-PRESSURE ACTUATORS, e.g. SERVOMOTORS; DETAILS OF FLUID-PRESSURE SYSTEMS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • F15B15/00Fluid-actuated devices for displacing a member from one position to another; Gearing associated therewith
    • F15B15/08Characterised by the construction of the motor unit
    • F15B15/14Characterised by the construction of the motor unit of the straight-cylinder type
    • F15B15/149Fluid interconnections, e.g. fluid connectors, passages

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Fluid Mechanics (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Actuator (AREA)

Description

Korte aanduiding: Dubbelwerkende hydraulische aandrijfcilinder, in het bijzonder voor het kantelen van een cabine van een voertuig.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een dubbelwerkende hydraulische aandrijfcilinder volgens de aanhef van conclusie 1, in het bijzonder voor het kantelen van een kantelbare cabine van een voertuig.
5 Het is bijvoorbeeld uit EP 0 101 129 en GB 2 079 378 bekend de cabine van een (vracht-)wagen verend af te steunen op het chassis ten behoeve van het comfort van de bestuurder. Om onderhoud uit te kunnen voeren aan de onder de cabine geplaatste voertuigmotor is de cabine kantelbaar 10 ten opzichte van het chassis. Hiertoe is een hydraulische kantelinrichting aanwezig met een hydraulische aandrijfcilinder, soms meerdere, die is aangebracht tussen het chassis en de kantelbare cabine. Om te voorkomen dat de cilinder de veerbeweging van de cabine ten opzichte van het 15 chassis verstoort, worden aandrijfcilinders toegepast die het zogenaamde "lost-motion effect" vertonen. Bij een dergelijke cilinder is een bypassdoorlaat aanwezig, die over een bepaald gedeelte van de axiale slag van het zuiger/zuigerstang-samenstel een verbinding vormt tussen de 20 beide kamers van de cilinder, zodat via de bypassdoorlaat hydraulische vloeistof van de ene kamer naar de andere kamer kan stromen. Dergelijke hydraulische aandrijfcilinders zijn bijvoorbeeld bekend uit EP 0 101 129, EP 0 784 159 en GB 2 079 378.
25 Voor het verkrijgen van het lost-motion effect is bij de uit EP 0 101 129 bekende cilinder de binnenwand van de cilinderruimte nabij de cilinderbodem over een deel van zijn axiale lengte voorzien van bypassgroeven, zodat via die groeven hydraulische vloeistof langs de om de zuiger 30 aangebrachte afdichting kan passeren.
In EP 0 784 159 heeft een deel van de cilinderruimte nabij de cilinderbodem een grotere diameter en is in dat deel een bus aangebracht, die aan de binnenzijde glad is en 1 00 84 7 5 - 2 - dezelfde diameter heeft als de rest van de cilinderruimte en die aan de buitenzijde is voorzien van axiale groeven. Deze groeven strekken zich uit tussen eerste bypassopeningen nabij de cilinderbodem en tweede 5 bypassopeningen aan de naar de cilinderkop gekeerde rand van de bus.
Ook zijn er, bijvoorbeeld uit DE 23 56 249, hydraulische lost-motion cilinders volgens de aanhef van conclusie 1 bekend met een buiten de cilinderbuis 10 opgestelde bypassleiding met een eerste bypassopening naar de cilinderruimte nabij de cilinderbodem en een tweede bypassopening op een axiale afstand daarvan.
Deze bekende lost-motion cilinders hebben diverse nadelen. Zo blijkt het aanbrengen van groeven in de 15 cilinderwand betrekkelijk complex, hetgeen ook geldt voor a de constructie met de additionele bus om de buitenzijde van de cilinderbuis. De oplossing met de uitwendig aangebrachte bypassleiding heeft als nadeel dat de leiding kwestbaar is en de buitenafmetingen van de cilinder ongewenst doet 20 toenemen.
De onderhavige uitvinding beoogt een verbeterde hydraulische aandrijfcilinder met voorzieningen voor het verkrijgen van het lost-motion effect te verschaffen, die compact is uitgevoerd, niet kwetsbaar is voor beschadiging 25 van buitenaf en eenvoudig kan worden vervaardigd.
De onderhavige uitvinding verschaft een dubbelwerkende hydraulische aandrijfcilinder volgens de aanhef van conclusie 1, die is gekenmerkt doordat de bypassmiddelen een in de cilinderruimte opgestelde 30 bypassbuis omvatten en doordat het zuiger/zuigerstang-samenstel is voorzien van een axiale boring voor het opnemen van de bypassbuis. Met andere woorden stelt de uitvinding voor de voor het lost-motion effect noodzakelijke verbinding tussen de kamers van de cilinder 35 te realiseren door in de cilinderruimte een zich in axiale richting uitstrekkende bypassbuis op te stellen, waar het zuiger/zuigerstang-samenstel over heen en weer kan i 1008475 - 3 - schuiven. Voordelige uitvoeringsvormen van de aandrijfcilinder volgens de uitvinding zijn beschreven in de conclusies en de navolgende beschrijving aan de hand van de tekening.
5 De onderhavige uitvinding heeft verder betrekking op een hydraulische kantelinrichting voor het kantelen van een kantelbare voertuigcabine en op een voertuig met een kantelbare cabine en voorzien van een kantelinrichting met een dergelijke hydraulische aandrijfcilinder. In de 10 tekening toont: figuur 1 een zijaanzicht van het voorste deel van een voertuig met een kantelbare bestuurderscabine, figuur 2 een langsdoorsnede van een eerste uitvoeringsvoorbeeld van de dubbelwerkende hydraulische 15 aandrijfcilinder volgens de uitvinding, figuur 3 een langsdoorsnede van een tweede uitvoeringsvoorbeeld van de dubbelwerkende hydraulische aandrijfcilinder volgens de uitvinding, en figuur 4 een langsdoorsnede van een 20 voorkeursuitvoeringsvorm van de dubbelwerkende hydraulische aandrijfcilinder volgens de uitvinding.
In figuur 1 is het voorste deel van een voertuig 1 met een kantelbare bestuurderscabine 2 getoond. De cabine 2 25 is zoals gebruikelijk op chassis 3 aangebracht en via scharniermiddelen 4 met het chassis 3 verbonden. De scharniermiddelen 4 zijn zo uitgevoerd dat de cabine 2 over een hoek verplaatsbaar is ten opzichte van het chassis 3 om een door de scharniermiddelen 4 gedefinieerde scharnieras 30 tussen een rijstand en een in figuur 1 getoonde, naar voren gekantelde stand. In de gekantelde stand van de cabine 2 kan onderhoud worden uitgevoerd aan het voertuig 1, in het bijzonder aan de motor daarvan.
De scharniermiddelen 4 en op zich bekende en hier 35 niet getoonde ondersteuningsmiddelen, die de cabine 2 in de rijstand ondersteunen, zijn zodanig uitgevoerd dat de cabine 2 in de rijstand op en neer kan veren ten opzichte 1 00 8475 - 4 - van het chassis 3 om zo het comfort van de bestuurder te vergroten.
Voor het voorover en weer terug kantelen van de cabine 2 is een hydraulische kantelinrichting voorzien met 5 een dubbelwerkende hydraulische cilinder 6 volgens de uitvinding, waarvan het zuiger/zuigerstang-samenstel 7 is verbonden met de cabine 2 en de cilinderbuis 8 is verbonden met het chassis 3. Met behulp van de kantelinrichting kan ; op de cabine 2 een kracht worden uitgeoefend die in staat 10 is de cabine 2 vanuit de rijstand naar voren te kantelen en weer terug. De kantelinrichting kan, zoals op zich bekend, een tweede hydraulische kantelcilinder omvatten en verder een hier niet getoonde met de hand en/of elektrisch aandrijfbare hydraulische pomp en met een reservoir voor 15 hydraulische vloeistof, alsmede eventueel met een of meer bijbehorende hydraulische kleppen voor het toevoeren van = hydraulische vloeistof onder druk aan de cilinder 6 en het afvoeren daarvan naar het reservoir.
In figuur 2 is het eerste uitvoeringsvoorbeeld van 20 een dubbelwerkende lineaire hydraulische cilinder 20 volgens de uitvinding in detail getoond. De cilinder 20 is geschikt om op de plaats van cilinder 6 in figuur 1 te worden opgesteld.
De cilinder 20 heeft een langwerpige cilinderbuis 25 21, die aan zijn axiale einden respectievelijk door een cilinderbodem 22 en een cilinderkop 23 is afgesloten en daarmee een cilinderruimte 24 begrenst. Verder omvat de cilinder 20 een in de cilinderruimte 24 axiaal heen en weer beweegbaar zuiger/zuigerstang-samenstel met een zuiger 25 30 en een vast daarmee verbonden zuigerstang 26. De zuiger 25 heeft een ronde doorsnede en is voorzien van een afdichtring 27 rondom de buitenomtrek, die afdichtend aanligt tegen de binnenwand van de cilinderbuis 21.
Hierdoor verdeelt de zuiger 25 de cilinderruimte 24 in twee 35 variabele kamers, respectievelijk een kopzijdige of trekkamer 28 en een bodemzijdige of drukkamer 29. De zuigerstang 26 steekt door een van een afdichting 30 •ïüi 1008475 - 5 - voorziene boring 31 in de cilinderkop 23 naar buiten uit en is daar voorzien van een bevestigingsoog of dergelijke.
De cilinder 20 heeft voor elke kamer 28, 29 een bijbehorende aansluiting, respectievelijk 32, 33 voor een 5 hydraulische vloeistofleiding, die naar een bijbehorend pompaggregaat leidt voor het toe- en afvoeren van hydraulische vloeistof.
Voor het verkrijgen van het lost-motion effect is de cilinder 20 voorzien van een in de cilinderruimte 24 10 opgestelde bypassbuis 35, die centraal aan de cilinderbodem 22 is aangebracht en zich in axiale richting van de cilinder 20 uitstrekt naar de cilinderkop 23. Deze bypassbuis 35 steekt in een axiale boring 36 in het zuiger/zuigerstang-samenstel, welke boring 36 zich 15 uitstrekt tot in de zuigerstang 26 en open is aan de zijde van de cilinderbodem 22. De zuigerstang 26 is nabij de zuiger 25 voorzien van verbindingsboringen 37, die de centrale axiale boring 36 verbinden met de cilinderkopzijdige kamer 28 van de cilinder 20.
20 Nabij de bodemzijdige einde van het zuiger/zuigerstang-samenstel is een afdichting 38 aangebracht, die afdichtend aangrijpt op de buitenzijde van de bypassbuis 35.
De bypassbuis 35 heeft een inwendig bypasskanaal 39 25 en is op een afstand van de cilinderbodem 22, die een bepaald gedeelte van de lengte van de cilinderruimte 24 bedraagt, voorzien van een of meer eerste bypassopeningen 40, die het bypasskanaal 39 verbinden met de buitenzijde van de bypassbuis 35. Op grotere afstand van de 30 cilinderbodem 22 is het bypasskanaal 39 afgesloten, hetgeen hier is geschiedt met een stop 41.
In de cilinderbodem 22 is een bypasskanaal 42 aangebracht, dat aansluit op het bypasskanaal 39 in de bypassbuis 35 en op een of meer tweede bypassopeningen 43, 35 die naast de bypassbuis 35 in de cilinderbodem 22 zijn aangebracht en met de drukkamer 29 in verbinding staan.
De bypassbuis 35 heeft een uniforme buitendiameter 1008475 - 6 - over zijn lengte, waarbij de lengte zodanig is dat ook in de volledig uitgeschoven stand van de zuigerstang 26 de bypassbuis 35 in de afdichting 38 steekt.
Door de aanwezigheid van de bypassbuis 35 en de 5 bijbehorende bypassopeningen 40, 43 is een verbinding tussen de kamers 28 en 29 aanwezig indien het zuiger/zuigerstang-samenstel zich nabij de cilinderbodem 22 bevindt, waardoor een aanzienlijke hoeveelheid hydraulische , vloeistof tussen de kamers 28, 29 kan worden uitgewisseld 10 via deze verbinding. Deze mogelijkheid tot vloeistofuitwisseling is aanwezig zolang de eerste bypassopeningen 40 uitmonden in de blinde boring 36 en daardoor via de verbindingsboringen 37 in de trekkamer 28. Als de zuigerstang 26 verder is uitgeschoven en de 15 afdichting 38 voorbij de eerste bypassopeningen 40 is geschoven, monden zowel de eerste als de tweede bypassopeningen 40, 43 uit in de kamer 29 en is er geen mogelijkheid meer voor de hydraulische vloeistof om langs de zuiger 25 te stromen.
20 Figuur 3 toont een tweede uitvoeringsvoorbeeld van een dubbelwerkende lineaire hydraulische cilinder 50 volgens de uitvinding. De cilinder 50 is geschikt om op de plaats van cilinder 6 in figuur 1 te worden opgesteld.
De cilinder 50 heeft een langwerpige cilinderbuis 25 51, die aan zijn axiale einden respectievelijk door een cilinderbodem 52 en een cilinderkop 53 is afgesloten en daarmee een cilinderruimte 54 begrenst. Verder omvat de cilinder 50 een in de cilinderruimte 54 axiaal heen en weer beweegbaar zuiger/zuigerstang-samenstel met een zuiger 55 30 en een vast daarmee verbonden zuigerstang 56. De zuiger 55 heeft een ronde doorsnede en is voorzien van een afdichtring 57 rondom de buitenomtrek, die afdichtend aanligt tegen de binnenwand van de cilinderbuis 51.
Hierdoor verdeelt de zuiger 55 de cilinderruimte 54 in twee 35 variabele kamers, respectievelijk een kopzijdige of trekkamer 58 en een bodemzijdige of drukkamer 59. De zuigerstang 56 steekt door een van een afdichting 60 1 00 8475 - 7 - voorziene boring 61 in de cilinderkop 53 naar buiten uit.
De cilinder 50 heeft voor elke kamer 58, 59 een bijbehorende aansluiting, respectievelijk 62, 63 voor een hydraulische vloeistofleiding voor het toe- en afvoeren van 5 hydraulische vloeistof.
Voor het verkrijgen van het lost-motion effect is de cilinder 50 voorzien van een in de cilinderruimte 54 opgestelde bypassbuis 65, die excentrisch en evenwijdig ten opzichte van de as van de cilinder 50 is aangebracht tussen 10 de cilinderbodem 52 en de cilinderkop 53. Hiertoe is de cilinderkop 53 voorzien van een insteekboring en is de cilinderbodem 52 voorzien van een inbrengopening voor de bypassbuis 65, waarin een stop 66 is geschroefd, zodat de buis 65 is vastgezet. Deze bypassbuis 65 steekt in een 15 axiale boring 67, die naast de zuigerstang 56 in de zuiger 55 is aangebracht. Een afdichting 68 dicht de spleet tussen de bypassbuis 65 en de zuiger 55 af.
De bypassbuis 65 heeft een over ten minste een deel van zijn lengte een inwendig bypasskanaal 69 en is op een 20 afstand van de cilinderbodem 52, die een bepaald gedeelte van de lengte van de cilinderruimte 54 bedraagt, voorzien van een of meer eerste bypassopeningen 70, die het bypasskanaal 69 verbinden met de buitenzijde van de bypassbuis 65. Op grotere afstand van de cilinderbodem 52 25 is het bypasskanaal 69 afgesloten.
Nabij de cilinderbodem 52 is de bypassbuis 65 voorzien van een of meer tweede bypassopeningen 71, die net de drukkamer 59 in verbinding staan.
De bypassbuis 65 heeft een uniforme buitendiameter 30 over zijn lengte. Door de aanwezigheid van de bypassbuis 65 en de bijbehorende bypassopeningen 70, 71 is een verbinding tussen de kamers 58 en 59 aanwezig indien het zuiger/zuigerstang-samenstel zich nabij de cilinderbodem 52 bevindt, waardoor een aanzienlijke hoeveelheid hydraulische 35 vloeistof tussen de kamers 58, 59 kan worden uitgewisseld. Deze mogelijkheid tot vloeistofuitwisseling is aanwezig zolang de eerste bypassopeningen 70 uitmonden in de kamer 1008475 - 8 - 58. Als de zuigerstang 56 verder is uitgeschoven en de afdichting 68 voorbij de eerste bypassopeningen 70 is geschoven, monden zowel de eerste als de tweede bypassopeningen 70, 71 uit in de kamer 59 en is er geen 5 mogelijkheid meer voor de hydraulische vloeistof om langs de zuiger 55 te stromen. Het zal duidelijk zijn dat er ook meerdere bypassbuizen 65 kunnen zijn opgesteld in de cilinderruimte.
In figuur 4 is de voorkeursuitvoeringsvorm van een 10 dubbelwerkende lineaire hydraulische cilinder 80 volgens de uitvinding in detail getoond. De cilinder 80 is geschikt om op de plaats van cilinder 6 in figuur 1 te worden opgesteld.
De cilinder 80 heeft een langwerpige cilinderbuis 15 81, die aan zijn axiale einden respectievelijk door een cilinderbodem 82 en een cilinderkop 83 is afgesloten en daarmee een cilinderruimte 84 begrenst. Verder omvat de cilinder 80 een in de cilinderruimte 84 axiaal heen en weer beweegbaar zuiger/zuigerstang-samenstel met een zuiger 85 20 en een vast daarmee verbonden zuigerstang 86. De zuiger 85 heeft een ronde doorsnede en is voorzien van een afdichtring 87 rondom de buitenomtrek, die afdichtend aanligt tegen de gladde cilindrische binnenwand van de cilinderbuis 81. Hierdoor verdeelt de zuiger 85 de 25 cilinderruimte 84 in twee variabele kamers, respectievelijk een kopzijdige of trekkamer 88 en een bodemzijdige of drukkamer 89. De zuigerstang 86 steekt door een van een afdichting 90 voorziene boring 91 in de cilinderkop 83 naar buiten uit.
30 De cilinder 80 heeft voor elke kamer 88, 89 een bijbehorende aansluiting, respectievelijk 92, 93 voor een hydraulische vloeistofleiding voor het toe- en afvoeren van hydraulische vloeistof. Bij deze uitvoering zijn beide aansluitingen 92, 93 aangebracht in het bodemdeel 82 van de 35 cilinder 80, waarbij de aansluiting 93 via een inwendig kanaal 94 in het bodemdeel 82 rechtstreeks aansluit op de j kamer 89. Voor de verbinding tussen de aansluiting 92 en de 1008475 - 9 - kamer 88 en voor het verkrijgen van het lost-motion effect wordt hier een speciaal buissamenstel toegepast. Dit buissamenstel omvat een buis 100, die in de cilinderruimte 84 is opgesteld en centraal aan de cilinderbodem 82 is 5 aangebracht. De buis 100 strekt zich in axiale richting van de cilinder 80 uit in de richting naar de cilinderkop 83.
De buis 100 steekt in een centrale axiale boring 101 in het zuiger/zuigerstang-samenstel, welke boring 101 zich uitstrekt tot in de zuigerstang 86. De buis 100 heeft een 10 centraal kanaal 102, waarvan het onderste deel wordt begrenst door een coaxiaal in de buis 100 opgestelde binnenbuis 104 met een kleinere buitendiameter dan de binnendiameter van de buis 100, zodat een ringvormige bypasskanaal 105 is verkregen tussen de buis 100 en de 15 binnenbuis 104. Op een afstand van de cilinderbodem 82 is dit bypasskanaal 105 afgesloten door afsluiting 106.
Aan de bodemzijde sluit het centrale kanaal 102 aan op de aansluiting 92. In de buis 100 zijn op een afstand van de cilinderbodem 82, die een bepaald gedeelte van de 20 lengte van de cilinderruimte 84 bedraagt, een of meer eerste bypassopeningen 108 gevormd, die het bypasskanaal 105 verbinden met de buitenzijde van de buis 100.
De zuigerstang 86 is nabij de zuiger 85 voorzien van een of meer verbindingsboringen 109, die de centrale axiale 25 boring 101 verbinden met de cilinderkopzijdige kamer 88 van de cilinder 80.
Nabij het bodemzijdige einde van het zuiger/zuigerstang-samenstel is een afdichting 110 aangebracht, die afdichtend aangrijpt op de buitenzijde van 30 de buis 100.
In de cilinderbodem 82 is een bypasskanaal 112 aangebracht, dat aansluit op de bypassdoorlaat 105 en op een of meer tweede bypassopeningen 113, die naast de buis 100 in de cilinderbodem 82 zijn aangebracht en met de 35 drukkamer 89 in verbinding staan.
De buis 100 heeft een uniforme buitendiameter over zijn lengte, waarbij de lengte zodanig is dat ook in de 1 00 8475 - 10 - volledig uitgeschoven stand van de zuigerstang 86 de buis 100 in de afdichting 110 steekt. Voor het verschaffen van een verbinding tussen de aansluiting 92 en de kamer 88 is de buis 100 voorzien van een of meer openingen 115 nabij de 5 cilinderkop 83, op een zodanige plaats dat de aansluiting 92 altijd via de buis 100 en de bijbehorende opening(-en) , 115 in verbinding is met de boring 101 en derhalve via de verbindingsopeningen 109 met de kamer 88.
Door de aanwezigheid van de bypassdoorlaat 105 en de 10 bijbehorende bypassopeningen 108, 113 is een verbinding tussen de kamers 88 en 89 aanwezig indien het zuiger/zuigerstang-samenstel zich nabij de cilinderbodem 82 bevindt, waardoor een aanzienlijke hoeveelheid hydraulische vloeistof tussen de kamers 88, 89 kan worden uitgewisseld. 15 Deze mogelijkheid tot vloeistofuitwisseling is aanwezig zolang de eerste bypassopeningen 108 uitmonden in de axiale boring 101 en daardoor via de verbindingsboringen 109 in de trekkamer 88. Als de zuigerstang 86 verder is uitgeschoven en de afdichting 110 voorbij de eerste bypassopeningen 108 20 is geschoven, monden zowel de eerste als de tweede bypassopeningen 108, 113 uit in de kamer 89 en is er geen mogelijkheid meer voor de hydraulische vloeistof om langs de zuiger 85 te stromen.
De in figuur 4 getoonde hydraulische 25 aandrijfcilinder 80 is zeer compact van opbouw, zonder uitwendige bypassleidingen of toevoerleidingen en heeft het verdere voordeel dat de beide aansluitingen 92, 93 in de cilinderbodem 82 zijn aangebracht.
Het zal duidelijk zijn dat, indien het 30 zuiger/zuigerstang-samenstel van de hier beschreven cilinders tijdens de lost-motion beweging in de richting van de cilinderbodem beweegt, er meer hydraulische vloeistof wordt weggedrukt uit de drukkamer dan in de trekkamer kan worden opgenomen. Daarom is het, bijvoorbeeld 35 uit GB 2 079 378, bekend een additionele verbinding te verschaffen tussen de bypassdoorlaat en een van beide pompaggregaataansluitingen naar de kamers van de cilinder, 1008475 - 11 - in welke additionele verbinding een of meer hydraulische kleppen zijn opgenomen. Deze verbinding en de bijbehorende klep of kleppen kunnen zoals bekend volledig in de cilinderbodem zijn geïntegreerd.
1 00 8475

Claims (16)

1. Dubbelwerkende hydraulische aandrijfcilinder omvattende een cilinderbuis, die aan zijn axiale einden respectievelijk door een cilinderbodem en een cilinderkop is afgesloten en daarmee een cilinderruimte begrenst, een 5 in de cilinderruimte axiaal heen en weer beweegbaar zuiger/zuigerstang-samenstel, dat in de cilinderruimte twee variabele kamers vormt en waarvan de zuigerstang door een bijbehorende boring in de cilinderkop naar buiten - uitsteekt, waarbij voor elke kamer een bijbehorende 10 aansluiting voor een hydraulische vloeistofleiding is voorzien, en waarbij verder bypassmiddelen zijn voorzien met ten minste een bypassdoorlaat tussen een eerste op de cilinderruimte aansluitende bypassopening en een tweede op de cilinderruimte aansluitende bypassopening, welke 15 bypassopeningen op een axiale afstand van elkaar liggen, zodanig dat via de bypassdoorlaat een uitwisseling van hydraulische vloeistof tussen beide kamers mogelijk is indien de bypassopeningen op verschillende kamers aansluiten, met het kenmerk, dat de bypassmiddelen een in 20 de cilinderruimte opgestelde bypassbuis omvatten en dat het zuiger/zuigerstang-samenstel is voorzien van een axiale boring voor het opnemen van de bypassbuis.
2. Aandrijfcilinder volgens conclusie 1, waarbij de 25 bypassbuis vast aan de cilinderbodem is aangebracht en zich daarvanaf in axiale richting naar de cilinderkop uitstrekt.
3. Aandrijfcilinder volgens conclusie 1 of 2, waarbij de opening voor de bypassbuis naast de zuigerstang in de 30 zuiger is voorzien, zodat de bypassbuis zich naast de zuigerstang uitstrekt.
4. Aandrijfcilinder volgens conclusie 3, waarbij de bypassbuis zich uitstrekt tussen de cilinderbodem en de 35 cilinderkop en daaraan is vastgezet. | 1008475 i - 13 -
5. Aandrijfcilinder volgens conclusie 2, waarbij het zuiger/zuigerstang-samenstel is voorzien van een axiale boring, die open is aan het cilinderbodemzijdige einde daarvan en zich in de zuigerstang uitstrekt, waarbij de 5 bypassbuis aan de cilinderbodem is aangebracht en in de boring in de zuigerstang steekt, en waarbij het zuiger/zuigerstangsamenstel is voorzien van een of meer verbindingsboringen, die de axiale boring verbinden met de cilinderkopzijdige kamer. 10
6. Aandrijfcilinder volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij het zuiger/zuigerstangsamenstel bij de boring voor de bypassbuis is voorzien van afdichtmiddelen, die afdichtend kunnen aangrijpen op de 15 bypassbuis.
7. Aandrijfcilinder volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de bypassbuis een inwendig bypasskanaal heeft en op een afstand van de cilinderbodem 20 is voorzien van de eerste bypassopening, die het bypasskanaal verbindt met de buitenzijde van het bypassorgaan, welk bypasskanaal voorbij de eerste bypassopening is afgesloten.
8. Aandrijfcilinder volgens conclusie 7, waarbij de tweede bypassopening nabij de cilinderbodem in de bypassbuis is aangebracht.
9. Aandrijfcilinder volgens conclusie 7, waarbij de 30 cilinderbodem is voorzien van een inwendig kanaal, dat aan zijn ene einde aansluit op het bypasskanaal in de bypassbuis en aan zijn andere einde aansluit op de cilinderbodemzijdige kamer.
10. Aandrijfcilinder volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de aansluiting voor de cilinderkopzijdige kamer van de aandrijfcilinder in de 1008475 - 14 - cilinderbodem is voorzien, en waarbij een via een bijbehorend kanaal in de cilinderbodem op die aansluiting aansluitende verbindingsbuis is voorzien, die vast aan de cilinderbodem is aangebracht en zich daarvanaf in de : 5 cilinderruimte in de richting van de cilinderkop uitstrekt, welke verbindingsbuis nabij de cilinderkop een opening heeft, die in elke stand van het zuiger/zuigerstang-samenstel in verbinding is met de cilinderkopzijdige arbeidskamer. 10
11. Aandrijfcilinder volgens conclusie 10, waarbij het zuiger/zuiger-samenstel is voorzien van een centrale axiale boring, die open is aan het cilinderbodemzijdige einde daarvan en zich in de zuigerstang uitstrekt, waarbij de 15 verbindingsbuis centraal aan de cilinderbodem is aangebracht en in de boring in het zuiger/zuigerstang-samenstel steekt, waarbij het zuiger/zuigerstang-samenstel is voorzien van afdichtmiddelen die afdichten op de verbindingsbuis, en waarbij het zuiger/zuigerstangsamenstel 20 is voorzien van een of meer verbindingsboringen, die het door de afdichtmiddelen begrensde deel van de centrale axiale boring verbinden met de cilinderkopzijdige kamer, zodanig dat de opening van de verbindingsbuis zich in elke stand van het zuiger/zuigerstang-samenstel in het door de 25 afdichtmiddelen begrensde deel van de centrale axiale boring bevindt.
12. Aandrijfcilinder volgens conclusie 11, waarbij de verbindingsbuis centraal is opgesteld en de bypassbuis daar 30 met speling omheen is opgesteld.
13. Aandrijfcilinder volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de cilinderbodem is voorzien van eerste bevestigingsmiddelen voor bevestiging aan het 35 chassis van het voertuig en de zuigerstang is voorzien van tweede bevestigingsmiddelen voor bevestiging aan de cabine van het voertuig. i , 1008475 - 15 -
14. Kantelinrichting voor een voertuig met een kantelbare cabine, een chassis en scharniermiddelen, die de cabine met het chassis verbinden, waarbij de cabine over een hoek kantelbaar is ten opzichte van het chassis om een 5 door de scharniermiddelen gedefinieerde scharnieras tussen een rijstand en een naar voren gekantelde stand, welke kantelinrichting een aandrijfcilinder volgens een of meer van de voorgaande conclusies omvat.
15. Kantelinrichting volgens conclusie 14, waarbij verder een pomp met een pomppoort en met een reservoir voor hydraulische vloeistof is voorzien, die selectief met de bijbehorende aansluitingen van de aandrijfcilinder kunnen worden verbonden, waarbij verder een additionele verbinding 15 tussen de bypassdoorlaat en een van de aansluitingen van de cilinder is voorzien, in welke additionele verbinding een of meer hydraulische kleppen zijn opgenomen, die de beide kamers selectief met elkaar verbinden.
16. Voertuig omvattende een kantelbare cabine, een chassis en scharniermiddelen, die de cabine met het chassis verbinden, waarbij de cabine over een hoek kantelbaar is ten opzichte van het chassis om een door de scharniermiddelen gedefinieerde scharnieras tussen een 25 rijstand en een naar voren gekantelde stand, en waarbij een aandrijfcilinder volgens een of meer van de voorgaande conclusies is voorzien voor het kantelen van de cabine. 1008475
NL1008475A 1998-03-04 1998-03-04 Dubbelwerkende hydraulische aandrijfcilinder, in het bijzonder voor het kantelen van een cabine van een voertuig. NL1008475C2 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1008475A NL1008475C2 (nl) 1998-03-04 1998-03-04 Dubbelwerkende hydraulische aandrijfcilinder, in het bijzonder voor het kantelen van een cabine van een voertuig.
DE19983013T DE19983013T1 (de) 1998-03-04 1999-02-18 Doppelt wirkender Hydraulikzylinder, insbesondere zum Neigen eines Führerhauses eines Fahrzeugs
PCT/NL1999/000088 WO1999045280A1 (en) 1998-03-04 1999-02-18 Double-acting hydraulic cylinder, in particular for tilting a cab of a vehicle

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1008475 1998-03-04
NL1008475A NL1008475C2 (nl) 1998-03-04 1998-03-04 Dubbelwerkende hydraulische aandrijfcilinder, in het bijzonder voor het kantelen van een cabine van een voertuig.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1008475C2 true NL1008475C2 (nl) 1999-09-07

Family

ID=19766654

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1008475A NL1008475C2 (nl) 1998-03-04 1998-03-04 Dubbelwerkende hydraulische aandrijfcilinder, in het bijzonder voor het kantelen van een cabine van een voertuig.

Country Status (3)

Country Link
DE (1) DE19983013T1 (nl)
NL (1) NL1008475C2 (nl)
WO (1) WO1999045280A1 (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN100462570C (zh) * 2007-01-12 2009-02-18 煤炭科学研究总院 一种组合功能液压油缸
NL2001308C2 (nl) * 2008-02-21 2009-08-24 Actuant Corp Voertuigcabinekantelinrichting met telescopische kantelcilinder.
NL2004647C2 (en) * 2010-05-03 2011-11-07 Actuant Corp Vehicle with tilt cab.

Citations (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1601715A1 (de) * 1968-03-09 1970-08-13 Rolf Dohrendorf Hydraulische Einrichtung,insbesondere zum Antrieb von Baumaschinen
DE2356249A1 (de) 1972-11-13 1974-05-16 Applied Power Inc Hydraulische kolben-zylindervorrichtung zum einstellen der gegenseitigen winkelstellung zweier gelenkig miteinander verbundenen teilen
US4144980A (en) * 1976-04-12 1979-03-20 The Egging Company Universal ejector bucket
GB2079378A (en) 1980-07-02 1982-01-20 Weber Martin Hydraulic tipping apparatus for tipping the driving cabs of lorries
EP0101129A1 (en) 1982-08-04 1984-02-22 Applied Power Inc. Fluid lost motion cylinder
US4867044A (en) * 1984-11-26 1989-09-19 The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Navy Jam resistant fluid power actuator for ballistic-damage tolerant redundant cylinder assemblies
EP0397389A1 (en) * 1989-05-10 1990-11-14 Bellmatic Limited Air Cylinder
EP0784159A1 (en) 1996-01-09 1997-07-16 FLENCO S.p.A. Hydraulic actuator, particularly for tipping an industrial vehicle cab
WO1998009864A1 (en) * 1996-09-05 1998-03-12 Applied Power Incorporated Tilting device for a vehicle with a tiltable cab

Patent Citations (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1601715A1 (de) * 1968-03-09 1970-08-13 Rolf Dohrendorf Hydraulische Einrichtung,insbesondere zum Antrieb von Baumaschinen
DE2356249A1 (de) 1972-11-13 1974-05-16 Applied Power Inc Hydraulische kolben-zylindervorrichtung zum einstellen der gegenseitigen winkelstellung zweier gelenkig miteinander verbundenen teilen
US4144980A (en) * 1976-04-12 1979-03-20 The Egging Company Universal ejector bucket
GB2079378A (en) 1980-07-02 1982-01-20 Weber Martin Hydraulic tipping apparatus for tipping the driving cabs of lorries
EP0101129A1 (en) 1982-08-04 1984-02-22 Applied Power Inc. Fluid lost motion cylinder
US4867044A (en) * 1984-11-26 1989-09-19 The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Navy Jam resistant fluid power actuator for ballistic-damage tolerant redundant cylinder assemblies
EP0397389A1 (en) * 1989-05-10 1990-11-14 Bellmatic Limited Air Cylinder
EP0784159A1 (en) 1996-01-09 1997-07-16 FLENCO S.p.A. Hydraulic actuator, particularly for tipping an industrial vehicle cab
WO1998009864A1 (en) * 1996-09-05 1998-03-12 Applied Power Incorporated Tilting device for a vehicle with a tiltable cab

Also Published As

Publication number Publication date
DE19983013T1 (de) 2001-02-15
WO1999045280A1 (en) 1999-09-10

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0739828B1 (en) Bin hoist for lifting and tipping a bin
US5702091A (en) Gas spring
EP2244931B1 (en) Vehicle cab tilting device with telescopic tilting cylinder
NL1008475C2 (nl) Dubbelwerkende hydraulische aandrijfcilinder, in het bijzonder voor het kantelen van een cabine van een voertuig.
US5285877A (en) Impact damper
NL1011362C2 (nl) Hydraulisch bedienbaar afdeksamenstel.
ATE353808T1 (de) Hydraulische kippvorrichtung für faherhäuser von lastkraftwagen
US5857381A (en) Hydraulic operating device and gearbox provided with such an operating device
NL1004341C2 (nl) Hydraulische kantelinrichting voor een kabine.
US7421874B2 (en) Main cylinder or press cylinder of an extrusion/tube extrusion press
NL1016668C2 (nl) Hydraulische kantelinrichting voor het kantelen van een voertuigcabine en voertuig voorzien van een dergelijke kantelinrichting.
US4759257A (en) Power unit particularly for refuse container packer mechanism
NL1003963C2 (nl) Kantelinrichting voor een voertuig met een kantelbare cabine.
NL1029161C2 (nl) Aandrijfcilinder met geïntegreerde gasveerwerking.
NL1031072C2 (nl) Hydraulische bedieningsinrichting.
NL2003161C2 (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van een met gasgevulde dubbelwerkende hydraulische aandrijfcilinder met geïntegreerde gasveerwerking.
NL1023583C2 (nl) Hydraulische bedieningsinrichting.
US4869058A (en) Self-propelling agricultural machine
NL1008656C2 (nl) Hydraulische aandrijfcilinder.
EP0603280B1 (en) Improvements in hydraulic rams
US6168399B1 (en) Shot piston for molten plastic material
BE1011346A3 (nl) Verbeterde hydraulische cilinder.
WO2000000378A1 (en) Hydraulic tilting device for tilting a vehicle cab and vehicle provided with such a tilting device
KR100790611B1 (ko) 차량 캡 틸팅용 유압 틸팅장치
KR970043818A (ko) 자동차의 도어 개폐장치

Legal Events

Date Code Title Description
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20031001