NL1008238C2 - Inrichting voor het losmaken van een blok gecomprimeerd los materiaal. - Google Patents

Description

t ·'

Inrichting en werkwijze voor het losmaken, van een blok gecomprimeerd los materiaal

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het losmaken van een blok gecomprimeerd los materi-5 aal, zoals potgrond, omvattende een bak met wanddelen voor het opnemen van het blok, daarmee samenwerkende schraap-middelen en een in de bak aangebrachte uitstroomopening. De uitvinding heeft voorts betrekking op een dergelijke werkwij ze.

10 Onder "los materiaal" wordt hier verstaan een materiaal dat gewoonlijk een onsamenhangende structuur heeft, maar tevens vanwege zijn structuur tot een samenhangend geheel kan worden gecomprimeerd. Voorbeelden hiervan zijn potgrond, veen, papier, kuilvoer, stro en 15 katoen.

Los materiaal wordt gecomprimeerd tot blokken om de kosten voor het verpakken, transporteren en verwerken daarvan te reduceren. Om een blok gecomprimeerd los materiaal te kunnen verwerken, bijvoorbeeld in het geval van 20 potgrond met behulp van een machine die bloempotten vult met potgrond, zal het blok zodanig moeten worden losgemaakt dat de samenhangende structuur hiervan wordt verbroken. Hierbij is van belang dat een fijne structuur, oftewel dat (nagenoeg) de oorspronkelijke structuur weer wordt 1008238 2 verkregen, waarbij voldoende lucht tussen het materiaal aanwezig moet zijn en brokstukken voorkomen moeten worden.

Het doel van de uitvinding is om een inrichting voor het losmaken van een blok gecomprimeerd los materiaal 5 te verschaffen, welke aan de bovengenoemde eisen voldoet. Daartoe vertoont de inrichting volgens de uitvinding het kenmerk dat de schraapmiddelen zijn aangebracht in een het blok ondersteunend wanddeel.

Op deze wijze wordt voordelig gebruik gemaakt 10 van het eigen gewicht van het blok doordat de kracht die het blok uitoefent op de schraapmiddelen een goede schraapwerking verzekert en doordat het blok bij het afschrapen uit zichzelf naar beneden zakt en zodoende altijd in contact zal zijn met de schraapmiddelen.

15 Om de inrichting aan te kunnen laten sluiten op een het los materiaal verwerkende machine, zoals een pottenvulmachine, is het het blok ondersteunende wanddeel bij voorkeur ten opzichte van de ondergrond onder een hoek plaatsbaar of geplaatst. De in de bak aangebrachte uit- 20 stroomopening bevindt zich dan op gelijke hoogte met de invoeropening van de verwerkingsmachine. Daarnaast heeft de inrichting door de schuine opstelling een beperkte hoogte danwel een breedte, afhankelijk van de vorm van het blok.

25 Als een vaste hoekopstelling van het het blok ondersteunende wanddeel wordt gebruikt, kan een ander het blok ondersteunend wanddeel, dat aansluit op het de schraapmiddelen bevattend wanddeel, scharnierbaar zijn. Op deze wijze kan het blok eenvoudig in de inrichting worden 30 gebracht, zoals hierna zal worden beschreven.

Bij voorkeur zijn de schraapmiddelen gevormd door een eindeloze band of ketting waarop schraapelementen zijn bevestigd. Hierdoor vormen de schraapmiddelen tevens een transportsysteem om het afgeschraapte materiaal naar 35 de uitstroomopening te transporteren.

Voor een goede schraapwerking zijn de schraap-elementen bij voorkeur L-vormige stroken.

1008238 3

Bij voorkeur omvat het het blok ondersteunende wanddeel middelen voor het neerwaarts tegenhouden van afgeschraapt materiaal, zoals bijvoorbeeld een direct beneden de schraapelementen geplaatste plaat. Het afgeschraapte 5 materiaal wordt dan door de schraapelementen, over de plaat naar de uitstroomopening gebracht.

In de uitstroomopening kunnen woelmiddelen zijn aangebracht om het afgeschraapte materiaal nog eens extra los te schudden opdat voldoende lucht tussen het materiaal 10 aanwezig is, brokstukken worden fijngemaakt en het oorspronkelijke volume weer wordt verkregen.

Opgemerkt wordt dat uit de internationale octrooiaanvrage WO 94/03043 een inrichting voor het verkleinen van in een rolvorm samengevoegd hooi of stro, waarbij 15 de rol ondersteund wordt op een trapeziumvormige bodem waarin een aantal op een eindloze, aangedreven ketting bevestigde stroken opgenomen zijn om de baal hooi of stro af te rollen en het eind daarvan omhoog toe te voeren naar een apart verkleiningsmiddel, waar de halmen in stukjes 20 worden gesneden.

Uit het Amerikaans octrooischrift 4.923.128 is een inrichting voor het verkleinen van een baal bijvoorbeeld stro, omvattend een de baal ondersteunend wanddeel en een aan een zijde daarvan geplaatste rol met een reeks 25 tanden, waarmee de opstaande zijde van de baal uitgehaald wordt. De baal wordt naar de zijde van de rol aangeduwd middels een omlopende reeks middels kettingen aangedreven hoekprofielen.

Vanuit een ander aspect verschaft de uitvinding 30 een werkwijze voor het losmaken van een blok gecomprimeerd materiaal, zoals potgrond, waarbij het blok met een vlak op een ondersteuning en daarin aangebrachte schraapmidde-len geplaatst wordt en met behulp van de schraapmiddelen aan dat ondersteunde vlak materiaal van het blok afge-35 schraapt wordt.

Bij voorkeur wordt het afgeschraapte materiaal meegenomen door de schraapmiddelen naar een plaats van 100 8238 4 afgifte.

Bij voorkeur wordt het blok schuin geplaatst, waarbij het tevens de voorkeur heeft dat de schraaprich-ting omhoog is, naar een bovengelegen plaats van afgifte.

5 De uitvinding zal nu aan de hand van de bij ge voegde tekeningen nader worden verduidelijkt. In de tekening toont:

Figuur 1 een perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding 10 vanaf de invoerzijde van een blok gecomprimeerde potgrond,

Figuur 2 een perspectivisch aanzicht van de uitvoeringsvorm van de inrichting volgens figuur 1 vanaf de uitvoerzijde van de afgeschraapte potgrond, en

Figuur 3 een perspectivisch aanzicht van een 15 andere uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding .

Figuur 1 toont een eerste uitvoeringsvorm van een inrichting voor het losmaken van een blok gecomprimeerde potgrond 1 volgens de uitvinding. De inrichting 2 0 omvat een bak 2 met wanddelen 3, 3a, 3b voor het opnemen van het blok gecomprimeerde potgrond 1, daarmee samenwerkende schraapmiddelen 4 en een in de bak 2 aangebrachte uitstroomopening 5. De schraapmiddelen 4 zijn aangebracht in een de potgrond 1 ondersteunend wanddeel 3a. Het de 25 potgrond ondersteunende wanddeel 3a is ten opzichte van de ondergrond onder een hoek geplaatst. Hierdoor bevindt de uitstroomopening 5 zich op een bepaalde hoogte, zodat de inrichting gekoppeld kan worden met een algemeen bekende pottenvulmachine 6, een andere verwerkingsinrichting, een 30 transportband of dergelijke.

De schraapmiddelen 4 zijn gevormd door twee bij de langszij den van het de potgrond ondersteunende wanddeel 3a aangebrachte kettingen 7 waarop schraapelementen 8 zijn bevestigd. Voor het aandrijven van de kettingen zijn 3 5 aandrijfmiddelen 9, in het bijzonder een motor met een riemoverbrenging, voorzien. De schraapelementen 8 bestaan uit L-vormige stroken, welke langs het de potgrond onder 1008238 5 steunende wanddeel 3a, in het bijzonder over een direct beneden de schraapelementen 8 gelegen plaat, in de richting van de uitstroomopening 5 worden verplaatst.

Een ander de potgrond 1 ondersteunend wanddeel 5 3b, dat aansluit op het de schraapmiddelen 4 bevattend wanddeel 3a, kan scharnieren om een as 10. Twee gekromde geleidingen 11 zijn aangebracht om het wanddeel 3b bij het scharnieren te geleiden. Daarnaast is tussen deze geleidingen 11 en het wanddeel 3b een ratelmechanisme 23 voor-10 zien. Het ratelmechanisme 23 is zodanig uitgevoerd dat het wanddeel 3b zonder hinder naar beneden kan worden gezwenkt, maar bij het naar boven zwenken wordt geblokkeerd in de tegenovergestelde richting.

De inrichting is in zijn geheel op een onder-15 steuningsframe 12 geplaatst. Het frame 12 is gevormd door kanaalvormige profielen voor het doorlaten van de vorken van een heftruck en twee staanders 22 voor het ondersteunen van het op hoogte aangebrachte deel van de inrichting. In het scharnierbare wanddeel 3b zijn twee kanaal-20 vormige uitsparingen 13 aangebracht, eveneens voor het doorlaten van de vorken van een heftruck.

Figuur 2 toont de uitvoeringsvorm van figuur 1 vanaf de zijde van de uitstroomopening 5. In de uitstroomopening 5 zijn woelmiddelen 14 aangebracht. De woelmidde-25 len 14 zijn gevormd door stationaire, op een kantelbare plaat 15 aangebrachte pennen 16, welke samenwerken met roterende sterren 17. De kantelbare plaat 15 kan met behulp van verstelmiddelen 18 worden versteld, waarbij de pennen 16 in de richting van de sterren 17 zijn aange-30 bracht op een rotatieas 19 welke eveneens wordt aangedreven door de aandrijfmiddelen 9.

De inrichting wordt op de volgende wijze gebruikt. Allereerst wordt het wanddeel 3b naar beneden gezwenkt, waarna met behulp van een heftruck het op een 35 palet 24 geplaatste blok gecomprimeerde potgrond 1 op het wanddeel 3b wordt geplaatst. Vervolgens worden de vorken van de heftruck in de kanaalvormige uitsparingen 13 van 1008238 6 het wanddeel 3b gestoken om het wanddeel 3b met het daarop afsteunende blok gecomprimeerde potgrond 1 in de bak 2 te kantelen. De aandrijfmiddelen 9 worden aangezet en het losmaken vangt aan. De L-vormige stroken 8 worden door de 5 kettingen 7 over het wanddeel 3a verplaatst, waarbij de stroken 8 potgrond van de op het wanddeel 3a liggende zijde van het blok gecomprimeerde potgrond 1 afschrapen en de afgeschraapte potgrond tegelijkertijd naar de uit-stroomopening 5 transporteren. De in de uitstroomopening 5 10 aangebrachte woelmiddelen 14 schudden de potgrond nog eens extra los, waarna de potgrond verder verwerkt kan worden, bijvoorbeeld in de pottenvulmachine 6. Bij het afschrapen zal het blok gecomprimeerde potgrond 1 door zijn eigen gewicht uit zichzelf naar beneden zakken en zodoende 15 altijd in contact zijn met de schraapmiddelen 4. Daarnaast zal door het eigen gewicht van het blok 1 een kracht op de schraapmiddelen 4 worden uitgeoefend, waardoor een goede schraapwerking is verzekerd.

In figuur 3 wordt een andere uitvoeringsvorm van 20 de inrichting volgens de uitvinding getoond. Het de potgrond 1 ondersteunende wanddeel 3a is in dit geval ten opzichte van de ondergrond onder een hoek plaatsbaar. Het onder een hoek plaatsen van het wanddeel 3a, en in feite van de gehele bak 2, vindt plaats met behulp van een 25 cilinder 20, welke tussen het ondersteuningsframe 12 en de bak 2 is aangebracht. De bak 2 is ten behoeve van de hoekverstelling om een as 21 scharnierbaar aangebracht op het ondersteuningsframe 12.

Voor het losmaken van een blok gecomprimeerde 30 potgrond 1 wordt de bak met behulp van de cilinder 20 rechtop, dat wil zeggen in de met de gestreepte lijnen aangegeven stand, gezet. Het blok gecomprimeerde potgrond 1 wordt met behulp van een heftruck op het wanddeel 3b in de bak geplaatst. Daarna wordt met behulp van de cilinder 35 20 de bak 2 weer in de schuine stand, aangegeven met de doorgetrokken lijnen, gezet. De inrichting is nu gereed om aan te-vangen met het losmaken van het blok gecomprimeerde 1008288 4 7 potgrond 1.

Hoewel de inrichting hierboven is beschreven met betrekking tot potgrond is deze in het licht van de uitvinding niet hiertoe beperkt.

1008238

Claims (12)

1. Inrichting voor het losmaken van een blok gecomprimeerd los materiaal, zoals potgrond, omvattende een bak met wanddelen voor het opnemen van het blok, daarmee samenwerkende schraapmiddelen en een in de bak 5 aangebrachte uitstroomopening, met het kenmerk, dat de schraapmiddelen zijn aangebracht in een het blok ondersteunend wanddeel.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het het blok ondersteunende wanddeel ten 10 opzichte van de ondergrond onder een hoek plaatsbaar is.

3. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het het blok ondersteunende wanddeel ten opzichte van de ondergrond onder een hoek is geplaatst.

4. Inrichting volgens conclusie 3, met het 15 kenmerk, dat een ander het blok ondersteunend wanddeel, dat aansluit op het de schraapmiddelen bevattend wanddeel, scharnierbaar is.

5. Inrichting volgens een van de voorafgaande conclusies met het kenmerk, dat de schraapmiddelen zijn 20 gevormd door een eindeloze band of ketting waarop schraap-elementen zijn bevestigd.

6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de schraapelementen L-vormige stroken zijn.

7. Inrichting volgens een der voorgaande conclu- 25 sies, met het kenmerk, dat het het blok ondersteunende wanddeel middelen omvat voor het neerwaarts tegenhouden van afgeschraapt materiaal, zoals bijvoorbeeld een direct beneden de schraapelementen geplaatste plaat.

8. Inrichting volgens een van de voorafgaande 30 conclusies, met het kenmerk, dat in de uitstroomopening woelmiddelen zijn aangebracht. 1008238

9. Werkwijze voor het losmaken van een blok gecomprimeerd materiaal, zoals potgrond, waarbij het blok met een vlak op een ondersteuning geplaatst wordt en middels schraapmiddelen materiaal van het blok afgehaald 5 wordt, met het kenmerk, dat het blok op de in de ondersteuning aanwezige schraapmiddelen geplaatst wordt en met behulp van de schraapmiddelen aan dat ondersteunde vlak materiaal van het blok afgeschraapt wordt.

10. Werkwijze volgens conclusie 9, met het 10 kenmerk, dat het afgeschraapte materiaal meegenomen wordt door de schraapmiddelen naar een plaats van afgifte.

11. Werkwijze volgens conclusie 9 of 10, met het kenmerk, dat het blok schuin geplaatst wordt.

12. Werkwijze volgens conclusie 11, met het 15 kenmerk, dat de schraaprichting omhoog is, naar een bovengelegen plaats van afgifte. 1008238