NL1003935C2 - Schip met in een scheepsromp aangebrachte, zich horizontaal uitstrekkende, vlakke oppervlakte-elementen. - Google Patents
Schip met in een scheepsromp aangebrachte, zich horizontaal uitstrekkende, vlakke oppervlakte-elementen. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1003935C2 NL1003935C2 NL1003935A NL1003935A NL1003935C2 NL 1003935 C2 NL1003935 C2 NL 1003935C2 NL 1003935 A NL1003935 A NL 1003935A NL 1003935 A NL1003935 A NL 1003935A NL 1003935 C2 NL1003935 C2 NL 1003935C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- ship according
- supporting pillars
- surface element
- edges
- surface elements
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
- B63B—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING
- B63B25/00—Load-accommodating arrangements, e.g. stowing, trimming; Vessels characterised thereby
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
- B63B—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING
- B63B11/00—Interior subdivision of hulls
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
- B63B—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING
- B63B25/00—Load-accommodating arrangements, e.g. stowing, trimming; Vessels characterised thereby
- B63B25/18—Detachable decks
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
- B63B—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING
- B63B3/00—Hulls characterised by their structure or component parts
- B63B3/14—Hull parts
- B63B3/48—Decks
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
- B63B—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING
- B63B3/00—Hulls characterised by their structure or component parts
- B63B3/14—Hull parts
- B63B3/48—Decks
- B63B3/50—Decks of vaulted type
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Combustion & Propulsion (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Ocean & Marine Engineering (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Filling Or Discharging Of Gas Storage Vessels (AREA)
- Buildings Adapted To Withstand Abnormal External Influences (AREA)
- Rod-Shaped Construction Members (AREA)
- Butt Welding And Welding Of Specific Article (AREA)
- Ship Loading And Unloading (AREA)
- Bridges Or Land Bridges (AREA)
- Vibration Prevention Devices (AREA)
- Chemically Coating (AREA)
- Body Structure For Vehicles (AREA)
Description
Titel: Schip met in een scheepsromp aangebrachte, zich horizontaal uitstrekkende, vlakke oppervlakte-elementen.
De uitvinding heeft betrekking op een schip volgens de aanhef van conclusie 1.
In de handels- en oorlogsscheepsbouw is het noodzakelijk het inwendige van de scheepsromp te voorzien van zich 5 horizontaal uitstrekkende oppervlakte-elementen, om op deze wijze plaats- respectievelijk bevestigingsvlakken voor het transporten van goederen respectievelijk technische apparatuur van een schip te verschaffen.
Bekende maatregelen voor het verschaffen van de genoemde 10 plaats- respectievelijk bevestigingsvlakken maken op nadelige wijze een aanpassing van de structuur van het schip aan de aan te brengen oppervlakte-elementen noodzakelijk, omdat de oppervlakte-elementen na de vervaardiging daarvan niet meer in hun afmetingen veranderd en aan de omstandigheden in een 15 scheepsromp aangepast kunnen worden.
Een aan de uitvinding ten grondslag liggend probleem betreft het verschaffen van de mogelijkheid om flexibel en kostenbesparend oppervlakte-elementen in een scheepsromp te kunnen plaatsen.
20 Volgens de uitvinding wordt dit probleem opgelost door de in het kenmerk van conclusie 1 vermelde maatregelen.
In tegenstelling tot de tot nu toe in de scheepsbouw toegepaste constructiemaatregelen worden de steunpilaren volgens de uitvinding niet meer op de hoekpunten van het 25 rechthoekvormige oppervlakte-element maar op afstand van deze hoekpunten aangebracht. Op deze wijze wordt een reeks wezenlijke voordelen bereikt: omdat de oppervlakte-elementen met in de nabijheid van de hoekpunten daarvan gelegen gedeelten over de steunpilaren 30 uitsteken, kunnen deze gedeelten tijdens het monteren van de oppervlakte-elementen zelfs nog in de scheepsromp met 1 0 0 3935 - 2 betrekking van de afmetingen daarvan veranderd, respectievelijk op maat gesneden worden, waardoor een aanpassing aan de ruimtelijke omstandigheden in de scheepsromp mogelijk wordt.
5 - omdat de steunpilaren met betrekking tot een oppervlakte-element naar binnen toe verplaatst zijn en de buitenranden van het oppervlakte-element of aan verdere oppervlakte-elementen, aan de scheepsromp of aan het dek kunnen worden gefixeerd, wordt in zijn geheel een geringer 10 aantal steunpilaren vereist.
bij de opstelling van meerdere, aan elkaar grenzende oppervlakte-elementen binnen een horizontaal vlak liggen op de hoekpunten van de oppervlakte-elementen niet meer zoals tot nu toe vier steunpilaren parallel direct tegen elkaar 15 aan. Omdat de hoekpunten de enige gebieden zijn, waarbij vier oppervlakte-elementen tegen elkaar aan liggen en in deze gebieden volgens de uitvinding geen steunpilaren zijn aangebracht, kunnen volgens de uitvinding tijdens het plaatsen van meerdere oppervlakte-elementen binnen een 20 horizontaal vlak maximaal twee steunpilaren tegen elkaar aan liggen, hetgeen een vermindering van de voor de steunpilaren noodzakelijke plaatsruimte betekent.
Door de maatregel volgens de uitvinding worden dus enerzijds als gevolg van de aanpasmogelijkheid van de 25 oppervlakte-elementen de montagekosten verminderd en anderzijds ook de plaatsruimte voor de steunpilaren alsmede het aantal noodzakelijke steunpilaren gereduceerd.
De opstelling volgens de uitvinding biedt het voordeel, dat zowel op de bovenzijden als ook op de onderzijden van de 30 oppervlakte-elementen technische aggregaten van een schip kunnen worden aangebracht. Daarbij moeten de oppervlakte-elementen niet per definitie vlak zijn. Ze kunnen bijvoorbeeld ook trappen, schuine vlakken, onderbrekingen, te gebruiken holle ruimtes of dergelijke omvatten.
35 Bij een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding is het oppervlakte-element in de onderste helft van de /> Λ ^ ^ 3 steunpilaren daarop aangebracht, waarbij het oppervlakte-element daarbij in het bijzonder op een hoogte van ongeveer 1/3 van de totale hoogte van de steunpilaren is aangebracht, in dit geval kunnen zich de steunpilaren door het 5 oppervlakte-element heen uitstrekken of op de onder- en bovenzijde van het oppervlakte-element bevestigd zijn. Op deze wijze wordt een bijzonder stabiele algemene opstelling verkregen, waarbij bijvoorbeeld meerdere oppervlakte-elementen inclusief de daarbij behorende steunpilaren op 10 afstand van elkaar boven elkaar kunnen worden aangebracht, waarbij bijvoorbeeld de bovenste respectievelijk onderste uiteinden van de steunpilaren voor het koppelen met de onderste respectievelijk bovenste uiteinden van verdere steunpilaren zijn uitgevoerd.
15 Bij een alternatieve uitvoeringsvorm volgens de uitvinding is het ook mogelijk, het oppervlakte-element op de bovenste of onderste uiteinden van de steunpilaren vast te zetten, zodat zich de steunpilaren vanaf het oppervlakte-element of slechts naar beneden of slechts naar boven toe 20 uitstrekken.
De hoogte van de het oppervlakte-element vasthoudende steunpilaren kan tussen lm en 5m, bij voorkeur tussen 2m en 4m en in het bijzonder ongeveer 3m bedragen. Het is ook elke andere hoogte van de steunpilaren denkbaar waarbij het 25 volgens de uitvinding voordelig is dat de hoogte van de steunpilaren en daarmee de afstand van boven elkaar aangebrachte oppervlakte-elementen door een overeenkomstige keuze van de lengte instelbaar is.
De steunpilaren worden bijvoorbeeld uit een vierkant 30 profiel vervaardigd, waarvan de afmeting tussen lOOmm x 100mm en 300mm x 300mm en in het bijzonder ongeveer 200mm x 200mm bedraagt. Alternatief kunnen de steunpilaren ook als dubbele T dragers zijn uitgevoerd. De afstand van de afzonderlijke, bij een oppervlakte-element behorende steunpilaar ten 35 opzichte van elkaar bedraagt, bijvoorbeeld tussen lm en 5m, bij voorkeur tussen 2m en 4m en in het bijzonder ongeveer 3m.
1003935 4
Om het oppervlakte-element te verstijven en te stabiliseren kunnen op de onderzijde daarvan meerdere horizontaal verlopende en parallel ten opzichte van elkaar op afstand gelegen onderslagbalken worden aangebracht, waarbij 5 de afstand van naburige onderslagbalken bijvoorbeeld tussen 0,5m en l,5m, bij voorkeur tussen 0,7m en l,3m en in het bijzonder lm bedraagt.
De onderslagbalken kunnen dan bijvoorbeeld uit Holland-profielen zijn gevormd. Alternatief is het ook mogelijk de 10 onderslagbalken uit dubbel-T-dragers te vervaardigen.
Bij een verdere voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding worden bepaalde of in het bijzonder alle randen van het oppervlakte-element verbonden met dubbel-T-dragers, waarbij bij voorkeur de verbindingsbalken daarvan horizontaal 15 en de dwarsbalken daarvan verticaal verlopen. Op deze wijze wordt door de genoemde dubbel-T-dragers onder elk oppervlakte-element een ontwateringsleuf verschaft.
Een bijzonder stabiele algemene opstelling kan daardoor worden bereikt, dat de in de nabijheid van de scheepsromp of 20 een dek gelegen randen van het oppervlakte-element daarmee ten minste gedeeltelijk in kracht aansluitend worden verbonden. Door de verbinding van de zijdelingse randen van het oppervlakte-element met de scheepsromp of een dek wordt een zijdelingse bevestiging van het oppervlakte-element 25 bereikt, zodat horizontaalkrachten, die van de steunpilaren niet kunnen worden opgenomen naar de scheepsromp of het desbetreffende dek worden overgebracht. De zijdelingse bevestiging van het oppervlakte-element draagt op deze wijze wezenlijk tot de stabiliteit daarvan bij.
30 Door het oppervlakte-element volgens de uitvinding is bijvoorbeeld een zeer stabiel dek te verkrijgen, dat in het bijzonder bij toepassing van de genoemde onderslagbalken voldoende stabiel is voor elke soort uitrusting. In het bijzonder onderscheidt zich de opstelling volgens de 35 uitvinding op deze wijze door een geringe trillingsgevoeligheid.
1 0 0 3 - 3 fy ' 5
Het voorstaand beschreven oppervlakte-element met de erbij behorende steunpilaren kan in de scheepsbouw of als afzonderlijk, relatief groot bemeten oppervlakte-element worden toegepast of als kleiner bemeten oppervlakte-element 5 met andere oppervlakte-elementen worden gekoppeld om een groter horizontaal vlak te verschaffen.
In het laatstgenoemde geval worden in het gebied van een horizontaal vlak meerdere met de randen daarvan aan elkaar aangrenzende oppervlakte-elementen aangebracht.
10 De naburige met de randen daarvan aan elkaar aangrenzende oppervlakte-elementen kunnen daarbij door middel van de randen in kracht aansluitend met elkaar worden verbonden, in het bijzonder aan elkaar gelast worden om een stabiel horizontaal vlak te verschaffen.
15 Bij voorkeur worden de steunpilaren bij deze uitvoeringsvorm in het gebied van de randen echter op afstand van de hoeken van de oppervlakte-elementen aangebracht. Dit brengt met zich mee, dat de oppervlakte-elementen aan twee zijden over de steunpilaren heen steken en dat deze zijden 20 aan de telkens aanwezige ruimtelijke omstandigheden kunnen worden aangepast.
In het bijzonder behoren bij elk oppervlakte-element twee of vier steunpilaren, waarbij alle oppervlakte-elementen bijvoorbeeld even groot kunnen zijn. Het is echter ook 25 mogelijk, dat bij elk oppervlakte-element bijvoorbeeld één of drie steunpilaren behoren.
De oppervlakte-elementen omvatten bijvoorbeeld een oppervlak tussen lm x 2m en 5m x 8m in het bijzonder tussen 2m x 4m en 4m x 7m en bij voorkeur een oppervlak van 3m x 6m. 30 Bij een voordelige uitvoeringsvorm van de uitvinding worden op de langere randen van het oppervlakte-element telkens twee steunpilaren aangebracht, terwijl de kortere randen van het oppervlakte-element geen steunpilaren omvatten.
35 In dit geval kan de afstand tussen twee op een van de langere randen van het oppervlakte-element aangebrachte ·· f; r· , • * 6 steunpilaren ongeveer de helft van de lengte van de langere rand bedragen, waardoor een bijzonder gelijkmatige lastverdeling op de steunpilaren wordt verkregen.
Wanneer in dit geval meerdere oppervlakte-elementen aan 5 elkaar aangrenzend worden aangebracht, vormen de steunpilaren van al deze oppervlakte-elementen een in hoofdzaak gelijkmatig raster, waarbij altijd telkens twee steunpilaren van naburige oppervlakte-elementen direct tegen elkaar komen te liggen. De afstand van deze steunpilaarparen ten opzichte 10 van elkaar bedraagt dan in het gebied van het gehele door de oppervlakte-elementen gevormde horizontale vlak steeds ongeveer de helft van de lengte van de langere rand van een enkel oppervlakte-element.
Bij de uitvoeringsvorm waarbij meerdere oppervlakte-15 elementen gezamenlijk een horizontaal vlak vormen, worden de voorstaand genoemde onderslagbalken in het bijzonder loodrecht ten opzichte van de langere randen van de oppervlakte-elementen aangebracht.
Bij toepassing van de alternatieve uitvoeringsvorm, 20 waarbij het horizontale vlak slechts door een enkel oppervlakte-element wordt gevormd, kan dit bij voorkeur door een hoeveelheid van in een regelmatig raster aangebrachte steunpilaren worden vastgehouden.
Teneinde bij deze uitvoeringsvorm op alle zijden van het 25 oppervlakte-element een aanpassing aan de ruimtelijke omstandigheden in de scheepsromp te kunnen uitvoeren, worden de steunpilaren bij voorkeur op afstand van de randen van het oppervlakte-element aangebracht, hetgeen betekent dat ,'s f'. .·» - 7 het buitenste randgedeelte van het oppervlakte-element zonder steunpilaren is uitgevoerd. Als gevolg van de niet aanwezige steunpilaren kan in dit gebied zonder meer een aanpassing respectievelijk een uitsnijden van het 5 oppervlakte-element plaatsvinden.
Bij het laatstgenoemde geval is het voordelig, wanneer de afstand tussen de randen van het rechthoekige oppervlakte-element en alle in de nabijheid daarvan gelegen steunpilaren tussen 0,5m en 2,5m, in het bijzonder tussen lm 10 en l,5m bedraagt.
Ook bij het toepassen van meerdere afzonderlijke oppervlakte-elementen is het mogelijk de steunpilaren op afstand van alle randen van het in het bijzonder rechthoekvormige oppervlakte-element aan te brengen. De afstand 15 tussen de randen en de steunpilaren is daarbij zodanig te kiezen, dat bij samengevoegde oppervlakte-elementen een bij voorkeur regelmatig steunpilaren-raster wordt verkregen.
Volgens de uitvinding is het voordelig, dat de afzonderlijke oppervlakte-elementen bij voorbeeld op 20 verschillende plaatsen tegelijkertijd kunnen worden uitgerust en navolgend in het scheepslichaam of als een uit meerdere oppervlakte-elementen bestaand groot moduul of als afzonderlijke oppervlakte-elementen kunnen worden gemonteerd. Bij voorkeur worden de oppervlakte-elementen 25 volgens één bepaald moduulraster vervaardigd, zodat deze zonder rekening te houden met de te monteren uitrustingsonderdelen of de in de scheepsromp vereiste bevestigingsvorm extern kunnen worden vervaardigd.
De op het oppervlakte-element bevestigde steunpilaren 30 worden bij voorkeur zo uitgevoerd, dat deze desgewenst respectievelijk bij desbetreffende ruimtelijke omstandigheden in de scheepsromp tevens weer verwijderbaar zijn.
Verdere voorkeursuitvoeringen van de uitvinding zijn in de volgconclusies weergegeven.
35 De uitvinding wordt navolgend aan de hand van uitvoeringsvoorbeelden onder verwijzing naar de tekening beschreven, hierin tonen: 1 00 3 9 3 5 8 fig. 1 een aanzicht in perspectief van meerdere, binnen een horizontaal vlak tegen elkaar aangrenzend aangebrachte oppervlakte-elementen volgens een eerste type in een eerste configuratie, 5 fig. 2 een aanzicht in perspectief van meerdere, binnen een horizontaal vlak tegen elkaar aangrenzend aangebrachte oppervlakte-elementen volgens het eerste type en een tweede configuratie, fig. 3 een doorsnede langs meerdere boven elkaar 10 aangebrachte oppervlakte-elementen volgens het eerste type, fig. 4 een bovenaanzicht van een oppervlakte-element volgens de figuren 1-3, fig. 5 een bovenaanzicht van meerdere binnen een horizontaal vlak tegen elkaar aangrenzend aangebrachte 15 oppervlakte-elementen volgens een tweede type, fig. 6 een bovenaanzicht van meerdere, in een horizontaal vlak tegen elkaar aangrenzend aangebrachte oppervlakte-elementen volgens een derde type, fig. 7 een aanzicht in perspectief van een moduul met 20 een groot oppervlakte, waarbij een enkel oppervlakte-element het gehele horizontale vlak vormt, fig. 8 een bovenaanzicht van een oppervlakte-element volgens figuur 7, fig. 9 een verticale doorsnede langs een schip volgens 25 de uitvinding, en fig. 10 een horizontale doorsnede langs een schip volgens de uitvinding.
Figuur 1 toont in het geheel vijf oppervlakte-elementen 1, die telkens rechthoekig zijn uitgevoerd met twee tegen-30 over elkaar gelegen langere zijkanten 2 en twee tegenover elkaar gelegen kortere zijkanten 3.
Aan de zijden 2,3 zijn de oppervlakte-elementen 1 met profielen 4 verbonden, die, zoals in fig. 1 weergegeven, bijvoorbeeld als Z-profielen 4 kunnen zijn uitgevoerd.
35 Door deze profielen zijn telkens in de nabijheid ten opzichte van elkaar opgestelde oppervlakte-elementen 1 met 1003935 9 de langere zijkant 2 daarvan met elkaar verbonden, in het bijzonder aan elkaar gelast.
Bij de langere randen 2 van de oppervlakte-elementen 1 behoren telkens twee steunpilaren 5.
5 De steunpilaren 5 zijn daarbij zodanig op de langere randen 2 aangebracht, dat de afstand tussen twee op een langere rand 2 aangebrachte steunpilaren 5 ongeveer de helft van de langere rand 2 bedraagt. Daardoor bedraagt de afstand tussen het uiteinde van de langere rand 2 en de naburige 10 steunpilaar 5 ongeveer een kwart van de lengte van de langere rand 2.
De oppervlakte-elementen 1 zijn op een hoogte van ongeveer 1/3 van de totale hoogte van de steunpilaren 5 daarop vastgezet, waarbij de steunpilaren 5 met de profielen 15 4 van de langere randen 2 zijn verbonden respectievelijk zich door deze profielen heen uitstrekken.
Bij de in figuur 1 weergegeven uitvoeringsvorm zijn alle oppervlakte-elementen 1 parallel ten opzichte van elkaar uitgericht en grenzen met de langere randen 2 daarvan 20 telkens tegen elkaar aan.
De in figuur 2 weergegeven uitvoeringsvorm bestaat eveneens uit vijf oppervlakte-elementen 6, 7, die identiek met de oppervlakte-elementen 1 volgens figuur 1 zijn uitgevoerd, maar die op een andere wijze ten opzichte van 25 elkaar zijn opgesteld.
De vier oppervlakte-elementen 6 zijn zodanig opgesteld, dat elk van deze oppervlakte-elementen 6 met een kortere rand 3 en een langere rand 4 telkens aan een kortere rand 3 respectievelijk langere rand 4 van een naburig oppervlakte-30 element grenst. De vier oppervlakte-elementen 6 vormen daarbij een rechthoekig totaaloppervlak waarvan de langere zijkant dubbel zo lang is dan de langere rand 4 van een oppervlakte-element 6 en waarvan de kortere zijkant dubbel zo lang is dan de kortere rand 3 van een oppervlakte-element 35 6.
In het gebied waar twee langere randen 4 van het oppervlakte-element 6 tegen elkaar aangrenzen vormen de 1003935 10 steunpilaren 5 daarvan telkens steunpilaarparen uit twee direct tegen elkaar aangrenzende steunpilaren 5.
Omdat de steunpilaren 5 volgens fig. 2 dezelfde afstand ten opzichte van de hoekpunten van de oppervlakte-elementen 5 6 bezitten als de steunpilaren 5 volgens figuur 1, is gewaarborgd dat de afstand tussen de steunpilaren 5 van een oppervlakte-element 6 overeenkomt met de afstand tussen twee steunpilaren 5 van naburige oppervlakte-elementen 6, waardoor een gelijkmatige lastverdeling op de steunpilaren 5 10 wordt verkregen.
Op een van de door twee kortere randen gevormde zijkant van het door de oppervlakte-elementen 6 gevormde totale oppervlak is een verder oppervlakte-element 7 zodanig aangebracht dat het met een langere rand 4 tegen de genoemde 15 zijkant van de door het oppervlakte-elementen 6 gevormde totale oppervlak aangrenst.
Hierbij is te zien, dat het oppervlakte-element 7 in één vlak met het door de oppervlakte-elementen 6 gevormde totale oppervlak afsluit, hetgeen wordt mogelijk gemaakt, 20 doordat de langere rand 4 van de oppervlakte-elementen 6, 7 twee keer zo lang is dan de kortere rand 3 daarvan.
Figuur 3 toont een doorsnede door meerdere oppervlakte-elementen 1 volgens figuur 1 die met inbegrip van de daarbij behorende steunpilaren 5 op afstand ten opzichte van elkaar 25 boven elkaar zijn aangebracht.
Daarbij zijn de bovenste respectievelijk onderste uiteinden van de steunpilaren 5 voor het koppelen met de onderste resp. bovenste uiteinden van verdere steunpilaren 5 uitgevoerd. De genoemde koppelplaatsen zijn in figuur 3 met 30 de verwijzingscijfer 8 weergegeven.
Op de in figuur 3 weergegeven wijze kunnen binnen een scheepsromp meerdere boven elkaar aangebrachte oppervlakken worden verschaft, die of voor transport van goederen of voor het aanbrengen van scheepsaggregaten kunnen dienen.
35 Figuur 4 toont een bovenaanzicht van een oppervlakte- element volgens figuur 1 met vier steunpilaren 5, waarbij 't 0 0 3 9 3 5 .
11 het oppervlakte-element 1 twee kortere zijkanten 3 en twee langere zijkanten 4 omvat.
Op de onderzijde van het oppervlakte-element 1 zijn meerdere, evenwijdig ten opzichte van het oppervlakte-5 element 1 verlopende en parallel op afstand ten opzichte van elkaar gelegen onderslagsbalken 9 aangebracht, die in figuur 4 in stippellijn zijn weergegeven.
De onderslagsbalken 9 strekken zich parallel ten opzichte van de kortere zijkant 3 en loodrecht ten opzichte 10 van de langere zijkanten 4 van het oppervlakte-element 1 uit en bezitten ten opzichte van elkaar tevens even grote afstanden zodat in zijn geheel een regelmatige verdeling van de onderslagsbalken 9 over het oppervlakte-element 1 wordt verkregen, waardoor een gelijkmatige krachtverdeling op de 15 onderslagsbalken 9 wordt bereikt.
Figuur 5 toont een bovenaanzicht van meerdere binnen een horizontaal vlak tegen elkaar aangrenzend aangebrachte oppervlakte-elementen 20, waarbij bij elk oppervlakte-element 20 telkens twee steunpilaren 21 behoren.
20 De oppervlakte-elementen 20 zijn rechhoekig uitgevoerd, waarbij de steunpilaren 21 centrisch tussen de beide langs-randen van het oppervlakte-element 20 zijn aangebracht, dat wil zeggen, dat de afstand tussen de steunpilaren 21 en de ene langsrand van het oppervlakte-element 20 even groot is 25 als de afstand van de steunpilaren 21 ten opzichte van de andere langsrand van het oppervlakte-element 20.
De afstand van de steunpilaren 21 ten opzichte van de in de nabijheid daarvan gelegen kortere rand van het oppervlakte-element 20 bedraagt ongeveer een kwart van de 30 lengte van het oppervlakte-element 20.
Ervan uitgaand, dat de uitstrekking in lengterichting van de oppervlakte-elementen 20 ongeveer dubbel zo groot is dan de uitstrekking in dwarsrichting daarvan, dan wordt bij een opstelling van meerdere oppervlakte-elementen 20 in een 35 raster volgens figuur 4 bereikt, dat de steunpilaren 21 ten opzichte van elkaar telkens een afstand bezitten, die ongeveer overeenkomt met de helft van de uitstrekking in 1003935 12 lengterichting van de oppervlakte-elementen 20, zodat de steunpilaren 21 uiteindelijk in een in hoofdzaak vierkant-vormig raster zijn opgesteld.
Bij de uitvoeringsvorm volgens figuur 6 zijn opper-5 vlakte-elementen 22 telkens voorzien van vier steunpilaren 23, die telkens op een geringe afstand ten opzichte van de langsranden van het oppervlakte-element 22 zijn aangebracht.
De afstand ten opzichte van de korte randen van het oppervlakte-element 22 is overeenkomstig de uitvoeringsvorm 10 volgens figuur 5 gekozen.
Figuur 7 toont een afzonderlijk oppervlakte-element 10, dat duidelijk groter is uitgevoerd dan de oppervlakte-elementen volgens de figuren 1-4 en dat als afzonderlijk oppervlakte-element in een horizontaal vlak wordt opgesteld, 15 teneinde een plaats- of bevestigingsvlak te verschaffen. Dit oppervlakte-element 10 wordt daarom in tegenstelling tot de oppervlakte-elementen volgens de figuren 1-4 niet met de randen daarvan aan verdere oppervlakte-elementen gekoppeld maar direct of indirect met de scheepsromp verbonden.
20 Het oppervlak van het oppervlakte-element 10 bedraagt ongeveer 15m x 6m.
Bij het oppervlakte-element 10 behoren in zijn geheel acht steunpilaren 11, die volgens een regelmatig raster langs het oppervlak van het oppervlakte-element 10 zijn 25 verdeeld. Geen van de steunpilaren 11 bevindt zich daarbij in het gebied van de randen van het oppervlakte-element 10. Alle steunpilaren 11 zijn ten opzichte van het randgedeelte van het oppervlakte-element 10 naar binnen toe verplaatst en liggen op afstand van de randen daarvan.
30 De afstand tussen de steunpilaren 11 en de kortere randen 12 van het oppervlakte-element 10 bedraagt ongeveer l,5m, terwijl de afstand van de steunpilaren 11 van de langere randen 13 van het oppervlakte-element 10 ongeveer lm bedraagd.
35 De lengte van de steunpilaren 11 bedraagt ongeveer 3m, waarbij deze steunpilaren 11, waarvan in figuur 7 slechts 1 00 3 9 3 5 - 13 het bovenste gedeelte is weergegeven, het oppervlakte-element 10 doordringen.
Het zich boven het oppervlakte-elexnent 10 uitstrekkende gedeelte van de steunpilaren 11 omvat een lengte van 5 ongeveer 2m, terwijl het zich beneden het oppervlakte-element 10 uitstrekkende gedeelte van de steunpilaren 11 ongeveer lm lang is.
Omdat alle steunpilaren 11 ten opzichte van de rand van het oppervlakte-element 10 naar binnen toe verplaatst zijn 10 opgesteld kan het oppervlakte-element 10 bij alle rand-gedeeltes daarvan achteraf aan de in de scheepsromp aanwezige ruimtelijke omstandigheden worden aangepast.
Overeenkomstig figuur 3 kunnen meerdere oppervlakte-elementen 10 boven elkaar worden aangebracht.
15 Figuur 8 toont een bovenaanzicht van een oppervlakte- element 10 volgens figuur 7.
In aanvulling tot het in figuur 7 weergegeven oppervlakte-element 10 met acht steunpilaren 11 zijn in figuur 8 onderslagsbalken 14, 15 te zien, die zijn 20 aangebracht voor het verstijven van het oppervlakte-element 10.
De onderslagsbalken 14 verlopen op een regelmatige afstand ten opzichte van elkaar en parallel ten opzichte van de langere randen 13 van het oppervlakte-element 10.
25 De onderslagsbalken 15, die telkens slechts op een zijde of op beide zijden van de steunpilaren 11 zijn aangebracht, verlopen verticaal ten opzichte van de onderslagsbalken 14, dat wil zeggen deze balken verlopen parallel ten opzichte van de kortere randen 12 van het oppervlakte-30 element 10.
Figuur 9 toont een verticale doorsnede door een schip volgens de uitvinding, waarbij hierbij duidelijk wordt, hoe een uit oppervlakte-elementen 1 en steunpilaren bestaande opstelling volgens figuur 3 in een scheepsromp 25 kan worden 35 aangebracht.
Twee opstellingen, die telkens uit drie boven elkaar gestapelde oppervlakte-elementen 1 bestaan, zijn telkens aan
| 0 Λ λ Q λ V
14 de linker en aan de rechterzijde van de scheepsmachine 26 aangebracht.
Zijdelings zijn de oppervlakte-elementen 1 bij 27 met de desbetreffende zijranden van de boven elkaar aangebrachte 5 scheepsdekken 28 verbonden, zodat optredende horizontale krachten naar de dekken 28 respectievelijk naar de scheepsromp 25 worden overgebracht.
De steunpilaren 5 van de telkens onderste oppervlakte-elementen 1 worden door geschikte voetelementen 29 onder-10 steunt, die in de scheepsromp 25 zijn aangebracht.
Fig. 10 toont een opstelling volgens figuur 9 in een horizontale doorsnede.
Te zien zijn de telkens bovenste oppervlakte-elementen 1, die zich aan de linker- en de rechterzijde van de 15 scheepsmachine 26 bevinden. Bij elk oppervlakte-element 1 behoren daarbij zes steunpilaren 5.
De figuren 9 en 10 tonen, dat de oppervlakte-elementen volgens de uitvinding zonder problemen en individueel in de scheepsromp kunnen worden gemonteerd, waarbij rekening kan 20 worden gehouden met de daar aanwezige ruimtelijke omstandigheden. Op deze wijze is bijvoorbeeld de in de figuren 9 en 10 tussen de scheepsmachine 26 en de scheepsromp 25 aanwezige ruimte op eenvoudige wijze met boven elkaar aangebrachte horizontale oppervlakken uit te rusten, waarop 25 bijvoorbeeld verdere uitrustingsonderdelen bevestigbaar zi jn.
-r ni3 4 ) -
Claims (26)
1. Schip met in een scheepsromp aangebrachte uitrustingsmodules, die gedragen worden door verticaal verlopende steunpilaren (5,11,21,23), met het kenmerk, dat de uitrustingsmodules als basis oppervlakte-elementen 5 (1,6,7,10,20,22) bezitten, die zodanig zijn verstijfd, dat de verticale steunpilaren (5,11,21,23) zodanig kunnen worden aangebracht, dat althans voor het kunnen uitvoeren van eventueel vereiste aanpassingswerkzaamheden een buitengelegen randgebied van de oppervlakte-elementen (1,6,7,10,20,22) vrij 10 blijft van steunpilaren en zodoende aan de ruimtelijke omstandigheden van de scheepsromp aanpasbaar is.
2. Schip volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het oppervlakte-element (1,6,7,10,20,22) rechthoekig en in het bijzonder vlak is uitgevoerd.
3. Schip volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de steunpilaren (5,11,21,23) zich door het oppervlakte-element (1,6,7,10,20,22) heen uitstrekken.
4. Schip volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het oppervlakte-element (1,6,7,10,20,22) op de onderste helft van 20 de steunpilaren (5,11,21,23) is bevestigd.
5. Schip volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het oppervlakte-element (1,6,7,10,20,22) op een hoogte van ongeveer 1/3 van de totale hoogte van de steunpilaren (5,11,21,23) is bevestigd.
6. Schip volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het oppervlakte-element (1,6,7,10,20,22) op de bovenste of onderste uiteinden van de steunpilaren is bevestigd.
7. Schip volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de hoogte van de het oppervlakte-element 30 (1,6,7,10,20,22) ondersteunende steunpilaren (5,11,21,23) tussen lm en 5m, bij voorkeur tussen 2m en 4m en in het bijzonder ongeveer 3m bedraagt.
8. Schip volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de afstand van de afzonderlijke steunpilaren 1 00 3C'3 r- 4 (5,11,21,23) ten opzichte van elkaar tussen lm en 5m, bij voorkeur tussen 2m en 4m en in het bijzonder ongeveer 3m bedraagt.
9. Schip volgens één der voorgaande conclusies, met het 5 kenmerk, dat op de onderzijde van het oppervlakte-element (1,6,7,10,20,22) meerdere in hoofdzaak horizontaal verlopende en in het bijzonder parallel ten opzichte van elkaar op afstand gelegen onderslagsbalken (9,14,15) zijn aangebracht.
10. Schip volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de 10 afstand van naast elkaar gelegen onderslagsbalken (9,14,15) tussen 0,5m en l,5m, bij voorkeur tussen 0,7m en l,3m en in het bijzonder ongeveer lm bedraagt.
11. Schip volgens één der conclusies 9 of 10, met het kenmerk, dat de onderslagsbalken (9,14,15) uit Holland- 15 profielen zijn gevormd.
12. Schip volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat randen (2,3,12,13), in het bijzonder alle randen (2,3,12,13) van het oppervlakte-element (1,6,7,10,20,22) zijn verbonden met profielen (4) in het bijzonder dubbel-T- 20 dragers, waarvan de verbindingsbalken horizontaal en de dwarsbalken daarvan verticaal verlopen.
13. Schip volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de bovenste respectievelijk onderste uiteinden van de steunpilaren (5,11,21,23) zijn uitgevoerd voor het 25 koppelen met onderste respectievelijk bovenste uiteinden van verdere steunpilaren (5,11,21,23).
14. Schip volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat meerdere oppervlakte-elementen (1,6,7,10,20,22) met inbegrip van de daarbij behorende steunpilaren 30 (5,11,21,23) op afstand ten opzichte van elkaar boven elkaar zijn aangebracht.
15. Schip volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de in de nabijheid van de scheepsromp of van een dek gelegen randen (2,3,12,13) van het oppervlakte-element 35 (1,6,7,10,20,22) ten minste gedeeltelijk in kracht aansluitend daarmee zijn verbonden. 1 00 39 351 Λ
16. Schip volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat in het gebied van een horizontaal vlak meerdere, met de randen (2,3) daarvan tegen elkaar aangrenzende oppervlakte-elementen (1) zijn aangebracht.
17. Schip volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat naburige, met de randen (2,3) daarvan tegen elkaar aangrenzende oppervlakte-elementen (1) door middel van de randen in kracht aansluitend met elkaar zijn verbonden.
18. Schip volgens conclusie 16 of 17, met het kenmerk, dat 10 de steunpilaren (5) in het gebied van de randen (2,3) van de rechthoekige oppervlakte-elementen (1) zijn aangebracht.
19. Schip volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat bij elk oppervlakte-element (1) twee of vier steunpilaren (5) behoren.
20. Schip volgens één der conclusies 16-19, met het kenmerk, dat alle oppervlakte-elementen (1) in hoofdzaak even groot zijn.
21. Schip volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat op de langere randen (3) van het oppervlakte- 20 element (1) telkens twee steunpilaren (5) zijn aangebracht.
22. Schip volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de afstand tussen twee op een van de langere randen (3) van het oppervlakte-element (1) aangebrachte steunpilaren (5) ongeveer de helft van de lengte van de 25 langere rand (3) bedraagt.
23. Schip volgens één der conclusies 1-15, met het kenmerk, dat slechts een enkel oppervlakte-element (10,20,22) is aangebracht, dat door een hoeveelheid, in een regelmatig raster aangebrachte steunpilaren (11) wordt vastgehouden.
24. Schip volgens conclusie 23, met het kenmerk, dat de steunpilaren (11) op afstand van de randen (12,13) van het rechthoekige oppervlakte-element (10,20,22) zijn aangebracht.
25. Schip volgens conclusie 24, met het kenmerk, dat de afstand tussen de randen (12,13) van het rechthoekige 35 oppervlakte-element (10,20,22) en alle in de nabijheid i o L. « daarvan gelegen steunpilaren (11,21,23) tussen 0,5m en 2,5m en in het bij zonder tussen lm en 1,5m bedraagt.
26. Schip volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de boven- en/of onderzijden van de oppervlakte-5 elementen (1,6,7,20,22) respectievelijk van het oppervlakte-element (10) uitrustbaar zijn. . V Ί
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
DE19532107 | 1995-08-31 | ||
DE19532107A DE19532107C2 (de) | 1995-08-31 | 1995-08-31 | Schiff mit im Schiffsrumpf angeordneten, sich horizontal erstreckenden ebenen Flächenelementen |
Publications (2)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1003935A1 NL1003935A1 (nl) | 1997-03-03 |
NL1003935C2 true NL1003935C2 (nl) | 1998-09-15 |
Family
ID=7770893
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1003935A NL1003935C2 (nl) | 1995-08-31 | 1996-08-30 | Schip met in een scheepsromp aangebrachte, zich horizontaal uitstrekkende, vlakke oppervlakte-elementen. |
Country Status (15)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US5899161A (nl) |
JP (1) | JPH09104389A (nl) |
KR (1) | KR100422978B1 (nl) |
CN (1) | CN1072151C (nl) |
BR (1) | BR9603618A (nl) |
CA (1) | CA2184215A1 (nl) |
DE (1) | DE19532107C2 (nl) |
DK (1) | DK173251B1 (nl) |
ES (1) | ES2134117B1 (nl) |
FI (1) | FI116374B (nl) |
FR (1) | FR2738212B1 (nl) |
IT (1) | IT1283796B1 (nl) |
NL (1) | NL1003935C2 (nl) |
NO (1) | NO305198B1 (nl) |
PL (2) | PL315869A1 (nl) |
Families Citing this family (11)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1033867C2 (nl) * | 2007-05-18 | 2008-11-20 | Bruinekool Yacht Support & Ind | Vloerconstructie en werkwijze. |
DE102010040902A1 (de) | 2010-09-16 | 2012-03-22 | Aloys Wobben | Schiff |
KR101444310B1 (ko) * | 2012-08-10 | 2014-09-26 | 삼성중공업 주식회사 | 고박용 지지장치 및 화물 고박방법 |
CN104149941B (zh) * | 2014-07-16 | 2016-07-27 | 浙江海洋学院 | 一种活动甲板定位导轨装置 |
CN105015713B (zh) * | 2014-07-16 | 2017-04-19 | 浙江增洲造船有限公司 | 一种船用集装箱定位导轨装置 |
CN104309768B (zh) * | 2014-08-13 | 2016-08-24 | 浙江欧华船舶机械有限公司 | 一种带有活动甲板定位导轨装置的多用途船 |
KR101654592B1 (ko) * | 2014-10-15 | 2016-09-06 | 대우조선해양 주식회사 | 극지용 선박의 선수부 선체구조 및 그 선수부 선체구조를 갖는 극지용 선박 |
JP6013430B2 (ja) * | 2014-11-11 | 2016-10-25 | 株式会社新来島どっく | 自動車運搬船のピラー構造 |
KR101714670B1 (ko) * | 2015-01-15 | 2017-03-09 | 대우조선해양 주식회사 | 극지용 선박의 선수부 선체구조 및 그 선수부 선체구조를 갖는 극지용 선박 |
CN108100168B (zh) * | 2017-12-06 | 2019-12-13 | 上海船舶研究设计院(中国船舶工业集团公司第六0四研究院) | 甲板支撑结构及牲畜船 |
BE1029451B1 (nl) * | 2021-05-27 | 2023-01-09 | Gitra Bv | Laadvloerelement voor het vormen van een laadbodem boven een fluïdisatiebodem |
Family Cites Families (13)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB728424A (en) * | 1953-07-21 | 1955-04-20 | Fisher & Ludlow Ltd | Improvements in or relating to pallets for stacking and containing goods |
US3327654A (en) * | 1966-03-10 | 1967-06-27 | Collapsible Pallet Co | Collapsible cargo pallet with removable top |
US3434445A (en) * | 1966-12-21 | 1969-03-25 | Ernest W Crumley | Cargo ship construction |
US3448711A (en) * | 1967-10-11 | 1969-06-10 | Wiley Mfg Co | Lighter construction |
US3722449A (en) * | 1970-10-12 | 1973-03-27 | Lash Systems Inc | A lighter - ship stabilizing system |
JPS5119661B2 (nl) * | 1971-08-10 | 1976-06-18 | ||
DE3305323A1 (de) * | 1983-02-16 | 1984-08-16 | Blohm + Voss Ag, 2000 Hamburg | Schiff mit einem auf dem innenboden angeordneten rohrleitungssystem |
JPS6171292A (ja) * | 1984-09-14 | 1986-04-12 | Nippon Kokan Kk <Nkk> | 船舶機関室の建造方法 |
FI84999C (fi) * | 1986-02-11 | 1992-02-25 | Masa Yards Oy | Fartygskonstruktion. |
DE69113918T2 (de) * | 1990-08-06 | 1996-04-04 | Ishikawajima Harima Heavy Ind | Bildung und Anordnung von Funktionsmodulen. |
US5226583A (en) * | 1990-08-21 | 1993-07-13 | Ishikawajima-Harima Jukogyo Kabushiki Kaisha | Module frame work for larger structure, method and device for assembling module frame work and coupler for module frame work |
DE4139542C2 (de) * | 1991-11-30 | 1999-12-30 | Thyssen Nordseewerke Gmbh | Schiff, insbesondere Handelsschiff |
DE4304556A1 (de) * | 1992-12-18 | 1994-06-23 | Thyssen Nordseewerke Gmbh | Verfahren und Vorrichtung zur Herstellung von Verbindungen |
-
1995
- 1995-08-31 DE DE19532107A patent/DE19532107C2/de not_active Expired - Fee Related
-
1996
- 1996-08-09 IT IT96MI001743A patent/IT1283796B1/it active IP Right Grant
- 1996-08-26 JP JP8244239A patent/JPH09104389A/ja active Pending
- 1996-08-27 FR FR9610495A patent/FR2738212B1/fr not_active Expired - Fee Related
- 1996-08-27 CA CA002184215A patent/CA2184215A1/en not_active Abandoned
- 1996-08-28 NO NO963594A patent/NO305198B1/no not_active IP Right Cessation
- 1996-08-29 PL PL96315869A patent/PL315869A1/xx unknown
- 1996-08-29 PL PL96112715U patent/PL60703Y1/pl unknown
- 1996-08-29 FI FI963364A patent/FI116374B/fi not_active IP Right Cessation
- 1996-08-29 ES ES009601870A patent/ES2134117B1/es not_active Expired - Fee Related
- 1996-08-29 US US08/705,691 patent/US5899161A/en not_active Expired - Fee Related
- 1996-08-30 CN CN96113393A patent/CN1072151C/zh not_active Expired - Fee Related
- 1996-08-30 KR KR1019960036637A patent/KR100422978B1/ko not_active IP Right Cessation
- 1996-08-30 NL NL1003935A patent/NL1003935C2/nl not_active IP Right Cessation
- 1996-08-30 DK DK199600918A patent/DK173251B1/da not_active IP Right Cessation
- 1996-08-30 BR BR9603618A patent/BR9603618A/pt not_active IP Right Cessation
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
IT1283796B1 (it) | 1998-04-30 |
DK91896A (da) | 1997-03-01 |
FR2738212A1 (fr) | 1997-03-07 |
DE19532107C2 (de) | 1997-10-16 |
KR970010577A (ko) | 1997-03-27 |
CA2184215A1 (en) | 1997-03-01 |
ITMI961743A1 (it) | 1998-02-09 |
FI963364A (fi) | 1997-03-01 |
CN1072151C (zh) | 2001-10-03 |
US5899161A (en) | 1999-05-04 |
NL1003935A1 (nl) | 1997-03-03 |
FI963364A0 (fi) | 1996-08-29 |
FR2738212B1 (fr) | 1999-01-22 |
ES2134117A1 (es) | 1999-09-16 |
BR9603618A (pt) | 1998-05-19 |
NO305198B1 (no) | 1999-04-19 |
DK173251B1 (da) | 2000-05-22 |
PL315869A1 (en) | 1997-03-03 |
CN1152523A (zh) | 1997-06-25 |
KR100422978B1 (ko) | 2004-07-19 |
JPH09104389A (ja) | 1997-04-22 |
PL60703Y1 (en) | 2004-09-30 |
ES2134117B1 (es) | 2000-05-16 |
NO963594L (no) | 1997-03-03 |
NO963594D0 (no) | 1996-08-28 |
ITMI961743A0 (nl) | 1996-08-09 |
FI116374B (fi) | 2005-11-15 |
DE19532107A1 (de) | 1997-03-06 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL1003935C2 (nl) | Schip met in een scheepsromp aangebrachte, zich horizontaal uitstrekkende, vlakke oppervlakte-elementen. | |
NL193586C (nl) | Werkwijze voor de vervaardiging van een huteenheid voor schepen of dergelijke. | |
AU601274B2 (en) | Building construction | |
US3854686A (en) | Cantilever rack | |
US5725137A (en) | Carrier rack and rack retainer | |
FI83588B (fi) | Hyllsystem av plaot. | |
NL9001766A (nl) | Polygoonvormig huis. | |
US5779069A (en) | Reinforced shelves | |
GB2136472A (en) | Flooring | |
GB2147856A (en) | Floor structure | |
US4287994A (en) | Wedgable storage rack | |
EP2593374B1 (en) | Crate | |
NL1028144C2 (nl) | Laadvloer. | |
US4712340A (en) | Decking support means | |
US5546871A (en) | Pallet system wherein an array of vertical sockets mate with module side elements | |
NL8004702A (nl) | Stelsel voor het plaatsen van een hulpdek in een vaartuig of dergelijke. | |
CN102869581A (zh) | 用于货架的支撑框架 | |
EP0202863A2 (en) | Support frames for screening panels | |
US5052159A (en) | Modular decking panel | |
JPH037765B2 (nl) | ||
NL8503323A (nl) | Vloerbekistingssysteem. | |
BE1010727A6 (nl) | Stelling, alsmede schraag en hulpelementen voor het samenstellen van zulke stelling. | |
JP2987400B2 (ja) | 床支持装置 | |
JPS5812738Y2 (ja) | パレツト | |
NL192696C (nl) | Geprefabriceerde weegbrug. |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
AD1A | A request for search or an international type search has been filed | ||
RD2N | Patents in respect of which a decision has been taken or a report has been made (novelty report) |
Free format text: 980714;980714 |
|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20140301 |