NL1003665C2 - Overuittrekbare diferentiële ladegeleider. - Google Patents

Overuittrekbare diferentiële ladegeleider. Download PDF

Info

Publication number
NL1003665C2
NL1003665C2 NL1003665A NL1003665A NL1003665C2 NL 1003665 C2 NL1003665 C2 NL 1003665C2 NL 1003665 A NL1003665 A NL 1003665A NL 1003665 A NL1003665 A NL 1003665A NL 1003665 C2 NL1003665 C2 NL 1003665C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
profile
drawer
control means
movement
drawer guide
Prior art date
Application number
NL1003665A
Other languages
English (en)
Inventor
Andreas Petronella Mari Stijns
Original Assignee
Thomas Regout B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Family has litigation
First worldwide family litigation filed litigation Critical https://patents.darts-ip.com/?family=19763259&utm_source=google_patent&utm_medium=platform_link&utm_campaign=public_patent_search&patent=NL1003665(C2) "Global patent litigation dataset” by Darts-ip is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.
Application filed by Thomas Regout B V filed Critical Thomas Regout B V
Priority to NL1003665A priority Critical patent/NL1003665C2/nl
Priority to US09/230,292 priority patent/US6231143B1/en
Priority to PCT/NL1997/000427 priority patent/WO1998003099A1/en
Priority to DE69709764T priority patent/DE69709764T2/de
Priority to AT97930891T priority patent/ATE209010T1/de
Priority to PT97930891T priority patent/PT926968E/pt
Priority to SK82-99A priority patent/SK286343B6/sk
Priority to JP10506826A priority patent/JP2000514690A/ja
Priority to AU34657/97A priority patent/AU3465797A/en
Priority to CZ0022099A priority patent/CZ298152B6/cs
Priority to ES97930891T priority patent/ES2169404T3/es
Priority to SI9730283T priority patent/SI0926968T1/xx
Priority to PL97331289A priority patent/PL185329B1/pl
Priority to EP97930891A priority patent/EP0926968B1/en
Priority to DK97930891T priority patent/DK0926968T3/da
Priority to KR1019997000545A priority patent/KR100351795B1/ko
Priority to HR970403A priority patent/HRP970403B1/xx
Priority to TW090210234U priority patent/TW513943U/zh
Publication of NL1003665C2 publication Critical patent/NL1003665C2/nl
Application granted granted Critical
Priority to NO19990311A priority patent/NO314211B1/no

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47BTABLES; DESKS; OFFICE FURNITURE; CABINETS; DRAWERS; GENERAL DETAILS OF FURNITURE
    • A47B88/00Drawers for tables, cabinets or like furniture; Guides for drawers
    • A47B88/40Sliding drawers; Slides or guides therefor
    • A47B88/49Sliding drawers; Slides or guides therefor with double extensible guides or parts
    • A47B88/493Sliding drawers; Slides or guides therefor with double extensible guides or parts with rollers, ball bearings, wheels, or the like
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47BTABLES; DESKS; OFFICE FURNITURE; CABINETS; DRAWERS; GENERAL DETAILS OF FURNITURE
    • A47B2210/00General construction of drawers, guides and guide devices
    • A47B2210/0002Guide construction for drawers
    • A47B2210/0016Telescopic drawer slide latch device
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47BTABLES; DESKS; OFFICE FURNITURE; CABINETS; DRAWERS; GENERAL DETAILS OF FURNITURE
    • A47B2210/00General construction of drawers, guides and guide devices
    • A47B2210/0002Guide construction for drawers
    • A47B2210/0029Guide bearing means
    • A47B2210/0032Balls
    • A47B2210/0035Balls cages therefor, e.g. for telescopic slides
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47BTABLES; DESKS; OFFICE FURNITURE; CABINETS; DRAWERS; GENERAL DETAILS OF FURNITURE
    • A47B2210/00General construction of drawers, guides and guide devices
    • A47B2210/0002Guide construction for drawers
    • A47B2210/0029Guide bearing means
    • A47B2210/0037Rollers
    • A47B2210/004Rollers cages therefor, e.g. for telescopic slides

Landscapes

  • Drawers Of Furniture (AREA)
  • Seats For Vehicles (AREA)
  • Sawing (AREA)
  • Brushes (AREA)
  • Ladders (AREA)
  • Display Racks (AREA)
  • Fittings On The Vehicle Exterior For Carrying Loads, And Devices For Holding Or Mounting Articles (AREA)
  • Platform Screen Doors And Railroad Systems (AREA)
  • Led Device Packages (AREA)
  • Polarising Elements (AREA)
  • Liquid Crystal Substances (AREA)
  • Automatic Cycles, And Cycles In General (AREA)
  • Valve Device For Special Equipments (AREA)
  • Valve-Gear Or Valve Arrangements (AREA)

Description

Titel: Overuittrekbare diferentiële ladegeleider.
De uitvinding heeft betrekking op een ladegeleider van het overuittrekbare type, voorzien van bewegingssturingsmiddelen voor het sturen van de bewegingen van de profielen van de ladegeleider ten opzichte van elkaar 5 in ten minste het niet-overuitgetrokken gedeelte van de bewegingsbaan van de profielen. Een dergelijke ladegeleider is bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 3,912,341.
De bekende ladegeleider omvat een kastprofiel en een evenwijdig daaraan opgesteld ladeprofiel, waarbij tussen het 10 kastprofiel en het ladeprofiel een tussenprofiel is opgenomen. Het ladeprofiel en het kastprofiel zijn relatief ten opzichte van het tussenprofiel beweegbaar gelagerd. Daarbij zijn de profielen zodanig uitgevoerd dat de profielen tot in een eindstand beweegbaar zijn waarbij het 15 ladeprofiel en het kastprofiel elkaar niet meer overlappen, de zogenaamde overuitgetrokken eindstand. In het tussenprofiel is een venster aangebracht waarin een rol is opgenomen die is vervaardigd uit veerkrachtig materiaal. De rol ligt, zolang het kastprofiel en het ladeprofiel beide 20 het venster overlappen, aan één zijde van het venster aan tegen de binnenzijde van het kastprofiel en aan de tegenoverliggende zijde aan tegen de binnenzijde van het ladeprofiel. Daarbij is de rol enigszins gecomprimeerd, zodat een stevig wrijvingscontact bestaat. De rol 25 functioneert als bewegingssturingsmiddel voor de profielen, zolang het kastprofiel en het ladeprofiel beide het venster overlappen. Dit kan als volgt worden begrepen.
De rol kan tijdens gebruik slechts binnen het venster om een as roteren die in het vlak van het venster is 30 gelegen, haaks op de bewegingsrichting van de profielen. Bij beweging van het tussenprofiel ten opzichte van het kastprofiel in een eerste richting wordt de rol als gevolg van de wrijving geroteerd, daarbij het ladeprofiel wegdrukkend vice versa. De afstand die door het ladeprofiel 1003865.
2 ten opzichte van het tussenprofiel wordt afgelegd is daarbij gelijk aan de beweging van het tussenprofiel ten opzichte van het kastprofiel. Dit heeft tot gevolg dat gedurende het deel van de bewegingsbaan waarbij de rol met zowel het 5 ladeprofiel als het kastprofiel in contact is de beweging van een dergelijke geleider en daarmee van bijvoorbeeld een daaraan opgehangen lade gelijkmatig, rustig en nauwkeurig gestuurd is.
De bekende ladegeleider heeft echter als nadeel dat 10 in het gedeelte van de bewegingsbaan waarbij het kastprofiel en het ladeprofiel niet meer beide het venster overlappen de bewegingen van het ladeprofiel ten opzichte van het kastprofiel niet meer gestuurd worden, terwijl bovendien ten minste ofwel het kastprofiel ofwel het ladeprofiel vrij kan 15 bewegen ten opzichte van het tussenprofiel. Daardoor ontstaat in de bewegingsbaan en in het bewegingspatroon van de ladegeleider een relatief scherpe overgang bij het buiten aanraking treden of juist in aanraking treden van één der profielen met de rol, temeer doordat daarbij de rol 20 plotseling uitveert respectievelijk enigszins samengedrukt dient te worden. Deze relatief scherpe overgang heeft tot gevolg dat het bewegingspatroon van een lade die met dergelijke ladegeleiders is opgehangen ongelijkmatig en daardoor onprettig is, terwijl bovendien de inhoud van een 25 dergelijke lade eenvoudig als gevolg van een optredende schok door de lade kan gaan bewegen. Voorts ontstaat als gevolg van deze overgang hinderlijk geluid. Een verder nadeel is dat de rol als gevolg van het voortdurend in en uit aanraking treden met ten minste één der profielen aan 30 slijtage onderhevig zal worden, waarbij de slijtage bovendien onregelmatig zal kunnen zijn aangezien de stand van de rol op het moment van in aanraking treden steeds nagenoeg gelijk zal zijn. Dit zal tot gevolg hebben dat op den duur de rol asymmetrisch zal worden en daardoor een 35 schokkerig bewegingspatroon op zal leveren.
Een verder belangrijk nadeel van deze bekende ladegeleider is dat slijtage optreedt aan de rol doordat 1003665.
3 deze een gedeelte van de bewegingsbaan over één der profielen schuift in plaats van daarlangs te rollen. Dit veroorzaakt een afplatting van ten minste een deel van het loopvlak van de rol, hetgeen de roleigenschappen daarvan 5 nadelig beïnvloedt. Dit kan als volgt worden begrepen. Bij het inschuiven van de geleider zal het eerste profiel ten opzichte van het tussenprofiel al in de eindstand geraken terwijl dat voor het derde profiel nog niet geldt. In het laatste deel van het inschuiftraject van het derde profiel 10 wordt rotatie van de rol derhalve door het eerste profiel verhinderd. En dus gaat de rol schuiven over het eerste profiel en derhalve treedt slijtage op.
Uit het Duitse Offenlegungsschrift 2 307 041 is een vergelijkbare ladegeleider bekend, waarbij het kastprofiel 15 zich langs de onderzijde van het tussenprofiel uitstrekt en het ladeprofiel langs de bovenzijde daarvan. Tussen de bovenzijde van het kastprofiel en de onderzijde van het ladeprofiel is daarbij een loopwiel als stuurmiddel opgenomen. Deze bekende ladegeleider heeft nadelen 20 vergelijkbaar met de nadelen van de hiervoor beschreven ladegeleider.
De uitvinding beoogt een ladegeleider van de beschreven soort, waarbij de genoemde nadelen zijn vermeden, met behoud van de voordelen daarvan. Daartoe wordt een 25 ladegeleider volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 1.
Het eerste en tweede stuurmiddel hebben het voordeel dat steeds elk der stuurmiddelen in contact kan zijn en blijven met elk ten minste één der ten opzichte van de 30 overige profielen bewegende profielen. De koppelingsmiddelen zorgen er daarbij voor dat een beweging van het eerste stuurmiddel een vergelijkbare beweging van het tweede stuurmiddel tot gevolg heeft, zodanig dat tijdens gebruik een beweging van één met een stuurmiddel in verbinding 35 staand profiel via het betreffende stuurmiddel, de koppelingsmiddelen en het andere stuurmiddel een daarmee in verbinding staand profiel gestuurd in tegenovergestelde 1003655.
4 richting doet bewegen vice versa, en wel gedurende de volledige bewegingsbaan van de profielen ten opzichte van elkaar. Juist door verzorging van sturing van de bewegingen langs de volledige bewegingsbaan, dat wil zeggen tot in de 5 overuitgetrokken stand worden de nadelen van de bekende ladegeleiders verhinderd. Daardoor worden op inventieve wijze schokken en dergelijke in het bewegingspatroon van de ladegeleider verhinderd en daarmee ook in de bewegingspatronen van een daarmee opgehangen lade of 10 dergelijke. De bewegingen van de profielen van deze geleiders zijn nauwkeurig gestuurd, zodat bewegingen van de verschillende profielen tegelijkertijd en op vergelijkbare wijze plaatsvinden. Ongewenste slijtage en geluiden worden daardoor op eenvoudige wijze verhinderd, zodat een 15 ladegeleider volgens de uitvinding aangenamer is in gebruik en bovendien duurzamer is dan vergelijkbare ladegeleiders van de bekende soort.
In een eerste voordelige uitvoeringsvorm wordt een ladegeleider volgens de uitvinding gekenmerkt door de 20 maatregelen volgens conclusie 3.
Vaste verbinding van de stuurmiddelen met de betreffende ladeprofielen zorgt voor een positievaste verbinding, terwijl het verbindingselement op eenvoudige wijze onderlinge koppeling van de stuurmiddelen 25 bewerkstelligt. Bovendien wordt daardoor verhinderd dat de sturing van de bewegingen van de profielen afhankelijk is van wrijvingskrachten zoals bij de rol van de bekende ladegeleider. Dergelijke wrijvingskrachten zullen onvermijdelijk slijtage tot gevolg hebben, terwijl bij de 30 bekende ladegeleider bovendien slip kan optreden, waardoor de profielen niet meer tegelijkertijd in de eindstanden treden met als gevolg dat bijvoorbeeld de ladegeleider niet meer geheel in en/of uit kan worden geschoven, meer slijtage optreedt en extra bedieningskrachten noodzakelijk zijn. Bij 35 een ladegeleider zoals beschreven in conclusie 3 kan geen slip optreden. Bovendien hoeven geheel geen stuur- of andere middelen te worden gecomprimeerd gedurende beweging van de 1003665.
5 profielen, waardoor deze bewegingen nog soepeler zijn, De hoek van ongeveer 180° of althans en daartoe eventueel samengestelde hoek in het of elk verbindingselement biedt het voordeel dat de bewegingen van de stuurmiddelen gelijk 5 qua afstand doch tegengesteld zullen zijn, waarbij het verbindingselement ervoor zorgdraagt dat dit te allen tijde zo zal zijn. Daarmee wordt op eenvoudige wijze de tegengestelde bewegingsrichting van het eerste en derde profiel verkregen.
10 In een alternatieve uitvoeringsvorm wordt een ladegeleider volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 7.
Bij deze uitvoeringsvorm worden de gestuurde bewegingen van de profielen ten opzichte van elkaar 15 verkregen door de rollen die, bij voorkeur enigszins samengedrukt, tussen de profielen zijn opgenomen. Doordat de rollen onderling op dynamische wijze zijn gekoppeld, zodanig dat door beweging van één der rolvormige elementen bij het of elk andere rolvormige element een gelijke beweging wordt 20 opgewekt, komen de bewegingen van de profielen overeen of zijn ten minste direct aan elkaar gerelateerd. De tussenafstand tussen de rolvormige elementen zorgt voor de mogelijkheid dat de profielen ook in het overuitgetrokken deel van de bewegingsbaan in contact blijven met telkens ten 25 minste één der rolvormige elementen en derhalve gestuurd bewogen worden. Daarbij kan door keuze van de doorsnede van de rolvormige elementen de mate van beweging van de profielen worden bepaald. Onder rolvormig element dient in deze bijvoorbeeld te worden begrepen een rol of bol of 30 dergelijke voorwerp.
In een eerste voordelige nadere uitvoeringsvorm wordt een ladegeleider volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 8.
Door de koppelingsmiddelen bijvoorbeeld uit te 35 voeren als stangvormig lichaam, gekoppeld met elk rolvormig element op afstand van de draaiingsas daarvan, worden de loopvlakken van de rolvormige elementen vrijgehouden voor 1003665.
6 aanligging tegen de profielen en wordt hoekverdraaiing van de rolvormige elementen ten opzichte van elkaar verhinderd. Een dergelijke koppeling is eenvoudig, direct en effectief.
In een verdere alternatieve uitvoeringsvorm wordt 5 een ladegeleider volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 11.
De kabelvormige elementen kunnen op eenvoudige wijze vast met de einden van de profielen worden verbonden, zodat tijdens bewegingen van de profielen slip op eenvoudige wijze 10 wordt verhinderd. Bovendien kunnen de profielen bij een dergelijke uitvoeringsvorm op bijzonder eenvoudige wijze relatief ver uit elkaar, zowel boven elkaar als naast elkaar worden opgesteld, terwijl de profielen op gelijke wijze naar beide kanten beweegbaar zijn. Daarbij zal steeds één der 15 kabelvormige elementen op trek worden belast. Een ladegeleider is in deze uitvoeringsvorm eenvoudig samen te stellen, te onderhouden en te repareren en vergt bovendien geen gesloten lussen of dergelijke als koppelingsmiddelen.
In een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm wordt 20 een ladegeleider volgens de uitvinding voorts gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 12.
Een tweezijdig uittrekbare ladegeleider biedt het voordeel dat een daarmee opgehangen lade of draagraam vanaf twee tegenovergelegen zijden uit een kast kan worden 25 getrokken en derhalve beter bereikbaar is. Bovendien kan eenzelfde profiel zowel links als rechts in een kast worden toegepast, bij eenzelfde lade, hetgeen economische en productietechnische voordelen kan bieden. Immers, daardoor hoeft slechts één type ladegeleider op voorraad te worden 3 0 gehouden.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een kastelement, voorzien van een aantal ladegeleiders volgens de uitvinding.
Nadere voordelige uitvoeringsvormen zijn gegeven in 35 de verdere volgconclusies.
Ter verduidelijking van de uitvinding zullen uitvoeringsvoorbeelden van een ladegeleider, onder 1003665.
7 verwijzing naar de tekening, worden beschreven. Daarin toont: fig. 1 een vooraanzicht van een samengestelde ladegeleider in een eerste uitvoeringsvorm; 5 fig. 2 een zij-aanzicht van een uit elkaar genomen ladegeleider volgens fig. 1, met weggelaten lageringen; fig. 3 een doorgesneden bovenaanzicht van een ladegeleider volgens fig. 1 en 2, in samengestelde vorm en met weggenomen middengedeelte en lageringen; 10 fig. 4 een zij-aanzicht van een stuurmiddel voor een ladegeleider volgens fig. 1; fig. 5 een vooraanzicht van een eerste alternatieve uitvoeringsvorm van een ladegeleider volgens de uitvinding; fig. 6 een zij-aanzicht van een eerste 15 uitvoeringsvorm van de stuur- en koppelingsmiddelen van een ladegeleider volgens fig. 5; fig. 7 een zij-aanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van de stuur- en koppelingsmiddelen van een ladegeleider volgens fig. 5,- 20 fig. 8 een zij-aanzicht van een tweede alternatieve uitvoeringsvorm van een ladegeleider volgens de uitvinding, in drie standen; en fig. 9 een zij-aanzicht van een derde alternatieve uitvoeringsvorm van een ladegeleider volgens de uitvinding. 25 Fig. 1 toont in vooraanzicht een ladegeleider 1 volgens de uitvinding, omvattende een eerste, kastprofiel te noemen profiel 2, een tweede, tussenprofiel te noemen profiel 3 en een derde, ladeprofiel te noemen profiel 4. Tussen het kastprofiel 2 en het tussenprofiel 3 en tussen 30 het tussenprofiel 3 en het ladeprofiel 4 zijn lagerkooien 5 opgenomen, op op zichzelf bekende wijze. Daardoor zijn de drie profielen 2, 3, 4 ten opzichte van elkaar in de lengterichting van de ladegeleider verschuifbaar. Het kastprofiel 2 is voorzien van een tweetal deuken 6 waarmee 35 dit bevestigd kan worden tegen bijvoorbeeld een kastwand.
Het ladeprofiel 4 is voorzien van een tweetal beugels 7 waarmee een lade of dergelijke aan het ladeprofiel 4 kan worden bevestigd, zoals getoond in onderbroken lijnen in 1003565.
8 fig. 1. De opbouw voor een dergelijke ladegeleider 1 is op zichzelf bekend.
In fig. 2 zijn boven elkaar de drie profielen weergegeven, te zamen met stuur- en koppelingsmiddelen 8 5 volgens de uitvinding. Deze delen zullen slechts gedetailleerd worden besproken voorzover noodzakelijk voor een goed begrip van de uitvinding.
Het kastprofiel 2 is vervaardigd uit bijvoorbeeld bandstaal en omvat een bovenste en onderste kogelbaan 9, 10 waartussen de betreffende lagerkooi 5 beweegbaar opneembaar is, en een tussengelegen profielvlak 10. Nabij een eerste einde 11 is dit kastprofiel 2 voorzien van twee zich evenwijdig aan elkaar en haaks op de bewegingsrichting van de profielen in de richting van het tussenprofiel 3 15 uitstrekkende lippen 12, welke op enige afstand van elkaar zijn geplaatst en aldus een eerste tussenruimte 13 insluiten. Het doel daarvan zal nog nader worden toegelicht.
Het tussenprofiel 3, op vergelijkbare wijze vervaardigd als het kastprofiel 2, is voorzien van een 20 bovenste en onderste buitenste kogelbaan 14, een bovenste en onderste binnenste kogelbaan 15 en een tussengelegen profielvlak 16. De buitenste kogelbanen 14 kunnen samenwerken met de buitenste lagerkooi 5, welke kan samenwerken met het kastprofiel 2, de binnenste kogel-25 banen 15 kunnen samenwerken met de binnenste kogelkooi 5 welke kan samenwerken met het ladeprofiel 4. Het profielvlak 16 is ten minste nabij het midden daarvan enigszins korter dan de kogelbanen 14, 15, en is aan beide einden voorzien van een inham 17. In deze inham 17 is telkens een 30 geleidewiel 18 opgenomen, hetwelk nog nader zal worden beschreven, te zamen met het doel daarvan.
Het ladeprofiel 4, op vergelijkbare wijze vervaardigd als het kastprofiel 2, is voorzien van een bovenste en onderste buitenste kogelbaan 19, welke kunnen 35 samenwerken met de eerder genoemde binnenste lagerkooi 5, en een profielvlak 20. Het profielvlak 20 is nabij een tweede einde 21, dat bij samengestelde ladegeleider 1 aan de van 1003665.
9 het eerste einde 11 van het kastprofiel 2 afgekeerde zijde is gelegen, voorzien van twee lippen 22, vergelijkbaar met de lippen 11 op het kastprofiel. Deze lippen 22 sluiten een tweede tussenruimte 23 in, het doel waarvan nog nader zal 5 worden toegelicht.
De bewegingssturingsmiddelen 24 omvatten een bandvormig, in zichzelf gesloten element 25 dat passend kan worden aangebracht over de geleidewielen 18 en het daartussen opgesloten profielvlak 16. Het bandvormige 10 element 25 kan derhalve over de geleidewielen rond het profielvlak 16 worden geleid. Het bandvormige element 25 is aan tegenover elkaar gelegen posities voorzien van een aan de buitenzijde gelegen stuurmiddel 26, uitgevoerd als enigszins pijlvormig vastzetelement, zoals vergroot 15 weergegeven in fig. 4. Elk vastzetelement 26 omvat een lijfdeel 27 met een relatief brede voet 28 en aan de tegenovergelegen zijde een smal halsdeel 29. Vanaf het vrije einde van het halsdeel 29 strekken zich aan weerszijden daarvan twee verende lippen 30 uit, hellend ten opzichte van 20 de lengterichting van het halsdeel 29 in de richting van het lijfdeel 27. De afstand tussen de voet 28 en de daar naartoe gekeerde vrije einden 31 van de verende lippen 30 is ongeveer gelijk aan de breedte van de lippen 12 en 22 op respectievelijk het kastprofiel 2 en het ladeprofiel 4, de 25 breedte van het lijfdeel 27 is ongeveer gelijk aan de afstand tussen de lippen 12, 22. De verende lippen 30 kunnen elastisch zover in de richting van het halsdeel 29 worden gedrukt dat elk vastzetelement met de verende lippen 30 en het lijfdeel 27 door respectievelijk de eerste 13 of tweede 30 vastzetruimte 23 kan worden gedrukt, zover dat het voetdeel 28 komt aan te liggen tegen de lippen 12 respectievelijk 22 en de verende lippen 30 terugveren in de uitgangspositie en komen aan te liggen tegen de tegenovergelegen zijde van de lippen 12 respectievelijk 22. Daarmee 35 kunnen de vastzetelementen 26 derhalve op eenvoudige wijze door inschuiven in de tussenruimten 13 respectievelijk 23 met het kastprofiel 2 respectievelijk het ladeprofiel 4 1003665.
10 worden verbonden terwijl het bandvormige element 25 zich rond het tussenprofiel 3 uitstrekt. Op deze wijze kunnen derhalve de profielen onderling op eenvoudige wijze worden gekoppeld.
5 De vastzetelementen 26 wijzen met de verende lippen 30 bij voorkeur in omtreksrichting van het bandvormige element 25 gezien in dezelfde richting, hetgeen betekent dat in gemonteerde positie, waarbij zich aan weerszijden van het tussenprofiel 3 een vastzetelement 26 10 uitstrekt, het kastprofiel 2 en het ladeprofiel 4 vanaf tegenovergelegen zijden op het tussenprofiel 3 kunnen worden geschoven en met het bandvormige element 25 kunnen worden gekoppeld.
De vastzetelementen 26 zijn bij voorkeur met het 15 bandvormige element 25 verbonden door ultrasoon lassen of heat sealing of door verlijming, bijvoorbeeld met behulp van een chemische of drukgevoelige lijm. Overigens kunnen uiteraard ook andere verbindingstechhnieken worden toegepast. Doordat het bandvormige element over de 20 geleiderollen 18 is geleid wordt een te grote wrijving en mogelijk een te grote temperatuurstijging in het bandvormige element 25 verhinderd, zodat het bandvormige element 25 soepel kan blijven bewegen onder alle gebruiks-omstandigheden, terwijl tevens slijtage wordt verhinderd of 25 althans tot een minimum wordt beperkt. De bewegingssturings-middelen 24 zijn bij voorkeur geheel uit kunststof vervaardigd, bijvoorbeeld uit polypropeen.
Het kastprofiel 2 en het ladeprofiel 4 zijn op geschikte wijze voorzien van een eindstop 32, die dient als 30 aanslag en/of sluiting en die bovendien verhindert dat de profielen 2, 3 en 4 tijdens gebruik los van elkaar kunnen geraken.
De geleidewielen 18 zijn opgenomen in een behuizing die vastzetbaar is op het tussenprofiel met behulp van een 35 klikverbinding. De wanden van de behuizing zijn op zodanige wijze uitgevoerd dat het bandvormige element 25 niet van de geleidewielen 18 kan lopen. Overigens kan, bij gebruik van 1003665.
11 een slijt- en maatvast bandelement 25 ook gebruik worden gemaakt van omleidzadels of dergelijke. Bovendien kunnen verende elementen in bijvoorbeeld het bandvormige element 25 worden opgenomen voor het opvangen van spannings-5 veranderingen. Het bandvormige element 25 kan daarbij uit twee delen zijn samengesteld die onderling zijn gekoppeld door of althans ter plaatse van de koppelingselementen, of kan van zichzelf lusvormig zijn.
Een ladegeleider 1 volgens fig. 1-3 kan als volgt 10 worden gebruikt.
Een tweetal ladegeleiders 1 wordt op tegenovergelegen posities via de kastprofielen 2 met een kastelement verbonden, waarna daartussen bijvoorbeeld een lade-element aan de ladeprofielen 4 wordt opgehangen.
15 Wanneer het lade-element vanuit een volledig ingeschoven positie wordt uitgetrokken, beweegt het ladeprofiel 4 ten opzichte van het tussenprofiel 3. Daarbij wordt het met het ladeprofiel verbonden vastzetelement 26 mee voorwaarts bewogen, hetgeen betekent dat het bandvormige element 25 20 rond het tussenprofiel 3 wordt getrokken. Aangezien het kastprofiel 2 positievast is ten opzichte van het kastelement en dientengevolge het daarmee verbonden vastzetelement 25 niet kan bewegen, zal het tussenprofiel 3 tijdens de beweging van het ladeprofiel 4 voorwaarts, dat 25 wil zeggen in dezelfde richting als het lade-element worden bewogen, over een afstand die gelijk is aan de helft van de afstand waarover het ladeprofiel 4 ten opzichte van het kastprofiel 2 wordt bewogen. Dit effect treedt gedurende de gehele bewegingsbaan van de profielen op. Met andere 30 woorden, de bewegingen van de profielen en daarmee van het lade-element zijn voortdurend gestuurd, ook bij het wederom in de ingeschoven stand brengen van het lade-element.
Bij de in fig. 1-3 getoonde ladegeleider 1 kan het ladeprofiel 4 zover voorwaarts worden bewogen dat dit zich 35 bij volledig uitgeschoven stand volledig voor het kastprofiel 2 uitstrekt, in zij-aanzicht gezien. Dit betekent dat de ladegeleider overuittrekbaar is. Als gevolg 1003665.
12 van de bewegingssturingsmiddelen 25 blijft de sturing van de bewegingen van de profielen ten opzichte van elkaar ook in het overuitgetrokken deel van de bewegingsbaan volledig behouden. Daardoor wordt verhinderd dat tijdens de 5 bewegingen van het lade-element schokken optreden en dat de inhoud van het lade-element gaat schuiven als gevolg daarvan. Hinderlijke geluiden, zoals bij de bekende ladegeleiders optreden als gevolg van het in en buiten werking treden van de sturingsmiddelen, worden vermeden en 10 de belasting van de ladegeleider 1 is bij elke beweging van het lade-element gelijk bij gelijke belasting van het lade-element omdat de positie van de profielen ten opzichte van elkaar bij elke in- en uitschuifbeweging gelijk zal zijn. Bovendien blijft de werking van de bewegingssturingsmiddelen 15 gedurende de volledige levensduur van de ladegeleiders behouden.
In fig. 5 is in zij-aanzicht schematisch een alternatieve uitvoeringsvorm van een ladegeleider 101 volgens de uitvinding getoond. Gelijke delen hebben daarbij 20 gelijke verwijzingscijfers, vermeerderd met honderd. In fig. 5 zijn slechts de relevante delen van de ladegeleider, in het bijzonder de profielen weergegeven. Fig. 6 en 7 tonen een tweetal alternatieve uitvoeringsvormen van de bewegingssturingsmiddelen 124.
25 De ladegeleider 101 omvat een kastprofiel 102, een tussenprofiel 103 en een ladeprofiel 104, wederom verschuifbaar ten opzichte van elkaar gelagerd onder tussenkomst van gebruikelijke, niet getoonde lagerkooien. In lengterichting gezien in het middengebied van het tussen-30 profiel 103 is een tweetal wieltjes 126 opgenomen die functioneren als stuurmiddelen. In het getoonde uitvoerings-voorbeeld liggende rotatie-assen van de wieltjes 126 haaks op de bewegingsrichting van de profielen en haaks op het profielvlak 116 van het tussenprofiel 103. In een eerste 35 bewegingstraject, waarbij het kastprofiel 102 en het ladeprofiel 104 elkaar nog gedeeltelijk overlappen, liggen de beide wieltjes 126 aan tegen zowel een loopbaan 140 van 1003665.
13 het kastprofiel 102 als een loopbaan 141 van het lade-profiel 104. Rotatie van de wieltjes 126 heeft derhalve tot gevolg dat het kastprofiel 102 ten opzichte van het tussenprofiel 103 in een eerste richting wordt bewogen 5 terwijl tegelijkertijd het ladeprofiel 104 in tegengestelde richting wordt bewogen aangezien de loopbanen 140, 141 aan tegenovergestelde zijden van de wieltjes 126 aanliggen. Daar de wieltjes 126 gelijk zijn is de afstand waarover de profielen worden bewogen gelijk.
10 In een tweede bewegingstraject, het zogenaamde overuitgetrokken traject waarbij het kastprofiel 102 het ladeprofiel 104 niet meer overlapt, is nog slechts één wieltje 126 in aanraking met de loopbaan 140 van het kastprofiel 102, terwijl het andere wieltje 126 nog slechts 15 in aanraking is met de loopbaan 141 van het ladeprofiel 104.
Teneinde de bewegingen van de beide wieltjes 126 ook in dit overuitgetrokken traject aan elkaar gelijk gehouden zijn de wieltjes 126 onderling dynamisch gekoppeld door koppelingsmiddelen. Een dergelijke ladegeleider kan één- of 20 tweezijdig overuittrekbaar zijn.
In de in fig. 6 getoonde uitvoeringsvorm omvatten de koppelingsmiddelen een tandriem 125 die zich rond de assen van de wieltjes 126 uitstrekken en daarmee de bewegingen van het ene wieltje 126 koppelen aan de bewegingen van het 25 andere wieltje 126. Daardoor zorgt een rotatie van het ene wieltje 126, die optreedt door beweging van het ladeprofiel 104 ten opzichte van het tussenprofiel 103 voor een gelijke beweging van het andere wieltje 126, welke beweging op zijn beurt voor een gelijke beweging van het tussen-30 profiel 103 ten opzichte van het kastprofiel 102 zorgt vice versa. Daardoor is ook in het overuitgetrokken deel van de bewegingsbaan van de profielen voor sturing van de profielbewegingen gezorgd. De lengte van het overuitgetrokken deel van de bewegingsbaan komt in hoofdzaak 35 overeen met de afstand tussen de assen van de wieltjes 126. Overigens kan de tandriem ook over de loopvlakken van de wieltjes zijn geleid, zodanig dat deze als loopband functioneert. Bovendien kunnen uiteraard andersoortige 1 0 0 ύ o o o .
14 bandelementen en dergelijke worden toegepast voor de onderlinge koppeling van de wieltjes 126, kunnen de wieltjes zowel aan elkaar gelijk zijn als onderling verschillend en kunnen één of beide wieltjes elk steeds met slechts één van 5 de buitengelegen profielen in aanraking zijn, mits dit niet hetzelfde profiel is voor beide wieltjes. Daardoor wordt de mogelijkheid verkregen, door een geschikte keuze van wieltjes of oplegvlak voor de bandjes met verschillende diameters, de bewegingen van bijvoorbeeld het kast-10 profiel 102 relatief ten opzichte van het tussenprofiel 103 althans in afstand af te laten wijken van de bewegingen van het ladeprofiel 104 relatief ten opzichte van het tussenprofiel 103. Dit kan bijvoorbeeld voordelig zijn voor een goede krachtenverdeling.
15 In de in fig. 7 getoonde uitvoeringsvorm zijn de koppelingsmiddelen gevormd door een koppelingsstang 142. Het eerste einde 143 van de koppelingsstang is roteerbaar verbonden met het eerste wieltje 126, op afstand van de rotatie-as, terwijl het tweede einde 144 van de koppelings-20 stang 142 op gelijke wijze met het tweede wieltje 126 is verbonden. De koppelingsstang 142 functioneert daardoor bij rotatie van het ene wieltje als drijfstang voor het andere wieltje vice versa, waardoor de bewegingen van de beide wieltjes onderling exact gestuurd zijn.
25 Uiteraard kunnen de bewegingen van de wieltjes 126 ook bijvoorbeeld door tandwieloverbrengingen of anderszins bekende overbrengmechanismen worden gekoppeld. Bovendien kunnen de wieltjes op andere wijze worden opgesteld, bijvoorbeeld horizontaal tussen verticale profielen of 30 hellend tussen een bijvoorbeeld horizontaal ladeprofiel 104 en een verticaal kastprofiel 102.
In fig. 8 is een verdere alternatieve uitvoeringsvorm van een ladegeleider 201 volgens de uitvinding getoond. Gelijke delen hebben daarbij gelijke 35 verwijzingscijfers als in fig. 1-4, vermeerderd met 200.
Een ladegeleider volgens fig. 8 omvat een tussenprofiel 203 dat aan boven- en onderzijde is voorzien 1003655.
15 van loopbanen voor respectievelijk een bovengelegen ladeprofiel 204 en een ondergelegen kastprofiel 202. Het ladeprofiel 204 en kastprofiel 202 kunnen beide in twee richtingen bewegen ten opzichte van het tussenprofiel 203, 5 waardoor deze ladegeleider tweezijdig uittrekbaar is.
In het middengebied van het tussenprofiel 203 is een tweetal paren geleidewielen 250 aangebracht, roteerbaar in een vlak evenwijdig aan het profielvlak 216 van het tussenprofiel 203. Van elk paar geleidewielen 250 is een 10 eerste geleidewiel 250A respectievelijk 250C vlak onder de onderzijde van het ladeprofiel 204 geplaatst en het andere geleidewiel 250B respectievelijk 250D daaronder nabij de bovenzijde van het kastprofiel 202. Het eerste paar geleidewielen 250A, 250B is geplaatst aan de naar het eerste 15 einde 251 van de ladegeleider gekeerde zijde van het midden M van het tussenprofiel 203, het andere paar geleidewielen 250C, 250D aan de andere zijde daarvan, op gelijke afstand van het midden M.
Een eerste kabel 252 is met een eerste einde 253 20 verbonden met het nabij het eerste einde van de ladegeleider gelegen eerste einde van het kastprofiel 202 en met het tegenovergelegen tweede einde 254 met het nabij het eerste einde van de ladegeleider gelegen eerste einde van het ladeprofiel 204. Tussen de genoemde einden 253, 254 is de 25 kabel 252 om de geleidewielen 250C, 250D van het tweede paar geleidewielen 250 omgeleid. De eerste kabel 252 ligt daarbij strak langs de geleidewielen 250 en langs het tussenprofiel 203. Op gelijke wijze is een tweede kabel 255 met een eerste einde 256 nabij het tweede einde van het kastprofiel 202 30 bevestigd en met een tweede einde 257 nabij het tweede einde van het ladeprofiel 204. Het tussen de beide einden 256, 257 gelegen deel van deze tweede kabel 255 is daarbij passend langs de geleidewielen 250A, 250B van het eerste paar geleidewielen 250 geleid. Bij een volledig ingeschoven 35 ladegeleider 201 ligt het eerste einde 253 van de eerste kabel 252 recht onder het tweede einde 254 daarvan, het 10 0? 7 ó 5 .
16 eerste einde 256 van de tweede kabel 255 recht onder het tweede einde 257 daarvan (fig. 8, middelste positie).
Wordt bij een ladegeleider 201 volgens fig. 8 vanuit de middenstand zoals getoond in de middelste positie volgens 5 fig. 8 het ladeprofiel 204 naar links bewogen, dan wordt het tussenprofiel 203 over de halve afstand meegenomen indien het kastprofiel 202 stationair wordt gehouden. Daarbij wordt door de eerste kabel 252 een trekkracht overgebracht vanaf het ladeprofiel naar het kastprofiel, gedurende de volledige 10 bewegingsbaan van de profielen, waardoor de bewegingen van de profielen steeds gestuurd plaats blijven vinden. Deze uitgeschoven stand is in fig. 8 in de bovenste positie getoond. Bij terugschuiven van het ladeprofiel 202 wordt door de tweede kabel 255 een trekkracht uitgeoefend vanaf 15 het ladeprofiel 202 op het kastprofiel 202, zodat ook het inschuiven gestuurd wordt. Daarbij kan de ladegeleider 201 langs de middenstand (fig. 8, middenpositie) tot in de tegenovergelegen einddstand in de onderste positie worden gebracht, zoals getoond in fig. 8. Ook deze beweging wordt 20 door de tweede kabel 255 volledig gestuurd, terwijl terugbewegen naar de voornoemde middenstand wederom door de eerste kabel wordt gestuurd. De ladegeleider is tweezijdig overuittrekbaar over een afstand die overeenkomt met de afstand tussen de beide paren geleidewielen 250. Overigens 25 kan een ladeprofiel 201 volgens fig. 8 ook eenzijdig uittrekbaar worden uitgevoerd.
In het bijzonder een ladegeleider volgens fig. 8 heeft bovendien het voordeel dat eenzelfde ladegeleider aan weerszijden van een lade-element kan worden gebruikt, zodat 30 slechts één type ladegeleider nodig is voor het ophangen van een lade-element, hetgeen belangrijke economische en productie-technische voordelen heeft.
Fig. 9 toont een verdere alternatieve uitvoeringsvorm van een ladegeleider volgens de uitvinding. Gelijke 35 delen hebben gelijke verwijzingscijfers als in fig. 8. Bij deze uitvoeringsvorm omvat de ladegeleider 201 wederom een tussenprofiel 203, een kastprofiel 202 en een bovengelegen 1003655.
17 ladeprofiel 202. Op het tussenprofiel 203 is een tweetal relatief grote loopwielen 250 aangebracht, waarvan de rotatie-as zich als normaal op het profielvlak 216 uitstrekt. Tussen de twee wielen 250 is een klein loop-5 wiel 252 opgenomen, als koppelingsmiddel. Het kleine loopwiel 252 ligt aan tegen de loopvlakken van beide wielen 250, zodat rotatie van één der wielen steeds een rotatie van het andere wiel tot gevolg heeft. Elk der wielen 250 ligt met het loopvlak voorts steeds aan tegen ten minste het 10 kastprofiel of het ladeprofiel, ten minste één wiel tegen ten minste één profiel. Op deze wijze is op eenvoudige wijze een ladegeleider verkregen die één- of tweezijdig overuittrekbaar kan worden uitgevoerd. De in fig. 9 ingetekende pijlen geven de gekoppelde bewegingen van de 15 wielen 250 en de profielen 202, 203 en 204 weer in de inschuifrichting. Overigens kan het kleine loopwiel 252 ook worden vervangen door een bandelement, bijvoorbeeld zoals getoond in fig. 6 en/of kan een dergelijk bandelement rond twee paren wielen 250 zoals getoond in fig. 8 worden 20 aangebracht, zolang de loopvlakken van ten minste twee wieltjes 250 aan tegenoverliggende zijden tegen de profielen 202 en 204 aanliggen, en/of het bandelement dat om de wieltjes is gespannen.
De uitvinding is geenszins beperkt tot de 25 uitvoeringsvoorbeelden zoals beschreven en getoond. Vele variaties daarop zijn mogelijk.
Zo kunnen de vastzetelementen 26 en het bandvormige element 25 uiteraard op vele verschillende wijzen worden uitgevoerd en kunnen combinaties worden gevormd van de 30 verschillende getoonde of beschreven uitvoeringsvoorbeelden. Allerlei verschillende profielvormen en lageringen kunnen worden toegepast in ladegeleiders volgens de uitvinding, al naar gelang de voorkeuren en wensen van de gebruikers. De stuurmiddelen zoals de wieltjes 126 kunnen bijvoorbeeld 35 enigszins samengedrukt tussen de profielen zijn opgenomen voor het verkrijgen van een goede grip, doch deze kunnen bijvoorbeeld ook zijn voorzien van een daartoe geëigende 1 00 3 öö 5 .
18 profilering, evenals de loopvlakken van de profielen. Bovendien kunnen de bewegingssturingsmiddelen aandrijfbaar zijn, anders dan met behulp van de ladegeleider-profielen, bijvoorbeeld electrisch.
5 Deze en vele vergelijkbare aanpassingen worden geacht binnen het raam van de uitvinding te vallen.
1 0 0 3 6 5 5

Claims (13)

1. Ladegeleider van het overuittrekbare type, voorzien van bewegingssturingsmiddelen voor het sturen van de bewegingen van de profielen van de ladegeleider ten opzichte van elkaar, waarbij de bewegingssturingsmiddelen ten minste 5 een eerste en tweede stuurmiddel omvatten, waarbij het eerste stuurmiddel tijdens gebruik in verbinding blijft met ten minste een eerste geleiderprofiel en het tweede stuurmiddel in verbinding blijft met ten minste een derde geleiderprofiel en bewegingen van de stuurmiddelen dynamisch 10 gekoppeld zijn, zodanig dat de genoemde sturing tijdens de volledige bewegingsbaan van de profielen wordt behouden.
2. Ladegeleider volgens conclusie 1, omvattende ten minste een eerste, een tweede en een derde profiel, waarbij het eerste en derde profiel ten opzichte van het tweede 15 profiel in lengterichting tegengesteld verschuifbaar zijn, over een eerste bewegingstraject waarbij het eerste en derde profiel, gezien in een richting haaks op de verschuivingsrichting, elkaar ten minste gedeeltelijk overlappen, en een aansluitend tweede bewegingstraject 20 waarbij het eerste en derde profiel, gezien in voornoemde richting, elkaar althans nagenoeg niet overlappen, waarbij het eerste stuurmiddel in zowel het eerste als het tweede bewegingstraject in verbinding is met ten minste het eerste profiel en het tweede stuurmiddel bij voorkeur in zowel het 25 eerste als het tweede bewegingstraject in verbinding is met ten minste het derde profiel, waarbij koppelingsmiddelen zijn voorzien voor het koppelen van het eerste en tweede stuurmiddel, zodanig dat door beweging van het eerste stuurmiddel een vergelijkbare beweging van ten minste het 30 tweede stuurmiddel wordt veroorzaakt vice versa, één en ander zodanig dat bij beweging van het eerste en derde profiel tot in een op afstand van het eerste 1003685. bewegingstraject gelegen eindstand deze bewegingen ten opzichte van ten minste het tweede profiel door de stuur- en koppelingsmiddelen gestuurd blijven.
3. Ladegeleider volgens conclusie 1 of 2, met het 5 kenmerk, dat het eerste stuurmiddel vast is verbonden met het eerste profiel en het tweede stuurmiddel vast is verbonden met het derde profiel, waarbij de koppelingsmiddelen een langgerekt verbindingselement omvatten dat met het eerste en tweede stuurmiddel verbonden 10 is, waarbij het tweede profiel ten minste twee op afstand van elkaar gelegen geleidingselementen omvat waar omheen het verbindingselement zich uitstrekt, zodanig dat tussen het eerste en tweede stuurmiddel in het verbindingselement een aantal hoeken is ingesloten welke een hoek van 180° vormt of 15 te zamen vormen.
4. Ladegeleider volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het verbindingselement tijdens gebruik een gesloten lus vormt die het tweede profiel ten minste gedeeltelijk omvat, waarbij het eerste profiel zich aan een eerste zijde van het 20 tweede profiel uitstrekt en het derde profiel zich aan de tegenovergelegen tweede zijde van het tweede profiel uitstrekt.
5. Ladegeleider volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat de geleidingsmiddelen elk een geleiderol of 25 glad bol oppervlak omvatten waarlangs het verbindingselement is geleid.
6. Ladegeleider volgens één der conclusies 3-5, met het kenmerk, dat elk stuurmiddel enigszins pijlvormig is en is voorzien van ten minste één klemdeel, waarbij elk profiel 30 waarmee het betreffende stuurmiddel verbonden moet worden is voorzien van opneemmiddelen voor opname van het betreffende stuurmiddel, waarbij tijdens plaatsing van de stuurmiddelen het betreffende eerste of derde profiel zodanig over of althans langs het tweede profiel wordt geschoven dat het 35 betreffende stuurmiddel daarbij in het opneemmiddel wordt opgenomen en daarin tegen verschuiving wordt opgesloten 1003565. doordat het of elk veerelement achter een aanligrand van de opneemmiddelen grijpt.
7. Ladegeleider volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de stuurmiddelen elk een rolvormig element 5 omvatten dat roteerbaar is rond een as die zich ongeveer haaks op de verschuivingsrichting van de ladeprofielen uitstrekt en in hoofdzaak plaatsvast is verbonden met het tweede profiel, waarbij de koppelingsmiddelen zijn ingericht voor het bij rotatie van één der rolvormige elementen 10 overeenkomstig roteren van het of elk ander rolvormig element, waarbij het rolvormig element van het eerste stuurmiddel met een loopvlak aanligt tegen ten minste het eerste profiel en het rolvormig element van het tweede stuurmiddel met een loopvlak aanligt tegen ten minste het 15 derde profiel.
8. Ladegeleider volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de koppelingsmiddelen ten minste één verbindingsstang omvatten welke dynamisch met de rolvormige elementen van het eerste en tweede stuurmiddel is verbonden, op afstand van de 20 respectieve rotatie-assen daarvan.
9. Ladegeleider volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de koppelingsmiddelen een bandvormig element omvatten dat zich rond een deel van de rolvormige elementen van het eerste en tweede stuurmiddel uitstrekt.
10. Ladegeleider volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het bandvormig element zich langs de loopvlakken van de betreffende rolvormige elementen uitstrekt.
11. Ladegeleider volgens conclusie 1 of 2, omvattende ten minste een eerste, een tweede en een derde profiel, waarbij 30 het eerste en derde profiel ten opzichte van het tweede profiel in lengterichting tegengesteld verschuifbaar zijn, over een eerste bewegingstraject waarbij het eerste en derde profiel, gezien in een richting haaks op de verschuivingsrichting, elkaar ten minste gedeeltelijk 35 overlappen, en over een aan ten minste één zijde daarop aansluitend tweede bewegingstraject waarbij het eerste en derde profiel, gezien in voornoemde haakse richting, elkaar 1003665. althans nagenoeg niet overlappen, waarbij nabij een eerste einde van het eerste profiel een eerste kabelvormig element is bevestigd dat anderzijds is verbonden met het naastgelegen eerste einde van het derde profiel, waarbij op 5 vergelijkbare wijze een tweede kabelvormig element is aangebracht tussen de naast elkaar gelegen tweede einden van het eerste en derde profiel, waarbij elk kabelvormig element over in een middengedeelte op het tweede profiel aangebrachte omleidmiddelen is geleid, waarbij de 10 omleidmiddelen voor het eerste kabelvormig element bij voorkeur op afstand van de omleidmiddelen voor het tweede kabelvormig element zijn aangebracht, aan de naar de tweede einden van het eerste en derde profiel gekeerde zijde daarvan.
12. Ladegeleider volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat aan weerszijden van het eerste bewegingstraject een tweede bewegingstraject aansluit, waarbij het ladeprofiel tweezijdig overuittrekbaar is uitgevoerd.
13. Kastelement, voorzien van een aantal laden, waarbij 20 elke lade met behulp van ladegeleiders volgens één der voorgaande conclusies in het kastelement beweegbaar is opgehangen. 1· 1003665.
NL1003665A 1996-07-23 1996-07-23 Overuittrekbare diferentiële ladegeleider. NL1003665C2 (nl)

Priority Applications (19)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1003665A NL1003665C2 (nl) 1996-07-23 1996-07-23 Overuittrekbare diferentiële ladegeleider.
AU34657/97A AU3465797A (en) 1996-07-23 1997-07-18 Over-extendible differential drawer guide
ES97930891T ES2169404T3 (es) 1996-07-23 1997-07-18 Guia de cajon, diferencial super-extensible.
DE69709764T DE69709764T2 (de) 1996-07-23 1997-07-18 Übermässig ausziehbare teleskopschiene für schubladen
AT97930891T ATE209010T1 (de) 1996-07-23 1997-07-18 Übermässig ausziehbare teleskopschiene für schubladen
PT97930891T PT926968E (pt) 1996-07-23 1997-07-18 Guia de gaveta diferencial sobre-extensivel
SK82-99A SK286343B6 (en) 1996-07-23 1997-07-18 Over-extendible differential drawer guide
JP10506826A JP2000514690A (ja) 1996-07-23 1997-07-18 過度に延長可能な差動引き出しガイド
US09/230,292 US6231143B1 (en) 1996-07-23 1997-07-18 Over-extendible differential drawer guide
CZ0022099A CZ298152B6 (cs) 1996-07-23 1997-07-18 Zásuvkové vodítko roztazitelného typu
PCT/NL1997/000427 WO1998003099A1 (en) 1996-07-23 1997-07-18 Over-extendible differential drawer guide
SI9730283T SI0926968T1 (en) 1996-07-23 1997-07-18 Over-extendible differential drawer guide
PL97331289A PL185329B1 (pl) 1996-07-23 1997-07-18 Prowadnica szuflady
EP97930891A EP0926968B1 (en) 1996-07-23 1997-07-18 Over-extendible differential drawer guide
DK97930891T DK0926968T3 (da) 1996-07-23 1997-07-18 Overudtrækkelig differentiel glideskinne til skuffer
KR1019997000545A KR100351795B1 (ko) 1996-07-23 1997-07-18 과대확장할 수 있는 차동 서랍가이드
HR970403A HRP970403B1 (en) 1996-07-23 1997-07-22 Over-extendible differential drawer guide
TW090210234U TW513943U (en) 1996-07-23 1997-07-23 Drawer guide
NO19990311A NO314211B1 (no) 1996-07-23 1999-01-22 Skuff-föring av ekstra forlengbare type, samt anvendelse av samme

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1003665A NL1003665C2 (nl) 1996-07-23 1996-07-23 Overuittrekbare diferentiële ladegeleider.
NL1003665 1996-07-23

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1003665C2 true NL1003665C2 (nl) 1998-01-28

Family

ID=19763259

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1003665A NL1003665C2 (nl) 1996-07-23 1996-07-23 Overuittrekbare diferentiële ladegeleider.

Country Status (18)

Country Link
US (1) US6231143B1 (nl)
EP (1) EP0926968B1 (nl)
JP (1) JP2000514690A (nl)
KR (1) KR100351795B1 (nl)
AT (1) ATE209010T1 (nl)
AU (1) AU3465797A (nl)
CZ (1) CZ298152B6 (nl)
DE (1) DE69709764T2 (nl)
DK (1) DK0926968T3 (nl)
ES (1) ES2169404T3 (nl)
HR (1) HRP970403B1 (nl)
NL (1) NL1003665C2 (nl)
NO (1) NO314211B1 (nl)
PL (1) PL185329B1 (nl)
PT (1) PT926968E (nl)
SK (1) SK286343B6 (nl)
TW (1) TW513943U (nl)
WO (1) WO1998003099A1 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1010136C2 (nl) 1998-09-21 2000-03-22 Thomas Regout B V Disco-locking.

Families Citing this family (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1710380B1 (en) * 2004-01-30 2012-09-05 Thk Co., Ltd. Movable body driving device and automatic drawing device
JP4171040B2 (ja) * 2006-12-22 2008-10-22 株式会社コナミデジタルエンタテインメント ゲーム装置、ゲーム装置の制御方法及びプログラム
MX2007008018A (es) * 2007-06-28 2009-01-07 Mabe Mexico S De R L De C V Sistema de corredera para cajon o anaquel.
DE202008010580U1 (de) * 2008-08-08 2009-12-17 Hettich-Heinze Gmbh & Co. Kg Möbelauszugsführung
CN102245000A (zh) * 2010-05-11 2011-11-16 鸿富锦精密工业(深圳)有限公司 电子装置组合
AT510018B1 (de) * 2010-11-23 2012-01-15 Blum Gmbh Julius Vorrichtung zur anbringung eines funktionsteiles an einer schiene einer schubladenausziehführung
US8783240B2 (en) * 2011-12-16 2014-07-22 Robert Bosch Gmbh Tile saw with free-rolling wheels
AT512382B1 (de) * 2011-12-27 2016-05-15 Blum Gmbh Julius Synchronisationsvorrichtung für eine schublade
DE202015003469U1 (de) * 2015-05-09 2016-08-15 Grass Gmbh Führungseinrichtung zur Führung eines relativ zu einem Möbelkorpus bewegbaren Möbelteils

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3687505A (en) * 1971-06-11 1972-08-29 Fall Herbert S Slide with synchronizing cable drive
FR2217918A5 (nl) * 1973-02-12 1974-09-06 Merz Meyer Ag
NL8304456A (nl) * 1983-12-27 1985-07-16 Regout Nv Thomas Telescooprail.
EP0664984A2 (de) * 1994-01-17 1995-08-02 Julius Blum Gesellschaft m.b.H. Differentialauszug für Schubladen

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3124401A (en) * 1964-03-10 Drawer slide mechanism
CH27166A (fr) * 1902-10-17 1903-12-15 Alfred Koelliker Pastilleuse perfectionnée
US2267043A (en) * 1939-12-22 1941-12-23 Owen D Premo Pulley slide
US3385639A (en) * 1966-10-11 1968-05-28 Acme Metal Slide Inc Equalizer arrangement for table extension slide mechanism
US3778120A (en) 1972-02-15 1973-12-11 M Hagen Precision telescoping ball bearing drawer slide suspension for wood and metal furniture production
US3912341A (en) 1973-10-23 1975-10-14 Hardware Designers Inc Progressive drawer slide
US4324439A (en) * 1980-01-10 1982-04-13 Standard Precision, Inc. Anti-rack system for wide drawers and the like
DE3936754A1 (de) 1989-11-04 1991-05-08 Grass Ag Schubladenfuehrung mit auszugsschiene
AT401713B (de) * 1993-06-29 1996-11-25 Blum Gmbh Julius Differentialauszug für schubladen od. dgl.

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3687505A (en) * 1971-06-11 1972-08-29 Fall Herbert S Slide with synchronizing cable drive
FR2217918A5 (nl) * 1973-02-12 1974-09-06 Merz Meyer Ag
NL8304456A (nl) * 1983-12-27 1985-07-16 Regout Nv Thomas Telescooprail.
EP0664984A2 (de) * 1994-01-17 1995-08-02 Julius Blum Gesellschaft m.b.H. Differentialauszug für Schubladen

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1010136C2 (nl) 1998-09-21 2000-03-22 Thomas Regout B V Disco-locking.
EP0988815A1 (en) 1998-09-21 2000-03-29 Thomas Regout B.V. Disco-locking

Also Published As

Publication number Publication date
HRP970403A2 (en) 1998-04-30
CZ298152B6 (cs) 2007-07-11
HRP970403B1 (en) 2003-04-30
ES2169404T3 (es) 2002-07-01
EP0926968A1 (en) 1999-07-07
JP2000514690A (ja) 2000-11-07
US6231143B1 (en) 2001-05-15
SK8299A3 (en) 2000-04-10
PL185329B1 (pl) 2003-04-30
KR100351795B1 (ko) 2002-09-05
CZ22099A3 (cs) 2000-04-12
WO1998003099A1 (en) 1998-01-29
DK0926968T3 (da) 2002-05-13
DE69709764T2 (de) 2002-08-08
NO314211B1 (no) 2003-02-17
PT926968E (pt) 2002-05-31
NO990311D0 (no) 1999-01-22
SK286343B6 (en) 2008-07-07
TW513943U (en) 2002-12-11
EP0926968B1 (en) 2001-11-21
PL331289A1 (en) 1999-07-05
ATE209010T1 (de) 2001-12-15
AU3465797A (en) 1998-02-10
KR20000068000A (ko) 2000-11-25
DE69709764D1 (de) 2002-02-21
NO990311L (no) 1999-03-19

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1003665C2 (nl) Overuittrekbare diferentiële ladegeleider.
US20060201899A1 (en) Sliding rail assembly for wire basket
US9277816B2 (en) Synchronizing device for a drawer slide mechanism
NL9001969A (nl) Telescooprail met grendelmechanisme.
CA1065786A (en) Small radius conveyor belt and conveying system
US5417496A (en) Ball bearing retainer for telescoping slide assembly
US4846249A (en) Window shade carrier and carrier assembly
US11234516B2 (en) Drawer pull-out guide
US20200002097A1 (en) Extendible Fences for Extendible Conveyors
US6378968B1 (en) Sliding track assembly
NL8004168A (nl) Uittrekgeleidingsgarnituur voor schuifladen en dergelijke.
KR101087289B1 (ko) 미닫이식 도어의 개폐장치
US20190169899A1 (en) Sliding door partition wall system
US5275483A (en) Center bottom mounted drawer slide
US4339030A (en) Chain conveyor for moving articles accumulatably at an increased speed
US4699266A (en) Transporting apparatus for conveying carriers
US3357753A (en) Rolling bearing for machine parts or units performing straight-line motion
EP1355032B1 (en) Roller suspension device for a horizontally-sliding door of a piece of furniture
US4186979A (en) Drawers
EP0443303B1 (en) Position brake for sliding doors
SU1253610A1 (ru) Узел роликовой направл ющей
KR101113134B1 (ko) 도어 개폐구조
CN218773591U (zh) 一种二节隐藏导轨
JP2727493B2 (ja) 家具の天板スライド装置
GB1604815A (en) Drawers

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20050201