BE899677A - SCAFFOLDING METAL PIPES. - Google Patents

SCAFFOLDING METAL PIPES. Download PDF

Info

Publication number
BE899677A
BE899677A BE0/212946A BE212946A BE899677A BE 899677 A BE899677 A BE 899677A BE 0/212946 A BE0/212946 A BE 0/212946A BE 212946 A BE212946 A BE 212946A BE 899677 A BE899677 A BE 899677A
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
scaffolding
wedge
pipe
vertical
openings
Prior art date
Application number
BE0/212946A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Layher Ulrich
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Layher Ulrich filed Critical Layher Ulrich
Publication of BE899677A publication Critical patent/BE899677A/en

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G7/00Connections between parts of the scaffold
    • E04G7/30Scaffolding bars or members with non-detachably fixed coupling elements
    • E04G7/302Scaffolding bars or members with non-detachably fixed coupling elements for connecting crossing or intersecting bars or members
    • E04G7/306Scaffolding bars or members with non-detachably fixed coupling elements for connecting crossing or intersecting bars or members the added coupling elements are fixed at several bars or members to connect
    • E04G7/307Scaffolding bars or members with non-detachably fixed coupling elements for connecting crossing or intersecting bars or members the added coupling elements are fixed at several bars or members to connect with tying means for connecting the bars or members
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G7/00Connections between parts of the scaffold
    • E04G7/30Scaffolding bars or members with non-detachably fixed coupling elements
    • E04G7/32Scaffolding bars or members with non-detachably fixed coupling elements with coupling elements using wedges
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T29/00Metal working
    • Y10T29/49Method of mechanical manufacture
    • Y10T29/49826Assembling or joining
    • Y10T29/49908Joining by deforming
    • Y10T29/49925Inward deformation of aperture or hollow body wall
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T403/00Joints and connections
    • Y10T403/30Laterally related members connected by latch means, e.g., scaffold connectors

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Mutual Connection Of Rods And Tubes (AREA)
  • Rigid Pipes And Flexible Pipes (AREA)

Abstract

De einden van de steigerpijpen (1) zijn wigvormig zodanig vervormd (2) dat de door het persen iets gekromd vervormde randen hiervan telkens in de richting naar elkaar toe zijn weggebogen en tezamen een smal vertikaal recht lopend, niet scherpkantig begrensd tegen de wand van het vertikale steigerelement aanliggend vlak (5) vormen, en een lopende sleuf (3) aanwezig is, waarin de verbindingsflens ingrijpt, en in de pijpwand twee rechthoekige openingen een geleiding voor een wig vormen.The ends of the scaffolding pipes (1) are wedge-shaped deformed (2) so that the slightly curved deformed edges thereof are bent away in each other in the direction towards each other and together form a narrow vertical straight line, not sharply bounded against the wall of the vertical scaffolding element form adjacent face (5), and a running slot (3) is provided, in which the connecting flange engages, and two rectangular openings in the pipe wall form a wedge guide.

Description

       

   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  79785 1393/Dr. Fh/VE 
UITVINDINGSOCTROOI
Ulrich LAYHER 
 EMI1.1 
 ------------Uit metalen pijpen bestaande steiger. 



  - ----------------------------------- Internationale Conventie-Prioriteit van een octrooiaanvraag gedeponeerd in de Duitse Bondsrepubliek op 29 februari 1984 onder nr. P 34 07 425.2 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 Uit metalen pijpen bestaande steiger. 



   De uitvinding betreft een uit metalen pijpen bestaande steiger, waarbij de vertikale steigerelementen bestaan uit cilindrische steigerpijpen, die schijfvormige, van doorboringen voorziene verbindingsflenzen be- 
 EMI2.1 
 zitten voor de niet vertikaal lopende, door middel van wig- 
 EMI2.2 
 gen scheidbaar vastgezette steiqerelementen. 



  Pi Uit metalenfbestaande steigers van dit 
 EMI2.3 
 type zijn bekend zie bijvoorbeeld DBP2449124. Bij deze uit metalen pijpen bestaande steigers vindt de verbinding van e niet vertikaal lopende steigerelementen, bijvoorbeeld van' horizontaal geplaatste langs-en dwarsliggers plaats met behulp van verbindingsschoenen, die gescheiden van de steigerpijpen, die de steigerelementen vormen, bijvoorbeeld als gietstukken zijn vervaardigd en door lassen of op een andere geschikte wijze zijn verbonden met de steigerpijpen. Hierbij doen zich evenwel verschillende nadelen voor.

   Afgezien van de aanzienlijke tijd en kosten bij de fabrikage treden als gevolg van het verschil in materiaal (uitgegloeid gietijzer enerzijds - vloeistaalvoor de steigerpijpen anderzijds) metallurgische problemen op zowel ten aanzien van de bedrijfszekerheid bij het lassen als ook ten aanzien van de oppervlakteverbetering door verzinken. Ook vereisen de controles, die voor uitgegloeid gietijzer moeten worden uitgevoerd, aanzienlijke kosten. 



  Hierbij komt dat de verbindingsschoenen als gietstukken bestaan uit vol materiaal en zodoende een grote gewichtsverhoging met zich meebrengen. 



   De onderhavige uitvinding beoogt een verbindingsmogelijkheid te verschaffen, die de voorgenoemde nadelen voorkomt. 



   Overeenkomstig de uitvinding wordt dit hierdoor bereikt doordat in een uit metalen pijpen bestaande steiger van het voorgenoemd type de einden van de steigerpijpen, die de niet vertikaal lopende steigerelementen vormen, 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 bijvoorbeeld door een pershandeling wigvormig zodanig zijn vervormd dat de door het persen een weinig gekromd vervormde randen hiervan elk in de richting naar elkaar toe zijn weggebogen en tezamen een smal vertikaal recht lopend niet scherpkantig begrensd tegen de wand van het vertikale steigerelement aanliggend vlak vormen en doordat een van de kopzijde af horizontaal langs het horizontaal middenvlak van de steigerpijp lopende sleuf aanwezig is, waarin de ter bevestiging van het steigerelement dienende verbindingsflens ingrijpt,

   en doordat in de wand van de pijp op in zich bekende wijze twee in vertikale richting tegenover elkaar gelegen rechthoekige openingen een geleiding voor een wig vormen. 



   Van belang is hierbij het feit dat door het wegbuigen van de randen naar elkaar het vormen van scherpe begrenzingsranden op het aanligvlak wordt vermeden en zodoende een beschadiging van de wand van het vertikale steigerelement wordt verhinderd. Bij voorkeur kunnen de weggebogen randen aan elkaar zijn gelast. 



   Volgens een verdere ontwikkeling van de uitvinding is de voor het maken van de rechthoekige, de wiggeleiding vormende openingen aan de evenwijdig aan de langsas van de pijp lopende langszijden van deze openingen afgescheiden materiaalstrook aan een, bij voorkeur aan beide smalle zijden van deze openingen telkens weggebogen naar het inwendige van de pijp en dient ter versterking van de smalle kanten van deze openingen en als slijtvaste aanligvlakken voor de wig. 



   Door de uitvoering van de verbindingsinrichting op de niet vertikale steigerelementen in overeenstemming met de uitvinding wordt het toepassen van bijzondere als gietstukken uitgevoerde verbindingsschoenen vermeden, zodat geen lasnaden, die de bedrijfszekerheid twijfelachtig maken, aanwezig zijn en een belangrijke gewichtsbesparing als ook een aanzienlijke besparing aan arbeids-en materiaalkosten wordt verkregen. 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 



   Andere bijzonderheden en voordelen van de uitvinding worden hierna aan de hand van de bijgevoegde tekening beschreven, waarbij : figuur 1 een eind van een horizontaal steigerelement van opzij gezien weergeeft ; figuur 2 het eind van hetzelfde steigerelement vanaf de kopzijde gezien in de richting van de pijl II in figuur 3 laat zien ; figuur 3 een bovenaanzicht is van figuur 1 ; figuur 4 een langsdoorsnede is volgens de lijn IV-IV in figuur 3 gezien in de richting van de pijl ; figuur 5 een vertikale doorsnede is over het eind van het steigerelement volgens de lijn v-V in figuur 4 gezien in de richting van de pijl ; figuur 6 een bovenaanzicht is van het buiteneind van het steigerelement op vergrote schaal, gedeeltelijk volgens een horizontale doorsnede volgens de lijn VI-VI in figuur 1 ;

   figuur 7 een andere uitvoeringsvorm van het eind van het steigerelement volgens een vertikale langsdoorsnede laat zien ; figuur 8 de aan de steiger volgens de uitvinding aangepaste speciale vorm van de wig toont ; figuur 9 op vergrote schaal het eind van het steigerelement volgens figuur 7 met een ingebrachte wig weergeeft. 



   In de tekening is met 1 de steigerpijp, die in het gekozen voorbeeld een   loyer   vormt, aangegeven, waarvan de einden op de voor één van de beide einden getoonde wijze door een aan beide zijden inwerkende pershandeling zodanig wigvormig zijn vervormd, dat de opzij gelegen flanken 2' van dit wigvormig gedeelte 2 vertikaal lopen. De afsluitranden van deze opzij gelegen flanken 2'zijn op de manier zoals blijkt uit de horizontale doorsnede in figuur 6, naar binnen, dus naar elkaar toe gericht, weggebogen, zodat zij 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 een afgeronde rand 8 vormen. Het wegbuigen vindt zodanig plaats, dat de afgeronde randen 8 in vertikale richting evenwijdig aan elkaar lopen.

   Randen 8 zijn door een lasnaad 5' (figuur 2) onderling verbonden en vormen een in een vertikale richting recht lopend vlak 5, dat als aanligvlak tegen het buitenvlak van het vertikale steigerelement dient. De totale lengte van deze dubbele rand 5 is als gevolg van het door het persen teweeg gebracht uiteenspreiden van het eind van de steigerpijp 1 ongeveer het 1,5 tot 1,57-voudige van de buitendiameter hiervan. Vanaf de kopzijde van het wigvormig vervormd eind 2 van de steigerpijp 1 is langs het horizontaal middenvlak hiervan aan beide zijden in de pijpwand een sleuf 3 aangebracht, waarvan de breedte zo gekozen is, dat de verbindingsflenzen van de vertikale steigerelementen kunnen ingrijpen in de sleuf, respectievelijk in de beide sleuven.

   Om een goed aanliggen van het vlak 5 tegen de pijpwand van het vertikale steigerelement te verzekeren is volgens een verdere ontwikkeling van de uitvinding dit vlak 5 in horizontale richting zodanig concaaf gebogen dat de kromtestraal in overeenstemming is met de buitendiameter van de steigerpijp, die het vertikale steigerelement vormt (zie figuur 6). Om het inbrengen van de verbindingsflens in de sleuf 3 te vergemakkelijken is op de monding van de sleuf een uitsparing 6, die deze verbreedt, aanwezig, waardoor tegelijkertijd wordt bereikt dat oneffenheden, die op de lasnaad tussen de pijpwand van het vertikale steigerelement en de verbindingsflens kunnen optreden, worden overbrugd en men ervan verzekerd is dat het vlak van de randen 5 vormsluitend komt aan te liggen tegen de wand van het vertikale steigerelement. 



   Voor het opnemen en geleiden van de wig, waarmee het steigerelement wordt vastgezet, is in de pijpwand boven en onder telkens een rechthoekige opening 4 aanwezig. 



  Deze openingen 4 liggen in vertikale richting tegenover elkaar, waarbij de langsmiddellijnen hiervan lopen in het vertikale middenvlak van de steigerpijp   1,   terwijl de afmetingen hier- 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 van en hun afstand van het aanligvlak (5) zo zijn gekozen, dat bij het aanbrengen van de wiggen in de openingen van de verbindingsflens het aanligvlak 5 door de wigwerking met de vereiste druk wordt gedrukt tegen het buitenvlak van het vertikale steigerelement. 



   Om voor de wig een goed aanligvlak te verschaffen is bij het inbrengen in de rechthoekige openingen 4 het materiaal van de pijpwand van de steigerpijp 1 tenminste aan één van de beide smalle zijden van de opening, bijvoorbeeld de zijde d (figuur 6) niet afgescheiden, terwijl het op de overige zijden is afgescheiden, zodat een smalle materiaalstrook 7 ontstaat, die bij d samenhangt met de pijpwand en in de richting van het inwendige van de pijp is weggebogen. 



  Deze naar binnen weggebogen materiaalstrook 7 is bijvoorbeeld op de wijze zoals aangegeven in figuur 4 gerold vervormd en vormt bij beide openingen enerzijds een versterking van de rand en anderzijds een aanligging voor de wig. In plaats van deze randversterking telkens slechts op één smalle zijde van de opening 4 aan te brengen, bestaat natuurlijk ook de mogelijkheid de materiaalstrook aan de beide smalle zijden c en d van de openingen 4 niet te scheiden van het materiaal, dat de pijpwand vormt, maar alleen op de beide in de langsrichting van de pijp lopende langszijden a en b de materiaalstrook ongeveer in het midden tussen de smalle zijden c, d te scheiden,

   telkens naar het inwendige van de pijp om te buigen en ongeveer aan de voorste smalle zijde c onder een rechte hoek zonder verdere vervorming te laten steken in het inwendige van de pijp en alleen aan de tegenovergelegen smalle zijde d gerold te vervormen zodat zoals figuur 7 aangeeft de beide smalle zijden van de openingen 4 versterkt zijn door de naar het inwendige van de pijp weggebogen delen 7a en 7b en tegelijkertijd een bijzonder gunstige aanligging en geleiding voor de wig wordt verkregen. Hierbij wordt in het bijzonder het voordeel verkregen dat de beide smalle zijden c en d van de openingen 4 geen scherpe randen bezitten, zodat bij het inslaan van de 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 wig een slijtage verregaand wordt vermeden. 



   Bij voorkeur wordt telkens een wig onverliesbaar in de in overeenstemming met de uitvinding uitgevoerde einden van het steigerelement ingebracht. Hiertoe wordt het smalle eind van de wig bijvoorbeeld voorzien van een blinde spijker. Hierbij wordt de vorm van de wig aan de bijzondere uitvoering van de verbindingsinrichting hierdoor aangepast, doordat zijn (smal) benedeneind op de wijze zoals te zien is in figuur 8 is weggebogen. Het gedeelte 11 van de wig 10, dat dient voor het verkrijgen van de wigwerking, is aan zijn benedeneind voorzien van een weggebogen aanzetstuk 12, dat de spijker 13 draagt.

   De wig 10 wordt dan overeenkomstig figuur 9 geplaatst in het eind van de steigerpijp, waarbij de breedte van de bovenste opening 4a zo gekozen is, dat de spijker niet hierdoorheen kan gaan, terwijl de onderste opening 4b breder is en het doorlaten van het wigeind, dat voorzien is van de spijker 13, mogelijk maakt. Het aanzetstuk 12 moet natuurlijk dusdanige afmetingen hebben, dat de wig zover naar buiten getrokken kan worden dat het plaatsen van de verbindingsflens in de sleuf 3 niet wordt gehinderd. Het bijzondere voordeel van deze wigvorm is hierin gelegen dat de wig 11 gemakkelijker naar binnen en naar buiten geslagen kan worden zonder dat het   vertikalestijcprslement   dit verhindert en het gedeelte 11 van de wig na het naar buiten slaan direkt plaatsbeparend aanligt tegen de steigerpijp.



   <Desc / Clms Page number 1>
 



  79 785 1393 / Dr. Fh / VE
INVENTION PATENT
Ulrich LAYHER
 EMI1.1
 ------------ Scaffolding consisting of metal pipes.



  - ----------------------------------- International Convention Priority of a patent application registered in the Federal Republic of Germany on 29 February 1984 under no. P 34 07 425.2

 <Desc / Clms Page number 2>

 Scaffolding consisting of metal pipes.



   The invention relates to a scaffolding consisting of metal pipes, wherein the vertical scaffolding elements consist of cylindrical scaffolding pipes, which form disc-shaped connecting flanges with holes.
 EMI2.1
 sit in front of the non-vertical, by means of wedge-
 EMI2.2
 Scaffolding elements that are separably secured.



  Pi Made of metal scaffolding of this
 EMI2.3
 type are known, see for example DBP2449124. In the case of these scaffolding consisting of metal pipes, the connection of the non-vertically running scaffolding elements, for example of horizontally placed longitudinal and cross members, takes place by means of connecting shoes, which are separated from the scaffolding pipes, which form the scaffolding elements, for example castings and welded or otherwise connected to the scaffolding pipes. However, there are several drawbacks to this.

   Apart from the considerable time and costs involved in manufacturing, due to the difference in material (annealed cast iron on the one hand - mild steel for the scaffolding pipes on the other hand) metallurgical problems arise both with regard to the reliability of welding and with regard to surface improvement by galvanizing. Also, the checks to be performed for annealed cast iron require significant costs.



  In addition, the connecting shoes as castings consist of solid material and thus entail a large weight increase.



   The object of the present invention is to provide a connection option which avoids the aforementioned drawbacks.



   According to the invention, this is achieved in that in a metal pipe scaffold of the aforementioned type the ends of the scaffold pipes, which form the non-vertically running scaffolding elements,

 <Desc / Clms Page number 3>

 for example, be wedge-shaped by a pressing operation such that the slightly curved deformed edges thereof are each bent away in the direction of each other and together form a narrow vertical straight line that is not sharp-edged against the wall of the vertical scaffolding element and because there is a slot running horizontally from the end side along the horizontal center plane of the scaffolding pipe, into which the connecting flange serving to fix the scaffolding element engages,

   and in that in the wall of the pipe, in known manner, two rectangular openings opposed in vertical direction form a guide for a wedge.



   What is important here is the fact that by bending the edges away from each other, the formation of sharp boundary edges on the abutting surface is avoided and in this way damage to the wall of the vertical scaffold element is prevented. Preferably, the curved edges can be welded together.



   According to a further development of the invention, the material strip for separating the rectangular wedge guide on the longitudinal sides of these openings extending parallel to the longitudinal axis of the pipe is bent away on a, preferably on both narrow sides of these openings to the interior of the pipe and serves to reinforce the narrow sides of these openings and as abrasion resistant abutting surfaces for the wedge.



   The design of the connecting device on the non-vertical scaffolding elements according to the invention avoids the use of special connecting shoes designed as castings, so that there are no weld seams which make operational reliability questionable, and an important weight saving as well as considerable labor savings. -and material costs are obtained.

 <Desc / Clms Page number 4>

 



   Other particularities and advantages of the invention are described below with reference to the appended drawing, in which: figure 1 shows an end of a horizontal scaffolding element seen from the side; Figure 2 shows the end of the same scaffolding element viewed from the head in the direction of the arrow II in Figure 3; Figure 3 is a top view of Figure 1; Figure 4 is a longitudinal section taken on the line IV-IV in Figure 3 viewed in the direction of the arrow; Figure 5 is a vertical section through the end of the scaffolding element taken on the line v-V in Figure 4 viewed in the direction of the arrow; Figure 6 is a top view of the outer end of the scaffolding element on an enlarged scale, partly according to a horizontal section taken on the line VI-VI in Figure 1;

   Figure 7 shows another embodiment of the end of the scaffolding element according to a vertical longitudinal section; Figure 8 shows the special shape of the wedge adapted to the scaffold according to the invention; figure 9 shows on an enlarged scale the end of the scaffolding element according to figure 7 with an inserted wedge.



   In the drawing, 1 indicates the scaffolding pipe, which in the chosen example forms a more loyal one, the ends of which are wedge-shaped in a manner shown for one of the two ends by a pressing action acting on both sides, such that the lateral flanks 2 'of this wedge-shaped part 2 run vertically. The sealing edges of these lateral flanks 2 'are bent away inward, i.e. towards each other, as shown in the horizontal section in Figure 6, so that they

 <Desc / Clms Page number 5>

 form a rounded edge 8. The bending takes place in such a way that the rounded edges 8 run parallel to each other in vertical direction.

   Edges 8 are mutually connected by a welding seam 5 '(figure 2) and form a surface 5 running in a vertical direction, which serves as a contact surface against the outer surface of the vertical scaffolding element. The total length of this double edge 5 is due to the pressing effected spreading of the end of the scaffold pipe 1 approximately 1.5 to 1.57 times its outer diameter. From the end of the wedge-shaped deformed end 2 of the scaffolding pipe 1, a slot 3 is arranged along the horizontal central plane thereof on both sides in the pipe wall, the width of which is chosen such that the connecting flanges of the vertical scaffolding elements can engage in the slot, respectively in both slots.

   According to a further development of the invention, this surface 5 is bent concave in the horizontal direction in such a way that the radius of curvature corresponds to the outer diameter of the scaffolding pipe, that the vertical diameter of the vertical scaffolding element corresponds to the vertical diameter of the scaffolding pipe. scaffolding element (see figure 6). In order to facilitate insertion of the connecting flange into the slot 3, a recess 6, which widens it, is present on the mouth of the slot, thereby simultaneously achieving unevenness, which occurs on the weld seam between the pipe wall of the vertical scaffolding element and the connecting flange can be bridged and it is ensured that the surface of the edges 5 will lie positively against the wall of the vertical scaffolding element.



   In order to receive and guide the wedge with which the scaffolding element is fixed, a rectangular opening 4 is provided in the pipe wall above and below.



  These openings 4 face each other in vertical direction, the longitudinal lines of which extend in the vertical central plane of the scaffold pipe 1, while the dimensions here

 <Desc / Clms Page number 6>

 and their distance from the abutment surface (5) are selected such that when the wedges are placed in the openings of the connecting flange, the abutment surface 5 is pressed with the required pressure against the outer surface of the vertical scaffold element by the wedging action.



   In order to provide a good contact surface for the wedge, the material of the pipe wall of the scaffolding pipe 1 is not separated at least on one of the two narrow sides of the opening, for example the side d (figure 6), when the rectangular openings 4 are inserted, while it is separated on the other sides, so that a narrow strip of material 7 is created, which at d is associated with the pipe wall and is bent away towards the interior of the pipe.



  This inwardly bent material strip 7 is, for example, rolled in the manner as shown in Figure 4 and forms a reinforcement of the edge on the one hand and a wedge abutment on the other at both openings. Instead of applying this edge reinforcement to one narrow side of the opening 4 at a time, it is of course also possible to separate the material strip on the two narrow sides c and d of the openings 4 from the material forming the pipe wall, but only on the two longitudinal sides a and b running in the longitudinal direction of the pipe to separate the material strip approximately in the middle between the narrow sides c, d,

   each time to bend towards the interior of the pipe and to project approximately at the front narrow side c at a right angle without further deformation into the interior of the pipe and to deform only rolled on the opposite narrow side d so that as shown in figure 7 the two narrow sides of the openings 4 are reinforced by the parts 7a and 7b bent away from the interior of the pipe and at the same time a particularly favorable contact and guidance for the wedge is obtained. In particular, the advantage is obtained here that the two narrow sides c and d of the openings 4 do not have any sharp edges, so that when the

 <Desc / Clms Page number 7>

 wedge wear is largely avoided.



   Preferably, a wedge is inserted continuously in the ends of the scaffolding element constructed in accordance with the invention. For this purpose, the narrow end of the wedge is, for example, provided with a blind nail. The shape of the wedge is hereby adapted to the special design of the connecting device, because its (narrow) bottom end is bent away in the manner as shown in Figure 8. The portion 11 of the wedge 10, which serves to obtain the wedge action, is provided at its lower end with a bent-off extension 12, which carries the nail 13.

   The wedge 10 is then placed in the end of the scaffolding pipe according to Figure 9, the width of the top opening 4a being selected so that the nail cannot pass through it, while the bottom opening 4b is wider and allowing the wedge end to pass through, provided with the nail 13. The extension 12 must of course be of such dimensions that the wedge can be pulled out so far that the insertion of the connecting flange into the slot 3 is not hindered. The special advantage of this wedge shape lies in that the wedge 11 can be smashed inwards and outwards more easily without the vertical-style element preventing this and the part 11 of the wedge immediately engaging the scaffolding pipe after being knocked out.


    

Claims (7)

C o n c 1 u s i e s 1. Uit metalen pijpen bestaande steiger, waarbij de vertikale steigerelementen bestaan uit cilindrische steigerpijpen, die schijfvormige, van doorboringen voorziene verbindingsflenzen voor de niet vertikaal lopende, door middel van wiggen vastgezette steigerelementen bezitten, met het kenmerk, dat de einden van de steigerpijpen (1), die de niet vertikaal lopende steigerelementen vormen, bijvoorbeeld door een pershandeling wigvormig zodanig zijn vervormd (2), dat de door het persen iets gekromd vervormde randen hiervan telkens in de richting naar elkaar toe zijn weggebogen en tezamen een smal vertikaal recht lopend, niet scherpkantig begrensd tegen de wand van het vertikale steigerelement aanliggend vlak (5) vormen, en dat een vanaf de kopzijde horizontaal langs het horizontaal middenvlak van de steigerpijp lopende sleuf (3) aanwezig is,  C o n c 1 u s i e s Scaffolding consisting of metal pipes, the vertical scaffolding elements consisting of cylindrical scaffolding pipes, which have disc-shaped, pierced connecting flanges for the non-vertical wedge-fixed scaffolding elements, characterized in that the ends of the scaffolding pipes (1 ), which form the non-vertically running scaffolding elements, for example are wedge-shaped by a pressing operation (2), so that the slightly curved deformed edges thereof are bent away towards each other in the direction of each other and together they run a narrow vertical straight, not sharp-edged bounded against the wall of the vertical scaffolding element, and that a slot (3) running horizontally from the head side along the horizontal center plane of the scaffolding pipe is provided, waarin de verbindingsflens, die dient voor het bevestiaen van het steigerelement, ingrijpt, en dat in de pijpwand op in zich bekende wijze twee in vertikale richting tegenover elkaar gelegen rechthoekige openingen (4) een geleiding voor een wig vormen.  wherein the connecting flange, which serves to fix the scaffolding element, engages, and in the pipe wall, in known manner, two vertically opposite rectangular openings (4) forming a wedge guide. 2. Uit metalen pijpen bestaande steiger volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat op de wigvormig vervormde einden van de niet vertikaal lopende steigerelementen de voor het vormen van de, de wiggeleiding vormende rechthoekige openingen (4) op de evenwijdig aan de langsas van de steigerpijp (1) lopende langszijde (a, b) van deze openingen (4) van de pijpwand afgescheiden materiaalstroken op één (d) of op beide (c, d) smalle zijden van deze openingen (4) telkens naar het inwendige van de pijp zijn weggebogen (7,7a, 7b).  The metal pipe scaffold according to claim 1, characterized in that on the wedge-deformed ends of the non-vertically running scaffolding elements the rectangular openings (4) for forming the wedge guide on the parallel to the longitudinal axis of the scaffolding pipe (1) running longitudinal side (a, b) of these openings (4) from the pipe wall separated material strips on one (d) or on both (c, d) narrow sides of these openings (4) in each case towards the interior of the pipe are bent away (7,7a, 7b). 3. Uit metalen pijpen bestaande steiger volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat telkens de of een van de weggebogen materiaalstroken (7,7b) gerold vervormd is.  Scaffolding consisting of metal pipes according to claim 2, characterized in that the or one of the bent-away material strips (7,7b) is each time rolled. 4. Uit metalen pijpen bestaande steiger volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de randen van het <Desc/Clms Page number 9> wigvormig vervormd eind (2) van de steigerpijp (1) zijn vastgelast aan een vlak (5), dat dient voor het aanliggen tegen het vertikale steigerelement.  Scaffolding consisting of metal pipes according to claim 1, characterized in that the edges of the  <Desc / Clms Page number 9>  wedge-shaped deformed end (2) of the scaffolding pipe (1) is welded to a surface (5), which serves to abut against the vertical scaffolding element. 5. Uit metalen pijpen bestaande steiger volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het aanligvlak (5) zodanig concaaf gewelfd is, dat de straal van het vlak (5), dat een cilindermantelgedeelte vormt, in overeenstemming is met de buitendiameter van het vertikale steigerelement.  The metal pipe scaffold according to claim 4, characterized in that the abutment surface (5) is concavely curved such that the radius of the surface (5), which forms a cylinder jacket section, corresponds to the outer diameter of the vertical scaffolding element. 6. Uit metalen pijpen bestaande steiger volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat telkens aan de mon- ding van de horizontale sleuf (3) uitsparingen aanwezig zijn, die een inham (6) vormen.  Scaffolding consisting of metal pipes according to claim 1, characterized in that recesses are formed at the mouth of the horizontal slot (3), which form an inlet (6). 7. Uit metalen pijpen bestaande steiger volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een onverliesbare wig (10) geplaatst is in de wiggeleiding (4a, 4b), die op zijn smal eind een aanzetstuk (12) bezit, waarvan de langsas met de langsas van het gedeelte (11), dat zorgt voor de wig- werking, een hoek vormt.  Metal pipe scaffolding according to claim 1, characterized in that a captive wedge (10) is placed in the wedge guide (4a, 4b), which has an extension (12) at its narrow end, the longitudinal axis of which has the longitudinal axis of the section (11) that provides the wedge action forms an angle. Goedgekeurd : 1 woord bijgevoegd   Approved: 1 word attached
BE0/212946A 1984-02-29 1984-05-16 SCAFFOLDING METAL PIPES. BE899677A (en)

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE3407425A DE3407425A1 (en) 1984-02-29 1984-02-29 METAL PIPE FRAME

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE899677A true BE899677A (en) 1984-09-17

Family

ID=6229202

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE0/212946A BE899677A (en) 1984-02-29 1984-05-16 SCAFFOLDING METAL PIPES.

Country Status (13)

Country Link
US (1) US4603756A (en)
JP (1) JPS60184165A (en)
AT (1) AT396156B (en)
AU (1) AU581846B2 (en)
BE (1) BE899677A (en)
CA (1) CA1256148A (en)
CH (1) CH673672A5 (en)
DE (1) DE3407425A1 (en)
DK (1) DK158049C (en)
FR (1) FR2560260B1 (en)
GB (1) GB2155140B (en)
NL (1) NL192624C (en)
SE (1) SE453935B (en)

Families Citing this family (20)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3702057A1 (en) * 1987-01-24 1988-08-04 Langer Ruth Geb Layher SCAFFOLDED WITH CONNECTING DEVICES
WO1991011573A1 (en) * 1990-02-05 1991-08-08 Martin Wallis Improvements in joints for scaffolding
AU632899B2 (en) * 1990-02-05 1993-01-14 Martin Wallis Improvements in joints for scaffolding
FR2660708B1 (en) * 1990-04-04 1993-05-21 Perruelle Claude ASSEMBLY PART FOR LONGIFORM ELEMENTS.
US5430468A (en) * 1991-03-20 1995-07-04 Canon Kabushiki Kaisha Image recording apparatus
DE69214151D1 (en) * 1991-07-12 1996-10-31 Ronald Lubinski ALUMINUM SCAFFOLDING
US5207527A (en) * 1992-04-13 1993-05-04 Warren Duncan System scaffold wedging arrangement
CA2101577C (en) * 1992-07-31 2005-06-07 Dale L. Taipale Modular portable stage system
NL1010826C2 (en) 1998-12-16 2000-06-19 Karakus Steigerbouw B V Scaffolding system which has no loose pieces and can be erected without tools, wedges or pins
ITTO20031003A1 (en) * 2003-12-12 2005-06-13 Fracasso Metalmeccanica CROSSBEAM FOR PREFABRICATED SCAFFOLDING WITH QUICK ASSEMBLY AND ITS MANUFACTURING METHOD.
DE202006015586U1 (en) 2006-10-11 2008-02-21 Wilhelm Layher Verwaltungs-Gmbh Vertical frame element made of metal
DE102008006911A1 (en) 2008-01-24 2009-07-30 Wilhelm Layher Verwaltungs-Gmbh For the construction of a frame support, a support frame and / or a shoring tower certain vertical frame
US8905292B1 (en) * 2009-06-22 2014-12-09 Excel Modular Scaffold and Leasing Company Modular scaffold horizontal end connector
DE202010013128U1 (en) 2010-12-15 2011-03-03 Wilhelm Layher Verwaltungs-Gmbh Connecting head device for connection to a perforated disc of a scaffolding handle or for coupling a plurality of perforated discs scaffolding posts
US10161186B1 (en) * 2016-10-25 2018-12-25 Robert S. Long Ladder securing device
US10415312B1 (en) * 2017-05-25 2019-09-17 William F. Conroy Ladder securing device
DE102017216892A1 (en) 2017-09-25 2019-03-28 Peri Gmbh Scaffolding element for connection to a disk-shaped connection plate and scaffolding part with such a scaffolding element
DE102017218472A1 (en) * 2017-10-16 2019-04-18 Peri Gmbh Horizontal bars
US12046795B2 (en) * 2021-03-24 2024-07-23 Commscope Technologies Llc Telecommunications mounting frames and methods of making same
CN115787991B (en) * 2022-11-18 2024-07-02 中交一公局集团有限公司 Bracket device

Family Cites Families (14)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB501326A (en) * 1938-07-05 1939-02-24 Jan Willem Oonk Improvements in or relating to the connection of a tube and a rod which may be tubular, particularly for luggage carriers of bicycles, motor-cycles and the like
US2845307A (en) * 1954-04-19 1958-07-29 Superior Scaffold Company Detachable coupling for scaffold elements
US2830856A (en) * 1956-12-04 1958-04-15 Universal Mfg Co Brace for scaffolds and the like
GB906335A (en) * 1961-03-07 1962-09-19 Union Metal Products Inc Scaffold structure
US3726414A (en) * 1971-06-28 1973-04-10 Speedrack Inc Storage rack and beam for use therein
GB1474020A (en) * 1974-05-09 1977-05-18 Kwikform Ltd Builders scaffolding
DE7432126U (en) * 1974-09-25 1975-01-02 Broesecke R COUPLING FOR RELEASABLE CONNECTION OF A SCAFFOLDING PILLAR WITH A CROSS BAR
DE2449124C3 (en) * 1974-10-16 1980-01-03 Eberhard 7129 Gueglingen Layher Connection device for scaffolding elements
GB1570383A (en) * 1975-11-14 1980-07-02 Kwikform Ltd Builders scaffolding
AU507086B2 (en) * 1977-09-19 1980-01-31 Layeher, Eberhard Tubular scaffolding system
DE2822676C2 (en) * 1978-05-24 1982-08-19 Eberhard 7129 Güglingen Layher Connection device for scaffolding elements
GB2045886A (en) * 1979-03-28 1980-11-05 Barton P Scaffold joint
US4290573A (en) * 1979-05-21 1981-09-22 Maryland Cup Corporation Two-piece paper cup for holding ice cream cones and the like
US4493578A (en) * 1982-09-30 1985-01-15 Harsco Corporation Scaffolding connector and system

Also Published As

Publication number Publication date
JPS60184165A (en) 1985-09-19
AU2809784A (en) 1985-09-05
FR2560260A1 (en) 1985-08-30
CH673672A5 (en) 1990-03-30
DE3407425C2 (en) 1993-04-01
FR2560260B1 (en) 1987-03-06
DK196184D0 (en) 1984-04-17
NL192624B (en) 1997-07-01
GB8417688D0 (en) 1984-08-15
SE8402800L (en) 1985-08-30
NL192624C (en) 1997-11-04
CA1256148A (en) 1989-06-20
JPH0477789B2 (en) 1992-12-09
GB2155140B (en) 1988-08-10
SE453935B (en) 1988-03-14
SE8402800D0 (en) 1984-05-24
US4603756A (en) 1986-08-05
DE3407425A1 (en) 1985-09-05
GB2155140A (en) 1985-09-18
ATA162584A (en) 1992-10-15
DK196184A (en) 1985-08-30
AT396156B (en) 1993-06-25
DK158049C (en) 1990-08-20
DK158049B (en) 1990-03-19
NL8401327A (en) 1985-09-16
AU581846B2 (en) 1989-03-09

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE899677A (en) SCAFFOLDING METAL PIPES.
SU1009286A3 (en) Terminal joint
NL1007585C2 (en) Hose bridge.
EP0112825A1 (en) Protective beam, and method of manufacturing the same.
PT8464U (en) CONNECTION CABIN FOR SCAFFOLDING
PT91228B (en) APPROPRIATE CONNECTION FOR HORIZONTAL BEAMS OF SCAFFOLDING AND SCAFFOLDING
US5012626A (en) Structural bar
DE60016717T3 (en) Replaceable pouring nozzle for continuous casting
US2296336A (en) Splice for structural shapes
PL76707B1 (en)
RU208121U1 (en) Pivot unit of freight car frame
CA1044907A (en) Profile steel
IT201600108828A1 (en) SYSTEM FOR CONNECTING VERTICAL UPRIGHTS AND CURRENTS SUPPORTING A FOOTBALL FLOOR FOR A CRAFTING
US1708753A (en) Structural beam and method of making same
FI58672B (en) KOPPLINGSANORDNING FOER EXEMPELVIS BYGGNADSSTAELLNINGSELEMENT
US1601140A (en) Automobile frame
US2040307A (en) Car wall construction
US2128333A (en) Welded underframe for mine cars
SU1156970A1 (en) Tank
JP4124904B2 (en) Scaffold board and manufacturing method thereof
US186551A (en) Improvement in skelping-dies
US829673A (en) Brake-beam and flanged bar therefor.
RU188833U1 (en) Spinal beam rail frame vehicle
US2178150A (en) Method of making car coupler yokes
KR200201193Y1 (en) Roller for folding-type steel doors

Legal Events

Date Code Title Description
RE Patent lapsed

Effective date: 20030531