NL1010826C2 - Scaffolding system which has no loose pieces and can be erected without tools, wedges or pins - Google Patents

Scaffolding system which has no loose pieces and can be erected without tools, wedges or pins Download PDF

Info

Publication number
NL1010826C2
NL1010826C2 NL1010826A NL1010826A NL1010826C2 NL 1010826 C2 NL1010826 C2 NL 1010826C2 NL 1010826 A NL1010826 A NL 1010826A NL 1010826 A NL1010826 A NL 1010826A NL 1010826 C2 NL1010826 C2 NL 1010826C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
scaffolding
flange
sleeve
vertical
transverse
Prior art date
Application number
NL1010826A
Other languages
Dutch (nl)
Inventor
Arif Karakus
Original Assignee
Karakus Steigerbouw B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Karakus Steigerbouw B V filed Critical Karakus Steigerbouw B V
Priority to NL1010826A priority Critical patent/NL1010826C2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1010826C2 publication Critical patent/NL1010826C2/en

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G7/00Connections between parts of the scaffold
    • E04G7/30Scaffolding bars or members with non-detachably fixed coupling elements
    • E04G7/302Scaffolding bars or members with non-detachably fixed coupling elements for connecting crossing or intersecting bars or members
    • E04G7/306Scaffolding bars or members with non-detachably fixed coupling elements for connecting crossing or intersecting bars or members the added coupling elements are fixed at several bars or members to connect
    • E04G7/308Scaffolding bars or members with non-detachably fixed coupling elements for connecting crossing or intersecting bars or members the added coupling elements are fixed at several bars or members to connect without tying means for connecting the bars or members

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Mutual Connection Of Rods And Tubes (AREA)

Abstract

The vertical pipes (1) have flanges (4) welded (5) onto the pipe at intervals. The horizontal pipes have flat notched end plates (6) welded (20) onto them. The notches (7, 8) have a flat outer surface (9) and a sloped inner face (10). The lower notch (7) fits into a slot (16) in the flange (4). A collar (11) is lowered onto the top notches (8) and screwed into place using protruding wings (17).

Description

SteigersvsteemScaffolding system

De uitvinding betreft een steigersysteem, omvattende verticale steigerelementen die elk tenminste een vaste, rondlopende flens bezitten die meerdere 5 bevestigingsgaten bezit, alsmede dwars ten opzichte van de verticale steigerelement lopende steigerelemetnen die aan beide einden bevestigingsmiddelen bezitten die in samenwerking gebracht kunnen worden met de bevestigingsgaten der flenzen.The invention relates to a scaffolding system, comprising vertical scaffolding elements, each of which has at least one fixed, circular flange which has a plurality of mounting holes, as well as scaffolding elements running transversely to the vertical scaffolding element, which have fasteners at both ends which can be brought into engagement with the mounting holes of the flanges.

Een dergelijk steigersysteem is bekend uit NL-C-192624. Dat bekende steigersysteem bezit horizontale steigerelementen, die aan beide einden een gesleufde 10 bek bezitten. Deze gesleufde bekken worden, bij montage van de steiger, geschoven op de flenzen van de verticale steigerelement. Tenslotte worden de steigerelementen onderling bevestigd door middel van een wig of spie die gedreven wordt door daartoe in de bekken en de flens aangebrachte gaten.Such a scaffolding system is known from NL-C-192624. That known scaffolding system has horizontal scaffolding elements, which have a slotted jaw at both ends. These slotted jaws are pushed onto the flanges of the vertical scaffolding element when the scaffolding is mounted. Finally, the scaffolding elements are mutually attached by means of a wedge or wedge driven through holes provided for this purpose in the jaws and the flange.

Dit bekende steigersysteem bezit verscheidene nadelen. Allereerst doet zich het 15 probleem voor dat de wig of spieën vaak verloren raken. Verder zijn de bekvormige einden van de horizontale steigerelement relatief breed, waardoor het stapelen daarvan problematisch is. Bovendien haken die einden met de wiggen of spieën gemakkelijk in elkaar verward, hetgeen de hantering bemoeilijkt.This known scaffolding system has several drawbacks. First, the problem arises that the wedge or wedges are often lost. Furthermore, the jaw-shaped ends of the horizontal scaffolding element are relatively wide, which makes stacking them problematic. In addition, those ends with the wedges or wedges easily intertwine, making handling difficult.

Doel van de uitvinding is een steigersysteem te verschaffen dat deze nadelen 20 mist. Dat doel wordt bereikt doordat de bevestigingsmiddelen van elk dwars lopende steigerelement ter weerszijden daarvan uitsteeksels, zoals pennen, nokken e.d. omvatten waarvan telkens een steekbaar is in een bevestigingsgat van een flens van een verticaal steigerelement, en waarvan de ander opneembaar is binnen een bevestigingshuls die verschuifbaar is opgenomen op dat verticale steigerelement, 25 zodanig dat het betreffende eind van het dwars lopende steigerelement opsluitbaar is tussen die huls en die flens.The object of the invention is to provide a scaffolding system which does not have these drawbacks. This object is achieved in that the fastening means of each transverse scaffolding element comprise on either side projections, such as pins, cams, etc., each of which is insertable in a mounting hole of a flange of a vertical scaffolding element, and the other of which can be accommodated within a fastening sleeve which is slidable is included on that vertical scaffolding element, such that the respective end of the transverse scaffolding element is lockable between said sleeve and said flange.

Bij het steigersysteem volgens de uitvinding zijn geen losse bevestigingselementen zoals spieën, wiggen en dergelijke nodig, hetgeen de kans op vertragingen bij de steigerbouw aanzienlijk beperkt. De huls rond de verticale 30 steigerelementen behoeft geen afmeting te hebben die groter is dan de toch daarop al aanwezige flenzen, zodat ook in dit opzicht geen nadeel optreedt.The scaffolding system according to the invention does not require loose fastening elements such as wedges, wedges and the like, which considerably reduces the risk of delays in scaffolding construction. The sleeve around the vertical scaffolding elements need not be of a size larger than the flanges already present thereon, so that no disadvantage occurs in this respect either.

1010826 21010826 2

In het bijzonder kan elke huls aan zijn naar de bijbehorende flens gekeerde eind een conisch uitlopend deel bezit, welk conisch deel aangrijpt op een uitsteeksel van een dwars lopend steigerelement.In particular, each sleeve may have a conical flared portion at its end facing the associated flange, said conical portion engaging a projection of a transverse scaffold element.

In een dergelijke uitvoering kan, dankzij de wederzijdse, conische 5 oppervlakken een goede klemwerking tussen de steigerelementen worden verkregen.In such an embodiment, thanks to the mutual, conical surfaces, a good clamping effect can be obtained between the scaffolding elements.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm kunnen de dwars lopende steigerelementen een pijp omvatten, en de bevestigingsmiddelen daarvan een platte kop bezitten aan beide zijden waarvan een afgeschuinde nok uitsteekt, welke nokken liggen binnen de door de pijp bepaalde omtrekscontour.According to a preferred embodiment, the transverse scaffolding elements can comprise a pipe, and the fastening means thereof have a flat head on both sides of which protrudes a chamfered cam, which cams lie within the circumference defined by the pipe.

10 Dankzij deze uitvoeringen van hun einden kunnen de pijpen van de horizontale steigerelementen zeer ruimtebesparend en stabiel tegen elkaar worden gestapeld. Bovendien kunnen zijn niet in elkaar verstrikt raken, gezien de afwezigheid van spieën of wiggen.Thanks to these versions of their ends, the pipes of the horizontal scaffolding elements can be stacked against each other in a very space-saving and stable manner. In addition, they cannot become entangled, given the absence of wedges or wedges.

Van voordeel is verder dat elke nok met enige speling past in een gat van de 15 flens, zodanig dat een dwars lopend steigerelement vastgehaakt kan worden aan het betreffende verticale steigerelement. Bij de opbouw van een steiger kunnen aldus de dwars lopende steigerelementen enigszins scheef hangend aan de verticale steigerelementen worden gehaakt.It is also an advantage that each cam fits with some play in a hole of the flange, such that a transverse scaffold element can be hooked to the relevant vertical scaffold element. During the construction of a scaffold, the transverse scaffolding elements can thus be hooked slightly obliquely hanging from the vertical scaffolding elements.

Vervolgens kunnen zij in de definitieve stand worden gebracht door oplegging 20 van hun andere eind op een verder verticaal steigerelement, en door inklemming van hun betreffende eind tussen de huls en flens.They can then be brought into the final position by supporting their other end on a further vertical scaffolding element, and by clamping their respective end between the sleeve and flange.

Teneinde de geschikte vastklemming te verkrijgen kan elke huls aan zijn van de bijbehorende flens afgekeerde eind een schroeflijnvorm hebben, en kan het betreffende verticale steigerelelment een aanslag hebben waarlangs het 25 schroeflijnvormige eind draaibaar is voor het bij draaiing naar die flens dringen van de huls.In order to obtain the appropriate clamping, each sleeve may have a helical shape at its end remote from the associated flange, and the respective vertical scaffold element may have a stop along which the helical end is rotatable for urging the sleeve upon rotation.

Vervolgens zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.The invention will be explained in more detail below with reference to an illustrative embodiment shown in the figures.

Figuur 1 toont een aanzicht, gedeeltelijk in dwarsdoorsnede, van het 30 steigersysteem volgens de uitvinding.Figure 1 shows a partial cross-sectional view of the scaffolding system according to the invention.

Figuur 2 toont een dwarsdoorsnede door een eind van een dwars lopend steigerelement.Figure 2 shows a cross section through one end of a transverse scaffold element.

1010826 31010826 3

Figuur 3 toont een bovenaanzicht op een flens van een verticaal steigerelement.Figure 3 shows a top view of a flange of a vertical scaffolding element.

Het in figuur 1 weergegeven steigersysteem omvat een verticaal steigerelement 1, alsmede een zich dwars uitstrekkend, in de figuur horizontaal, steigerelement 2.The scaffolding system shown in figure 1 comprises a vertical scaffolding element 1, as well as a transverse extending scaffolding element 2, which is horizontal in the figure.

5 Dit horizontale steigerelement 2 bezit een in zijn geheel met 3 aangeduide bevestigingskop, die ook voorkomt aan het (niet getoonde) andere eind van dat steigerelement 2.This horizontal scaffolding element 2 has a mounting head indicated in its entirety by 3, which also occurs at the other end (not shown) of that scaffolding element 2.

De bevestigingskop 3 van het horizontale steigerelement 2 is opgelegd op een flens 4, welke door middel van een las 5 is bevestigd aan het verticale steigerelement 10 1.The mounting head 3 of the horizontal scaffolding element 2 is supported on a flange 4, which is attached to the vertical scaffolding element 10 by means of a weld 5.

De bevestigingskop 3 bevat een platte kop 6, ter weerszijden waarvan de bevestigingsnokken 7, 8 uitsteken. Deze nokken bezitten een plat oppervlak 9, alsmede een schuin oppervlak 10.The mounting head 3 comprises a flat head 6, on either side of which the mounting bosses 7, 8 protrude. These cams have a flat surface 9 and an inclined surface 10.

Rondom het verticale steigerelement 1, en op enige afstand van de 15 bevestigingsflens 4, bevindt zich een bevestigingshuls 11. Deze bevestigingshuls 11 bezit een cilindrisch gedeelte, alsmede een daarop aansluit conisch wijder wordend gedeelte 13.Around the vertical scaffolding element 1, and at some distance from the mounting flange 4, there is a mounting sleeve 11. This mounting sleeve 11 has a cylindrical portion, as well as a conically widening portion 13 connected thereto.

Aan zijn van de flens 4 afgekeerde eind bezit de bevestigingshuls een schroeflijnvormig eind 14, dat samenwerkt met een aan het verticale steigerelement 1 20 vastgelaste aanslag 15.At its end remote from flange 4, the mounting sleeve has a helical end 14 which cooperates with a stop 15 welded to the vertical scaffolding element 120.

Bij het opbouwen van een steiger worden alle horizontale stcigerelementen 2 met hun bevestigingskop 3 opgelegd op een flens 4. De zich daarbij aan de onderzijde bevindende nok 7 van de kop 6 wordt daarbij in het met 16 aangeduid gat van de bevestigingsflens 4 gestoken.When erecting a scaffolding, all horizontal stiffening elements 2 with their fixing head 3 are supported on a flange 4. The cam 7 of the head 6, which is located on the underside, is thereby inserted into the hole of the fixing flange 4 indicated by 16.

25 Zoals uit de verhoudingen van figuur 1 duidelijk zal zijn, kan het steigerelement 2 daarbij ook stabiel worden vastgehaakt aan het verticale steigerelement 1 indien de bevestigingshuls 11 nog niet is aangebracht. Het steigerelement 2 hangt daarbij enigszins schuin, zodanig dat het oppervlak 9 van de zich aan de onderzijde bevindende bevestigingsnok 7 komt aan te liggen tegen de 30 betreffende rand van het gat 16.As will be clear from the proportions of figure 1, the scaffolding element 2 can also be hooked stably to the vertical scaffolding element 1 if the mounting sleeve 11 has not yet been fitted. The scaffolding element 2 then hangs slightly at an angle, such that the surface 9 of the mounting cam 7 located at the bottom comes to bear against the relevant edge of the hole 16.

Vervolgens wordt het steigerelement 2 in de horizontale positie gebracht, bijvoorbeeld door opligging van zijn andere eind op de flens van een (niet getoonde) ander verticaal steigerelement 1, waarna de bevestigingshuls 11 wordt aangedraaid.Subsequently, the scaffolding element 2 is brought into the horizontal position, for example by placing its other end on the flange of another vertical scaffolding element 1 (not shown), after which the fastening sleeve 11 is tightened.

1010826 41010826 4

Het inwendige oppervlak van het conische gedeelte 13 komt daarbij in aanraking met het afgeschuinde oppervlak 10 van de zich aan de bovenzijde bevindende bevestigingsnok 8. Dat is natuurlijk ook het geval bij eventuele verdere aan deze flens 4 gehaakte steigerelementen 2.The internal surface of the conical part 13 thereby comes into contact with the chamfered surface 10 of the mounting cam 8 located at the top. This is of course also the case with any further scaffolding elements 2 hooked to this flange 4.

5 Bij verdere verdraaiing, bijvoorbeeld door aangrijping van een gereedschap op de vleugels 17 van de bevestigingshuls 11, wordt een stevige inklemming van de kop 6 van het steigerelement 2 verkregen, waarna de bevestiging gereed is.Upon further rotation, for example by engagement of a tool on the wings 17 of the mounting sleeve 11, a firm clamping of the head 6 of the scaffolding element 2 is obtained, after which the mounting is ready.

In het aanzicht van figuur 2 is weergegeven dat elke bevestigingskop 3 een apart element is, bijvoorbeeld een gietstuk. Dit gietstuk bezit een schort 18, dat is 10 gestoken in een pijpstuk 19 van het steigerelement 2 zoals aangegeven in figuur 1 en 2.In the view of figure 2 it is shown that each fixing head 3 is a separate element, for instance a casting. This casting has an apron 18, which is inserted into a pipe piece 19 of the scaffolding element 2 as shown in figures 1 and 2.

In de groef 21 tussen de bevestigingskop 3 en het pijpstuk 19 kan vervolgens een las 20 worden gelegd, zoals weergegeven in figuur 1.A weld 20 can then be placed in the groove 21 between the mounting head 3 and the pipe piece 19, as shown in figure 1.

In het bovenaanzicht van figuur 3 is getoond dat de bevestigingsflens een 15 achttal gaten kan bezitten. De platte kop 6 loopt enigszins nauwer wordend toe, zodanig dat meerdere kopen direct naast elkaar op de flens 4 kunnen worden aangebracht.In the top view of figure 3 it is shown that the mounting flange can have eight holes. The flat head 6 tapers somewhat narrower, such that several buys can be arranged directly next to each other on the flange 4.

Opgemerkt wordt dat de bevestigingsnokken 7 binnen de door het pijpstuk 19 bepaalde contour blijven, waardoor de steigerelementen 2 direct tegen elkaar kunnen 20 worden gestapeld. Dit levert een plaatsbesparing en een grote stabiliteit op.It is noted that the mounting cams 7 remain within the contour determined by the pipe piece 19, so that the scaffolding elements 2 can be stacked directly against each other. This provides space savings and great stability.

10108261010826

Claims (7)

1. Steigersysteem, omvattende verticale steigerelementen (1) die elk tenminste een vaste, rondlopende flens (4) bezitten die meerdere bevestigingsgaten (16) bezit, 5 alsmede dwars ten opzichte van de verticale steigerelement lopende steigerelementen (2) die aan beide einden bevestigingsmiddelen (7) bezitten die in samenwerking gebracht kunnen worden met de bevestigingsgaten (16) der flenzen (4), met het kenmerk dat de bevestigingsmiddelen (3) van elk dwars lopende steigerelement (2) ter weerszijden daarvan uitsteeksels, zoals pennen, nokken (7, 8) e.d. omvatten 10 waarvan telkens een steekbaar is in een bevestigingsgat (16) van een flens van een verticaal steigerelement (1), en waarvan de ander opneembaar is binnen een bevestigingshuls (11) die verschuifbaar is opgenomen op dat verticale steigerelement (1), zodanig dat het betreffende eind van het dwars lopende steigerelement (2) opsluitbaar is tussen die huls (11) en die flens (4). 15Scaffolding system, comprising vertical scaffolding elements (1), each of which has at least one fixed, round flange (4) which has a plurality of mounting holes (16), and also scaffolding elements (2) running transversely to the vertical scaffolding element, which fasteners at both ends ( 7) which can be brought into engagement with the mounting holes (16) of the flanges (4), characterized in that the mounting means (3) of each transverse scaffolding element (2) have projections on either side thereof, such as pins, cams (7, 8) and the like 10, each of which can be plugged into a mounting hole (16) of a flange of a vertical scaffolding element (1), and the other of which can be accommodated within a mounting sleeve (11) slidably received on that vertical scaffolding element (1) such that the respective end of the transverse scaffolding element (2) is lockable between said sleeve (11) and said flange (4). 15 2. Steigersysteem volgens conclusie 1, waarbij elke huls (11) aan zijn naar de bijbehorende flens (4) gekeerde eind een conisch uitlopend deel (13) bezit, welk conisch deel (13) aangrijpt op een uitsteeksel (8).Scaffolding system according to claim 1, in which each sleeve (11) has a conical flared part (13) at its end facing the associated flange (4), which conical part (13) engages a projection (8). 3. Steigersysteem volgens conclusie 2, waarbij elk uitsteeksel (7, 8) een afgeschuind oppervlak (10) bezit dat in samenwerking gebracht kan worden met het conische deel (13) van de huls (11).Scaffolding system according to claim 2, wherein each projection (7, 8) has a chamfered surface (10) that can be brought into engagement with the conical part (13) of the sleeve (11). 4. Steigersysteem volgens conclusie 2 en 3, waarbij de dwars lopende 25 steigerelementen (2) en pijp (19) omvatten, en de bevestigingsmiddelen (3) daarvan een platte kop (6) bezitten aan beide zijden waarvan een afgeschuinde nok (7, 8) uitsteekt, welke nokken (7, 8) liggen binnen de door de pijp (19) bepaalde omtrekscontour.Scaffolding system according to claims 2 and 3, wherein the transverse scaffolding elements (2) and pipe (19), and their fastening means (3) have a flat head (6) on both sides of which a chamfered cam (7, 8) ), which cams (7, 8) lie within the peripheral contour defined by the pipe (19). 5. Steigersysteem volgens conclusie 3 of 4, waarbij elke nok (7, 8) met enige speling past in een gat (16) van de flens (14), zodanig dat een dwars lopend steigerelement (2) vastgehaakt kan worden aan het betreffende verticale steigerelement (1). 1010826Scaffolding system according to claim 3 or 4, wherein each cam (7, 8) fits with some play in a hole (16) of the flange (14), such that a transverse scaffolding element (2) can be hooked to the respective vertical scaffolding element (1). 1010826 6. Steigersysteem volgens één der voorgaande conclusies, waarbij elke huls (11) aan zijn van de bijbehorende flens (4) afgekeerde eind een schroeflijnvorm (14) heeft, en het betreffende verticale steigerelelment (1) een aanslag (15) heeft waarlangs het schroeflijnvormige eind (14) draaibaar is voor het bij draaiing naar die 5 flens (11) dringen van de huls (11).Scaffolding system according to any one of the preceding claims, wherein each sleeve (11) has a helical shape (14) at its end remote from the associated flange (4), and the respective vertical scaffolding element (1) has a stop (15) along which the helical the end (14) is rotatable for urging the sleeve (11) towards that 5 flange (11). 7. Steigersysteem volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de bevestigingsmiddelen (3) der dwars lopende steigerelementen (2) een afzonderlijk onderdeel, zoals een gietstuk, vormen dat door middel van een las (20) is bevestigd 10 aan een pijp (19). 1010826Scaffolding system according to any one of the preceding claims, wherein the fastening means (3) of the transverse scaffolding elements (2) form a separate part, such as a casting, which is attached to a pipe (19) by means of a weld (20). 1010826
NL1010826A 1998-12-16 1998-12-16 Scaffolding system which has no loose pieces and can be erected without tools, wedges or pins NL1010826C2 (en)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1010826A NL1010826C2 (en) 1998-12-16 1998-12-16 Scaffolding system which has no loose pieces and can be erected without tools, wedges or pins

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1010826A NL1010826C2 (en) 1998-12-16 1998-12-16 Scaffolding system which has no loose pieces and can be erected without tools, wedges or pins
NL1010826 1998-12-16

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1010826C2 true NL1010826C2 (en) 2000-06-19

Family

ID=19768326

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1010826A NL1010826C2 (en) 1998-12-16 1998-12-16 Scaffolding system which has no loose pieces and can be erected without tools, wedges or pins

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1010826C2 (en)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN116163501A (en) * 2023-04-23 2023-05-26 扬州扬工机械有限公司 Scaffold frame

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2186042A5 (en) * 1972-05-24 1974-01-04 Nicostrate Arma D
NL7313914A (en) * 1973-10-10 1975-04-14 Stalen Steiger Holland B V CONNECTION CONSTRUCTION FOR A TUBULAR ER OR SCOPE.
GB2028961A (en) * 1978-08-21 1980-03-12 Venning C A scaffolding frame structure
NL8600867A (en) * 1986-04-04 1987-11-02 Petrus Johannes Lambertus De L Scaffolding member coupling clamp - has coarse pitch screw thread on upright for rotary clamping member
NL192624C (en) 1984-02-29 1997-11-04 Layher Ulrich Scaffolding consisting of metal pipes.

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2186042A5 (en) * 1972-05-24 1974-01-04 Nicostrate Arma D
NL7313914A (en) * 1973-10-10 1975-04-14 Stalen Steiger Holland B V CONNECTION CONSTRUCTION FOR A TUBULAR ER OR SCOPE.
GB2028961A (en) * 1978-08-21 1980-03-12 Venning C A scaffolding frame structure
NL192624C (en) 1984-02-29 1997-11-04 Layher Ulrich Scaffolding consisting of metal pipes.
NL8600867A (en) * 1986-04-04 1987-11-02 Petrus Johannes Lambertus De L Scaffolding member coupling clamp - has coarse pitch screw thread on upright for rotary clamping member

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN116163501A (en) * 2023-04-23 2023-05-26 扬州扬工机械有限公司 Scaffold frame

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US11473318B2 (en) Interlocking work platform system and method
US6019546A (en) Support for load transfer device for concrete constructions
WO1995026305A1 (en) Pallet
US10876306B2 (en) Bridge overhang bracket assembly
NL1010826C2 (en) Scaffolding system which has no loose pieces and can be erected without tools, wedges or pins
NL2006450C2 (en) Standard and ledger of a scaffolding system, and method for erecting the same.
US2928443A (en) Scaffold clamp
US6354758B1 (en) Connector assembly for connecting walk boards
US2255270A (en) Pole splice clamp
NL1018811C2 (en) Construction of corner parts for a box.
NL8400882A (en) CONNECTION BETWEEN A TUBE AND AN ANGLE INCLUDING AN ANGLE OR OTHER TUBE.
US5287947A (en) Vertical support grid system
NL8600407A (en) SYSTEM SCAFFOLD.
US9556606B2 (en) Apparatus for supporting stay-in-place metal decking forms
US4463925A (en) Concrete form structure including one-way escape hinge
NL1032886C1 (en) Fence assembly method, involves aligning stop portions on uprights inside horizontal bar and then engaging these portions with fixing part
US5263598A (en) Storage rack
NL2027846B1 (en) Device and method for shielding plug ends, and support element for such a device.
NL9400558A (en) Device for connecting together adjoining, walkable construction parts provided with walking and working surfaces.
NL2003841C2 (en) SCAFFOLDING, LEADING HANDRAIL AND HOOK BODY.
BE905030A (en) Concrete formwork coupling piece - has two parts with positioning devices engaging together in different settings
NL2007959C2 (en) FENCE PART FOR A TALUD, FENCE AND METHOD FOR THIS.
NL1021361C2 (en) Scaffolding pole clamp, includes saddle part with connecting piece integrally joined to saddle edge
DE59406467D1 (en) Bar rust
NL1022973C2 (en) Pipe hanger.

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20030701