BE1029598B1 - Verharde weg, wegdekplaat en werkwijze voor het leggen van een verharde weg - Google Patents

Abstract

Beschreven wordt een verharde weg (1) met een wegrichting en opgebouwd uit in de wegrichting elkaar opvolgende wegdekplaten (2, 3) en tussen elkaar opvolgende wegdekplaten liggende kunststof profielen (4), waarbij de twee elkaar opvolgende wegdekplaten bij hun tegenoverliggende einden (5, 6) zijn voorzien van ten minste een respectievelijke groef (7), en waarbij het kunststof profiel zich uitstrekt in de respectievelijke groeven voor het vormen van een messing en groef vormige verbinding (8), welke verbinding twee elkaar opvolgende wegdekplaten koppelt voor het vormen van de verharde weg, welke verharde weg een wegdekzijde (9) en een onderzijde (10) gelegen tegenover de wegdekzijde omvat, met het kenmerk dat de groef zodanig is gerangschikt tussen de wegdekzijde en de onderzijde dat een tweede groefvormende rand (11) bij de wegdekzijde eerder bezwijkt dan een eerste groefvormende rand (12) bij de onderzijde. Voorts wordt een wegdekplaat en een werkwijze beschreven voor het leggen en het onderhoud van een dergelijke verharde weg.

Description

t BE2022/5682

Verharde weg, wegdekpiaal en werkwijze voor het leggen van een verharde weg

TECHNISCH GEBIED VAN DE UITVINDING

De uitvinding heeft betrekking op een verharde weg met een wegrichting en opgebouwd uitin de wegrichting elkaar opvolgende wegdekplaten en tussen elkaar opvolgende wegdekplaten liggende kunststof profielen, waarbij de twee elkaar opvolgende wegdekplaten bij hun tegenoverliggende einden zijn voorzien van een respectievelijke groef, en waarbij het kunststof profiel zich uitstrekt in de respectievelijke groeven voor het vormen van een messing en groef vormige verbinding, welke verbinding twee elkaar opvolgende wegdekplaten koppelt voor het vormen van de verharde weg. Een verharde weg volgens de uilvinding heeft een wegrichting en is opgebouwd zijn uit in de wegrichting elkaar opvolgende wegdekpiaten In het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op een fietspad of een voelpad. De uitvinding heeft verder betrekking op een wegdekpiaat en on werkwijze voor het leggen van een verharde weg, aismeds op een werkwijze voor het onderhoud van sen dergelijke verharde weg.

ACHTERGROND VAN DE UITVINDING

Een verharde weg van de bovengenoemde soort is bekend uit NL2005405, De verharde weg omvalt een wegdekzijde en een onderzijde gelegen tegenover de wegdekzijde waarbij in een voordelige uiivoeringsvorm de groef zodenig is gerangschikt lussen de wegdekzijde en de onderzijde dat sen cerste grosfvormende rand bij de onderzijde eerder bezwijkt dan een tweede grosfvormende rand pij de wegdekzijde. De afstand van de groef tot de wegdekzijde is hiertoe groter den de afstand van de groef tot de onderzijde. Dit borgt verder dat de cerste groefvormende rand bij de onderzijde serder bezwijkt dan de iweede grosfvormende rand bij de wegdekzijde. Dit zou het voordeel bieden dat bij overbelasting van het wegdek, met name op afstand van de verbindingen tussen de wegdekplaten, aliijd de grosfvormende rand bi de onderzijde bezwijkt Dit zou voorkomen dal sen rand of richel ontslaal aan de wegdekzijde wat ongemak oplevert voor gebruikers of zelfs tot onveilige situaties leidt Gebleken is echter dat er bij breuk van de onderrand evengoed randen en richels oristaan. Wanneer wegdekplaten van een dergelijke verharde weg worden overbelast dan breekt door de neerwaarise kracht die op de betreffende wegdekplaat word! uiigeoefend de onderrand van de naburige wegdekpiaat, met ais gevolg dat de belaste piaat vrij in de ondergrond kan worden gedrukt waardoor er sen riche! tussen beide platen zal ontstaan.

Er is echter sen groter probleem bij sen dergelijke verharde weg. Door namelijk de onderrand zwakker uit te voeren dan de bovenrand, zal de onderrand preferentieel breken, met als gevolg dat met de schade niet kan waarnemen; het wegdek blijft ogenschijnlijk onbeschadigd. Daardoor kunnen gevaarlijke en ongewenste situaties ontstaan. Het is belangrijk om mogelijke schade aan het wegdek door bijvoorbeeld overbelasting van boven af meteen waar te nemen. In het bovenbeschreven geval zijn dergelijke schades niet zichtbaar; dat levert

° BE2022/5682 weliswaar een visueel beter beeld op, maar zorgt ook de onzekerheid of er schade aan de weg is, omdat de gebreken onopgemerkt blijven.

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING

De uitvinding beoogt bovengenoemd probleem op te lossen en wordt daartoe gekenmerkt doordat de groef zodanig is gerangschikt tussen de wegdekzijde en de onderzijde dat een tweede groefvormende rand bij de wegdekzijde eerder bezwijkt dan een eerste groefvormende rand bij de onderzijde.

In deze uitvoeringsvorm zullen de bovenranden bij belasting eerder bezwijken dan de niet zichtbare onderranden. Bovendien zullen de verbindingen juist minder snel bezwijken wanneer door wortelgroei onder de wegdekplaten de platen plaatselijk naar boven worden gedrukt. In plaats van het breken van de verbinding, blijven de platen met elkaar verbonden en zullen gezamenlijk naar boven worden bewogen. De wegbeheerder kan dan snel een oordeel vellen omtrent de omvang van de worteldruk en kunnen bepalen of herplaatsen van de platen nodig is, of dat men een hobbel in de weg voor lief neemt. in ieder geval blijven de platen in dit geval heel. Voorts is het veel eenvoudiger om een schade vast te stellen en tijdig adequate actie te nemen.

In een uilvoeringsvorm van de verharde weg heeft de verbinding lussen twee opeenvolgende wegdekpiaien van een zijkant van de verharde weg naar de legenovergelegen zijkant van de verharde weg de vorm van een crkelboog. Dit maakt net leggen van een bocht in de weg des te eenvoudiger. In een uiivoerng is de eerste zijkant langs de wegdekzijde bolrond en de tegenovergelegen zijkant langs de wegdekziide hoirond is. Het kunststof profiel heeft Dil voorkeur een zodanige flexibiliteit dat deze de vorm van de cirkelboog Kan aannemen.

In een uiivoeringsvorm van de verharde weg is de messing en groef vormige verbinding halfrond, De halfronde vorm staat sen licht onderling scheefstand toe van wegdekplaten ien opzichte van de weg.

In een uitvoeringsvonn van de verharde weg heeft een dwarsdoorsnede van het kunststof profiel in de wegrichting een van de eerste zijkant gekeerde zijde die halfrond is. in sen uitvoeringsvorm van de verharde weg, heeft sen dwarsdoorsnede van het kunststof profiel in de wegrichting een van de earste zlikant gekeerde zijde die trapeziumvormig is. De versmalling zorgt ervoor dat de messing sneller gedeslteijk in de grosf gepositioneerd kan worden om vervolgens met het bredere gedeelie ook in de groef geschoven te worde in een uilvoeringsvorm van de verharde weg, heeft sen dwarsdoorsnede van hel kunststof profiel in de wegrichting een van de eerste zijkant gekeerde zijde die driehoekig is.

In een uitvoeringsvorm van de verharde weg heeft de grosf een vorm die overeenstemt met het kunststof profiel.

In sen volgende uitvoeringsvorn omvat het profiel een zich over de lengte van het profiel uitstrekkende vleugel die zich wanneer het profiel in sen groef van een wegdekplaal is genlaalst

3 BE2022/5682 zich naar boven of naar beneden oe toi voorbij de groef uitstrekl Een dergelijke vleugel! fungeert zodoende als afstandhouder tussen de twee wegdekplaten, Bij voorkeur omvat een profiel twee tegenover elkaar iggende zich over de lengte van het profiel uiistrekkende vieugels die zich wanneer het profiel in een groef van een wegdek plaat is geplaatst zich naar boven en naer beneden toe tot voorbij de groel uitstrexken,

De gezamenlijke lengte van de profielen van de verbinding komt bij voorkeur overeen met 50 - 100% van de gehele breedte van de verharde weg, met meer voorkeur 50 — 85% of zelfs 60 - 75%. Het is gebleken dat een dergelijke verbinding voldoende stevig is, ook bij hoge belasting van hel wegdek,

Er wordt bovendien niet alleen materiaal bespaard, maar wordt ook het plaatsen en het onderhoud van de verharde weg aanzienlijk vereenvoudigd. Bij het plaatsen hoeft men niet heel precies de lengte van het profiel op de breedte van de wegdekelementen af te stemmen, maar kan men volstaan met het plaatsen van ten minste twee afzonderlijke profielen. door de geringere lengte ervan zijn deze veel handzamer en kunnen deze met aanzienlijk minder moeite in de groef van een wegdekplaat worden geplaatst.

Het voordeel wordt nog groter bij het onderhoud. In plaats van een profiel met volledige lengte vanaf een zijde zijdelings in de groeven van tegen elkaar aan liggende wegdekplaten te drijven wordt er bij het indrijven van afzonderlijke profielen van een geringere lengte veel minder weerstand ondervonden en kan men desgewenst vanaf twee kanten tegelijk de verbinding tussen de wegdekplaten herstellen, hetgeen een aanzienlijke besparing in tijd en energie met zich meebrengt. in sen voordelige uitvoeringsvorm strekken de ten minste twee kunststof profielen zich op afstand van elkaar in de groeven uit. Het is namelijk niet nodig gebleken om de profielen op elkaar aan te laten sluiten. Het is weliswaar wel mogelijk om de profielen bijvoorbeeld bij vervangen van een wegdekplaat vanaf een enkele zijde achtereenvolgens in de groeven aan te brengen, waarbij een later ingebracht profiel het eerder ingebrachte profiel bij inbrengen verder door de groeven duwt. De profielen zullen in dit geval echter niet tot de rand van de wegdekelementen worden gedreven, maar zullen doorgaans tot op een afstand van de rand worden geplaatst die 7,5 — 25% van de totale breedte van het wegdekelement bedraagt. Met voordeel worden de ten minste twee profielen echter vanaf beide zijden in de groeven gedreven, zodanig, dat de profielen zich op afstand van elkaar in de groeven bevinden.

De afstand tussen de ten minste twee kunststof profielen bedraagt bij voorkeur 15 - 50 cm.

De ten minste twee profielen hebben bij voorkeur eenzelfde lengte, die bij voorkeur een meter bedraagt. Een dergelijke lengte is van voordeel gebleken, omdat de wegdekelementen doorgaans 3 — 5 meter breed zijn. Voor een verbinding van een wegdek met een breedte van drie meter zijn dan twee profielen van een meter nodig, die dan bij voorkeur op 30 - 40 cm van de beide randen van de wegdekelementen en van elkaar worden geplaatst. Bij een

* BE2022/5682 wegdekbreedte van 5 meter worden met voor 4 profielen van een meter toegepast, waarbij de afstand tussen de profielen onderling en tot de rand van de wegdekelementen 15 — 25 cm bedraagt. Bij het vervangen van de platen en het vanaf beide zijden indrijven van de profielen zullen de afstanden tot de randen van de wegdekelementen met voordeel 25 — 40 cm bedragen, waarbij er twee profielen paarsgewijs tegen elkaar aanliggen, en waarbij de afstand tot het profielpaar dat vanaf de andere zijde in de groeven is gedreven dan 20 — 50 cm bedraagt.

Doordat de messing in de groef bijft liggen onder alle normale bedrijfsomslandigheden kunnen opeenvolgende platen niet In verticale richiing len opzichte van elkaar bewegen. Bij gebruik van bijvoorbeeld beton heeft deze verbinding tevens als voordeel dat deze steviger is dan een pen en gat verbinding die bijvoorbeeld aan beide zijden van het wegdek zijn aangebracht Verder kan het kunststofprofiel een geïntegreerde dialatievoeg voor hel opvangen van krimp en uitzetting van de wegdekpiaten in de wegrichtijng vormen. Bovendien vormit het kunststoforofiel sen barrière voor onkruidzaden onder en boven het kunsistofnprofiel

Doordat wegdekplaten bij hun tegenovertiggende einden zijn voorzien van sen respectevelijke groef is er maar een type wegdekplaat nodig om een hoeveelheid wegdekpiaten opeenvolgend te leggen. Bovendien is de or&ntalis van een wegdekplael in de wegrichting tijdens hel leggen niet van belang.

De uitvinding heeft eveneens betrekking op een wegdekplaat die geschikt is voor een verharde weg zoals hierboven beschreven, in het bijzonder een fietspad, waarbij de wegdekplaat aan tegenoverliggende liggende uiteinden is voorzien van ten minste een respectievelijke groef geschikt voor een kunststof profiel om zich in de betreffende groef uit te strekken tot een messing en groefverbinding waarbij de wegdekplaat een wegdekzijde en een onderzijde omvat tegenover de wegdekzijde, waarbij de groef tussen de wegdekzijde en de onderzijde is aangebracht, met het kenmerk dat de afstand van de groef tot de wegdekzijde kleiner is dan de afstand van de groef tot de onderzijde zodat een tweede groefvormende rand in de wegdekzijde eerder bezwijkt dan een tweede groefvormende rand in de onderzijde.

De ten minste ene groef strekt zich bij voorkeur uit over 50 -100%, met meer voorkeur over 50 — 85% van de gehele breedte van de wegdekplaat uit.

De uitvinding beoogt bovengencemd probleem op te heffen en wordt deartce gekenmerkt! doordat dat de verbinding ten minste twee afzonderlijke kunststof profielen omvat, waarbij de gezamenlijke lengte van de profielen van de verbinding overeenkomt met 50 - 85% van de gehele breedte van de verharde weg.

De verharde weg omvat sen wegdekzijde en sen onderzijde gelegen tegenover de wegdekzijde waarbij in sen uiivoerngsvorm de groef zodanig is gerangschikt lussen de wegdekziide en de onderzijde dat sen eerste grosfvormende rand bij de onderzijde eerder bezwijkt dan een tweede groefvormende rand bij de wegdekzijde, Dit biedt het voordeel dat Di; overbelasting van het wegdek, met name op afstand van de verbindingen lussen de

° BE2022/5682 wegdekpiaten, aitiid de groefvormende rand bij de onderzijde bezwijkt Dit voorkomt dat een rand of riche! onistaat aan de wegdekziide wat ongemak oplevert voor gebruikers of zelfs tot onveilige situaties leid. Opgemerkt dient echter te worden dat bij de keuze van het materiaal voor de wegdekpiaien veelal gekozen wordt voor een stijf maieriasi en dat de afmetingen van de wegdekpiaten dusdanig zijn dal bij overbelasting van het wegdek de platen doorgaans OD een andere plaats dan bij de verbinding zichtbaar doorbreekt. Men dient de ondergrond derhalve goed voor te bereiden om ook bestand te zijn tegen overbelasting. in een uilvoerngsvorm van de verharde weg is de afstand van de groef toi de wegdekzhide groter is dan de afstand van de groef tot de onderzijde. Dit borgt verder dat de serste groeïvormence rand bil de onderzijde eerder bezwijkt dan de tweede groefvormende rand bij de wegdekzijde.

De uilvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het leggen van sen verharde weg omvallende de slappen van! {a} verschaffen van wegdekplaten zoals hierboven beschreven; {D} het leggen van een eerste wegdekplaat; {c} het aanbrengen van ten minste twee kunststof profielen in de groef van de eerste wegdekplaat welk profiel een messing vormt voor het vormen van een messing en groef vormige verbinding, {d} het leggen van een tweede wegdekplaat naast de eerste wegdekplaat in messing en groef vormige verbinding met de eerste plaat.

De profielen kunnen in stap (c) in de groeven gedrukt alvorens de platen met elkaar worden verbonden. Zo kunnen de profielen in de groef van de vrije zijde van een reeds geplaatste wegdekplaat worden geplaatst, waarna een volgende wegdekplaat tegen genoemde eerdere plaat wordt geschoven, waarbij de verbinding tussen de platen wordt bewerkstelligd doordat het profiel passend in de groef van de nieuw geplaatste plaat wordt opgenomen. De profielen worden bij voorkeur op afstand van elkaar en van de zijkanten van het wegdek in de platen geplaatst. het is ook mogelijk dat de profielen na het plaatsen van de platen zijdelings in de groeven worden gedreven om zodoende de verbinding tussen te wegdekplaten te vormen.

De gezamenlijke lengte van de profielen van de verbinding komt bij voorkeur overeen met 50 - 100%, met meer voorkeur met 50 — 85% van de gehele breedte van de verharde weg.

De uitvinding heeft verder betrekking op sen werkwijze voor onderhoud van sen verharde weg volgens de uitvinding, omvattende de stappen: (a) het verbreken van de verbinding tussen twee met elkaar verbonden wegdekplaten door het langs de naad tussen de twee wegdekplaten doorzagen van de ten minste twee kunststof profielen, (b) opheffen van ten minste een van de wegdekplaten van stap (a), (c) het uit de groeven van de twee wegdekplaten verwijderen van de in stap (b) doorgezaagde kunststof profielen

© BE2022/5682 (d) terugplaatsen van de wegdekplaat, dan wel van een vervangende wegdekplaat, (e) zijdelings vanaf ten minste een zijde van de wegdekplaten indrijven van de ten minste twee tussenliggende kunststof profielen in de groef van de wegdekplaat, waarbij de totale lengte van de kunststof profielen overeenkomt met 50 — 100% van de breedte van de verharde wegdekplaten.

Onderhoud aan de verharde weg is volgens deze werkwijze meer senvoudig en kostengunstg omdat geen breskwerk nodig is en daarmee ook de kans vermindert dat naastliggende wegdekplaten cok beschadigd worden. in step (€ worden de verschillende profielen bij voorkeur vanal beide zijden In de groeven van de wegdekpilaten gedreven, zoais hierboven reeds is uiteengezet.

KORTE BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN

De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van de volgende figuren, waarbij dezelfde referentieciifers dezelfde of vergelijkbare delen aanduiden, en waarin:

Figuur 1 schematisch een zijaanzicht van sen verharde weg uit de stand van de techniek toont;

Figuur 2 schematisch een deel toont van de uitvoering uit figuur 7;

Figuur 3 schematisch een zijaanzicht van een verharde weg volgens de uitvinding toont,

Figuur 4 is een bovenaanzicht van een uiivoering van figuur 2.

BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN

Figuur 1 toont schematisch een zijaanzicht in doorsnede van een verharde weg uit de stand van de techniek, serste uiivoeringsvorm van een verharde weg 1 volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont schematisch een deel van de uitvoering uit figuer 1, Figuur 3 toont sen wegdek volgens de uitvinding, waarbij dezelfde verwijzingscifer zijn gebruikt ais in figuren 1 en 2.

Getoond is een verharde weg 1 mel een wegrichijng. De verharde weg is opgebouwd uit in de wegrichting elkaar opvoigende wegdekplalen 2, 3. De verharde weg 1 kan zijn sen fietspad of voelpad, maar de verharde weg volgend de uiivinding is niet beperkt tot deze soorten wegen. De verharde weg 1 bestast uit opeenvoigende afzonderlijk wegdeknlaten 2, 3.

De wegdekpiaten 2,3 zijn bij voorkeur gemaakt van beton maar kunnen 8 ook gemaak! worden van andere materizien die geschikt zijn voor het vervaardigen van cen wegdekpiaat 2, 3. Ook kan er biologisch materiaal aan het wegdekmateriaal worden ivegevosgd, zoals miscanthus of delen daarvan,

Tussen eikaar opvolgende wegdekplaten 2, 3 liggen een of meer kunststof profielen 4 voor het verbinden van naastiggende wegdekplaten 4. De kunststof profieien vangen dilatatie cp en voorkomen onderling verzakken van de wegdekplaten 2,3. De kunststof profielen 4 strekken zich gezamenijk uit over de gehele breedie van de verharde weg 1 uit, of over sen gedeelte daarvan. De twee elkaar opvolgende wegdekpiaten 2, 3, zijn bij hun

/ BE2022/5682 tecenoverliggende einden 5, © voorzien zijn van sen respectievelijke groef 7 voor het daarin conemen van de kunststof profisien 4. De kunstslof profielen 4 strekken zich uit in de respectievelijke groeven 7 voor het vormen van een 10 messing en groef vormige verbinding 8.

Deze verbinding 8 koppelt twee eikaar opvolgende wegdekplaten 2, 3 voor het vormen van de verharde weg 1.

De verharde weg heef een wegdekzijde 9 en sen onderzijde 10 gelegen tegenover de wegdekzijde 5 In figuren 1 en 2 is de groef 7 is zodanig gerangschikt tussen de wegdekzijde 9 en de onderzijde 10 dat bij overbelasting van het wegdek sen eerste grosfvormende rand 12 bij de onderzijde 10 eerder bezwijkt den een lweede groefvormende rand 11 bij de wegdekzijde 9. Daarice is hier de afstand van de groe’ 7 toi de wegdekzijde 9 groter dan de afstand van de groef 7 tot de onderzijde 10. In het wegdek volgens de uitvinding daarentegen is de groef 7 zodanig gerangschikt iussen de wegdekzijde 9 en de onderzijde 10 dat bij overbelasing van het wegdek sen tweede groefvormende rand 11 bij de wegdekzijde 10 eerder bezwijkt dan een eerste groefvormende rand 12 bij de onderzijde 9. Daartoe is de afstand van de groef 7 tot de wegdekzijde 9 keiner dan de afstand van de groef 7 tot de onderzijde 10.

Het is denkbaar dat de verbinding © tussen twes opeenvolgende wegdekpiaten 2, 3 van de zijkant 5 van de wegdekpiaat 2, naar de tegenovergelegen zijkant S van de wegdekplaal 3 de vorm heeft van sen cirkelboog. Mogelijk is een zijkant 5 langs de wegdekzijde bolrond en is de tegenovergelegen zijkant S langs de wegdekzijde hoirond. Voor het koppelen van deze wegdekplaten met een cirkelboog is de messing en groef 25 vormige verbinding S halfrond.

De kunststof profielen d hebben een dwarsdoorsnedecpperviak in de wegrichting een van de eerste zijkant! gekeerde zijde heef die trapeziumvormig is. Deze trapeziumvorm vergemakkeliiki het wegzwenken van de wegdekplaat 2 om de kunststof profielen 4. De dwarsdoorsnede van de kunststof profieien 4 stemmen oversen met die van iwes tegenoverlggende groeven 7 voor het vormen van de messing en groef vormge verbinding 8,

Andere vormen dan trapeziumvormig zijn overigens denkbaar, zoals halfrond en driehoekig.

Van belang is dat de groef 7 sen vorm heeft die overeenstem! met die van de kunststof profielen 4 zodanig dat de wegdekplaten 2, 3 zijn verbonden voor het vormen van een wegdek,

De afstand van de groef 7 tot de wegdekzijge 9 is in de verharde weg volgens de uitvinding kleiner dan de afstand van de groef 7 tol de onderzijde 10. Hierdoor is het deel 11 van de grosikant boven de groet 7 dunner dan hel deel 12 van de groefkant onder de groef 7.

Bij te grote spanningen lussen opeenvolgende platen zal normaal gesproken eerst deel 11 van de bovenste grosfkant afbreken en is daarmee ondubbelzinnig zichtbaar In sen uiivoeringsvorm heef het deel 11 een hoogle van minimaal 1,5 cm en des! 12 een hoogte van 2,5em In een andere uityceringsvorm heeft deel 11 sen hoogte van 2,5 om en deel 12 sen hoogte van 5 cm,

Tijdens het leggen van de wegdekpiaten 2, 3 is het van belang dat de belden zijkanten 5, © niet botsen om schade te voorkomen, Hiertoe is kan een afstandhouder 12 zijn voorzien

© BE2022/5682 tussen de beide zijkanten 5, 8, hier bil de wegdekzijde van de wegdekplaten uit de stand van de techniek weergegeven, Om schade des te meer te voorkomen is aan de zijkanten 5, 6 bij de onderzijde 10 van de 15 wegdekplaten 2, 3 cen afschuining 14 aangebracht om contact! {ussen de beiden wegdekplaten 2, 3 des te meer te voorkomen, De afstandhouder 13 heeft hier een dusdanige breedle, bijvoorbeeld 2 mm, dat hei mogelijk is de kunstsiof profielen 4 door midden te zagen hetgeen sen extra mogelijkheid biedt om een wegdekplaat 2 te verwijderen mede in combinatie met het feit dat de kunststof profieien 4 afzonderlijk delen zijn, In de in figuur 3 getoonde uitycernasvorm volgens de uitvinding omvat het kunststof profiel twee zich over de lengte van het profiel uilstrekkende vleugels 4A die zich naar boven en naar beneden toe tot voorbij de groef uitstrekken, Deze vleugels werken als afstandhouders tussen de wegdekplalen 2, 3. De afstandhouders hebben bij voorkeur een dusdanige breedte, bijvoorbeeld 3 mm, dat het mogelijk is de kunsisiof profielen 4 door midden te zagen. \Vegdekniaten 2, 3 voor sen Telspad kunnen sen breedte hebben ven bijvoorbeeld 2, 3, 4 of 5 meter en een lengte van 3 - 4 meter of meer.

In figuur 4 wordt sen bovenaanzicht getoond van twee met elkaar verbonden wegdekdslen 2, 3. Omdat er geen afzonderlijke afstandhouder is geplaatst zijn de onderscheidentiike profielen 4 zichtbaar. Het is yitersard mogelijk om een dergelijke afstandhouder zoals getoond in figuur 1 ie plasisten, welke afstandhouder zich over in hoofdzaak de volledige bresdte B van de wegdekpiaten kan uitstrekken, om zoals reeds genoemd te naad tussen de wegdekplaten te dichten en zo te voorkomen dat onkruid tussen de pialen omhoog schiet, Breedte B van het wegdekelement komt overeen met de breedte van de verharde weg. Lijn X - X toon! de plaals waar de dwarsdoorsnede van figuur 1 is genomen, Het is duidelijk zichtbaar dat de profielen op afstand van elkaar in de groeven van de wegdekpialen zijn geplaatst, waarbij het weergegeven geval zi naar gelang de gehanteerde schaal kan duiden opeen verharde weg met een breedte B van 3 meter dan wel 5 meter. In het geval van sen breedte van 2 meter zijn er twee profielen van telkens 1 meter op afsiand van elkaar genlaalst, waarbij de afstand tot eikaar en tot de rand van de wegdekplalen 30-40 om bedraagt. Het weergegeven geval kan ook duiden op sen verharde weg met een breedte B van 5 meter, waaraan onderhoud is uigevoerd. Van beide zijden zijn telkens twee profielen van 1 meter paarsgewijs in de groeven 7 gedreven, waarbij de profielen in een paar legen elkaar aan liggen, en daarmee in dit geval sen lengte van 2 meter bestrijken, De afstand tussen de profielperen en van de profeiparen tot de rand van de wegderslementen bedraagt in hei weergegeven geval wederom 30 — 40 om. Bi een nieuwe aanleg van een 5 meier brede verharde weg verdient het de voorkeur om de profielen op regelmatige afsland van elkaar te plaaisen, van bijvoorbeeld 20 cm, en eveneens een dergelijke afstand tot de randen van de wegdekelemenien aan ie houden.

Tijdens hel uitvoeren van de werkwijzen voor het eggen van een verharde weg 1 worden de volgende stappen uitgevoerd: verschaffen van de wegdekpiaten 2, 3; het leggen van sen eerste wegdekplaat 2; het aanbrengen van de kunststof orofielen 4 in de groef 7 van de eerste

9 BE2022/5682 wegdekplaat 2 welke profielen 4 san messing vormen voor het vormen van een messing en groef vormige verbinding 8; het leggen van een iweede wegdekpiaat 3 naast de eerste wegdekplaat 2 in messing en groef vormige verbinding met de eerste wegdekplaat 2.

Tijdens onderhoud aan de verharde weg | worden de volgende stappen uigevoerd: (a) het verbreken van de verbinding tussen twee met elkaar verbonden wegdekplaten 2, 3 door het langs de naad tussen de twee wegdekplaten doorzagen van de ten minste twee kunststof profielen 4, {2} hat opheffen van ten minste een van de wegdekplaten 2, 3 van stap (a) met bijvoorbeeld een kraan of een heftruck, {c} het uit de groeven 7 van de twee wegdekplaten 2, 3 verwijderen van de in stap (b) doorgezaagde kunststof profielen 4, en {cd} het terugplaatsen van de wegdekplaat 2, 3, dan wel van een vervangende wegdekplaat, en vervoigens ís) zijdelings vanaf ten minste een zijde van de wegdekplaten indrijven van de ten minste twee tussenliggende kunststof profielen 4 in de groef 7 van de wegdekplaat 2, 3 waarbij de totale lengte van de kunststof profielen bij voorkeur overeenkomt met 50 — 85% van de breedte van de verharde wegdekplaten, waarbij stap (e) bij voorkeur het zijdelings vanaf beide zijden van de wegdekplaten telkens indrijven van ten minste een tussenliggend kunststof profiel 4 in de groef 7 van de wegdekplaat 2, 3 behelst.

De hierboven beschreven maatregelen voor hel uityceren van sen verharde weg volgens de uitvinding kunnen vanzelfsprekend afzonderlijk of parallel of in sen andere combinatie of eventueel door verdere maatregelen aangevuld worden gerealiseerd, de uitvoering zal daarbij wezenlijk van het inepassingsgebied van de verharde weg en het gebruikte materiaal afhangen,

De uitvinding is niet beperkt toi de weergegeven uiivoeringsvormen Wijzigingen kunnen worden aangebracht zonder de uityindingegedachte te verlaten.

Claims (17)

10 BE2022/5682 CLAIMS

1. Verharde weg (1) met een wegrichting en opgebouwd uit in de wegrichting elkaar opvolgende wegdekplaten (2, 3) en tussen elkaar opvolgende wegdekplaten liggende kunststof profielen (4), waarbij de twee elkaar opvolgende wegdekplaten bij hun tegenoverliggende einden (5, 6) zijn voorzien van ten minste een respectievelijke groef (7), en waarbij het kunststof profiel zich uitstrekt in de respectievelijke groeven voor het vormen van een messing en groef vormige verbinding (8), welke verbinding twee elkaar opvolgende wegdekplaten koppelt voor het vormen van de verharde weg, welke verharde weg een wegdekzijde (9) en een onderzijde (10) gelegen tegenover de wegdekzijde omvat, met het kenmerk dat de groef zodanig is gerangschikt tussen de wegdekzijde en de onderzijde dat een tweede groefvormende rand (11) bij de wegdekzijde eerder bezwijkt dan een eerste groefvormende rand (12) bij de onderzijde.

2. Verharde weg volgens conclusie 1, waarbij de afstand van de groef tot de wegdekzijde kleiner is dan de afstand van de groef tot de onderzijde.

3. Verharde weg volgens willekeurig welke van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de verbinding tussen twee opeenvolgende wegdekplaten van een zijkant (5) van de verharde weg naar de tegenovergelegen zijkant (6) van de verharde weg de vorm heeft van een cirkelboog.

4. Verharde weg volgens conclusie 3, met het kenmerk dat de eerste zijkant langs de wegdekzijde bolrond is en de tegenovergelegen zijkant langs de wegdekzijde holrond is.

5. Verharde weg volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk dat de messing en groef vormige verbinding halfrond is.

6. Verharde weg volgens willekeurig welke van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat een dwarsdoorsnede van het kunststof profiel in de wegrichting een van de eerste zijkant gekeerde zijde heeft die halfrond is.

7. Verharde weg volgens willekeurig welke van de conclusies 1 - 5, met het kenmerk dat een dwarsdoorsnede van het kunststof profiel in de wegrichting een van de eerste zijkant gekeerde zijde heeft die trapeziumvormig is.

11 BE2022/5682

8. Verharde weg volgens willekeurig welke van de conclusies 1 - 5, met het kenmerk dat een dwarsdoorsnede van het kunststof profiel in de wegrichting een van de eerste zijkant gekeerde zijde heeft die driehoekig is.

9. Verharde weg volgens willekeurig welke van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de groef een vorm heeft die overeenstemt met het kunststof profiel.

10. Verharde weg volgens willekeurig welke van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de gezamenlijke lengte van de profielen van de verbinding overeenkomt met 50 - 100% van de gehele breedte van de verharde weg.

11. Wegdekplaat die alle in willekeurig welke van conclusies 1 — 9 vermelde technische kenmerken van een wegdekplaat.

12. Wegdekplaat die geschikt is voor een verharde weg volgens willekeurig welke van conclusies 1 -10, in het bijzonder een fietspad, waarbij de wegdekplaat aan tegenoverliggende liggende uiteinden (5, 6) is voorzien van ten minste een respectievelijke groef (7) geschikt voor een kunststof profiel om zich in de betreffende groef uit te strekken tot een messing en groefverbinding (8) waarbij de wegdekplaat een wegdekzijde (9) en een onderzijde (10) omvat tegenover de wegdekzijde, waarbij de groef tussen de wegdekzijde en de onderzijde is aangebracht, met het kenmerk dat de afstand van de groef tot de wegdekzijde kleiner is dan de afstand van de groef tot de onderzijde zodat een tweede groefvormende rand (11) in de wegdekzijde eerder bezwijkt dan een tweede groefvormende rand (12) in de onderzijde.

13. Wegdekplaat volgens conclusie 11 of 12, met het kenmerk dat de ten minste ene groef zich uitstrekt over 50 — 100% van de breedte van de wegdekplaat.

14. Werkwijze voor het leggen van een verharde weg omvattende de stappen van:

a. verschaffen van wegdekplaten volgens willekeurig welk van conclusies 11 - 13;

b. het leggen van een eerste wegdekplaat;

c. het aanbrengen van een of meer kunststof profielen in de een of meer groeven van de eerste wegdekplaat welk profiel een messing vormt voor het vormen van een messing en groef vormige verbinding,

d. het leggen van een tweede wegdekplaat naast de eerste wegdekplaat in messing en groef vormige verbinding met de eerste plaat.

12 BE2022/5682

15. Werkwijze volgens conclusie 14, waarbij gezamenlijke lengte van de profielen van de verbinding overeenkomt met 50 - 100% van de gehele breedte van de verharde weg.

16. Werkwijze voor onderhoud van een verharde weg volgens willekeurig welke van conclusies 1-10, omvattende de stappen:

a. het verbreken van de verbinding tussen twee met elkaar verbonden wegdekplaten 2, 3 door het langs de naad tussen de twee wegdekplaten doorzagen van de ten minste twee kunststof profielen 4,

b. opheffen van ten minste een van de wegdekplaten 2, 3 van stap (a),

c. het uit de groeven 7 van de twee wegdekplaten 2, 3 verwijderen van de in stap (b) doorgezaagde kunststof profielen 4,

d. terugplaatsen van de wegdekplaat 2, 3, dan wel van een vervangende wegdekplaat,

e. zijdelings vanaf ten minste een zijde van de wegdekplaten indrijven van de ten minste twee tussenliggende kunststof profielen 4 in de groef 7 van de wegdekplaat 2, 3 waarbij de totale lengte van de kunststof profielen overeenkomt met 50 — 100% van de breedte van de verharde wegdekplaten.

17. Werkwijze volgens conclusie 18, waarbij stap (e) omvat: het zijdelings vanaf beide zijden van de wegdekplaten telkens indrijven van ten minste een tussenliggend kunststof profiel 4 in de groef 7 van de wegdekplaat 2, 3.