BE1028509B1

BE1028509B1 - Profielsamenstel en werkwijze voor het samenstellen van een dergelijke profielsamenstel

Info

Publication number: BE1028509B1
Application number: BE20205844A
Authority: BE
Inventors: Rudi Dries; Den Broeck Bram Van; Wouter Wynen
Original assignee: Portapivot
Priority date: 2020-11-23
Filing date: 2020-11-23
Publication date: 2022-02-11
Also published as: AU2021384220A1; EP4248048A1; WO2022106992A1

Abstract

De onderhavige uitvinding betreft een profielsamenstel omvattende een eerste profiel omvattende een zich hoofdzakelijk in een lengterichting uitstrekkend profieldeel met een hoofdzakelijk U-vormige dwarsdoorsnede voor het ontvangen en inklemmen van een glaspaneel. Het U-vormige profieldeel omvat een eerste en tweede rand, waarbij de eerste en tweede rand zich vanaf de tegenoverliggende, opstaande zijden van het U-vormige klemprofiel naar elkaar uitstrekken in een breedterichting; en een glaspaneeldoorgang die zich tussen de eerste en tweede rand uitstrekt. De eerste rand omvat een eerste kanaal die zich in de breedterichting uitstrekt tot de glaspaneeldoorgang. De onderhavige uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het monteren van een dergelijke profielsamenstel.

Description

PROFIELSAMENSTEL EN WERKWIJZE VOOR HET SAMENSTELLEN VAN

EEN DERGELIJKE PROFIELSAMENSTEL De onderhavige uitvinding betreft een langwerpig profielsamenstel voor het bevestigen van een glaspaneel in een metalen klemprofiel met een hoofdzakelijk U- vormige dwarsdoorsnede en een glaspaneeldoorgang die zich tussen de tegenoverliggende, opstaande zijden van het U-vormige klemprofiel uitstrekt. De onderhavige uitvinding heeft verder betrekking op een deur met een deurkader omvattende dergelijke profielsamenstelen. De onderhavige uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor het monteren van een dergelijke profielsamenstel en een werkwijze voor het monteren van een dergelijke deur. Stand van de Techniek Dergelijke profielsamenstel zijn bekend uit de stand van de techniek. Een voorbeeld van een werkwijze voor het samenstellen van een bekend profielsamenstel kan de volgende reeks van gebeurtenissen inhouden: zoals getoond in figuur 1 wordt een glaspaneel 120 ingeklemd in een klemlichaam 130 dat zich in een eerste profieldeel bevindt, waarbij het eerste profieldeel bestaat uit U-vormig profiel 110 met trapsgewijze randen die zich vanaf tegenoverliggende, opstaande zijden van het U-vormige klemprofiel naar elkaar uitstrekken. Na inbreng van het glaspaneel 120 worden rubber profielen 140,150, getoond in figuren 3A en 3B, van bovenaf ingebracht in de ruimte tussen een rand en het glaspaneel. Het resulterende profielsamenstel 100 is getoond in fig. 2. Alhoewel deze werkwijze zeer doeltreffend is gebleken, vertoont zij het nadeel dat ze vrij ingewikkeld is, in het bijzonder daar de rubber profielen niet uitgerekt mogen worden tijdens montage en de aanwezigheid van een rubber profiel aan de ene zijde het inbrengen van een rubber profiel aan de andere zijde bemoeilijkt. Daarnaast dienen per glasdikte op maat gemaakte rubber profielen aangewend te worden. Andere bekende profielsamenstel, bijvoorbeeld uit BE 896,386 en BE 902,247, door het inklemmen van uiteinde van een glaspaneel tussen twee ten opzichte van elkaar beweegbare profieldelen en een elastisch element dat tussen het klemprofiel en het voornoemde uiteinde van het glaspaneel is aangebracht. Deze vertonen echter het nadeel dat ze vrij ingewikkeld zijn, in het bijzonder daar ze door middel van schroeven, bouten of dergelijke opgespannen worden. Doel van de uitvinding Een doel van de uitvinding kan zijn om een profiel of profielsamenstel van het hiervoor genoemde type te verschaffen die niet ten minste één van de nadelen van de stand van de techniek vertoont. Een verder doel van de uitvinding kan zijn om profielsamenstellen van het hiervoor genoemde type te verschaffen die eenvoudiger te monteren, in het bijzonder het af te dichten, zijn. Een nog verder doel van de uitvinding kan zijn om profielsamenstellen van het hiervoor genoemde type te verschaffen die zonder van schroeven, bouten of dergelijke opgespannen worden. Een ander doel van de uitvinding kan zijn om profielsamenstellen van het hiervoor genoemde type te verschaffen met betere afdichtingsmiddelen. Een verder doel van de uitvinding kan zijn om profielsamenstellen van het hiervoor genoemde type te verschaffen die afzonderlijke klem en afdichtingsmiddelen voorziet. Een nog verder doel van de uitvinding kan zijn om profielsamenstellen van het hiervoor genoemde type te verschaffen die, met dezelfde onderdelen, geschikt is om glaspanelen met verschillende voorafbepaalde glasdiktes in te klemmen en af te dichten.

Beschrijving van de uitvinding Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt met een samenstel dat de technische kenmerken van de eerste onafhankelijke conclusie vertoont. In een eerste aspect van de uitvinding, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, omvat de uitvinding een profielsamenstel omvattende een eerste profiel omvattende een zich hoofdzakelijk in een lengterichting uitstrekkend profieldeel met een hoofdzakelijk U- vormige dwarsdoorsnede voor het ontvangen en inklemmen van een glaspaneel. Het U- vormige profieldeel omvat een eerste en tweede rand, waarbij de eerste en tweede rand zich vanaf de tegenoverliggende, opstaande zijden van het U-vormige klemprofiel naar elkaar uitstrekken in een breedterichting, en een glaspaneeldoorgang die zich tussen de eerste en tweede rand uitstrekt. De eerste rand omvat een eerste kanaal die zich in de breedterichting uitstrekt tot de glaspaneeldoorgang. Doordat een eerste afdichtingslichaam (eg rubber profiel) van het profielsamenstel, dat zich hoofdzakelijk in het eerste kanaal bevindt, zich gedeeltelijk in de glaspaneeldoorgang uitstrekt, wordt een ingebracht (glas)paneel onmiddellijk ook afgedicht en is het niet langer noodzakelijk om nadien rubber profielen van bovenaf in te brengen. Bovendien is het niet langer noodzakelijk om, na inbreng van een rubber profiel aan de ene zijde, het (glas)paneel om te draaien om het mogelijk te maken een rubber profiel aan de andere zijde in te brengen. Dit voorkomt ook dat het rubber profiel aan de ene zijde er niet kan uitvallen tijdens manipulatie van het (glas)paneel. In het algemeen is er minder manipulatie van het samenstel vereist wanneer verbonden met het (glas)paneel. Dit voorkomt onder andere schade of glasbreuk.

Bovendien doordat het eerste afdichtingslichaam zich hoofdzakelijk in het eerste kanaal bevindt, oogt het profielsamenstel homogener en esthetischer, in het bijzonder indien het eerste profiel en het afdichtingslichaam (gebruikelijk zwart) in verschillende kleuren worden voorzien.

Daarnaast is montage van een (glas)paneel in het profielsamenstel eenvoudiger en minder vervuilend daar conventionele rubber profielen ingevet zijn en het (glas)paneel aan beide zijden vervuilt tijdens montage.

Een eerste uitvoeringsvorm, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, betreft een voornoemde profielsamenstel, waarbij, in een eerste configuratie van profielsamenstel, het eerste afdichtingslichaam ingericht is om zich over een eerste voorafbepaalde afstand in de breedterichting uit te strekken in de glaspaneeldoorgang. In een tweede configuratie van het profielsamenstel, het eerste afdichtingslichaam ingericht is om zich over een tweede, van de eerste verschillende voorafbepaalde afstand in de breedterichting uit te strekken in de glaspaneeldoorgang. Hierdoor is het mogelijk om eenzelfde profielsamenstel te gebruiken om panelen met verschillende voorafbepaalde diktes op te vangen, in het bijzonder glaspanelen met een dikte van 6 mm of 8 mm, omdat de breedte, in de breedterichting, van het zich in de glaspaneeldoorgang (uitstekende deel van het eerste afdichtingslichaam verschillend is wanneer het eerste afdichtingslichaam in de eerste positie in het eerste kanaal voorzien is ten opzichte van wanneer het eerste afdichtingslichaam in de tweede positie in het eerste kanaal voorzien is.

Een tweede uitvoeringsvorm, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, betreft een voornoemde profielsamenstel, waarbij het eerste afdichtingslichaam en het eerste kanaal voorzien zijn van complementaire verbindingsmiddelen om het eerste afdichtingslichaam en het eerste kanaal met elkaar te verbinden teneinde relatieve verplaatsing in de breedterichting van het eerste afdichtingslichaam ten opzichte van het eerste kanaal te voorkomen.

In een tweede aspect van de uitvinding, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, omvat de uitvinding genoemd eerste afdichtingslichaam omvattende, in een eerste afdichtingsrichting loodrecht op de lengterichting, een eerste eind op een eerste verbindingsafstand van eerste verbindingsmiddelen en, in een tweede afdichtingsrichting loodrecht op de lengterichting, een tweede van het eerste verschillende eind op een tweede van het eerste verschillende verbindingsafstand van tweede verbindingsmiddelen.

Een eerste uitvoeringsvorm, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, betreft een voornoemde afdichtingslichaam, waarbij de eerste afdichtingsrichting en de tweede afdichtingsrichting gelijk zijn.

Een tweede uitvoeringsvorm, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, betreft een voornoemde afdichtingslichaam, waarbij eerste verbindingsmiddelen en de tweede verbindingsmiddelen gelijk zijn.

Een derde uitvoeringsvorm, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, betreft een voornoemde afdichtingslichaam omvattende, in verschillende afdichtingsrichting loodrecht op de lengterichting, verschillende einden op respectieve verbindingsafstand van een respectief verbindingsmiddel.

Een vierde uitvoeringsvorm, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, betreft een voornoemde afdichtingslichaam, waarbij de eerste of tweede verbindingsafstand ongeveer gelijk is aan de afstand tussen de eerste en tweede verbindingsmiddelen.

Een vijfde uitvoeringsvorm, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, betreft een voornoemde afdichtingslichaam, waarbij de eerste of tweede verbindingsafstand ongeveer gelijk is aan de afmeting van het eerste afdichtingslichaam in de respectieve 5 afdichtingsrichting.

In andere uitvoeringsvormen van de uitvinding, omvatten de complementaire verbindingsmiddelen een of meerdere uitsteeksels en een of meerdere uitsparingen met een gelijkaardige vorm en grootte; is het eerste afdichtingslichaam non-destructief verwijderbaar voorzien; of omvat verder een of meerdere zich in de lengterichting uitstrekkende klemlichamen voorzien in een glasklemkamer van het eerste profiel.

In een derde aspect van de uitvinding, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, omvat de uitvinding een voornoemd profielsamenstel, waarbij de tweede rand een tweede kanaal omvat, waarbij het eerste en tweede kanaal zich naar elkaar uitstrekken in de breedterichting tot de glaspaneeldoorgang, waarbij in het tweede kanaal een tweede afdichtingslichaam voorzien is die zich in de glaspaneeldoorgang uitstrekken.

Een uitvoeringsvorm, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, betreft een voornoemde afdichtingslichaam, waarbij het tweede afdichtingslichaam identiek is aan het eerste afdichtingslichaam.

In een vierde aspect van de uitvinding, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, omvat de uitvinding een deurpaneel voor een deur, een schuifdeur, een draaideur of een wand, omvattende een kader ten minste deels gevormd door middel van een profielsamenstel volgens een van de voorafgaande conclusies.

In een vijfde aspect van de uitvinding, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, omvat de uitvinding een deur, een schuifdeur, een draaideur of een wand, omvattende een kader ten minste deels gevormd door middel van een profielsamenstel volgens een van de voorafgaande conclusies.

In een zesde aspect van de uitvinding, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, omvat de uitvinding een werkwijze voor het samenstellen van een profielsamenstel,

omvattende het voorzien van een voornoemd eerste profiel, het voorzien van een opzetstuk met een afgerond geleidingsoppervlak aan een dwars doorgesneden eind van het eerste profiel, en het inbrengen van een langwerpig afdichtingslichaam in het eerste kanaal, zodanig dat het afdichtingslichaam zich gedeeltelijk in de glaspaneeldoorgang uitstrekt, door het dwars doorgesneden eind van het eerste profiel.

Een eerste uitvoeringsvorm, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, betreft een voornoemde werkwijze, waarbij, het afdichtingslichaam wordt ingebracht in een eerste positie waarin het eerste afdichtingslichaam ingericht is om zich over een eerste voorafbepaalde afstand in de breedterichting uit te strekken in de glaspaneeldoorgang; of in een eerste positie waarin het eerste afdichtingslichaam ingericht is om zich over een tweede, van de eerste verschillende voorafbepaalde afstand in de breedterichting uit te strekken in de glaspaneeldoorgang.

Een tweede uitvoeringsvorm, welke kan optreden in combinatie met de andere aspecten en uitvoeringsvormen van de uitvinding die hierin worden beschreven, betreft een voornoemde werkwijze, verder omvattende het inbrengen van een of meerdere klemlichamen in een glasklemkamer van het eerste profiel.

Andere aspecten, voordelen en opvallende kenmerken van de openbaring zullen voor de vakman duidelijk worden uit de volgende gedetailleerde beschrijving, die, in combinatie met de bijgevoegde tekeningen, verschillende uitvoeringsvormen van de huidige openbaring openbaart.

Korte beschrijving van de figuren De uitvinding zal hieronder nader aan de hand van een in de tekening afgebeeld uitvoeringsvoorbeeld verduidelijkt worden.

Figuren 1, 2, 3A en 3B tonen dwarsdoorsneden van respectievelijk een profielsamenstel zonder dichtingslichamen, een profielsamenstel en twee uitvoeringsvormen van een dichtingslichaam volgens de stand van de techniek; Figuur 4A en 4B toont in perspectief een vereenvoudigde voorstelling van een profielsamenstel volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding; Figuren SA en 5B tonen dwarsdoorsneden doorheen het in figuur 4A of 4B getoonde profielsamenstel in een eerste en tweede configuratie; Figuren 6A en 6B tonen in dwarsdoorsnede een vereenvoudigde voorstelling van een eerste profiel van een profielsamenstel volgens een eerste en tweede uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding; Figuur 7 toont een detail van het in figuur 6A of 6B getoonde eerste profiel voorzien van afdichtingslichamen volgens een eerste uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding; Figuur 8A en 8B toont in dwarsdoorsnede vereenvoudigde voorstellingen van eerste profielen volgens een derde uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding; Figuur 9 toont in dwarsdoorsnede vereenvoudigde voorstellingen van eerste profielen volgens meerdere uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding; Figuur 10 toont in dwarsdoorsnede vereenvoudigde voorstellingen van dichtingslichamen volgens meerdere uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding; Figuren 11A, 11B en 11C tonen een werkwijze voor het samenstellen van het in figuur 4A of 4B getoonde profielsamenstel, en Figuur 12 toont een hulpstuk volgens een tweede uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding voor gebruik in de werkwijze getoond in figuren 11A-11C.

Uitgebreide beschrijving van de figuren De onderhavige uitvinding zal worden beschreven met betrekking tot bepaalde uitvoeringsvormen en met verwijzing naar bepaalde tekeningen maar de uitvinding is daartoe niet beperkt en wordt enkel door de conclusies bepaald. De beschreven tekeningen zijn enkel schematisch en niet-beperkend. In de tekeningen kan de grootte van bepaalde elementen overdreven en niet op schaal getekend zijn voor illustratieve doeleinden. De afmetingen en de relatieve afmetingen stemmen niet noodzakelijk overeen met werkelijke praktijkuitvoeringen van de uitvinding.

Bovendien worden de termen eerste, tweede, derde en dergelijke in de beschrijving en in de conclusies gebruikt om onderscheid te maken tussen gelijkaardige elementen en niet noodzakelijkerwijze om een sequentiële of chronologische volgorde te beschrijven. De termen zijn onder passende omstandigheden onderling uitwisselbaar en de uitvoeringsvormen van de uitvinding kunnen in andere sequenties dan hierin beschreven of geïllustreerd toegepast worden.

Daarenboven worden de termen bovenaan, onderaan, over, onder en dergelijke in de beschrijving en de conclusies gebruikt voor illustratieve doeleinden en niet noodzakelijkerwijze om relatieve posities te beschrijven. De aldus gebruikte termen zijn onder passende omstandigheden onderling uitwisselbaar en de hierin beschreven uitvoeringsvormen van de uitvinding kunnen in andere oriënteringen dan hierin beschreven of geïllustreerd worden toegepast.

Verder dienen de verschillende uitvoeringsvormen, hoewel genoemd als “voorkeursvormen”, eerder te worden opgevat als wijze van voorbeeld waarop de uitvinding kan uitgevoerd worden dan als een beperking van de reikwijdte van de uitvinding.

De term “omvattend”, gebruikt in de conclusies, dient niet geïnterpreteerd te worden als zijnde beperkt tot de erna vermelde middelen of stappen; de term sluit andere elementen of stappen niet uit. De term dient geïnterpreteerd te worden als specificerend voor de aanwezigheid van de genoemde kenmerken, elementen, stappen of componenten waarnaar wordt verwezen, maar sluit de aanwezigheid of de toevoeging van één of meerdere andere kenmerken, elementen, stappen of componenten, of groepen daarvan niet uit. De draagwijdte van de uitdrukking “een inrichting omvattende middelen A en B” dient dus niet te worden beperkt tot inrichtingen die enkel uit de componenten A en B bestaan. De betekenis is dat met betrekking tot de onderhavige uitvinding alleen de componenten A en B van de inrichting opgesomd worden, en de conclusie dient verder zo geïnterpreteerd te worden dat ze ook equivalenten van deze componenten bevat.

De in de figuren getoonde samenstellen zijn kaderprofielen, of elementen daarvoor, geschikt voor het vormen van een deurblad door het inklemmen van een uiteinde van een paneel, bij voorkeur een glazen paneel. Het dient opgemerkt te worden dat de huidige uitvinding niet beperkt is tot een deurinrichting, maar dat ook andere kamerverdelers, zoals bijvoorbeeld een scheidingswand, een raam en een poort, op gelijkaardige wijze kunnen worden uitgevoerd.

Figuren 4A en 5A tonen een, op een uiteinde van een glaspaneel 2 te klemmen, profielsamenstel volgens de uitvinding in een eerste configuratie, en figuren 4B en 5B tonen het profielsamenstel in een tweede configuratie. Het samenstel 1 omvat een of meerdere zich in de lengterichting uitstrekkende klemlichamen 50 voorzien in een glasklemkamer 21 van een eerste profiel 3 om het glaspaneel 2 te kalibreren, te stabiliseren en in te klemmen, waarbij het eerste profiel 3 bestaan uit een distaal profieldeel 4 en een proximaal profiel deel 5 met een U-vormige doorsnede en van een uitsparing voorziene randen die zich vanaf tegenoverliggende, opstaande zijden van het U-vormige profieldeel naar elkaar uitstrekken. Bijvoorbeeld, gezien in de lengterichting, kunnen er in de glasklemkamer 21 meerdere klemlichamen voorzien zijn op ongeveer equidistante afstand van opeenvolgende klemlichamen. Het samenstel 1 omvat verder twee zich in de lengterichting uitstrekkende afdichtingslichamen 30, 40.

Figuren 6A en 6B tonen een eerste profiel 10, 10° bestaande uit een optioneel distaal profieldeel en een proximaal profieldeel met een U-vormige doorsnede gevormd door een bodem 11, een linkse opstaande zijde 12 en een rechts opstaande zijde 13. Het profiel omvat verder een linkse rand, gevormd door een bovenste randdeel 14, een onderste randdeel 16 en een kanaal 15 dat zich tussen het bovenste en onderste randdeel uitstrekt, en een rechtse rand, gevormd door een bovenste randdeel 17, een onderste randdeel 19 en een kanaal 18 dat zich tussen het bovenste en onderste randdeel uitstrekt. In figuur 6B strekken de onderste randdelen 167,19’ zich uit tot de bodem 11 van het eerste profiel 10.

Zoals getoond in figuur 6A strekt zich tussen de linkse en rechtse rand van het eerste profiel een glaspaneeldoorgang 20 uit waardoor het glaspaneel 2 in de glasklemkamer 21, hier gedefinieerd tussen de bodem, de linkse en rechtse opstaande zijde, de linkse en rechtse rand en de glaspaneeldoorgang van het eerste profiel, ingebracht kan worden om ingeklemd te worden in een klemlichaam (niet getoond). Ook in figuur 6B strekt zich tussen de linkse en rechtse rand van het eerste profiel de glaspaneeldoorgang 20 uit waardoor het glaspaneel 2 in de glasklemkamer 21’, hier gedefinieerd tussen de bodem,

de linkse en rechtse rand en de glaspaneeldoorgang van het eerste profiel, ingebracht kan worden om ingeklemd te worden in een klemlichaam (niet getoond). De bodem 11 strekt zich in een breedterichting van het eerste profiel 10, 10° uit over een bodembreedte g die bij voorkeur ongeveer 30, 40 of 50 cm bedraagt. De linkse en rechtse opstaande zijde 12,13 strekken zich in een diepterichting van het eerste profiel 10, 10° uit over respectievelijk een linkse en rechts diepte c, e die bij voorkeur ongeveer 20 cm bedraagt en het zich in de linkse en rechtse rand uitstrekkend kanaal 15, 18 zich in een diepterichting van het eerste profiel 10, 10° uitstrekt over respectievelijk een linkse en rechtse maximale kanaaldiepte b, d die bij voorkeur ongeveer 4 cm of 20 % van de linkse en rechts diepte c, e bedraagt. De glaspaneeldoorgang 20 en de glasklemkamer 21 strekken zich in de breedterichting van het eerste profiel 10, 10° uit over respectievelijk een doorgangbreedte a die bij voorkeur ongeveer 9 cm bedraagt en een kamerbreedte f die bij voorkeur ongeveer 9 cm bedraagt.

Zoals getoond in figuur 7 is het samenstel 1 verder voorzien van linkse en rechtse afdichtingslichamen 30, 40 in de linkse en rechtse kanalen 15, 18 van het eerste profiel 10, 10’ die met het eerste profiel 10, 10° verbonden zijn door middel van respectievelijk complementaire linkse en rechtse verbindingsmiddelen. De complementaire linkse en rechtse verbindingsmiddelen bevinden zich in de breedterichting op een afstand h, 1 van de glaspaneeldoorgang 20 en verhinderen verplaatsing van de afdichtingslichamen 30, 40 in de breedterichting.

De complementaire linkse en rechtse verbindingsmiddelen kunnen respectievelijk gevormd worden door zich in het respectieve kanaal uitstekende delen van het eerste profiel 10, 10° en, in vorm en afmeting overeenkomende, uitsparingen van het respectieve afdichtingslichaam, en vice versa. De linkse verbindingsmiddelen van het eerste profiel 10, 10’ kunnen bijvoorbeeld gevormd worden door een bovenste uitsparing of uitsteeksel 22 en een onderste uitsparing of uitsteeksel 23 en de rechtse verbindingsmiddelen van het eerste profiel 10, 10’ kunnen bijvoorbeeld gevormd worden door een bovenste uitsparing of uitsteeksel 24 en een onderste uitsparing of uitsteeksel

25.

Elk afdichtingslichaam 30; 40 strekt zich in de lengterichting uit, bij voorkeur over bijna de volledige lengte van het eerste profiel, en omvat, gezien in dwarsdoorsnede, een centraal verbindingsorgaan voorzien van verbindingsmiddelen 31; 41 die complementaire zijn aan de verbindingsmiddelen 22-25 van het eerste profiel 10, 10° en ten minste een eerste eind 35 op een eerste verbindingsafstand k van eerste verbindingsmiddelen van de verbindingsmiddelen gezien in een eerste afdichtingsrichting loodrecht op de lengterichting en een tweede eind 36 op een tweede verbindingsafstand 1 van tweede verbindingsmiddelen van de verbindingsmiddelen gezien in een tweede afdichtingsrichting loodrecht op de lengterichting, waarbij de eerste en tweede verbindingsafstand groter zijn dan de minimale afstand h; i zodanig dat, in een eerste positie, het eerste eind van het afdichtingslichaam zich in de glaspaneeldoorgang 20 bevindt en, in een tweede positie, het tweede eind van het afdichtingslichaam zich in de glaspaneeldoorgang 20 bevindt. Doordat elk eind en elke verbindingsafstand verschillend is, strekt het afdichtingslichaam zich verder uit in de glaspaneeldoorgang 20 in de eerste of tweede positie. Bijgevolg kunnen glaspanelen 2 met verschillend diktes worden ingeklemd afhankelijk van de positie van de afdichtingslichaam. Figuur 7 toont het linkse afdichtingslichaam 30 in een eerste positie en het rechts afdichtingslichaam 40 in een tweede positie.

Figuren 8 en 9 tonen meerdere uitvoeringsvormen van een eerste profiel en figuur 10 toont meerdere uitvoeringsvormen van een afdichtingslichaam 30 met meerdere einden 35-38 op verschillende verbindingsafstanden k-l van één of meerdere verbindingsmiddelen in één of meerdere afdichtingsrichting die loodrecht staan op de lengterichting. Bijvoorbeeld een afdichtingslichaam met een eerste en tweede eind op respectievelijk een eerste en tweede verbindingsafstand k-l van een gemeenschappelijk verbindingsmiddel in een gemeenschappelijke afdichtingsrichting, een afdichtingslichaam met een eerste en tweede eind op respectievelijk een eerste en tweede verbindingsafstand k-l van respectievelijk een eerste en tweede verbindingsmiddel in een gemeenschappelijke afdichtingsrichting, een afdichtingslichaam met een meerdere einden op respectieve verbindingsafstand van een respectief verbindingsmiddel in een respectieve afdichtingsrichting, … .

Figuren 11A, 11B en 11C tonen een eerste aluminium profiel, een EPDM klemlichaam en linkse en rechtse EPDM afdichtingslichamen in verschillende fasen van een werkwijze voor het samenstellen van een profielsamenstel zoals getoond in figuren 4A en SA of figuren 4B en SB.

Figuur 11A toont een samenstel van het eerste profiel en een klemlichaam (één van meerdere klemlichamen met een lengte van ongeveer 100 mm die op regelmatige afstanden van ongeveer 4-500 mm geschoven zijn) voorzien in de glasklemkamer 21 van het eerste profiel, waarbij een eind van het eerste profiel in verstek, i.e. onder een niet- haakse hoek, is voorzien. Bijvoorbeeld onder een hoek van 45°, tussen de normaalrichting op het eindoppervlak en de lengterichting, om een hoekverbindingen te vormen met een ander profielsamenstel.

Figuur 11B toont het verbinden van een opzetstuk 60 aan het in verstek voorziene eind van het eerste profiel. Het opzetstuk 60 heeft een afgerond geleidingsoppervlak 61. Figuren 12A-12D tonent een opzetstuk 60’ voor met het in verstek voorziene eind van het eerste profiel te verbinden met een korter geleidingsoppervlak 61’. Elk opzetstuk 60, 60° omvat een naar het eerste profiel te keren verbindingsoppervlak met verbindingsmiddelen die te verbinden zijn met het eerste profiel in verstek, waarbij het afgerond geleidingsoppervlak aan de tegenoverliggende zijde gelegen is.

Het opzetstuk 60° wordt gevormd door een lichaam met een hoofdzakelijk rechthoekige driehoek doorsnede, in het bijzonder een afgeknotte rechthoekige driehoek, met een doorgang doorheen het lichaam parallel aan een van de rechthoekszijden, waarbij het lichaam door middel van de verbindingsmiddelen te verbinden is met het eerste profiel zodanig dat de doorgang in het verlengde ligt van de kanalen door het eerste profiel. Zoals getoond strekken de doorgang en de uitstekende verbindingsmiddelen zich, na bevestiging van het opzetstuk 60, 60° aan het eerste profiel, uit in de lengterichting van het eerste profiel.

Het resulterende samenstel is getoond in figuur 11C. Figuur 11C toont verder de linkse en rechtse afdichtingslichamen die via het geleidingsoppervlak 61 in het linkse en rechtse kanaal van het eerste profiel geleidt worden. Afhankelijk van de dikte van het gewenste glaspaneel, bijvoorbeeld 6 mm of 8 mm, worden de afdichtingslichamen in een bepaalde positie ingebracht. Eens de afdichtingslichamen over nagenoeg de volledige lengte van het eerste profiel zijn voorzien, wordt het glaspaneel in de glaspaneeldoorgang, voorbij de afdichtingslichamen en in het klemlichaam gedrukt.

Lijst met verwijzingstekens

1. Profielsamenstel

2. Glaspaneel

3. Eerste Profiel

4. Distaal Deel van het Eerste Profiel

5. Proximaal Deel van het Eerste Profiel

10. Eerste Profiel

11. Bodem van het Eerste Profiel

12. Linkse Zijde van het Eerste Profiel

13. Rechtse Zijde van het Eerste Profiel

14. Bovenste Deel van de Linkse Rand

15. Kanaal in de Linkse Rand 16, 16°. Onderste Deel van de Linkse Rand

17. Bovenste Deel van de Rechtse Rand

18. Kanaal in de Rechtse Rand 19, 19°. Onderste Deel van de Rechtse Rand

20. Glaspaneeldoorgang

21. Glasklemkamer

22. Bovenste Uitsteeksel van de Linkse Rand

23. Onderste Uitsteeksel van de Linkse Rand

24. Bovenste Uitsteeksel van de Rechtse Rand

25. Onderste Uitsteeksel van de Rechtses Rand 30, 30°, 40, 40°. Afdichtingsrubber 31, 41. Eerste uitsparing of uitsteeksel van de Afdichtingsrubber

32. Tweede uitsparing of uitsteeksel van de Afdichtingsrubber

33. Derde uitsparing of uitsteeksel van de Afdichtingsrubber

34. Vierde uitsparing of uitsteeksel van de Afdichtingsrubber 35, 45. Eerste Eind van de Afdichtingsrubber 36, 46. Tweede Eind van de Afdichtingsrubber

37. Derde Eind van de Afdichtingsrubber

38. Vierde Eind van de Afdichtingsrubber

50, 50°. Klemlichaam 60, 60°. Opzetstuk

61. Geleidingsoppervlak a. Breedte van de Glaspaneeldoorgang b. Diepte van het Kanaal in de Linkse Rand c. Afstand tussen het Kanaal in de Linkse Rand en de Bodem van het Klemprofiel d. Diepte van het Kanaal in de Rechtse Rand e. Afstand tussen het Kanaal in de Rechtse Rand en de Bodem van het Klemprofiel f. Breedte van de Glasklemkamer g. Breedte van het Eerste Profiel h. Breedte tussen de Verbindingsmiddelen van de Linkse Rand en de Glaspaneeldoorgang

1. Breedte tussen de Verbindingsmiddelen van de Rechtse Rand en de Glaspaneeldoorgang J- Breedte van de Linkse Afdichtingsrubber k. Eerste Verbindingsafstand van de Linkse Afdichtingsrubber 1 Tweede Verbindingsafstand van de Linkse Afdichtingsrubber m. Breedte van de Rechtse Afdichtingsrubber n. Eerste Verbindingsafstand van de Rechtse Afdichtingsrubber

0. Tweede Verbindingsafstand van de Rechtse Afdichtingsrubber x. Lengterichting y. Breedterichting Z. Diepterichting

Claims

Conclusies

1. Langwerpig profielsamenstel (1) omvattende: een eerste profiel (10) omvattende een profieldeel, dat zich hoofdzakelijk in een lengterichting (x) uitstrekt, met een hoofdzakelijk U-vormige dwarsdoorsnede voor het ontvangen en inklemmen van een glaspaneel (2), het U-vormige profieldeel omvattende: een eerste en tweede rand (14-16, 17-19), waarbij de eerste en tweede rand (14-16, 17-19) zich vanaf de tegenoverliggende, opstaande zijden (12, 13) van het U- vormige klemprofiel (10) naar elkaar uitstrekken in een breedterichting (y); en een glaspaneeldoorgang (20) die zich tussen de eerste en tweede rand (14-16, 17- 19) uitstrekt, waarbij de eerste rand (14-16) een eerste kanaal (15) omvat die zich in de breedterichting (y) uitstrekt tot de glaspaneeldoorgang (20), en een eerste afdichtingslichaam (30) dat zich hoofdzakelijk in het eerste kanaal (15) uitstrekt en zich gedeeltelijk in de glaspaneeldoorgang (20) uitstrekt.

2. Profielsamenstel volgens conclusie 1, waarbij, in een eerste configuratie van profielsamenstel, het eerste afdichtingslichaam (30) ingericht is om zich over een eerste voorafbepaalde afstand in de breedterichting (y) uit te strekken in de glaspaneeldoorgang (20), en waarbij, in een tweede configuratie van het profielsamenstel, het eerste afdichtingslichaam (30) ingericht is om zich over een tweede, van de eerste verschillende voorafbepaalde afstand in de breedterichting (y) uit te strekken in de glaspaneeldoorgang (20).

3. Profielsamenstel volgens een van de voorafgaande conclusies, waarbij het eerste afdichtingslichaam (30) en het eerste kanaal (15) voorzien zijn van complementaire verbindingsmiddelen om het eerste afdichtingslichaam (30) en het eerste kanaal (15) met elkaar te verbinden teneinde relatieve verplaatsing in de breedterichting (y) van het eerste afdichtingslichaam (30) ten opzichte van het eerste kanaal (15) te voorkomen.

4. Profielsamenstel volgens conclusie 3, het eerste afdichtingslichaam (30) omvattende, in een eerste afdichtingsrichting loodrecht op de lengterichting (x), een eerste eind (35) op een eerste verbindingsafstand (k) van eerste verbindingsmiddelen (31)

en , in een tweede afdichtingsrichting loodrecht op de lengterichting (x), een tweede van het eerste verschillende eind (36) op een tweede van het eerste verschillende verbindingsafstand (1) van tweede verbindingsmiddelen (32).

5. Profielsamenstel volgens conclusie 4, waarbij de eerste afdichtingsrichting en de tweede afdichtingsrichting gelijk zijn.

6. Profielsamenstel volgens conclusie 4 of conclusie 5, waarbij eerste verbindingsmiddelen (31) en de tweede verbindingsmiddelen (32) gelijk zijn.

7. Profielsamenstel volgens een van de voorafgaande conclusies 4-6, het eerste afdichtingslichaam (30) omvattende, in verschillende afdichtingsrichting loodrecht op de lengterichting (x), verschillende einden (35, 36) op respectieve verbindingsafstand (k; 1) van een respectief verbindingsmiddel (31; 32).

8. Profielsamenstel volgens een van de voorafgaande conclusies 4-7, waarbij de eerste of tweede verbindingsafstand (k; 1) ongeveer gelijk is aan de afstand tussen de eerste en tweede verbindingsmiddelen (31, 32).

9. Profielsamenstel volgens een van de voorafgaande conclusies 4-8, waarbij de eerste of tweede verbindingsafstand (k; |) ongeveer gelijk is aan de afmeting van het eerste afdichtingslichaam (30) in de respectieve afdichtingsrichting.

10. Profielsamenstel volgens een van de voorafgaande conclusies 4-8, waarbij de complementaire verbindingsmiddelen een of meerdere uitsteeksels en een of meerdere uitsparingen met een gelijkaardige vorm en grootte omvatten.

11. Profielsamenstel volgens een van de voorafgaande conclusies 4-8, waarbij het eerste afdichtingslichaam (30) verwijderbaar voorzien is.

12. Profielsamenstel volgens een van de voorafgaande conclusies 4-8, verder omvattende een of meerdere zich in de lengterichting (x) uitstrekkende klemlichamen (50) voorzien in een glasklemkamer (21) van het eerste profiel (10).

13. Profielsamenstel volgens een van de voorafgaande conclusies, waarbij de tweede rand (14-16, 17-19) een tweede kanaal (18) omvat, waarbij het eerste en tweede kanaal (15, 18) zich naar elkaar uitstrekken in de breedterichting (x) tot de glaspaneeldoorgang (20), waarbij in het tweede kanaal (18) een tweede afdichtingslichaam (40) voorzien is die zich in de glaspaneeldoorgang (20) uitstrekken.

14. Profielsamenstel volgens conclusie 13, waarbij het tweede afdichtingslichaam (40) identiek is aan het eerste afdichtingslichaam (30).

15. Deurpaneel voor een deur, een schuifdeur, een draaideur of een wand, omvattende een kader ten minste deels gevormd door middel van een profielsamenstel volgens een van de voorafgaande conclusies.

16. Werkwijze voor het samenstellen van een profielsamenstel volgens een van de voorafgaande conclusies, omvattende de volgende stappen: =" het voorzien van een eerste profiel (10) omvattende een profieldeel, dat zich hoofdzakelijk in een lengterichting (x) uitstrekt, met een hoofdzakelijk U- vormige dwarsdoorsnede voor het ontvangen en inklemmen van een glaspaneel (2), het U-vormige profieldeel omvattende: o een eerste en tweede rand (14-16, 17-19), waarbij de eerste en tweede rand (14-16, 17-19) zich vanaf de tegenoverliggende, opstaande zijden (12, 13) van het U-vormige klemprofiel (10) naar elkaar uitstrekken in een breedterichting (y); en o een glaspaneeldoorgang (20) die zich tussen de eerste en tweede rand (14- 16, 17-19) uitstrekt, waarbij de eerste rand (14-16) een eerste kanaal (15) omvat die zich in de breedterichting (y) uitstrekt tot de glaspaneeldoorgang (20), = het voorzien van een opzetstuk (60) met een afgerond geleidingsoppervlak aan een dwars doorgesneden eind van het eerste profiel (10), en = het inbrengen van een langwerpig afdichtingslichaam (30) in het eerste kanaal (15), zodanig dat het afdichtingslichaam (30) zich gedeeltelijk in de glaspaneeldoorgang (20) uitstrekt, door het dwars doorgesneden eind van het eerste profiel (10).

17. Werkwijze volgens conclusie 16, waarbij, afhankelijk van een voorafbepaalde paneeldikte, het afdichtingslichaam (30) wordt ingebracht in een eerste positie waarin het eerste afdichtingslichaam (30) ingericht is om zich over een eerste voorafbepaalde afstand in de breedterichting (y) uit te strekken in de glaspaneeldoorgang (20); of in een eerste positie waarin het eerste afdichtingslichaam (30) ingericht is om zich over een tweede, van de eerste verschillende voorafbepaalde afstand in de breedterichting (y) uit te strekken in de glaspaneeldoorgang (20).

18. Werkwijze volgens conclusie 16 of conclusie 17, verder omvattende de stap van het inbrengen van een of meerdere klemlichamen (50) in een glasklemkamer 21 van het eerste profiel (10).