BE1025543B1

BE1025543B1 - Openingshulpmiddel voor drankblikken

Info

Publication number: BE1025543B1
Application number: BE2017/5611A
Authority: BE
Inventors: Robert Gaafar; Maisie Devine; Patrick O'riordan; Hilary Farnsworth; Peter Daily; Doreen Swift; Ralph Cassara; Glenn Drost; Rodney B. Mcgauch
Original assignee: Anheuser-Busch Inbev Nv
Priority date: 2017-09-01
Filing date: 2017-09-01
Publication date: 2019-04-08
Also published as: US20220274820A1; US11873202B2; EP3676213B1; BE1025543A1; WO2019043149A1; US20200277177A1; AR112890A1; EP3676213A1; US11332355B2

Abstract

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een openingshulpmiddel voor het openen en/of verwijderen van een treklipgedeelte van een drankblik. Het openingshulpmiddel omvat een holle behuizing. De holle behuizing omvat een over het algemeen cilindervormig behuizingslichaam met een bovenuiteinde, een onderuiteinde, een buitenoppervlak, een binnenoppervlak en een open holte die zich uitstrekt van het bovenuiteinde naar het onderuiteinde van het behuizingslichaam. Het openingshulpmiddel omvat verder een of meer klauwen, met een klauwlichaam dat zich uitstrekt tussen een klauw- eindgedeelte en een klauwpunt, zodat de punt van elke van de klauwen is aangepast om op een hangende manier in de open holte van de holle behuizing te worden geplaatst. In werking, wanneer een drankblik door de holle behuizing van het onderste uiteinde naar het bovenste uiteinde wordt gevoerd, grijpt en trekt de klauwpunt van de ten minste een van de klauwen het lipgedeelte open terwijl het drankblik uit de behuizing wordt gevoerd.

Description

Openingshulpmiddel voor drankblikken

Gebied van de uitvinding

De onderhavige uitvinding heeft over het algemeen betrekking op een openingshulpmiddel. Meer specifiek heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een openingshulpmiddel voor het openen/verwijderen van een treklipgedeelte van een drankblik.

Achtergrond van de uitvinding

De voorbije decennia was er een aanzienlijke toename in gebruik van drankblikken voor diverse doeleinden zoals, bijvoorbeeld, het bewaren van diverse persoonlijke poets- en huishoudproducten zoals, onder andere, voedingsproducten zoals pickles, dranken, bier, en dergelij ke.

Vooral in de drankenindustrie is het gebruik van verschillende soorten drankblikken voor bewaring en verdeling van vloeistoffen significant toegenomen door diverse factoren zoals relatieve kostenvoordelen en duurzaamheid van drankblikken.

Deze drankblikken omvatten over het algemeen een hoofdgedeelte dat over het algemeen cilindervormig is, met een oppervlak met uniforme diameter, en een afzonderlijk

BE2017/5611 afsluitelement aan het boven-/of ondergedeelte. Over het algemeen is het afsluitelement bovenaan een treklipje dat door de gebruiker kan worden geopend voor het openen van het blik om te kunnen drinken.

Met de ontwikkeling van diverse verkoopautomaten is de verkoop van dergelijke drankblikjes verveelvoudigd. Dergelijke verkoopautomaten verdelen de drankblikjes echter in gesloten toestand, waardoor de gebruiker het treklipgedeelte van het blikje moet opentrekken om de drank te kunnen drinken.

Het openen van het blik was doorgaans moeilijk omdat de gebruiker vaak zijn/haar vingernagel moet gebruiken om onder het treklipje te geraken en omhoog te trekken om te openen. Dit is vaak lastig omdat een gebruiker zich kan kwetsen en de nagels kunnen worden beschadigd bij het uitoefenen van kracht om het treklipje te openen.

Er is reeds veel moeite getroost voor het ontwikkelen van diverse instrumenten voor het openen van een dergelijk treklipgedeelte van de drankblikjes. Dit instrument omvat over het algemeen een apparaat met en smalle rand en een handgreep. Dergelijke smalle rand wordt

BE2017/5611 onder het treklipje gebracht en door de gebruiker wordt kracht uitgeoefend door middel van de handgreep waardoor het treklipje wordt geopend.

Amerikaans octrooischrift nr. 6575325 openbaart een treklipopener voor het openen van een treklipje van een blik. De opener omvat ten minste een paar uitsteeksels die zich omhoog uitstrekken vanuit de basis van het treklipje zodat, wanneer het achterste hefboomgedeelte rond de rillijn wordt gedraaid, tegenoverliggende voorvlakken van de uitsteeksels in contact komen met elkaar en wordt het elastische geheugen van het treklipje doorbroken zodat het treklipje in een gebogen toestand wordt gebogen en een doorgang vrijmaakt waardoor de drank uit het blik kan vloeien.

Amerikaans octrooischrift nr. 5555778 openbaart een convex gekromd openingshulpmiddel met een werkuiteinde voor het openen van het treklipje van een blik. De afmeting van het werkuiteinde is aangepast om te kunnen worden ingebracht onder de ring van een treklipje zonder de ring van het treklipje voldoende te moeten optillen om de verzegeling van de bovenkant van het blik te verbreken. Het

BE2017/5611 hulpmiddel heeft verder een stopelement om insertie van het werkuiteinde door de vingeropening te beperken.

Amerikaans octrooischrift nr. 5916337 openbaart een trekring voor het openen van van rip-top- of treklipblikken. De trekring bestaat uit een vlak gedeelte waaraan twee armen zijn bevestigd. De twee armen hebben een opening die groot genoeg is om invoer van een gedeelte van het lipje van het treklip- of rip-top-blik mogelijk te maken. De ring heeft een of meer uitsteeksels op de armen, tegenover het vlakke gedeelte, om vastgrijpen van het treklipje van het blik mogelijk te maken. Verder kunnen de armen door de ring in het treklipje worden gevoerd om op het lipje te worden geïnstalleerd en staan over het algemeen rechtop ten opzichte van een dergelijk oppervlak om vastgrijpen van de trekring en openen van het blik te vergemakkelij ken.

Naast dergelijke openingshulpmiddelen is er ook enige moeite getroost om een openingsmechanisme in de verkoopautomaten te voorzien. Een dergelijk mechanisme is zoals vermeld in JP08110983A, waarin een verkoopautomaat met een blikopeningshulpmiddel is geopenbaard. Het blikopeningshulpmiddel van het verkoopautomaat stelt elke

BE2017/5611 koper in staat het treklipje van een drankblik gemakkelijke vast te nemen en omhoog te trekken.

Het blikopeningshulpmiddel omvat een koppelingsgedeelte dat wordt gekoppeld met het treklipje en een vasthoudplaat die verbonden is met het koppelingsgedeelte en zich uitstrekt in de tegengestelde richting van het treklipj e en een steungedeelte voor de vasthoudplaat dat tegen de richting van de klok ongeveer

70° helt ten opzichte van de vasthoudplaat.

Het blik kan worden geopend door eerst het koppelingsgedeelte in de ring van het treklipje te brengen en vervolgens aan het blik te trekken en naar voor te draaien om het blik te openen. Hoewel een dergelijk blikopeningshulpmiddel gemakkelijk te bedienen is, vereist het nog steeds een manuele handeling om het blik te openen.

Een ander algemeen probleem in de context van verkoopautomaten voor drankblikjes is het probleem dat gesloten drankblikjes kunnen worden gebruikt als projectielen bij evenementen of in stadia. Als de consument zelf de keuze niet krijgt om het blikje gesloten te houden of te openen, zou het hogervermelde probleem worden verlicht. Daarnaast maakt het het gebruik van drankblikjes, en verkoopautomaten voor blikjes, mogelijk in het stadium

BE2017/5611 of plaats van samenkomst met verlaagde veiligheidsproblemen .

Hoewel de hoger vermelde hulpmiddelen en technieken het gebruik van nagels voor het openen van het treklipgedeelte overbodig maakt, moet de gebruiker met deze toepassingsgerichte hulpmiddelen nog steeds kracht uitoefenen om het drankblik te openen. Bovendien moeten deze hulpmiddelen voorzichtig worden gehanteerd en kunnen letsel toedienen aan de gebruiker. Ook kan, in sommige gevallen, het gebruik van deze hulpmiddelen tot morsen van de drank leiden door de plotse krachtige verwijdering van het lipgedeelte.

Zoals men kan afleiden uit de bovenstaande discussie is er nog steeds nood aan een krachtvrij blikopeningshulpmiddel dat gemakkelijk te bedienen is, veilig is in gebruik en dat ook kan worden gebruikt in verkoopautomaten zonder veranderingen te moeten aanbrengen aan de huidige blikontwerpen.

Samenvatting van de uitvinding

In een aspect van de onderhavige openbaring kan een openingshulpmiddel worden verschaft voor het openen en / of verwijderen van een treklipje van het drankblik dat

BE2017/5611 reeds gevuld is met een vloeistof, zoals drank. Het openingshulpmiddel omvat een holle behuizing. De holle behuizing omvat een over het algemeen cilindervormig behuizingslichaam met een bovenste uiteinde, een onderste uiteinde, een buitenoppervlak, een binnenoppervlak en een open holte die zich uitstrekt van het bovenste uiteinde naar het onderste uiteinde van het behuizingslichaam. Het openingshulpmiddel omvat verder een of meer klauwen, met een klauwlichaam dat zich uitstrekt tussen een klauweindgedeelte en een klauwpunt, zodat de punt van elke van de klauwen is aangepast om op een hangende manier in de open holte van de holle behuizing te worden geplaatst. In werking, wanneer een drankblik door de holle behuizing van het onderste uiteinde naar het bovenste uiteinde wordt gevoerd, grijpt en trekt de klauwpunt van de ten minste een van de klauwen aan het lipgedeelte terwijl het drankblik uit de behuizing wordt gevoerd.

Het klauwlichaam is mogelijk een over het algemeen concaaf gevormd lichaam dat zich uitstrekt vanuit het eindgedeelte tussen en naar de klauwpunt.

De klauwpunt is mogelijk verder ook aangepast om onder het treklipgedeelte van het drankblik te schuiven

BE2017/5611 zodat, wanneer het blik in een opwaartse richting uit de behuizing wordt gevoerd, het klauwlichaam op een pivoteerbare manier het treklipje open trekt.

Over het algemeen is het eindgedeelte van de klauw aangepast om te worden bevestigd aan de holle behuizing.

Het eindgedeelte van de klauw is optioneel verbonden met de holle behuizing door middel van een verbindingsmechanisme gekozen uit, maar niet beperkt tot, op een scharnier en pin gebaseerd verbindingsmechanisme, kliksluit-verbindingsmechanisme, roosterslotverbindingsmechanisme, verbindingsmechanisme op basis van een schroef, of elk geschikt fixatiemechanisme dat bekend is in het vakgebied.

Het behuizingslichaam heeft bij voorkeur een diameter van 1 cm - 10 cm groter dan een diameter van het drankblik.

Verder kan het openingshulpmiddel een aanspanmechanisme omvatten voor het verminderen van de diameter van de holle behuizing voor gebruik in gevallen waarin de diameter van het drankblik veel kleiner is dan de holle behuizing.

BE2017/5611

Verder is het aanspanmechanisme gekozen uit, maar niet beperkt tot, een van afdichtingsringen, aandraaischroeven, riem-aanspanning, of elk ander geschikt aanspanningsmechanisme dat reeds bekend is in het vakgebied.

Het openingshulpmiddel omvat optioneel verder een handmatig verplaatsingsmiddel voor axiale verplaatsing van het drankblikje van het onderste uiteinde naar het bovenste uiteinde.

Eventueel kan het verplaatsingsmiddel een automatisch verplaatsingsmiddel zijn, gekozen uit een of meer van de groep bestaande uit elektrische / hydraulische motoren, automatische zuigers, automatisch tandwielmechanisme, liftplatform, en dergelijke.

Optioneel kan het openingshulpmiddel een trekliporiënterend mechanisme omvatten voor het oriënteren van het treklipje van het blik in overeenstemming met ten minste een van de een of meer klauwen.

Ook	optioneel	kan	het	treklip-oriënterend
mechanisme een	combinatie	van	een	wrijvingswiel en	een
schakeikoppeling	omvatten	voor	het	oriënteren van	een

treklipj e.

BE2017/5611

De holle behuizing kan bij voorkeur vervaardigd zijn uit een materiaal gekozen uit een van, maar niet beperkt tot, metalen of plastic, en meer specifiek thermisch uitgeharde polymeren zoals polyoxymethyleen (POM) acrylonitril butadieenstyreen (ABS) nylon

6, nylon

6-6, polyamiden (PA) polybutyleen tereftalaat polycarbonaten polyetheretherketon (PEEK) polyetherketon (PEK), polyethyleen tereftalaat, polyimiden, polyphenyleensulfide polyfenyleenoxide (PPO), polysulfon (PSU), en polytetrafluoro-ethyleen (PTFE / Teflon).

De klauw kan ook bij voorkeur vervaardigd zijn uit een hard materiaal zoals staal met een coating van een materiaal gekozen uit, maar niet beperkt tot, thermisch uithardende polymeren zoals polyoxymethyleen (POM), acrylonitril butadieenstyreen (ABS), nylon 6, nylon 6-6, polyamiden (PA), polybutyleen tereftalaat (PBT), polycarbonaten (PC), polyetheretherketon (PEEK), polyetherketon (PEK), polyethyleen tereftalaat , (PET), polyimiden, polyphenyleensulfide (PPS), polyfenyleenoxide (PPO), polysulfon (PSU), en

BE2017/5611 polytetrafluoro-ethyleen (PTFE / Teflon) of thermisch uithardende harsen geselecteerd uit de groep bestaande uit, maar niet beperkt tot: Polyureum, bis-maleïmiden, epoxy, fenoli, melamine formaldehyde, polyester, polymide, polyurethaan, ureum-formaldehyde, epoxy en novolac

In een ander aspect van de onderhavige openbaring is een werkwijze voor het openen van een treklipje van een drankblik geopenbaard. De werkwijze omvat het duwen van het drankblik door de holle behuizing van het openingshulpmiddel vanaf het onderste uiteinde naar het bovenste uiteinde zodat de klauwpunt van ten minste een van de klauwen op een glijdbare manier wordt gekoppeld onder het lipgedeelte van het drankblik. De werkwijze omvat verder het verkrijgen van een relatieve verplaatsing tussen het drankblik door de verplaatsing van het drankblik in opwaartse richting voort te zetten zodat de vastgekoppelde klauw op een pivoteerbare manier het lipgedeelte open trekt.

In nog een ander aspect van de onderhavige openbaring is een verkoopautomaat dat gebruik maakt van het openingshulpmiddel van de onderhavige uitvinding geopenbaard. Met dit hulpmiddel kan een verkoopautomaat

BE2017/5611 voor drankblikken de drankblikken in geopende toestand het verkoopautomaat laten verlaten zodat een consument er niet meer voor kan kiezen het blik gesloten te houden.

De details van een of meer uitvoeringen zijn weergegeven in de bijbehorende tekeningen en de onderstaande beschrijving. Andere aspecten, eigenschappen en voordelen van het hierin geopenbaarde onderwerp worden duidelijk uit de beschrijving, de tekeningen en de conclusies.

Korte beschrijving van de tekeningen

FIG. 1 illustreert een perspectiefaanzicht van een openingshulpmiddel voor het openen/verwijderen van een treklipgedeelte van een drankblik volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

FIG. 2a illustreert een perspectiefaanzicht van een openingshulpmiddel voor het openen/verwijderen van een treklipgedeelte van een drankblik volgens een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

FIG. 2b illustreert een schematische weergave van een openingshulpmiddel voor het openen/verwijderen van een treklipgedeelte van een drankblik volgens een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

BE2017/5611

FIG. 3 illustreert een perspectiefaanzicht van een drankblik met een treklipgedeelte volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

FIG. 4 illustreert een schematische weergave van een klauw voor het openen/verwij deren van het treklipgedeelte van het drankblik volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

FIG. 5 illustreert een perspectiefaanzicht van een openingshulpmiddel voor het openen/verwijderen van een treklipgedeelte van een drankblik volgens een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

FIG. 6 toont een stroomschema die de stappen illustreert voor het openen van een drankblik volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

Fig. 7 toont een verkoopautomaat dat gebruik

maakt van het	openingshulpmiddel	volgens	een
uitvoeringsvorm van de	onderhavige openbaring;
Gedetailleerde	beschrij ving	van	de

voorkeursuitvoeringsvormen

Zoals vereist is hierin een schematisch, uitsluitend als voorbeeld bedoelde uitvoering van de onderhavige aanvrage geopenbaard; het dient echter vermeld

BE2017/5611 dat de geopenbaarde uitvoeringsvorm louter kenschetsend is voor de onderhavige openbaring, die kan worden uitgevoerd in diverse en/of alternatieve vormen. Hierin geopenbaarde specifieke structurele en functionele details mogen niet worden geïnterpreteerd als zijnde beperkend, maar louter als basis voor de conclusies en als een representatieve basis om eenieder die is onderlegd in het vakgebied te leren de onderhavige openbaring op diverse manieren aan te wenden in nagenoeg elke gepaste gedetailleerde structuur.

Aspecten, voordelen en/of andere eigenschappen van de kenschetsende uitvoeringsvorm van de openbaring worden duidelijk met het oog op de volgende gedetailleerde beschrijving, die diverse niet-beperkende uitvoeringsvormen van de uitvinding openbaart. Bij de beschrijving van kenschetsende uitvoeringsvormen wordt voor de duidelijkheid specifieke terminologie aangewend. De uitvoeringsvormen zijn echter niet bedoeld als zijnde beperkt tot deze specifieke terminologie.

Het dient vermeld dat elk specifiek gedeelte alle technische eguivalenten omvat die op een gelijkaardige manier werken om een gelijkaardige doelstelling te verkrijgen.

BE2017/5611

Kenschetsende uitvoeringsvormen kunnen worden aangepast voor vele verschillende doeleinden en zijn niet

bedoeld als	zijnde beperkend voor de hierin opgenomen
specifieke	kenschetsende doeleinden. Elke ervaren

deskundige zal de louter kenschetsende uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring kunnen aanpassen, afhankelijk,

bijvoorbeeld,	van de aangepaste uitvoeringsvorm. Bovendien
zijn daarmee	gerelateerde voorbeelden en beperkingen die

hieronder zijn beschreven louter bedoeld om illustratief, en niet exclusief, te zijn. Andere beperkingen van het gerelateerde vakgebied worden bij de ervaren deskundige duidelijk na het lezen van de volgende specificatie en een studie van de gerelateerde figuren.

De onderhavige aanvrage openbaart een openingshulpmiddel voor het openen van een treklipgedeelte van een drankblik dat reeds is gevuld met vloeistof zoals, bijvoorbeeld, dranken, bier, of dergelijke. Het openingshulpmiddel biedt, terwijl het in de hand wordt gehouden, de mogelijkheid tot een gemakkelijke, veilige en comfortabele opening van drankblikken. Dienovereenkomstig maakt het in de hand gehouden en gemakkelijk te bedienen openingshulpmiddel het openen van reeds gevulde

BE2017/5611 drankblikken door de eindgebruiker mogelijk wanneer hij dit wenst. Verder kan het openingshulpmiddel van de onderhavige

uitvinding	worden gebruikt in	de	verkoopautornaat	om
zodoende	de mogelijkheid tot	het	verdelen van	een
drinkklaar	drankblik mogelijk	te	maken. In	een

voorkeursuitvoeringsvorm omvat het openings instrument een holle behuizing die zich uitstrekt naar een grijpgedeelte. De holle behuizing omvat een over het algemeen cilindervormige holle behuizing met een binnenoppervlak, een buitenoppervlak, en een open holte die zich uitstrekt van een bovenste uiteinde naar een onderste uiteinde. Het openingshulpmiddel omvat verder een of meer over het algemeen ruimtelijk uit elkaar geplaatste klauwen voor trek-opening van het treklipgedeelte van de drankblikken.

Het is duidelijk dat, tenzij anders vermeld, deze uitvinding niet moet worden beperkt tot toepassingen voor drankblikken. Zoals eenieder die onderlegd is in het vakgebied weet, kunnen variaties van de uitvinding worden aangebracht aan andere bewaarblikken voor voedsel. Bovendien dient het duidelijk te zijn dat uitvoeringen van de onderhavige uitvinding kunnen worden toegepast in combinatie met diverse bekende inrichtingen, hulpmiddelen,

BE2017/5611 en/of apparaten om elke gewenste toepassing te verkrijgen. Het dient ook vermeld dat, zoals gebruikt in deze specificatie en de bijgevoegde conclusies, de enkelvoudige vormen een, de en het meervoudige referenties omvatten, tenzij de context duidelijk anders uitwijst. Bijvoorbeeld, de term een opening is dus bedoeld om te verwijzen naar een enkele opening of een combinatie van openingen, een klauw is bedoeld om te verwijzen naar een enkele klauw of naar een combinatie van een veelheid aan klauwen.

Fig. 1 illustreert een openingshulpmiddel

100 voor het openen van een treklipgedeelte van een drankblik (niet weergegeven).

Het openingshulpmiddel

100 omvat een holle behuizing. De holle behuizing 110 omvat een over het algemeen cilindervormig hol behuizingslichaam

112 met een buitenoppervlak 114, een binnenoppervlak 116 en een open holte 118 die zich longitudinaal uitstrekt tussen een bovenste uiteinde E_T van het holle behuizingslichaam

112 naar een onderste uiteinde E_B van het holle behuizingslichaam 112. De open holte 118 is over het algemeen een cilindervormig boorgat met een diameter D_Oc groter dan een diameter D_c (niet weergegeven) van het

BE2017/5611 drankblik dat moet worden geopend door middel van het openingshulpmiddel 100. Het openingshulpmiddel 100 omvat verder een of meer klauwen 120 met een lichaamsgedeelte 121 dat zich uitstrekt tussen een klauwpunt 122 en een klauweindgedeelte 123. De klauwpunt 122 van de klauw 120 is over het algemeen een puntige rand aangepast om te worden opgenomen onder een treklipgedeelte van het [niet weergegeven] drankblik, zodat, wanneer het blik in een opwaartse richting wordt verplaatst, de klauw 120 die gekoppeld is met het treklipgedeelte het blik op een pivoteerbare manier opent.

Optioneel zijn het openingshulpmiddel 100 en een of meer grijpgedeelten 140 geconfigureerd op het buitenoppervlak 114 van de behuizing 110. De holle behuizing 110 en het gri jpgedeelte 140 zijn in een stuk gerangschikt en integraal samen gegoten. In sommige uitvoeringsvormen zijn de holle behuizing 110 en de een of meer grijpgedeelten 140 echter afzonderlijke modules van het openingshulpmiddel 100 en kunnen, afhankelijk van de vereiste, worden bevestigd en ontkoppeld.

Een ervaren deskundige in het vakgebied dient er rekening mee te houden dat hoewel de openbaring in detail

BE2017/5611 werd weergegeven met een kenschetsend drankblik uit twee delen, gemakkelijk kan worden erkend dat het openingshulpmiddel 100 van deze uitvinding kan worden gebruikt in combinatie met elk conventioneel drankblik dat wordt geopend met een soort treklip. Verder kunnen, hoewel elke soort variatie kan worden aangebracht aan de vorm, grootte, materiaal, dwarsdoorsnede, enz. van het drankblik, dienovereenkomstig de variaties worden aangebracht aan het openingshulpmiddel 100 om daarop te werken.

Figuren 2a en 2b illustreren een openingshulpmiddel 200 volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding. Het openingshulpmiddel 200 kan worden gebruikt voor het openen van een treklipgedeelte 302 van een drankblik 300.

Zoals geïllustreerd in Fig. 3 is het drankblik 300 een conventioneel bliklichaam, bij voorkeur een drankcontainer uit twee stuks vervaardigd uit een metalen materiaal, meer specifiek aluminium. Het drankblik 300 bestaat uit een can bliklichaamgedeelte 310 met een diameter D_c. Het lichaamgedeelte 310 omvat een bovengedeelte 312, een treklipgedeelte 314 en een ononderbroken zijwand 316.

BE2017/5611

Het openingshulpmiddel 200, zoals geïllustreerd in Fig. 2, omvat een holle behuizing 210, een eerste grijpgedeelte 240a en een tweede grijpgedeelte 240b.

De holle behuizing 210 omvat een over het algemeen cilindervormig hol lichaam 212 met een buitenoppervlak 214, een binnenoppervlak 216 en een open holte 218 die zich longitudinaal uitstrekt tussen een bovenste uiteinde E_T van het holle lichaam 212 naar een onderste uiteinde E_B van het lichaam 212. In voorkeursuitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding heeft de holle behuizing 212 een diameter D_H die groter is dan de diameter D_c van het drankblik 300. Het verschil in diameter hangt over het algemeen af van de lengte van de klauwen 220.

De holle behuizing 110 omvat verder een of meer over het algemeen uit elkaar geplaatste klauwen 220 die daaraan bevestigd zijn op elk gewenst gedeelte daarvan. Zoals geïllustreerd in Fig. 2b is de veelheid aan ruimtelijk uit elkaar geplaatste klauwen 220 bevestigd op een bodemoppervlak 213 daarvan. In andere uitvoeringsvormen kunnen de klauwen 220 eventueel worden bevestigd op elk gewenst gedeelte van het behuizingslichaam 212 in elke

BE2017/5611 gewenste configuratie, waarbij het gewenste gedeelte is gekozen uit, maar niet beperkt tot, een bovenoppervlak 211, het buitenoppervlak 214, en het binnenoppervlak 216.

Zoals geïllustreerd in Fig. 4 kunnen de een of meer klauwen 220 een algemeen bekende klauwstructuur hebben met een over het algemeen kegelvormig gevormd lichaamgedeelte 222 dat zich uitstrekt vanuit een klauweindgedeelte 224 naar een over het algemeen puntvormige klauwpunt 226 die axiaal is opgehangen in de open holte 218. Door dergelijke puntige vorm van de klauwpunt 226 die zich uitstrekt vanuit een concaaf lichaamgedeelte 222 kan de klauwpunt onder het treklipgedeelte 314 van het drankblik 300 schuiven tijdens verplaatsing van het onderste uiteinde E_B naar het bovenste uiteinde E_T. In sommige uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding kunnen de klauwpunt 226 en het klauwlichaamgedeelte 222 eventueel elke vorm hebben die op gepaste wijze het treklipgedeelte 314 van het drankblik 300 kan opnemen. De klauw 120 omvat verder een verbindingsmechanisme 320 aan het klauweindgedeelte 224 om bevestiging mogelijk te maken van de klauw 120 op een geschikt bevestigingsoppervlak 800 [zoals geïllustreerd in fig. 8] dat al dan niet deel kan

BE2017/5611 een uitmaken van het openingshulpmiddel 200. Bijvoorbeeld, in sommige gevallen kan het bevestigingsoppervlak

800 bevestigingsplaats zijn die, indien nodig, vlak bij het behuizingslichaam

212 kan worden bewogen.

In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding kan het verbindingsmechanisme

320 een scharnierend verbindingsmechanisme zi jn .

In een dergelij ke uitvoeringsvorm omvat het eindgedeelte

224 scharnieropeningen die zijn aangepast om te worden opgenomen in de overeenkomstige pen aan het bevestigingsoppervlak.

Daarna worden de scharnieren vergrendeld waardoor de klauwen op het gewenste oppervlak worden bevestigd. In andere uitvoeringsvormen kan het verbindingsmechanisme ruimtelijk uit elkaar geplaatste roostervormige openingen omvatten die aanwezig zijn op het bevestigingsoppervlak. Het eindgedeelte 224 kan in dergelijke gevallen vergrendelpennen of elke andere vergrendelingsvorm omvatten, zodat wanneer ingebracht in de roostervormige openingen, de klauwen vergrendeld worden op het bevestigingsoppervlak. In andere uitvoeringsvormen kan elk bekend mechanisme worden gebruikt om de klauwen op een geschikte manier 220 op het gewenste oppervlak te

BE2017/5611 bevestigen zodat het klauwlichaam 222 op een pivoteerbare manier kan bewegen ten opzichte van het bevestigingsoppervlak 800 en de klauwpunt 226 opgehangen in en/of axiaal van de open holte 218 van het behuizingslichaam 212. Verder heeft de klauw 120 over het algemeen een lengte C_L die groter is dan het verschil D_otussen de D_H van het behuizingslichaam 212 en de diameter D_cvan het drankblik 300. Het verschil D_o kan bij voorkeur een waarde hebben in het gebied van 1 cm tot en met 10 cm.

In sommige uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding, vooral in de uitvoeringsvormen waarin de diameter van het behuizingslichaam 212 groter is dan een maximumdiameter van het drankblik 300 zodat de klauwpunt 226 het treklipgedeelte 314 daarvan niet kan bereiken, omvat het openingshulpmiddel 200 een aanspanmechanisme (niet weergegeven) voor het aanspannen van de holle behuizing 110 naar het drankblik 300 toe. Een dergelijke aanspanning kan worden uitgevoerd om het gewenste waardebereik voor de diameter D_o te verkrijgen.

In sommige gevallen kan het aanspanmechanisme een op een aanspanmoer en schroef gebaseerd aanspanmechanisme zijn. In dergelijke uitvoeringsvormen kan de holle

BE2017/5611 behuizing een gesloten lus-lichaam zijn met open uiteinden die, wanneer ze met elkaar worden verbonden, de lus sluiten. In een dergelijk mechanisme kan een van schroefdraad voorziene moer worden aangebracht op een van de uiteinden van de holle behuizing en is een bout die een pen bevat aangebracht aan het andere uiteinde. De pen van de bout kan worden gerangschikt om te opzichte van de bout te draaien rond een as van de schroefdraad, waarbij de pen en de moer samen worden gedraaid ten opzichte van de bout tot de bout wordt onderworpen aan een vooraf bepaalde trekspanning en de holle behuizing 210 dicht naar het drankblik 300 beweegt.

In andere uitvoeringsvormen kan het aanspanmechanisme worden gekozen uit, maar niet beperkt tot, een van spanklemmen, afdichtringen, spanschroeven, riemaanspanning, of dergelijke. In nog andere uitvoeringsvormen kan het aanspanmechanisme elk geschikt aanspanmechanisme zijn dat bekend is in het vakgebied.

In sommige uitvoeringsvormen kan het openingshulpmiddel 200 een of meer automatische verplaatsingsmiddelen omvatten voor het axiaal verplaatsen van het drankblik 300 vanaf het onderste uiteinde naar het

BE2017/5611 bovenste uiteinde. Het automatische verplaatsingsmiddel kan een verhogend platform zijn dat wordt aangedreven door een of meer van, maar niet beperkt tot, de groep bestaande uit een elektrische motor, een automatische zuiger, een drijfschijf en diverse andere geschikte aandrijfmiddelen die reeds bekend zijn in het vakgebied.

Het automatische verplaatsingsmiddel is vooral vereist in de gevallen waarin het openingshulpmiddel 200 wordt gebruikt als een onafhankelijk en zelfstandig hulpmiddel. Bijvoorbeeld, wanneer gebruikt in een verkoopautomaat of in combinatie met een verkoopautomaat, of elke andere gelijkaardige situatie. In een dergelijke situatie kan het openingshulpmiddel individueel en/of samen met het additionele systeem werken om het drankblik 300 te openen.

In dergelijke uitvoeringsvormen kan het openingshulpmiddel 200 verder een bedieningseenheid (niet weergegeven) omvatten voor het bedienen van de operatie- / werkings- / of automatische verplaatsingsmiddelen.

In sommige uitvoeringsvormen kan de bedieningseenheid een gegevensopvangeenheid omvatten voor het ontvangen van een update van aanwezigheid van het

BE2017/5611 drankblik op automatische verplaatsingsmiddelen. De bedieningseenheid kan verder een processoreenheid omvatten voor het verwerken van de gegevens opgevangen door de gegevensopvangeenheid op basis van vooraf bepaalde logica / regels om de verplaatsing van de automatische verplaatsingsmiddelen te vergemakkelij ken.

De bedieningseenheid kan verder een instructie-eenheid omvatten die de instructies verschaft aan diverse componenten zoals diverse motoren, aandrijfeenheden, of dergelijke, teneinde een gewenste en vlotte operatie te vergemakkelij ken.

In sommige uitvoeringsvormen kan de bedieningseenheid worden verschaft als een computerprogrammaproduct, omvattende onder andere een computer-leesbaar opslagmedium of een niet-tijdelijk machine-leesbaar medium dat instructies bevat die kunnen worden geïnterpreteerd door een computer of een ander elektronisch apparaat, voor het uitvoeren van een of meer processen. Een niet-tijdelijk machine-leesbaar medium omvat elk mechanisme voor het opslaan van informatie in een vorm (inclusief een processing-applicatie of software) die kan worden gelezen of geïnterpreteerd door een

BE2017/5611 machine (zoals een computer). Het niet-tijdige machineleesbare medium kan de vorm aannemen van, maar is niet beperkt tot, elke bekende opslagtechniek, waaronder magnetische opslagmedia, optische opslagmedia, magnetooptische opslagmedia; enkel uitleesbaar geheugen (ROM); willekeurig toegankelijk lees/schrijfgeheugen (RAM); uitwisbaar en programmeerbaar geheugen (waaronder EPROM en EEPROM); flash-geheugen; en andere.

In een uitvoering van de onderhavige uitvinding, zoals geïllustreerd in Fig. 5, omvat het openingshulpmiddel 200 slechts één klauw 220 bevestigd op het bevestigingsoppervlak 800 dat weg van de behuizing 210 is geplaatst. In een dergelijke uitvoeringsvorm omvat het hulpmiddel 200 een mechanisme voor het verplaatsen van het bevestigingsoppervlak 800 zodat de klauwpunt op een hangende manier wordt aangebracht in de open holte 218 door een of meer openingen in het behuizingslichaam 212. Verder omvat, in dergelijke uitvoeringsvormen, het openingshulpmiddel 200 een treklip-oriënterend mechanisme 250 voor het oriënteren van de treklip 314 van het blik 300 zodat oriëntatie van de treklip overeenkomt met een richting van de klauwpunt 226 die in de behuizing 210 Is

BE2017/5611 opgehangen. In één dergelijk voorbeeld omvat het trekliporiënterende mechanisme 250 een combinatie van een wrijvingswiel 252, een schakelkoppeling 254 en een trekliporiënterende aandrijfmotor [niet weergegeven], In dergelijke voorbeelden kan, wanneer de klauw zich in de operatiepositie bevindt, het wrijvingswiel 252 in contact komen met de zijwanden 316 en kan de schakelkoppeling 254 in contact komen met het bovenste gedeelte 312 van het drankblik 300 om de oriëntatie van het treklipgedeelte 314 te bepalen. De schakelkoppeling 254 is georiënteerd in een richting die overeenkomt met de richting van de klauwpunt 226. In gebruik draait de treklip-oriënterende aandri j fmotor het wri j vingswiel 252 dat op zijn beurt het drankblik 300 roteert. De rotatie wordt voortgezet tot de schakelkoppeling 254 de aanwezigheid van het treklipgedeelte 314 detecteert en dit oriënteert in een richting van de klauwpunt 226. Eens georiënteerd wordt het drankblik 300 verticaal omhoog gebracht zodat tijdens de opwaartse beweging de klauwpunt 226 op een schuivende manier het treklipgedeelte 314 van het drankblik 300 vastneemt en eraan trekt terwijl het blik opwaarts en weg van het klauwlichaam 222 blijft bewegen waardoor het blik

BE2017/5611 wordt geopend 300. Over het algemeen wordt, in dergelijke uitvoeringsvormen, het automatische verplaatsingsmiddel zoals het liftplatform gebruikt om het drankblik 300 verticaal te houden en verticaal opwaarts te bewegen.

De holle behuizing 210 en de radiale klauw 220 kunnen bij voorkeur vervaardigd zijn uit een materiaal gekozen uit, maar niet beperkt tot, thermisch uithardende polymeren die wenselijke slijtage- en aanvaardbare vervormbaarheidskenmerken vertonen. De te verkiezen thermisch uithardende polymeren kunnen gekozen zijn uit een

van, maar niet	beperkt	tot, de	groep bestaande uit
polyoxymethyleen	(POM),		acrylonitril
butadieenstyreen	(ABS),	nylon	6, nylon 6-6,
polyamiden (PA),	polybutyleen	tereftalaat (PBT),

polycarbonaten (PC), polyetheretherketon (PEEK), polyetherketon (PEK), polyethyleen tereftalaat, (PET), polyimiden, polyfenyleensulfide (PPS), polyfenyleenoxide (PPO), polysulfon (PSU), en polytetrafluoro-ethyleen (PTFE / Teflon).

De holle behuizing 210 en radiale klauw 220 kunnen eventueel ook vervaardigd zijn uit een hard materiaal zoals staal met een coating van een materiaal

BE2017/5611 gekozen uit, maar niet beperkt tot, thermisch uithardende polymeren zoals polyoxymethyleen (POM), acrylonitril butadieenstyreen (ABS), nylon 6, nylon 6-6, polyamiden (PA), polybutyleen tereftalaat (PBT), polycarbonaten (PC), polyetheretherketon (PEEK), polyetherketon (PEK), polyethyleen tereftalaat , (PET), polyimiden, polyphenyleensulfide (PPS), polyfenyleenoxide (PPO), polysulfon (PSU), en polytetrafluoro-ethyleen (PTFE / Teflon) of thermisch uithardende harsen geselecteerd uit de groep bestaande uit, maar niet beperkt tot: Polyureum, bis-maleïmiden, epoxy, fenoli, melamine formaldehyde, polyester, polymide, polyurethaan, ureum-formaldehyde, epoxy en novolac

Fig. 6, met verwijzing naar Figuren 1 tot en met 5, is een stroomschema dat een werkwijze 600 illustreert voor het gebruiken van het openingshulpmiddel 200 voor het openen van het drankblik 300 dat reeds gevuld is met een vloeistof zoals drank, of dergelijke. De werkwijze begint met stap 602 en gaat verder tot een optionele stap 604 waarin het drankblik 300 wordt georiënteerd in overeenstemming met de klauwpunt 226. Dit is over het algemeen vereist in de uitvoeringsvormen waarin het

BE2017/5611 openingshulpmiddel 200 slechts een enkele klauw 220 omvat voor het openen/verwijderen van het treklipgedeelte 314 van het drankblik 300. Daarna gaat de werkwijze 600 verder naar stap 606 waarin het drankblik 300 door de holle behuizing

210 van het openingshulpmiddel 200 wordt geduwd en verder gaat naar stap 608 waarin het treklipgedeelte

314 in contact wordt gebracht met de klauwpunt 226 van de een of meer klauwen 220 zodat de klauwpunt 226 onder de treklip

314 gli jdt. In sommige uitvoeringsvormen kunnen de een of meer klauwgedeelten

220 worden bevestigd aan het behuizingslichaam 212.

In sommige andere uitvoeringsvormen kunnen de een of meer klauwgedeelten 220 worden bevestigd aan het bevestigingsoppervlak 800 behuizingslichaam 212. In dergelijke weg van het gevallen is de klauwpunt 226 opgehangen in de open holte 218 door een of meer openingen in het behuizingslichaam 212.

De werkwijze 600 gaat vervolgens verder naar stap 610 waar een relatieve beweging tussen het drankblik 300 en het klauwlichaam 322 wordt verkregen door het blik 300 in staat te stellen zich verticaal opwaarts te bewegen, zelfs na koppeling met de klauwpunt 326 waardoor het treklipgedeelte 314 op een pivoteerbare manier wordt

BE2017/5611 opengetrokken. De werkwijze 600 gaat vervolgens verder naar stap 612 waar het drankblik 300 wordt vrijgegeven uit d holle behuizing 210 om een drankblik 300 te verkrijgen met het treklipgedeelte 314 verwijderd/geopend teneinde een drinkklaar drankblik 300 te verkrijgen.

Industriële toepasbaarheid

DE onderhavige openbaring heeft betrekking op een in de hand gehouden openingshulpmiddel 100 voor het openen / verwijderen van treklipgedeeltes van drankblikken. Het openingshulpmiddel kan, hoewel het kostenefficiënt en draagbaar is, zeer snel en gemakkelijk worden bediend door eindverbruikers, of door de kleinhandelaars in diverse winkels, cafés enz. zonder daarbij enige druk / kracht te moeten uitoefenen op het treklipgedeelte van het drankblik.

Verder vermindert het openingshulpmiddel 100 van de onderhavige openbaring het probleem dat vloeistof kan worden gemorst door het plotse uitoefenen van druk op de drankblikken. Dit kan worden verklaard als een impact van het uitoefenen van de druk op het drankblik bij vroegere bekende openingstechnieken voor het drankblik, wat vaak plots morsen veroorzaakte als gevolg van de inertie van de binnenin bewaarde drank. Doordat bij het openingshulpmiddel

BE2017/5611 van de onderhavige openbaring geen plotse druk / kracht moet worden uitgeoefend, wordt het probleem van het morsen van drank voorkomen.

Zoals duidelijk is stelt de realisatie van een dergelijk openingshulpmiddel de eindgebruiker in staat de drankblikken veilig en snel te openen. Terwijl het openingshulpmiddel van de onderhavige openbaring dienst kan doen als onafhankelijke zelfstandige eenheid, kan het hulpmiddel 200 ook worden geïntegreerd met diverse verkoopautomaten die bekend zijn in het vakgebied, waardoor de consument drinkklare drankblikken uit het verkoopautomaat krijgt.

Fig. 7 illustreert een kenschetsend verkoopautomaat 500 dat het openingshulpmiddel 200 van de onderhavige openbaring gebruikt. Het verkoopautomaat 500 omvat een hoofdbehuizing 510 met een over het algemeen vierhoekige vorm met een bovenste gedeelte 501, onderste gedeelte 502, voorste gedeelte 503 en een achterste gedeelte 504 die zich uitstrekken tussen een eerste zijde 505 en een tweede zijde 506 en een binnenruimte 507 in de hoofdbehuizing 510definiëren. De hoofdbehuizing 510 omvat

BE2017/5611 een leveringsgleuf 512 en een betalingsinterface 514 geconfigureerd op een bovenste gedeelte 501 daarvan.

De leveringsgleuf 512 is over het algemeen een openingsgleuf in de hoofdbehuizing 510 verbonden met een buisvormige structuur 513 die zich uitstrekt in de binnenruimte 507 van de hoofdbehuizing 510 en is aangepast voor het ontvangen van het drankblik 300 dat is opgeslagen in het verkoopautomaat 500. De betaalinterface 514 is een interface geconfigureerd voor het aannemen van betaling door middel van een veelheid aan bekende mechanismen.

Het binnenste gedeelte 507 van de hoofdbehuizing

510 omvat een koelcompartiment 520 voor het bewaren van

drankblikken	300 in	een	gekoelde toestand	en	een
overdracht-	subsysteem	530	voor het overdragen	van	het
drankblik 300 vanuit	het	koelcompartiment 520	naar	de

leveringsgleuf 512 door de buisvormige structuur 513.

Het koelcompartiment 520 omvat een bovenste compartiment 521 voor het opslaan van de veelheid aan drankblikken 300 afgescheiden van een basis-koeleenheid 551 door een over het algemeen hellende plaat 552 die zich uitstrekt naar een koeldeur 553 van het koelcompartiment

520. De basiskoeleenheid 551 kan elke conventionele bekende

BE2017/5611 koeleenheid zijn die bekend is in het vakgebied en die geschikt is om te worden gebruikt met de verkoopautomaten.

Het bovenste compartiment omvat een veelheid aan kolommen 522 die elk in staat zijn tot het opslaan van een stapel 523 drankblikken 300 en die een vrijgavedeur hebben

524 in een onderste gedeelte Cl daarvan.

Het compartiment

521 omvat verder een motorsamenstel voor het van de vrijgavedeur 524.

Het koelcompartiment

520 omvat verder een deuropeningsmechanisme 554 voor het openen van de koeldeur

553 zodat slechts één drankblik

300 uit het koelcompartiment kan worden verdeeld naar het overdrachtsubsysteem 530 aan een ontvangststation 532 daarvan.

Het overdracht-subsysteem 530 zoals eerder geopenbaard ontvangt een drankblik

300 aan het ontvangststation 532. Het ontvangststation

532 is over het algemeen een doorvoer-gevormde open behuizing met een diameter die aangepast is voor het comfortabel ontvangen van het drankblik 300.

Het overdracht-subsysteem 530 omvat verder een liftstation 534 dat is aangepast voor het overbrengen van

BE2017/5611 het drankblik 300 dat werd ontvangen aan het ontvangststation 532. Het liftstation 534 is verder aangepast voor het overbrengen van het drankblik 300 naar de leveringsgleuf 512. Het liftstation 534 omvat een basisliftplatform 561 dat op een onbuigzame manier is bevestigd een aan achterste lift-plaat 562, en een liftschacht 563 verbonden met de leveringsgleuf 512 door de buisvormige structuur 513. Het liftplatform 561 is aangepast voor het ontvangen van het drankblik 300 en het overbrengen ervan naar de leveringsgleuf 512 waardoor het blik 300 toegankelijk wordt voor de consument.

Het liftstation 534 kan functioneel worden verbonden met het ontvangststation 532 door een oriëntatiestation 536. Het oriëntatiestation 536 ontvangt het drankblik 300 van het ontvangststation 532, oriënteert en plaatst het op het liftplatform 561 in een bovenste opwaartse richting. Het overdracht-subsysteem 530 omvat verder een overdrachtmechanisme 539 voor het overdragen van het drankblik 300 vanuit het ontvangststation 532. Het overdrachtmechanisme 539 kan elk geschikt bekend overdrachtmechanisme zijn dat bekend is in het vakgebied.

BE2017/5611

Het oriëntatiestation kan elk bekend mechanisme zijn dat kan worden gebruikt om op een gepaste manier de oriëntatie van het drankblik 300 te detecteren en te veranderen.

In een bepaalde voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding omvat het oriëntatiestation 536 een ontvangstgedeelte [niet weergegeven] dat het drankblik

300 van het ontvangststation 532 ontvangt.

Verder omvat het oriëntatiestation 536 een meetmechanisme voor het bepalen van een een huidige oriëntatie van het drankblik 300, een oriëntatiemechanisme [niet weergegeven] voor het veranderen van de oriëntatie van het drankblik 300 en een vrijgavemechanisme [niet weergegeven] voor het plaatsen van het drankblik 300 op het liftplatform 561 in de bovenste opwaartse richting, zoals gewenst.

Het overdracht-subsysteem omvat verder een openingsmechanisme 200 voor het openen van het drankblik 300 dat werd ontvangen op het platform 561 terwijl het wordt overgedragen van de basispositie Bl naar de bovenste positie Tl. Het openingsmechanisme dat wordt gebruikt in het verkoopautomaat 500 is openingshulpmiddel 200 omvattende een enkele klauw 520, zoals eerder geopenbaard in de onderhavige openbaring.

BE2017/5611

Het verkoopautomaat 500 kan verder een omvatten voor het beheren van de operaties van het verkoopautomaat

500.

Het dient vermeld dat de bedieningseenheid

140 een computerapparaat kan zijn, inclusief kenmerkende componenten zoals een weergave-eenheid, een centrale verwerkingseenheid willekeurig toegankelij k lees/sehrij fgeheugen (RAM) enkel uitleesbaar geheugen (ROM), ten minste een opgeslagen programma, display-uitiezingen, en ten minste een invoereenheid. De bedieningseenheid is verbonden met een koelcompartiment 520 en overdracht-subsysteem 530 van het verkoopautomaat 500.

Het verkoopautomaat 500 omvat verder een stroomtoevoereenheid [niet weergegeven] voor voor het verschaffen van elektrische stroom aan de diverse componenten daarvan. De stroomtoevoereenheid verbindt over het algemeen de bedieningseenheid, de koeleenheid 520 en het overdracht-subsysteem 530 om elektrische energie te verschaffen aan diverse componenten zoals motoren, sensoren, weergave-eenheden, invoereenheden, en andere subcomponenten daarvan.

BE2017/5611

In werking verstuurt, wanneer het verkoopautomaat

500 een uitreik-aanvraag voor een drankblik 300 ontvangt van een consument, de bedieningseenheid een instructie naar het koelcompartiment 520 en het overdracht-subsysteem 530 voor het uitreiken van het drankblik 300. Als reactie op de instructie ontvangen van de bedieningseenheid geeft het koelcompartiment 520 een blik 300 vrij dat wordt uitgereikt vanuit het bovenste compartiment 551 in het ontvangststation 532 van het overdracht-subsysteem 530 dat vervolgens eerst wordt georiënteerd in het oriëntatiestation 536 en op het liftplatform 561 geplaatst dat verticaal wordt bewogen naar de leveringsgleuf 512, waar onderweg de klauwpunt 226 van het openingshulpmiddel 200 wordt gekoppeld aan het treklipje 314 en eraan trekt om zodoende het drankblik 300 te openen. Daarna beweegt het liftplatform 561 door de buisvormige structuur 513 en stopt op de leveringsgleuf 512, waardoor het geopende drankblik 300 toegankelijk is voor de consument.

Hoewel het openingshulpmiddel 100 wordt beschreven voor het openen van drankblikken met een over het algemeen cilindrische vorm, is het voor een ervaren deskundige in het vakgebied ook duidelijk dat het

BE2017/5611 openingshulpmiddel 100 kan worden gebruikt voor het openen van drankblikken van het type dat een hol containerlichaam omvat met diverse vormen zoals een rechthoekige dwarsdoorsnede, of dergelij ke.

In dergelijke gevallen is de vorm van de holle behuizing 110 van het openingshulpmiddel

100 is veranderd naargelang de vorm van het drankblik zonder daarbij af te wijken van de doelstelling van de uitvinding.

Met verwijzing naar Fig.

is methodologie volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van het geclaimde onderwerp geïllustreerd. Terwijl, ter vereenvoudiging van de verklaring, de methodologie is weergegeven en beschreven als een reeks handelingen, dient het duidelijk en erkend te zijn dat het geclaimde onderwerp niet beperkt is door de volgorde van handelingen, omdat sommige kunnen voorkomen in verschillende volgorden en/of gelijktijdig met andere handelingen dan die hierin weergegeven en beschreven.

Bijvoorbeeld, eenieder die onderlegd is in het vakgebied begrijpt en erkent dat een methodologie eventueel zou kunnen worden voorgesteld als een reeks onderling gerelateerde toestanden of gebeurtenissen, zoals in een toestandsdiagram. Bovendien zijn mogelijk niet alle

BE2017/5611 geïllustreerde handelingen vereist om een methodologie uit te voeren volgens het geclaimde onderwerp. Additioneel dient het ook duidelijk te zijn dat de hieronder en doorheen deze specificatie beschreven methodologieën kunnen worden bewaard op een productieartikel om transport en overdracht van dergelijke methodologieën naar computers te vergemakkelijken. De term productieartikel, zoals hierin gebruikt, is bedoeld om een computerprogramma te omvatten dat toegankelijk is vanuit elk computerleesbaar apparaat, drager of media.

Doorheen de specificaties van de onderhavige openbaring betekent de term omvattende inclusief maar niet noodzakelijk de uitsluiting van andere elementen of stappen. Met andere woorden, de term omvattende wijst op een open lijst. Verder worden alle directionele verwijzingen (zoals, maar niet beperkt tot, bovenste, onderste, binnenste, buitenste, omhoog, omlaag, naar binnen, naar buiten, rechts, links, naar rechts, naar links, binnen, buiten, bovenkant, bodem, boven, onder, verticaal, horizontaal, met de wijzers van de klok mee, en tegen de wijzers van de klok in, lineair, axiaal en/of radiaal, of elke andere directionele en/of gelijkaardige

BE2017/5611 referentie) alleen gebruikt voor identificatiedoeleinden om de illustratieve uitvoeringsvormen van de onderhavige openbaring voor de lezer gemakkelijker begrijpbaar te maken, en vormen geen beperkingen, meer specifiek wat de positie, oriëntatie of gebruik betreft, tenzij specifiek vermeld in de conclusies. Bovendien zijn alle directionele verwijzingen bij benadering en mogen niet worden geïnterpreteerd als zijnde exact maar eerder als een beschrijving van een algemene indicator voor een oriëntatie bij benadering.

Evenzo dienen samenvoegingsreferenties (zoals, maar niet beperkt tot, bevestigd, gekoppeld, verbonden, opgenomen, en dergelijke en hun afleidingen) ruim te worden geïnterpreteerd en kunnen intermediaire elementen tussen een verbinding van segmenten en relatieve beweging tussen segmenten omvatten. Zo betekenen samenvoegingsreferenties niet noodzakelijk dat twee segmenten rechtstreeks aan elkaar verbonden zijn en zich in een vaste verhouding ten opzichte van elkaar bevinden.

In sommige gevallen zijn componenten beschreven met verwijzing naar uiteinden met een specifiek kenmerk en/of die verbonden zijn met een ander gedeelte. Elke

BE2017/5611 ervaren deskundige in het vakgebied zal erkennen dat de onderhavige openbaring niet beperkt is tot componenten die onmiddellijk na hun verbindingspunten met andere onderdelen stoppen. De term uiteinde dient dus ruim te worden geïnterpreteerd, op een manier die gebieden grenzend aan, achterwaarts, voorwaarts of, of op een andere wijze nabij het einde van een specifiek segment, verbinding, component, gedeelte, element of dergelijke omvat Additioneel mogen alle numerieke termen, zoals, maar niet beperkt tot, tweede, tweede, derde, vierde, of andere normale en/of numerieke termen, alleen worden geïnterpreteerd als identificatoren, zodat de diverse uitvoeringsvormen, variaties en/of wijzigingen van de onderhavige openbaring gemakkelijker door de lezer kunnen worden begrepen, en vormen mogelijk geen beperkingen, meer specifiek wat de volgorde, of voorkeur, van elke uitvoeringsvorm, variatie en/of wijziging ten opzichte van, of boven, een andere uitvoeringsvorm, variatie en/of wijziging betreft.

Zoals duidelijk is voor eenieder die onderlegd is in het vakgebied kan de onderhavige uitvinding gemakkelijk worden geproduceerd in andere specifieke vormen zonder af te wijken van de essentiële kenmerken ervan. De onderhavige

BE2017/5611 uitvoeringsvormen dienen daarom te worden beschouwd als zijnde louter illustratief en niet als zijnde beperkend, waarbij de doelstelling van de uitvinding wordt aangegeven door de conclusies in de plaats van door de bovenstaande 5 beschrijving, en alle veranderingen die ermee gepaard gaan zijn dus ook bedoeld om daarin te worden opgenomen. Er zijn diverse variaties, modificaties, addities en verbeteringen mogelijk. Over het algemeen werden uitvoeringsvormen volgens de onderhavige openbaring beschreven in de context van voorkeursuitvoeringsvormen. Functionaliteiten kunnen op een andere manier gescheiden of gecombineerd worden procedures in diverse uitvoeringsvormen of van de openbaring of beschreven met verschillende terminologie.

Deze en andere variaties, modificaties, addities of verbeteringen kunnen binnen de doelstelling van de openbaring vallen zoals gedefinieerd in de bijgevoegde conclusies.

Claims

Conclusies

1. Openingshulpmiddel voor het openen van een treklipgedeelte van een drankblik, het hulpmiddel omvattende :

een holle behuizing omvattende een behuizingslichaam, waarbij het behuizingslichaam een bovenste uiteinde, een onderste uiteinde, een binnenoppervlak, een buitenoppervlak en een open holte heeft, de open holte aangepast om de drank in staat te stellen daardoor te passeren;

een of meer klauwen met een klauwlichaam dat zich uitstrekt tussen een klauwpunt en een klauweindgedeelte, waarbij de klauwpunt van elke van de klauwen is aangepast om op een hangende manier in de open holte van de holle behuizing te worden geplaatst.

waarbij, wanneer het drankblik door de open holte van het onderste uiteinde naar het bovenste uiteinde wordt gevoerd, de klauwpunt van de ten minste een van de klauwen aan het treklipgedeelte grijpt en trekt terwijl het drankblik uit het behuizingslichaam wordt gevoerd.

BE2017/5611
2. Openingshulpmiddel volgens conclusie 1, waarbij het eindgedeelte van de een of meer klauwen is aangepast om te worden bevestigd aan het behuizingslichaam.
3. Openingshulpmiddel volgens conclusie 2, waarbij het eindgedeelte van de een of meer klauwen op een scharnierende manier is verbonden met het behuizingslichaam.
4. Openingshulpmiddel volgens conclusie 2, waarbij het behuizingslichaam een opening omvat voor het op een vergrendelende manier ontvangen van een enkel klauweindgedeelte, of een veelheid aan ruimtelijk uit elkaar geplaatste roosters voor het op een vergrendelende manier ontvangen van het eindgedeelte van de veelheid aan klauwen.
5. Openingshulpmiddel volgens conclusie 1, waarbij het klauwgedeelte een over het algemeen concaafvormig lichaam is dat zich uitstrekt naar de klauwpunt, waarbij de klauwpunt verder is aangepast om te schuiven onder het treklipgedeelte van het drankblik zodat wanneer het blik uit het behuizingslichaam wordt verplaatst in een opwaartse richting, het klauwlichaam op een pivoteerbare manier het treklipgedeelte open trekt;

BE2017/5611
6. Openingshulpmiddel volgens conclusie 1, verder omvattende een of meer grijpgedeelten geconfigureerd op het buitenoppervlak van het behuizingslichaam om het openingshulpmiddel vast te houden;
7. Openingshulpmiddel volgens conclusie 1, verder omvattende een of meer verplaatsingsmiddelen voor het verplaatsen en/of duwen van het blik door het behuizingslichaam vanaf het onderste uiteinde naar het bovenste uiteinde.
8. Openingshulpmiddel volgens conclusie 7, waarbij het verplaatsingsmiddel een automatisch middel omvat gekozen uit, maar niet beperkt tot, een liftplatform.
9. Openingshulpmiddel volgens conclusie 1, verder omvattende een treklip-oriënterend mechanisme voor het oriënteren van het treklipgedeelte van het blik in overeenstemming met ten minste een van de een of meer klauwen.

waarbij
10. Openingshulpmiddel het treklip-oriënterend volgens mechanisme conclusie 10, een combinatie van een wrijvingswiel en een schakelkoppeling omvat voor het oriënteren van het treklipgedeelte.

BE2017/5611
11. Openingshulpmiddel volgens conclusie 1, waarbij het behuizingslichaam een diameter heeft van 1 cm

10 cm groter dan een diameter van het drankblik.
12. Openingshulpmiddel volgens conclusie 1, waarbij het behuizingslichaam vervaardigd kan zijn uit een materiaal gekozen uit een van, maar niet beperkt tot, thermisch uithardende polymeren zoals polyoxymethyleen (POM) acrylonitril butadieenstyreen (ABS) nylon

6, nylon

6-6, polyamiden (PA) polybutyleen tereftalaat polycarbonaten polyetheretherketon (PEEK) polyetherketon (PEK), polyethyleen tereftalaat, polyimiden, polyphenyleensulfide polyfenyleenoxide (PPO), polysulfon (PSU), en polytetrafluoro-ethyleen (PTFE / Teflon).
13. Openingshulpmiddel volgens conclusie 1, waarbij de klauw is vervaardigd uit een hard materiaal zoals staal met een coating van een materiaal gekozen uit, maar niet beperkt tot, thermisch uithardende polymeren zoals polyoxymethyleen (POM), acrylonitril butadieenstyreen (ABS), nylon 6, nylon 6-6, polyamiden (PA) polybutyleen tereftalaat (PBT)

BE2017/5611 polycarbonaten (PC), polyetheretherketon (PEEK), polyetherketon (PEK), polyethyleen tereftalaat , (PET), polyimiden, polyfenyleensulfide (PPS), polyfenyleenoxide (PPO), polysulfon (PSU), en polytetrafluoro-ethyleen (PTFE / Teflon) of thermisch uithardende harsen geselecteerd uit de groep bestaande uit, maar niet beperkt tot: Polyureum, bis-maleïmiden, epoxy, fenoli, melamine formaldehyde, polyester, polymide, polyurethaan, ureum-formaldehyde, epoxy en novolac
14. Drankblik-verkoopautomaat omvattende een openingshulpmiddel volgens een der bovenstaande conclusies.
15. Werkwijze voor het openen van een drankblik met behulp van het openingshulpmiddel volgen de de voorgaande conclusies, de werkwijze omvattende de stap van:

het in contact brengen van de een of meer klauwen van het openingshulpmiddel met een treklipgedeelte van het drankblik zodat de klauwpunt van ten minste een van de klauwen zich op een glijdende manier vastkoppelt onder het treklipgedeelte;

het verkrijgen van een relatieve beweging tussen de vastgekoppelde klauw en het drankblik in een opwaartse

BE2017/5611 richting zodat de klauwen op een pivoteerbare manier het treklipgedeelte open trekken.
16. Werkwijze volgens conclusie 15, waarbij de relatieve beweging wordt verkregen door het duwen van het drankblik door het behuizingslichaam van het openingshulpmiddel.
17. Werkwijze volgens conclusie 15, waarbij de relatieve beweging wordt verkregen door het handmatig duwen van het blik door het behuizingslichaam.
18. Werkwijze volgens conclusie 16, waarbij de stap van het duwen van het drankblik wordt uitgevoerd door middel van automatische verplaatsingsmiddelen zoals een liftplatform aangedreven door een of meer gekozen uit, maar niet beperkt tot, een elektrische motor, katrol, elektrische zuiger, en dergelijke.