BE1023036B1 - Grijperopener voor een weefmachine - Google Patents

Grijperopener voor een weefmachine Download PDF

Info

Publication number
BE1023036B1
BE1023036B1 BE2015/0142 BE1023036B1 BE 1023036 B1 BE1023036 B1 BE 1023036B1 BE 2015/0142 BE2015/0142 BE 2015/0142 BE 1023036 B1 BE1023036 B1 BE 1023036B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
gripper
strip
guide
opener
support plate
Prior art date
Application number
BE2015/0142
Other languages
English (en)
Inventor
Bram Degraeve
Joost Carpentier
Ronny Coulembier
Original Assignee
Picanol Nv
Filing date
Publication date
Application filed by Picanol Nv filed Critical Picanol Nv
Priority to PCT/EP2016/059247 priority Critical patent/WO2016177601A1/en
Priority to CN201680026539.1A priority patent/CN107580638B/zh
Application granted granted Critical
Publication of BE1023036B1 publication Critical patent/BE1023036B1/nl

Links

Abstract

Weefmachine en grijperopener voor het openen van een grijperklem (14) van een grijper (2, 3) bevattende een stripvormig openerelement (22) en een geleiding (21) waarbij het stripvormig openerelement (22) voorzien is van een eerste koppelelement (28) en een tweede koppelelement (79) die centraal zijn aangebracht en spiegel-symmetrisch ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd, waarbij de geleiding (21) voorzien is van minstens één tegenelement (27), en waarbij één van het eerste koppelelement (28) en het tweede koppelelement (79) een tong-en-groef verbinding vormt met het minstens één tegenelement (27) voor het geleiden van het stripvormig openerelement (22).

Description

Grijperopener voor een weefmachine.
Technisch gebied en stand van de techniek.
[0001] De uitvinding betreft een grijperopener voor het openen van een grijperklem van een grijper bij een weefmachine.
[0002] Een grijperopener voor het openen van een grijperklem van een grijper wordt bijvoorbeeld in EP 0 309 700 Al geopenbaard. De grijperopener bevat een openerelement met een werkingsoppervlak dat aangepast is om met de grijperklem samen te werken voor het openen van de grijperklem. Het openerelement is beweegbaar gemonteerd volgens een bewegingsrichting van de grijper door middel van een aanpassingsinrichting en is beweegbaar door middel van de aanpassingsinrichting volgens de bewegingsrichting voor een aanpassing van een openingspositie.
[0003] Zoals beschreven in WO 97/40218 Al is het openerelement onderhevig aan slijtage door het contact met de grijperklem. Teneinde de levensduur van het openerelement te verlengen, stelt WO 97/40218 Al voor om het openerelement aanpasbaar te monteren in positie loodrecht op de bewegingsrichting teneinde het openerelement weg van de bewegingsbaan van de grijper te bewegen.
[0004] EP 1 491 670 Al toont een grijperopener bevattende een stripvormig openerelement met vier gevormde randen, elke gevormde rand is geschikt voor progressief ingrijpen met een grijperopener hefboom voor het openen van een grijperklem. De grijperopener bevat verder een geleiding met een geleidingskanaal, waarbij het stripvormige openerelement beweegbaar volgens een bewegingsrichting van de grijper in het geleidingskanaal is gemonteerd zodat één van de gevormde randen wordt gepresenteerd om contact te maken met de grijperklem voor het openen van de grijperklem.
Samenvatting van de uitvinding.
[0005] Het is een doel van de uitvinding om te voorzien in een grijperopener en een weefmachine met lage vervaardigingskosten en lage onderhoudskosten.
[0006] Dit doel wordt opgelost door de grijperopener met de kenmerken van conclusie 1 en de grijperweefmachine met de kenmerken van conclusie 15.
[0007] Volgens een eerste aspect is een grijperopener voorzien voor het openen van een grijperklem van een grijper bij een weefmachine bevattende een stripvormig openerelement en een geleiding met een geleidingskanaal, waarbij de geleiding op de weefmachine kan worden aangebracht met het geleidingskanaal dat zich evenwijdig met een bewegingsrichting van de grijper uitstrekt, waarbij het stripvormig openerelement voorzien is van een bovenkant, een onderkant, een eerste zijkant en een tweede zijkant, waarbij de eerste zijkant en de tweede zijkant zich tussen de bovenkant en de onderkant uitstrekken, waarbij het stripvormig openerelement een eerste werkingsoppervlak heeft dat voorzien is aan de eerste zijkant, waarbij het eerste werkingsoppervlak aangepast is om samen te werken met de grijperklem voor het openen van de grijperklem, waarbij het stripvormig openerelement beweegbaar volgens de lengterichting van het geleidingskanaal in het geleidingskanaal aanbrengbaar is en het eerste werkingsoppervlak van het openerelement presenteert om contact te maken met de grijperklem voor het openen van de grijperklem, waarbij het stripvormig openerelement aan de bovenkant voorzien is van een eerste koppelelement en aan de onderkant voorzien is van een tweede koppelelement, dat dezelfde constructie heeft als het eerste koppelelement, waarbij het eerste koppeielement en het tweede koppelelement centraal aangebracht zijn in een richting loodrecht op de lengterichting respectievelijk aan de bovenkant en de onderkant, en spiegel-symmetrisch ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd, waarbij de geleiding voorzien is van minstens één tegenelement, en waarbij minstens één van het eerste koppelelement en het tweede koppelelement een tong-en-groef verbinding vormt met het minstens één tegenelement voor het geleiden van het stripvormig openerelement in het geleidingskanaal loodrecht op de lengterichting.
[0008] De tong-en-groef verbinding laat een betrouwbare geleiding toe van het stripvormig openerelement loodrecht op de lengterichting.
[0009] Door het contact met de te openen grijperklem, is het eerste werkingsoppervlak onderhevig aan slijtage. Aan het einde van de levensduur van het eerste werkingsoppervlak, kan het stripvormig openerelement omgedraaid of gedraaid worden en daarbij in een verschillende oriëntering worden gebracht en opnieuw worden gebruikt met een verschillende oriëntering.
[0010] Het stripvormig openerelement kan bijvoorbeeld in de eerste oriëntering in het geleidingskanaal worden gemonteerd die het eerste werkingsoppervlak presenteert. Door de symmetrische centrale opstelling van het eerste koppelelement en het tweede koppelelement, kan het stripvormig openerelement worden gedemonteerd, in een tweede oriëntering worden gebracht door het 180° om de lengterichting, een normale richting loodrecht op de bovenkant en/of een derde as loodrecht op de lengterichting en de normale richting te draaien, en opnieuw te monteren in de tweede oriëntering in het geleidingsoppervlak, waarbij in elke oriëntering één van het eerste koppelelement en het tweede koppelelement met het tegenelement samenwerkt.
[0011] In een uitvoeringsvorm wordt slechts één tegenelement voorzien. In andere uitvoeringsvormen worden twee tegenelementen voorzien aan tegenoverliggende zijden van het geleidingskanaal, die met het eerste koppelelement en het tweede koppelelement samenwerken.
[0012] Een respectievelijk stripvormig openerelement kan tegen lage kosten worden vervaardigd. Verder zijn de onderhoudskosten laag daar het stripvormig openerelement in verschillende oriënteringen kan worden gemonteerd en gebruikt.
[0013] In voorkeurdragende uitvoeringsvormen heeft het stripvormig openerelement vier werkingsoppervlakken, waarbij aan elke zijkant twee werkingsoppervlakken zijn voorzien. Bij een dergelijke uitvoering kan het stripvormig openerelement vier maal worden gebruikt, dit wil zeggen met vier verschillende oriënteringen, waarbij in elke oriëntering één werkingsoppervlak wordt gepresenteerd en in elke oriëntering minstens één van het eerste koppelelement of het tweede koppelelement met het tegenelement van de geleiding samenwerkt.
[0014] In een uitvoeringsvorm hebben de werkingsoppervlakken een ander ontwerp, waarbij bij het kiezen van een oriëntering van het stripvormig openerelement ten opzichte van de geleiding een openingsprofiel van de grijperklem wordt beïnvloed.
[0015] In voorkeurdragende uitvoeringsvormen heeft het stripvormig openerelement twee orthogonale symmetrielijnen. De werkingsoppervlakken hebben aldus minstens binnen toleranties hetzelfde ontwerp en een oriëntering van het stripvormig openerelement ten opzichte van de geleiding beïnvloedt een openingsprofiel van de grijperklem niet.
[0016] In een uitvoeringsvorm zijn het eerste koppelelement en het tweede koppelelement beiden tongen, waarbij overeenkomstige groeven zijn voorzien aan het geleidingskanaal om de tongen te ontvangen. In voorkeurdragende uitvoeringsvormen zijn het eerste koppelelement en het tweede koppelelement in de vorm van een groef die zich elk in de lengterichting uitstrekken, en is het tegenelement een tong, in het bijzonder een tong die uit een rand van een opening van het geleidingskanaal uitsteekt. In een uitvoeringsvorm zijn twee tongen voorzien die uit tegenoverliggende randen van de opening van het geleidingskanaal uitsteken. In een uitvoeringsvorm strekt de tong zich ononderbroken uit over een afstand die een voldoende verplaatsing van het stripvormig openerelement langs de tong toelaat.
[0017] In voorkeurdragende uitvoeringsvormen bevat het tegenelement twee verschillende tongdelen voor het voorzien van twee verschillende geleidingsgebieden in de lengterichting. Hierdoor wordt een betrouwbare geleiding voorzien, terwijl een risico op vastlopen of dergelijke wegens toleranties wordt geminimaliseerd.
[0018] In een uitvoeringsvorm wordt het stripvormig openerelement manueel in de lengterichting gepositioneerd voor een aanpassing van een openingspositie van een grijperklem. In andere uitvoeringsvormen wordt een hydraulische aandrijving of een pneumatische aandrijving voorzien voor het positioneren van het stripvormig openerelement. In voorkeurdragende uitvoeringsvormen bevat de grijperopener een aandrijfmotor die aandrijfbaar gekoppeld is met het stripvormig openerelement en werkzaam is om het stripvormig openerelement volgens de lengterichting te verplaatsen. Een koppelmechanisme voor het koppelen van de aandrijfmotor en het stripvormig openerelement wordt passend gekozen door de vakman. In voorkeurdragende uitvoeringsvormen is de aandrijfmotor via een kruk en een stang met het stripvormig openerelement gekoppeld.
[0019] In voorkeurdragende uitvoeringsvormen bevat de grijperopener een steunplaat, waarbij de geleiding via de steunplaat op een gestel van de weefmachine kan worden bevestigd. De grijper en de steunplaat kunnen als een vooraf geassembleerde submodule worden ontworpen om een eenvoudige opstelling op de weefmachine toe te laten.
[0020] De geleiding wordt in voorkeurdragende uitvoeringsvormen aangebracht op de steunplaat aanpasbaar in positie in minstens één van de bewegingsrichting van de grijper en een dwarsrichting loodrecht op de bewegingsrichting van de grijper. Door het aanpassen van de positie van de geleiding, kan een openingsprofiel van een grijperklem, in het bijzonder een openingsgraad, aan de weefcondities worden aangepast. In een uitvoeringsvorm wordt minstens één aandrijfmechanisme voorzien om een positie van de geleiding op de steunplaat aan te passen. In voorkeurdragende uitvoeringsvormen wordt de geleiding manueel aanpasbaar in positie op de steunplaat aangebracht. Dit laat een kostenefficiënt ontwerp toe door het aantal aandrijfmechanismen te verminderen.
[0021] In voorkeurdragende uitvoeringsvormen bevat de verbinding tussen de steunplaat en de geleiding minstens één sleufgat en een pinvormig element dat zich doorheen het sleufgat uitstrekt. Het sleufgat laat binnen grenzen een betrouwbare relatieve positionering van de steunplaat en de geleiding toe. Het sleufgat wordt bij voorkeur onder een schuine hoek ten opzichte van de lengterichting van het geleidingskanaal aangebracht.
[0022] In een uitvoeringsvorm draagt de steunplaat enkel de grijperopener. In andere uitvoeringsvormen worden bijkomende elementen op de steunplaat aangebracht. In een uitvoeringsvorm wordt bijvoorbeeld een afzuigeenheid op het gestel van de weefmachine gemonteerd. De afzuigeenheid wordt in een uitvoeringsvorm gebruikt om stof te verwijderen en/of om einden van inslagdraden, die door de nemergrijper zijn vrijgelaten, gestrekt te houden zodat deze einden niet zouden terugspringen in de kettingdraden.
[0023] In een uitvoeringsvorm worden bij montage op een weefmachine de geleiding en het stripvormig openerelement onderaan de steunplaat gepositioneerd tussen het gestel van de weefmachine en de steunplaat.
[0024] Hierbij wordt in voorkeurdragende uitvoeringsvormen de steunplaat voorzien van een verwijderbaar deksel om toegang toe te laten tot de geleiding en/of het stripvormiq openerelement die onderaan de steunplaat zijn gepositioneerd.
[0025] In voorkeu rdragende uitvoeringsvormen is een aanslaglat voorzien die vast in positie op de weefmachine kan worden aangebracht, zodat de grijper ingeklemd tussen de geleiding met het stripvormig openerelement en de aanslaglat geleid wordt. Door middel van een aanslaglat kan een ongewilde ontwijkende beweging van de grijperklem in contact met het stripvormig openerelement vermeden worden.
[0026] Volgens een tweede aspect is een weefmachine voorzien bevattende een grijper met een grijperklem en een grijperopener zoals hierboven beschreven.
Beknopte beschrijving van de tekeningen.
[0027] Verdere kenmerken en voordelen van de uitvinding vloeien voort uit de hierna volgende beschrijving van de in de tekeningen schematisch weergegeven uitvoeringsvormen. Doorheen de tekeningen worden dezelfde elementen aangeduid door dezelfde referentienummers.
[0028] Figuur 1 is een perspectief aanzicht van een grijperweefmachine.
[0029] Figuur 2 is een aanzicht in de richting van de pijl II van figuur 1.
[0030] Figuur 3 is een perspectief aanzicht van de grijperopener vanaf de achterzijde, dit betekent naar het weefsel toe.
[0031] Figuur 4 is een perspectief aanzicht van een grijperopener van figuur 3 vanaf de voorzijde, dit betekent weg van het weefsel.
[0032] Figuur 5 is een schematisch aanzicht van een nemergrijper.
[0033] Figuur 6 is een perspectief aanzicht van gedeelten van een tweede uitvoeringsvorm van een grijperopener.
[0034] Figuur 7 is een perspectief aanzicht van een stripvormig openerelement van een grijperopener volgens de uitvinding.
[0035] Figuur 8 is een dwarsdoorsnede van het stripvormig openerelement van figuur 6.
[0036] Figuur 9 is een bovenaanzicht van een gedeelte van figuur 6.
[0037] Figuur 10 is een dwarsdoorsnede volgens vlak A-A in figuur 9.
[0038] Figuur 11 is een dwarsdoorsnede volgens vlak B-B in figuur 9.
[0039] Figuur 12 is de uitvoeringsvorm van figuur 3 in ontmantelde toestand.
[0040] Figuur 13 is de uitvoeringsvorm van figuur 4 in ontmantelde toestand.
[0041] Figuur 14 is een perspectief aanzicht van een derde uitvoeringsvorm van een grijperopener vanaf de achterzijde.
[0042] Figuur 15 is een perspectief aanzicht van de grijperopener van figuur 14 vanaf de voorzijde.
[0043] Figuur 16 is de uitvoeringsvorm van figuur 14 in ontmantelde toestand.
[0044] Figuur 17 is de uitvoeringsvorm van figuur 15 in ontmantelde toestand.
Gedetailleerde beschrijving van uitvoeringsvormen.
[0045] De weefmachine getoond in figuren 1 en 2 bevat twee lansen 1, die elk aan hun vrij uiteinde een grijper 2, 3 dragen. De grijper 2 wordt verder gevergrijper genoemd en de grijper 3 wordt verder nemergrijper genoemd. Aan de inbrengzijde van een weefvak dat gevormd wordt door kettingdraden 12, ontvangt de gevergrijper 2 een door een presenteerinrichting 19 aan de gevergrijper 2 gepresenteerde inslagdraad 4. Een inslagdraadvoorraad is op een spoel 17 opgeslagen waarvan een in te brengen inslagdraad 4 moet worden verwijderd en op een voorafwikkelaar 18 wordt gewikkeld alvorens in het weefvak te worden ingebracht. Doorgaans zijn er verschillende spoelen 17 en verschillende voorafwikkelaars 18 waarvan de inslagdraden volgens een vooraf geselecteerd patroon door de presenteerinrichting 19 aan de gevergrijper 2 worden gepresenteerd.
[0046] De lansen 1 worden door aandrijfwielen 6 aangedreven en worden rond deze aandrijfwielen 6 geleid door geleidingen 7. De lansen 1 bewegen in en terug uit het weefvak en hierdoor ontmoeten de gevergrijper 2 en de nemergrijper 3 elkaar midden in het weefvak. Vervolgens ontvangt de nemergrijper 3 de inslagdraad 4 en trekt de inslagdraad 4 naar de tegenoverliggende zijde, dit is de zijde tegenover de inbrengzijde. Daarna wordt de ingebrachte inslagdraad tegen het weefsel 13 door een riet 11 aangeslagen. Het riet 11 is op een lade 10 gemonteerd en beweegt heen en weer.
[0047] Om een weefvak te vormen, worden de kettingdraden 12 selectief opgetild en neergelaten door middel van zogenaamde hevels 9. Het weefvak wordt gewijzigd nadat de inslagdraad 4 werd ingebracht.
[0048] Wanneer de gevergrijper 2 een eraan gepresenteerde inslagdraad 4 ontvangt, wordt een grijperklem die op de gevergrijper 2 is gemonteerd gesloten. Gelijkaardig, is de nemergrijper 3 eveneens voorzien van een grijperklem die de inslagdraad 4 tijdens transport vasthoudt, die geopend wordt wanneer de nemergrijper 3 de tegenoverliggende zijde heeft bereikt. Het sluiten van de grijperklem van de gevergrijper 2 bij het ontvangen van een inslagdraad 4 en bij het binnenkomen in het weefvak wordt door een grijperopener 5 bevolen. Het openen van de grijperklem van de nemergrijper 3 in het gebied buiten het weefvak aan de tegenoverliggende zijde wordt door een grijperopener 20 bevolen.
[0049] De grijperopeners 5, 20 bevatten bijvoorbeeld elk een openerelement 22 (getoond in figuur 3) met een werkingsoppervlak dat aangepast is om contact te maken met de grijperklem voor het openen van de grijperklem. Afhankelijk van het ontwerp van de grijperklem van de grijper 2, 3 bevat een grijperopener 5, 20 die gebruikt wordt voor het openen van de grijperklem een openerelement 22 dat gelegen is weg van het weefsel 13 ten opzichte van de bewegingsbaan van de grijper 2,3 of een openerelement 22 dat gelegen is naar het weefsel 13 toe ten opzichte van de bewegingsbaan van de grijper 2, 3 om toe te laten dat het openerelement 22 contact maakt met de grijperklem.
[0050] Figuren 3 en 4 tonen schematisch een grijperopener 20 aangebracht aan de tegenoverliggende zijde en bevattende een stripvormig openerelement 22 dat weg van het weefsel 13 ten opzichte van de bewegingsbaan van de nemergrijper 3 is aangebracht. In een uitvoeringsvorm zoals gekend uit WO 02/077343 en getoond in figuur 5 bevat de nemergrijper 3 een beweegbare grijperklem 14 met een uitstekend contactelement 15 dat kan samenwerken met het openerelement 22 van de grijperopener 20 om de grijperklem 14 van de nemergrijper 3 te openen of te sluiten. Het uitstekend contactelement 15 is bijvoorbeeld voorzien aan een hefboom die deel uitmaakt van de grijperklem 14.
[0051] De grijperopener 20 bevat een geleiding 21 met een geleidingskanaal 26 dat op de weefmachine is aangebracht zodat het geleidingskanaal 26 zich evenwijdig met de bewegingsrichting van de grijper 2, 3 uitstrekt. Het stripvormig openerelement 22 is in het geleidingskanaal 26 gemonteerd dat een eerste werkingsoppervlak 61 presenteert, welk eerste werkingsoppervlak 61 aangepast is om samen te werken met de grijperklem 14 van de nemergrijper 3, meer in het bijzonder het uitstekend contactelement 15 (getoond in figuur 5) voor het openen van de grijperklem 14 van de nemergrijper 3. Het stripvormig openerelement 22 wordt in het geleidingskanaal 26 beweegbaar volgens de lengterichting van het geleidingskanaal 26 ontvangen, waarbij het openerelement 22 beweegbaar is volgens de lengterichting voor een aanpassing van een openingspositie voor de grijperklem. Teneinde het stripvormig openerelement 22 te bewegen is in de uitvoeringsvorm getoond in figuren 3 en 4 een aandrijfmotor 23 voorzien. Zoals meer in detail getoond in figuur 6 is de aandrijfmotor 23 via een kruk 24 en een stang 25 met het stripvormig openerelement 22 gekoppeld. Aan de aandrijfmotor 23 kan een encoder 68 worden voorzien om de hoekpositie van de aandrijfmotor 23 te bepalen. De aandrijfmotor 23 en/of de encoder 68 zijn via een elektrische kabel 69 met een niet weergegeven stuureenheid verbonden.
[0052] De geleiding 21, het stripvormig openerelement 22, de aandrijfmotor 23 en het koppelmechanisme 16 bevattende de kruk 24 en de stang 25 worden getoond in figuur 6. Het stripvormig openerelement 22 wordt in figuur 7 in een perspectief aanzicht getoond. Verder wordt het stripvormig openerelement 22 samen met de geleiding 21 op verschillende wijzen getoond in figuren 8 tot 11. Figuren 12 en 13 tonen de uitvoeringsvorm van figuren 3 en 4 in ontmantelde toestand.
[0053] Zoals best te zien is in figuur 7 wordt het stripvormig openerelement 22 voorzien van een bovenkant 30, een onderkant 31, een eerste zijkant 32 en een tegenoverliggende tweede zijkant 33, waarbij de eerste zijkant 32 en de tweede zijkant 33 zich uitstrekken tussen de bovenkant 30 en de onderkant 31.
[0054] Het getoonde stripvormig openerelement 22 heeft twee orthogonale symmetrielijnen 82 en 83 die in figuur 7 schematisch door stippellijnen worden aangeduid.
[0055] Het stripvormig openerelement 22 heeft vier werkingsoppervlakken 61, 62, 63, 64 en kan in vier verschillende oriënteringen worden gebruikt. In de weergegeven uitvoeringsvorm zijn aan elke zijkant 32, 33 twee werkingsoppervlakken van het openerelement 22 voorzien, meer in het bijzonder twee werkingsoppervlakken 61,62 aan de zijkant 32 en twee werkingsoppervlakken 63,64 aan de zijkant 33. Elk werkingsoppervlak 61, 62, 63, 64 is aangepast om samen te werken met de grijperklem van de grijper 2, 3 (getoond in figuur 2) voor het openen van de grijperklem van de grijper 2, 3. In de weergegeven uitvoeringsvorm hebben de werkingsoppervlakken 61, 62, 63, 64 hetzelfde ontwerp. Meer in het bijzonder is het getoonde stripvormig openerelement 22 aan elke zijkant 32, 33 voorzien van vijf oppervlaktedelen 34, 35, 36 aangebracht onder verschillende hoeken ten opzichte van een lengterichting en met vier overgangsgebieden 37, 38 aangebracht tussen de oppervlaktedelen 34,35,36. Aan beide uiteinden vormen drie oppervlaktedelen 34,35,36 en de bijhorende overgangsgebieden 37, 38 een werkingsoppervlak 61,62; 63,64, waarbij een centraal oppervlaktedeel 34 door beide werkingsoppervlakken 61, 62; 63,64 wordt gebruikt.
[0056] In de weergegeven uitvoeringsvorm wordt een betrekkelijk lang recht centraal oppervlaktedeel 34 voorzien. Een dergelijk centraal oppervlaktedeel 34 is voordelig voor het bevelen van een openingsgraad van de grijperklem. Bovendien worden aan de distale uiteinden van de zijkanten 32, 33 oppervlaktedelen 36 met een betrekkelijke grote hellende hoek voorzien. Dergelijke oppervlaktedelen 36 zijn voordelig voor het snel openen van de grijperklem. Tussen het rechte centraal oppervlaktedeel 34 en de oppervlaktedelen 36 aan de distale uiteinden worden in de weergegeven uitvoeringsvorm oppervlaktedelen 35 met een kleinere hellende hoek dan de oppervlaktedelen 36 aan de distale uiteinden voorzien, wat voordelig is voor het stabiliseren van de beweging van de grijperklem tijdens het openen of het sluiten.
[0057] Aan de bovenkant 30 wordt een eerste koppelelement 28 voorzien in de vorm van een groef. Aan de onderkant 31 wordt een tweede koppelelement 79 (getoond in figuur 10) voorzien, dat dezelfde constructie heeft als het eerste koppelelement 28, aldus ook in de vorm van een groef. Het eerste koppelelement 28 en het tweede koppelelement 79 zijn centraal aangebracht in een richting loodrecht op de lengterichting respectievelijk aan de bovenkant 30 en de onderkant 31. Verder zijn het eerste koppelelement 28 en het tweede koppelelement 79 spiegel-symmetrisch ten opzichte van elkaar gepositioneerd. Tenslotte hebben het eerste koppelelement 28 en het tweede koppelelement 79 elk een symmetrisch vlak loodrecht op de bovenkant 30 en de onderkant 31.
[0058] In een centrum van het stripvormig openerelement 22 is een doorlopend gat 39 voorzien voor het koppelen van het stripvormig openerelement 22 met de stang 25 getoond in figuur 8.
[0059] Figuur 9 toont een bovenaanzicht van de geleiding 21 en het stripvormig openerelement 22. Figuren 10 en 11 zijn respectievelijk een doorsnede volgens vlak A-A en vlak B-B in figuur 9. Zoals getoond in figuren 10 en 11, is de geleiding 21 voorzien van een tegenelement 27 in de vorm van een tong die uitsteekt uit een rand van de opening van het geleidingskanaal 26 van de geleiding 21. Het stripvormig openerelement 22 kan in het geleidingskanaal 26 beweegbaar worden gemonteerd volgens de lengterichting van het geleidingskanaal 26. Hierbij kan het openerelement 22 één van de vier werkingsoppervlakken 61, 62, 63, 64 van het openerelement 22 presenteren om contact te maken met de grijperklem, bijvoorbeeld voor het openen van de grijperklem 14 van de nemergrijper 3 getoond in figuur 5. Afhankelijk van de oriëntering van het stripvormig openerelement 22 is het eerste koppelelement 28, dit is de groef voorzien aan de bovenkant 30, of het tweede koppelelement 79, dit is de groef voorzien aan de onderkant 31 verbonden met het tegenelement 27, dit is de tong voorzien aan de geleiding 21 om een tong-en-groef verbinding te vormen om het stripvormig openerelement 22 in het geleidingskanaal 26 loodrecht op de lengterichting te geleiden.
[0060] In de weergegeven uitvoeringsvorm bevat de geleiding 21 een hoofdlichaam 70 en een bodemelement 71 dat afneembaar is van het hoofdlichaam 70 om het stripvormig openerelement 22 te monteren en te demonteren. Het hoofdlichaam 70 en het bodemelement 71 vormen samen een U-vormig geleidingskanaal 26. Zoals te zien is in figuren 10 en 11 is het tegenelement 27 voorzien aan het hoofdlichaam 70 aan een rand van de opening van het geleidingskanaal 26. Als alternatief of in aanvulling is een tegenelement 27 voorzien aan het bodemelement 71 dat in de groef is ingebracht voorzien aan het koppelelement 79 aan een zijde van het stripvormig openerelement 22 tegenover het bodemelement 71.
[0061] Om interferentie met de stang 25 te vermijden, is het hoofdlichaam 70 voorzien van een uitsparing 72 (getoond in figuur 9). De uitsparing 72 scheidt eveneens de tong die voorzien is als het tegenelement 27 op het hoofdlichaam 70 in twee verschillende tongdelen die twee verschillende geleidingsgebieden 84 en 85 in de lengterichting van het geleidingskanaal aan twee zijden van het doorlopend gat 39 voorzien.
[0062] Zoals best te zien in figuur 6, is de geleiding 21 voorzien van monteerblokken 86 met boringen 42 om pinvormige elementen 41 (getoond in figuren 3 en 4) te ontvangen.
[0063] Zoals getoond in figuren 3 en 4, is de geleiding 21 aangebracht op een gestel 60 van de weefmachine met het geleidingskanaal 26 dat zich evenwijdig met een bewegingsrichting van de grijper 2,3 (getoond in figuur 2) uitstrekt. In de weergegeven uitvoeringsvorm bevat de grijperopener 20 een steunplaat 29 die gebruik makende van bouten 66 via een steunblok 47 op het gestel 60 is bevestigd. De geleiding 21 kan via de steunplaat 29 op het gestel 60 van de weefmachine worden bevestigd.
[0064] De steunplaat 29 getoond in figuren 3 en 4 is voorzien van twee sleufgaten 40 die onder een schuine hoek ten opzichte van de lengterichting van het geleidingskanaal 26 zijn aangebracht. De geleiding 21 is op de steunplaat 29 bevestigd door middel van twee pinvormige elementen 41 die zich elk doorheen één sleufgat 40 uitstrekken en in een boring 42 zijn ontvangen (getoond in figuur 6). De geleiding 21 is manueel aanpasbaar in positie ten opzichte van de steunplaat 29 in de bewegingsrichting van de grijper 2, 3 (getoond in figuur 2) en een dwarsrichting loodrecht op de bewegingsrichting van de grijper 2, 3 binnen de grenzen bepaald door de sleufgaten 40. Beide sleufgaten 40 worden parallel ten opzichte van elkaar aangebracht waardoor de lengterichting van het geleidingskanaal 26 parallel blijft met de bewegingsrichting van de grijper 2, 3 bij het aanpassen van een positie van de geleiding 21. Bij het vastmaken van de pinvormige elementen 41 is de geleiding 21 in een gewenste positie op de steunplaat 29 bevestigd. Vlindermoeren of vleugelmoeren zijn op de pinvormige elementen 41 voorzien voor het vastmaken of losmaken van de pinvormige elementen 41. De vlindermoeren of vleugelmoeren laten een eenvoudige bediening toe.
[0065] Zoals best te zien is in figuren 3 en 4 in de weergegeven uitvoeringsvorm zijn de geleiding 21 en het stripvormig openerelement 22 onderaan de steunplaat 29 gepositioneerd tussen het gestel 60 van de weefmachine en de steunplaat 29. Teneinde toe te laten dat een operator toegang heeft tot elementen die gepositioneerd zijn onderaan de steunplaat 29, zoals de geleiding 21, het stripvormig openerelement 22 en/of de stang 25, zonder de noodzaak de geleiding 21 van de steunplaat 29 te demonteren, is de steunplaat 29 voorzien van een verwijderbaar deksel 43.
[0066] De grijperopener 20 getoond in figuren 3 en 4 bevat verder een aanslaglat 44 die vast in positie op het gestel 60 van de weefmachine is aangebracht. De aanslaglat 44 en het stripvormig openerelement 22 zijn aan tegenoverliggende zijden van de bewegingsbaan van de nemergrijper 3 (getoond in figuur 2) aangebracht, zodat de nemergrijper 3 ingeklemd tussen het stripvormig openerelement 22 en de aanslaglat 44 geleid wordt. De aanslaglat 44 beperkt een ontwijkende beweging van de nemergrijper 3 weg van het stripvormig openerelement 22.
[0067] In de uitvoeringsvorm getoond in figuren 3 en 4 is verder een afzuigeenheid 45 voorzien. De afzuigeenheid 45 is op het gestel 60 bevestigd in het gebied van het stripvormig openerelement 22. Verder is een blaasinrichting 46 voorzien om stof weg van de grijperklem te blazen.
[0068] Figuren 14 en 15 zijn een perspectief aanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van een grijperopener 20, terwijl figuren 16 en 17 een ontmantelde toestand weergeven. De grijperopener 20 is gelijkaardig aan de grijperopener 20 getoond in figuren 3 tot 13 en dezelfde referentienummers zullen worden gebruikt voor dezelfde of gelijkaardige elementen. Dit laat toe het openerelement 22, dat voor een verplaatsing langs de lengterichting van het geleidingskanaal 26 door de aandrijfmotor 23 aangedreven wordt, aan te brengen op het gestel 60 in de richting naar het door kettingdraden 12 gevormde weefvak (getoond in figuur 1) of weg van het weefsel 13.
[0069] De geleiding 21 is op de steunplaat 29 bevestigd door middel van twee pinvormige elementen 41 die zich elk uitstrekken doorheen één bijhorend aan de steunplaat 29 voorzien sleufgat 40. De steunplaat 29 is op het gestel 60 beweegbaar in positie in de bewegingsrichting van de grijper 2,3 (getoond in figuur 2) bevestigd. Om dit doel te bereiken zijn sleufgaten 80, 81 voorzien op de steunplaat 29 die zich na het monteren van de steunplaat 29 parallel met de bewegingsrichting van de grijper 2, 3 uitstrekken. Op de steunplaat 29 kan een blaasinrichting 46 voorzien worden om stof weg van de grijperklem te blazen.
[0070] In figuren 14 tot 17 is de afzuigeenheid 45 via de steun 67 op het gestel 60 van de weefmachine bevestigd. Aldus wordt de afzuigeenheid 45 niet met de steunplaat 29 bewogen bij het aanpassen van de positie van de steunplaat 29. De steunplaat 29 is via een steunprofiel 48- bevestigd aan het gestel 60. Aan het steunprofiel 48 wordt een aanslaglat 44 bevestigd, zodat een grijper 2, 3 tussen de aanslaglat 44 en het stripvormig openerelement 22 kan worden geleid. De steunplaat 29 wordt tevens via minstens één steunblok 49 en bouten 65 in een bepaalde lengtepositie ten opzichte van het gestel 60 aan het gestel 60 bevestigd.
[0071] In de weergegeven uitvoeringsvormen van figuren 3 tot 17 wordt een grijperopener 20 weergegeven die samenwerkt met een grijperklem 14 van een nemergrijper 3. De weergegeven uitvoeringsvormen voor de grijperopener 20 kunnen uiteraard eveneens aangewend worden voor een grijperopener 5 die samenwerkt met een grijperklem 14 van een gevergrijper 2.
[0072] De uitvinding is niet beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen. Variante uitvoeringsvormen wat betreft vormen en afmetingen die binnen de conclusies vallen en combinaties van de beschreven en weergegeven uitvoeringsvormen zijn eveneens mogelijk.

Claims (15)

  1. Conclusies.
    1. Een grijperopener voor het openen van een grijperklem (14) van een grijper (2,3) van een weefmachine bevattende een stripvormig openerelement (22) en een geleiding (21) met een geleidingskanaal (26), waarbij de geleiding (21) op de weefmachine kan worden aangebracht met het geleidingskanaal (26) dat zich evenwijdig met een bewegingsrichting van de grijper (2, 3) uitstrekt, waarbij het stripvormig openerelement (22) voorzien is van een bovenkant (30), een onderkant (31), een eerste zijkant (32) en een tweede zijkant (33), waarbij de eerste zijkant (32) en de tweede zijkant (33) zich tussen de bovenkant (30) en de onderkant (31) uitstrekken, waarbij het stripvormig openerelement (22) een eerste werkingsoppervlak (61) heeft dat voorzien is aan de eerste zijkant (32), waarbij het eerste werkingsoppervlak (61) aangepast is om samen te werken met de grijperklem (14) voor het openen van de grijperklem (14), en waarbij het stripvormig openerelement (22) beweegbaar volgens de lengterichting van het geleidingskanaal (26) in het geleidingskanaal (26) aanbrengbaar is en het eerste werkingsoppervlak (61) van het openerelement (22) presenteert om contact te maken met de grijperklem (14) voor het openen van de grijperklem (14), daardoor gekenmerkt dat het stripvormig openerelement (22) aan de bovenkant (30) voorzien is van een eerste koppelelement (28) en aan de onderkant (31) voorzien is van een tweede koppelelement (79), dat dezelfde constructie heeft als het eerste koppelelement (28), waarbij het eerste koppelelement (28) en het tweede koppelelement (79) centraal zijn aangebracht in een richting loodrecht op de lengterichting respectievelijk aan de bovenkant (30) en de onderkant (31), en spiegel-symmetrisch ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd, waarbij de geleiding (21) voorzien is van minstens één tegenelement (27), en waarbij één van het eerste koppelelement (28) en het tweede koppelelement (79) een tong-en-groef verbinding vormt met het minstens één tegenelement (27) voor het geleiden van het stripvormig openerelement (22) in het geleidingskanaal (26) loodrecht op de lengterichting.
  2. 2. De grijperopener volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het stripvormig openerelement (22) vier werkingsoppervlakken (61,62,63,64) heeft, waarbij aan elke zijkant (32, 33) twee werkingsoppervlakken zijn voorzien.
  3. 3. De grijperopener volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat het stripvormig openerelement (22) twee orthogonale symmetrielijnen (82, 83) heeft.
  4. 4. De grijperopener volgens conclusie 1,2 of 3, daardoor gekenmerkt dat het eerste koppelelement (28) en het tweede koppelelement (79) elk in de vorm van een groef zijn die zich in lengterichting uitstrekt, en het tegenelement (27) een tong is, in het bijzonder een tong die uit een rand van een opening van het geleidingskanaal (26) uitsteekt.
  5. 5. De grijperopener volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat het tegenelement (27) twee verschillende tongdelen bevat voor het voorzien van twee verschillende geleidingsgebieden (84, 85) in de lengterichting.
  6. 6. De grijperopener volgens één van de conclusies 1 tot 5, daardoor gekenmerkt dat de grijperopener (5, 20) een aandrijfmotor (23) bevat die aandrijfbaar gekoppeld is met het stripvormig openerelement (22) en werkzaam is om het stripvormiq ici ci ci I ici il vuiyciis ici iy Lcuuimuy LC vci piaoLoci\r wacn uij ni het bijzonder de aandrijfmotor (23) via een kruk (24) en een stang (25) met het stripvormig openerelement (22) gekoppeld is.
  7. 7. De grijperopener volgens één van de conclusies 1 tot 6, daardoor gekenmerkt dat de grijperopener (20) een steunplaat (29) bevat, waarbij de geleiding (21) via de steunplaat (29) op een gestel (60) van de weefmachine kan worden bevestigd.
  8. 8. De grijperopener volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt dat de geleiding (21) op de steunplaat (29) aanpasbaar in positie in minstens één van de bewegingsrichting van de grijper (2, 3) en een dwarsrichting loodrecht op een bewegingsrichting van de grijper (2, 3) is aangebracht, waarbij in het bijzonder de geleiding (21) op de steunplaat (29) manueel aanpasbaar in positie is aangebracht.
  9. 9. De grijperopener volgens conclusie 8, daardoor gekenmerkt dat de verbinding tussen de steunplaat (29) en de geleiding (21) minstens één sleufgat (40) en een pinvormig element (41) bevat dat zich doorheen het sleufgat (40) uitstrekt.
  10. 10. De grijperopener volgens conclusie 9, daardoor gekenmerkt dat het sleufgat (40) onder een schuine hoek ten opzichte van de lengterichting van het geleidingskanaal (26) is aangebracht.
  11. 11. De grijperopener volgens één van de conclusies 7 tot 10, daardoor gekenmerkt dat een afzuigeenheid (45) op het gestel (60) van de weefmachine is gemonteerd.
  12. 12. De grijperopener volgens één van de conclusies 7 tot 11, daardoor gekenmerkt dat bij montage op een weefmachine de geleiding (21) en het stripvormig openerelement (22) onderaan de steunplaat (29) zijn gepositioneerd tussen het gestel (60) van de weefmachine en de steunplaat (29).
  13. 13. De grijperopener volgens conclusie 12, daardoor gekenmerkt dat de steunplaat (29) voorzien is van een verwijderbaar deksel (43) om toegang tot de geleiding (21) en/of het stripvormig openerelement (22) die onderaan de steunplaat (29) zijn gepositioneerd toe te laten.
  14. 14. De grijperopener volgens één van de conclusies 1 tot 13, daardoor gekenmerkt dat een aanslaglat (44) is voorzien die vast in positie op de weefmachine kan worden aangebracht, zodat de grijper (2, 3) ingeklemd tussen de geleiding (21) met het stripvormig openerelement (22) en de aanslaglat (44) geleid wordt.
  15. 15. Een weefmachine bevattende een grijper (2, 3) met een grijperklem (14) en een grijperopener (5, 20) volgens één van de conclusies 1 tot 14.
BE2015/0142 2015-05-07 2015-05-07 Grijperopener voor een weefmachine BE1023036B1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
PCT/EP2016/059247 WO2016177601A1 (en) 2015-05-07 2016-04-26 Gripper opener for a weaving machine
CN201680026539.1A CN107580638B (zh) 2015-05-07 2016-04-26 用于织机的片梭张开器

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1023036B1 true BE1023036B1 (nl) 2016-11-09

Family

ID=

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US10449976B2 (en) Plug door opening-closing device
BE1023036B1 (nl) Grijperopener voor een weefmachine
CN108868409B (zh) 具有防夹功能的铰链和用于调节铰链的固定件的方法
BE1022855B1 (nl) Inrichting voor het afsnijden van inslaggaren gedurende het weven op een weefmachine en weefmachine voorzien van een dergelijke inrichting
US5322498A (en) Buckle folding machine having a moveable deflector
BE1023036A1 (nl) Grijperopener voor een weefmachine
KR101860577B1 (ko) 윈도우 또는 도어의 이동 가능한 윙을 위한 피팅
BE1016753A3 (nl) Werkwijze en inrichting voor het vormen van een leno-weefsel bij een weefmachine.
EP2812472B1 (en) Device for catching and stretching a weft thread, weaving machine and method for catching and stretching a weft thread
EP2122027B1 (en) Gripper weaving machine, bringer gripper and deflecting guide
EP3112512A1 (en) Loom heald-frame height adjusting apparatus
BE1019807A3 (nl) Inrichting en werkwijze voor het klemmen van een inslagdraad.
CN102471957B (zh) 织机的剑杆头
BE1013428A3 (nl) Kanteninleginrichting voor weefmachines.
BE1012242A3 (nl) Draadklem voor een grijper van een grijperweefmachine.
BE1024912B1 (nl) Zelfkantinrichting
EP3478882B1 (en) Device for clamping weft threads
US3951179A (en) Device for severing a thread in a textile machine
BE1012459A6 (nl) Draadklem voor een grijper van een grijperweefmachine.
BE1022146B1 (nl) Zelfkantvormingsinrichting voor een inslagdraad
JP6933956B2 (ja) レピア織機における緯入れ装置
RU2682443C2 (ru) Ходовой механизм с эксцентриковой направляющей цапфой, а также раздвижная дверь или раздвижное окно с таким ходовым механизмом
BE1016428A6 (nl) Aandrijfsysteem voor een gaapvormingselement.
BE1012989A3 (nl) Kleminrichting voor een grijperweefmachine.
BE1021785B1 (nl) Inrichting voor het verwijderen van inslagdraad