BE1022862B1 - Onderstel voor een boxspring of comfortbed en boxspring of comfortbed uitgerust met dergelijk onderstel - Google Patents

Onderstel voor een boxspring of comfortbed en boxspring of comfortbed uitgerust met dergelijk onderstel Download PDF

Info

Publication number
BE1022862B1
BE1022862B1 BE2015/0120 BE1022862B1 BE 1022862 B1 BE1022862 B1 BE 1022862B1 BE 2015/0120 BE2015/0120 BE 2015/0120 BE 1022862 B1 BE1022862 B1 BE 1022862B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
height
levers
frame
adjustable
crankshaft
Prior art date
Application number
BE2015/0120
Other languages
English (en)
Inventor
Hans Jozef D VANDENDRIESSCHE
Original Assignee
VDD TRADING & INVEST nv
Filing date
Publication date
Application filed by VDD TRADING & INVEST nv filed Critical VDD TRADING & INVEST nv
Priority to DE202016001946.6U priority Critical patent/DE202016001946U1/de
Application granted granted Critical
Publication of BE1022862B1 publication Critical patent/BE1022862B1/nl

Links

Abstract

Onderstel voor een boxspring of comfortbed en boxspring of comfortbed uitgerust met dergelijk onderstel. Onderstel voor een boxspring of comfortbed (1) met een lengte (A) en een breedte (B), welke onderstel (2) hoofdzakelijk bestaat uit een frame (9) met daarin een bodem (3) voor het ondersteunen van veren (4) en/of een schuimlaag (5), daardoor gekenmerkt dat de bodem (3) naast een vast gedeelte (7), minstens één in de hoogte verstelbare gedeelte (8) bevat dat zich in de dwarsrichting (X-X') uitstrekt ter plaatse van de lende en/of van de schouders, welk gedeelte (8) ondersteund wordt door een verstelmechanisme (10) dat toelaat het betreffende verstelbare gedeelte (8) van de bodem (3) traploos in de hoogte te verstellen en te houden op zodanige manier dat het betreffend gedeelte (8) steeds evenwijdig aan zichzelf blijft.

Description

Onderstel voor een boxspring of comfortbed en boxspring of comfortbed uitgerust met dergelijk onderstel.
De huidige uitvinding heeft betrekking op een onderstel voor een boxspring en/of comfortbed.
Onderstellen voor bedden zijn bekend uit het WO 2013/160758 .
Meer speciaal, is de uitvinding bedoeld voor een boxspring, die een onderstel omvat met een frame waarin een bodem wordt aangebracht. De bodem dient voor het ondersteunen van veren en/of meerdere schuimlagen.
Het geheel van onderstel, bodem en veren en/of schuimlaag wordt omhuld door een laag textiel ter afwerking van de boxspring of comfortbed.
Op deze boxspring kan dan een matras, topper of dergelijke worden aangebracht.
Het is bekend dat de hardheid van de veren of de schuimlaag wordt gekozen in functie van de gebruiker, om zo het comfort tijdens gebruik te verzekeren.
Het is bovendien wenselijk om ervoor te zorgen dat de ruggengraat van een persoon die op de boxspring ligt, zich zo recht mogelijk uitstrekt, zonder al te veel buigingen, om er zo voor te kunnen zorgen dat alle spieren ontspannen en om rugproblemen of pijn te vermijden.
Om deze redenen zijn zwaardere personen doorgaans gebaat bij iets hardere veren of schuimlaag, teneinde een te grote verzakking als gevolg van het lichaamsgewicht en een gebogen ruggengraat te vermijden.
Lichtere personen daarentegen zijn doorgaans gebaat bij iets zachtere veren of schuimlaag, teneinde het comfort te verhogen.
Klassiek is dat de gebruiker bij aankoop van de boxspring een gewenste hardheid van de veren en/of de schuimlaag uitkiest, die bij zijn noden of lichaamsbouw past.
Echter, wanneer bijvoorbeeld de lichaamsbouw van de gebruiker nadien wijzigt doordat de gebruiker verzwaart of vermagert, is de boxspring niet meer aangepast aan de gebruiker, waardoor de hardheid van de veren en/of de schuimlaag te laag of te hoog kan zijn.
Het is ook bekend dat gebruik wordt gemaakt van een boxspring waar de hardheid van de veren en/of de schuimlaag in sommige zones harder of zachter is dan in andere zones, door gebruik te maken van verschillende types veren en/of schuim.
Deze zones betreffen vaak de schouders en de lende, om ervoor te zorgen dat de ruggengraat de nodige ondersteuning krijgt en dat er waar nodig de juiste druk wordt uitgeoefend.
Ook in dit geval ligt de hardheid van deze zones vast en kan niet aangepast worden indien dit nodig zou zijn.
Er zijn wel al systemen bekend waar de hardheid van de zones kan aangepast worden. Dit gebeurt dan door middel van uitneembare en verwisselbare pocketveermodules, waarbij elke pocketveermodule een bepaalde hardheid heeft.
Dit heeft echter als nadeel dat het wijzigen van de hardheid van de boxspring een zeer omslachtige taak is.
Bovendien dient de gebruiker ervoor te zorgen dat hij de verschillende gewenste pocketveermodules bij de hand heeft en kan stockeren.
Bovendien heeft men slechts de keuze uit een aantal verschillende pocketveermodules met elk een eigen hardheid, maar indien een 'tussenliggende' hardheid gewenst is, zal dit niet mogelijk zijn.
De huidige uitvinding heeft tot doel aan minstens één van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden.
Hiertoe betreft de uitvinding een instelbaar slaapcomfort systeem.
De huidige uitvinding heeft een onderstel als voorwerp voor een boxspring of comfortbed met een lengte en een breedte, welke onderstel hoofdzakelijk bestaat uit een frame met daarin een bodem voor het ondersteunen van veren en/of een schuimlaag, waarbij de bodem naast een vast gedeelte, minstens één in de hoogte verstelbare gedeelte bevat dat zich in de dwarsrichting uitstrekt ter plaatse van de lende en/of van de schouders, welk gedeelte ondersteund wordt door een verstelmechanisme dat toelaat het betreffende verstelbare gedeelte van de bodem traploos in de hoogte te verstellen en te houden op zodanige manier dat het betreffend gedeelte steeds evenwijdig aan zichzelf blijft.
Een voordeel is dat het verstelmechanisme door het omhoog of omlaag brengen van het verstelbaar gedeelte, de veren of de schuimlaag ter plaatse van dit gedeelte meer of minder kan indrukken om zo plaatselijk de hardheid op een eenvoudige manier aan te passen.
Hierbij is het belangrijk om op te merken dat het in de hoogte verstelbare gedeelte steeds evenwijdig met zichzelf blijft en bijvoorbeeld niet kantelt. Op deze manier zullen de veren of de schuimlaag in de zone boven het gedeelte uniform ingedrukt worden, zonder dat de helling van deze zone wijzigt.
Bijvoorbeeld door het verstelbaar gedeelte van de bodem te verhogen, zullen de veren en/of de schuimlaag die zich op dit gedeelte bevinden ingedrukt worden, waardoor de veerkracht of de indrukking van de schuimlaag op deze locatie zal verhogen en dus de hardheid en/of comfort in deze zone zal verhogen.
Nog een ander voordeel bestaat erin dat aangezien het traploos instelbaar is, de hardheid van de veren en/of de schuimlaag quasi exact kan ingesteld worden op de noden van de gebruiker, dit door de aandrijving van bijvoorbeeld elektromotoren, al dan niet met afstandbediening.
De gebruiker is na aankoop van een boxspring met dergelijk onderstel niet meer gebonden aan de toen gekozen hardheid van de veren en/of schuimlaag.
Bij voorkeur omvat de bodem twee in de hoogte verstelbare gedeelten, één ter plaatse van de lenden en één ter plaatse van de schouders, waarbij de twee voornoemde gedeelten bij voorkeur onafhankelijk van elkaar in te stellen zijn.
Een voordeel is dat de gebruiker een zeer grote keuzevrijheid heeft en dat bijvoorbeeld afhankelijk van de slaaphouding of het veranderende gewicht van de gebruiker steeds de meest optimale hardheid van beide zones kan ingesteld worden.
Doordat zowel de zone van de schouders als die van de lende instelbaar is, zal ervoor gezorgd kunnen worden dat de ruggengraat van de gebruiker zich onder alle omstandigheden recht of zo goed als recht uitstrekt in gelijk welke slaaphouding (ruglig of zijlig).
In een praktische uitvoeringsvorm omvat het verstelmechanisme een aandrijving met een afstandsbediening voor de bediening van de aandrijving.
Deze afstandsbediening kan al dan niet draadloos zijn.
Dit heeft als voordeel dat de instelling van het verstelmechanisme niet handmatig moet gebeuren, maar dat een motorisch instelbaar slaapcomfort systeem gerealiseerd wordt.
De gebruiker kan, zelfs terwijl hij op de boxspring gelegen is, door middel van de afstandbediening, de hardheid van de verschillende zones van de veren en/of schuimlaag boven een in de hoogte verstelbaar gedeelte regelen.
Dit kan nuttig zijn wanneer de gebruiker van slaaphouding wenst te wijzigen of wanneer hij om een andere reden een hardere dan wel zachtere zone wenst.
Het is duidelijk dat het verstelmechanisme op veel verschillende manieren kan uitgevoerd worden zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.
De uitvinding betreft ook een boxspring of comfortbed met een onderstel welk onderstel hoofdzakelijk bestaat uit een frame met daarop een bodem waarop veren en/of een schuimlaag is aangebracht, waarbij de bodem naast een vast gedeelte, minstens één in de hoogte verstelbare gedeelte bevat dat zich in de dwarsrichting uitstrekt ter plaatse van de lende en/of schouders, welk gedeelte ondersteund wordt door een verstelmechanisme dat toelaat het betreffende verstelbare gedeelte van de bodem traploos in de hoogte te verstellen en te houden op zodanige manier dat het betreffend gedeelte steeds evenwijdig aan zichzelf blijft.
Bij voorkeur is het voornoemde onderstel een onderstel volgens de uitvinding.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven van een onderstel en boxspring of comfortbed volgens de uitvinding, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin: figuur 1 schematisch en in perspectief een boxspring/comfortbed volgens de uitvinding met een onderstel weergeeft met gedeeltelijke wegsnijding; figuur 2 de schematisch een bovenaanzicht weergeeft van het onderstel volgens de uitvinding uit figuur 1; figuur 3 schematisch en in perspectief een onderstel volgens de uitvinding weergeeft; figuur 4 een zijaanzicht weergeeft van figuur 3; figuur 5 het zijaanzicht uit figuur 4 weergeeft, doch in een andere stand.
De in figuur 1 schematisch weergegeven boxspring 1 volgens de uitvinding, met een lengte A en een breedte B omvat een onderstel 2 volgens de uitvinding, waarin een bodem 3 is aangebracht.
Op de bodem 3 zijn veren 4 aangebracht, bijvoorbeeld onder de vorm van pocketveren, waarbij het geheel van veren 4 omhuld is door een schuimlaag 5.
Het geheel van het onderstel 2, de bodem 3 en de veren 4 zijn omhuld door een laag textiel 6 ter vorming en afwerking van de boxspring 1 of comfortbed.
Op deze boxspring 1 kan optioneel een matras of topper gelegd worden waarop een persoon kan gaan liggen.
De bodem 3 bestaat uit twee vaste gedeelten 7 ter plaatse van het hoofd en de benen, die in dit geval uitgevoerd zijn als vaste bodem voor schuim 5 of veren 4.
Verder omvat de bodem 3 in dit geval twee in de hoogte verstelbare gedeelten 8, één ter plaatse van de lende en één ter plaatse van de schouders.
De twee in de hoogte verstelbare gedeelten 8 sluiten op elkaar aan en zijn aangebracht tussen de twee vaste gedeelten 7 van het hoofd en de benen.
De voornoemde verstelbare gedeelten 8 strekken zich uit in de dwarsrichting X-X' van de boxspring 1 en zijn in dit geval uitgevoerd onder de vorm van een plaat waar schuim 5 en/of veren 4 worden aangebracht.
Het is niet uitgesloten dat er slechts één of drie, vier of nog meer in de hoogte verstelbare gedeelten 8 zijn.
Het onderstel 2 volgens de uitvinding is weergegeven in figuren 2 en 3, omvat een frame 9 waarop de voornoemde bodem 3 rust.
Het onderstel 2 is voorzien van een verstelmechanisme 10 dat de voornoemde in de hoogte verstelbare gedeelten 8 ondersteunt.
In dit geval, doch niet noodzakelijk, is elk voornoemd gedeelte 8 voorzien van een eigen verstelmechanisme 10.
Door middel van de verstelmechanismes 10 zullen, in dit geval doch niet noodzakelijk, de twee in de hoogte verstelbare gedeelten 8 van de bodem 3 onafhankelijk van elkaar in te stellen zijn.
Zoals te zien is in figuren 2 en 3, omvat het verstelmechanisme 10 een aandrijving 11.
Deze aandrijving 11 kan een staafmotor of een lineaire motor omvatten die een lineaire verplaatsing evenwijdig aan de aandrijving 11 veroorzaakt of opwekt.
Verder omvat het verstelmechanisme 10 een niet op de figuren weergegeven afstandbediening voor de bediening van de aandrijving 11.
Het verstelmechanisme 10 is in meer detail weergegeven in figuur 3.
Het verstelmechanisme 10 omvat twee paar hefbomen 12, die zich ter plaatse van de hoeken 13 van het betreffende in de hoogte verstelbare gedeelte 8 situeren.
Elk paar hefbomen 12 zijn coaxiaal verdraaibaar aangebracht op het frame 9 met een scharnierpunt 14.
Elke hefboom 12 omvat twee uiteinden 15a, 15b, waarbij het in de hoogte verstelbare gedeelte 8 rust op een eerste uiteinde 15a van elke hefboom 12.
Het eerste uiteinde 15a is in dit geval voorzien van een steun 16 waarop het in de hoogte verstelbaar gedeelte 8 rust.
In dit geval is de voornoemde steun 16 een wieltje dat roteerbaar is bevestigd aan dit eerste uiteinde 15a. Het is ook mogelijk dat deze steun 16 wordt uitgevoerd onder de vorm van een vlak plaatje of dergelijke dat scharnierbaar aan dit eerste uiteinde 15a is bevestigd.
Om de hefbomen 12 te laten draaien of roteren rond hun scharnierpunt 14 kan bijvoorbeeld gebruik gemaakt worden van individuele motoren voor elke hefboom 12. In de weergegeven uitvoeringsvorm wordt er gebruik gemaakt van slechts één aandrijving 11 onder de vorm van een motor en is het verstelmechanisme 10 voorzien van extra onderdelen om de aandrijving met deze ene motor mogelijk te maken.
Hiertoe omvat het verstelmechanisme 10 twee overbrengingstangen 17. Het tweede uiteinde 15b van de hefbomen 12 van elk paar is scharnierbaar verbonden met het tweede uiteinde 15b van een hefboom 12 van het andere paar door middel van de overbrengingstangen 17.
De tweede uiteinden 15b van de hefbomen 12 die door een overbrengingsstang 17 worden verbonden vormen samen met de twee bijhorende scharnierpunten 14 van deze hefbomen 12 een parallellogram. Dit is duidelijk te zien in figuur 4, die een detail weergeeft van het verstelmechanisme 10.
Verder omvat het verstelmechanisme 10 een krukas 18 die roteerbaar gelagerd is in het frame 9, welke krukas 18 voorzien is van een kruk 19 die zich dwars op de as 20 van de krukas 18 uitstrekt.
De krukas 18 is gekoppeld met de voornoemde aandrijving 11, welke een staafmotor of lineaire motor is. Door de werking van de aandrijving 11 op de kruk 19, zal de krukas 18 roteren.
De krukas 18 is verbonden met één van beide paren hefbomen 12, zodat een rotatie van de krukas 18 gepaard gaat met een rotatie van dit paar hefbomen 12.
In dit geval is het voornoemde paar hefbomen 12 vast gemonteerd op de krukas 18 nabij de uiteinden 21 van de krukas 18 zodat de hefbomen 12 niet kunnen bewegen ten opzichte van de krukas 18. Het is ook mogelijk dat deze hefbomen 12 deel uitmaken van de krukas 18, bijvoorbeeld omdat ze uit één stuk vervaardigd zijn.
Zoals te zien is in figuur 3, is in het frame 9 een metalen kader 22 aangebracht waarop elk verstelmechanisme 10 is gemonteerd.
In het weergegeven voorbeeld, doch niet noodzakelijk, zijn de hefbomen 12 gebogen, waarbij ze een knikpunt 23 bevatten. Dit zal als gevolg hebben dat de hoogte van de hefbomen 12 kleiner wordt met een plaatsbesparing tot gevolg. Immers, het verstelmechanisme 10 wordt zo ook minder hoog, zodat het kan ingebouwd worden in een onderstel 2 met een relatief smal frame 9.
Verder is het verstelmechanisme 10 voorzien van middelen 24 om bij het verstellen van de in de hoogte verstelbare gedeelten 8 van de bodem 3, de verplaatsing van deze gedeelten 9 in de dwarsrichting X-X' of in de lengterichting Y-Y' van de boxspring 1 te verhinderen.
In het weergegeven voorbeeld worden de voornoemde middelen 24 gevormd door een geleiding 25 in de vorm van een profiel 25 dat aan het frame 9 is vastgemaakt.
In dit profiel 25 is een schuiver 26 aangebracht die in het profiel 25 gevat zit. Deze schuiver 26 is vastgemaakt aan de het voornoemde gedeelte 8. Door de verticale beweging van het gedeelte 8, zal de schuiver 26 in het profiel 25 verschuiven.
Deze schuiver 26 is in dit geval, maar niet noodzakelijk, uitgevoerd als een wieltje.
De werking van de boxspring 1 en het onderstel 2 is zeer eenvoudig en als volgt.
Wanneer een gebruiker die op de boxspring 1 ligt, wenst dat de zone ter plaatse van bijvoorbeeld de schouders harder is, kan de gebruiker het onderstel 2 aanpassen door de bediening van de aandrijving 11 van het verstelmechanisme 10.
De aandrijving 11 zal inwerken op de kruk 19 van de krukas 18, waardoor deze krukas 18 zal roteren. De krukas 18 zal in zijn rotatiebeweging het paar hefbomen 12 meenemen die erop gemonteerd zijn. Door de overbrengingsstang 17 zal het andere paar hefbomen 12 ook mee roteren.
Zoals te zien is in figuren 4 en 5, zullen door de rotatie van de hefbomen 12, de steunen 16 eveneens een rotatiebeweging ondergaan en zich daardoor naar boven bewegen.
Afhankelijk van de rotatie van de krukas 18 onder invloed van de aandrijving 11, zullen de steunen 16 tot op een bepaald niveau komen.
Hierbij dient opgemerkt te worden dat de beweging van de steunen 16 traploos is. Dit houdt in dat de steunen 16 op gelijk welke niveau gebracht kunnen worden.
Omdat het in de hoogte verstelbaar gedeelte 8 rust op de steunen 16, zal het onder invloed van de beweging van de steunen 16 mee naar boven verplaatst worden. Dit is weergegeven in figuur 5.
De hoogte van het voornoemde in de hoogte verstelbare gedeelte 8 kan op deze manier traploos gewijzigd worden.
De geleiding 25 met de schuiver 26 zal ervoor zorgen dat het voornoemde verstelbare gedeelte 8 niet in horizontale zin kan verschuiven maar zich enkel in verticale zin kan verplaatsen.
De beweging van de hefbomen 12 en dus de steunen 16 onder invloed van de rotatie rond het scharnierpunt 14 bezit ook een horizontale component. Door de geleiding 25 zal ervoor gezorgd kunnen worden dat deze verticale component niet wordt overgedragen naar het voornoemde gedeelte 8.
Het feit dat de tweede uiteinden 15b van de hefbomen 12, met de overbrengingsstang 17 en de betreffende scharnierpunten 14 een parallellogram vormen, zal ervoor zorgen dat het betreffende gedeelte 8 steeds evenwijdig aan zichzelf blijft.
In dit geval, zal het gedeelte 8 steeds horizontaal blijven.
Wanneer dit gedeelte 8 naar omhoog gebracht wordt, zal het de veren 4 en/of de schuimlaag 5 die erboven ligt indrukken.
Door deze indrukking verhoogt de hardheid van de veren 4 en/of de schuimlaag 5.
Door een tegengestelde beweging van de aandrijving 11, en de daarmee gepaard gaande rotatie van de krukas 18 en de hefbomen 12 in de tegengestelde zin, kunnen de steunen 16 en het in de hoogte verstelbare gedeelte 8 ter plaatse van de schouders naar beneden gebracht worden.
Hierdoor zullen de veren 4 en/of de schuimlaag 5 minder ingedrukt worden zodat de hardheid van de veren 4 en/of de schuimlaag 5 vermindert.
Een gelijkaardig principe of werking is mogelijk voor het in de hoogte verstelbare gedeelte 8 ter plaatse van de lende.
Aangezien elk verstelbaar gedeelte 8 voorzien is van een eigen verstelmechanisme 10, kan de hardheid van elk gedeelte 8 afzonderlijk ingesteld worden.
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch een onderstel en boxspring of comfortbed volgens de uitvinding kunnen in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (20)

  1. Conclusies .
    1. - Onderstel voor een boxspring of comfortbed (1) met een lengte (A) en een breedte (B) , welke onderstel (2) hoofdzakelijk bestaat uit een frame (9) met daarin een bodem (3) voor het ondersteunen van veren (4) en/of een schuimlaag (5), daardoor gekenmerkt dat de bodem (3) naast een vast gedeelte (7), minstens één in de hoogte verstelbare gedeelte (8) bevat dat zich in de dwarsrichting (X-X') uitstrekt ter plaatse van de lende en/of van de schouders, welk gedeelte (8) ondersteund wordt door een verstelmechanisme (10) dat toelaat het betreffende verstelbare gedeelte (8) van de bodem (3) traploos in de hoogte te verstellen en te houden op zodanige manier dat het betreffend gedeelte (8) steeds evenwijdig aan zichzelf blijft.
  2. 2. - Onderstel volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de bodem (3) twee in de hoogte verstelbare gedeelten (8) omvat, één ter plaatse van de lende en één ter plaatse van de schouders.
  3. 3. - Onderstel volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de bodem (3) twee vaste gedeelten (7) omvat, één ter plaatse van het hoofd en één ter plaatse van de benen, waarbij tussen deze twee vaste gedeelten (7), de in de hoogte verstelbare gedeelten (8) zijn aangebracht, die op elkaar aansluiten.
  4. 4. - Onderstel volgens conclusie 2 of 3, daardoor gekenmerkt dat de twee in de hoogte verstelbare gedeelten (8) van de bodem onafhankelijk van elkaar in te stellen zijn.
  5. 5. - Onderstel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het verstelmechanisme (10) een aandrijving (11) omvat en een afstandsbediening voor de bediening van de aandrijving (11).
  6. 6. - Onderstel volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat de aandrijving (11) een staafmotor of lineaire motor omvat met een lineaire verplaatsing evenwijdig aan de bodem (3).
  7. 7. - Onderstel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat elk van de voornoemde in de hoogte verstelbare gedeelten (8) van de bodem voorzien is van een voornoemd verstelmechanisme (10) dat twee paar hefbomen (12) omvat ter plaatse van de hoeken (13) van het in de hoogte verstelbare gedeelte (8), waarbij elk paar hefbomen (12) coaxiaal verdraaibaar zijn aangebracht op het frame (9) met een scharnierpunt (14), waarbij het voornoemde in de hoogte verstelbare gedeelte (8) rust op een eerste uiteinde (15a) van elke hefboom (12), waarbij door rotatie van de hefbomen (12), de voornoemde eerste uiteinden (15a) zich traploos verplaatsen in de hoogte zodat de hoogte van het voornoemde in de hoogte verstelbare gedeelte (8) traploos wordt gewijzigd.
  8. 8. - Onderstel volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt dat het eerste uiteinde (15a) voorzien is van een steun (16) voor het in de hoogte verstelbare gedeelte (8) van de bodem (3) .
  9. 9. - Onderstel volgens conclusie 8, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde steun (16) een wieltje is dat roteerbaar aan het eerste uiteinde (15a) van de hefbomen (12) is bevestigd.
  10. 10. - Onderstel volgens één van de voorgaande conclusies 7 tot 9, daardoor gekenmerkt dat het tweede uiteinde (15b) van de hefbomen (12) van elk paar scharnierbaar is verbonden met het tweede uiteinde (15b) van een hefboom (12) van het andere paar door middel van een overbrengingsstang (17).
  11. 11. - Onderstel volgens conclusie 10, daardoor gekenmerkt dat de tweede uiteinden (15b) van de hefbomen (12) die door de overbrengingsstang (17) verbonden worden samen met de twee bijhorende scharnierpunten (14) van deze hefbomen (12) een parallellogram vormen.
  12. 12. - Onderstel volgens conclusie 10 of 11, daardoor gekenmerkt dat het verstelmechanisme (10) voorzien is van een krukas (18) die roteerbaar gelagerd is in het frame (9), welke krukas (18) voorzien is van een kruk (19) die zich dwars op de as (20) van de krukas (18) uitstrekt en welke gekoppeld is aan de voornoemde aandrijving (11), waarbij krukas (18) verbonden is met één van beide paren hefbomen (12) zodanig dat een rotatie van de krukas (18) gepaard gaat met een rotatie van het eerste paar hefbomen (12) en van het tweede paar hefbomen (12) door de werking van de overbrengingsstang (17).
  13. 13. - Onderstel volgens conclusie 12, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde aandrijving (11) van de kruk (19) een staafmotor of een lineaire motor is, zodanig dat door de werking van de staafmotor of lineaire motor op de kruk (19), een rotatie van de krukas (18) veroorzaakt wordt.
  14. 14. - Onderstel volgens conclusie 12 of 13, daardoor gekenmerkt dat het paar hefbomen (12) dat met de krukas (18) verbonden is, vast gemonteerd zijn nabij de uiteinden (21) van de krukas (18) of er deel van uitmaken.
  15. 15. - Onderstel volgens één van de voorgaande conclusies 7 tot 14, daardoor gekenmerkt dat de hefbomen (12) gebogen zijn, waarbij ze een knikpunt (23) bevatten, waarbij het scharnierpunt (14) is gelegen ter plaatse van dit knikpunt (23) .
  16. 16. - Onderstel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het verstelmechanisme (10) voorzien is van middelen (24) om bij het verstellen van de in de hoogte verstelbare gedeelten (8) van de bodem (3) de verplaatsing van deze gedeelten (8) in de dwarsrichting (XX') of in de lengterichting (Y-Y') van de boxspring (1) te verhinderen.
  17. 17. - Onderstel volgens conclusie 16, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde middelen (24) gevormd worden door een geleiding (25) in de vorm van een profiel dat aan het frame (9) is vastgemaakt en een schuiver (26) die is vastgemaakt aan het in de hoogte verstelbare gedeelte (8) en in het profiel gevat zit, welke schuiver (26), onder invloed van de verticale beweging van het voornoemde gedeelte (8), in het profiel kan verschuiven.
  18. 18. - Onderstel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat in het frame (9) een metalen kader (22) is aangebracht waarop het verstelmechanisme (10) wordt gemonteerd.
  19. 19. - Boxspring of comfortbed met een onderstel (2), welk onderstel (2) hoofdzakelijk bestaat uit een frame (9) met daarop een bodem (3) waarop veren (4) en/of een schuimlaag (5) is aangebracht, daardoor gekenmerkt dat de bodem (3) naast een vast gedeelte (7), minstens één in de hoogte verstelbare gedeelte (8) bevat dat zich in de dwarsrichting (X-X') uitstrekt ter plaatse van de lende en/of schouders, welk gedeelte (8) ondersteund wordt door een verstelmechanisme (10) dat toelaat het betreffende verstelbare gedeelte (8) van de bodem (3) traploos in de hoogte te verstellen en te houden op zodanige manier dat het betreffend gedeelte (8) steeds evenwijdig aan zichzelf blij ft.
  20. 20. - Boxspring of comfortbed volgens conclusie 19, daardoor gekenmerkt dat gebruik wordt gemaakt van een onderstel (2) volgens één van de voorgaande conclusies 1 tot 18.
BE2015/0120 2015-03-26 2015-03-26 Onderstel voor een boxspring of comfortbed en boxspring of comfortbed uitgerust met dergelijk onderstel BE1022862B1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE202016001946.6U DE202016001946U1 (de) 2015-03-26 2016-03-25 Untergestell für ein Boxspring oder Komfortbett und mit derartigem Untergestell ausgerüstetes Boxspring oder Komfortbett

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1022862B1 true BE1022862B1 (nl) 2016-09-27

Family

ID=

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CN108778062B (zh) 可调节基部
US10786087B2 (en) Electric bed with independent adjusting device for waist rest
NL1028218C2 (nl) Bed met ligondersteuning en werkwijze voor het dynamisch ondersteunen van een lighouding.
US20140283302A1 (en) Device for the insertion in bedsteads, bedding boxes or bed frames for use as a lying surface with a mattress on top of it for primarily a single person
US10639221B2 (en) Adjustable foundation and mattress assembly
US20130014674A1 (en) Height adjustable desktop apparatus
NL1041781B1 (nl) Onderstel voor een boxspring of comfortbed en boxspring of comfortbed uitgerust met dergelijk onderstel.
CN107242966A (zh) 一种按摩椅
ITPN20120022A1 (it) Supporto ergonomico di sostegno di persone di tipo regolabile in altezza, per adattarlo alle diverse forme della schiena delle persone e determinare il sostegno delle persone stesse con un effetto massaggiante
JP2005522235A (ja) ベッドとデスクの組み合わせ家具
KR101166297B1 (ko) 높이조절 베개장치
BE1022862B1 (nl) Onderstel voor een boxspring of comfortbed en boxspring of comfortbed uitgerust met dergelijk onderstel
EP0210186A1 (de) Matratze für ein liegebett.
EP2042058B1 (en) Load-bearing device for bed
US20130014675A1 (en) Height adjustable desktop apparatus
BE1022729B1 (nl) Lattenbodem voor een bed
EP3253257B1 (en) An adjustable hardness bed
NL1025833C2 (nl) Stoel met automatische rugleuningshoekinstelling.
US3287746A (en) Back rest for beds
FI125260B (en) Adjustable bed
US136395A (en) Improvement in head-rests for beds
KR102454186B1 (ko) 경추 지압장치
GB2545251A (en) A tilt apparatus for a bed
KR20240027210A (ko) 침대형 안마 장치
NO339707B1 (no) Regulerbar seng