BE1022621B1 - Opraapeenheid met een zwadconditioneringsrol voor een balenpers voor gebruik in de landbouw - Google Patents
Opraapeenheid met een zwadconditioneringsrol voor een balenpers voor gebruik in de landbouw Download PDFInfo
- Publication number
- BE1022621B1 BE1022621B1 BE2015/5218A BE201505218A BE1022621B1 BE 1022621 B1 BE1022621 B1 BE 1022621B1 BE 2015/5218 A BE2015/5218 A BE 2015/5218A BE 201505218 A BE201505218 A BE 201505218A BE 1022621 B1 BE1022621 B1 BE 1022621B1
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- pick
- unit
- swath
- roller
- screw
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01D—HARVESTING; MOWING
- A01D89/00—Pick-ups for loaders, chaff-cutters, balers, field-threshers, or the like, i.e. attachments for picking-up hay or the like field crops
- A01D89/001—Pick-up systems
- A01D89/002—Rotors
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01D—HARVESTING; MOWING
- A01D89/00—Pick-ups for loaders, chaff-cutters, balers, field-threshers, or the like, i.e. attachments for picking-up hay or the like field crops
- A01D89/006—Accessories
- A01D89/007—Devices for preparing the picking-up of the windrow
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01F—PROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
- A01F15/00—Baling presses for straw, hay or the like
- A01F15/08—Details
- A01F15/0825—Regulating or controlling density or shape of the bale
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65G—TRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
- B65G33/00—Screw or rotary spiral conveyors
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65G—TRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
- B65G53/00—Conveying materials in bulk through troughs, pipes or tubes by floating the materials or by flow of gas, liquid or foam
- B65G53/34—Details
- B65G53/40—Feeding or discharging devices
- B65G53/48—Screws or like rotary conveyors
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65G—TRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
- B65G65/00—Loading or unloading
- B65G65/30—Methods or devices for filling or emptying bunkers, hoppers, tanks, or like containers, of interest apart from their use in particular chemical or physical processes or their application in particular machines, e.g. not covered by a single other subclass
- B65G65/34—Emptying devices
- B65G65/40—Devices for emptying otherwise than from the top
- B65G65/46—Devices for emptying otherwise than from the top using screw conveyors
Landscapes
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Environmental Sciences (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Harvester Elements (AREA)
- Harvesting Machines For Specific Crops (AREA)
Abstract
Een opraapeenheid (60) voor een balenpers (10) bevat een frame (62); een opraaprol (64) gedragen -
door het frame (62); en een zwadconditioneringsrol (70) die gedragen wordt door het frame (62) en gepositioneerd is vóór de opraaprol (64) wanneer hij zich in een operationele positie bevindt. De zwadconditioneringsrol (70) bevat een centrale kern (74) en een paar in tegengestelde richting draaiende schroefgangen (76A, 76B) die de centrale kern (74) omgeven. De opraapeenheid (60) is gekenmerkt doordat de schroefgangen (76A, 76B) met elkaar verbonden zijn op een manier zodat het wikkelen van oogstmateriaal rond de zwadconditioneringsrol (70) wordt belet.
Description
OPRAAPEENHEID MET EEN ZWADCONDITIONERINGSROL VOOR EEN BALENPERS VOOR GEBRUIK IN DE LANDBOUW
ACHTERGROND VAN DE UITVINDING
Deze uitvinding heeft betrekking op balenpersen voor gebruik in de landbouw (verder kortweg balenpersen genoemd) en meer bepaald op opraapeenheden voor zulke balenpersen.
Oogstmachines, zoals balenpersen, worden in de landbouw gebruikt om oogstmateriaal samen te voegen en te verpakken om de opslag en de behandeling van het oogstmateriaal voor later gebruik te vergemakkelijken. In het geval van hooi wordt gewoonlijk een maaier-kneuzer gebruikt om het oogstmateriaal af te snijden en het voor te bereiden om het in zwaden in de zon te drogen. In geval van stro ontlaadt een maaidorser oogstmateriaal dat geen graan is vanaf de achterkant van de maaidorser, dat het stro vormt (bv. tarwe- of haverstro) dat door de balenpers opgeraapt zal worden. Het afgesneden oogstmateriaal wordt gewoonlijk geharkt en gedroogd, en een balenpers, zoals een grote vierkantebalenpers of een rondebalenpers, rijdt schrijlings over en langs de zwaden om het oogstmateriaal op te pikken en er balen van te maken.
Op een grote vierkantebalenpers verzamelt een opraapeenheid aan de voorkant van de balenpers het afgesneden en in zwaden neergelegde oogstmateriaal van de grond. De opraapeenheid bevat een opraaprol en kan facultatief andere onderdelen bevatten zoals zijdelingse afschermingen, eenzijdig gesteunde korte vijzels, een windscherm enz.
Een pakkereenheid wordt gebruikt om het oogstmateriaal vanaf de opraapeenheid toe te voeren aan een koker of precompressiekamer. De pakkereenheid vormt een prop oogstmateriaal binnen de precompressiekamer, die daarna overgebracht wordt naar een hoofdbalenkamer. (Voor deze bespreking zal de lading oogstmateriaal in de precompressiekamer een “prop” genoemd worden en zal de lading oogstmateriaal na samengeperst te zijn binnen de hoofdbalenkamer een “plak” genoemd worden.) Gewoonlijk bevat zulke pakkereenheid tanden of vorken om het oogstmateriaal vanuit de opraapeenheid naar de precompressiekamer te verplaatsen. In plaats van een pakkereenheid is ook het gebruik van een rotorsnij-eenheid bekend, die het oogstmateriaal in kleinere stukken hakt.
Een vuleenheid draagt de prop oogstmateriaal over in ladingen vanuit de precompressiekamer naar de hoofdbalenkamer. Gewoonlijk bevat zulke vuleenheid vulvorken die gebruikt worden om de prop oogstmateriaal vanuit de precompressiekamer naar de hoofdbalenkamer over te brengen, synchroon met de heen-en-weergaande beweging van een plunjer binnen de hoofdbalenkamer.
In de hoofdbalenkamer drukt de plunjer de prop oogstmateriaal samen tot plakken om een baal te vormen en terzelfder tijd beweegt de baal geleidelijk naar de uitgang van de balenkamer. De plunjer beweegt heen en weer naar het ontlaadeinde van de balenpers toe en weg ervan. De plunjer kan een aantal rollen bevatten, die zich zijdelingse uitstrekken ten opzichte van de zijden van de plunjer. De rollen aan elke kant van de plunjer worden ontvangen in een overeenkomstige plunjergleuf die gevormd is in de zijwanden van de balenkamer, waarbij de plunjergleuven de plunjer geleiden tijdens de heen-en-weergaande bewegingen.
Wanneer er genoeg plakken werden toegevoegd en de baal een volledige (of een andere voorafbepaalde) grootte bereikt, wordt een aantal knopenleggers geactiveerd die touw, garen of iets dergelijks rond de baal wikkelen en knopen terwijl de baal zich nog altijd in de hoofdbalenkamer bevindt. Het touw wordt doorgesneden en de gevormde baal wordt uit de achterkant van de balenpers gestoten als een nieuwe baal gevormd is.
Wanneer de balenpers wordt gebruikt met smalle zwaden, kan het zwad verschoven zijn ten opzichte van het midden van de opraapeenheid en kan het oogstmateriaal opgeraapt worden door één kant van de opraapeenheid. De opraapeenheid brengt het oogstmateriaal over naar de precompressiekamer en het oogstmateriaal heeft de neiging om één kant van de precompressie kamer meer te vullen dan de andere kant. Wanneer het oogstmateriaal overgebracht is van de precompressiekamer naar de hoofdbalenkamer, dan kan dit op zijn beurt resulteren in de vorming van een ongelijkmatige of scheve baal.
Het gebruik van een vijzel vóór de opraaprol op de opraapeenheid is bekend om het oogstmateriaal gelijkmatiger te verspreiden alvorens het met de opraaprol op te rapen. Bijvoorbeeld met verwijzing naar octrooi EP 0043156, is een vijzel geplaatst vóór de opraaprol en uitgerust met twee in tegengestelde richting draaiende schroefgangen die het oogstmateriaal zijdelings naar buiten verspreiden. Elke schroefgang heeft een zijdelings binnenste uiteinde dat in de buurt van het midden van de opraaprol is geplaatst. De twee schroefgangen ontmoeten elkaar aan hun zijdelingse binnenste uiteinden, en creëren een haak die oogstmateriaal met de draaiende vijzel meesleurt, waardoor dat de neiging bestaat dat oogstmateriaal zich rond de vijzel wikkelt. Dit kan in sommige gevallen ertoe leiden dat de balenpers moet worden uitgeschakeld en dat de operator uit zijn cabine moet komen om met de hand het rond de rol gewikkelde oogstmateriaal te verwijderen.
Wat vereist is volgens de stand van de techniek is een balenpers met een opraapeenheid die het oogstmateriaal beter verspreidt om de vorming van een uniforme baal te verzekeren, zonder met gewasmateriaal omwikkeld te worden.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
Deze uitvinding verschaft een balenpers met een zwadconditioneringsrol gepositioneerd aan het voorste uiteinde van de opraapeenheid. De zwadconditioneringsrol is geconfigureerd om het oogstmateriaal over de breedte van de opraaprol te verspreiden, zonder het gewasmateriaal rond de rol te wikkelen. Eén uitvoeringsvorm van de uitvinding is bedoeld voor een opraapeenheid van een balenpers, die het volgende bevat: een frame; een opraaprol gedragen door het frame; en een zwadconditioneringsrol die gedragen wordt door het frame en gepositioneerd is vóór de opraaprol wanneer hij zich in een operationele positie bevindt. De zwadconditioneringsrol bevat een centrale kern en een paar in tegengestelde richting draaiende schroefgangen rond de centrale kem. De opraapeenheid is gekenmerkt doordat de schroefgangen met elkaar verbonden zijn op een manier zodat het wikkelen van oogstmateriaal rond de zwadconditioneringsrol wordt belet.
Een voordeel van deze uitvinding is dat de zwadconditioneringsrol het oogstmateriaal over de breedte van de opraaprol verspreidt bij het oogsten van smalle zwaden.
Een ander voordeel is dat brokken binnen een zwad verspreid worden.
Nog een ander voordeel is dat de zwadconditioneringsrol een verhoogde oogstcapaciteit verschaft bij lichte zwaden met groot volume (bv. gerst, stro, hooi enz.).
Een verder voordeel is dat de schroefgangen van de zwadconditioneringsrol bij elkaar komen op een wijze die vermijdt dat gewasmateriaal rond de rol gewikkeld wordt.
Nog een verder voordeel is dat de schroefgangen van de zwadconditioneringsrol bij elkaar komen op een wijze die een neutraal gebied definieert, waarbij het oogstmateriaal in wezen niet zijdelings naar buiten uit de neutrale zone wordt bewogen.
KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN
De bovenvermelde en andere kenmerken en voordelen van deze uitvinding en de manier om ze te bereiken, zullen duidelijker worden en de uitvinding zal beter begrepen kunnen worden door verwijzing naar de volgende beschrijving van uitvoeringsvormen van de uitvinding samen met de bijbehorende tekeningen, waarbij:
Figuur 1 een opengewerkte perspectieftekening is die de inwendige werking weergeeft van een grote vierkantebalenpers, die geconfigureerd kan worden met een opraapeenheid van deze uitvinding;
Figuur 2 een perspectiefaanzicht is van een uitvoeringsvorm van een opraapeenheid volgens deze uitvinding die gebruikt kan worden met de maaidorser van Figuur 1, die een uitvoeringsvorm bevat van een zwadconditioneringsrol volgens deze uitvinding;
Figuur 3 een achteraanzicht is van de opraapeenheid die weergegeven is in Figuur 2;
Figuur 4 een perspectief aanzicht is van de zwadconditioneringsrol die weergegeven is in de Figuren 2 en 3; en
Figuur 5 een aanzicht is van het uiteinde van de zwadconditioneringsrol die weergegeven is in de Figuren 2-4.
Overeenkomstige verwijzingen (nummers en/of letters) geven door alle verschillende aanzichten heen overeenkomstige onderdelen aan. De hier uiteengezette voorbeelden illustreren uitvoeringsvormen van de uitvinding en zulke voorbeelden mogen niet geïnterpreteerd worden alsof ze de reikwijdte van de uitvinding op enige wijze zouden beperken.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE UITVINDING
Nu met verwijzing naar de tekeningen en meer bepaald naar Figuur 1, wordt er een perspectief opengewerkt aanzicht getoond dat de inwendige werking van een grote vierkantebalenpers 10 toont. De balenpers 10 werkt met een tweetrapstoevoersysteem. Oogstmateriaal wordt met behulp van een opraapeenheid 12 van zwaden opgetild en aan de balenpers 10 toegevoerd. De opraapeenheid 12 bevat een draaiende opraaprol 14 met tanden 16 die het gewas achterwaarts bewegen naar een pakkereenheid 18. Een facultatief paar eenzijdig gesteunde korte vijzels (waarvan er één is weergegeven, maar zonder nummer) is boven de opraaprol 14 gepositioneerd om het oogstmateriaal zijdelings naar binnen te bewegen. De pakkereenheid 18 bevat pakkertanden 20 die het gewas in een precompressiekamer 22 drukken om een prop oogstmateriaal te vormen. De pakkertanden 20 strengelen het gewas ineen en pakken het samen in de precompressiekamer 22. De precompressiekamer 22 en de pakkertanden 20 werken als de eerste stap van het samendrukken van het gewas. Eens de druk in de precompressiekamer 22 een voorafbepaalde gemeten waarde bereikt, beweegt een vuleenheid 24 de prop gewas uit de precompressiekamer 22 naar een hoofdbalenkamer. De vuleenheid 24 bevat vulvorken 28 die de prop gewas rechtstreeks drukken tot voor een plunjer 30, die heen en weer beweegt binnen de hoofdbalenkamer 26 en de prop gewas in een plak samenperst. De vulvorken 28 keren terug naar hun originele stationaire toestand nadat de prop materiaal in de hoofdbalenkamer 26 werd bewogen 26. De plunjer 30 drukt de proppen gewas samen in plakken om een baal te vormen, en terzelfder tijd beweegt de baal geleidelijk naar een uitgang 32 van de hoofdbalenkamer 26. De hoofdbalenkamer 26 en de plunjer 30 functioneren als tweede trap voor het samendrukken van het gewas. Wanneer er genoeg plakken werden toegevoegd en de baal een volledige (of een andere voorafbepaalde) grootte bereikt, worden knopenleggers 34 geactiveerd die touw rond de baal wikkelen en binden terwijl de baal zich nog altijd in de hoofdbalenkamer 26 bevindt. Naalden 36 brengen het onderste touw omhoog naar de knopenleggers 34 waarna het knoopproces plaatsvindt. Het touw wordt doorgesneden en de gevormde baal wordt uitgestoten vanuit een ontlaadhelling 38 als een nieuwe baal gevormd is.
De plunjer 30 is verbonden via een knikarm 40 met een tandwielkast 42. De tandwielkast 42 wordt aangedreven door een vliegwiel 44, dat op zijn beurt via een aandrijfas 46 verbonden is met de aftakaskoppeling (PTO-koppeling) 48. De aftakaskoppeling 48 is afneembaar verbonden met de spieas van de aftakas aan de achterkant van de tractie-eenheid, zoals een tractor (niet weergegeven). De aftakaskoppeling 48, de aandrijfas 46 en het vliegwiel 44 definiëren samen een gedeelte van een aandrijflijn 50, die rotatie-energie verschaft aan de tandwielkast 42. Het vliegwiel 44 heeft een voldoende massa om de plunjer 30 door een compressieslag heen te helpen wanneer door de tractie-eenheid energie op aandrijfas 46 wordt aangebracht (niet weergegeven).
Nu met verwijzing naar de Figuren 2 en 3, wordt een uitvoeringsvorm weergegeven van een opraapeenheid 60 volgens deze uitvinding, die gebruikt kan worden op de balenpers 10 zoals weergegeven in Figuur 1 in plaats van de opraapeenheid 12. Vergelijkbaar met de opraapeenheid 12 die weergegeven is in Figuur 1, bevat de opraapeenheid een frame 62 en een opraaprol 64 die draaibaar aangebracht is op het frame 62. Een windschermrol 66 is schamierbaar op het frame aangebracht en kan gepositioneerd worden aan de voorkant van de opraaprol 64. Meer bepaald hebben een paar schamierarmen 68 elk een binnenwaarts uiteinde (niet genummerd) dat schamierbaar verbonden is met het frame 62, en een buitenwaarts uiteinde (niet genummerd) dat de windschermrol 66 draaibaar draagt.
Volgens een aspect van deze uitvinding is een windschermrol 70 ook scharnierbaar op het frame 62 aangebracht en kan deze gepositioneerd worden vóór de opraaprol 64 wanneer die zich in een operationele positie bevindt. In de geïllustreerde uitvoeringsvorm is een paar montageplaten 72 aangebracht op de buitenwaartse uiteinden van schamierarm 68, en is de zwadconditioneringsrol 70 draaibaar aangebracht op de montageplaten 72 en strekt zich ertussen uit. De montageplaten 72 zijn vast op de schamierarm 68 aangebracht, maar zouden ook scharnierend beweegbaar kunnen zijn ten opzichte van de schamierarm 68 en kunnen geschikte actuators gebruikt worden om de montageplaten 72 ten opzichte van de schamierarm 68 te bewegen. Als alternatief zou de zwadconditioneringsrol 70 rechtstreeks op het frame 62 aangebracht kunnen worden, i.p.v. onrechtstreeks d.m.v. de schamierarmen 68. De zwadconditioneringsrol 70 is in de weergegeven uitvoeringsvorm een aangedreven rol, en kan aangedreven worden met behulp van eender welke geschikte configuratie van mechanische onderdelen, zoals een ketting & kettingwiel, een riem & riemschijf, en hydraulische motor, een elektromotor enz.
Nu met verwijzing naar de Figuren 4 en 5 gezamenlijk, bevat de zwadconditioneringsrol 70 een centrale kern 74 en een paar in tegengestelde richting draaiende schroefgangen 76A en 76B die de centrale kern 74 omgeven en eraan bevestigd zijn. De schroefgangen 76 A en 76 B zijn zo met elkaar verbonden op een manier dat het wikkelen van oogstmateriaal rond de zwadconditioneringsrol 70 wordt belet. In tegenstelling tot conventionele constructies, zijn de schroefgangen 76A en 76B met elkaar verbonden zonder de aanwezigheid van enige haakvormige opstelling die het wikkelen van het gewasmateriaal rond de zwadconditioneringsrol 70 zou veroorzaken.
Meer bepaald heeft elk schroefgang 76A en 76B een overeenkomstig zijdelings binnenste uiteinde 78A en 78B. Een zijdelings binnenste uiteinde 78A of 78B strekt zich overlangs uit voorbij het andere zijdelingse binnenste uiteinde 76A of 76B, en omgekeerd, zodat de twee schroefgangen 76A en 76B elkaar overlappen. Het zijdelingse binnenste uiteinde 78A is verbonden met de andere respectieve schroefgang 76B, en omgekeerd is het zijdelingse binnenste uiteinde 78B verbonden met de andere respectieve schroefgang 76A. In de geïllustreerde uitvoeringsvorm is elk zijdelings binnenste uiteinde 78A en 78B verbonden met de andere respectieve schroefgang 76A of 76B langs een snijlijn 80A en 80B, ruwweg aan tegenoverliggende zijden van de centrale kern 74 (d.w.z. ongeveer 180° van elkaar gescheiden aan tegenoverliggende zijden van de centrale kem 74). De zijdelingse binnenste uiteinden 78A en 78B zijn elk verbonden met de andere respectieve schroefgang 76A of 76B met behulp van een geschikte verbinding, zoals met een metallurgische verbinding (bv. lassen, (hard)solderen enz.).
Elke schroefgang 76A en 76B heeft een steek die overeenkomt met een volledige omwenteling van de schroefgang. De schroefgangen 76A en 76B overlappen elkaar over een voorafbepaald gedeelte van een omwenteling. In de geïllustreerde uitvoeringsvorm overlappen de schroefgangen 76A en 76B elkaar over ongeveer een halve omwenteling; dus verschaffen ze een gecombineerde onderlinge overlapping van ongeveer een volledige omwenteling.
Elke schroefgang 76A en 76B overlapt de andere schroefgang in een neutraal gebied 82. Zoals blijkt uit het bestuderen van de Figuren 2 en 4 resulteert het draaien van de zwadconditioneringsrol 70 in een richting in het verspreiden van het zwad (zoals aangegeven door pijl 84) en zorgt dit er ook voor dat de schroefgangen 76A en 76B het oogstmateriaal in tegenovergestelde richting binnen het neutrale gebied 82 bewegen. D.w.z. het gedeelte van de schroefgang 76A binnen het neutrale gebied 82 doet het oogstmateriaal in één zijdelingse richting naar buiten bewegen, terwijl het gedeelte van de schroefgang 76B binnen het neutrale gebied 82 het oogstmateriaal in een tegenovergestelde zijdelingse richting naar buiten beweegt. Dit resulteert in een neutraal gebied 82 waar het gewas kan worden verspreid, maar in wezen niet buiten het neutrale gebied 82 wordt getransporteerd. Het neutrale gebied 82 heeft een voorafgekozen breedte die zich uitstrekt in een overlangse richting van de zwadconditioneringsrol, afhankelijk van een omvang van de overlapping van de schroefgangen 76A en 87B. In de uitvoeringsvorm die weergegeven is in Figuren 2-5, heeft het neutrale gebied 82 een voorafgekozen breedte van ongeveer 100 tot 500 mm.
Het is gemakkelijk in te zien dat door de steek van de schroefgangen 76A en 76B te veranderen, de breedte van het neutrale gebied 82 ook zal veranderen. Bovendien kan het mogelijk zijn (hoewel onwaarschijnlijk) voor de schroefgangen 76A en 76B om een verschillende steek te hebben. Andere constructies zijn ook mogelijk.
Hoewel deze uitvinding werd beschreven met betrekking tot minstens één uitvoeringsvorm, kan deze uitvinding verder gewijzigd worden binnen de geest en de reikwijdte van deze onthulling. Deze octrooiaanvraag is dan ook bedoeld om alle variaties en gebruiken of aanpassingen van de uitvinding te dekken door gebruik te maken van haar algemene principes. Verder is deze octrooiaanvraag bedoeld om zulke afwijkingen van deze onthulling te dekken die mogelijk zijn binnen bekende of gebruikelijke praktijken volgens de stand van de techniek waarop deze uitvinding betrekking heeft en die binnen de grenzen van de bijgevoegde conclusies vallen.
Claims (12)
- CONCLUSIES1. Opraapeenheid van (60) voor een balenpers (10), waarbij de opraapeenheid (60) bestaat uit: een frame (62); een opraaprol (54) gedragen door het frame (62); en een zwadconditioneringsrol (70) die gedragen wordt door het frame (62) en gepositioneerd is vóór de opraaprol (60) wanneer hij zich in een operationele positie bevindt, waarbij de zwadconditioneringsrol (70) een centrale kern (74) en een paar in tegengestelde richting draaiende schroefgangen (76A, 76B) bevat die de centrale kern (74) omringen gekenmerkt doordat: de schroefgangen (76A, 76B) met elkaar verbonden zijn op een manier zodat het wikkelen van oogstmateriaal rond de zwadconditioneringsrol (70) wordt belet.
- 2. Opraapeenheid (60) volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat elke schroefgang (76A, 76B) een zijdelings binnenste uiteinde (78A, 78B) heeft, en één van de zijdelingse binnenste uiteinden (78A, 78B) zich overlangs tot voorbij het andere zijdelingse binnenste uiteinde (78A, 78B) uitstrekt, zodat de schroefgangen (76A, 76B) elkaar overlappen.
- 3. Opraapeenheid (60) volgens conclusie 2, met het kenmerk dat het ene zijdelings binnenste uiteinde (78A, 78B) en het andere zijdelingse binnenste uiteinde (78A, 78B) elk met een andere respectieve schroefgang (76A, 76B) verbonden zijn.
- 4. Opraapeenheid (60) volgens conclusie 3, gekenmerkt doordat elk zijdelingse binnenste uiteinde (78A, 78B) verbonden is met de andere respectieve schroefgang (76A, 76B) ruwweg gezien aan tegenoverliggende zijden van de centrale kern (74).
- 5. Opraapeenheid (60) volgens conclusie 3, gekenmerkt doordat het ene zijdelingse binnenste uiteinde (78A, 78B) en het andere zijdelingse binnenste uiteinde (78A, 78B) elk metallurgisch met de andere respectieve schroefgang (76A, 76B) verbonden is.
- 6. Opraapeenheid (60) volgens eender welke van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat elke schroefgang (76A, 76B) een steek heeft die overeenkomt met een volledige omwenteling van de schroefgang (76A, 76B), en doordat elke schroefgang (76A, 76B) de andere schroefgang (76A, 76B) overlapt over een voorafbepaald gedeelte van een omwenteling.
- 7. Opraapeenheid (60) volgens eender welke van de voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat elke schroefgang (76A, 76B) de andere schroefgang (76A, 76B) voor ongeveer een halve omwenteling overlapt.
- 8. Opraapeenheid (60) volgens conclusie 7, gekenmerkt doordat de schroefgangen (76A, 76B) elkaar over ongeveer een volledige omwenteling gecombineerd overlappen.
- 9. Opraapeenheid (60) volgens eender welke van de voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat elke schroefgang (76A, 76B) de andere schroefgang (76A, 76B) overlapt in een neutraal gebied (82) waarin de schroefgangen (76A, 76B) het oogstmateriaal in tegenovergestelde richtingen bewegen.
- 10. Opraapeenheid (60) volgens conclusie 9, gekenmerkt doordat het neutrale gebied (82) een voorafgekozen breedte heeft die zich uitstrekt in een overlangse richting van de zwadconditioneringsrol (70), afhankelijk van een mate van overlapping van de schroefgangen (76A, 76B).
- 11. Opraapeenheid (60) volgens conclusie 10, gekenmerkt doordat het neutrale gebied (82) een voorafgekozen breedte heeft van ongeveer 100 tot 500 mm.
- 12. Opraapeenheid (60) volgens eender welke van de voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat de schroefgangen (76A, 76B) met elkaar verbonden zijn zonder de aanwezigheid van enige haakvormige opstelling die het wikkelen van het gewasmateriaal rond de zwadconditioneringsrol (70) zou veroorzaken.
Priority Applications (4)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE2015/5218A BE1022621B1 (nl) | 2015-04-03 | 2015-04-03 | Opraapeenheid met een zwadconditioneringsrol voor een balenpers voor gebruik in de landbouw |
BR102016007064-3A BR102016007064B1 (pt) | 2015-04-03 | 2016-03-30 | unidade coletora para uma enfardadeira agrícola |
EP16163163.5A EP3075225B1 (en) | 2015-04-03 | 2016-03-31 | Pickup unit with a windrow conditioning roll for an agricultural baler |
US15/088,769 US10028438B2 (en) | 2015-04-03 | 2016-04-01 | Pickup unit with a windrow conditioning roll for an agricultural baler |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE2015/5218A BE1022621B1 (nl) | 2015-04-03 | 2015-04-03 | Opraapeenheid met een zwadconditioneringsrol voor een balenpers voor gebruik in de landbouw |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE1022621B1 true BE1022621B1 (nl) | 2016-06-17 |
Family
ID=53783524
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE2015/5218A BE1022621B1 (nl) | 2015-04-03 | 2015-04-03 | Opraapeenheid met een zwadconditioneringsrol voor een balenpers voor gebruik in de landbouw |
Country Status (4)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US10028438B2 (nl) |
EP (1) | EP3075225B1 (nl) |
BE (1) | BE1022621B1 (nl) |
BR (1) | BR102016007064B1 (nl) |
Families Citing this family (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP3289855B1 (en) * | 2016-09-04 | 2023-07-05 | CNH Industrial Belgium nv | Spread roll cap system |
US10111387B1 (en) * | 2017-04-28 | 2018-10-30 | Deere & Company | Baffle float system for baler |
DE102021112210A1 (de) * | 2021-05-11 | 2022-11-17 | Deere & Company | Schneckenförderer und Presse |
EP4285708A1 (en) * | 2022-05-30 | 2023-12-06 | CNH Industrial Belgium N.V. | Auger lift for grass pickup header |
Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0043156A1 (en) * | 1980-07-01 | 1982-01-06 | Multinorm B.V. | Device for picking up crop from the field |
DE3707788A1 (de) * | 1987-03-11 | 1988-09-22 | Josef Streicher | Verfahren zur optimalen beschickung einer landw. aufsammelmaschine |
Family Cites Families (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US2509826A (en) * | 1946-07-13 | 1950-05-30 | Case Co J I | Feed auger for harvesting machines |
US3244271A (en) * | 1964-10-26 | 1966-04-05 | Case Co J I | Auger for axially moving and laterally discharging material |
US4015410A (en) * | 1976-03-04 | 1977-04-05 | Smith Palmer L | Hay or crop saving attachment for mobile pick-up baler |
DE10120204A1 (de) | 2001-04-24 | 2003-01-30 | Usines Claas France St Remy Wo | Aufsammler für landwirtschaftliche Erntemaschinen mit einem Niederhalter |
FR2843681B1 (fr) * | 2002-08-22 | 2005-04-22 | Motor Equipement Sa | Ramasseur accroche a une ensileuse |
DE102004033089A1 (de) * | 2004-07-08 | 2006-03-02 | Maschinenfabrik Kemper Gmbh & Co. Kg | Querförderschnecke für einen Erntevorsatz |
JP5292419B2 (ja) * | 2011-02-07 | 2013-09-18 | 京セラドキュメントソリューションズ株式会社 | 攪拌搬送部材及びそれを備えた現像装置並びに画像形成装置 |
-
2015
- 2015-04-03 BE BE2015/5218A patent/BE1022621B1/nl not_active IP Right Cessation
-
2016
- 2016-03-30 BR BR102016007064-3A patent/BR102016007064B1/pt active IP Right Grant
- 2016-03-31 EP EP16163163.5A patent/EP3075225B1/en active Active
- 2016-04-01 US US15/088,769 patent/US10028438B2/en active Active
Patent Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0043156A1 (en) * | 1980-07-01 | 1982-01-06 | Multinorm B.V. | Device for picking up crop from the field |
DE3707788A1 (de) * | 1987-03-11 | 1988-09-22 | Josef Streicher | Verfahren zur optimalen beschickung einer landw. aufsammelmaschine |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP3075225A1 (en) | 2016-10-05 |
EP3075225B1 (en) | 2018-01-03 |
US10028438B2 (en) | 2018-07-24 |
BR102016007064A2 (pt) | 2016-10-04 |
US20160286726A1 (en) | 2016-10-06 |
BR102016007064B1 (pt) | 2021-05-04 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
BE1022128B1 (nl) | Vuleenheid voor een balenpers voor gebruik in de landbouw met een automatische densiteitsregeling | |
BE1022621B1 (nl) | Opraapeenheid met een zwadconditioneringsrol voor een balenpers voor gebruik in de landbouw | |
BE1022659B1 (nl) | Balenpers voor gebruik in de landbouw met een gedeeltelijke baaluitstoter | |
BE1021932B1 (nl) | Balenpers voor gebruik in de landbouw met een hulpkrachtbron. | |
BE1021969B1 (nl) | Balenpers voor gebruik in de landbouw met een plunjergleufafdekking | |
BE1026399B1 (nl) | Asopstelling voor een landbouwbalenpers | |
BE1026400B1 (nl) | Asopstelling voor een landbouwbalenpers | |
BE1024103B1 (nl) | Balenpers voor landbouwtoepassingen met verlengd baaluitstootsysteem | |
BE1021885B1 (nl) | Plunjergleufafdekgeheel voor een balenpers voor gebruik in de landbouw. | |
BE1022420B1 (nl) | Balenpers voor gebruik in de landbouw met hulpenergiesysteem voor het voeden van verschillende functionele onderdelen aan boord van de balenpers | |
BE1021936B1 (nl) | Hulpkrachtbron voor een balenpers voor gebruik in de landbouw waarvan het uitgangsvermogen gebaseerd is op de werkcyclus van de plunjer | |
EP3018996B1 (en) | Bale discharge means | |
BE1021143B1 (nl) | Opraapeenheid voor een oogstmachine met verwijderbare verlengplaten | |
BE1023019B1 (nl) | Balenpers voor gebruik in de landbouw met een plunjergleufriem | |
BE1023141B1 (nl) | Knopenleggersysteem voor landbouwbalenpers | |
BE1022129B1 (nl) | Balenpers voor gebruik in de landbouw met hulpkrachtbron aangedreven door een beweegbaar onderdeel op de balenpers | |
BE1021880B1 (nl) | Plunjer voor vierkantebalenpers. . | |
BE1026406B1 (nl) | Asopstelling voor een landbouwbalenpers | |
BE1022405B1 (nl) | Balenpers voor gebruik in de landbouw met een hulpkrachtbron. | |
BE1024216B1 (nl) | Plunjergleufreiniger voor een balenpers voor landbouwtoepassingen | |
NL2009265C2 (en) | A crop pickup device having an overload protection device. | |
BE1025546B1 (nl) | Strohaakopstelling voor een landbouwbalenpers | |
BE1022892B1 (nl) | balenpers voor de landbouw met densiteitsdeuren | |
EP3646716A1 (en) | Bale chamber arrangement for an agricultural baler |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
MM | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20190430 |